O
IJZEREN HOOI- EN GRAANBERGEN
NS PRAATUURTJE
LAhD- Eh TülhBODW No. 190
WOENSDAG 24 ME] 1933
BEWEZEN!!
Adverteeren in „LAND- EN
TUINBOUW" heeft succes
;Qe crisismaatregelen
voor den veehouder
Het bestuur van den Algemeenen Neder-
landschen Zuivelbond (F.N.Z.) heeft zich in
een uitvoerig adres tot den Minister vaa
Economische Zaken en Arbeid gewend.
In dit adres wordt erop gewezen, dat het
niet bereiken van een loonenden melkprijs
niet in de eerste plaats is toe te schrijven
aan onvoldoende resultaten van de Crisis-
Zuivelwet, doch veeleer aan de steeds ver
der dalende boterprijzen op de buitenland-
sche markten met als gevolg een steeds ver
der wegzinken van den grondprijs der melk.
Bij de inwerkingtreding van de Crisis-Zui
velwet heeft men zich geen rekenschap ge
geven, dat met een stelsel van heffingen en
toeslagen de resultaten zich nimmer tot den
geheelen melkprijs zouden kunnen uitstrek
ken, daar, zoolang een gedeelte der produc
ten geëxporteerd wordt, de grondprijs afhan
kelijk blijft van den weeldmarktprijs. Het
in uituicht stellen van een zekeren richtprijs
heeft dan ook nimmer op een redelijken
grond berust en het wordt van belang ge
acht, dit te constateeren, omdat het niet in
het belang der veehouders kan zijn. dat zij
meenen wel op een bepaalden richtprijs te
kunnen rekenen, terwijl dit in werkelijkheid
piet het geval is.
Op grond hiervan en gezien de hachelijke
toestand, waarin de zuivelexport verkeert,
acht de F.N.Z. het noodzakelijk, dat de toe
stand van het zuivel- en veehoudersbedrijf
opnieuw onder oogen wordt gezien en maat
regelen worden genomen om dit bedrijf voor
een catastrophe te behoeden.
Bij het nemen van maatregelen moet vol
gens adressant hiervan worden uitgegaan,
dat de toekomst der Nederlandsche zuivel
industrie niet in de eerste plaats ligt in een
groote toename van den boterexport, daar
dit product in vele landen in groote hoeveel
heden en in behoorlijke kwaliteiten gepro
duceerd wordt tegen prijzen, waarbij ons
land nimmer een loonende productie op
groote schaal mogelijk zal zijn. Doch ook
al gaat de zuivelindustrie steeds meer de
richting uit van het maken van vettere
kaassoorten, izooals dit de laatste jaren het
geval is, dan nog zullen er steeds groote ge
bieden overblijven, waar het veehoudersbe
drijf grootendeels van de boterbereiding af
hankelijk is. Uit dien hoofde dient de bin-
nenlandsche makt voor de boter zooveel mo
gelijk gereserveerd te blijven. Bij de huidige
maatregelen van regeeringswege is dit niet
het geval. De huidige Crisis-Zuvelwet, waar
in het mengen van bote en margarine wordt
voorgeschreven, biedt geen uitkomst voor de
moeilijkheden, waarin de veehouderij zich
thans bevindt, integendeel het hooge meng-
percentage van 40 pet, waartoe men is moe
ten overgaan, veroorzaakt nu en in de toe
komst groote schade aan het veehoudersbe
drijf, omdat, vooral bij de geldende hooge
prijzen, steeds méér consumenten het ge
mengde product gaan eten en men de ap
preciatie voor de zuivere botersmaak hoe
langer hoe meer verliest Hiermede wordt
het boterafzetgebied in het binnenland ver
nietigd.
Het vraagstuk der inkrimping van den
veestapel wordt daarna behandeld en daar
bij wordt de vraag gesteld, wat nu en op den
duu voor ons land van méér belang is, een
bloeiende margarine-industrie of een loonend
melk veehoudersbedrijf. Adressant komt tot
de conclusie, dat het beperken der margarine
productie voor binnenlandsch gebruik dient
Vóór te gaan bij een gedwongen inkrimping
yan den veestapel, omdat de margarine
slechts een aanvullend product is uit bui-
tenlandsche grondstoffen vervaardigd en de
beteekenis dezer industrie en de aanver
wante bedrijven in de verste verte niet op
weegt tegen het belang, dat tienduizenden
veehouders bij een goed afzetgebied hunner
boter in het binenland hebben.
Ten 6lotte wordt met een berekening dui
delijk gemaakt, op welke wijze bij een ver
laging der boter en margarineprijzen, welke
peer gewenscht wordt geacht, een veeenvou-
diging van het heffing- en toeslagstelsel vol
gens de Crisis-Zuivelwet zou kunnen worden
verkregen.
Resumeerende komt het adres, dat voor
zien is van verschillende cijfers en bereke
ningen tot de volgende conclusies:
a. dat er in de Crisis-Zuivelwet aimmer
eenige zekerheid voor het bereiken van een
bepaalden richtprijs der melk heeft gelegen,
daa dez eafhankelijk is van den grondprijs
der melk en deze weer afhangt van den
buitenlandschen prijs der producten;
b. dat de huidige Crisis-Zuivelwet, waar
in het mengen van boter en margarine
wordt voorgeschreven, geen uitkomst biedt
voor de moeilijkheden, waain onze veehou
derij zich thans bevindt, integendeel, het
hooge mengpercentage, waartoe men is moe
ten overgaan, heeft groote schade voor het
veehoudersbedrijf, nu en in de toekomst, ver
oorzaakt, doordat wij hiemede ons boteraf
zetgebied in het binnenland vernietigen;
c. dat het beperken der margarineproductie
voor binnenlandsch gebruik dient vóór te
gaan bij een gedwongen inkrimping van den
melkveestapel, omdat de margarine slechts
een aanvullend product is. uit buitenland-
sche grondstoffen vervaardigd en de betee
kenis dezer industrie en de aanverwante be
drijven in de verste verte niet opweegt tegen
het belang, dat tienduizenden veehouders
bij een goed afzetgebied hunner boter in het
binnenland hebben;
d. dat een verlaging der boter- en marga-
rineprijnen zeer gewenscht is
voudiging van het heffing- ei
volgens de Crisis-Zuivelwet ernstig
ging verdient.
Adressant verzoekt, deze punten in een
buitengewone audiëntie met den Minister
te mogen bespreken.
^Weersinvloeden
op kunstmest
In de „Mededeelingen van het CentraaQ
Bureau" vonden wij een zeer praktisch ar
tikel over het zeer lastige vraagstuk van
het hard worden van kunstmest. Dit artikel
was van het Landbouwkundig Bureau van
de Staatsmijnen te Lutterode, dat uit den
aard deT zaak zeer veel belang beeft bij dit
vraagstuk en bet dus van aile kanten beeft
bestudeerd. Wij volstaan met het slot van
diit artikel weer te geven.
Na er op gewezen te hebben dat de fabri
kant wefl middelen heeft om het hard wor
den tegen te gaan, doch dat deze te duur
zijn bij den tegenwoordigen prijs, lezen we
verder:
Daarom is de fabrikant gedwongen zijn
product zoo te maken, dat het zooveel moge
lijk bestand is tegen ongunstige weersin
vloeden. Het be6te middel om dat te berei
ken is een grof product te bereiden.
Bij zwavelzuren ammoniak bereiken wij
dit, door het product niet af te leveren als
een fijn poeder, doch als behoorlijke kris
tallen. Hoe grooter de kristallen zijn, hoe
minder aanrakingsoppervlak er zal zijn
tussohen de kristallen onderling. Bakt het
grove zout aaneen, dan vormt het geen
steenharde brokken doch het is betrekke
lijk eenvoudig weer los te maken. Men
spreekt in dit verband van goedaardig ge
bakken zout, terwijl bij heel fijn zout, be
staande uit nauwelijks zichtbare kristallen,
het zoogenaamde kwaadaardig samenbak-
ken voor kan komen.
Om dit te verduidelijken "kunnen wij het
verged ijken met fijn zand en grove kiezel.
Wanneer het vriest wordt het fijne zand
een steenharde massa, terwijl daarnaast de
kiezel gemakkelijk los te maken is. Ook
zijn wij er niet mee gebaat, wanneer een
groot gedeelte van het zout uat behoorlijke
kristallen bestaat, terwijl daarnaast de rest
van het zout nog uit een fijn poeder bestaat
Denken wij maar even aan een mengsel
van kiezél en zand. Bij vriezend weer wordt
dit mengsel even hard als het zand al-leen.
Om ammonsalpeter in een vorm te krij
gen, die niet gemakkelijk verhardt, wordt
het bereid in grove stukjes van 14 mM.
Vóór het product de fiabrdek verlaat wordt
het zorgvuldig uitgeoeeta, om zeker te zijn
dat het geheel stofvrij is.
De pnactijik heeft aJ uitgewezen, dat deze
vorm zeer geschikt is. Worden de zakken
met ammonsalpeter hard, wat zeker bij
droog weer kan voorkomen, dan behoeft
men den zak Slechts met een houten hamer
te kloppen, om onmiddellijk weer
heel los, goed etrooibaar product te krijgen
Nu wij hierboven de verschillende facto
ren hebben besproken, die het bard worden
bernvioeden, willen wij bieronder nog eens
enkele practisobe gevallen nagaan.
Hoe krijgen wij den stikstofmest het best
op zijn plaats van bestemming? Het is het
beste om het product, verpakt in jute zak
ken, irn gesloten colli-wagens te versturen.
Het blijft steeds riskant om heit product in
z.g. „open wagens" te verzendien, ook al zijn
die behoorlijk afgedekt. Bij regenweer
bout van deze wagens, voordat
worden, (Hoor en door nat. Het zout op den
bodem en langs de wanden neemt dit water
op. Wij hebben dan vochtig zout, dat later
kan indrogen en daardoor hard kan worden
Een andere vraag i6: „Wat doen wij met
bet zout, dat nu eenmaal hard geworden
ie?" In dit verband moeten wij opmerken,
dat bet hard worden noodt geheel te voor
komen is. Wanneer de weersomstandighe
den maar voldoende ongunstig zijn, dan
wordt zelfs de allerbeste kwaliteit zout hard
Krijgen wij na warm voohtig weer, warm
extra droog weer, dan is het pnactisch niet
te vermijden, dat het zout hard wordt. Hier
boven hebben wij gezien, dat het harde zout
weer 1o6 wordt, wanneer het daarna weer
vocht op kan nemen. Wij kunnen hiervan
gebruik maken om hard zout weer los te
maken. De harde brokken zout besproeien
wij daartoe daags voor het uitstrooien met
water. Het zout neemt het water op en valt
los uit elkaar. Wij kunnen dit middel toe
passen één of twee dagen vóór het uit
strooien. Moet het zout nog verder verzon
den worden, dan is dit middel beslist af te
raden. Immens wij krijgen het harde zout
op deze manier wel los, doch wanneer dit
vochtige zout nu weer kan indrogen, wordt
het opnieuw hard en mogelijk is de kwaal
dan nog erger dan te voren.
In het kort kan men zeggen:
Is kunstmest los en droog Houdt het
vooral droog.
Is het eenmaal vochtig Houdt het dan
vochtig.
Is het samengebakken Maak het voch
tig vóór het gebruik.
Bondsdag C.B.T.B.
Zooals we reeds »n ons vorig nummer
meldden zal de Bondsdag van den Chr.
Boeren- en Tuindersbond dit jaar te Gro
ningen gehouden worden en wel op 30 Mei
a.s., terwijl den daaropvolgenden dag een
excursie gehouden cal worden.
Op de eigenlijke vergadering zullen in de
morgenvergadering de huishoudelijke aan
gelegenheden behandeld worden na de ope
ningsrede van den voorzitter, prof. dr. P. A.
Diepenhorst, terwijl in de middagvergade-
ing zal spreken dr. A. A. van Rhijn, Referen
daris aan het Departement van Binnenland-
sche zaken over: „Plan-huishouding en land
bouw".
De excursie gaat naar pen stroocarton-
fabrïek, naar de beroemde zaaizaadkweeke-
rijen van dr. R. J. Monsholt in de Westpol
der, naar het Watergemaal „Electra" en naar
de kali proefvel den te Leens.
Y^estlandsche
tentoonstelling
29 Augustus2 September.
't Wordt evenals met de Primavera haast
gewoonte, dat we ook in het Westland elk
jaar een tentoonstelling krijgen.
Gezien de ervarinig Ln vorige jaren, con
stateeren we dit met blijdschap. Met blijd
schap ook, omdat het een bewijs is, dat de
energie, den Westlandschen kweeker eigen,
nog niet verdoofd is. Ondanks al de slagen,
die hem toegebracht worden, de rake mep
pen, die op zijn bedrijf neerkomen, blijft bij
6trijden om er door te komen.
De energie van de Westlander komt tot
uiting in het Westlandsche product- In het
buitenland, met name in Duitschland, weet
men, wat de naam Westland beteekent als
het bij een product genoemd wordt, n.l.
superieur.
Dat waren de groenten, dat zijQ ze nog.
Dat waren de druiven en tomaten, dat zijn
ze nog. Dat zijn ook de bloemen, die men in
de laatste jaren is gaan kweeken. Dank zij
dat superieur product is de vraag in de voor
vorige jaren steeds grooter geworden, zoodat
de teelt cich uitbreidde. Zeer sterk uitbreid
de. Iü Honselersdijk verrees een paar jaar
geleden een reuzen-veilingsgebouw 4000 M2,
oppervlakte.
Door een tentoonstelling wil men het
Westlandsche product in het binnenland,
waar het ook reeds goede naam heeft verkre
gen, nog meer bekend maken.
Dat zal wel gelukken, naar we gelooven.
Wat de Westlanders aanpakken, doen ze
goed.
Daarom zal de tentoonstelling, die van 29
Aug.—2 Sept a^. gehouden zal worden, ook
goed worden.
Bereid U vast op een bezoek voor.
ededeelingen van het Landbouw-
1*1 kundig Bureau der Staatsmijnen
Reeds in April ontvingen we no. 2 van
deze Mededeelingen. Tot heden bleef het
onbesproken liggen.
Omdat wij plaatsruimte misten, niet om
dat het onze aandacht ontgaan was. Inte
gendeel, het trok zelfs zeer de aandacht,
vanwege den belangrijken inhoud.
Reeds het eerste artikel: „De bemesting
van grasland", valt dadelijk op, door de
nuchtere, praktische kijk op de zaak- Door
de duidelijke wijze, waarop alles bekeken
wordt, ook de mogelijke bezwaren.
Ook de andere artikelen zijn het lezen
overwaard.
Krijgt de „Mededeelingen" nog niet, schrijf
dan even een briefkaart aan het Landbouw
kundig Bureau der Staatsmijnen in Lim
burg te Lutterade (L). Zet er maar bij: vol
gens Land- en Tuinbouw. En ge krijgt het
blad voortaan gratis toegezonden. Het komt
elke drie maanden.
WEET GE
dat te Berlijn in de grootste tentoonstellings
zaal van Duitschland een Tuinbouw
tentoonstelling wordt gehouden, waar
niet minder dan 15.0.000 bloeiende bloe
men bijeengebracht zijn;
dat de Directeur van de Stichting Landver
huizing Nederland, als resultaat van
zijn studiereis naar Marokko aan Ne
derlandsche boeren en tuinders den
raad geeft zich niet in Marokko te ves
tigen zonder jarenlange ervaring te heb
ben opgedaan. Bij aankoop van grond
moet de meest mogelijke voorzichtigheid
betraoht worden en ook dan nog staat
men voor allerlei onaangename verras
singen bloot;
dat de steun aan den landbouw de kosten
voor het levensonderhoud niet hoog
houdt, daar alle voedingsmiddelen meer
in prijs daalden, dan de levensonder-
houdkosten terugliepen;
dat H.M- de Koningin de pachtprijzen voor
Haar pachters met 50 heeft verlaagd;
dat volgens de Tuinderij het nicotinerook-
middel, dat zoo populair is geworden,
omdat het gemakkelijk bereid kan wor
den, goedkoop was en goede resultaten
gaf, niet een ontdekking is van den Di
recteur van den Proeftuin te Naaldwijk
in samenwerking met enkele ambtena
ren van den P. D., zooals bekend werd
gemaakt, doch van C. J. Augustijn, tech
nisch ambtenaar PD. te Aalsmeer;
dat een wet op het octrooirecht voor plan
ten in Frankrijk reeds aangenomen is,
eenzelfde wet voor landbouwgewassen
zal volgen eD dat ook in België thans
een soortgelijk wetsvoorstel is inge
diend;
dat bij Zwolle bij een landbouwer een koe,
een kalf en een paard, dood in het wei
land gevonden werden, waarschijnlijk
omdat ze van een taxus, die in de weide
was geworpen, hadden gegeten;
dat de melkproductie in de meeste gebie
den, vergeleken met verleden jaar is
toegenomen, in Groningen met 5 A 7%
pet, in Friesland met 3 A 4 pet, in Lim
burg met 5 pet en in de zandstreken
van N.-Brabant met circa 10 pet;
dat onze uitvoer naar Duitschland in April
1933, vergeleken met April 1932 vermin
derde voor eieren met 77 pet, voor kaas
met 51 pet, voor spek en gezouten var-
kensvleesch met 52V2 pet., voor reuzel
met 51 pet-, voor kool met 87 pet. en
voor aardappelen met 72 pet, alles naar
de hoeveelheid. Wat de waarde aamgaat
is de daling nog veel aanzienlijker;
dat de melkstaking der boeren in Wisconsin
(USA), is opgeheven, na een schade van
ruim een millioen dollar veroorzaakt te
hebben. Beide partijen, autoriteiten en
boeren, zeggen, dat ze het hebben ge
wonnen, zoodat er van „winnen" Wel
geen sprake zal zijn;
dat van de verplichte destructie van vleesch
en slachtafval aan de gemeenten weer
ontheffing is verleend tot 1 Juni 1934.
,Land- en Tuinbouw"
bereikt duizenden
boeren en tuinders
I
H.H. LANDBOUWERS
Wij leveren voor buitengewoon LAGEN PRIJS:
waarvan de kap door Veiligheidslieren op lichte en vlugge
wijze kan rijzen en dalen. Persoonlijk bezoek en prijsopgave
verplicht tot niets.
H. HARING - ÏELEF. 128 - BOSKOOP
*v. -uie/r
SCHURFTBESTRIJDING OP VRUCHTBOOMEN
Afdocndo schurftbestrijding met CALMOSUL. Veroorzaakt geen blad- of vruchtval zooals
gewone Californische pap.
Gebruiksaanwijzing: Op peer 1 K.G. op 100 liter water. Op appel Yz K.G. op 100 liter
water. Bij afname onder 50 K.g. prijs f 0.30 per K.g.
Vraagt prijslijst R van zomersproeistoffen aan
BEAN SPROEI MACH IN ES
SWEELINCKSTRAAT 18, UTRECHT TELEFOON 1235ff
Opslagplaats en Magazijn: Buren (Gelderland), Telefoon No. 5 doorverbinding
MARKTOVERZICHT
De maistnarkt stond weer in het toeken
van een zwakkere stemming gedurende de
afgeloopen week. De Laplatapnjzen voor af
laadtermijnen brokkelden geleidelijk iets
af. De Donau hier aangekomen, was van
niet te beste kwaliteit, zoodat men ze tot
zeer lage prijzen trachtte direct van boord
te verkoopen. Latere booten toonden iets
betere kwaliteiten, doch het vertrouwen is
goeddeels verloren en de meeste koopers
zoeken voor maalmais andere soorten.
Gerst bleef prijshoudend, Ofschoon de Do
nau ook aan de markt kwam, blijft men vrij
algemeen aan de mooie Laplata de voorkeur
geven.
Rogge was aog geschikt aangeboden de
ïheele week van de Oostuee. Haver van
Tsjecho-Slowakije wordt iets schaarscher en
is daarom goed prijshoudend.
De markt voor lijnkoeken bleef prijshou
dend gestemd. De prijzen bleven vrijwel on
veranderd, zoowel voor direct als latere le
vering. Grondnotenkoek blijft ruim aange
boden. Cocoskoek zeer schaarsch aangeboden
MESTSTOFFEN
Stikstofmeststoffen. Wederom een
goede week voor het stikstofverbruik. Behal
ve in de provincie Friesland, waar de zwa
velzure ammoniak nog steeds boven alle
soorten de voorkeur behoudt, ook in de
maanden Mei en Juni en waar thans de
vraag goed is, heeft dit artikel in het overige
deel des lands afgedaan. Men vraagt naar
salpeterstikstof en geeft hierbij nog steeds
de voorkeur aan ammonsalpeter, al heeft dit
slechts de helft van de stikstof in dien vorm.
De practijk toont aan, dat de uitwerking
overal puik is en de andere helft snel ge
noeg in opneembaren voitn aanwezig is.
Doch ook kalksalpeter had weer een goede
beurt, vooral in het Oosten en Zuiden des
lands, op de zandstreken voornamelijk. Ghi-
lisalpeter wordt meer in Zeeland en op de
Zuid-Hollaadsche eilanden, blijkbaar voor de
bieten, gevraagd, waar men de oude be
proefde stikstofmest voor deze cultuur nog
in tal van streken getrouw blijft. Echter ook
hier kijken velen in dece tijden naar den
prijs per eenheid stikstof en nemen iets an
ders. Kalkstikstof is maar schaarsch meer
voorradig, op de meeste overslagplaatsen
heeft men alles tot den laatsten zak weg
gehaald de laatste weken. De prijzen waren
over de geheele linie aan den vasten kant.
Reeds bespeurt men teekenen van haadel op
het voorjaar, waarbij iets hoogere prijzen
geboden worden dan die thans gelden. Aan
gezien van officieele prijzen door de produ
centen nog niets bekend is, berust dit alles
op speculatieve gissingen.
T h o m a s m e e 1. Nu de statistdekcijfers
van België/Luxemburg bekend zijn, blijkt 't,
dat onze schatting wel juist is geweest. Uit-
voeroverschot België/Luxemburg. Maart 1933:
&1.400 ton, April 1932/Maart 1933 810.700 ton,
Maart 1932: 80.000 ton, April 1931/Maart 1932:
790.000 ton. Hieruit blijkt dus, dat in het af
geloopen jaar „toen de productie steeds af
nemende was", nog ruim 20.000 ton meer zijn
uitgevoerd, dan in het jaar daarvóór. De
markt was ia de afgeloopen week zeer kalm.
De Duitschers schijnen de laatste weken
bijna niets te koopen en Nederland is ook
voor het grootste deel afzijdig. De April-
cijfers van Duitschland zijn als volgt: April
1933: 48.000 ton; April 1932: 32.000 ton. In de
eerste maand zijn dus de Duitsche ia voeren
vrij groot geweest en daze schijnen thans af
EEN G0EDK00PE STIKSTOFMESTSTOF
MET UITNEMENDE EIGENSCHAPPEN
Inlichtingen worden verstrekt door
het Landbouwkundig Bureau der
Staatsmijnen te Lutterade (L.).
te nemen. De prijzen waren aan het eind der
week: disp. te Zutphen, Deventer, Hasselt
en Wageningen 11 ct.
TARWE EN KOOi:
De Gewestelijke Tarwe-Organisaties vooï
Noord-Holland en Zuid-Holland maken
hierdoor nogmaals bekend, dat het aan
tarwetelers niet is toegelaten meer kool op
him bedrijf te verbouwen, dan in 1032. Of
deze kool verbouwd wordt op contract, of
dat het land voor dit doel tijdelijk wordt
verhuurd, of voor eigen rekening wordt ge»
teeld, doet hierbij niet terzake
Ook doet het niet terzake of het gaat om
kool als hoofdgewas of kool als twee»
de gewas. Er zijn enkele tarwetelars, dlë
in de meening verkeeren, dat zij vrij xijn ia
het verbouwen van b.v. boerenkool of spruit
kool als tweede gewas. Dit is niet zoo. Dë
maatregel geldt niet alleen voor alle tarwe
telers, doch ook voor alle koolsoorten. Of#
schoon dit ook reeds eerder bekend is go»
maakt, meenen genoemde Organisaties goed
te doen hierop nogmaals de aandacht të
vestigen.
In twijfel-gevallen wende men zich bij»
tijds om inlichtingen tot de Districtsbestu#
ren.
DE BELGISCHE INVOER-
BEPALINGEN
TREDEN HEDEN IN WERKING
Wat we gisteren mededeelden als een ver
moeden, is heden bewaarheid, de invoer vaa
de genoemde landbouwproducten in België
zal vanaf heden alleen met vergunning van
het Belgisch departement van Landbouw
mogen geschieden.
Alleen voor kaas geldt deze bepaling niet1
Voor vleesch en vleesohconserven zal nog,
binnenkort, een contingenteeringsbesluit af
komen.
Als de week een dag korter is dan ge
woonlijk;
als de zon ineens goed wil maken, waar
in zij weken tekort schoot;
als aUes wat men hoort in de mineur,
is getoonzet en de notenbalk behalve de
zeven vaste kenmerkende kruisen, nog vele
toevallige kruisen vertoont, zoodat aUes één
kruis is;
als alles wat men ziet: het gras in de
weide, het graan op den akker, het vee in
het land, de gewassen in de kassen, de
vruchten aan de boomen, als dat alles en
nog veel meer spreekt van productie, ruime
productie;
als alles wat men las in blad, in tijd
schrift en in boek, ons leert, dat weedom
over de menschen is gekomen, erger dan
weedom in de groote stad, waar het mensch-
dom was, waarheen de kleine Johannes zijn
schreden richtte toen hij zich afwendde vain
de wenkende gestalte van Windekind;
als alles wat men denkt en dacht zoo
somber, zoo pessimistisch is, dat zelfs een
onverbeterlijke optimist, als ik altijd ge
noemd worditi, geen enkel plekje licht meer
ontdek of meen te kunnen ontdekken.
als alles tegen isdan heeft men geen
lust om praatjes te maken die anderen tot
hun vermaak lezen, enkele doen glimlachen
(ook wel eens grimlachen) enkelen tot na
denken brengen, sommige wat leeren en
velenkoud laat
En toch moet het we hebben ons die taak
eenmaal opgelegd en zullen, „ijs en weder
dienende", ons er aan houden ook, zoolang
dat kan. 'k Doe dus een greep uit de stapel
paperassen, die zdoh voortdurend ophoopt
«omdat elke week weer onderwerpen blijven
liggen, dae ik had willen behandelen.
Het eerste, wat me in handen komt is een
brief, zooals ik meerdere krijg. Een tuinder,
die zijm hart eens lucht De brief is al een
week of vier oud, doch de klacht:
DE TUINDERS PLOETEREN WAT
AF, DOCH ZINKEN STEEDS
DIEPER WEG.
Groenten, waar alle hoop op gevestigd was,
gaan naar de mesthoop. Op één dag te
Naaldwijk wel 1800 kisten. En dat op 21
April, dus in het voorjaar, in de tijd dat
gewoonlijk een goede prijs gemaakt wordt.
Iemand die een warenhuis van ca. 2500
ramen met sla heeft en rekende 1200 gulden
te zullen maken, kreeg nog geen 300 gulden.
Hoet moet zoo iemand leven, hoe moet hij
de arbeiders betalen, hoe de druiven laten
krenten. Het werkvolk moet loon. Zelf alles
doen is totaal onmogelijk. Men ploetert al
van zonsopgang tot -ondergang en nog lan
ger, doch seizoenwerk moet af, binnen be
paalden tijd. Dat gaat niet met twee, drie
paar 'handen. Men komt dan weer te laat
met zijn producten, of deze komen heele-
maal niet.
Crediet is niet meer te verkrijgen. Regee-
ringssteun voor de tuinders tot een allermi-
niemst bedrag van 5 millioen gulden, komt
niet bij de meest hulpbehoevenden, getuige
het feit, dat meerderen het ontvangene aan
het crisiscomité afstonden. Met de leuze aan
de bedrijven, niet naar de behoefte wordt
.zooiets verdedigd. Doch met zulke fraseolo
gie worden de aime tuinders niet geholpen.
Een betere, doelmatiger verdeeling is wen-
schelijk, al moge het dan lastig zijn. Zou
het via de burgemeesters niet beter gaan
dan nu, reohtsstreeks uit den Haag? 'k Weet
wel, critiek is o, zoo gemakkelijk, doch dat
hier reden is voor critiek kunnen wij uit
billijkheidsoogpunt grif toestemmen.
Zooals er ook wel critiek geoefend kan
worden op
DE STEENKOLENOVEREENKOMST
TUSSCHEN DUITSCHLAND EN
NEDERLAND.
Het lijkt wel of wij alles moeten doen om
Duitschland te vriend te houden (en onzes
inziens is het omgekeerde eerder waar).
Daar gaat men n.l. een machtig wapen, dat
we in de hand hebben, de koleninvoer uit
Duitschland in ons land, ook nog uit de
hand geven. De Duitsche en Nederlandsche
mijnen zullen elkaar de hand boven het
hoofd houden. Dat wil dus zeggen dat de
Duitsche kolen in Nederland alle bescher
ming zullen genieten en voortgeholpen zul
len worden. De handelaar mag notabene,
alleen maar Nederlandsche kolen leveren
aan de afnemers dae het vorig jaar ook Ne-
derandsche kolen gebruikten en ook maar
ongeveer dezelfde hoeveelheden. De afne
mers van Duitsche kolen mogen niet beïn
vloed worden Nederlandsche of Engelsche,
Belgische of Poolse.he kolen te koopen. Hen
mag zelfs geen offerte gedaan wirden. Al
leen hen die andere buitenlandsche kolen
dan Duitsche, dus die Engelsche, Belgische
of Poolsche kolen gebruikten mag een of
ferte van Hollandsche kolen gedaan worden.
Dit zal de gebruikers van kolen wel weer
een paar gulden kosten. Dus de tuinders,
die veel kolen gebruiken, doch de groenten,
die in de kassen met Duitsche kolen ge
stookt zijn, wil Duitschland niet Wat voor
lui zijn wij toch geworden!
En op ander gebied zijn we weer zoo ac
tief en steken dadelijk de handen uit de
mouwen. Zoo b.v. tegen
DE ZIEKTE VAN AUJESKI,
de ziekte die in Zuid-Amerika, doch ook
dichterbij in Hongarije veel voorkomt en
hier ook een „haard" schijnt te hebben, n.L
te Nieuwerbrug aan de Rijn (bij Bodegra
ven). Men heeft reeds een vergadering van
veehouders gehouden. Deze was belegd door
de afdeelingen der drie groote landbouw-
oigandsartaes en was heel druk bezocht Dr.
Lourens, van de Rijkssemm i n rich ting, trad
daar op. Hij besprak breedvoerig de midde
len tot bestrijding. Bij varkens komt het
herhaaldelijk voor dat de boeren denken dat
de beesten ziek zijn en geven hun dan in
spuitingen tegen vlekziekte en pestziekte,
maar zij besmetten daardoor alle varkens.
Echter bleek het meermalen dat in dit geval
Aujeski de oorzaak was.
Aangedrongen werd op onmiddellijk raad
plegen van den dierenarts. Bij Aujeski zijn
de varkens soms vijf of zes dagen lusteloos
en bij koeien is het verschijnsel dat zij vaak
kramp, jeuk en pijn hebben, wild worden
enz., gewoonlijk met doodelijken afloop. De
varken worden meestal beter. Het is zeker,
dat de ziekte besmettelijk is, ook van var
kens op koeden, gelet op de ervaring. Doch
men wij er meer van weten en daarom or-
ganiseeren zich de boeren in wijken waar
getrouw vam alle verschijnselen dadelijk
aangifte zal worden gedaan, waar het be
hoort. Men hoopt meer dan tot nu toe op de
hoogte te komen van de ziekte.
Zoo zou ik ook wel eens op de hoogte
wallen komen van de ziekte, waaraan de
neutrale organisaties lijden. Een acuut geval
bedoelen we, n.l. hun
POGING OM TE VOORKOMEN, DAT
if
DORDRECHT
VRAAGT GRATIS PRIJSCOURANT van
TUIN-, BLOEM- EN LANDBOUWZADEN
EJS pLANTEN
ER EEN AFZONDERLIJK MINIS
TERIE VAN LANDBOUW WOKDl
INGESTELD.
Dat is wed wat onbegrijpelijk. De Christe
lijke Boeien- en Tuindersbond, de R.K. Boe
ren- en Tuindersbond adresseeren om tot
het ook indertijd door de neutrale landbouw
organisaties als wenschelijk geachte afzon
derlijk ministerie van Landbouw te komen
en de neutrale organisatie het Kon. Ned.
Landbouwcomité verklaart zich er tegen en
de Holl. Mij. v. Landbouw besluit het K. N.
L. C. krachtig te steunen bij zijn pogingen
om dit te voorkomen, 'k Geloof, dat de voor
zitter van de (neutrale) Zeeuwsche Land-
bouwmaatschappij het goed zag toen hij twee
jaar geleden (22 Juli 1931) in de openings
rede der algemeene vergadering der Maat
schappij zei: „Zoo jammer is het, dat de
politiek zoo vaak hier den doorslag geeft
boven wat 's lands belang eisoht, objectief
bezien." Neen wij kunnen deze houding van
het K N L C niet de H M v L niet geheel
begrijpen.
Wel kunnen wij ons begrijpen, dab
gemaakt wordt. Ook begrijpen wij (al keu
ren wij het daarmee niet dadelijk goed) dat
de scholen tehulp geroepen waren voor deze
propaganda. In de laatste jaren zijn de
scholen, ook in ons land, hoe langer hoe
meer, gebruikt om ergens reclame voor te
maken, niet alleen door vloeibLaadjes, linea-
len enz., doch ook door de onderwijzers
ergens voor te spannen. Zoo doet men ook
met de melkpropaganda in Duitschland. Wij
lezen daarover:
In verband met den sterken achteruitgang
van het melkverbruik (met circa 20 pet
sedert 1930) zal het Rijksministerie van
Landbouw in samenwerking met het Minis
terie van Voorlichting en Propaganda en de
Ministeries van Onderwijs een grootsche re
clamecampagne voor het verbruik van melk
>n de scholen beginnen. De Reic'hsmilchr.us-
sohuss heeft voor deze reclamecampagne 'n
omvangrijk progra. - o;>gestel«'. dat binnen
kort bekend zal worden gemaakt.
Laten ze daar maar gauw beginnen, want
de volksvoeding in Duitschland is, naar het
ons voorkomt, zóó, dat melk daar bij uitstek
goed is voor elk. En bovendien, er komt zoo
veel melk van de Duitsche koeien, dat bin
nenkort, als ze niet gauw veel melk gaan
drinken, de Duitsche rivieren wib zullen
zien. Je hebt daar
Neen, maar dat is reusachtig, zeg! In 1930,
op de „Wanderausstellung" te Keulen zou
de recordkoe Brosche komen. Dat was me
een dier: 11030 L. melk, mettvgl van
de verbazing niet om!) 5.51 pet. vet ia
da.t effe wat! en dus 608 K.G. botervet.
'kTleb, toen we daar waren, dat beest ge
zocht, doch, helaas! niet gevonden.
Later is dit record natuurlijk gebroken!
door een ander wonderbeest En nu is er
weer zoo een. Deze koe zal op Wanderaus
stellung te Berlijn, die deze week geopend
wordt, komen, 't Zal de grootste attractie van
de tentoonstelling worden. Deze koe, thans
heet ze Gertrud, geeft zegt men 13-819
K.G. melk met 613 K.G. botervet. Dat is dus
4.44 pet. vet. (Die 5.51 pet. van Brosche is
den Duitsche re toch zeker wat te grof ge
weest.) Maar een jaar lang gemiddeld alle
dagen 38 L. melk, zooas deze Gertrud dat
klaar speeltnou! Ze kunnen lie
pardon! vertellen wat ze willen, doch ik'
ga er naet om naar Berlijn. Ik ga miju
praatje stop zetten, om eens het raam van
mijn kamer uit te kijken. Daar grazen in dé
uitgestrekte weiden, die ik kan overzien,
twee koppels praohtkoeien. Hollandsche
koeien, de tirots van Nederland, gezocht door
heel de wereld. Die lijden nog niet aan hoog
moedswaanzin en de eigenaars (zelfs al
zouden de tijdsomstandigheden n orma*l
zijn) blijven nog te nuchter, om zich door
opscheppende Duitschers van de wijs to
laten brengen om ook zulke Gertrudes to
begeeren.
Goed zoo veehouders.
Tot de volgende week.
PRAATJESMAKER,