llinuur jCrütscljf (üourant Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD. BINNENLAND. Gemengd Nieuws. ABONNEMENT» per kwartaal In lalden en In plaat- ten waar n ag-»ntsclinp gevestigd I» f2 33 Franco per p<«st 2.35 ptfrtoknsten. Per week 0.18 V<x>r l»e» Buitenland bij weketijk- erhe zending „4 50 Bij dagenjksche zending „5.50 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7% cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestnat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 NO. 3815 WOENSDAG 16 NOVEMBER 1932 ADVZBTEN.1EH Van 1 tot B regelsf 1.1 ty% Elke regel meer....»Q.i2Yi Ir.gez. Mededeeltngen Van 1—5 regels 240 Elke regel meer3.45 BU contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan t bureau wordt berekend f 0.10 12e Jaargang Oit nummer bestaat uit TWEE blade' THORBECKE Een groot staatsman in het midden der 19e eeuw Ónder de groote staatslieden van ons vaderland in het midden der 19e eeuw neemt „Thorbecke" ongetwijfeld een voorname plaats in. Zeker, voor ons is Groen van Prin- sterer van nog grooter beteekenis ge weest. HU toch was het, die den Chris- telijken grondslag voor ons staatkundig leven wilde bewaren en op dien grond slag wilde voortbouwen. En Thorbecke was in dit opzicht zjjn meest geduchte tegenstander. Maar dit mag ons allerminst beletten, om de ver diensten van een man als Thorbecke op de rechtè waarde te schatten. Trouwens, Groen zelf ging er ons in voor, om de groote bekwaamheden van Thorbecke te erkennen. Groen noemt hem als hoofd der liberale partij den aapgewezen man en spreekt, bij Thor- becke's dood van diens onmisbaarheid te midden van den erbarmelijken toe stand des lands in het jaar 1872. En Dr. Kuyper schreef in „De Stan daard" van 7 Juni 1872: „Thorbecke moet vruchteloos zijn evenknie zoeken onder Hollands politieke mannen en elk volgen van wie zijn plaats zal innemen, kan slechts een volgen op eerbiedigen afstand zjjh. Er was in zijn karakter een eerlijkheid, zelfs om het terughou dende van zijn woord nooit verdacht. Zijn woord was kort, afgemeten, kern achtig, maar als glas doorzichtig. Hij ■was een eer voor ons volk, een roem voor onze natie. Ook naar ohze schat ting is hij volk en land ten zegen ge weest." En het artikel eindigde met „ootmoedigen dank aan God voor den zegen en de beproeving beide, die ons in Thorbecke gewerd". Dr. Kuyper dankte God ook voor de heproeving, die ons in Tharbecke ge werd. Want de man, die pal stond voor de liberale beginselen, deze met kracht en klem verdedigde en toepaste in het staatkundig leven dier dagen, drong im mers tot krachtiger getuigen en dieper bestudeeren van de anti-revolutionaire beginselen. Het spreekt als vanzelf, dat van zulk een groote figuur als Thorbecke een biografie niet mocht ontbreken. Dat tot op heden deze biografie niet verscheen, is in zeker opzicht te .verklaren. Er moet een flinke tijdruimte verloopen zijn, voordat men een zooveel mogelijk objectief beeld kan geven. De tijds afstand is 'n niet te verwaarloozen fac tor, voor het schrijven van een goede biografie. Doch nu het 60 jaar geleden is, dat Thorbecke overleed, werd het toch langzamerhand tijd. Nog langer wachten zou oorzaak kun nen zijn, dat het beeld van dezen groo- ten staatsman in te vage trekken, voor ons kwam staan. Er moge nog ruimschoots tijd over blijven, om de beteekenis van een man ais Thorbecke in het oog te vatten, zijn levensbeschrijving kan geen uitstel meer lijden. Waardevolle particuliere correspon dentie, welke menigmaal zulk een ver rassend licht op iemands persoon werpt, zou wellicht verloren raken, voor deze haar onschatbare diensten had bewezen. Daarom zijn we den heer D. Hans, Voorzitter van den Ned. Journalisten kring dankbaar, dat hij het moeilijke werk heeft ter hand genomen, om ons het beeld van Thorbecke ten voeten uit De heer Hans erkent zelf, dat hij de figuur van Thorbecke heeft bezien met het oog van een geestverwant en ver eerder. Maar wie zou hem daarom het recht willen ontzeggen, zulk een biografie te geven, 't Spreekt het niet vanzelve. dat een geestverwant daartoe zich in de eer ste plaats geroepen voelt? En gaarne willen we het uitspreken, dat ook aan den politieken tegenstander het lezen van dit boek over Thorbecke aangename en nuttige uren bezorgt. De heer Hans beschikt over een keu rige en frissche stijl. Daardoor weet htf aan het nuttige tegelijk het aangename te verbinden. Hij geeft niet een dorre kroniek, maar een levend beeld. Hij doet ons inleven in den politieken strijd van het midden der 19e eeuw, toen vooral Groen en Thorbecke als twee gehar naste ridders tegenover elkaar stonden. En het moet gezegd, dat de auteur in menig opzicht ook aan Groen van Prin- sterer alle recht laat wedervaren als groot staatsman. Men kan nu eenmaal Thorbecke niet noemen of men moet tegelijk aan Groen denken. Dat dus Groen in deze biografie dikwijls ter sprake komt, valt licht te begrijpen. Met groote waardeering spreken we het uit, dat de heer Hans blijk geeft van groote achting voor Thorbecke's genialen tegenstander, die volgens hem door zijn oppositie Thorbecke's leven en werken glansrijker heeft gemaakt, het door zijn vriendschap kleurde en uit de schatkamer zijner beginselen aan ons volk onverwoestbare rijkdommen schonk. En we vergeven het hem, dat hij b\j die hooge waardeering in een kleinen tusschenzin toch even opmerken moet, dal Groen niet tot stand heeft gebracht, wat Thorbecke wrocht. Alleen zij ons hierbij een kleine aanteekening veroor loofd. Dat Groen's werk in den tijd van Thorbecke zoo weinig vruchtbaar scheen vond zijn oorzaak hierin, dat dank zij het liberale kiesstelsel, van Groen's vol gelingen zoo weinigen een Kamerzetel konden veroveren. Thorbecke bouwde voort aan het libe rale bolwerk, dat in zijn tijd schier on verwoestbaar scheen. Er was echter meer dan een menschenleeftijd voor noodig, om in zulk een machtig bolwerk een bres te schieten. Daarom gold ook in bijzondere mate voor Groen het Schriftwoord: „Een ander is het, die zaait, en een ander is het, die maait". Groen heeft gezaaid, menigmaal gezaaid in tranen en zijn geestelijk nageslacht heeft mogen maaien. Intusschen, we erkennen gaarne de groote vérdienste van dit magistrale werk over Thorbecke. Dit werk belicht de figuur van den grooten liberalen staatsman, maar niet minder het ge- heele tijdperk, waarin deze leefde. Bekend is, dat Thorbecke stroef en stug was. Maar dit was hij slechts als regent, niet in het intieme huiselijke leven. Daar kwam direct een waas van teederheid over het anders zoo strakke gezicht. Men verhaalt van hem, dat een hoog geplaatst ambtenaar bij zekere gelegen heid tot hem zei: „Wil ik u even hel pen?" En toen klonk het bits: „Men helpt mij niet, men dient mij". In zulke woorden komt wel uit, hoe zeer Thorbecke autoritair optrad en voor velen een alles behalve beminne lijke figuur was. Men heeft o. i. wel eens terecht be weerd, dat in zijn kracht tevens zijn zwakheid school. Thorbecke trad krach tig op, maar zijn autoritair optreden kweekte geen mannen, die zijn plaats konden innemen. De heer Hans doet ons echter een blik slaan in het intieme leven van dezen staatsman, waardoor diens stug heid en stroefheid wel eenigszins ver klaard wordt. Natuurlijk, er was in zijn karakter een trek, die zulk een ont plooiing mogelijk maakte. Maar de om standigheden zijn toch factoren, waar mede gerekend dient te worden. Thor becke heeft een zorgelijke jeugd gehad. Slechts met groote inspanning en ont bering van alles, wat het jonge leven een zonnigen glans geeft, kon Thor becke zijn drang tot studie bevredigen. En ongetwijfeld hebben die levens omstandigheden een plooi gegeven in zijn karakter, die door zijn verdere leven niet gladgestreken kon worden. Dat Thorbecke in 1834 de maatrege len tegen de Afgescheidenen verdedig de, waardoor dezen in den vollen zin des woords vervolgd werden, geeft wel blijk, dat hij als echte liberaal wel over verdraagzaamheid sprak, maar deze zocht in den weg van een Christendom boven geloofsverdeeldheid, maar niet in den zin van gewetensvrijheid, waarvoor onze vaderen gestreden hadden. In den Schoolstrijd voelde hij wel voor het bestaansrecht van particuliere scholen, maar heeft toch geen wet tot stand gebracht, die aan het Chr. onder wijs de begeerde en rechtmatige vrij heid schonk. Wel moet, tot zijn eer gezegd, dat hij meermalen bij de gemeentebesturen er op aandrong, geen onnoodige belemme ringen in den weg te leggen, wanneer men tot oprichting van Chr. scholen wilde overgaan. Thorbecke was en bleef, al behoorde hij tot de heftigste bestrijders onzer anti-revolutionaire beginselen, 'n staats man van den eersten rang. En de heer Hans heeft recht ook op onze hulde voor het geven van zijn biografie over een man, die in het midden der 19e eeuw zulk een voorname rol speelde in den politieken strijd. We leeren hier in dit boek Thorbecke kennen als uitnemend geleerde en groot staatsman, en tevens geeft dit werk ons inzicht in de liberale beginselen. En voor deugdelijke bestrijding ervan is het noodig, dat die beginselen in de eer ste plaats goed worden gekend. Vooral in onzen tijd is kennis der beginselen broodnoodig. Nu de maat schappelijke malaise allereerst vraagt om afdoening van zaken is het gevaar niet denkbeeldig, dat de kennis van en de strijd voor onze hooge beginselen verflauwt. EENIGE WERKVERRUIMING Onder-de belangrijke mededeelingen, wel ke de Ministers van Binnenlandsche Zaken en van Financiën gisteren in de Tweede Kamer hebben gedaan, staat de toezegging om gelden te voteeren voor de droogmaking der Noord-Oost-polder bovenaan. Dit is een zaak van beteekenis, want het is werk verruiming in de ware zin des woords.. De inpoldering 'verschaft niet alleen werk aan eenige duizende arbeiders, maar ver' ru i m t ook voor later de werk gelegenheid, want in de nieuwe polder kun nen zich nienschon vestigen en bij -voort- duur arbeid vinden. Ddarom is deze zaak van zoo uitnemend gewicht, veel belangrijker b.v. dan het aan leggen van een weg of het bouwen yan_een brug. Dat is werkverschaffing, doch geen werkverruiming. Wij begrijpen tot heden de rekening van den Minister van Waterstaat nog niet best. dat slechts een klein deel der gelden aan de bestrijding der werkloosheid ten goede komt, doch in ieder geval staat vast, dat de tijd zich bovenmate goed leent om nu zulk werk uit te voeren: alles is even goedkoop en be strijding der werkloosheid is een offer waard Groote plannen heeft de Regeering nog wel niet. en zij, die mecnen, dat er wel voor een tienduizend personen werk zal gevonden worden, zijn teleurgesteld. Minister Ruvs verklaarde, dat er de eerste vijf jaar voor ongeveer vierduizend arbeiders werk zal zijn. Geen groot aantal in verband met de vree- selijke werkloosheid, maar toch op zich zelf een beduidend getal. Laat de Minister dan maar zeggen, dat men het werk niet gewichtiger moet voor stellen, dan het is; wij achten het belangrijk. Omdat we blij zijn met elk object, .dat eenige werkverruiming geeft Ook, als het maar eenigszins mogelijk is, met het ocg op de vele werklooze Zuiderzeevisschers, die door het leggen van de afsluitdijk uit hun brood gestooten zijn. Van alle zijden Is, hoe men verder ook denkt over de droogmaking op zich zelf, aangedrongen op voortzetting van het nu eenmaal aangevangen werk en het verheugt ons, dat de Regeering in meer dan een op zicht, maar ook hier, bereid bleek tot samen werking en overleg. VRAGEN VAN KAMERLEDEN HET RIJKSVOORSCHOT AAN NIJMEGEN De heer S u r i n g heeft aan de Minister van Financiën gevraagd of het juist is, dat de minister aan het gemeentebestuur Nijmegen op een verzoek om verlenging van een rijks-voorschot na 29 Augustus heeft geantwoord, dat een eventueele ver lenging of verhooging der kasgeldleening niet in overweging kon worden genomen, alvorens dit gemeentebestuur een plan tot verbetering van het oudget der gemeente zou hebben voorgelegd, waarbij de gewone dienst een resultaat opleverde, dat om streeks f 680.000 gunstiger zou zijn dan het te verwachten resultaat van 1932. HUISBRAND NAAR BELGIE BESPREKINGEN MET DUITSCHLAND Momenteel zijn er onderhandelingen gaan de tusschen België en Duitsëhland over een vermeerdering van den invoer van huis brand in België. Nadat tusschen deze beide landen overeenstemming is bereikt, zullen de besprekingen tusschen België en ons land beginnen. FRANSCH MINISTER OP BEZOEK BIJ PHILIPS TE EINDHOVEN Gistermiddag arriveerden per auto te Eind hoven de Fransche Minister van Volksge zondheid, Justin Godart en mevrouw Godart, teneinde een bezoek te brengen aan de Philips' Fabrieken. Na de verschillende toepassingen van de nieuwe „Phllora-natri- um lamp in oogenschouw te hebben geno men. waarvoor Minister Godart zijn bijzon dere bewondering uitte, werd ten huize ,J)e Laak" gedineerd. Naar wij vernemen is dr. A. F. Philips, directeur der N.V. Philips' Gloeilampenfabrie ken bevorderd tot Commandeur in de Orde van het Legion d'Honneur. DR. ABR. KUYPER-STICHTING Naar wij vernemen zijn de beide vacante plaatsen in den Raad v. Beheer der Dr. Abr. Kuvperstichting, die opengekomen waren door het overlijden van de heeren B. Schuur man te Meppel en H. van Andel te de Bilt, thans weer vervuld, doordat de Knmerkies- kringcentrale Assen aangewezen heeft voor de eerstbedoelde vacature Mr. J. L. Bourn a, burgemeester der gemeente Emmen en het Provinciaal Comité van Utrecht in de tweede vacature den heer H. Botter weg, wetliou- dë" der gemeente Utrecht GROOTSCH TOT IN ZIJN ONDERGANG Dt laatste foto van het wrak van de „P. C. Hooft", waarin de brand nog steeds voort- woedt. Toen deze foto gisteren genomen werd maakte het gevaarte gevaarlijk slagzij, 't ls een somber, triest gezicht. Maar zelfs zóó maakt het ten ondergang gedoemde schip een onvergetelijken indruk op ieder die 'l ziet. HET LASTIGE PACK! Raadslid te Nieuw-Lekkerland tot inkeer en heengaan gedwongen Raadslid zijn is ook niet alles. De „cier- lijke tabberd" is vaak een ..lastig pack". Dat ondervond het jonge en jongste raadslid der S.G.P. te Nieuw-Lekkerland. Wat anderen, ook partijgenoolen voor hem, lot heden had den nagelaten, zou hij even opknappen. De sluiting der café's op Zondag. Hij deed het voorstel. Eerst bij de Winkel sluitingswet, waar het natuurlijk niet op zijn plaats was. Toen in de goede vorm zijn partijgenoot steunde hem. Ook de zes man sterke anti-rev. fractie gaf haar stem aan het voorstel. Want zij redeneerde aldus: Door goede propaganda is het drankmis bruik in üe laatste jareri sterk verminderd; thans kan de bevolking wel de ahsolute slui- tihg verdragon. Een voorstel als dit met fi van dé 11 stemmen aannemen, zou mis schien gevaarlijk zijn voor de rust in de ge meente, nu er 8 van de 11 vóór zijn, kan men het besluit wel nemen. Aldus geschiedde. De Burgemeester er tegen; niet, omdat hij tegen sluiting be zwaar heeft, doch omdat men zond-er dwang, welke zoo licht reactie opwekt, in de goede richting ging en de rust nimmer verstoord werd, noch onder, noch na kerktijd. Voor sluiting onder kerktijd achtte hij de bevol king echter wel rijp. Toea het voorstel aangenomen, door Ged. Staten goedgekeurd en in werking was ge treden, rees er oppositie tegen de sluiting. Een caféhouder, die, naar eigen verklaring de meeste schade leed, zoowel omdat het doorgaand verkeer niet meer kon pleisteren, alsook, wijl er 's Zondagsavonds nogal eens bezoekers kwamen, demonstreerde op de reeds bekende wijze zijn ontevredenheid en dit was mede aanleiding, dat hier en daar baldadigheden gepleeg 1 werden. Bij leden der anti-rev. en S.G.P.-fractie werden des nachts ruiten ingegooid en de voorsteller werd bedreigd. Wegens de langgerekte vorm van de gemeente, kon de politie niet voldoende bescherming bieden. Deze gang van zaken maakte den voor steller zoo overstuur, dat hij zonder zijn par tij er in te kennen, naar middelen zocht om het besluit ongedaan te maken. Eerst trachtte hij de verantwoordelijkheid op B. en W. te schuiven en opperde hij de gedachte, dat men het maar aan het ge weten der caféhouders moest overlaten, of ze al of niet wilden sluiten. Dit ging natuurlijk niet. Daarom diende hij een voorstel in, om het besluit weer in te trekken en hij vroeg daarvoor een spoed eischonde vergadering. Intusschen werd hij door zijn partij zoo danig bewerkt, dat hij opnieuw van gedarh ten veranderde en meedeelde, dat hij zijn voorstel om het besluit ongedaan te maken, ook introk. En tevens zond hij zijn ontslag brief als raadslid in. B. en W. zagen niet In, dat de zaak zoo spoedeischend was en de Burgemeester heeft tot heden nog geen vergadering uitgeschre ven. De loop van zaken zal nu wel als volgt zijn, dat in de komende raadsvergadering mcdedeeling wordt gedaan van de ingeko men, elkander tegensprekende voorstellen en 'at deze. voor kennisgeving worden aange nomen. De anti-rev. fractie voelde er trouwens niets voor, om onder de drang van eenige relletjes, welke natuurlijk onrierdnikt moe ten worden, het genomen besluit weer in te trekken. 't Gevolg van de verordening is, dat biina langs heel de Lek des Zondags de café's ges,eten zijn. HOFBERICHTEN PRINS HENDRIK Men meldt ons uit Apeldoorn: Z. K. H. Prins Hendrik, die momenteel in Mecklen burg vertoeft, is voornemens 30 November t.s. uit het buitenland terug te keeren. ZONDER BESEF Het is reeds jaren geleden, dat Prof. Chan- tepie de la Saussaye die zeker niet poli tiek rechtsch was klaagde over de besef loosheid der Liberalen, zoodra het over geestelijke en zedelijke problemen ging. De Nederlander moest daaraan den ken, toen over de groote rede van Dr. Coliin, De heer Colijn zou al een zeer slecht leider van de partij der kleine luyden zijn, van hen, die men pleegt aan te duiden als ons Calvinistisch volksdeel, wanneer hij zich louter tot materieele beschouwingen bepaald had. Neen, hij weet heel wel, wat zijn volgelingen van hem verwachten en dus stond hij ook uitvoerig stil bij de moreele zijde der crisis, bij het trieste ver schijnsel der verzwakking van den zede lijken weerstand van het volk. Een golf van geestelijke en moreele anarchie gaat over de wereld, zoo klaagde hij. Met lette op de fijn-gevoelde construc tie, dat de spreker aan de moreele zijde van de crisis aandacht gaf, pmdat nij leider ook van de kleine luyden is on weet wat zijn volgelingen van hem ver wachten. Dat men de moreele zijde ook vermel den kan, omdat men zelf van haar be staan en van haar invloed ten diepste overtuigd isdat rekent de Overzicht schrijver blijkbaar niet te liggen binnen het veld der mogelijkheden. En toch lag juist die verklaring veel meer voor de hand. DE HAAGSCHE ANNEXATIE Tn verband met uit te voeren gemeente lijke plannen hadden B. en W. van Voor burg dozer dagen den Minister van Bin nenlandsche Zaken verzocht om mede te deelen in welk stadium zich de aanhangig zijnde annexatieplannen van Yoorburg en Rijswijk bevinden. Naar wij vernemen, heeft de Minister hierop geantwoord dat tot op heden geener- lei wetsontwerp inzake deze annexatie zijn Departement bereikt heeft Hieruit blijkt, zegt de Res.b., dat Gedep. Staten van Zuid-Holland den wettelijken termijn, welke op 1 October j.l. afliep, heb ben laten voorbijgaan. Vóór genoemdpn datum had volgens de bepalingen der Gemeentewet het ontwerp moeten zijn aan- gehnden. Het schijnt intusschen, dat deze laatste opvatting niet geheel juist is. De betrokken gemeentebesturen 'noesten voor een bepaal den datum hun beslissingen ir.zcnden. F.rh ter is er op liet oorspronkelijke voorstel e.n: correctie gevolgd en nu nemer» Ged. Staten als uitgangspunt den datum van toezending dezer verbetci mg. Vandaar dat ne datum. e boven als einde van den wc'tri ij ken termijn wordt genoemd» opgeschoven is. ERNSTIG MOTOR- EN AUTO ONGEVAL EEN DOODE, TWEE GEWONDEN. Te Weite, gem. Vlach'wedde (Gr.), zijn twee te Weener in Duitschland wonende molenmakers, de gebrs. Wiersema, vroeger te Beerta, tengevolge van den dichten mist en het rijden links van den weg met hun motorfiets in aanraking gekomen met een auto-kolenwagen, met het gevolg, dat de eene Wiersema tegen een hoorn sloeg en dood werd opgenomen, terwijl de andere, Jan Wiersema, op den berm van den weg werd geslingerd en in hoogst ernstigen toè- stand naar het ziekenhuis te Winschoten werd overgebracht. Dr. Bloem, die geneeskundige hulp wilde yerleenen. reed met zijn auto in snelle vaart in een sloot, ongeveer op dezelfde plaa's, waar het eerste ongeluk geheurd was. waar door een naast hem zittende passagier bloe dend werd gewond. VERDRONKEN. Te Gerkeskloosfer (Fr.) is vlak voor de ouderlijke woning in de Lauwers verdron ken het ?t^-jarig zoontje van W. Weijer, eenigst kind. VERVALSCHTE PLAATSBEWIJZEN. De politie te IJmuiden heeft iemand uit Amsterdam houden, die Zondag voor den -''strij >r vo» ha' Tceniging ver- ..ui plaa«p'T\' !i-««i i. vci^ocht. Voornaamste Nieuws* (Bit 1) Ernstig motorongeluk in de gemeente Vlagtwedde: één doode en twee gewonden. De Haagsche Rechtbank beveelt de invrij heidstelling van de drie verdachten inzake de inbraak en juweelendiefstal bij Dr. Phi lips te Den Haag. Blz. 2 Scherpe Duitsche critiek op het Franscha ontwapeningsplan. Onlusten en stakingen in Spanje. Ontstemming in de Ver. Staten over het tijdstip van zending der geallieerde nota's over de schulden. De typhoon over Oost-Japan. De vliegster Amy Johnson vermist, (blz. 3) In de Tweede Kamer heeft Minister Ruys de Beerenbrouck belangrijke mededeelingen gedaan o.a. oéer de voortzetting van de werk zaamheden aan de N.-O. polder. Daarna is de Justitie-begrooting behandeld. Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp ingediend, waarbij ten hoogste iy<i millioen wordt beschikbaar gesteld voor crediet aan de haringvisscherij. De dader van de roofoverval te Ressen. (Blz. 8) Nieuwe vondsten in het Oosten, II, doof Dr. M. H. A. van der Valk. Te Amsterdam is de jaarvergadering ge houden van de afd. Nederland van de We reldbond der Kerken. DE INBRAAK BIJ DR. IR. PHILIPS Invrijheidstelling van de drie gearresteerden bevolen. Men zal zich herinneren dat op Zondag middag 24 Juli j.l., tijdens afwezigheid van de bewoners werd ingebroken ten huize van Dr. Ir. G. L. A. Philips in het flatgebouw aan de Van Hogenhoucklaan te Den Hang en dat te diens nadeele een groot aantal iuweelen en andere kostbaarheden, w.o. een zsk inhoudende 1000 gouden Engelsche ponden, tot een totale waarde van ongeveer twee ton, werden gestolen. Als verdachten werden gearresteerd en later in het Huis van Bewaring ingesloten, drie Oostenrijkers, L. D. ('n vroegere huis knecht), A. M. en H., terwijl men onlangs te Berlijn een vierden verdachie, zekeren D., zich noemende Freiherr von Lukurch enz., meende te hebben gevonden, eveneens een Oostenrijker, wieDs uitlevering inmid dels werd verzocht. Intusschen bleef de buit zoek en de ver dachten ontkenden, iets met de inbraak of den diefstal te maken te hebben. Wij vernemen thans, dat de Haagsché Rechtbank de invrijheidstelling van de drie eerstgenoemde personen heeft bevolen, aan gezien het vooronderzoek geen voldoende aanwijzingen voor hun gevangenhouding heeft opgeleverd. Deze drie personen zijn gister ter beschik king van den vreemdelingedienst te Den Haag gesteld die hen vermoedelijk over de grens zal zetten. De aanvraag om uitlevering van dett vierden verdachte komt hiermede te ver* vallen. DE BRAND OP DE ..P. C. HOOFT" DE OLIE IN VLAMMEN. Ook gedurende den middag, den avond en den nacht heeft het op de „P. C Hooft" nog steeds fel gebrand. Geconstateerd is dat de olie in de tanks, welke aan bakboordzijde liggen, mede do-.r het vuur is aangetast; de dikke zwarte rookmassa's, welke uit den buik van het schip ie voorschijn komen, wijzen er dan ook wel op, dat het nog geruimen tijd du ren zal eer de duizenden tonnen olie, waar mede de tanks gevuld waren, zullen zijn opgebrand. Een boot van de Stadsreiniging blijft steeds in de buurt om, voor het géval zich brandende olie over het water mocht verspreiden, deze te verwijderen. Zij is daar voor met een speciale installatie ui'gerust. Ook de drijvende stoombrandspuit „Jan van der Heyden" met een volledige post als be zetting en enkele motorbooten van de poli tie blijven de wacht houden bij het schip, welks slagzij, dank zij het feit. dat het mot behulp van een sleepboot tegen de naiij- zijnde vrije ankerplaats, waar slechts 3& meter water staat, ligt vastgedrukt, niet is vermeerderd. En zoo wacht men gelaten de volkomen vernietiging van dezen eens zoo fieren oceaanreus af. AAN DE GEVOLGEN OVERLEDEN. De 60-jarige P. Martin, procuratiehouder aan het kantoor Haarlem der Twentsche Rank, die einde Juli door een auto aange reden is. toen hij de Gasthuisvest bij de Kleine Houtbrug ie Haarlem overstak, en sindsdien verpleegd werd in het SL Elisa beths Gasthuis aldaar, is thans aan de ge volgen van de aunrjjding overleden. BOSCH- EN HEIDEBRAND. Onder Norg (Dr.) ontstond Zondag een heidebrand. Met vereende krachten kon er een eind aan gemnakt worden, doch 6 H A. heide en 2 H A. dennen en berken zijn ecu prooi der vlammen geworden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 1