EERSTE KAMER
BINNENLAND.
Radio Nieuws.
DE LAATSTE D
ER TRIBUNEN
DONDERDAG 16 MAART 1933
TWEE MINISTERS. DIE BLIJVEN
MOGEN
ONDERWIJS Z. H. S. AANGENOMEN
DEFENSIE ONDER HET MES
OVERZICHT
Dat men zoowel in Eerste als Tweede K<^-
mer minister Donner noode ziet heenpaan,
is alpemeen hekend. Gister hebben echter
nop een tweetal andere bewindslieden in
den Senaat de vriendelijke en vereerende
woorden mopen hooren, dat men hen gaar
ne in een volgend kabinet zal terugzien.
Allereerst was het minister Terpstra, die
van den heer Nivard mocht vernemen, dat
deze na de verkiezingen den minister
paarne aan zijn departement zou zien terug
keeren. Later was het de soc.-dem. heer de
Zeeuw, die zich wel niet op dezelfde wijze
uitliet als zijn R.K. collega, maar zich toch
geroepen achtte den minister te verdedigen
en op verdienstelijke wijze tegen het
verwijt, dat in het Voorloopig Verslap der
Kamer tot den minister was gericht, nl. dat
deze meer administrateur zou zijn dan oe-
windsman. In de discussie heeft deze min
gunstige beoordeeling van 's ministers be
leid echter peen verderen weerklank ge
vonden. De vrijmoedigen. die haar we! in
de geslotenheid der Kamerafdeelinpen ten
beste durfden peven. misten blijkbaar den
moed in het openbaar voor het front te tre
den. We willen voor hen hopen, dat ze ach
teraf nop tot het inzicht zijn gekomen, dat
hun beoordeeling oniuist en mindenvaar-
die was. Uit hun zwijgen mag, naar wij
roeenen, wel de conclusie worden eetrok-
ken. dat de minister uit het schriftelijke en
mondelinge debat met eere te voorschijn is
petreden. De aanval op zijn beleid was vol
komen misplaatst. We durven dit zeggen
op grond van het oordeel over onzen mi
nister van Onderwiis zoowel van mede- als
tegenstanders in de politiek. Als er een mi
nister is meegevallen, dan is dat ongetwij
feld Mr Terpstra, Hij was voor velen
een onhekende. maar de achterliggende pe
riode heeft bewijzen te over geleverd, dat
hij als bewindsman volkomen op zijn plants
was, de zaken van zijn deoartement kende
en in het parlementair debat al spoedig
pii-h volkomen thuis gevoelde en niet met
zich liet spelen, gelijk de heer Ketelaar in
deed heeft ondervonden.
Met genoegen hebben we daarom dewoor
den van de heeren Nivard en de Zeeuw ge
hoord en wat ons betreft geschiede hetgeen
de Rotterdamsche wethouder nan Onder
wiis als ziin wensch uitsprak.
Het is den minister overigens met zijn
begrooting niet moeilük gemaakt
De heer Nivard maakte een aantal bemer
kingen over de bezuiniging bij het Nijver
heidsonderwijs en over de omzetting van
driejarige cursussen op ambachtsscholen in
tweeiariee.
Dergelijke critiek schijnt voor sommigen
'een stokpaardje. Hoe wednig gefundeerd ze
welbeschouwd is. had de minister reeds eer
der in de Tweede Kamer aangetoond en
ook nu weer bleek hoe weinig grond er voor
de gemaakte opmerkingen was. Zelfs zou
men bijna kunnen zeggen, dat ze van eeni-
ge lichtvaardigheid en oppervlakkigheid
niet volkomen vrij waren.
Ook met de critiek van den Leidschen
hoogleeraar Kranenburg over de bijzondere
leerstoel bad de minister weinig moeite.
Hii herhaalde, dat de ter zake bestaande re
geling zal worden herzien en dat met name
bijzondere aandacht zal worden geschonken
aan de financieele basis v>an de lichamen,
die tot het stichten van een bijzonderen
leerstoel overgaan.
De gedachtenwisseline over de Leidsche
musea was van betrekkelijk ondergeschikt
belang. Ter zake waren de oud-curator Mr
de Gyselaar en de curator Mr. Briël het niet
eens. De minister is ter zake diligent en
stond zakelijk meer aan de zijde van laatst
genoemde. Terecht n°ar v\e meenen
Juiste opmerkingen maakte de minister
ook over het geruchtmakende plan tot con
centratie van scholen, waarvan men vooral
in liberalen kring hoog opgeeft, tientallen
millioenen bezuiniging worden er van ver
wacht Een papieren plan, oordeelde de
heer de Zeeuw, waarvan het zeer de vraag
is of het onderwijs er beter en goedkooper
van zou worden. De minister sprak vau di
lettantisme, dat voor het onderwijs van wei
nig waarde is te achten. Een rapport er
over is reeds verschenen. We vreczen dat
het der liberalen bezuinigingsplechtanker
in de diepten van den politieken oceaan zal
doen verdwijnen. De heeren, die zoo ingrij
pend willen bezuinigen, naar ze voorgeven,
zullen op zoek moeten gaan naar andere
objecten.
Nieuwe kapitaalsuitgaven voor het onder
wijs moest de minister afwijzen Geen uit
breiding van den leerplicht dus. We mogen
blij zijn, dat we op dit punt kunnen hou
den wat we hebben, merkte de minister
niet ten onrechte tegenover den heer de
Zeeuw ojj.
Met voldoening zullen velen vernemen,
dat in overweging is het denkbeeld om bij
het onderwijzersexamen verplicht te stellen
dat voor Nederlandsch een voldoend cijfer
wordt behaald. Misschien dat het bekende
en .veelbesproken euvel daan-an goeden in
vloed zal ondervinden.
Z. h. s. ging de begrooting er door.
Daarna werden we gedwongen geruimen
tijd te luisteren naar de sarcastische anti
militaristische ontboezemingen van me
vrouw PothuisSmit. Ze behandelde aller
lei onderwerpen, waarvan de moreele zijde
op oppervlakkige en misleidende wijze naar
voren werd geschoven. Er was geen woord
nieuws bij.
Na haar betoogde Prof. de Savornin
Lohman hoe noodig het is, dat we in deze
zorgivolle tijden waakzaam blijven en ons
operatief orgaan op peil houden. We zijn
met de bezuiniging op Defensie zoo ver ge
gaan, dat we. vergeleken met tien jaar ge
leden, een vierde minder aan onze weer
macht besteden. Dat is nu wel het uiterste.
Dat de minister zich in denzelfden geest
had uitgesproken, verheugde den heer
Lohman en hij zou het allerminst betreu
ren, als de minister de a.s. kabinetswisse
ling zou overleven. Vooral ook omdat deze
op zoo energieke wijze bezig is onze weer
macht van onbetrouwbare elementen te zui
veren Den minister werd daarbij op het
hart gedrukt zich niet in slaap te laten sus
sen. Dat de marinehonden zoo snel en zoo
volledig aan 's ministers verlangens had
den voldaan, kan ook te denken geven.
Daarom moet de positie der militaire orga
nisaties goed worden afgebakend. De ver
keerde verhoudingen van vroeger moeten
niet in anderen vorm herleven. We vertrou
wen, dat minister Deckers, wiens aanblij
ven ook ons niet onwelkom zou zijn, op dit
punt de oogen goed open zal houden.
Laatste spreker van den middag was
de R.K. vakvereeniginesman de Bruvn. die
nog maar steeds vergeet, dat hij deel uit
maakt van de Eerste Kamer en dat de be
handeling van allerlei persoonlijke belan
gen en detailzaken minder eigenaardig op
haar plaats is in den Senaat. De heer de
Rruvn behoeft niet te hericauwen wat een
paar maanden geleden in de Tweede Ka
mer breed uit besproken is. Onder bepaalde
omstandigheden kan zwijgen ook verdien
steliik werk zijn.
Heden verder met Defensie en dan Bui-
tenlandsche Zaken.
tn behandeling genomen.
De heer NIVARD (R. K.) had waardeering
voor den arbeid van den minister, die door de
omstandigheden wel niet heeft kunnen doen,
wat hij gaarne tot stand zou hebben gebracht.
In 't bijzonder werd daarna de bezuiniging
op het Nijverheidsonderwijs besproken. De
heer Nivard meende, dat daaraan wel eenlge
schade is aangebracht, met name ook door het
Inperken van het ambachtsonderwijs tot 2-jn-
rlge cursussen. Wel Is voor het metaalbedrijf
een 2-jarige cursus voldoende, maar voor al
lerlei andere vakken Is dat niet zoo. Voor het
Dlatteland. waar weinig grootbedrtJf Is, is een
driejarige cursus eigenlijk onmisbaar.
vaklieden krügen
erkeerd gebruik wordt gemaakt. Het is er
oms alleen om te doen om den titel van hoog
leraar te bemachtigen. Noodig is het stellen
vergelijking in het Verslag der Kamer
schen wtilen Dr. de Visser en dezen minister,
waarbU Mr Terpstra verklaard wordt meer ad
ministrateur dan bewindsman te zijn. Het is
toch niet noodig elke vier jaar een nieuwe on-
derwüswetgeving te gaan maken! Het past
t'.e het onderwijs duur gemankt zou hebben,
isschien Is er eons een enkel geval van een
et beslist noodige school, maar dat kan geen
gument tegen de pacificatie zelf zön. waar
in de heer De Zeeuw niet gaarne afstand zou
Uien doen. Het lijkt
dat he
bedoeld ls om de pacificatie zelf
treffen.
De veelbesproken liberale scholenconcentra
tie lijkt meer een papleren plan, dan een mo
gelijkheid. Zelfs al zou er Iets van kunnen ko
men, dan is het nog de vraag of het onderwijs
er beter en goedkooper van zou worden.
De klachten over de ongunstige resultaten
van het onderwüs achtte de heer De Zeeuw
eenigermate overdreven. De klachten zijn reeds
Tn het middelbaar onderwijs wordt een voor
bereiding gegeven voor het technisch hooger
onderwijs; het middelbaar onderwijs heeft te
zeer het karakter gekregen van vakopleiding.
Den leerplicht zou de heer De Zeeuw willen
zien verlengd en betreurd werd, dat de leer-
lingenschaal
is, omdat ook de kosten der musea ten la
De heer BRIëT (a.r.) daarentegen wilde
b(j Onderwijs behouden: het verband mag n
verloren gaan. Zulks ondanks het feit, dat
museakosten de onderwijskosten verhoogen.
SMEENGE (Lib.) had een klacht
ichtgel
Lrbü
het openbaar onderwijs
king komt. Erkentelijk was hij voor 's minis
ters bereidwilligheid om een onderzoek in tc
stellen in zake het onderwüs aan schippers
kinderen. Aangedrongen werd op voortzetting
van dat onderzoek.
Na de pauze kwam MINISTER TERPSTRA
aan het woord. Hü dankte voor de tot hem ge-
deering door de hee
ren Nivard, Briët en
Het sprak van zelf, meende
de pacificatie de onderwüskc
de i
sr, da
irdrüve niet. Ook de
«laar of do be-plelte zeer groote scholen In het
lelang van het onderwüs zouden zün. valt te
letwtffelen. Over deze aangelegenheid ls een
apport ontvangen, waaraan de minister zün
iiindacht zal schenken.
Feit Is, dat we met de kosten van ons lager
mderwüs heel hoog staan.
Uitbreiding van den leerplicht Is financieel
De leerllngenschaalwüzlglng was bitten
hooriük Nederlandsch schrüft. Is dat niet het
geval, dan moeten er büzondere oorzaken voor
zön. De minister overweegt deze zaak. Hi
denkt er b.v. aan om als absoluten elsch te
stellen, dat een caudldaat-onderwüzcr voor Ne-
derlandsc-he taal een voldoend cüfer moet
hebben.
De collegegelden zullen niet worden ver
hoogd, wel zullen ze langer dan 4 jaar moeten
worden betaald. Deze maatregel heeft met se
lectie niets te maken, maar beoogt slechts
verhooging van de Inkomsten van '8 Rüks ksa.
De büzondere leerstoelen besprekende «telde
de m«n'ste) de vraag aan den netir Kranen
burg welke leerstoelen dan overbodig zün.
Deze bedoelde er vermoedelük maar één nl. die
voor de Hegollaansche filosofie te Lelden.
op het standpunt, dat
- de Regee-
erkende lntusschen, dat de wet-
telüke bepalingen wel dienen te worden her
zien In de richting van verscherping. O.a. ten
de financieele basis
tlgen leerstoelen.
TenzU er büzondere bezwaren zün. i
de mi-
- eid de kosten der Leidsche
r Ethnograflo en Oudheidkunde naar Kun-
en Wetenschappen over te brengen. Na-
rltjke historie en Herbarium moeten echter
onderwüabelang dienen, dat prevaleert
Bü het NUverheidsonderwüs zün de lesuren
beperkt, omdat er vroeger veel overbelaatlng
was. wat aanleiding gaf tot veel ziekteverlof.
De omzetting van 3-jarlge cursussen In 2-
Jarige geschied* niet op voorschrift: wel wordt
geadviseerd in die richting. De ervaring leert,
dat de twee-jarige cursus (4 halfjaarscursus
sen) technisch en practlsch uitstekende resulta
ten geeft. Toekomstige leerlingen komen eer
en in grooter getale van de straat. In Rotter
dam Is gebleken, dat na twee Jaar de Jongens
behoorlük door het bedrüfsleven worden opge
nomen. Een leerling van de ambachtsschool
kost bü ons f 400 per Jaar, veel meer dan In
het buitenland.
Het onderwüs voor schipperskinderen is in
onderzoek; belanghebbenden i
nig medewerking.
BH het herplaatsen van wacntgeiaerB
de belangen van de school rekenlni
Mevr. POTHUISSMIT (S.D.) erkende de ver
beteringen voor de mobillsatleslachtoffers, maar
er is nog aiet genoeg gedaan. Idem voor de
oud-gepensionneerden.
Voorts werd respect betuigd voor de dlenst-
Gevraagd werd hoever de Regeering gevor-
De VOORZITTER roept de spreekster I
Zelfa, zoo luidde d«
minister deze Industrie.
Het optreden der Nederlandse he delegatie ter
echter wel I oorlogsellende gespaard -Ijn gebleven.
•apenlngscionferentie
apening. Ook handhaaft
de 8 Nov.-dc-i
IN LOHMAN
op den zorgvolien Internationalen toestand.
Blijft Frankrijk op zijn standpunt staan, dan
za! Dultschland tot herbewapening overgaan en
dreigt misschien een conflict ergens In de buurt
van Polen. Verder la er de strijd in het Oosten
met al wat daar misachten achter verborgen is.
Nederland behoort op deze teekenen der tlj-
pML _1. jbehoort ook
.^Zljn
king te beschermen Wan
reeks zal eventueel DuiLs<
Limburg te trekken, indi
een conflict met Frankrijk en Be«lglë zou komen.
Ook omgekeerd zou men ons la«nd als ultvais-
poort kunnen gebruiken.
Men moet rich op dit punt niet in slaap laten
wiegen en nood«ig is ons operatief orgaan In
te houden. Zelfs met een soc.-dem. velllg-
de Belgische forter.-
iland nopen door ons
icht zoudei
Mevr. POTHUIS (S.D.): Dan
De heer LOHMAN: Dat wo i
KARL HEINRICH MARX
Vijftig jaar na zijn dood
Op 14 Maart was het een halve eeuw ge
leden, dat Karl Marx, de groote pionier van
de socialistische beweging, te Londen over
leed.
De socialisten en communisten zullen het
hunne wel doen om Marx te vereeren. Toch
is het misschien niet ondienstig, bij den
vijftigsten sterfdag van den man, die eens
het parool gaf: „Proletariërs van alle lan
den, vereenigt ui" iets over hem mee te
deelen.
Marx was een groote geest en zijn werk
heeft veel invloed gehad op sociaal-econo
misch terrein.
Geboren te Trier uit een Joodsche familie
op 5 Mei 1818, was hij reeds jong student
te Bonn en Berlijn, waar hij in de rechten
studeerde. Diepe studie maakte hij van
Hegels Werken, waarvan de invloed merk
baar werd iri zijn" eigen schrijfwijze,
In 1841 promoveerde Marx, waarna hij
zich in den stijd mengde, dien de radicalen
tegen de Pruisische regeering voerden. De
revolutionaire beginselen hadden in hem
post gevat en spoedig kwam. hij in de redac
tie van de „Rheinische Zeitung", een blad
van het uiterste radicalisme.
Gedurende dien tijd valt de eerste ken
nismaking met Friedrich Engels, den Elber-
feldschen fabrikantenzoon, die hem in Keu
len opzocht
In 1843 trouwde hij met Jenny von West-
phalen, de dochter van den hoogsten regee-
ringsambtenaar van Trier, die in haar lief
de tot hem, in welke omstandigheden
Marx ook verkeerde, trouw is gebleven
Spoedig vertrok hij naar Parijs, waar hij
met verschillende Fransche socialisten en
vele Duitsche bannelingen o.a. Heinrich
Heine, in aanraking kwam.
Omdat hij in 1845 uit Parijs werd uitge
wezen, vertrok hij naar Brussel, waar En
gels hem financieel begon te ondersteunen.
Na de Februari-revolutie in 1848 keerden
Marx en Engels korten tijd terug naar
Duitschland. Inmiddels had Marx gepubli
ceerd „Misère de la Philosophic". Wel.Ira
stelden hij en Engels het algemeen bekende
„communistische mannest" op.
In Duitschland kon Marx niet blijven,
want in 1849 vertrok hij naar Londen, waar
in 1867 het eerste deel van zijn groote werk
„Das Kapital" uitkwam. De beide andere
deelen kwamen pas na zijn dood, onder be
werking van Engels, uit, benevens zijn
„Studiën über der Mehrwert".
Ook behoorde Marx in 1864 tot de oprich
ters van de eerste Internationale. Ons land
bezocht hij ter gelegenheid van het congres
dat in 1872 in den Haag werd gehoudea
Als tolk en gids had hij toen H. H. van
Kol, toen jong student van de Deutsche
Technische Hoogeschool.
Behalve sommige reizen, vertoefde hij
steeds te Londen, waar hij door 't schrijven
van artikelen voor Amerikaansche en Euro-
Reesche bladen voor zich en zijn gezin in
zijn onderhoud voorzag. Veel leverde hem
dit niet op, maar zijn vriend Engels zorgde
er voor, dat de familie Marx niet ten onder
g»ng.
Hoe Engels zijn vriend Marx steunde,
blijkt uit dit stukje, dat we in de roode
pers vonden:
„Marx, die meestal in financieele moei
lijkheden verkeerde, leende zooals uit zijn
briefwisseling blijkt vaak geld van den ge
fortuneerden Engels. Deze laatste stuurde
hem het geld dan gewoon per brief toe.
Welke maatregelen zij tegen diefstal namen
blijkt blijkt uit de volgende regels:
Manchester, 9 Nov. 1864
Lieber Mohr,
Inliggend op rekening van de erfenis 200
pond sterling in twee halve banknoten k
100 pond. Als het goed loopt zal er onge
veer nog 40 pond uitkomen. Zoodra je mij
telegrafisch bericht, zend ik je de beide
andere helften
(Ontleend aan „Der Briefwechsel zwischen
Friedrich Engels und Karl Marx", uitgege
ven door Bebel en Bernstein)."
De ontberingen en verbanningen hadden
het sterke gestel van Marx ondermijnd,
zoodat de laatste jaren het werken hem on
mogelijk werd.
Zijn vrouw, die in 1881 overleed, kon hij
de laatste eer niet bewijzen.
Deze slag kwam hij niet te boven en den
14cn Maart 1883 blies hij den laatsten adem
uit
De theorieën van Marx worden door velen
nagevolgd, meer of minder nauwkeurig,
wat heden ten dage een strijdvraag is tus-
schen socialisten en communisten.
De laatsten beweren de rechte volgelin
gen van Marx te zijn.
Bij voorkeur sprak Marx zelf van com
munisme.
De pas verschenen aflevering van „De
Sociaal-Democraat" is een Karl Marx-num-
mer, waarin Dr F. M. Wibaut o.m. schrijft:
,De ouderen van ons hebben den tijd ge
kend, dat er tusschen de begrippen com
munisme en socialisme geen verschil was.
De communistische beweging en de socia
listische beweging zijn sedert scherp uit
elkander gedreven. Doch wie nu en dan tijd
vindt om er zich rekenschap van te geven,
wat de communisten als einddoel willen
bereiken, zoekt nog vergeefs naar het ver
schil".
De laatste weken heeft men over samen
gaan van Socialisten en Communisten weer
heel wat kunnen lezen.
In 1824 ging Marx' familie tot het Chris
tendom over. Op Karl Heinrich schijnt dit
niet de minste invloed gehad te hebben en
in zijn leven is dit ook niet merkbaar ge
worden, maar wel het tegendeel.
Daar Marx de grondlegger van de leer
van den klassenstrijd was, is er voor de
Christelijke arbeiders geen plaats achter de
Marxistische vanen.
gevolg van de prompte mobilisatie en concen
tratie In de bedreigde gebieden, waaruit onze
i&te wil is gebleken.
De heer MOLTMAKER (S.D.): Dacht u dat
t aan ona leger te danken was?
De VOORZITTER Hamert.
De heer DE SAVORNIN LOHMAN: Ja zeker.
De°heereDEr'zEEUW (S.D.): Generaal Snijders
eet wel beter.
De heer DE SAVORNIN LOHMAN wil niet
op neerhalende wijze over ons leger wordt
minister zijn reorganlsatlevoorsteUen met sterke
afvloeiing van beroepepersoneel heeft gewit-
zigd. We reorganlseeren veel te vaak. Na Var
Dijk kwam Lambooy en nu weer Deckers. Hei
zal na alles groote inspanning koeten de mo-
bllLsatleparaatheid op pell to houden. Het go-
beurde ls alleen te aanvaarden met het oos ot
de buitengewone tijdsomstandigheden.
dan de andere depari
het zelfs in min Istrabele
En to
kringen -
alsof alleen Defensie van
•iog uitgesloten Is.
Met voldoening
vrijz.-dem.
de bezulni-
voldoening stelde de heer Lohman vast.
bezien. Het gaat wel erg vlot met het zul
mken. Zijn de bonden eer
in leger en vloot, dan
enkel bezwaar die to verwijde-en:
Dat geeft te i
keerd insluips
«■dot. die
op 20 Sept. 1932 meende de
:e moeten bijstaan, is krljgs-
-*-betoogde.
De cad<
HaagscheL.
tuchtelijk gestraft. De heer Loh...
dat de straf van dezen misschien ietwat heel
gebakerden Jongeman niet volkomen gerecht
vaardigd l-s te achten. Het gevaar bestaat daar
door ook, dat militairen voortaan bij
een straatje om zullen loopen als er
r hij i
ihterhoudon, dat i
■ent bij de bezuiniging op z'n hoede zij
paraatheid onzer weermacht.
Voor de zoetsappigheid der vrljz.-dem. op drtt
punt. was de heer Lohman erg beducht. Ver
zwakking der weermacht ki.mt den defensie-
nihilisten in het gevlei. Het uiterste ls op dit
punt thans bereikt en moeit men nog verder
willen gaan. dan zal het de vraag worden of de
heer Lohman en de zijnen nog langer aan de
begrooting hun stem zullen kunnen geven. Maar
blijft deze minister, dan zal hij hen stellig nooit
deze pijnlijke noodzaak stellen,
heer DE BRUYN (R.K.) besprak
lende personeelsbelangen en verklaarde
slotte, dat de belangen van de mobllsatieslacht-
offers behoorlijk worden behandeld. Hun be
langen schijnen meer en meer voor persoonlijke
en nu zelfs voor politieke belangen van den
leider van den Bond van mobIUsati©slachtoffers
te worden gebruikt. Deze man treedt zeer on-
bohoorlijk op tegen den mlnlser en zijn amb-
Gevraag-d werd of niet een beroepsinstantie
voor afgewezen moblllsatieslachtoffers zou kun
nen worden IngesteldL
De vergadering werd verdaagd tot heden 11
LEVERING VAN WAPENS!
GEEN BIJZONDERE MAATREGELEN
Op schriftelijke vragen van het Tweede
Kamerlid A 1 b a r d a betreffende het spoe
dig nemen van maatregelen v«an regeerings
wege ter verhindering van leveranties van
wapens en munitie uit Nederland en Ne-
derlandsch-Indië naar het Verre Oosten en
Zuid-Amerlka, heeft de minister van bin-
nenlandsche zaken, voorzitter van den
raad van ministers, geantwoord:
Daar het" aan dë regoering bekend is, dat
in en buiten den Volkenbond internatio
naal overleg gaande is, ten einde te gera
ken tot het vaststellen van een gemeen
schappelijke gedragslijn met betrekking tot
levering van wapenen en munities naar het
Verre Oosten en naar sommige landen in
Zuid-Amerika, acht de regeering het oogen
blik niet gekomen om tot bijzondere maat
regelen ter zake over te gaan.
VRIJDAG, 17 MAART.
Huizen (296.1 M.) N.C.R.V. 8.00 Schriftlezing
en meditatie 8A5 Morgenconcert. 10.3Ü
Morgendienst
3.30 Con
cert. 5.00 Botanisch halfuurtje voor de
Jeugd. 5.30 Halfuurtje voor Jeugdige ama
teur-fotografen. 6.00 Joh. Verkuül Mzn." De
beteekenis en uitvoering Tarwewet voor Lrfind
en Tuinbouw. 6.30 Eenjarige zaaibloemen,
die we nu thuis of in den bak zaaien, dooi A.
J. Herwig. 7.00 Literair halfuurtje- 7.45
Ned. Chr. Persbureau. 8.00 Amsterdan sch'e
Orkestvereenlging. 9.00 T. Cnoss
- plm. 10.00 Vox Dlas. -
Onze keuken. 11.40 Mac's Radio kwaï
4.01 Klein orkest. 5.30 De Flierefluiters
6.10 Gramofoon. 6.15 Orgelspel 7.00
Orkest. 11.Q0 De Notenkrakers.
i r u s s e 1 (Vlaamsch) (337.8 M.) 12.20 Omroep
kleinorkest. 1.20 Gramofoon. 5.20 Palais
SC Sauveur. 6.20 Gramofoon. 6.50 Omroep-
7.35 A Caspers: Te
iFransch) 12.20 Gramofoon. 1.20 Concart.
5.20 Radlosymphonleorkest. 6.35 Gram..r on
8 30 Radlosymphonieorkest 9.20 Vervolg
concert.
Daventry (1554.4 M.) 12.20 Orgelspel 1.05
Shepherd's Bush Paviljoen-orkest 3.20
Concert voor de scholen 4.10 Het Schotsche
Studio-orkest 4.50 Het Chelsea Strükkwar-
tet 6.50 De grondslagen der muziek 8.20
Twee kleine opera's van Mozart 9.65 Pro
gramma voor SC Patrick's Day
Kalundborg (1153.8 M.) 11.20—12.85 Con
cert 2.20 Radlo-Harmcnie-orkest 7.30
Kamermuziek 8.50 Russische muziek
9.40 Populair concert
Königswusterhausen (1634.9 M.) 1.20
GramofooD 3.50 Concert 5.20 Pianoreci
tal 7.20 Operette 10.2011.20 Populair
Orkest 3.20 Concert 6.85
London Reg. (355.9 M.) 12.20 Concert
1.20 Orgelspel. 2.05 Northern Studio orkest
4.10 Orkest. 6.50 Duetten. 7.10 Victor
Olof Sextet. 8.20 Hoorspel. 9.20 BBC-
Midland Reg. (498.9 M.) 12.20 New Victoria
Cinema orkest 1.20 Orgel 2.05 Orkest.
6.50 Militair orkest van Birmingham. 8.20
Hoorspel. 10.00 Midland Studio koor.
P a r a (Radio Paris) (1724.1 M.) 8.05 Gr&mo.
foon. 12.50 Orkest Krettly. 1.25 Piano
recital. 1.55 Vervolg Krettly-concert
7.40^ Concert. 9.05 Gramofoon. 9.20 Hoor-
RADIO LUXEMBURG BEGINT.
PROEFUITZENDIN GEN.
Vrijdags Nederlandsche programma's
Naar wij vernemen begon de nieuwe 200
kw. Europa-zender in Luxemburg gisteren
avond om 7.20 uur met voorloopigo muziek-
uitzendingen op een golflengte van 1911 M.
Deze uitzendingen vinden verder iederen'
avond om denzelfden tijd plaats.
Ook bij deze proefuitzendingen, die enkele
weken zullen duren, zal de Vrijdagavond
geheel voor den Nederlandschen luisteraar
bestemd zijn. Op 17 Maart, des avonds 7.20
uur, zal dus voor het eerst Luxemburg een
Nederlandsch programma uitzenden.
VOOR HET LAATST
IN ROTTERDAM
MAANDAG 20 MAART in de Aula van de
H.B.S. AFRIKAANDERPLEIN
Aanvang 8 n. Namiddagvoorstelling aanv. 5 u.
Toegangsbewüzen verkrügbaar bü: S. A Hor-
«lük. Westerbeekstraat 28: J. Troost. Leede 72-
L. Vaandrager, RIederlaan 45; P. Viseer. Hille-
vllet 27; P. C. Vonk, Persoonshaven 61; A Zoute-
welle. Putscheplein 27; Bredée's Boekhandel. Groe
ne Hllledök 107: G. D. Schoemakers, Lange Hll-
leweg 86, H. Sikma, Bloemfonteinstr. 19.
DINSDAG 21 en WOENSDAG 22 MAART
in Gebouw „De Eendracht" Goudscheweg
Aanvang 8 nur. - Namiddagvoorstelling
Woensdag 22 Maart Aanvang 5 uur
Toegangsbewüzen verkrügbaar bü: J. Amesz.
Voorschoterlaan 164; 't Boeckhuys, ZwartJanstr.
38; Bredóo, Oostmolenstr. 1 en Binnenweg 109;
Gebr. van Dordrecht, Benthulzerstraat 84; Gouds
waard, Havenstr. 89; Mazük. Botersloot 97 en
Vlerambachtsstr. 9; Noorderboekhandel, le Pün-
ackerstr. 55; J. P. Qulspel. Oudedük 249; W. A
van Setten. Pompenburgslngel 19; D. van SUn en
Zonen. Ged. Bierhaven 27—29; J. P. ünger. Oude
Dük 118; W. Zwagers, Nw. Binnenweg 460a.
DONDERDAG 23 MAART, in gebouw
„Timotheüs", B0ERG0ENSCHESTRAAT
Aanvang 8 uur. - Namiddagvoorstelling 5 nur.
Toegangsbewüzen verkrügbaar bü: J. Bronk-
horst, Wolphaertsbocht 78; Bureau Charlois
Weekblad, Carnisselaan 6.
AVONDVOORSTELLINGEN 54 cent, beL inbegr.
NAMIDDAGVOORSTELLINGEN 18 ct. bel. inb.
Cola di Rienzi, de groote Senator van
Rome in de 14e eeuw
Door Edw. BULWER LYTTON
„Geen kwartier voor de schurken! elke
Orsini die wordt doodgeslagen, is een roover
minder! slaat ze dood voor God, don
keizer en de Colonna's!" klonken de kreten,
als de doodsklok voor de bezwijkende
vluchtelingen. Tot hen, die vluchtten langs
den weg waar de ruiters hen het best kon
den vervolgen, behoorde ook Cola's jongere
broeder, die zoo onschuldig in den strijd
was gemengd. Hij vlood, duizelig van angst
de arme jongen, die bijna nog nooit ge
scheiden was geweest van zijn ouders of zijn
broeder! de boomen gleden hem voorbij
de oevers weken verder stoof hij, mei
de hoefslagen achter hem het geschreeuw
de vloeken het woeste lachen dei-
vijanden, die voortrenden over dooden en
stervenden. Nu was hij op de plek waar zijn
broeder hem had achtergelaten; haastig
keek hij achterom, en zag de gevelde la os
en den helm van een ruiter vlak bij zich-
wanhopig keek hij omhoog, en zie! daar
kwam zijn broeder, worstelend door het
struikgewas onder aan de berghelling, hem
te hulp.
FEUILLETON
1 „Red mij! red mij, broeder!" gilde hij, en
die gil bereikte Cola's oor; hij voelde den
heeten adem van het wilde paard; een
oogenblik later viel hij met den schellen
kreet „Genade, genade!" op den grond de
land van den vervolger doorboorde hem
geheel en nagelde hem vast aan de plek,
waar hij, nog geen uur geleden had gezeten,
vol leven en jeugd en zorgelooze hoop.
De ruiter trok zijn speer terug, en zette
zijn tocht voort om nog meer slachtoffers te
zoeken; zijn makkers volgden hem. Cola
kwam den berg af en knielde bij zijn ver
moorden broeder. Daar kwamen, bij het
klinken van hoorns en trompetten, andere
ruiters aan, hooger in rang dan de vorige
strijders, die eigenlijk slechts de voorhoede
van de Colonna's vormden. Aan hun hoofd
reed een bejaard man, wiens lange, witte
haren onder zijn muts met veeren uitkwa
men en zich mengden met zijn eerwaardi-
gen baard.
„Wie is dat?" zei de aanvoerder, zijn paard
inhoudend; „de jonge Rienzi?"
Bij' het hooren dier stem zag de jong
man op, wierp zich op den grond voor het
paard van den ouden edelman, vouwde de
handen en riep bijna toonloos:
„Het is mijn broeder, edele Stefano: een
knaap, bijna nog een kind! de beste -
de zachtste! Zie hoe zijn bloed het gra;
bevlekt! terug, terug uw paard zet zijn
hoeven in den bloedstroom! Gerechtigheid,
Heer; gerechtigheid! Gij zijt een groot man".
„Wie versloeg hem? een Orsmi, ongetwij
feld; u zal gerechtigheid goschieuen".
„Dank, dank", mompelde Rienzi, wanke
lend naar zijn broeder gaande; hij lichtte
den knaap op en zocht snel zijn hartslag te
voelen. Haastig trok hij de hand terug, want
zij was rood van bloed en de hand hoog
opheffend, gilde hij nogmaals:
„Gerechtigheid! gerechtigheid!"
De groep om den ouden Stefano Colonna,
ofschoon door vele dergelijke toonoelen ver
hard, was getroffen door dit gezicht Een
schoone knaap, wien de tranen langs de
wangen liep°n, reed tot vlak naast Colonna
en trok zijn zwaard.
„Heer", zei hij half snikkend, „slechts een
Orsini kon een weerloozen knaap ais dezen
dooden; laat ons geen oogenblik verliezen,
laten wij de roovers vervolgen".
„Neen, Adriano, neen!" riep Stefano, de
hand op den schouder van den knaap leg
gend; „uw ijver is prijzenswaard; doch wij
moeten zorgen, gedekt te blijven. Onze man
nen hebben zich te ver gewaagd gij daarl
laat terugkeeren blazen".
Binnen weinige minuten deed het trom
petsignaal de vervolgers terugkeeren ook
den ruiter, wiens speer zullk een droevig
onheil had aangericht Hij was de aanvoer
der van den troep, die slaags geweest was
met Martino di Porto; het goud waarmede
zijn wapenrusting was ingelegd en het riike
tuig van zijn paard wezen op zijn hoogen
rang.
„Dank, mijn zoon, dank", zei de oude
Colonna tot dezen ridder, „gij hebt goed en
dapper gehandeld. Maar zeg mij, gij met uw
arendsblik weet gij ook, wie van de
Orsini's dien armen knaap doodde? Een
lage daad; zijn familie behoort lot onzo be
schermelingen!"
„Wie? dien knaap?" vroeg de ruiter, zijn
helm afnemend, en zijn verhit gelaat af
vegend, „is dat waar? hoe kwam hij dan bij
de schavuiten van Martino? Ik vrees dat dit
hem duur te staan is gekomen. Ik kon niet
anders denken, dant dat hij bij den troep van
Orsini behoorde, en dus en dus
„Hebt gij hem gedood?" riep Rienzi m*t
donderende stem. tegelijk van don grond
opspringend. „Dan gerechtigheid! heer Ste
fano, gerechtigheid! gij hebt mij gorechtis
heid beloofd en die verlang ik!"
„Mijn arme jongen", zeide de oude man
medelijdend; „tegen de Orsini's had ik u
gerechtigheid verschaft: maar begrijpt gij
niet, de vergissing die hier heeft plaats
gehad? Het verwondert mij niet, dat gii
thhns te bedroefd zijt, om naar rede te luis
teren. Gij moet u er mede verzirnen"
„En laai hiervoor missen lezen voor de
/.'el van d v kruiao zei de jongere Colonroi
een beurs met goudstukker tp den grond
werpend. „H t doet mij veel leed, dat dit
ongeluk heeft plaats gehad. Kom ons de
volgende week in ons paleis bezoeken, jontre
Cola, de volgende week. Vader, wij doen
het best, nu naar het schip terug te keeren:
het zou wel eens noodig kunnen zijn, dat wij
het geleidden en beschermden".
„Zeer juist, Gianni; laat een paar man
nen hier blijven, en zorg dragen voor hel
lijk van den armen knaap; een droevig
ongeluk! hoe kon het zoo gebeuren?" i
Het troepje ruiters keerde terug langs den
weg dien zij gekomen waren; twee gem een
soldaten bleven achter. Alleen de jonge
Adrano toefde nog eenige oogenblikken en
trachtte Rienzi te troosten, die als een zinne-
looze, onbewegelijk den trotschen stoet na
oogde, en bij zichzelf mompelde:
„Gerechtigheid, gerechtigheid! Toch aal ik
ze hebben!"
De luide stem van den ouden Colonna
beval Adriano, die aarzelde en schreide, mee
te gaan.
„Laat mij uw broeder zijn", smeekte de
dappere knaap, Cola's hart vol toegenegen
heid aan zijn hart drukkend; ,jk zou zoo
gaarne een broeder willen hebben als gij."
Riernzi gaf geen antwoord, hij Luisterde
niet eens naar hem zijn hart was ver
vuld van stroeve, sombere gedachten, ge
dachten waarin reeds de kiem lag van een
geweldige omwenteling. Met een schok ont
waakte hij daaruit toen de soldaten van hun
schilden een soort van draagbaar begonnen
te maken. Woest wenkte hij hen, heen te
gaan. In tranen uitbarstend, drukte hij het
ievenlooze lichaam aan zijn borst, totdat zijn
olgen kleederen letterlijk doorweekt waren
van bloed.
Zelfs in zijn val had het kind zijn krans
niet losgelaten. Dit gezicht herinnerde Cola
al de zachtheid, de goedhartigheid, de in
nemende vriendelijkheid van zijn eenigen
broeder zijn eenigen vriend! Het deed
het onverdiende lot dat den onschulditren
knaap getroffen had, nog oninenschelijker
schijnen.
„Mijn broeder! mijn broeder!" kermdo
Col», „hoe zal ik onze moeder onder do
oogen komen hoe zal ik den nacht en
de eenzaamheid weer kunnen verdragon? -
zoo jong zoo weerloos! Hij was zoo zacht.
Zij willen ons geen gerechtigheid geven,
cmdat zijn moordenaar een edelman en een
Colonna is. En dit goud, goud voor het
bloed van een broeder. Willen zij ons geen
gerechtigheid verschaffen?" sn de oogen
van den jongen man gloeiden als vuur. ,JDe
tijd zal het leeren!"
Zoo sprekend boog hij het hoofd over het
lijk; zijn lippen bewogen zich, alsof zij een
gebed of een gelofte mompelden, en toen
hij opstond, was zijn gelaat even bleek als
dat van den doode naast hem doch nu
niet meer van droefheid!
Na dat innerlijk gebed rees Cola di Rien
zi van het bloedige lijk op als een ander
mensch. Met zijn jonjs?ren broeder stierf zijn
eigen jeugd. Zonder die gebeurtenis zou de
toekomstige bevrijder van Rome misschien
slechts een droomer, een geleerde een dich
ter geworden zijn, de vreedzame mededinger
van Petrarca; een man der gedachte, niet
van de daad. Maar van dat oogenhlik af,
werden al zijn eigenschappen, zijn geest
kracht, zijn verbeelding, zijn genie saam-
getrokken op één enkel punt; en zijn vader
landsliefde, vroeger slechts een vJsio»n,
werd tot een hartstocht voortdurend aan
gewakkerd, met kracht gehard en op ont
zettende wijze gewijd door wraak!
(Wordt vervolgd)