Paedologisch Instituut te Amsterdam j# iv, -.i» - H i\ iflfiülftl fl 'Li X Btrar T'W 'it.. Calvinistische Juristen Vereen. Uit Oost-lndie Leger en Vloot. DE LAATSTE DER TRIBUNEN ZATERDAG 27 MEI 1933 DERDE BLAD PAG. 9 Vijfde Stichting der Vereeniging tot opvoeding en verpleging van idioten en achterlijke kinderen Gisteren in tegenwoordigheid van Prinses Juliana geopend Te Amsterdam is, naar we reeds in 't kort meldden, in gebruik genomen het nieuwe paedologisch Instituut en Psychotechnisch Laboratorium aan de Vossiusstraat 56 te Am sterdam, waarvan Prof. Dr. J. Waterink hoogleeraar aan de Vrije Universiteit, de di ree tie voert. De openingsplechtigheid weri bijgewoond door H. K. H. Prinses Juliana. Aan den in gang van hot gebouw werd de Prinses, ver gezeld /an haar kamerheer baron Baud en eerr hofdame, ontvangen door den burge meester van Amsterdam, Dr. W. de Vlugt, Prof. Dr. G. Ch. Aalders, voorzitter van bo vengenoemde Vereeniging, eni Prof. Dr. J. Waterink, directeur van Ihet Ii-stituut» Een dochter van Prof. Aalders bood de hooge bezoekster bloemen aan. Na een kort oponthoud begaf H. K. H. lich met haar gevolg en genoemde heeren naar de collegezaal van het Instituut, waar zich inmiddels autoriteiten en genoodigden in groot getal hadden vereenigd. Wij zagen o.a. Ihet volledige bestuur van de Vereeniging, alsmede de directeuren van de vier overige stichtingen; van de direc teuren der V. U. de heeren Z.Exc. A. W. F. Idenburg, J. J. C. van Dijk, Mr. G. H. A. Grosheide en J. Schouten; van de curatoren der V. U. Ds. T. Ferwerda en Mr. J. Ver dam; wethouder J. Douwes Jr.; Mr .G. Kir berger, lid van den Hoogen Raadsvoorzitter van het Algemeen College van toezicht, bij stand en advies voor het Rijkstucht- en op- Voedingswezen; Prof. Dr. D. H. Th. Vollen hoven, rector-magnificus der V. U., bene vens de hoogleeraren Prof. Dr. H. Dooye- weerd, Prof. Dr. A. Goslinga, Prof. Dr. C. van Gelderen, Prof. Dr. F. W Grosheide, Prof. Dr. P. A. Diepenhorst, Prof. Dr. G. J. Sizoo. Prof. Dr. J. Coops en Prof. Dr. A. A. van Schelven; Prof. Dr. F. J. T. Rutten, van de R. K. Universiteit te Nijmegen; Prof. Dr. Hymans, rector-magn. der Univer siteit van Amsterdam; Dr. Pameijer en Dr. Schuurman Stekhoven, Rijks-inspecteurs van het Krankzinnigenwezen; Dr. Voorthui zen; inspecteur voor Ihet buitengewoon la- :er onderwijs; J. van Andel. inspecteur van je lycea; de heer J. van der Waals, van het Geref. Schoolverband; Ds. R. J. van der Veen, empr. pred., vader van den ar chitect, den heer J. H. van der Veen, die mede aanwezig was; Dr. S. T. Heidema, di recteur van de Valerius-kliniek; Dr. S. van der Veen, directeur van het Julianazieken- huis; Mevr. de Lange, weduwe van den ont slapen penningmeester der Vereeniging, en Voorts onderscheidene predikanten, dokto ren en belangstellenden uit de kringen van het buitengewoon lager onderwijs. Openingswoord De voorzitter, Prof. Dr. G. Oh. Aalders, richtte zich. na in gebed te zijn voorgegaan, inzonderheid tot «Prinses Juliana, H. K. H. dankend voor het bewijs Harer belangstel ling en herinnerde daarna aan het zeer be- Bcheiden begin van het Paedologisch Insti- Prof. Dr. J. WATERINK tuut in Januari 1931. Thans zijn verder strekkende plannen verwezenlijkt, waartoe het bestuur eerst overging na Prof. Wate rink in de gelegenheid te hebben gesteld door twee studiereizen in het buitenland zich te oriënteeren, waarvoor in de eerste plaats het dichtst bijkomend Paedologisch Instituut te Budapest in aanmerking kwam. ,Het instituut, dat wij, ging de voorzitter voort, heden door Gods goedheid mogen openen, beoogt te zijn een instelling in den ruiiasten zin om alle mogelijke afwijkende kinderen te observeeren en te bestudeeren. Onder den zegen van den almachtigen en barmhartigen God moge het Instituut we tenschappelijk èn practisch dienen tot heil van de jeugd en de glorie Gods, onder lei ding van den directeur, wien het Bestuur met vol vertrouwen dit Instituut toever trouwt, Spr. eindigde met de bede, dat de arbeid hier moge geschieden in den geest der ontferming Gods. Rede burgemeester. Dr. W. d e V1 u g t, burgemeester van Am sterdam, was de eerste, die nu het Bestuur en de V. U. complimenteerde. Uit een heerlijk optimisme geboren, maar niettemin doordrongen van een besef voor de werkelijkheid, stelt deze instelling zich in dienst van de Gemeenschap; zij wijdt zich immers aan het veel omvattende, het groote vraagstuk van het kind, ook van het geestelijk niet normale kind. Haar arbeid omsluit daardoor heden en toekomst Veelzijdig vat het instituut zijn taak op. Het wil opvoeden, leiding geven. Het streeft naar opvoeding in tweeërlei zin; opvoeding van kinderen, opvoeding van de opvoeders zelf, ouders en onderwijzers. De wetenschappelijke staf van het Insti tuut, psychologen, paedagogen en biologen, tracht uit te vorschen, wat de Schepper al ler dingen in den mensch heeft gelegd. De verkregen resultaten worden dienstbaar ge maakt aan de kinderen, die in de verple- gings- en onderwijsafdeelingen zijn opgeno men. Maar deze resultaten zullen ook bui ten de inrichting hun nuttig werk doen. Liefde voor het kind heeft de stichters be zield. Wetenschap vermag wellicht veel, practlsche ervaring en intuïtie kunnen te hulp komen, maar deze drie beteekenen niets, Indien de liefde het werk niet bezielt. Zij straalt ons uit dit werk tegen. Moge zij IIKH Prinses Juliana bi] de opening van het Paedologisch Instituut. Van lliiks naar réchts: Burgemeester W. de Vlugt, Prof. Dr. G. Ch. Aalders, Prinses Juliana en Prof. Dr. J. Waterink. de werkers van het Paedologisch Instituut blijven bezielen. Moge Hij, aldus besloot de burgemeester, Wiens hand wij ook in dezen arbeid erva ren, de arbeiders in deze stichting leiden tot zegen van de kinderen, tot verzachting van veel leed. Verdere gelukwenschen. Namens directeuren der V. U. voerde het woord de heer J. J. C. v a n D ij k, lid van de Tweede Kamer, die met sympathie ge- _de van het werk der barmhartigheid, dat de Vereeniging reeds vele jaren heeft verricht Directeuren verheugen zich daar om over het nauw verband, dat door dit instituut is gelegd tusschen genoemde Ver eeniging en de V. U. Dit samengaan van wetenschap en barmhartigheid moge lang durig bestendigd worden tot eere Gods en tot heil van de misdeelde kinderen. Als symbool van deze samenwerking bood spr. het gedenkraam boven den hoofd ingang, hetwelk door den voorzitter in dank werd aanvaard. Achtereenvolgens spraken nu de heeren Mr. Kirberger, Dr. P a m e ij e r, Dr. van Voorthuizen, v. d. Waals, Dr. Heidema en v. d. Veen, waarna Prof. W a t e r i n k met een dankwoord sloot en in dankzegging voorging. Bezichtiging van het Instituut Na de opening bezichtigde H. K. H. de Prinses het Instituut, begeleid door Prof. Aalders en Prof. Waterink. Vóór het schei den onderhield de Prinses zich met de leden het Bestuur der Vereeniging en met den architect den heer J. H. vanderVeen Middelerwijl waren den genoodigden verver schingen aangeboden en maakten de aan wezigen daarna gebruik van de gelegenheid tot bezichtiging van het gebouw. Bij de bezichtiging van het gebouw wordt de aandacht getrokken door een benen den hoofdingang, voorstellende de ge nezing van den maanzieken knaap door Jezus Dit raam, in warme kleuren gehouden, is aan de voornoemde Vereeniging aangeboden door de Vrije Universiteit In het middea van het raam wordt voorgesteld Jezus, die het kind opheft, beiden bestraald door god delijk licht; ter linkerzijde staat de vader met gevouwen handen, ter rechterzijde een van de discipelen. In de collegezaal voor 100 studenten waar van de gordijnen vanuit een cabine electrisch kunnen worden gesloten en geopend, zijn geen amphitheatersgewijoe opgestelde ban ken geplaatst maar stoelen en tafeltjes. De zaal moet nl. ook dienst doen als gehoor zaal èn als kerkzaak Voornamelijk is deze inrichting echter _jo gekozen uit „paedologische" overwegin gen, om aldus een rustige sfeer te scheppen waarin de te onderzoeken patiënten beter zichzelf kunnen zijn. Het bezwaar van het zachte spreken der kinderen wordt ondervan gen door een loudspeaker boven het podium, die het kinderwoord in de geheele fraai ver staanbaar maakt Vanuit een brandvrije bine kan worden geprojecteerd op een wit geprepareerd vlak. De ventilatie in deze zaal kan worden geregeld door roosters en afzuig kanalen met een eleotrische exhauster. Naast het hoofdgebouw treft men aan een bijgebouw voor handenarbeid door meisjes. Woensdagmiddags is hier de plaats voor de medische polikliniek. Het aantal bedden is 94. Door de ligging van het w Vondelpark is het groote voordeel rustige bekoorlijke omgeving bereikt. Waar men ook komt, overal wordt het oog geboe?'J door fraaie natuurgezichten in het park. Samenwerking van wetenschap en barmhartigheid. Deze stichting bedoelt te zijn het weten schappelijk centrum van de „Vereeniging tot opvoeding en verpleging van idioten en ach terlijke Énderen", die hier naast de vier reeds jaren bestaande inrichtingen ('s Hee renloo, Groot Emmaus en Lozenoord, te Er- melo, alsmede de Dr. v. d. Bergh-stichting te Noordwük aan Zee) thans haar vijfde stichting, als kroon op het werk ziet ge opend. Hier wordt de paedologie (de wetenschap, die zich bezig houdt met de normale zoowel als de abnormale psychologische ontwikke ling van het kiad) practisch beoefend. Daar om zijn niet alleen idioten en achterlijke kinderen objecten van observatie, maar wordt ook volle aandacht geschonken aan het wel normale, maar .moeilijke" kind,, dat verkeerd is opgevoed. Ook met het oog op minderwaardige ad viezen, die op dit gebied wel worden gege ven door personen, die noch deskundig, noch consciëntieus zijn (paed agogische kwakzal vers) is 't openen van dit instituut zeer tos te juichen. Oudera, die voor de opvoeding van moeilijke kinderen advies begeeren, kunnen zich hier vervoegen. Vanzelf bestaat gele genheid tot observatie, in bijzondere geval lea voor lange ren tijd; De nauwe samenwerking van genoemde vereeniging met de V.U. doet hier voortreffe lijke resultaten verwachten. Een aieuw, ruim arbeidsveld is geopend, van beteekenis voor de paedologische wetenschap èn v het werk der christelijke barmhartigheid. Daarom wordt hier gestreefd naar den wetea schappelijken opbouw der kinderkunde in samenwerking met de verschillende vakwe tenschappen in één hand. Met het oog op het gecompliceerd karakter van het instituut is dit van groot voordeel. Het is zoowel zieken huis als opvoedingsinrich ting; school voor buitenge woon onderwijs, doch tevens observatiemiddel. De bedoeling is dat het Instituut zal zijn een „Auf- nahmestelle" voor de overige stichtingen, waar de op te nemen patiënten vooraf wor den „doorgekeken". De medische verzorging Is toevertrouwd aan Dr. R. V e d d e r, dirigeerend ge neesheer, die bijgestaan wordt door Dr. J. H. B a a 9 (neur. psycholoog) en Dr. R. Bruin (chir. röntgenoloog) De psycho paedagogische en psycho technische taak berust in handen van Prof. f. Waterink, hierin bijgestaan door zijn hoofd assistent, den heer C. van theol. candidaat aan de V. U., met diens assisten ten. Voorts zijn aan het insti tuut verbonden als hoofd verpleegster Zr. M e ij e r i n g, als huismeesteres mevr. wed. D e J o n g—W a t e r i n k, als hoofd der school de heer P. 3 e s als chef-instru mentmaker de heer Zabel; zoomede verpleegsters, leer ling-verpleegsters, broeders, een opvoedend ambtenaar, technisch- en dienstperso neel. Het geheel staat onder lei ding van Prof. Waterink als hoogleeraar-directeur. e 4 4^ H Z i y f aw -- i «iï 'i 'i mff» Het ko6tenvraagstok Het gebouw is indertijd gekocht voor 175.000, de verbouwing, die 7 maanden vorderde, eischte een gelijk bedrag, zoodat hier de kapitale som van ƒ350.000 is geof ferd op het altaar der Christelijke barmhar tigheid. Want koop en verbouw zijn geheel uit middelen der Vereeniging bekostigd zon der één cent subsidie van Rijk of Gemeen te! De inrichting der laboratoria enz. is voor rekening der Vrije Universiteit en valt dus buten het genoemde totaalbedrag. Het spreekt wel vanzelf, dat de exploita tie aanvankelijk niet zal uitkomen. Men hoopt evenwel op de beproefde offervaardig heid van ons Christenvolk en de medewer king van Overheidsinstanties. Een moeilijkheid schuilt in de opneming van patiënten beneden den kostprijs. Om hieraan tegemoet te komen is op initiatief van den hoogleeraar directeur gesticht het Het gebrandschilderde raam Eerstgeborenionds waarvoor van dankbare echtparen bij de ge boorte van hun welschapen eersteling gaarne jaarlijksche bijdragen van 12.50 worden tegemoet ger.ien. Op deze wijze kan door middel van een suppletiefonds worden bijgepast wat minder gesitueerde ouders voor hun ongelukkige kinderen niet kunnen betalen. Ook kinderen van andere gezindten wor den opgenomen. Slechts een gering percen tage der patiënten komt uit de orthodoxe groepen der bevolking. Alles samengenomen is hier een schoon geheel verkregen, passend voor het verheven doel. Een woord van hartelijken gelukwensch is op zija plaats zoowel voor de betreffende corporaties als voor den hoogleeraar direc teur en den architect met hun medewer kers. Indrukwekkende openingsrede van Prof. Mr. A. Anema Oud-Minister J. Donner in het Bestuur De Calvinistische Juristen Vereeniging kwam in jaarlijlksohe algemeene vergadering bijeen in het prachtig Berghotel te Amers foort. Aanwezig waren 55 leden en 1 gast. De Voorzatter, Prof. Mr. Anne Anema, herinnert er in zijn openingswoord aan, dat in dit jaar de vereeniging 10 jaar bestond. Bij alle critiek is spr. toch vervuld met een gevoel van dankbaarheid en voldoening, als hij op die 10 jaren terugziet. Spr. ziet het belang der vereen, ook voor de toekomst, die aan de leden zeer hooge Prof. Mr. X. rANEMA edschen zal gaan stellen, waarbij wij als calv. juristen er niet gemakkelijk vóór staan. Na den grooten oorlog kwamen moeilijke internationale rechtsvragen aan de orde, waarover het a.r. program van beginselen nog weinig richtsnoer gaf. In het nationale recht kwam de moeilijk heid van duidelijker omlijning van het leer stuk van de soevereiniteit Gods, met name in de afgrenzing van de soevereiniteit der Overheid en de soevereiniteit in eigen kring. De liberale leer der machtsdeeling is terecht verworpen; maar daarmee was men nog niet klaar met de ondeelbaarheid der soevereini teit, vooral als men bedenkt, dat de ondeel- baarheidsleer door Bodinus is ingevoerd, om de grondstellingen der Calvinisten in zijn dagen te breken. Maar ook de thans aange diende pluralistische soevereiniteit is be zwaarlijk aanvaardbaar. Ook in onzen eigen kring spreken voormannen zich in dergelijke zaken niet overal in gelijken geest uit. Ook de beschouwing over het kiesrecht iB niet zonder onderlinge tegenspraak. De vra gen der rechtspositie van de Overheid jegens de consciëntievrijheid zijn nog niet opgelost. Bescherming van het zwakke blijkt niet steeds de eenige rechtsgrond voor Overheids bemoeiing te kunnen zijn. Zoo zijn ettelijke vraagstukken meer te noemen. Er is onze Vereen, dus nog werk genoeg. Maar niet alleen beperkte kwesties zijn aan de orde; heel de moeizaam opgebouwde rechtsstaat wankelt op zijn voetstuk. De per soonlijke vrijheid wordt gezien als gifhaard voor het gemeenschapsleven. Verkregen en altijd erkende rechten worden theoretisch ontkend en practisch in den grond getrapt. In vele landen is het met de zelfstandigheid der volksvertegenwoordiging gedaan. Op particuliere militaire macht steunende dicta tuur geldt als de eenig juiste staatsvorm. Door een corporatieve organisatie, die een spotbeeld is van wat men tot dusver daar onder verstond, wordt het economisdh-sociale leven rechteloos gemaakt. De rechterlijke macht wordt van haar zelf standigheid beroofd; zij heeft als norm niet langer het recht, maar het staatsbelang. De misdrijven tegen den staat krijgen een onge kend groote beteekenis. De staatsonderdeelen verliezen elk spoor van zelfregeering. Een bureaucratie, onder toezicht van een gehei men dienst, regelt alles. Alle vrije meenings- uiting wordt geknot, de vrije wetenschap gekneveld. Is in de meeste landen voor de vrijheid van godsdienst nog halt gemaakt, in Rus land heeft men gepoogd, om alle godsdienst fanatiek te vernietigen. Het gaat bij dit alles niet om een practl sche oplossing voor een momenteele situatie, het gaat om een staatsrechtelijk stelsel, dat reeds een uitgebreide literatuur bezit In ons parlement heeft thans de eerste aanhanger van dit systeem zijn intrede gedaan. Maar ook in andere kringen vinden deze stellingen openlijken of heimelijken bijval. De besmetting er mee zal wel verder gaan. Wij staan daarmee in onze vereeniging voor oude leerstukken in nieuwe gevaarlijke vor men. Wij zijn er niet af met te zeggen, hoe het niet moet; wij moeten naar positieve lijnen en oplossingen zoeken. Het Calvinisme heeft aan de bestaande rechtsinstellingen eel bijgedragen en Kyper zeide niet ten on rechte, dat het oorsprong en waarborg ia onzer constitutioneele vrijheden. De nieuwe leer is voor ons niet te aan vaarden; maar wel legt zij den vinger op wondeplekken, die voorziening vragen. Er is van sommige vrijheidsrechten schromelijk misbruik gemaakt De vo 1 ksvertegenwoordi- ging heeft meermalen de rechtmatige gren zen harer werkzaamheid ernstig miskend. De rechterlijke macht heeft zich meer dan eens geplaatst op den stoel des wetgevers. Het publiek gezag is vaak te slap opgetre den. De kiezers hebben hun stemrecht al te veel misbruikt voor eigen belang. Particu liere belangen dreigen zoowel van de zijde van kapitaal als van arbeid het algemeene belang in den hoek te duwen. Met zooveel vragen en werktaak gaan wij is nieuwe decennium in. Spr. doet daarbij een beroep op aller meeleven en werken. Niet enkele voormannen moeten de nieuwe wegen vinden, maar er moet overtuiging, geestdrift .inzicht zijn in alle geledingen. Daarom verdient het werk der Vrije Univer siteit thans meer dan ooit te voren ook den steun der calvinistisohe juristen in heel het Het is nu geen tijd voor aarzeling of toe kijken. Moed en toewijding zijn thans noodlg. Een later komend geslacht moet, ziende de vragen van dezen tijd, niet van ons kunnen zeggen, dat wij de gelegenheden en eischen verzaakt hebben. Welnu, laat on9 dan de vuist vast klemmen om den vaandelstok onzer heilige beginselen voor recht en staat en schenke de Heere ons dan besef van ver antwoordelijkheid als Zijn dienstknechten, waardig de roeping, waarmee wij geroepen Een geestdriftig applaus volgde op deze indrukwekkende openingsrede. In de pauze, aan de lunch, bracht Mr. G. Baren namens de vereeniging hulde aan Prof. Anema, den stichter der vereeniging, de bezielende en leidende kracht ervan, den voorzitter van de altijd belangrijke en boeiende openingsredevoeringen. Meegedeeld werd, dat het aantal leden der «reen. thans 114 bedraagt. Ingevolge een gehouden referendum werd voortaan als vergaderdag bepaald de Woens dag vóór Hemelvaartsdag. De rekening over 1932/33 en de begrooting voor 1933/34 werden vastgesteld; de contri butie bleef 6. Bij de bestuursverkiezing in de vacature Mr. T. A. v. Dijken, aftredend en niet- herkiesbaar, werd bij acclamatie gekozen Z.Exc. Mr. J. Donner, de nu afgetreden Minister van Justitie, die deze benoeming aannam. Daarna kwam in behandeling in besloten vergadering het referaat van Mr. J. A. de Wilde over „Annexatie van gemeenten", den leden tervoren in druk gezonden. Daar de referent door „bijzondere omstandighe den" onverwachts verhinderd was te komen, leidde de heer J. Schouten, buitengewoon lid der vereeniging, het onderwerp in eit nam op verdienstelijke wijze de taak der verdediging over. Daarna ging de heer Schouten in dank gebed voor. 60ct 50d\ Bij ApathscmOcogistlt* DE BRANDSTICHTING TE WONOSOBO SEMARANG, 20 MeL (Aneta). De Raad van Justitie veroordeelde A. M. Maris we gens uitlokking van brandstichting in de kistenfabriek van de firma Van der Welle te Wonosobo tot zeven jaar gevangenis straf onder aftrek van preventief. Wonogsowikarta wegens brandstichting tot vijf jaar onder aftrek van preventief en Tatlim wegens medeplichtigheid tot drie jaar onder aftrek van preventief. Deze uitspraken luidden conform de elscïi van het O. M. HET INDISCHE LUCHTVAART-SUBSIDIE BATAVIA, 25 Mei. (Aneta). De Handels- vereeniging te Batavia ziet af van het voor nemen om een enqnête in te stellen naar da wenschelijkheid van de handhaving der K.N.L.I.M.-lijnen, aangezien de handel niet' gaarne de luchtlijnen mist, doch het vraag stuk der Bubsidie ter beslissing aan de re- geering wil laten. DE „HEEMSKERK" Het pantserschip „Heemskerk", onder be vel van de kapitein ter zee C. ter Poorten* is 24 dezer van Reikjavik vertrokken. Cola di Rienzi, de groote Senator van Bome in de 14e eenw Door Edw. BULWER LYTTON (65 Welzoo? dan zullen, wij laten vragen, or" er geen betere berichten zijn. Het komt mij voor, dat er vandaag weinig bezoeksters sprekend Met zij achteloos haar zak doek vallen, de trotsche signora Colonna bukte aadh niet, om hem op te rapen nie mand bewoog zich en verbaasd en ontsteld keek de Tribunessa om zicji heen. Zij be merkte, dat verscheidene dames, echtgenoo ten van Rienzi's vijanden, met veelbeteeke- nende blikken samen fluisterden en haar spottende blikken toewerpen. Onmiddellijk herstelde zij zich en zeide glimlachend tot signora Frangipani: „Mogen wij niet deelen in uw .vroolijk- held? Gij schijnt u te vermaken over een tardigen inval, het zou jammer zijn, als niet allen daarvan genoten." De aldus toegesproken dame bloosde even en antwoordde: „Wij meenden, mevrouw, dat de Tribuun, indien hij hier was, zijn ridderplichten had kunnen waarnemen." „En hoe dan, Signordï?" „Het zou hem een aangename taak ge weest zijn, mevrouw, degenen bij te staan, die hulp noodig hebben." En de Signora wees veelbeteekenend naar den zakdoek, die nog op den grond lag. „Die beleediging was dus opzettelijk, Signora", zeide Nina, met groote waardig heid opstaande- „Ik weet niet, of uyv echt genooten zich even lomp gedragen tégen den Tribuun; dioch dit weet ik wel, dat de vrouw van den Tribuun voortaan uw bezoeken niet meer verlangt Vier eeuwen geleden zou een Frangipani er geen bezwaar in gezien hebben, een Raselli dezen dienst te bewijzen; heden zou de gemalin van een Romeinschen baron niet aan haar waardigheid te kort doen, door de vrouw van den eersten ma gistraat van Rome als haar meerdere te be schouwen. Ik beveel u niet, mij hoffelijk heden te bewijzen en verlang ze ook niet van u-" „Wij zijn te ver gegaan", fluisterde een der dames haar buurvrouw toe. Misschien mislukt de onderneming; en dan Alle verdere bedenkingen werdten afge broken door het plotseling binnenkomen van den Tribuun. Hij trad met groote haast de zaal in, en zijn gelaat vertoonde de grim mige uitdrukking; die niemand ooit zag zonder beangst te worden. „Hoe, schoone dames!" zeide hij, met snellen bilSk om zich heen ziende, „hebt gij ons nog niet verlaten? Uw echtgenooten steflien een groot vertrouwen in ons begrip van eer, dat zij ons zulke beminnelijke g'- zelaarsters hier laten, of anders zijn zij ondankbare eclitgenuofen. Dus, mevrouw' wendde hij zich opeens tot Gianni Colonna's vrouw, „is uw echtgenoot naar Pal es trina gevlucht; de uwe, Signora Orsini, naar Marino, in gezelschap van uw man, schoone Signora Frangipani- En gij zijt hier ge komen omMaar u wil ik zelfs met geen woord hdleedigenl" De Tribuun zweeg een oogenblik, blijk baar trachtend zijn drift te bedwingen, toen hij opmerkte, hoeveel angst hij de dames had aangejaagd; zijn blik viel op Nina, die, haar boosheid vergetend, hem met vrees en verbazing aanstaarde. „Ja", zeide hij tot haar, ,gij zijt misschien de eenige in dezen kring, die niet weet dat de edelen, die ik onlangs uit de handen van den beul bevrijdde, voor de tweede maal meineedig zijn geworden. Midden in den nacht hebben zij Rome verlaten en reeis veridlaren onze herauten hen voor verraders en oproerlingen. Rienzi schenkt geen ver- giffenis meer!" „Tribuun", riep Signora Frangipani, die meer moed bezat dan al haar overige familieleden, „als Ik een man was, zou ik u de woorden verrader en oproerling in het gezicht slingeren!" „Dames, zijt niet bevreesd", sprak de Tribuun, „zoolang Rienzi leeft, is de vrouw zelfs van zijn ergoten vijand, tij hem verlip. ITet volk stroomt hierheen; 01*3 lijfwacht zal u veilig naar huis geleiden, oi misschien zal dit paleis uw toevlucht moeten zijn want i'k waarschuw u, dat uw echtgenooten zich in een groot gevaar hebben begeven- En binnen weinige dagen misschien, zal het b'oed in Rome's straten stroomen." „Wij nemen uw aanbod aan, Tribuun", sprak Signora Frangipani, die ondanks zich zelf getroffen werd door de houding van den Tribuun. Zoo sprekend liet zij zich op één knie nederziniken, nam den zakdoek en bood dien eerbiedig Nina aan, met de woorden: .Mevrouw, vergeef imij. Ik alleen, van allen die hier tegenwoordig zijn, eerbiedig u meer in gevaar dan in trots en voorspoed. „En ik" antwoordde Nina, vertrouwelijk op Rienzi's arm geleund, „ik antwoord hier op, dat er In tijden van gevaar te meer behoefte ls aan trots-" Den geheelen dag en den geheelen nacht door luidde de groote klok van het Kapitool. Maar bij het aanbreken von den dag was de volksmenigte veel vejroinderd; de vlucht der baronnen had groote vrees gebracht on der het volk en luid en bitter waren de verwijten tegen Rienzi, omdat hij hen ge spaard had en hen zoodoende opnieuw in de gelegenheid had gesteld om kwaad te doen. Dit ging zoo den geheelen dag voort; de meeste ontevredenen bleven in huls, of stonden in troepjes bij elkander. De vol gende dag brak aan; de toestand bleef dezelfde. De Tribuun riep den Raad bijeen, die een vertegenwoordigende vergadering „Zullen wij zóó optrekken", vroeg hij „met de weinigen die de banier van Rome willen volgen?" „Neen", antwoordde Pandutóo, die. of schoon beschroomd van aard, zeer goed op de hoogte was van de gezindheli des volks er daarom een verstandig raadsman was „Laat ons uitstel zoeken; .-rij moeten wach ten totdat de oproerlingen zichzedf vergeten en de een of andere gruweldaad begaa* Dan zal de haat de aarzelenden doen ba- sluiten, en de zucht naar wraak hen ver eenigen." Deze raad werd gevolgd, en de uitslag bewees, hoe verstandig hij was. Om het uitstel een schijn van waardigheid te geven, werden er boden gezonden naar Marino, waarheen het grootste deel der baronnen gevlucht waren, en dat krachtig versterkt was. De boden brachten den eisch over. dat zij onmiddellijk naar Rome moesten terug- keeren. Op denzelden dag, waarop Rienzi de trotsche weigering der oproerlingen ontving, kwamen er van al'le kanten vluchtelingen uit de Campagna. In brand gestoken huizen, geplunderde kloosters, vernielde wijngaar den, geroofde koelen en paarden getuigden ervan, op welke wijze de baronnen van plan waren den oorlog te voeren- Dit vuurde den moed der Romeinen aan, daar het hun deed zien, wat ook zij te wachten hadden. Dien avond stormden de Romeinen uit eigen aan drang naar het plein van het Kapitool: Rinaldi Orsini had zich meester gemaakt van een vesting in de onmiddellijke nabij heid van Rome en een toren in brand ge stoken, waarvan men in de stad de vlammen kon zien. De bewoonster van dien toren, de bejaarde weduwe van een edelman, werd daarbij levend verbrand. Toen ging er een wild geschreeuw op de geweldige toorn de toomelooze woede barstten Jos- Het uur van handelen was aangebroken. HOOFDSTUK XXX De Slag. „Ik heb een droom gedroomd", riep Rien zi, uit zijn bed springend. „Bonifacius met zijn leeuwenhart, de vijand en het slacht-» offer der Colonna's, is mij verschenen, en heeft mij de overwinning beloofd- Nina, vlecht den lauwerkrans: heden zullen wij dg overwinning behalen!" „O, Rienzi, heden?" „Ja! Luister, hoe de klok luidt hoe da trompetten schallen! Ik hoor zelfs het on- geduldig hoefgetrappel van mijn wit krijgs rot! Eén kus, Nina, eer ik de wapens neem ter overwinning. Blijf gij hier troost de arme Irene; laat mij haar niet zien zij' schreit omdat de vijanden bloedverwanten! zijn van 'haar verloofde. Ik kan haar tranen niet verdragen; in haar wieg heb ik reeds over haar gewaakt Heden mag mijn ziel geen zwakheid kennen! Schurken, die twee maal uw eed hebt gebroken! wolven, die u nooit zult laten temmen! zal ik u eln- delijk met het zwaard in de hand ontmoe ten? Ga heen, lieve Nina, ga spoedig Irenë opzoeken! Adriano is te Napels; doch al was liij hier in Rome, haar liefste is mij heilig, all is hij honderdmaal een Colonna." Met deze woorden begaf de Tribuun eich naar zijn kleedkamer, waar zijn pages en edelen zijn wapenrusting gereed hielden. „Van onze spionnen verneem ik" zeide hij* „dat zij vóór den middag voor onze poorten zullen zijn met vierduizend voetknechten en zevenhonderd ruiters. Wij zullen hun een warme ontvangst bereiden, heeren. Wel, Angelo Villani, mijn aardige page, waarom niet in dienst bij uw meesteres?" Wordt vervolgd 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 9