Gemeente Venlo ZUID-LIMBURG LIMBURG NEDERLANDSCKE MIDDENSTANDSBANK IVISIES Waar zal ik mij vestigen Natuurlijk daar, waar goede tarieven bestaan van Gas, Water en Eiectriciteit Nu, zulks is het geval in de LIMBURG Ie NUMMER 31 JANUARI 1933 sico zoo redelijk mogelijk te beperken, welke divi dendpolitiek zij zal dienen te volgen en welk standpunt zij ten opzichte der liquiditeit zal die nen in te nemen, alsmede de maatregelen, die zij zal moeten nemen om naast haar eigen kapitaal ook ander kapitaal aan te trekken en hoe zij na de financiering eener industrie in de periode van het grootste risico, haar taak aan onze gewone banken zou kunnen overdragen. Hoofdzaak is, dat èen dergelijke bank, die zeer zeker commercieel geleid dient te worden, ook gevoelig is voor de sociale en economische beteekenis, die industrie vestiging en industrie-uitbreiding, dus 't verschaf fen van werkgelegenheid (wat is er belangrijker dan een doelbewust streven naar werkgelegenheid, zij die leven, willen door verdiensten uit eigen werk in leven blijven), alsmede het vormen van kapitaal door industrieele productie voor een streek en haar bevolking heeft. Haar doel moet, evenals zulks bij de provinciale electriciteitsbedrijvcn het geval is. niet zijn het behalen van een zoo groot mogelijke winst, maar onder zoo redelijk mogelijke voorwaarden mede bijdragen tot de bevordering der welvaart, in dit geval der industrie-ontwikkeling in de gemeenten en in de provincie. In de rapporten, o.a. var de Commissie Fecitener van Vlissingen, van welke Commissie ik het genoegen had deel uit te mogen maken, alsmede in door Prof. Kaag uitgebrachte rapporten, is voldoende omschreven hoe een industriebank moet werken, hoe zij moet zijn ingericht en welke haar verhouding tot de bestaande banken dient te zijn, zoodat het thans niet meer noodig is hierop nog eens uitvoerig in te gaan. Bovenstaande regelen moeten dan ook slechts worden beschouwd als een poging om aan te ge ven wie m.i. het meest geschikt is voor wie het behalve voor de industie het meest gewenscht is om een industriebank op te richten dit zijn m.i. de gemeenten eventueel gesteund door rijk en provincie en verder om te motiveeren, waarom vooral de Limburgschc gemeenten tegenover de oprichting van een Limburgsche industriebank niet onverschillig mogen staan en waarom deze gemeenten een groot belang bij de oprichting van oen dergelijke industriebank hebben, alsmede waarom zij langs dezen weg een redelijk risico dat aan industrievestiging en industrie-uitbreiding verbonden is voor haar rekening mogen nemen. Mogen, indien na ingesteld onderzoek zal blijken, dat mijn voorstel voor verwezenlijking vatbaar is, onze Limburgsche gemeenten zich niet door plaat selijken naijver laten leiden, maar zich in deze belangrijke kwestie solidair voelen, indachtig de zoo ware woorden door onze Commissaris der Koningin tijdens de Limburgsche industricdagen gesproken: „Als de deelen van het lichaam gezond zijn, is het lichaam gezond, als het geheele lichaam gezond is, zijn de deelen gezond', waarbij Baron Van Hövell tot VVesterflier onder het lichaam de provincie, onder de deelen de gemeen ten verstond. ALLE BANKZAKEN 81 Vestigingen HOOFDKANTOOR AMSTERDAM Heerengracht 580 Kantoren in Limburg BEEK, BRUNSSUM, GENNEP, HEERLEN, MAASTRICHT ROER MOND, SITTARD, TEGELEN, VAALS, VENLÖ, WEERT Biggemarkt te Roermond Handel en Nijverheid in Maastricht en Omgeving door Mr. W. J. Korn Secretaris der Kamer van Koophandel en Fabrieken te Maastricht Maastricht is een stad, die reeds vroeg een voorname rol speelde in de geschiedenis van do landen aan de Maas. Als vestingplaats van veel belang werd er om het bezit der stad vaak bloedige strijd gestreden. Dit heeft mede de cultureele en economische po sitie van Maastricht bepaald. Als speelbal van groo- to strijdmachten heeft de ontwikkeling van Maastricht geen gelijke tred gehouden met die van Aken en Luik. Wij zullen ons dienen te beperken tot de in dustrieele ontwikkeling van de laatste tijden. In do tweede helft der vorige eeuw be leefde de stnd een in zinking, welke vele en belangrijke industrieën deed verdwijnen. De handels-politiek na den Duitsch-Franschon oorlog deed het buitcnlandsch product hier een voorname markt vinden. Producten van eigen bodem vonden niet voldoende afzet. Lakenweverijen, lakenfabrieken, behangsclpa- pierfabrieken, ijzergieteren, leerlooierijen, draad- nagclfabrieken, brouwerijen, branderijen hebben den ongelijkcn economischcn strijd niet kunnen volhouden en zijn verdwenen. Onze stad heeft echter "igenschappcn, welke haar als industriestad buitengewoon aantrekkelijk maken. Nieuwe wegen zijn gezocht. Maastricht kwam de inzinking te boven en werd opnieuw een plaats van industrieele en commercieelc be- teekenis. De toekomst biedt schoone en grootscho pers pectieven. Goede verbindingen te land en te water...... Vele vraagstukken werden tot een gelukkige oplossing gebracht, vele wachten nog op oplos sing De voornaamste tak van industrie is de kera mische en glasindustrie. „De Sphinx" (voorheen Petrus Regout), Société Céramique, de Porceleinfabrlek „Mosa", de Kris talunie, Alfred Regout cn Co.s Vlocrtegelfabriek, zijn de producenten van aardewerk, porcelein, sa nitaire artikelen (waschtafels, baden enz. ge kleurd cn ongekleurd) kristal- en glaswerk, vloer en muurtegels, onder normale omstandigheden werkende met meer dan 7th*0 arbeiders. Dit aantal is tengevolge van de wereldcrisis momenteel tot minder dan de helft gedaald. Voorname buiten- landsche markten zijn ons ontvallen. Onze Neder- landsche markt wordt overstroomd met buiten- landsche dumping-artikelen. Indien onze kerami sche industrie slechts een vijfde zou kunnen ten deel vallen van hetgeen aan buitenlandsche ar tikelen op de Nederlandsche markt wordt ge bracht zouden haar fabrieken op volle capaciteit kunnen werken. Buiten de keramische fabrieken zijn er nog vele andere van niet minder bcteekenis dan eerst genoemde. Wij denken aan de Maastrichtscho Zinkwit Maatschappij, welko haar producten zinkwit en lithophone in de oude en nieuwe we reld ter markt brengt. De jonge Cemcnt-Industria E.N.C.I. speelt reeds een rol van beteekenis op de Internationale markt. De papierfabrieken ontwik kelden zich tot de besten van ons land (N.V. Kon. Ned. Papierfabriek, Comm. Venn. Papier» fabriek Gcbrs. Ticlens). Wij zouden misbruik maken van de gastvrij heid van dit blad, indien wij een volledige be schrijving zouden geven van alle takken van nij verheid in Maastricht. Een groot aantal onderne mingen, kleiner van omvang dan de eerstge noemde, maar relatief van niet gcripger beteeke nis, vestigden zich in Nederlands oudste stad. Wij denken aan de N.V. Staalwerken „De Maas"; N.V. Stoomstecnfabricken „Belvédère"; N.V. Steenfabriek „De Zwaluw"; Steenfabriek I HONDERD FOTOGRAFISCHE OP BEVATTENDE EEN P R A C H T COLLECTIE OP NAMEN VAN: LAND EN VOLK, TYPEN EN BOEREN WONINGEN, KASTEELEN EN KERKEN, KAPELLE TJES EN KRUISBEELDEN SNEEUW GEZICHTEN ENZ. VERVAARDIGD DOOR HUB. LEUFKENS EN INGELEID DOOR GEORGE NYPELS PRIJS IN LINNEN STEMPELBAND SLECHTS f 1 2.50 VERKRIJGBAAR IN DEN BOEK HANDEL EN BIJ DE UITGEVERS N.V. LEITER NYPELS MAASTRICHT 4 LIMBURG Ie NUMMER O 31 JANUARI 1933 Wat wordt er in Limburg gedaan voor de be langen der Industrie door Mr. R. A. H. M. Gielen Dir van het Economisch Technolo gisch Instituut in Limburg Wie nader bekend is met het werk der Kamers van Koophandel cn Fabrieken weet, hoe belang rijk deze instituten voor de industrie kunnen zijn. Of echter deze Kamers van Koophandel zich met de verfijnde zorg, die daarvoor noodig is, kunnen wijden aan de algemeene industrieele belangen eener Provincie, is een vraag, welke door zeer velen ontkennend wordt beantwoord. Dezen willen daarmee geenszins afbreuk doen aan het belangrijke werk der Kamers van Koop handel, doch zij durven onder het oog te zien, dat zij op het gebied van industrievestiging, voor al wegens haar overbelasting op ander terrein, niet datgene kunnen verrichten, hetwelk voor een Provincie als Limburg noodzakelijk is. Deze over weging gold zwaar bij degenen, die van oordeel waren, dat ten behoeve der industrieele belangen van Limburg meer verricht moest worden. In do Provinciale Staten van Limburg werd hier bij herhaling op gewezen, de Limburgsche Kamers van Koophandel zelf voelden de behoefte aan een centraal lichaam, dat speciaal belast zou zijn met de bevordering van de vestiging van nieuwe industrieën in Limburg. Tensotte was het de rede van Prof. Dr. ir. H. G e li sse n, welke deze tijdens de z.g. industriedagen van 1930 toen talrijke Journalisten Limburg en zijne industrieën be zochten in Roermond heeft gehouden, die concreet aangaf op welke wijze een centraal instituut zou aoeten worden georganiseerd, dat zich zou moeten bezig houden met de bestu deering van de industrieele mogelijkheden der Provincie. Reeds in de vergadering van de Pro vinciale Staten van Limburg van 13 Januari 1931 werd de basis gelegd van de N.V. ter Bevordering van de Industrieele Belangen der Provincie Lim burg, door de vaststelling van de financieele deelname der Provincie en door de opdracht aan het College van Gedeputeerde Staten om verder do noodige handelingen te verrichten, die de oprich ting van een Economisch Technologisch Instituut als eerste en voorloopig ook eenige afdeeling van genoemde N.V. tengevolge zou hebben. De belang stelling der grooteu Gemeenten en der Kamers van Koophandel werd gaande gemaakt en op 17 December 1931 werd de Acte van Oprichting van de N.V. ter Bevordering van de Industrieele Belangen der Provincie Limburg gepasseerd. Diea zelfden dag werd de Raad van Bestuur, bestaande uit 8 leden met als Voorzitter de heer Commis saris der Koningin in de Provincie Limburg, ge kozen en ruim 3 maanden later werd gevolg gegeven aan artikel 2 der Statuten der N.V., dat o.m. bepaalt, dat de Vennootschap haar doel zijnde de bevordering van de industrieele belangen der Provincie Limburg zal trachten te bereiken, o.m. door: „het instellen en instandhouden van een Instituut tot het doen van onderzoekingen in economischcn en tcchnologischen zin en het geven van voorlichting daaromtrent". Op 1 April 1932 is het Instituut .genaamd Eco nomisch Technologisch Instituut in Limburg, zijn werkzaamheden begonnen, aanvankelijk alleen met de economische afdeeling, waaraan binnen zeer korten tijd do technologische afdeeling, welke onder leiding van een technoloog gesteld zal worden, zal worden toegevoegd. Hoewel de drang, welke van verschillende zijden werd uitgeoefend GAS van een goede en gelijk matige samenstelling en een hooge calorische waarde. WATER, onttrokken aan een maagdelijken bodem, de aange name smaak hiervan wordt door een ieder geroemd. ELECTRICITEIT. Goedkoope tarieven voor licht en beweeg kracht en gunstige bepalingen voor vastrecht en nacht- stroomtarieven. in de richting van het scheppen van een centraal lichaam ten behoeve der Limburgsche industrieele belangen, zijne totstandkoming reeds voldoende wettigt, kan het toch zijn nut hebben, om vast te stellen, waarom in Limburg een dergelijk In stituut in het. leven moest geroepen worden. Het zou mij te ver voeren de verschillende motieven uitvoerig na te gaan. Ik moge volstaan met deze in hot kort te noemen. Limbuig biedt voor de ontwikkeling der industrie bijzonder gunstige omstandigheden. Het beschikt over een intelligente en degelijke arbeidersbevol king. De Mijnindustrie kan voorzien in de brand- stoffenbehoefte der industrie; zij beschikt over goedkoope Jlectriciteit cn gas, binnen zeer korten tijd voeren ruime waterwegen tot die Nederland sche cn Belgische havens, de arbeidslooncn zijn biedt vele voordeelen voor de vestiging van industrie. In deze provincie zijn o. a. de laagste electriciteitstarieven. „N.V. PROVINCIALE LIMBURGSCHE ELECTRICITEITS- MAATSCHAPPIJ (Stroomverkoop-Maatschappij) te Maastricht" hier lager dan waar ook in Nederland. Indien dan de factoren voor industrialiseering gunstig zijn, is het dan niet een logisch gevolg, dat er een Instituut bestaat, dat van oeze gunstige factoren weet gebruik te maken en leiding geeft aan do industrialiseering. Zooals in iedere .ndustrie eco nomie en techniek hand in hand moeten gaan, zoo ook zal het moeten zijn in het lichaam, dat op wil treden als beschermer en bevorderaar van de industrieele belangen. Het Instituut dient er voor te waken, dat de industrieele ontwikkeling der Provincie niet gaat in een richting, welko uiteindelijk voor Limburg een nadeelig in plaats van een voordeclig gevolg kan hebben en zou onverhoopt in de toekomst Dlij.ccn, dat Limburg ondanks zijn bijzondere geschiktheid daartöo zich voor de industrieele ontwikkeling doorandero omstandigheden niet leent, dian nog kan men zich verheugen over het bestaan van een Instituut dat uitdrukkelijk en gemotiveerd vaststelt, dat do grootc schare van degenen, die steeds spreken over Limburg als toekomstig industriegewest, zich schromelijk heeft vergist. Hot Economisch Technologisch Instituut in Lim burg wil de industrieele belangen der Provincie dienen door de bevordering van de vestiging vaa nieuwe industrieën, door het doen van onder zoekingen in economischcn en technologischen zin ten behoeve der bestaande industrie en der Over- hoid. Aan het vestigen van nieuwe industrieën kan het Instituut zijne medewerking verleenen, hetzij door derden te steunen en voor te lichten in die moeilijke taak, welke zij zich stellen bij do oprichting van een bepaalde industrie, hetzij door zelf na te gaan, b.v. door bestudecring van ver- gelijkingsgcbieden in het buitenland, welke moge lijkheden er in Limburg y r industrie .estig'-g bestaan. Een samentreffen van dezo alternatieven 9

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 12