Oplaaiende Geestdrift te Haarlem VRIJDAG 26 MEI 1933 DERDE BLAD PAG. 9 4000 Geref. Jonge lingen in Bondsdag bijeen Op hisforische bodem Mmisfer-Presidenf Z.Exc. Dr. H. Colijn enfhousiasf foegejuicht Drie referaten over „Gezag en Jeugd" Geen aardsche macht begeeren wij, Die gaat alras verloren! Ons staat de sterke Held terzij, Dien God ons heeft verkoren- Vraagt gij Zijn naam? zoo weet Dat Hij de Christus heet, Gods eengeboren Zoon, Verwinnaar op den troon! De zege is ons beschoren! Na Groningen is thans Haarlem de eer te beurt gevallen de duizenden Gereformeerde jongelingen binnen haar muren gastvrij te ontvangen. Haarlem, bloemenstad, Spaarne- stad, stad met vele schoone tradities, stad waar eens het bloed der martelaren vloeide en een zvvaren strijd gestreden werd om recht en vrijheid, daar is het waar de gees telijke jonge nazaten van Calvijn, de „jon gens van Colijn" elkander opnieuw hebben bemoedigd en bezield voor de komende le venstaak. Op dézen historischen bodem is het, dat Woensdag en Donderdag het negen de lustrum, de vijf en veertigste Bondsdag werd gehouden van den Ned. Bond van J.V. op G. G. En ze fiijn, als ieder jaar, gekomen, de duizenden jongelingen. In geestdriftig gestemde vergaderingen klonken hoog op onze strijdliederen en geen zaal bood ruim te aan 't getalHet was aanvankelijk de bedoeling geweest te vergaderen in 2 zalen, nl. het Concertgebouw en de Kloppersingel kerk. De toeloop is echter zoo groot geweest, dat zelfs een derde zaal, de Wilhelminakerk, op het laatste nippertje, bijna nog te klein bleek om de toegestroomde jonge menschen te bevatten. Meer dan een week te voren prijkte op alle gebouwen in figuurlijken zia het woordje „Uitverkocht". Zoo zijn het weer rijkgeslaagde diagen ge worden. Het weer hield zich aanvankelijk goed. In den namiddag van Donderdag liep het echter verkeerd. Een al maar sterker doorzettende regenval «al wel menig uit- gaansplannetje in duigen hebben geworpen! Bijzondere luister is dezen Bondsdag bij gezet door het bezoek van Z. -Exc. den Minis ter-President. Dr. H. Col ij n, die, naar men begrijpen zal, door de jeugd onder geweldige ovaties Werd begroet en met wien de oude banden van "liefdeken trouw opnieuw zijn' Verstevigd. Reeds Woensdag zijn honderden afgevaar digden uit het geheele land naar Haarlem getrokken, om daar 's avonds de gebruike lijk® huishoudelijke vergadering bij te wonen. De Bondsvoorzitter, de heer A. Zijlstra van Groningen, heeft om 7 uur de ver gadering geopend met hei laten zingen van Ps. 68 10 en gebed. Daarna constateerde hij in zijn welkomstwoord met voldoening, dat nog nimmer goo veel afgevaardigden waren opgekomen. Van de verdere huishoudelijke besprekin gen werd het volgende communique .ver strekt: De voorzitter wijdde een hartelijk woord iaan de nagedachtenis van den sinds den vo- rigen hondsdag overleden bondspenning- meester, den heer Joh. T. de Lange. De vergadering hoorde dit gevoelvol woord staande aan. Als plaats voor den Bondsdag ia 1934 wees de vergadering Zwolle aan. Een voorstel van de vereenigdng te Nieuw-Vennep om voor de vakken, waar nog geen leidraden voor bestaan, deze te doen samenstellen, werd na een geanimeerde discussie verworpen. Aangenomen werd een voorstel van de Ver. „Dr. A. Kuyper" te 's-Gravenhage, waar bij het Bondsbestuur wordt uitgenoodiigd maatregelen te nemen, dat een toelichting verschijne op de „5 artikelen tegen de Re monstranten", welk voorstel het bondsbe stuur had gesteund, onder voorwaarde dat de. vorm waarin de toelichting gegeven zal worden, nader door het Bondsbestuur zal worden vastgesteld. Eveneens werd aangenomen een voorstel van den ring Amsterdam-West inzake uit gave van een liederenbundel. Het bondsbe stuur heeft hiervoor reeds samenwerking gezocht met den Bond voor Geref. Jeugdor ganisatie en den Meisjesbond. Een voorstel van den ring Rotterdam Delfshaven inzake. verlaging van den abon nementsprijs van het Gereformeerd Joage- lingsblad; te verlagen van f2.50 tot f2.25, werd met zeer groote meerderheid verworpen na bestrijding door het Bondsbestuur bij monde van den bonds penningmeester, den beer A. van Rijm Na een korte pauze komt het voorstel van „Dr. LutzenWagenaar" in Middelburg in behandeling. Dit voorstel bedoelt een wij ziging van art. 31 lid 4 van het Bondsregle- ment, in. omslag van reiskosten van afge vaardigden naar den Bondsdag. Het. be staande artikel blijft echter na korte discus sie gehandhaafd. Dg bondscontributie wordt bepaald voor 1934 op 15 cent per lid van elke aangesloten vereeniging. Deze contributie bedroeg tot heden 25 cent. De heer C. Lettinga van Groningen brengt mede namens de beide andere leden van de commissie van controle de heeren C. Guyt van Den Haag en W. Rijksen Gzn, Utrecht, verslag uöt tot goedkeuring van de (rekeningen van den Bond over 1932. Na een opgewekte bespreking van de. jaarverslagen van secretaris en penning meester, waarbij over verschillende bonds- zaken werd gehandeld, ging Dr. K. Dijk, 2e voorzitter van den bond, dn dankzegging voor en sloot de voorzitter de vergadering. DE GROOTE DAG In Hen vroegen morgen van Hemelvaarts dag begon do groote trek. Het weer, dat zich aanvankelijk wat ongunstig had laten aan zien, viel mee. De zon trachtte door te bre- kem Wel vael hier en daar een enkele re gendruppel, maar het bleef toch droog, en... niet koud. De treinen in de richting van Haarlem zaten boorde- en boorde-vol en weerklonken luide van de strijdliederen, die duizenden jonge menschen aanhieven. In Haarlem zelf was men op de komst van zoovelen, het waren er niet minder dan 4000, uitstekend voorbereid. IN HET CONCERTGEBOUW Lang voor de opening der vergadering was de zaal van het Concertgebouw, waar de hoofdvergadering werd gehouden, gevuld met een groote schare jongeren. Ter korting van den tijd werden Bonds- en andere lie deren gezongen. Om half elf betrad, onder 'het zingen van „Wij willen Holland houden", en een langdurig applaus het Bondsbestuur het podium. Een oogenblik later werd de vergadering geopend met het zingen van Ps. 68 9, ge bed en het lezen van Hand. 169. Daarna wijdide de voorzitter, de heer A. Zij ls tra van Groningen, terwijl alle aanwezigen zich van hun plaatsen verhieven, enkele woorden aan de nagedachtenis van den overleden Bondspenn i ngmeester, den heer J o h. T. d e L a n g e. Een ledige plaats, aldus spr., blijft dezen dag in ons midden. Voor 't eerst moeten we onzen Bondspenning meester missen, 't Heeft de Heere behaagd hem weg te nemen uit dit aardsche leven. Wij rouwen en danken. De Heere aam immers veel, omdat Hij veel, in Hem gaf. De heer de Lange had den Bond lief als rcijn kind. Tot zijn stervensure heeft hij er voor gewerkt. Zijn laatste woorden gangen uit naar zija jongelingen. Zijn laatste opdracht aan hen was, dat zij trouw mochten blijven aan de Geref. beginselen. Zij dan dat ons begeeren, immer en altoos. Spr. voegde hieraan toe woorden van troost tot Mevr. de Lange, die op deze vergadering tegen woordig ds. Haai' tegenwoordigheid wordt op deze en volgende dagen op hoögen prijs Na dit herdenkingswoord sprak Bonds voorzitter Zijlstra de openingsrede uit, getiteld!: /Tyrannic of vrijheid" Spr- begint met te herinneren aan de twee groote feiten, die pas achter ons liggen en waaraan de jongens van harte hebben meegedaan: de herdenking van den Vader des Vaderlands en den stembusstrijd voor de Tweede Kamer. Nu de twee genoemde feiten saamvielen, kon nog weer eens het licht van het verle den, dat zoo menigen trek van gelijkenis vertoont met het heden, vallen op den weg, dien wij thans hebben te gaan. Spr. wil op enkele hoofdmomenten in den strijd van heden en verleden wijzen en schetst allereerst tegen den donkeren ach tergrond van tyrannie van Kerk en Staat, die haar hoogtepunt bereikte in de 16e eeuw, rA. ZIJLSTRA den persoort van Willem van Oranje- Door Godis 'hand geleid, werd deze Prins gevormd tot denechten Antirevolutionair, die Ons Program reeds kende met de goede toepas sing voor tzdjn tijd, eeuwen voordat het door den grooten Calvinist den 19e eeuw geschre ven werd. De tyrannic van wereldkerk en wereldstaat, diet in valsche eenheid Gods werk meende te werken naar menschelijke begeerte, stortte ineen. Niet de revolutie, maar de Reformatie won. En zegende de volkeren tot op dezen tijd. Zoo hebben wij ook thans in crisistijd den strijd te vo tegen een tyrannie, die in valsche eenheid de menachheid voeren wil tot beheersching van haar eigen lot En weer wordt het Cal vinistisch volk geroepen tot den strijd voor de vrijheid in den weg des Heeren. Op nieuw daagt de tyrannie van twee kanten op. Eenerzijds de wereldrevolliutie. Anderzijds de reactie daarop: het front der nationalis tische intuïtie. De eene weg der dwaling werd verlaten, om een anderen dwaalweg in te slaan- De Calvinistische jeugd blijft niet onbe wogen bij deze teekenen der tijden. Daar is iets, dat ook ons hierin toespreekt: verweer tegen het materialisme van Marx en Lenin, tegen den gruwel der wereldrevolliutie; op komen voor de idealen van gezag en vader landsliefde. Beide echter, actie zoowel als reactie, staan op het terrein van de verwerping van het Woord des Heeren. Terwijl de revolutie zegevierde irt Rus land, het fascisme in Italië en het natio- naaiè-socialisme in Duitschlamdl, herdachten wij het werk van Willem I en mochten wij een schoone overwinning behalen in den stembusstrijd. Wij staan echter niet aan het einde, maar aan het begin van den strijd Wat de uitkomst zal zijn, weten we niet. Maar voor ons ligt onze roeping in gehoor zaamheid. Wij moeten de tyrannie bekampen in de vreeze Gods en het vaandel opheffen voor de waarachtige vrijheid om God te dienen naai Zijn Woord en heel het leven te richten naai Zijn ordening. Maar dan moeten wij als jonge menschen onze plaats kennen. Dat is: door ijverige studie ons bekwamen voor de taak die wacht- Ijverig en trouw, zooals De Lange was. Vergeten wij zijn lichtend voor beeld nooit, noch zijn boodschap aan de jongelingen van onKen Bond, om ie wande- naar CVds gebod. (Daverend applaus). Telegram aan H. M. de Koningin Onder donderend applaus werd vervolgens besloten het volgend telegram te verzenden aan H. M- de Koningint „De Ned. Bond van J. V. op G. G- 1' 45en Bondsdag te Haarlem bijeen in Con certgebouw, Kloppersingelkerk en Wilhel minakerk; en aldus met zijn -4000 verga derden representeerende de 24000 jonge mannen, leden der 1100 hij den Bond aan gesloten vereenigingen, wil Uwe Majesteit op dezen dag opnieuw betuigen, dat deze jonge mannen alleen dan heil voor de toekomst van het dierbaar Vaderland ver wachten, indien nimmer verbroken wordt het aloude drievoudig 6noer: God, Neder land en Oranje- Dat geve God." ZIJLSTRA, Voorzitter. Staande weerklonk het eerste couplet van het Wilhelmus. Een soortgelijk telegram werd veiaonden tn H. K. H- Prinses Juliana, waarna volg de het zingen van „Mijn schilt ende be trouwen". Tenslotte werd het traditioneele telegram van liefde en trouw verzonden aan den vroegeren voorzitter, den oprichter van den Bond, Ds. J- E. Vonkenberg. De vergadering zong hierna het „O, Gij der Vaa'dren sterkte". Medegedeeld werd, dat bericht van ver hindering was ingekomen van Z.E. Min- J. Terpstra, en brieven met gelukwenschen Karl Dobos uit Hongarije, en den West- Duitschen Jongelingsbond. Hierna refereerde de heer J a c- G. van Oord, Voonzitter van de aid. Noord-Bra- bant-Limburg, over: „Het bewarend element in de J.V.' Dit werd gedaan) aan de hand van de volgende gedachtengang: a. Voor meerdere jonge menschen, zich van ons werk afzijdig houden, zijn on ze Geref- boginselen niet een stu\vende venskracht. Moeten wij ons nu anders stellen? b. De J.V. heeft tot taak haar leden te doen inleven in de Geref- levens- en wereld beschouwing, met name ook in haar toepas sing op het staatkundige en maatschappe lijke leven van onzen tijxl oon zoo te bewaren het pand ons toebetrouvgL c. Daardoor geeft de J.V. levenshouvast aan al haar leden, dus ook aan de velen, die het thans zoo heel moeilijk hebben, mits zij er bij den voortduur voor wake, dat haar arbeid niet uitsluitend gericht zij op bevre diging van het verstand- Naar mate zich velen zullen blij' onttrekken zal de J. V. tot meerderen pro- pagandistischen arbeid geroepen rijn; echter mag van de J. V- met door aller'ei lokmiddelen een asyl voor afdwalenden worden gemaakt. Door strenge handhaving van haar doelstelling en door een uitnemenden on- derlingen geest, dient de J.V. rich als bou wend en bewarend instituut te handhaven. (Applaus-) Aan de bespreking op dit referaat namen een 6-tal personen deel. Bestuursverkiezing. Hierna werd de uitslag dèr bestuursver kiezing bekend gemaakt. In de vacature-de Lange werd gekozen met overgroote meer- D z n- Dr. K. D ij k werd herkozen als Bonds- bestuurslid. In de Commissie van Controle werd benoemd de heer Melling. De heer J. Schouten werd herkozen als raadsman van den Bond. (Daverend applaus Aan afgevaardigden van vele bevriende organisaties werd een hartelijk welkom toe geroepen, speciaal echter aan den wethouder der Gemeente van Haarlem, de heer Roden borg en Ds J W Siertsema, Geref. predikant te Haarlem- Daarna werd de vergadering geschorst tot kwart over twee. DE MIDDAGVERGADERING In het Concertgebouw (De middagvergadering ving aaa met het zingen van het Luitherlied. De voorzitter deed mededeeling van een ingekomen tele gram van -den Bond van Ned. Herv. J. V. op G. G. Hierna refereerde Mr. J. A. de Wilde, Minister van Binnenlandsche Zaken over ,yGezag en Jeugd". Referaat Min de Wilde Minister de Wilde accentueerde eerst de actualiteit van het begrip gezag, niet het minst na den oorlog. Men is onrustig iziet naar dat volksdeel, dat zichzelf gelijk blijft en dat verklaarde de winst van de A.R. partij bij den jongsten stembus. Ook de fas cisten houden zich bezig met. het gezag. Heil is echter alleen te verwaohten als men af daalt tot het diepere levensprobleem. Vervolgens stond spr. nader stil bij de valsche leer van de revolutionaire vrijheid, aardoor Marx' leer viel in een weltoebe reide akker. Duizenden en duizenden (hebben daarnaar geluisterd, maar de uitwerking was practisch funest Ontwrichting van den peiler van het huisgezin ds het meest beden kelijke voor het gezag. Spr. gaf voorts het doel aan van het ge zag. God is oorsprong en doel van. alle ge zag. Hij gaf het 5e gebod en wie zijn geboden Dr. H. COLIJN is voor het staatsgezag van de allergroot ste beteekenis, getuige Willem den Zwijger den Koning-Stadhouder Willem III, die hun tijd verre vooruit waren en velen heb ben bezield. Voor de handhaving van het gezag is de houding der jeugd van het grootste gewicht De Geref. keurbende moge er aan vasthou den! Tegenover de greep der revolutie staan wij als een muur voor het wettig gezag en de nationale vrijheid. (Langdurige toejudchin. gen). Van de gelegenheid tot gedachtenwisseling maakten 7 jonge vrienden gebruik. Miiu de Wilde diende van repliek. Onmiddellijk daarop trad de Minister president Dr H. Colijn binnen. Een klin kende ovatie viel hem ten deel. Men zwaai de met hoeden en zakdoeken en aan het ge juich kwam schier geen einde. Staande gong men het Wdlhelmus. De voorzit ter begroette Dr Colijn met groote harte lijkheid. Aan men schvergoding doet de Cal vinist niet, maar hij dankt God ook vooreen bezit (Hernieuwiing toejuichingen). Dr. Colijn spreekt Dr Colijn begroette zija jonge vrienden met de beduiding dat naar hen zijn hart uitgaat Hij herinnerde aan Kuypers rede in 1913 temidden van stembusdrukte ge sproken, op den J. V. bondsdag over: „Het sieraad der kracht". Spr's beslommeringen zijn oiet minder dan die van Kuyper in '13 Maar spr. heeft zijn woord willen houden om hier te komen en dat om te danken voor de benoeming tot eerelid in 1928, toen de bond jubileerde en spr. in Indië was. Veel eereteekenen vielen spr. ten deel maar één slechts heeft spr. dagelijks op zijn studeer kamer voor zich en dat is het diploma vaa den bond (dav. applaus). En 't hangt bijeen met Calv. boekwerken en is dus in goed gezelschap. Spr. trok een parallel tus- schen 1913 en nu. Kuyper was 76 jaar Hij had met het oog op Heemskerk's werk ge juicht van „De Meiboom in de kap". He laas, het was te vroeg, want de stembus van dat jaar bracht de nederlaag. Ook sloot dat jaar een periode van wereldrust af, want 't volgende jaart 1914, brak een wereld oorlog uit Alles tecamen genomen heeft 1913 tot een duidelijke mijlpaal ook in het georganiseerde A. R. leven. De stormwind ging ook ons niet voorbij en ontwortelde dan één. Het leven werd vrij alge- De heer A. v. R ij n, bondspenningmeester overhandigde vervolgens aan Dr Colijn voor de Vrije Universiteit, ingevolge diens radio- omroep, als aanvankelijk resultaat van 385 vereenigingen aan giften ongeveer f 2700 en aan donaties f 1500 van pl.m. 1300 dona- D r C o 1 ij n sprak voor deze actie een woord van dank cn achtte het aantal nieu- e contribuanten verreweg het belangrijk ste. Denk u eens in, dat de V U. er niet ge veest was, dan had mr de Wilde misschien niet gestudeerd en wat had ik in deze dagen dan moeten beginnen. (Dav. vroolijkheid). Spr. heeft eenigszins het gevoel van een predikant, die afscheid neemt van zijn ge meente. Maar spr. troost rich, dat af en toe er wel gelegenheid zal zijn, de gelegde ban den aan te halen. Moge God uw bond met rijken zegen kronen. (Dav. applaus). Na het staande zingen van een couplet van het Bondslied, sloot D r Col ij n de ver gadering met gebed. Hierna zong men Dr Colijn nog toe Ps. 134 3. IN DE KLOPPERSINGELKERK In de stampvolle Kloppersingelkerk pre sideerde de vice-voorzitter, D r. K- D ij k, van Den Haag. Na opening op dezelfde wijze als in het Concertgebouw, hield D r. K- D ij k een openingsrede getiteld: Gebondenheid en vrijheid". Spr. herdacht eerst den overleden Bonds penningmeester Joh. T. de Lange, om daar na te betoogen, dat de oude garde heen gaat. Zonder haar zetten de jongeren den strijd voor hetzelfde ideaal voort Spr. wil dit ideaal omschrijven als het ideaal der waarachtige vrijheid, want om die vrijheid gaat de strijd der geesten, in Spr.'s onderwerp is echter ook sprake van gebondenheid- Passen die beiden wel bij elkaar? Daar is een geesten richting, die deze twee ziet als twee onver zoenlijke contrasten; die de autonomie van den mensch heeft geproclameerd en ii laatste tijden de openbaring Gods als norm het Heven geheel op zij heeft gezet; die de ware vrijheid hierin heeft gezocht, dat de mensch zich tegenover God en wereld kan handhaven als eigen heer en meester en zijn eigen recht en wet schept Dit vrijheidsbegeeren heeft zich niet op gesloten in de studeerkamers der geleerden, maar is door de schare omgezet in practijk. In de wereld van het kennen smaalt een hooggevoelende vrijzinnigheid op de achter- derheid van stemmen de heer A. van R ijn meen verzwakt en we ondervonden daarvan Mr. J. A. DE WILDE het overheidsgezag besprak. Het; Calvinisme inruilt voor een valsche emancipatie, ervaart daarvan de slechte gevolgen. Van het geoia kwam spr. tot de maatschap pij waarvoor hij eveneens nader de betee kenis van het gezag aangaf, zulks onder ver wijzing naar actueele gebeurtenissen (IJmui- Ook in het maatschappelijk leven is in het houden van Gods geboden groote loon. Van het gezag in de maatschappij kwam spr. tot dat in den staat, in welk verband hij de gevolgen. De jonge garde die het leven in brengt, deed zich op onze bijeenkom sten minder druk zien en men had meer oog voor de sportverslagen in het Maandagoch tendblad. Voeg daarbij de ontwikkeLing der moderne techniek en het is duidelijk dait de contemplatie werd teruggedrongen en ver vangen door caleidoscopische verwisselin gen. Hoewel verklaarbaar, was een en ander niet zonder zorg. Daarbij kwam de vervan ging van het positieve door het betrekkelijke en heit zich laten omvoeren door allerlei wind van leer. Sindsdien is het in menig opzicht ten goe de veranderd. De jongste verkiezingen zijn er een be wijs van. Nu de ouderen den dremipel der verdwijaing naderen, moeten de jongeren de banier omklemmen en verder dragen in het strijdgewoel. Gelukkig verstaan cij het, ge tuige het in Den Haag bij dag en nacht 'bewaken van A. R. verkiezingsreclames. Echter aan stroovuur hebben we niets en als de moeilijkheden straks vermeerderen, zal moeten blijken, uit welk hout de Calvinis ten gesneden zijn. We moeten dan onder scheiden de weg Gods en de heirbaan der menschen. De spreukendichter gewaagde reeds van het leeren van wetenschap en be dachtzaamheid aaa de jongeren. Dat zijn zij, wier geest en gemoed openstaan voor al lerlei invloeden van buiten waardoor zij ver en misleid worden. De bruischende kracht die zich allerwege uit is een bewijs dat de toon, dat het zoo niet langer kan in het hart van elke welden kende jonge man weerklank vindt. Men hoede zich nu voor een doorslaan naar den anderen kant en bedenke dat de revolutiegeest evenveel verschijningsvormen kent als er dagen in het jaar pijn. Beproeft de geesten of ze uit God zija! Niet alleen de roode, maar ook de bruine en zwarte. Ze vallen allen onder Johannes' keur. Dat be proeven ds niet makkelijk en waait ons zoo maar niet aan. De vreeze des Heeren is het beginsel der wetenschap. God moet gediend en Hij is aller aanbid ding waardig. Wie dat niet 'weet is een schip op vreemde kust zonder kaart en kompas. De godsvrucht wordt niet alleen aangeprezen om haar zelfswil, maar ds ook de bron van de kennis op elk levensterrein. De Schrift doet ons den Raad Gods verstaan en is een lamp voor onzen voet. Door dat licht kunnen we niet dwalen en als we soms tot afdwaling vervallen, ligt dat aan ons. Spr. dringt er met grooten ernst op aan dat het Bijbelonderzoek de eerste plaats op de vereenigingen zal blijven innemen. An ders zou onze geestelijke kracht spoedig zijn gebroken. Dan falen we, ondanks den soms schitterenden schijn van het tegendeel. Beproeft de geesten of ze uit God zijn. Dan zijt ge niet alleen toegerust tot verweer tegen de dwalingen van dezen tijd, maar ontvlamt ge in liefde voor de bewaring van bet toebetrouwde pand. Dan Aanteert ge naast het zwaard den troffel en maakt gij Calvijns embleem tot het uwe. Een brandend hart en gestrekten arm den onzienlijke toegereikt Zoo blijve de bond staan als een belofte voor de toekomst en een hoop voor ons volk. Al veranderde dan de aarde haar plaats en werden de bergen verzet in het hart der zee, nochtans zullen wij niet vreezen, wamt onze hulp is in der. Naam des Heeren onzes Gods. (Luide bijval) De Voorzitter dankte beide sprekers voor hun woord, waardoor deze bondsdag is geworden tot een, die met gouden lettere zal blijven geschreven staan in dc geschie denis van den bond. Spr. gaf Colijn de ver zekering, dat het A.R. volk zijn pogen tot heil van ons volk met belangste''ing blijft g idévioan cn In ."Ac:.: gebedc gedenkt Dr. K. DIJK lijken van de nachtschooL In de kunst spotten futurisme en kabbaJisme met de har monie der kleuren- In het moreeie leven gelden eer en zede miet langer als heilige wetten, zijn gezag en onderworpenheid ver ouderde begrippen. Op het gebied van Staat en maatschappij zijn rebellie en muiterij de zuivere levensuiting. De elite daar schaamt zich wel voor de oproerige familie, maar ten sllotte moeten ook Albarda en Duys hun vrijheidsfanfares spelen op de maat die Moskou slaat. Die ongebonden vrijheidspre- dilking heeft ook onder ons jonge geslacht haar slachtoffers gemaakt- Spr. schetst ver schillende typen, die verheven zijn boven de bekrompenheid van Geref. levensmoraal- maar waarschuwt zijn gehoor voor allerlei vrijheden, die geen vrijheden zijn, maar losbandigheden, die voeren tot de bangste tyrannie- Spr. zet ten slotte uiteen, wat de vrijheid is en wijst daarbij op den levens strijd van Willem van Oranje, den kam pioen voor de vrijheid van ons volksleven in gebondenheid alleen aan de ordinantiën Gbds. Onder Abide instemming werden hierna dezelfde telegrammen verzonden als door de elders vergaderden- Voorlezing werd hierna gedaan van inge komen schriftelijke gelukwenschen en van de uitslagen der verkiezingen. De voorzitter verwelkomde, onder luid ap plaus het Tweede KameiUSd, de heer C. Smeenk, waarna de heer D. Ti mme, van Nijmegen sprak over: „Hjit bewarend element in de J-V.' waarna bespreking volgde. Voor gedachtengang in dit referaat zie men hierboven het verslag der vergadering in het Concertgebouw. DE MIDDAGVERGADERING 's Middags om kwart over twee volgde on der geweldige geestdrift, allereerst de rede an Dr II. Colijn, waarvan wij hierboven reeds verslag gaven. Daarna refereerde de heer J. Schouten, van Rotterdam, over: „Gezag en Jeugd". Ook bij ons volk wordt in breede kringen het gezag verworpen- 't Gezag is in op spraak. 't Kan niet verwonderen, dat daar- ook iets doordringt tot de jeugd. De mensch heeft zich vanaf het begin der vo rige eeuw op een hoog voetstuk geplaatst De vooshein van de almacht van het men- helijk verstand moest zicli openbaren. Dat was één van de goden van de 19e eeuw. Doch de werkelijkheid bracht een vernietigende J. SCHOUTEN critiek- Telkens weer openbaarden zich de machten en krachten, die de menschelijke macht en kracht niet vermocht te keereru Het souvereine weten, het souvereine den ken werd verworpen en gekozen werd vóór het souvereine doen. Voor de daad ligt de menschheid in het stof en de dictator die daden weet te scheppen wordt aangebeden* Tegelijkertijd >#enverpt men net redenee* ren het praten terwijl het leven sterwt, maar zoekt ook hier door daden, door geweld des noods aan den kant te zetten v\at in dert weg staat De afgod van dezen tijd is het irrationalisme. EenmaaJL hebben op aarde gezag en vrij* heid in schoone harmonie bestaan- Dat ge zag is verkeerd in tyrannie en die vrijheid in anarchie. De mensch streefde naai- dat* gene wat hij nooit worden kan: wetgever, hetgeen alleen God toebehoort- En nu ziet hij met verlangen uit naar hetgeen hij zelf uit het leven uitgebannen heeft door de zonde. Vandaar de slingerbeweging van go- zag naar vrijheid en omgekeerd, in voortdu rende onrust zonder bevrediging- Spr. on derwerpt de Russische, Italaansche en Duit* sche verhoudingen aan een critische be schouwing. Wie Gods autoriteit erkent en buigt voor Zijn Woord, vindt ook de rechte verhou* ding van gezag en vrijheid- Daarom ge hoorzaamheid aan het gezag om Godswil en om Zijnentwil alleen, rekening houdend hirmee, dat het zondige menschen zijn, die alls gezagsdragers optreden. Buigen voor God, geeft ruggegraat in het leven- Buigen voor God doet ons temidden van alle ellende en nood van dezen tijd zeggen: ik zal God, mijn God nog loven! Op dit referaat is een breede discussie ge volgd, waarna sluiting volgde. IN DE WILHELMINAKERK De vergadering in de Wilhelminakerk had een niet minder enthousiast verloop, om half elf opende de voorzitter, de heer P. v. Nes C zn. van Dordrecht de vergadering met te laten zingen Ps. 689 en 17, waarna hij voorging in gebed. Daarna sprak hij het openingswoord uit, getiteld: „Ware en valsche Vrijheid" Spr. schetste allereerst de drang naar vrij heid, die in de ontwikkeling der geschiede nis telkens naar voren treedt. De wereld wil vrij zijn, van eiken hand, die bindt. Maar dit is geen ware vrijheid. Gods Woord leert an ders. „Waar de Geest des Heeren is, daar is vrijheid." Zoo spreken we van een „vrij volk", als het zelf eigen wetten en verordeningen kan vaststellen in verband met eigen volksaard en overtuiging. Dit zijn de vormen, waarin de vrijheid van een volk aan het licht treedt. De vrijheid komt dus uit in gebondenheid aan den aard en de zielsbehoeften, hovenal in het zich onvoorwaardelijk onderwerpen aan het Goddelijk gebod. Ware vrijheid is eenswillendheid met God. Het wezen daarvan ligt in „vrijwilligheid". Dat is de hoogste vrij heid, omdat het is de vrijheid, waarmee Christus ons heeft vrij gemaakt. Daartegenover staat nu de valsche vrij heid. Deze is gebonden aan de zelfzucht van den mensch. Dit leidt tot het afschuiven van eigen verantwoordelijkheid. Deugd en ondeugd hebben stuivertje ge wisseld. Bij de revolutie is de vrijheid een groot woord; bij de reformatie daarentegen een zegenrijke daad. De valsche vrijheid keert zich reohtstreeksch tégen het onderhouden van de geboden Gods. De ware vrijheid brengt voor de jeugd zware verplichtingen mee. Het Gebod Gods moet worden gekend. Studeert daarom. Zorgt ervoor, dat ge straks zóó het leven ingaat, dat ge de ware vrijhein verdedigt en die als uitgangspunt erkent. Hoe meer Nederland vasthoudt aan 'het geopenbaarde Woord Gods, des te heter zal het blijven, wat het i*" ■s,-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 9