Jliemer ^riïiscljr Clou raai FONGERS Nwe leidsche courant ABONNEMENT» Per kwartaal In Lelden en In plaat §en waar n agentschap gevestlurl Is f2.35 Franco per post 2.35 portokosten. Per week I Voor het Ituitenlnnd bij wekelijk- «che zending ,4.50 Bu dagelijkscho rending ,5.50 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad IV2 cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken Bureau: Breestr-jat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 VRIJDAG 17 MAART 1933 ADVERTENTIEN Van 1 tot 6 regelsf IMVi Elke regel meer0.22M Ir.get Mpdedeellngen Van 1—5 regels 2.30 Elke regel meer3.45 Bil contract bplnneriikp korting. Voor het nevrneen aan 't bureau wordt berekend 0.10 N°. 3918 13e Jaargang Oil nummer bestaat uit VIER bladen en het Zondagsblad EERSTE BLAD Prof. Dr. H. Visscher bizonder hoogleeraar te Leiden 4 geen onderscheidings vermogen Op de beschaafde toon, waarvan de roode pers zich bedient tegenover politieke tegen standers, verweert zij zich tegen een drie tal dingen, welke wij in een artikel over de roode marine naar voren brachten. Aller vriendelijkst worden dare genoemd: „Een trio van walgelijkheid, zoo'n stel hitsende yalschheden." Er moet wel een ontaettend tekort bestaan aan argumenten, wanneer men tot dergelij ke lieflijkheden de toevlucht neemt. Nu hebben wé over de Marine en de roode honden, nog wel iéts te zeggen; doch op één onderdeel, dat van aigemeene politieke strekking is, wijzen we hier. Wij noemden de houding der roode bon zen „verregaand laf,, die nu dapper schel den op de regeering, doch geen vinger uit staken om de muiters tot rede te brengen". Hoe ter wereld kunt gij dat doen? vraagt de roode pers ons, „terwijl intusschen door erkenning van minister Deckers is komen vast te staan, dat zij, die, als de vijf Soera- bajasche korporaals van den Marinebond, naar het schip wilden vliegen om de muiters tot rede te brengen, daartoe geen verlof kre gen, omdat dit in strijd met de elementairste begrippen van krijgstucht heette!" Wel, in de vraag zelf ligt het antwoord. Het zou inderdaad in strijd zijn geweest met de elementairste begrippen der krijgstucht, wanneer de militaire autoriteiten het gezag overgedragen hadden aan de Marinebonden. Daarmee zou de overheid voor het heden en de toekomst alie autoriteit en alle gezag verloren riebben; de ordehandhaving zou niet bij haar, maar bij de organisatie be rusten. Wanneer men daarvoor de oogèn sluit, dan valt er niet meer te redeneeren; «lu«.h het ligt volkomen in de lijn van de uitspra ken der roode leiders, die achteraf de wijs heid verkondigden, dat muiterij onduldbaar en ontoelaatbaar is. Die leiders echter hadden wèl „een hand kunnen uitsteken om de muiters tot rede te brengen". Wanneer zij in pers en op vergadering duidelijk en onomwonden verklaard hadden, dat onvoorwaardelijke overgave noodzake lijk was, dan rcouden de muiters zich biet gevleid hebben met de hoop: Onze voor mannen staan achter ons; we hebben dus vrij spel. Die roode leiders lieten echter toe, dat In de roode pers geschreven werd: „Het zit ons tot hier", vertelden ons een paar matrozen. „Dat zoo iets mogelijk was. Tsjonge, Tsjonge, wat zijn inlanders kerels, wij doen «het ze niet na. Maar weet u, wij beseffen, dat wat zij thans ge daan hebben, ook voor ons was. Dat zij voor ons en ons bestaan strijden. Dat is zoo mooi" Diepen indruk heeft het gemaakt op de matrozen, toen zij hoorden, hoe de inlan ders het schip overmeesterden. Nu zij de tijding van de „Zeven" lenen, gnuiven zij even van stil pleizier. „Wij voelen met onze kameraden mee. Als het er op aankomt, voelen wij rood, maar onze hoofden blijven koel. Dat is de stemming van de matrozen hier in Den Helder. Een intens meevoelen met wat hun kameraden daar in den Oost doorleven op dit oogenblik. De „Zeven Provinciën" is in den don keren lndischen nacht weggestoomd. De geest van dit machtig gebeuren heeft ook Den Helder aangeraakt en al wappert de driekleur in den mistigen dag van de schepen in de «haven, in de hoofden van de honderden matrozen zoemen toch de tonen van de Internationale. Deze en dergelijke opruiende taal, welke men thans niet meer in de roode pers leest, heeft de muiters gesterkt in hun voorne men. Zóó lieten de „roode bonzen" de mis leide schepelingen in de steek! Wij schreven geen woord te veel; maar de waarheid is hard. DE INAUGUREELE ORATIE Het Calvinisme en de Tolerantiepolitiek van Prins Willem van Oranje Hedenmiddag heeft Prof. Dr. H. V i s- sc her aan de Rijksuniversiteit te Leiden het ambt van bijzonder hoogleeraar aan vaard in de Gereformeerde Godgeleerdheid, met een rede over „Het Calvinisme en de tolerantie-politiek van Prins Willem van Oranje". Aan de rede is door ons het volgende ontleend: De ontwikkeling der cultuur gehoorzaamt evenals de natuur aan den regel: „non facit saltus". In de historie, zoo merkt Ludwig Stein op, heerscht een continuïteit, die zich in een cyclisch rhythme onenbaart. De eco nomie kent de plaag der crises, in de kunst keert het oude weder en de wijsbegeerte wentelt zich om de spillen harer grond ideeën. En ook het sociale en het politieke leven baren een gestage verjonging van schijnbaar reeds verstorven idealen. Dit geldt op elk levensgebied, niet het minst op dat der religie in haar verhouding tot de politieke macht. CRISIS-ACCOUNTANTSDIENST Door den Minister van Economische Za ken en Arbeid is uit overweging, dat in verband met de uitbreiding van de crisis maatregelen de noodzakelijkheid is geble- gen ten behoeve van handel en nijverheid, landbouw en visseherij bij zijn Departe ment te beschikken over een crisis accountantsdienst deze met ingang van 13 Maart ingesteld, met opdracht: a. controle Hit te oefenen op de crisisinstellingen en -fondsen; b. met het oog op do verschillen de crisissteunregelingpn bij de daarbij be trokken belanghebbenden boekhoudkundi ge gegevens te verzamelen als waarborg voor een redelijke basis der op grond van die steunregeling te verleenen uitkeerin- gen; c. alle verdere werkzaamheden te ver richten welke de leider van den crisis accountantsdienst noodig acht of welke hem door den minister worden opgedragen. De Minister heeft als leider van dezen dienst aangewezen Drs. M. de Bloe accountant hij den accountantsdienst der dir. belastingen te Den Haag. Prof. Lr. H. VISSCHER Ook in het proces, dat de geestesontwik keling doorloopt, worstelt het oude om het nieuwe te onderdrukken. En de Staat voelt zich daarbij bedreigd, zoodra een geestelijke strooming de fundamenten zijner macht schijnt te onderwroeten. En vooral dan dit zoo wezen, als zij, gelijk de Christelijke religie doet, in en tegenover den Staat een eigen zelfstandig sociaal orgaan schept, dat voor zich opeischt vrijheid van beweging. En ook in de historie dezer worsteling tus- achen Staat en Kerk heerscht een continuï teit, die haar culminatiepunten heeft in twee groote politieke genieën. Haar lijn loopt van Constantijn de Groote over Wil lem van Oranje naar den nieuwen tijd. Tusschen den gcnialcn Caesar en den ede len Leider onzer kleine republiek bestaal genetische samenhang. Het is de onvergan kelijke eere van Constantijn, dat hij, de machtige Caesar, de eerste geweest is, die bij de wet den volken het recht toekende God te dienen naar de inspraak der con sciëntie. Merkwaardig echter: zoodra het licht van den nieuwen tijd opging uit de nevelen, waarin de middeleeuwen ggj>ulci schijnen, is er wederom het conflict, dat in beginsel door Constantijn was beslecht. Ook het Protestantisme moest worstelen om de vrijheid, die de groote Caesar had beloofd. En nu is er Willem van Oranje, die klaar bewust uit Constantijns hand als een roo kende vlaswiek het ideaal der religie-vrij heid overneemt Na geschetst te hebben de overeenkomst in de ontwikkeling der persoonlijkheid Constantijn en van Willem van Oranje, stelde spr. de vraag: Is dan vrijheid religie in Calvijns beginsel gegrond? bij deze vraag zullen velen smalend de hand uitstrekken naar de rookwolk, die opsteeg van Servets brandstapel. Doch niet vergeten mag worden, dat een geniale figuur niet uitsluitend aan de 'oekomst behoort. Hij is ook kind zijns tijds; Ook bij Calvijn moet onderscheiden worden tusschen de eeuwige waarheid en haar tijdelijke openbaringsvor men. Het Calvinisme is een rein religieus le ven. Het wil alleen maar zijn aanbidding in geest en waarheid. Daarom kent het geen stoffelijke uitbeelding van al wat betrekking heeft op den dienst van God, die Geest is. Calvijn is een religieus denker. In hem roerde een diep afhankelijkheidsgevoel, een leven zooals van Gods kinderen in de H. Schrift Hij behoeft geen steun van de wijs begeerte. Was het denken der Kerk in loop der eeuwen vertroebeld, in Calvijn trad het wederom in zijn reinheid op. Het Cal vinisme schouwt het ganscho wereldproce» in Gods eeuwig licht. Het is de vrucht van Gods eeuwig denken, gerealiseerd door Zijn Het Calvinisme aanvaardt de werkelijk heid, ook die van onzen absoluten zonde- staat, maar ontsluit daarin het onblussche- lijk optimisme des geloofs waaraan inhrerent is de zekerheid en de rust, dat Gods Raad bestaan, Gods Woord waarachtig blijken zal Het Calvinisme moest zich zoo wel kerkelijk leven scheppen, dat rein geestelijk, in strikten eenvoud, Christus als zijn Koning te gehoorzamen heeft en een kerkformatic, waarin Hij zelve krachtens Zijn Woord het regiment voert door.de gemeente zelve, die alzoo een aristocratisch-dcmocratische re- gecring zich schept, die geestelijk van ka rakter, zich slechts over de gemeente uit strekt. Door deze kerkelijke formatie werd het Calvinisme echter de leerschool eenor politieke democratie, die overheid erkent rals volstrekt zelfstandige inzetting Gxls, die op haar wijze aan Hem gehoorzaamheid schuldig is. Het erkent zoowel den vrijen Staat ais de vrije Kerk, maar beide onder worpen aan Gods gezag en Woord. In deze beginselen van liet Calvinisme wortelt nu ook de tolerantie-politiek van Willem van Oranje. Toen hier de vrijheids oorlog begon, stond het .als een bron van moeilijkheden voor den Zwijger. De Staats macht stond in haar eenheid tegenover de oude en de nieuwe religie, ja tegenovei meerdere kerkformaties. Afgezien van Hol land en Zeeland waren de Nederlander gpen religieuse eenheid meer. En daarmede was aan den Prins een nieuw politiek raagstuk gesteld, naar welks oplossing hij gestreefd heeft onder den stimulans van Constantijns exempel en de grondidee van Calvijn. Er was echter dit onderscheid tus schen hem en den machtigen Caesar. Con stantijn beschikte over- een autocratische macht, Oranje over weinig meer dan zijn politiek genie. Aan de strenge Calvinisten echter zweefde het Geneefsche ideaal voor oogen. Sommigen dezer scheen de tolerantie politiek ontrouw aan de diepste beginselen. Heeft niet Datheen den Zwijger zelfs een atheïst gescholden, die ,God noch gods dienst" had, ter wille van diens streven naar rcligie-vrede? Het is merkwaardig, dat Calvijn veel rui mer is dan zijn rigoristische volgelingen. Calvijn is geen dogmatist. Zelfs waar het de Kerk, haar ritus en formatie betreft, is Calvijn ruimhartig. Eenheid van belijden cischt nog geen eenvormigheid in cultus en organisatie. Ook voor den Staat geldt, dat hij geen andere goden voor Gods aangezicht dulden zal. Dat is de norm. En het is vol komen in overeenstemming met Calvijns beginsel, dat de Overheid roeping heeft „te weeren ende uyt te roeyen alle afgoderyo ende valsche Godtsdienst" zooals er in de Confessio Belgica staat. Dat is de norm, de eisch des Woords, maar daarmede is niets beslist over de vraag op welke wijze deze nu zal worden toegepast Juist daarop nu legt Calvijn na druk en staat hij aan de zijde niet van Datheen maar van Willem van Oranje. Spr. toonde dit met voorbeelden aan. In het religféuse licht van Calvijns reldbeschouwing heeft de Zwijger den gou den draad weder opgenomen, die' aan de hand van Constantijn de Groote zoo spoedig was ontglipt en hij trok haar door in de ge weldige politieke problemen, voor welker oplossing hij was gesteld. Thans hoort men van alle zijden den lof zingen van Oranje's politiek beginsel, maar dit beteekent nog niet dat het ook prac- tisrh reeds volkomen toegepast wordt! Nog er velen, die het prijzen, maar het in eigen streven vergeten schijnen. Daaom is het van belang te luisteren naar het woord van den Zwijger tot allen, die meenen, dat hetgeen zij gelöovcn alleen bestaansrecht heeft. Aldus sprak hij: indien hun meenin- gen verkeerd en valsch zijn, „elles se fon deront comme la netgezu soleil". De waar heid is groot. Zij alleen zal overwinnen, want zij is de waarheid Gods. In de toespraken richtte Prof. Visscher zich allereerst tot de heeren bestuurderen van den Geref. Bond en de Curatoren van den Leerstoel, waarin hij dank bracht voor het in hem gestelde vertrouwen, en de on gewoonheid schetste om aan iemand, die op den drempel staat van den fatalen termijn door de Wet gesteld, die bovendien van een gewoon Staatshoogleeraarschap reeds af stand deed .nog weer een bijzonderen leer stoel op te dragen. Spr. stelde liet op hoogen prijs, dat bestuurderen en Curatoren zich door de overweging van zijn leeftijd niet hebben laten weerhouden. Bewust, dat onze adem in Gods hand is, heeft spr. zijn schroom overwonnen, en de taak aanvaard, conservatief als Calvinisten zijn in de er kening, dat wij moeten werken zoolang het dag is. Na Curatoren der Universiteit te hebben toegesproken, waarhij hij woorden van dankhare herinnering sprak aan zijn leer meester prof. Acquoy, richtte Prof. Visscher zich tot de heeren Professoren, met name hen, die de Theologische Faculteit vormen. Met betrekking tot het instituut der bijzon dere leerstoelen neem ik hetzelfde standpunt in als gij. aldus spr. De wijze, waarop het gebruikt wordt, bewonder ik allerminst. En dat met name de Faculteit der Godgeleerd heid er een bijzondere vernedering door on dergaat, daarover heb ik met Dr. Kuyper zeiven van gedachten gewisseld. Dat Uw Senaat te mijnen behoeve op bij zondere wijze van zijn welwillendheid heeft doen blijken, daarvoor breng ik gaarne mijn oprechten dank, die des te dieper gevoeld is, omdat ook alzoo heden nog de politieke grondidee van Willem van Oranje door don Senaat van Zijn Hooggeschool in practijk wordt gebracht. Ik hen geen propagandist, maar slechts vertolker van beginselen, die aan ons volksleven het stempel hebben op gezet en die, al zijn ze oud, toch onsterfelijk en dus eeuwig nieuw zijn. De studenten toesprekend, zeide Prof. Vis scher, dat hij hoopte, dat onder hen er ook zijn zullen, welke richting ze ook meenen te volgen, die zich gedrongen gevoelen tot de wetenschappelijke doorgronding van de levenshegiselen ven die kleine groep onder ons volk, die onder Oranje's leiding een ca chet heeft gezet op ons nationale loven dat een paar eeuwen van ontkerstening zelfs niet vermochten uit te wisschen. Het nieuwe laboratorium van de Vrije Universiteit VOOR DE WIS- EN NATUURKUNDIGE FACULTEIT Een complex gebouwen, waarop de V.U. trotsch mag zijn Hedenmiddag te half twee werd te Am sterdam het nieuwe laboratorium van de Vrije Universiteit voor de Wis- en Natuur kundige faculteit geopend. Tal van auto riteiten en genoodigden hadden zich tegen het aanvangsuur der plechtigheid ver- eenigd in een der collegezalen, waar het eerst het woord voerde Dr H. Colijn, pre sident-directeur van de V. U. Met een korte rede droeg de spreker het gebouw over aan de drie hoogleeraren der faculteit: Prof. Dr. J. Coops, Prof. Dr. J. F. Koksma en Prof. Dr. J. G. Sizoo, na mens wie eerstgenoemde antwoordde. Hierna sprak de Ministei van Onder wijs, Kunsten en Wetenschappen, Mr. J. Terpstra. waarna de aanwezigen het ge bouw bezichtigden. Op een en ander komen wij in ons blad van morgen terué- Rondgang door het gebouw Het gebouw is gelegen aan de de Laires sestraat in Amsterdam Zuid, naast het laboratorium van Prof. Dr. J. Waterink en Prof. Dr L. van der Horst en in de nabij heid yan de Valeriuskliniek, een complex gebouwen waarop de Vrije trots mag zijn. Wij herinneren onze lezers, dat in de jaar vergadering der Ver. voor H. O. op Geref. grondslag te Arnhem, in 1927 gehouden, be sloten werd tot de oprichting der 4e faculteit. In drie jaren tijds werden de benoodigde gel den door de vrienden der V. U. bijeenge bracht en bij de viering van het gouden ju bileum op 20 October 1930 bood het bestuur van het Uitbreidingsfonds directeuren een bedrag van pl.m. 5 ton aan als resultaat van de gevoerde actie. Thans is het gestelde doel verwezenlijkt. Een artistiek, doelmatig gebouw is verrezen onder de architectuur van den heer B. T. Boeyinga. Bij een rondgang in het nieuwe gebouw, onder het vlot en prettig geleide van de hoogleeraren der 4e faculteit, komt men al meer onder den indruk, dat ons land een wetenschappelijke inrichting rijker is ge worden, die met eere mag worden genoemd. Onwillekeurig dachten wij aan den strijd der vaderen, aan de vele tegenslagen waar mede zij hadden te worstelen, aan den fei len kamp voor de gelijkwaardigheid van de Vrije met de andere Universiteiten. Hoe heeft een vorig geslacht naar een dag als heden uitgezien en geloofd dat hij komen zou! Al dadelijk bij het betreden van de hal, die toegang biedt tot de beide vleugels van het gebouw, vallen op de fresco's van Bayens, op bijzonder fraaie wijze uitge voerd, rijk aan symboliek met betrekking tot het wetenschappelijk doel van den beid in het laboratorium te verrichten. De principieele basis van dit werk wordt gekenschetst door de Bijbelwoorden uit het Boek der Openharingen „Gij, Heere, zijl waardig te ontvangen de heerlijkheid en de eer en de kracht, want Gij hebt alle dingen geschapen en door Uwen wil zijn zij en zijn Eenige bijzonderheden Het Natuurkundige Laboratorium beslaat de rechtervleugel van het gebouw, met het front aan de Lassusstraat. Het Scheikundig laboratorium ligt langs de Lairessestraat. Eerstgenoemd laboratorium bevat een groot aantal kleinere vertrekken, waarvan die in de ondergrond en op de begane grond be stemd zijn voor meer gevorderde studenten na het candidaatsexamen. Tevens zijn inde ondergrond de machinekamer met oliestook inrichting en de schakelkamer voor de electrische leidingen; verder op de begane grond de instrumentenmakerij, de admi nistratiekamer en de werkkamer van de hoogleeraar in de natuurkunde. Prof. Sizoo. De eerste verdieping is ingericht voor het vóór-c.andidaatspracticum en bevat tevens de collegezaal met voorbereidingsruimten. De tweede verdieping van het Natuurkun dig laboratorium be\at een collegezaal voor wiskunde, met een zitkamer voor de betref fende hoogleeraar Prof. Koksma. Verder nog enkele lokalen die voor chemisch onderzoek radioactieve stoffen in gebruik zullen worden genomen en eenige reserveruimten. Op de derde verdieping zijn de kamer met de electrische batterijen en de archiefkamer In de ondergrond van het Scheikundig laboratorium bevinden zich aan de straat zijde de rijwiel bergplaats, het chemicaliën- magazijn, de glasblazerij en het glasmaga zijn. Aan de achterzijde een viertal groote- re werkruimten voor onderzoekingen door meer gevorderden en enkele kleinere ver trekken. De begane grond omvat de biblio theek, een ruime zaal voor een practicum organische en anorganische chemie met hulpvertrekken, een kleinere zaal voor doe torandi en de zitkamer voor de hoogleeraar chemie (Prof. Coops), met privé lahorato rium. De eerste verdieping bevat een col legezaal voor chemie met voorbereidings ruimte, een groote practicum voor eerste- en tweedejaars met hulpvertrekken en een zaal voor phvsisohe chemie. De tweede verdie ping wordt in reserve gehouden. Alle verdie pingen zijn met elkaar verhonden door een diensttrap en een goederenlift Op de zolder is een groote ventilator ge plaatst, die het geheelj gebouw van ver- sche, eventueel voorverwarmde lucht kan voorzien. Beeldhouwwerk van Van Revn versiert de gevel en (gelijk reeds werd opgemerkt) wandschilderwerk van Biyens de hallen. Een „particuliere instelling". Een der hoogleeraren merkte bij de be zichtiging van dit alles op. dat in het oog moet worden gehouden hoezeer is gestreefd naar eenvoud en betrekkelijke soberheid, omdat men hier te doen heeft met „een particuliere instelling". Inderdaad beschik ken de Rijksuniversiteiten over grootere la boratoria, maar wat hier is verkregen mag superieur heeten, al is de opzet dan wat kleiner. Waar men ook komt, alles functio neert voortreffelijk. Van de nieuwste tech nische vindingen op dit gebied is ruim ge bruik gemaakt. Verbluffend is de eenvou dige en tooh-doelmatige inrichting van alles. Typisch is ook het complex gekleurde bul- zen door het geheele gebouw: blauw voor water, rood voor gas, paars vöor perslucht", groen voor electriciteit, bruin voor de warm watervoorziening, zwart voor de wateraf voer. Deze „particuliere instelling" van 4% ton (uitgezonderd de kostbare collectie instru menten) moge bij den bouw van Overheids instituten als voorbeeld van efficiëncy gelden De colleges worden begonnen met 32 stu denten; oudere jaars zijn er onder hen nog niet, maar die komen nu vanzelf. Een paar jaar heeft men zich moeten behelpen; een nieuwe periode is heden ingeluid. FILIAAL BREESTRAAT 85 LEIDEN Voornaamste Nieuws. Prof. Dr. H. Visscher heeft heden de inau- gureele oratie gehouden als bizonder hoog leeraar te Leiden. Vanmiddag is het nieuwe laboratorium voor de wis- en natuurkundige faculteit der Vrije Universiteit te Amsterdam j Mac Lonald biedt te Genève een ontwerp- ontwapeninqsconventie aan, met nauwkeu- rige cijfers. Dr. Luther als president van de Duitsche Rijksbank afgetreden. Dr. Schacht in zijn plaats benoemd. DE ZEVEN PROVINCIËN DUISTERNIS OM EEN INTERVIEW Men zal zich herinneren hoe er hier te lande al spoedig uitvoerige publicaties konden ver schijnen over het gebeurde op „de Zeven Pro- vinci8n". dank zij een interview dat een Aneta- verslaggever had gehad met den 2den luit. ter zee Baron de Vos van Steenwijk. Geruimen tijd daarna volgden zoowel namens dezen Baron de Vos van Steenwijk als namens anderer mededeelingen in de pers, als zou Baron de Vos van Steenwijk een ander relaas hebben gegeven dan door bedoelden verslag gever was vermeld. O.i. terecht zün in som mige bladen deze mededeelingen als zéér on aannemelijk verklaard en werd de gedachte geopperd, dat de geïntervierwde luitenant over zijn loslippigheid berouw zou hebben ge kregen. Thans gaat het ons echter heelemaal duize len, want in Het Volk wordt nu door den vice-president van het Arnhemsche gerechts hof het volgende geschreven: „De feiten zijn deze: Baron De Vos van Steenwijk was 4 Februari jarig en had in den nacht van 4/5 Febr. jl. van 134 uur de zoogenaamde „hondewaeht". In verband hiermede is hij te omstreeks 9 uur dien avond „naar kooi" gegaan. Terwijl hij sliep brak de muiterij uit. Het zoogenaamde Aneta interview met Baron De Vos heeft niet plaats gehad. Dit is de waarheid." Hoe hebben we 't nu? NEERBOSCH' 70-JARIG BESTAAN De herdenking van het 70-jarig bestaan van de weesiniichting te Neerbosch is be paald op 7 Juni. Feestredenaar zal zijn ds. W. A. B. ten Kate, te Wassenaar. Scheepsbrand te Antwerpen. De Eerste Kamer heeft de begrooting van Defensie aangenomen en daarna een aan vang gemaakt met de behandeling der be grooting van Buitenlansche Zaken. Onze roode Marine III. Aankoop van ponden sterling door Amster dam ter betaling van rente en aflossing op de 5% pondenleening 1924. De rijksmiddelen hebben in Februari 31.227.000 opgeleverd, of 6.743.500 minder dan verleden jaar. Voor de eerste twee maan den is er een nadeelig verschil van 7.424.300 Gister is van het personeel der Marine te Den Helder een verklaring geëischt, dat men geen lid is van eenige socialistische vereeni- ging. Enkelen hehben geweigerd. Het ZONDAGSBLAD van heden bevat ojn.J Meditatie: Niemand verloren. Hij droeg onze smerten, vers van Jacob" Revius, met een Aanteekening van P. v. R. Van Boeken en Schrijvers: P. J. Ris- seeuw bespreekt Als de geest rijptdoor Jan van Kampen, en: Zonder Tucht, van Ds. Hogenbirk. Kort verhaal van J. Mulder: Spreken, na gestorven te zijn (slot). Van bonte dingen, door G K. A. Non- hebel. Geïllustreerd artikel van Jan Ietswaart Gelukkige jeugd (slot). Oud-Indiaansche rotsteekens.. Dit dat. Vervolgverhaal van K. Lantermans Henderik van t Hopland, Jeugdrubriek met o.m. een vervolgver haal van G. K. de Wilde: De avonturen van Ternao de Magelhaes. Kleuterkrantje. Gemengd Nieuws. 15-JARIGE JONGEN VERM1ÖT UIT DE BEVELANDSCHESTRAAT Men meldt ons uit Den Haag: Sedert S Maart j.l. wordt uit de ouder lijke woning vermist de 15-jarige Martinus van ^der Zwan, wonende Bevelandscheotraat Signalement: lengte circa 1.00 M.t donker haar, brume oogen, bol gezicht, gezonie kleur, flink postuur. Kleeding: grijs sportcostuum met korte broek, beige kousen, lage zwarte schoenen met ijzeren beslag, lichte pet. Namens rte ouders verzoekt de Commissaris van Politie der afdeeling C alhier de opsporing van ge noemden jongen. f INDIEN U ZICH REEDS THANS ABONNEERT ONTVANGT U TOT 1 APRIL A. S. GRATIS Abonnementsprijs 18 cent per week f2.35 per kwartaal ABONNÉ'S UP TE GEVEN AAN DE ADMINISTRATIE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 1