BINNENLAND.
Gemengd Nieuws.
Radio Nieuws.
DE GOD VAN HET GOUD
VRIJDAG 20 JANUARI 1933
DERDE BLAD PAG. 9
UIT TROPISCH NEDERLAND
irt
Zorgen Oudejaarsgelulden
Suiker Kortingsellende Toe
nemende bezorgdheid omtrent het
Regeeringsbeleid.
Zes uur 's avonds. De hooge zon die zoo
even nog ruim licht gaf en dwars de kamers
doorscheen, is achter de lichte bewolking
in het westen aan liet dalen. Het zijn de
lange dagen, dat het tot tegen zevenen licht
is; snel valt dan de duisternis.
Over het grind van den tuin knarst een
stap. Europeaan in toetoep, gleufhoed op,
tasch onder den arm. Of ik iets gebruiken
kan: badzeep, luchtpostpapier, enveloppen.
Hit is een bekende en tevens een onbekende
2e"i(Steun krijgt hij wel. maar onvoldoende oin
zelfs in den kampong van te leven en al
haalt hij op deze wijze niet veel op, toch
steunt het iets. Maar ik heb niets noodig,
vraag hem of hij met de winst die hij zou
behalen, genoegen neemt, zonder dat ik ieis
koop. Och, ik weet wel, het is beter om niet
te geven aan de deur en je te bepalen tot
giften aan de diaconie en het werkloozen-
Jcomité. Je weet soms ook niet of er geen be-
pMÜdrog in het spel is en je kunt niet elk geval
zelf onderzoeken. Maar het is hard, de men-
schen zonder iets weg te zenden. Ze sjouwen
toch ook niet voor hun pleizier langs de hui
zen, erf op, erf af, in de warmte, met een
dat maar niet mindert. Hij vertelt
dat een handelaar hem aangeboden had
Diet mierenbakjes langs de menschen te
gaan, bakjes, waarin de pooten van tafel,
buffet, ijskast en etenskast rusten en die
jevuld worden met creoline of naftaline.
Op elk stel .van vier zou hij een kwartje
dienen. Maar om wat te verkoopen, moet
minstens eey tiental stelletjes meezeulen.
Hij heeft het geprobeerd: één stel verkocht
eii dan nog uit medelijden van den kooper.
De man is weer weg, straks komt er een
ander. Veel Indo-Europeanen zijn er onder,
ontslagen employees van ondernemingen die
naar de groote stad komen. Sommigen heb-
tcj, heil niets anders dan potlooden. 'k Heb on-
langs eens gevraagd, wat of ze nu toch van
de menschen denken, je kunt toch niet el-
ken dag potlooden koopen? En niet ieder is
pienter, als de man, die hier een glazen-
wasscherij heeft opgezet
tpx Inlanders zijn er met bij, die worden in
"het kam pong verband opgenomen. Zoo had
gister onze huisjongen achter op ons erf in
een der bediendengebouwen zoo'n kennis zit
ten van het land, die later met hem mee
ging naar den kampong. Dat Indië nog niet
n k dieper in de ellende zit is wel te danken aan
n het groote saamhoorigheidsgevoel en het vér
li Strekkende onderling hulpbetoon der inlieein
._.i eche bevolking, de elasticiteit van de in-
landsche samenleving.
Deze week vertelde mij de directeur van
ide arbeidsbeurs te Meester Cornelis dat tij
dens zijn spreekuur een Javaan binnen
kwam schuiven en, plomp, plots in gehurk
te houding voor hem zat Met behulp van
zijn Javaansche klerk kwam hij te weten,
dat de man heelemaal uit Midden-Java was
komen loopen. dagen en dagen lang, slapen
de op passars, en onder afdakjes, bestaande
van wat zijn rasgenooten hem aan voedsel
gaven, om in de groote stad werk te zoeken.
Hij kon als koelie bij de gemeente-reiniging
worden geplaatst en voldoet goed. Maar de
meestem vinden geen werk.
Voor den blanke is de ellende wel het
grootst. Ook hij kan hier tenslotte van f'25
in de maand leven. Maar eer dat „tenslotte"
is bereikt, moet hij veel van z'n Hol landsche
gevoelens en ideeën loslaten en een heele
aftakeling doormaken. En hoevelen zijn er
die nog niet eens f 25 hebben, die slechts
een luttele tiental guldens in de maand ont
vangen. Voor gezinnen met kinderen is zulk
een val tot het kampongbestaan wel heel
zwaar! Leger des Heils en steuncomité's
doen zeer veel, maar er blijft toch altijd
Jg meer te helpen.
Ondejaarsavondfcerrle.
Het was ditmaal wel iets minder dan ande
re jaren, maar toch is er allerwegen, het
meest in de Indische en Chineesche buurten
(de Chineezen beginnen meer en meer te
gelijk met ons de jaarwisseling te vieren)
op den verleden oudejaarsavond weer hard
gepaft en geknald. Vroeger werd er over-
geheel Indië op één zoo'n avond voor hon
derdduizenden guldens aan vuurwerk afge
stoken. Inheemsche en Indische klerken op
de kantoren offerden er soms ccn heele
maand salaris aan, om de booze geesten in
het nieuwe jaar af te schrikken. Het heeft
weinig geholpen, gezien de malaise! Wan
neer het regent en de kruitdampen blijven
de mistige atmosfeér hangen lijken de
6traten wel een slagveld; heel den avond is
onafgebroken lqwaai over de gcheele
stad een durend gedonder en knallen, een
sissen en schetteren, temidden waarvan de
„ronzebonzen", stelletjes inlanders met trom
petten. violen, bassen en troms, op de ver
schrikkelijkste manier een opeenvolging van
loopjes uit enkele bekende volksliederen, in
het bijzonder het Wilhelmus, en andere ge
luidvoortbrengselen die den naam van ac-
coord niet verdienen, uitkrassen; voor elke
voorgalerij, waar men er maar op gesteld is.
Toen wij een dezer corpsen, die al in den
tuin was doorgedrongen, afwenkten, betoog
de de leider, dat hij „banjak onkos", groote
onkosten had gemaakt, en dus wel wat ver
wachtte. Alsof wij hem daartoe geprest had-
Tegen middernacht bereikt de herrie het
toppunt. Het is dan of alle kanonnen en
donderbussen word'en afgeknald; of rondom
de aarde zal barsten van de ontploffingen,
of het tumult dat is losgebroken naar een
of ander onbekend doel jaagt. Doch de slag
van twaalf luidt de verlossing van deze ge
luidsorgie in. die echter op Nieuwjaarsdag
in den avond nog een sterke echo oproept.
Nog weer de sniker.
Het suikerspel is nu geëindigd, de Volks
raad heeft de ordonnantie tot onherkenbaar
wordens toe verminkt in een zitting, die niet
tot verhooging van zijn prest.ge zal bijdra
gen en de regoering heeft voet bij stuk ge
houden immers de Volksraad is slechts
een semi-parlement zij het met enkele wij
zigingen op niet-principieele punten, door
den Volksraad aanbevolen. De Nivas, de or
ganisatie die de Visp in groot-e lijnen ver
vangt, is den laatsten avond van het jaar
opgeritht. De man, wiens bekwaamheid voor
al in deze behandeling is gebleken, Prof. v.
Gelderen, kon niet tegenwoordig zijn, hij lag
nog steeds in toet ziekenhuis. Toch is hij de
laatste dagen der debatten in den Volksraad
aanwezig geweest op zijn sponde. Een
wel zeer ongewoon gezicht in een parlement.
De ziekenauto bracht hem; met rustbed en
al werd hij naar binnen vervoerd. Zijn ziek
te toch belete hem het staan, maar niet het
denken en spreken. Vóór hem was de mi
crofoon geplaatst en zoo heeft de hoofdop
steller van de ordonnantie half zittende in
de kussens zijn werk verdedigd in vergade
ringen die den laatsten dag tot middernacht
hebben geduurd. Thans is hij aan boord, op
weg naar Holland.
Kortingsgevolgen.
De dag van heden bracht de verrassing dat
twee sprekers die op een congres van het
Ned. Indisch Onderwijzers Genootschap zich
felle critiek op de regeering haoden veroor
loofd, in hechtenis zijn gesteld wegens over
treding van art. 154 W.v.S., dat het in het
openbaar uiting geven aan gevoelens van
vijandschap, haat of minachting jegens de
regeering strafbaar stelt. De uitingen in het
vuur hunner rede waren inderdaad zeer
scherp en een vervolging zal wel tot ver
oordeeling leiden, maar prevcntief-stelling is
toch wel een zeer harde maatregel, die ze
ker de ongunstige verhoudingen tusschen re
geering en ambtenaren zal versterken.
Ook in het leger zijn straffen opgelegd aan
onder-officieren, die zich critiek op de han
delingen der overheid hadden veroorloofd.
Beide feiten wijzen wel uit, hoe groot de
ontevredenheid is door de nieuwe korting
van 7 pet, gewekt
Wanneer men ziet dat op dea laatsten
dag van het jaar de verdere korting, die
ook voor het marinepersoneel werd aange
kondigd, voor deze menschen werd ingetrok
ken, en dat de tegemoetkoming aan de groo
te gezinnen juist de groote maar weinig
helpt, dan verliest zelfs de rustigste ambte
naar zijn vertrouwen in een beleid, dat blijk
baar niet altijd de gevolgen van zijn maatre
gelen geheel heeft overzien. Is het wonder
dat de onrust onder de ambtenaren, bur
gers en soldaten hier zienderoogen toe
neemt?
OOK GIJ. ALBARDA
In een artikel in de roode pers schrijft de
heer Al bard a over de inhoud van het
blaadje „Ik zal handhaven". Het ontstel
lende daarin is volgens hem de verklaring,
dat de vrienden van dat blad zich zuilen
verheugen, als de Ontwapeningsconferentie
schipbreuk lijdt, omdat... dan de nationale
ontwapening, naar hun verwachting, slech
tere kansed krijgt!
Ziehier woordelijk wat 't blaadje schrijft:
„Intusschen zal de halsstarrigheid
van de verzakers van de hun door hef
Volkenbondsverdrag opgelegde taak (nl.
om tot internationale ontwapening over
te gaan), ongetwijfeld onze S.D.A.P. veel
hinder en nadeel bezorgen bij de a.s. vci-
kiezingen in verband met haar strijd
leuze: „Eenzijdige ontwapening tn Ne
derland".
Het is voor die Partij inderdaad jam
mer, dat zij den grond voelt wegzakken,
waarop zij een van haar verkiezingsleu
zen baseeren moet. Een failliet van de
Ontwapeningsconferentie (en zoo gelei
delijk aan misschien ook wel van den
Volkenbond) als ook het voelbaar aan
groeien van óorlogsge\aren zouden wel
heel ongelukkig komen (te onpas) in
dien zulke schokkende gebeurtenissen
zoo vlak voor de verkiezingen zouden
voorvallen. liet zou sneu zijn.
Maar wij zullen juichen, indien zij een
opwindingsieuze minder hebben".
Dit legt de heer Albarda aldus uit, dat 1n
„Ik zal handhaven", waaraan generaal Snij
ders, legerpredikanten e.a. medewerken.
„schaamteloos wordt verkondigd dat men
zal „juichen", als nog vóór de verkiezingen
de Ontwapeningsconferentie failliet slaat,
de Volkenbond „zoo geleidelijk aan mis
schien ook", en oorlogsgevaren „voelbaar
aangroeien", omdat dan (zooals men ten
onrechte meent) aan de S.D.A.P. een krach
tige leus zou ontvallen!".
Heeft de heer Albarda nu ook al het le
zen verleerd? Kan men niet juichen over
het feit. dat de S.D.A.P een opruiingsleüzo
minder hoeft, zonder verheugd te zijn over
de oorzaak? In het artikeltje staat nergens
dat men zal juichen over het failliet van de
Ontwapeningsconferentie!
WAARHEDEN UIT RUSLAND
PARLEMENTAIR-DEMOCRATISCH
REGEEREN DAAR ONMOGELIJK
De redacteur van de roode pers, de heer
J. W. Matthijssen, spreekt tegenwoordig
veel over Rusland, waar hij zoo goed moge
lijk heeft rondgekeken. Uit een persverslag
knippen we thans een paar uitspraken*
Na zijn reis door Rusland !s spr. van
oordeel, dat 't parlementair-democratisch
regeeren naar West F.uropeeschen trant
een ramp zou heleekenen voor het Rus
sische volk, dat zoomin als tien of twin
tig jaar geleden ook heden ten dage nog
niet rijp is voor zulk een regeering. In
de middeleeuwen zou hier te lande het
algemeen kiesrecht evenzeer ondenkbaar
zijn geweestl
Verstandige praat zal ieder zeggen; maar,
houdt de SD.A.P. ook rekening met deze
waarheid, als ze onze regeering in Indië be
strijdt?
Voorts knippen we dit:
Spr. is van oordeel, dat de dirtntuur
't eenige iinste regeeringssvsteem is voor
bnlf-ontwikkelde, deels onontwikkelde
staten. Eenmaal gerijpt zal de massa
zirh tegen deze dictatuur verzetten en
beschikkend over dan on'vvikkelde krarh
ten. de staatszaken kunnen overnemen.
Een feit is het, dat geen der West Euro-
peesche volken het onder de huidige Rus
sisehe dictatuur zou kunnen uithouden.
Drie dagen heilstaat zouden ook voor
ons land voldoende ziin om de revolutie
een bloedig feit te laten zijn
Toch schijnen sneiaal-demoeraten daar
over wel eens anders te denken en geven
ze niet altijd de waarheid toe:
Spr. acht het democratisch stelsel het
eenige juiste om in Nederland tot een
betere staatsinrichting te komen; heter
dan het Russische dictatoriale systeem
zal het ons weten te voeren naar het
einddoel: bevrijding der massa, welvaart
voor allen.
MEVROUW OF MEJUFFROUW
MeJ. Westerman vertelt in de Nieuwe
Arnh. Ct. van de moeilijkheden welke zich
voordeden, toen zij op 4 Juli 1921 als inval
ster op een eandidatenlijst, haar intrede in
de Tweede Kamer deed.
„Daar ik toen reeds den middelbaren
leeftijd bereikt, ja zelfs overschreden had,
lag het voor de hand, dat ik door velen
reeds met „Mevrouw" werd aangesproken,
ook in mijn vroegere functie als hoofd eener
meisjesschool was ik daaraan gewoon. Na
tuurlijk wist ik niet wat men in het parle
ment zou doen.
De toenmalige voorzitter der Tweede Ka
mer verzocht mij eenige dagen voordat de
installatie zou plaats hebben, in het gebouw
op het Binnenhof te komen kennismaken;
bij die gelegenheid deed hij mij de vraag, of
ik met „Mevrouw" of met „Mejuffrouw"
wenschte aangesproken te worden. Ik herin
ner mij best, dat ik toen antwoordde, er geen
bezwaar tegen te hebben Mejuffrouw te hee-
ten, omdat ik altijd met genoegen Mejuf
frouw Westerman was geweest en dus ook
zoo genoemd werd, ter onderscheiding bijv.
van mijn schoonzusters.
Waarom de president bij dit antwoord
zulk een bedenkelijk gezicht zette, werd mij
pas duidelijk toen hij zei: Ja, ziet u, het
eenige vrouwelijke lid der Kanier is gesteld
op den titel „Mevrouw", als ik nu tegen u
Mejuffrouw moet zeggen, mocht ik me eens
vergissen. Hebt u er bepaald op tegen Me
vrouw te worden genoemd? Och neen, be
zwaar heb ik niet en als het voor u gemak
kelijker is, wil ik me gaarne schikken. En
zoo geschiedde!
Tot na de verkiezingen van 1922 duurde
die vreugde en als er gestemd moest worden
hoorden we door den commies-griffier af
roepen: Mevrouw Groeneweg, Mevrouw Wes-
termnn en zoo voort. Waarom kwam daar nu
in September 1922 een einde aan? Wel, toen
deed de getrouwde vrouw haar intrede in
het parlement. De dames Bakker-Nort, Brons
veld-Vitringa en De Vries-Bruins kwamen
met de ongetrouwde mr. E. C. van Dorp en
mej. Frida Katz de gelederen der vrouwelij
ke parlementsleden versterken. Nu werden
de ongehuwde dames weer tot den rang van
„Mejuffrouw" teruggebracht en zoo komen ze
ook voor op de naamlijst der leden van de
Tweede Kamer."
ZICH MARTELAAR MAKEN
De roode pers zit er weer een beetje mee,
dat ons volk een Oranjeherdenking heeft.
Sommigen zouden graag meedoen, maar dat
mag natuurlijk niet. En dus moet een uit
weg gezocht worden. Vandaar deze tirade in
een artikel over den revolutionairen Wil
lem de Zwijger:
Inderdaad, sedert het opkomen der so
cialistische beweging hebben de bestrij
ders der arbeidersbeweging Oarnje opge
heven als het schild, waarachter zij hun
vijandelijke aanslagen volvoerden. Van
een symbool der nationale eenheid hebben
zij Oranje tot een veldteekcn der volksver
deeldheid gemaakt. De kleinste politieke
drijverij heeft Oranje voor zich ingepalmd.
De heeren vergeten hierbij slechts, dat
aanvankelijk socialist en Oranjebestrijding
op zijn minst synonieme begrippen waren.
Pas in later jaren is men eenigszins schap
pelijk en burgerlijk beleefd tegenover de
draagster der Kroon opgetreden. Doch een
feit is, dat men zich tegenover Oranje
stelde en 't wekt dus geen verbazing, dat an
deren zich dichter om de troon der Oranjes
schaarden.
Om met de roode pers te spreken: Zoo zijn
de feiten, zoo is de toestand. Doch daarom
mag er n i e t op volgen:
Wij mengen ons onder onze vijanden
niet, als wij den Zwijger herdenken. Wij
hebben het zelfstandig te doen op onze
eigen revolutionaire motieven en zullen
het dan het best van allen doen.
Dit is bovendien een vreeselijke uitspraak.
Zeer nadrukkelijk gewaagt men hier van
„onze vijanden". Men verdeelt dus liet
Nederlandsche volk. Het is geen strijd van
beginselen, maar van personen.
Hieruit volgt zeer duidelijk, dat zij, die
als „onze vijanden" worden aangeduid, ern
stig rekening moeten houden met de moge
lijkheid, dat 1918 zich herhaalt. De oorlogs-
moraal zit er bij de S.D.A.P. nog diep in.
BIJ DE FASCISTEN
In een artikel over het Fascisme schrijft
het liberale Vaderland het volgende
over den heer C. v. d. Voort van Zijp, die
als fascisten voorman optrad:
„Van der Voort van Zijp, wat al politieke
herinneringen duiken niet bij dien naam
voor ons op. In 1908 kwain hij in de Ka
mer bij tussclientijdsche verkiezing, en wel
voor Tictjerksieradcel, omdat Talma, die
voor dit district zitting had als minister
van Landbouw, Handel en Nijverheid, op
trad in het Kabinet-Heemskerk 19081913
Reeds in 1913 zien wij hem als voorzitter
van de Antirevolutionaire I nmerclub op
treden, wat wel een zeer spoedige promotie
was, maar waaraan men toch geen over
dreven waarde moet toekennen, omdat Dr.
Kuyper, zoolang als hij partijleider is ge
weest van de A.-R. Partij, daarbij alleen
vroeg naar meegaandheid, en ook niet naar
meer te vragen had,, omdat de leider van
de Kamerfractie toch steeds verplicht wjts
in de Kanaalstraat zijn instructies te komen
vragen. De heer van der Voort van Zijp
moet wat deze meegaandheid beti-eft. wei
bijzonder voldaan hebben, want dr Kuyper
heeft hem als belooning voor het hem ge
dicteerde en inderdaad zeer getrouw nage
komen verzet tegen de Onderwijspacificatie
van Cort van der Linden die natuurlijk de
hoofdschotel was van de Algemeene Be
schouwingen over de Staatsbegrooting van
1914, de eer aangedaan in De Standaard
neer te schrijven, dat hij in staatsmansin
zicht den ouden Lobman en Loeff verre over
trof, iets dat ons altijd lichtelijk overdreven
is voorgekomen.
Als wij ons niet vergissen is hij nog een
blauwen Maandag voorzitter van de Natio
nale Unie geweest en was hij thans onder
de dertig zwarthemden verzeild. Het is een
zegen, dat dr Kuyper dat niet beleefd heeft;
wij leven trouwens in een tijd, dat het niel-
beleven soms groot voorrecht is."
Men kan hierbij ln aanmerking nemen,
dat hier een politieke tegenstander aan het
woord is, zoodat er allicht lichtelijk over
dreven wordt, als het over de interne ver
houdingen in de anti-rev. partij gaat;
maar ondanks dat kan ieder genieten van
de wijze, waarop de historie verhaald wordt
en zonder bezwaar erkennen, dat het presi
dium der anti-rev. Kamerclub betere jaren
kende dan omstreeks 1913.
DE VERKOOP DER WELDADIG
HEIDSZEGELS
Van de weldadigheidszegels welke van 10
Dec. tot en met 9 Jan. j.l. verkrijgbaar wa-
ren, zijn volgens voorloopige opga\en de
volgende aantallen verkocht: V/2 cent (toe
slag iy2 cent) 1.579,670 (vorig jaar 1.722,174)
5 cent (toeslag 3 cent) 948.895 (vorig jaar
1.017.857); 6 cent (toeslag 4 cent) 1.594,852
(vorig jaar 1.721,816); 12y2 cent (toeslag3J/2
cent) 399.408 (vorig jaar 424.464). Totaal
4.522.825 (vorig jaar 4.886,311).
De bruto-opbrengst ten bate der kinder
bescherming bedraagt dus rond f 125.000.
EEN BRUTALE ROOFOVERVAL
GEVAARLIJKE BANDIET GESNAPT
Men meldt ons uit Enschot (N.-B.):
Gistermorgen te kwart voor acht, toen de
49-jarige juffrouw Pigge uit de kerk kwam.
stonden voor haar winkel in sigaren en
aanverwante artikelen, die tegenover de
kerk gelegen is, twee mannen. Nadat de
juffrouw den winkel was binnengegaan,
stapten ook de beide mannen binnen en een
vroeg om sigaretten. Terwijl de vrouw zich
omdraaide, teneinde het te geven, hield de
ander haar plotseling een revolver voor en
schreeuwde: „Je geld of je leven!" Hij greep
de vrouw bij de keel en duwde haar onder
de toonbank. De ander trachtte daarop de
gcldlade uit de toonbank te trekken, het
geen niet onmiddellijk gelukte, waarna de
tweede de la stukbrak en beiden op de flets
met de buit, groot 13 14 gulden, er van
door gingen. De vrouw, van den schrik be
komen, liep den winkel uit en schreeuwde
de mannen achterna. Juist op dat oogen-
blik verlieten nog meer menschen de kerk
en deze begonnen een achtervolging. Ook de
veldwachter nam hieraan del. De beide
mannen vluchtten in de richting Oisterwijk.
Zij kwamen bij de boc-ht in den Bossche weg
met hun fietsen te vallen en de achtervol
gers waren hen op dat moment zoo dicht
op de hielen, dat zij niet meer op de fiets
konden komen. Zij vluchtten daarom het
land in, waar zij terecht kwamen op het erf
van de weduwe E. Hier trok een van de
mannen een revolver en loste drie schoten
op zijn achtervolgers; waaronder zich ook
de jachtopziener van Nunen bevond. Deze
schoot terug en raakte dengeen, die gescho
ten had in het hoofd. Tegelijkertijd kwamen
de andere achtervolgers, die om het erf
waren gelnopen, op de beide mannen af en
wisten ze te pakken. Het bleek dat men een
goede vangst gedaan had. De persoon, die
in het hoofd geschoten is, is de 40-jarige
W. A. Knpepkes. Hij is cenigen tijd geleden
uit het Psychopathcnasyl te Woensel bij
Eindhoven, ontsnapt en stond gesignaleerd
als zeer gevaarlijk. De andere persoon is
de 32-jarige G. J. Remert. De gewonde is
overgebracht naar het hospitaal van de ge
vangenis te Breda, waar operatief moest
worden ingegrepen. Ook de andere man is
achter slot en grendel gezet.
BRANDEN
In den nacht heeft door onbekende oor
zaak brand gewoed in perceel Tuchthuis
straat te Haarlem, waarin gevestigd is een
schoonenhandel van A. Meyer.
Meyer, evenals in het bovenhuis wonende
familie Ruysch, moesten in nachtgewaad
de straat opvluchten.
De brandweer, die het vuur met tien
stralen bes!reed kon niet voorkomen, dat
het perceel geheel uitbrandde.
Woensdagavond ontdekte de directeur
van de groentendrogerij tc Capelle (N.-Br.)
brand in de maalderij. De brandweer was
spoedig ter plaa'se. Het vuur bleek te woe
den in de maalderij en tastte ook de op
slagplaats aan waar een groote partij g"-
droogde groenten was opgeslagen. De maal
derij en opslagplaats brandden geiieel uil.
De fabriek is een filiaal te Breda. De na-
blussching duurde den geheelen dag. Alles
is op beurspolis verzekerd. De oorzaak is
onlvekend.
„PRETTIGE" VERHOUDING
In een uitvoerig verzoekschrift tot de
Koningin vragen negen van de elf raads
leden van Didam (Gld.), om den burgemees
ter in Februari a.s. niet opnieuw te benoe
men, daar hij geheel ongeschikt is voor
zijn taak en niet met hem is samen te
werken. Tot de onderteekenaren behooren
ook de boide wethouders.
In October van het vorig jaar werd door de
Justitie beslag gelegd op de boeken van de
beide exploitanten van het Gemeentelijke Vei
lingsgebouw te Amsterdam aan de Marnix-
straat, wegen»? het vermoeden dat deze exploi
tanten de gemeente reeds geruimen tijd zouden
hebben benadeeld door het opgeven van fou
tieve cijfers betreffende de ruimte die zij ge
bruikten als opslagmlaats. Het controleeren van
de boeken moet aan het licht hebben gebracht,
dat de verdenking juist is geweest en de ge
meente voor een groot bedrag is benadeeld.
Deze exploitanten zjjn door de Centr. Recher-
:he op de Groentenmarkt gearresteerd en over
gebracht naar het huis van bewaring.
AUTO-ONGELUKR EN
Te Leeuwarden is de 50-jarige courantenbe
zorger v. d, S. door een auto, bestuurd door T.
uit Goutum (Fr.), bij het oversteken van den
Groningschen Straatweg aangereden. De onge
lukkige bekwam een arm- en beenbreuk bene-
een zware hoofdwonde.
Dr. Uffelie verleende de eerste geneeskun
dige hulp. Per brancard is het slachtoffer naar
het Stadsziekenhuis te Leeuwarden overge
bracht. De auto is licht beschadigd. Den chauf
feur treft geen schuld.
PROGRAMMA VAX ZATERDAG 21 JANUARI
Hulzen (296.1 M.K.R.O. 8.00—9.1S Morgen-
Concert 7.10—T Su Katholieke Radio Volks
universiteit 8.00—8.45 De K.R.O.-Boys
8.15—9 10 „Het Diner" 9.10—9.45 Vervolg
Concert 9.45—10.00 Mierofoon-Vertelüul
10.00—10.20 „Probaat middel" (een tl? mor
Pantoffelhelden) 10 2011.00 De K.B.O.-
Boys 11.0012.00 Gramofoon
Hilversum (1875 M.) V.A.R.A. 8.01 Gramo-
foonmuziek
V.l'.K.O. 10.00 Morgenwijding
A R.A. 10.15 Uitzending voor de arbeiders lm
de Continubedrijven 12.01 De Notenkrakers
2.15 Gramofoon 2.45 Toespraak Intern.
Soc. Antl-Oorlogs Liga Tak Nederland 3.»0
Balaika-Orkest 3.3» Giamofoon 3.45 De
Flierefluiters 4.30 Onthoudera-Radlo-Uoml-
té 4.45 Muzikaal Allerlei 5.40 Literair
Overzicht 6.00 Volksliederen 6 30 Bc-
tuwsch halfuurtje 7.00 Uitzending voor het
Plntteland 8 03 De Dorpsbarbier 8.15
„Hup Holland" van Meyer Hamel. 9.30
A. de Vries, toespraak 9*0 Va* Dias
9.50 Revue.
Brussel (Vlaamsche uitzending) 837.8 M.
12 20 Concert 1.30—2 20 Concert 5.20
Concert Omroepoikest 6.20 Uitzending ge-
wüd aan BJörnstJerne BJörnson 8.50 Con-
(Fransche uitzending) 609 3 M. 12.20 Concert
Omroep-klelnorkest 1.30 Orkestconcert
5.20 Concert 6 85 Concert 7.05 Gramo
foon 8 20 Concert 8 35 „Le défense du
honheur" 9.05 Vervolg concert 10.30
Gramofoonplaten 11.20 Concert
Daventry (Nat) 1554.4 M. 12.20 Orgelcon
cert 1.20 Commodore Grand-orkest 2.20
Spaansche muziek 4.20 Midland Studio-or
kest 5.05 Orgelspel 7.05 Welsh Inter
mezzo 7 25 Gerald Heard: Science Ir In
dustry 7 50 Het Radio-Mannenkoor 10.0Q
Aansluiting Savoy Theater
Kalundborg (1153.8 M.) 11.21—1.20 Concert
1.60 Gramofoon 2.50—4.50 Concert
7.21 Dultsche muziek 9.36 Concert
KJJnlgswusterhausen (1634.9 M.) 6.50
Weerbericht en Ochtendconcert 1-20 Gra^
mofoon 5.15 Plano-recital
Langenberg (472.4 M.) 6.05 Gramofoon
6.25 Gramofoon 7.20 Weerbericht en Ora-
mofoonplnten 11.20 Gramofoonplaton
12.20 Concert 1.55 Gramofoon 4.20 Con
cert Mannenzangvereen. „Union" 7.20 Vroo
lUk programma
London Regional (355.9 XL) 12.20 OrgeC
2.40 Concert 6.05 Orgel 6.50 Concert
8.20 „Ghosts at Solbeiga" 9.35 Concert
P a r tJ s (Radlo-PartJs) 1724.1 M. 8 05 Gramo
foon 9 20 Orkestconcert 12.20 Concert
Omroeporkest 8.20 Cabaret 9.05 „La
misanthrope et l'Auvergnat" spel van La-
blche. 10.20 Gramofoonplaten.
Waschau. 1411.8 M. 4 30 Gramofoon. h.2«
Populair concert. 7 20 Populair concert.
9.20 Chopln-pianorecltal. 10.20 Dansmuziek.
DE TERGENDE RADIO DER BUREN.
Een gebrekkige vrouw te New-York heeft
zelfmoord gepleegd, omdat zij de radio van
haar buren niet kon verdragen. Drie jaar
lang was de vrouw reeds ziekelijk en de
laatste iy2 jaar zat zij in een rolstoel, zon
der ooit hc. huis te mogen verlaten
Op zekeren dag heeft zij zich in haar rol
stoel naar het venster van haar op de zesde
verdieping gelegen kamer gerold en heeft
zich uit het raam op straat laten vallen,
waar zij dood werd opgenomen. In een
achtergelaten brief had zij geschreven: „De
nooit ophoudende radio heeft mijn zenuwen
geschokt en mij het leven ondragelijk ge
maakt".
In Amerlkaansche gezinnen is het n.1. ge
woonte om de radio al heel vroeg in den.
ochtend aan te zetten en den heeien dag te
laten spelen waarbij men overladen wordt
met jazz muziek, komische voordrachten en
allerlei soort reclame.
KON HAAR KNIEËN NIET BUIGEN
Lange tijd van pijn nu geëindigd
Deze vrouw een weduwe heeft een
hoopvolle ooodschap voor eiken lijder aan:
rheumatiek. Zeven jaar lang verdroeg ze
rheumntische pijnen en toch is zij nu
weer geheel gezond. Zij schrijft: „Ik ben
weduwe, 55 jaar oud, en heb zeven jaar lang
vreeseliik te lijden gehad dor spier-
rheumatiek en jicht Twee jaar geleden kon
ik mijn knieën niet buigen om de trap af
te loopen. Ik moest me naar beneden laten
glijden en dan mijzelf aan de leuning weer
optrekken. Ik had een stok noodig om te
kunnen loopen. Toen in begin April van het
vorig jaar, raadde iemand mij eens Kruscben
Salts te probeeren. Ik kocht een flacon en
tegen den tijd dat deze opraakte begon ik
me vroolijker en opgewekter te voelen. Se
dert dien tijd ben ik steeds Krusclien door
blijven gebruikeu en ik kan au weer hee!
gemakkelijk loopen." Mevr. F. M T.
Kruschen Suits spoort de Inwendige orga
nen aan tot kiachtiger werking, llrineziiut
cn afvalstoffen, die zich mochten hebben op
gehoopt en de aanleiding Uwer rheumatiek
zijn, worden verwijderd. Gezwellen an pijnen
verdwijnen, stijve ledematen worden weer
normaal en gevoelt U weer gezond en lenig
als voorheeen.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar
bij alle apothekers en drogisten ƒ0.90 on
1.60 per flacon. Stralende gezondheid voor
één cent per dag
(adv.t
EEN VERHAAL UIT WEST-AFRIKA
Door A E SOUTHON
Naar het Engelsch bewerkt door
I. J. P. B -V.
(15
„Ja ja, Twala is gewiekst" grinnikte de
oude man. „Dat is de manier, Regional
Maar we moeten wachten tot de blanke rech
ter weg is, want anders zal hij het markt
plein rondloopeii en de vrouwen uithooren
en dan zal de een of andere gek wel ver
tellen, dat het de koning was, die het bevel
er toe gaf. Nog maar een paar dugen en dan
zal hij komen en daarna, dan zullen we wel
af zien te komen van dien priester".
Keshona was voldaan. De tijd is niet zoo
kostbaar in de binnenlanden van Afrika en
een paar dagen meer of minder maakten voor
den priester niets uit Hij was er van overtuigd
daj Kwang-i nu stappen zou doen, om van
de Noordaa's ai te komen en het plan van
Twaila bem I eir best
Uiterst vermoeid van de inspanning van
den morgen, stuurde Kwangu den priestjr
opeens weg daarna stond hij met moeite op
en strompelde naar zijn eigen vertrekken.
De rest van den dag, die een heel bclane-
rijke scheen te worden, bracht Kwangu al
drinkende dcor. Daarna viel hij in een
diepen slaap. Een blanke was druk bezig
om het hart van zijn oudsten zoon van den
koning af te trekken en een ander werkle
herder zijn planrien uit om zich te verzeke-
re van een groote som gouds. Hoewel het
werk van Noordaa en Jansen er op gericht
was de stad van Kwangu grondig te ver
anderen, wist Kwangu van al deze dingen
niets. De nawerking van onbcheersclite
driften en de roes van een zware dronken
schap hielden hem gevangen op het moment,
waarop het voor hem gebiedend noodzake
lijk was om nuchter te blijven.
HOOFDSTUK IV
Moshala ontwaakt.
Moshala's woede tegen Twala en den
fetisch-priester laaide hoog op in hem, toen
hij zijn weg koos door de leege straten naar
de hut, waar de Noordaa's woonden. Van
wege het relletje in het paleis, had hij nog
niets vernomen van de vechtpartij, waarbij
Moturindo gewond was, en daarom vermoed
de hij ook heelemaal niet, dat de zendeli'.g
van huis zou zijn.
Hij liep met snelle passen, zonder te letten
op de felle stralen van de zon, die nu lood
recht boven zijn hoofd stond te branden. Al
zijn goed humeur, dat spreekwoordelijk was
geworden, was verdwenen. De woeste natuur
van den inboorling was ontwaakt en hij
dacht aan niets anders dan hoe zijn arm hef
vlugst weer genezen zou zijn door den zen
deling, om daarmee Keshona de oogen te
kunnen uitsteken en zijn wraak aan Twala
te kunnen koelen. De enkele mannon, di-
•agen uit te blazen in schaduw van hun
hutten, groetten eerbiedig en verdwenen
snel binnen hun hut, toon ze den prins
voorhij zagen komen en zijn woesten blik en
de wraakzuchtige trekken op zijn gelaat
bespeurden. Kwangu's bloed stroomde in
Moshulu's aderen; dat wisten de mannen,
en daarom achtten zij het geraden uit den
.veg te gaan, want Kwangu de Leeuw was
ook niet gemakkelijk, als hij kwaad was. En
zijn zoon leek veel op hem.
Toen hij ten laatste de hut van den zen
deling had bereikt, die bijna aan het eind
van de bebouwde kom stond, stootte Mos-
hala met een ruw gebaar het tuinhek open.
en riep op luiden toon de greet, die elke
inboorling uitspreekt, wanneer hij het huis
van een ander binnentreedt.
„E-ku-!e-ol"
Gabriel, de huisjongen, kwam snel naar
voren en beefde zichtbuar over al zijn leden
toen hij den vorstenzoon zag. De hoofden
in de stad van Kwangu komen niet bij een
zendeling aan huis en de hlik van Mnshala
deed Gabriel het ergste vreezen. Zou het dan
eindelijk tot een uitbarsting komen?"
„Waar is de blanke priester, jongen?"
snauwde Moshala..
Gabriël stauie.de een ingewikkelde ver
klaring van het feit, dat zijn meester af
wezig was, maar Moshala gaf zich niet de
moeite daarnaar te luisteren.
„Vlug wat, spreek op. Waar is hij? Anders
zal ik je eens afranselen als een hond!"
bulderde hij en om zijn woorden kracht
te zetten, pakte hij Gabriël bij de schouders
en rammelde hem flink door elkaar.
„Hij is naar de hut van Moturindo ge
gaan", bracht hij hijgend uit. „Dnar is ge
vochten en Mnturindo ligt op sterven. Miji
hoer is daarheen gegaan om hem te redden
en de blanke vrouw is meegegaan. Maar hij
zal wel gauw terug zijn".
„Dan zal ik hier wachten", zei Moshala en
hij duwde Gabriël opzij met een enkel
handgebaar. Hij hurkte neer op de leemeii
grond en maakte het zich zoo gemakkelijk
een blanke kan dat den inboorling on
mogelijk nadoen en zoo zette i.y zich tot
wachten.
Zijn wond begon hevig te steken en deed
hem erge pijn. Dat kwam van de snelle klop
van zijn bloed en van de felle zon. lü,
kruiste zijn gewonde arm over zijn burst en
poogde de pijn te vergeten. Onderwijl dacht
hij moordzuchtig aan Twala. Het duurde
lang eer de zendeling terug kwam; onderwijl
steog de woede van Moshala tot het kook
punt Zijn eigenlijke aard was kalm en
vredelievend; hij kon niet lang kwaad blij
ven. Hij vermoedde niets van Twala's oog
merk. Hij had er geen flauw idee van, hoe de
stemming von den koning werd beïnvloed,
om niet te zeggen vergiftigd, door zijn huif
broer. F.n hij kon allerminst vermoeden,
welk samenstel van leugens er rond zijn
persoon werd geweven, op dat zelfde oogen-
blik.
TerwijH Kwangu zijn verschrikkelijke ver-
wenschingen uitte aan het adres van Mos
hala, begon deze iets te kalmeeren en tracht
te hij zijn wraakgedachten van zich af te
zetten. Hij kende Twala's levenshouding vrij
goed; hij wist, dat deze zich liever uvergaf
aan vrouwengezelschap, dan dat hij zich
ophield onder de mannen. Toen zijn booze
bui wat gezakt was, probeerde hij Twala's
opmerking over Denubi te zien in dat
licht. Hij dat bij zichzelf:
„De bnoze denkt, dat alle vogels blind zijn
omdat hij /elf hot licht niet kan verdragen
Twala's kurakier is wispelturig, en daarom
denkt hij*\an pen ander altijd het slechtste
Hij is een echte zoon van Modulo zn m.-e
der Niet van Kwangu. Een zoon van den
Leeuw is anders. O zoo! Twala lijkt meer op
de zoon van een gluiperige hyeqa, die
iemand bespringt van uit het donker. Hij
is niet eens de toorn van een man waard!'
Deze ongemerkte zelfverheffing droeg het
hare er toe bij otn Moshala's opstandigheid
wat Ie kalmeeren; en geruimen tijd verge
noegde hij zichzelf met een vergelijking t«
maken tusschen hem en zijn halfbroer, wal
natuurlijk in Twalu's nadeel uitviel. Zijn
gelaat herkreeg die milde uitdrukking, wel
ke Kwangu vroeger de favoriet had doen
zijn van de mannen en vrouwen in Kwan
gu's stad. Hij bracht zich in de herinnering
terug, hoe Twala hang was weggevlucht en
hals-over-kop verdwenen was achter de don
kere gordijnen van. Kwangu's vertrekken,
nadat hij hem gestoken had en hij kreeg
werkelijk plezier in het geval.
„Die kleine rat was hang", grinnikte hii
„Hij beet als een nijdige rat en verdween
net als een rat in een gaatje, ais hij bang
op de vlucht slaat Twala. de rat! Prachtige
bijnaam! Die zal ik vanavond aan de hoof
den vertellen. Dat zal inslaan. En hij zal
■lat minstens even prettig vinden als tr*?n
hij mijn vuisten om zijn nek voelde knellen
want dat manneke is even verwaand als een
pauw, die in de zon loopt".
Doch opeens maakte de glimilach op zijn
gelaal plaats voor een ernstig wenkbrauw
fronsen. Hij had niet enkel aan Twala's op
treden gedacht, maar plotseling zag hij de
heele situatie weer voor zich. Nu zag hij het
als opperhoofd, niet alleen als een van do
deelnemers. Kwangu was behalve ziji
vader ook zijn koning en hij had het ge
waagd op Twala los te stormen in het bij
zijn van den Koning Ingewortelde gewoon
ten speelden Moshala nu parten en hij werd
grauw van angst, toen hij bedacht, dat hij
gezondigd had tegen de zeden van zijn
volk. Veel erger dan de blaam, die Twaia
op Denubi had geworpen, was zijn eigen
gedrag geweest Hij, 's konings oudste zon,
had den vorst de ergste beleedigmg aange
daan, die denkbaar was.
Het was niet zoozeer angst voor Kwangu
zeil, die Moshala zoo van zijn stuk bracht,
want hij kende geen angst voor mensebpn.
zalfs niet voor Kwangu. Zijn wilden-
instinct, dat hem zooeven dol van woede had
doen zijn, vervulde hem thans met angstige
vrees. Eerbied voor de zeden zat den hoof
den als 't ware in het bloed De vorsten uit
de binnenlanden waren monarchen in «tea
volsten zin des woords. Doch, hoe hardvoch
tig en tyranniok hun heerschappij ook mocht
zijn, ze konden toch ook maar niet doen,
wat ze wilden.
En nu had hij, 's konings oudste zoon en
de vermoedelijke troonopvolger die onge
schreven wet overtreden; hij had gezondigd
legen een van de zwaarste geboden en lat
nog wel in 's koning eigen tegenwoordig
heid. Hij had zijn zaak den koning moeten
voorleggen en zich aan diens beslissing
moeten onderwerpen In stede daarvan had
hij den koning voorbij getien en was hij -»p
Twala losgestormd Terwijl hij droefgeestig
liet hoofd schudde, mompelde Moshala
hardop:
„Ben ik nu gek geworden, vandaag? Hoe
kan men eerbied hebben voor den koning,
als zijn eigen zoon hem zóó onteert in rijn
bij'ijn Als een man het recht heeft om.
rechter te zijn in eigen zaken, waar lieb ie
don nog een koning voor, die recht spreekt!
Als ik aan de regeering was en iemand zou
mij dat leveren, ik zou zijn hoofd aan een
pual spijkeren, ten voorbeeld voor allen!"
(Wordt vervolgd)*