OM DE ZUIDERZEE
Gemengd Nieuws.
TWEE SOORTEN CALVINISME
WOENSDAG 5 OCTOBER 1932
TWEEDE BLAD PAG. 5
SCKRIEL BEREKENDE STEUN
BEDRAGEN
Beperkte armenzorg.
Ten onrechte, dat is wel duidelijk, spreekt
de Regeering van „schadeloosstelling" en
j.wachtgelduitkeenng" aan de Zuiderzee-
visscbers c.s. Het is doodgewone, maar be
perkte armenzorg.
Dit blijkt wel zeer duidelijk uit de op
somming van de groepen en personen, die
niet voor „steun" in aanmerking komen.
Dat buten de regeling vallen allen, die
niets met de droogmaking uit te staan heb
ben, spreekt wel vanzelf. Dat zou, als er een
schadevergoeding gegeven werd ook zoo
zijn. Maar men gaat verder.
Geen steun krijgen b.v. ook die Zuiderzee-
menschen die anderhalf jaar lang aan de
inpoldering gewerkt hebben en nu, omdat
de zaak stopgezet wordt, op straat komen
te staan. Zij deden wat zij konden om
zichzelf te redden en worden er nu op deze
wijze voor beloond.
Buiten steun vallen zij, die met hulp van
buiten hun bedrijf hebben verplaatsL Of
ze ook een nieuw bestaan hebben ge
vonden, doet er minder toe.
Erger nog, geen steun ontvangen zij, die
zonder hulp van de Generale Commissie hun
bedrijf verplaatst hebben en daaruit gedu
rende een „redelijke termijn", in den regel
één jaar, een behoorlijke verdienste kregen.
Het is voor ons doel overbodig alle zij
gevallen na te gaan, waarin geen steun
wordt verleend; de omschrijvingen zijn in 'i
algemeen zoo vaag, dat tenslotte nagenoeg
iedereen kan worden afgewezen als de ad
viseur maar voor een aansluitende wets-
uitlegging zorgt
We komen dus tot deze conclusie: Men
krijgt slechts steun als er geen andere ver
klaring mogelijk is, dan dat men slacht
offer der droogmaking moet heeten; kan het
anders uitgelegd worden, dan is er van
steun geen sprake al lijdt mén do bitterste
armoede. Daarom sprak ik van beperkte
armenzorg; beperkt in wezen maar ook be
perkt in de uitvoering. Want
hoe hoog is het steunbedrag?
Zoo op 't eefste gezicht zou men zeggen,
dat dit nauwkeurig in het Steunbcslu't is
aangegeven. Een nadere beschouwing toont
echter aan, dat zoo ongeveer alles moge'r-k
is en bovendien, dat schrielheid hier als de
voornaamste factor speelt. Met de formule,
welke de Bunschoter Bode geeft, en die.
mits zorgvuldig bekeken, de zaak volkomen
duidelijk maakt, zal ik trachten lit aan le
toonen. Die formule 'ijkt wei een wiskundige
puzzle, maar is niet zoo ingewikkeld als ze
schijnt, als men maar cenig D.-gi ip heeft van
optellen en aftrek'.en. Ze ziet er zoo u t:
NS
or* T=N+xK— (ylb+In+O+H+Ik+D).
De letters beduiden alle geldbedragen: de
T. betëekent Tegemoetkoming en achter het
gelijkteeken staat dan, wat men krijgt. Men
ontvangt n.l. het bedrag N plus het bedrag
xK; maar daar gaat af het totale bedrag van
de geldsommen, welke door de letters tus-
schen haakjes aangeduid worden.
Nu gaan we even .ontleden.
T is Tegemoetkoming; het eindbedrag, dat
fnitgekeerd wordt
Die uitkeering bestaat allereerst uit N,
norm, het grondbedrag en wel voor een
gezin van twee personen.
Die norm is f 20 voor een hoofd van een
gezin of een kostwinner, die vóór het K. B.
eigenaar was van een grootbedrijf of van
een bedrijf, dat door den Minister daarmee
wordt gelijk gesteld.
Hieronder behooren zeker de Scheepswer
ven en misschien ook de rookerijen, doch
dit is nog geenszins zeker.
De norm is echter f 13 voor een hoofd
van een gezin of en kostwinner, die niet
waren eigenaar van een grootbedrijf vóór dit
K.B. en tevens beneden de 65 jaar oud zijn.
Hieronder vallen vermoedelijk werfknechts
en visschers.
Is men in dit geval boven de 65 jaar, dan
is de norm f 11.
En is men geen hoofd van een gezin of
kostwinner, dan is de norm 10.
Echter, dit geldt voor de gemeenten der
eerste en tweede klasse van het Bezoldi
gingsbesluit. Hiertoe behooren Amsterdam,
Enkhuizen, Urk, Marken, Harderwijk, Hoorn
Kampen, Edam, Hindeloopen en Wieringen.
Alle andere behooren tot de 3e klasse.
Behoudens voor de eerste groep, de eige
naars van grootbedrijven, worden de normen
in de derde klasse met f 2.per week ver
minderd.
Hierin zit tweeërlei onbillijkheid
Eerst dat het leven in Bunschoten, Huizen
en Elburg wel weinig goedkooper zal zijn
dan in Enkhuizen, Harderwijk en Hinde-
'oopen.
Voorts, dat in het Bezoldigingsbesluit voor
de tweede klasse 4 en voor de derde 8
wordt afgetrokken; terwijl hier onnoozele
bedragen van f 13, f 11 en f9 met 2 gulden
zijn verminderd. Dat is geen verhouding;
vooral niet ais men spreekt van Wachtgeld
regeling.
Maar, zal men zeggen: het blijft niet bij
die norm; er komt nog wat bij. En wel xK:
hetgeen beteekent het bedrag, dat voor een
onbepaald aantal (x) kinderen wordt uitge
keerd. Per kind kan dat f 1.zi|n, maar de
Minister kan het oók lager stellen.
We letten er even op, dat bij de steun
regelingen in groote gemeenten f 1.50 oer
kind wordt gegeven; in kleinere moestal
f 1.35. Ook hier dus weer schrale armen
zorg. Evenwel.een gezin met zeg 6 kinde
ren kan dan toch maar tot f 17 per week
komen. Ja, in theorie, want nu yaan we
zien, wat er van dit bruto bedrag wordt
afije'iokken.
Daar staan eerst de geheimzinnige letters
ylb. De 1b beteekenen: Inkomen rit eigen
bedrijf. Dat gaat van de steun af. Gehee1?
Vaak wel, maar de Minister kan bepalen,
dat de y minder is dan I. Dan mag de on
dersteunde dus iets van zijn eigen inkom
sten behouden. Precies als bij de steun
regelingen voor werkloozen.
In de tweede plaats gaat er af In. Dit be
teekent Inkomen, niet uit het bedrijf. Maar
men kan iets bespaard hebben en van dat
geld, al of niet omgezet in bezittingen, rente
trekken. Dat bedrag gaat er onherroepelijk
en ten volle af.
Zoo wordt spaarzaamheid gestraft
Evenzoo gaat het met het bedrag O, de
Ouderdomsrente; ook al is deze de belooning
van V.O.V. En met het bedrag H, huur
waarde van een eigen huisje. Hier heeft de
wetgever het zich bijzonder gemakkelijk
gemaakt: H. is altijd f 1.—; dat is niet veel,
maar het blijft f 1.—, al rust er ook eeD
zilveren dak op het huis, zoodat men aan
rente en onkosten evenveel betaalt als een
ander in een huurhuis.
Het volgende bedrag is Ik.
Daaronder wordt verstaan het gedeelte
van het inkomen der kinderen, die nog
thuis zijn, dat moet worden afgetrokken.
Niet he e 1 hun inkomen wordt in min
dering gebracht. Verdient een zoon of doch
ter minder dan f 12, dan moet een vierde
deel van dit bedrag worden afgetrokken.
Bijv. een dochter werkt en verdient f 9 per
week. Een vierde deel daarvan is f 2.25. Dun
moet f 2 worden afgetrokken, want men mag
'ttot op een halve gulden naar beneden af
ronden.
En verdient een zoon meer dan f 12, dan
is de aftrek als volgt: Eerst f 6 aftrekken
van 'tloon, van de rest de helft nemen.
Dit is het bedrag dat op den steun van het
gezinshoofd wordt in mindering gebracht.
Bijv. een zoon verdient f 15.50.
Na f 6 aftrek is dit f 9.50. Hiervan de helft
is f 4.75. Dan moet voor de steun f 4.50 wor
den afgetrokken, weer is het tot op een halve
gulden afgerond.
Dat laatste is een onverwachte royaliteit
Maar zelfs als de kinderen niet thuis zijn,
wordt een gedeelte in mindering gebracht;
en "dit geschiedt natuurlijk ook evenzeer, al
zorgen ze voor een huwelijksuitzet, zoodat ze
het laatste jaar heelemaal geen „kostgeld"
betalen.
Het Steunbesluit vervoegt in alle tijden en
wijzen het werkwoord steunen; maar
soms heel wonderlijk.
Ten slotte de letter D. Hieronder wordt
verstaan het bedrag dat iemand al krijgt als
tegemoetkoming wegens waardeverminde
ring door de Droogmaking, maar dan het
bedrag dat men ontvangt boven f 3.—.
Iemand heeft bijv. een bedrijf, dat destijds
is getaxeerd op f 10.000.
Nu is datzelfde bedrijf waard tengevolge
van de afsluiting f 4000. De waardevermin
dering is dus f 6000, welke hij uitgekeerd
krijgt.
Doch de Regeering doet over die uitkee
ring 20 jaar. Elk jaar ontvangt hij dus f 300,
oftewel f 6 per week. Wat boven f 3 is, wórdt
van zijn steun afgetrokken. Hij heeft te veel
opgespaard en dus legt de Overheid beslag
op een deel er van.
Een ander geval:
Een visscher bezit een botter met bijbehoo
rend want, samen voorheen geschat op
f 5000. Nu is door de afsluiting, de geza-
melijke waarde niet meer dan f 1000.
De waardevermindering is dan f 4000.
Maar in de voorbijgegane jaren heeft deze
visscher bijv. f1500 gehad aan credieten, de
zoogenaamde „bonnen". Heeft hij bovendien
geen rente betaald, dan worden eerst die
f 1500 en de verschenen rente van de waar
dedaling afgenomen, zoodat hij recht heeft op
een uitkeering van f 4000—1500=2500 en
daar nog de rente af, zoodat er bijv. f 2200
overblijft. In 20 jaar uitbetaald geeft dit
f 110 per jaar of even f 2 per week.
Die f 2 wordt nu n i et van de steun afge
trokken, omdat alleen wordt afgetrokken het
bedrag boven f 3.
Hier zou nog veel over gezegd kunnen
worden. Ook over de onbillijkheid, dat de
Regeering zelf wel de rente binnenhaalt, doch
de uitkeering over 20 jaren laat loopen, zoo
dat niemand b.v. een kapitaaltje in handen
krijgt om een zaak te beginnen. Het moet
wel duidelijk armenzorg blijven.
Ook stuit men bij schier elke aftrekpost
op het onbillijke, dat spaarzaamheid, zuinig
heid en goed beheer gestraft, in plaats van
beloond worden. Hoe meer de schuit ver
waarloosd is, hoe grooter de waardevermin
dering is en hoe hooger de uitkeering.
Waarlijk, men behoeft zich er niet over te
verbazen, dat er om de Zuiderzee niet alleen
bange zorg heerscht voor de ongewisse, maai
donkere toekomst; doch dat ook de verwij
tende vraag rijst: Waarom moest onze mooie
welvaartbrengende Zuiderzee ten koste van
millioenen guldens herschapen worden iD
een dood meer; en, wat hebben wij misdaan,
dat wij daarvan op deze wijze de dupe
moesten worden?
Deze ernstige vraag leg ik bij dezen voor
de consciëntie van volk en regeering. Was
mijn oordeel te zwart geklemd? Wie geeft
een bevredigend antwoord?
SAMENWERKING VAN PREDIKANT
EN DOKTER
IN DE CHR. VERZORGING VAN KRANKEN
EN KRANKZINNIGEN
CONFERENTIE TE UTRECHT
STELLINGEN VAN DE GEHOUDEN
REFERATEN
Door den Geref. Bond van Vereenigingen
en Stichtingen van Barmhartigheid in Ne
derland werd heden in het gebouw voor
K. en W. te Utrecht een conferentie gehou
den ter bespreking van het onderwerp: „Be
vordering van samenwerking van predikant
en dokter in de Christelijke verzorging van
kranken en krankzinnigen."
Te ruim half elf werd de conferentie ge
opend door Prof. L.
Lindeboom, van
Kampen, Voorzitter
van den Bond. Na de
openingsrede, waar
op we in ons blad
van morgen nader
terug hopen te
komen, werd het
woord gegeven aan
Prof. Dr. H. Bouw
man, Hoogleeraar te
Kampen, die een re
feraat hield over
..Het principieel ka
rakter van de Chr.
verzorging en samen
werking daarin".
Stellingen van Prof. Dr. H. Bouwman
De referent behandelde zijn onderwerp
aan de hand van de volgende stellingen:
1. I-Iet rechte inzicht in de principieele
beteekenis van de „christelijke ver
zorging" van kranken en krankzinnigen,
wordt beheerscht door de vraag: hoe men
staat voor de H. Schrift en de Belijdenis der
Kerk.
2. Volgens de H. Schrift is er verband tus-
söhen zonde en ziekte. God, die den vloek
over de zonde heeft
uitgesproken, is ook
alleen machtig de
doorwerking van
dien vloek te stuiten
of te breken. Het le
ven kan den dood
overwinnen.
3. In Christus is de
volheid des levens
geopenbaard. Hij is
gekomen om de wer
ken des duivels te
verbreken, om zonde
en dood te overwin
nen. Daarom liet Hij
de prediking van het
Evangelie des Koninkrijks vergezeld gaan
van teekenen en wonderen.
Zieken werden genezen, dooden werden op
gewekt, en armen werd het Evangelie ver
kondigd.
4. Omdat de kracht Gods in de wonderen
van Jezus op bijzondere wijze openbaar
werd, zijn zij door het menschelijk verstand
niet te verklaren, en hebben wij ze onvoor
waardelijk in kinderlijk geloof aan te nemen.
5. Om Zijn almacht ook door Zijn disci
pelen openbaar te doen worden, wilde Hij
de predi'iing des Evangelies meermalen ver
gezeld doen gaan met genezingen van zieken
door het geloof dat door Hem is (Hand. 3
vs. 16).
6. De christelijke verzorging rekent met
den mensch zooals hij van nature is. als zon
daar, en laat het licht der Goddelijke barm
hartigheid schijnen m den nood der zonde.
Zij kent de Goddelijke ordinantiën voor het
leven en verstaat, dat in het onderhouden
Gods geboden, door de kracht van den
Heiligen Geest, groote loon is.
7. De samenwerking van Dokter en Domi
nee is eisch van het beginsel: dat de zieke
is een persoon, en dat het doel is: Genezing
van het lichamelijke en het geestelijke,
door en in Christus.
8. Voor een goede christelijke verzorging is
noodig een goede opleiding. Daarom moeten
ook de Medici degelijke kennis bezitten van
de Schrift en de Belijdenis, en mogen de
Predikanten niet onbekend zijn met de
hoofdbeginselen van de psychiatrie.
9. Voor de samenwerking is noodig weder-
zijdsche erkenning en waardeering van el
kanders plaats in den dienst van Jezus Chris
tus, onzen Heere.
Stellingen van Dr. C. H. Kok
Na Prof. Bouwman refereerde over het
zelfde onderwerp Dr. C. H. Kok, Röntgeno
loog te Utrecht, aan de hand van deze stel
lingen:
1. Het terrein der Gemeene Gratie is de
plaats van samentreffen van Predikant en
Dokter.
2. Hun samenwerken betreffe de algemee-
ne en bizondere hygiëne van den geest van
de aan hun zorgen toevertrouwde menschen.
Te 2 uur werd de vergadering heropend
en het woord gegeven aan Ds. R. B a r 11 e-
m a, Hervormd predikant te Zeist. Deze re
fereerde over „De praktijk van de verzor
ging en samenwerking".
Stellingen van Ds. R Bartlema
op te stellen. Zij is alleen mogelijk op de
basis van wederzijdsehe erkenning van elks
wezenlijke taak, en in den weg van persoon
lijk contact.
7. Djze samenwerking zal dan meest het
ideaal kunnen benaderen wanneer Predikant
Geneesheer, met aanvaarding en in prac-
tijk brengen van de hiervoor aangegeven ge
dragslijn, mogen leven uit den Schriftuurlij
ken wortel des Geloofs.
Stellingen van Dr. C. J. Honig.
Ook Dr. C. J. H o n i g, arts te Amsterdam,
refereerde ook over dit ondenverp en deed dit
aan de hand van deze stellingen:
1. Voor een meer beteekenende samen
werking van Predikant en Dokter is het
volstrekt noodzakelijk eerst te doen vooraf
gaan: e n zich gemeenschappelijk diep in
denken der theoretische problemen. Dit laat
ste moet geschieden door de mannen der
wetenschap, theologen en medici.
2. De theologie kan ons uit de Openbaring
gegevens bieden omtrent het wezen der ziel.
(Constitutieve psychologie). Zij kan in haar
psychologie winst doen met de gegevens der
psychiatrie.
De psychiatrie beziet de psychische uitin
gen, de zielsverschijnselen, de normale, maar
vooral de abnormale.
In haar waardeering van deze verschijn
selen kan de psychiatrie nooit buiten de psy-
chologie, die op Gods Openbaring is ge-
3. De practische samenwerking is op deze
praemissen gegrond, en vereischt weder
zijdsehe erkenning van elks wezenlijke taak.
De Predikant heeft tot hoofddoel het brengen
an het Evangelie Gods.. Kennis van het
menschelijk zieleleven in zijn normale en
abnormale uitingen is voor hem nooit het
hoofddoel, slechts middel tot bereiking van
zijn doel.
Voor den psychiater is de kennis van het
menschelijk zieleleven in zijn normale en in
zijn abnormale uitingen het eerst belangrijke
Alleen het onderkennen van den toestand
maakt het mogelijk een weg ter genezing te
vinden.
4. Voor de praktische samenwerking van
Predikant en Dokter is voorts geen theorie op
te stellen. Beide, geestelijk Verzorger en Psy
chiater behoeven een groote mate van wat
wij aanduiden- met het begrip „Einfühlung".
In de theoretische problemen moeten zij sa
men staan op de basis van Gods Woord. Hoe
meer zij in staat zijn tot persoonlijk onder
ling contact, hoe vruchtdragender hun ge
meenschappelijk arbeiden zijn zal.
In ons blad van morgen hopen we verslag
te geven van de besprekingen, die op deze
referaten gehouden werden.
wijden aan den kran
ken mensch, die als
menschnaar
wezen is de eenheid
van lichaam en ziel.
2. De Predikant
moet ook in zijn ar-
beid aan het ziekbed
zijn Dienaar
Woords.
3. Als Dienaar des
Woords heeft hij den
kranke te brengen
•den troost van het
Evangelie Gods en
den Christus te ver-
4. De Geneesheer heeft de roeping, den
mensch, die ziek is, medische hulp te ver-
leenen, en hem te dienen met alle middelen,
die zijn wetenschap hem verschaft.
5. Samenwerking tusschen Predikant en
Geneesheer is gewenscht, krachtens het feit,
dat beide, elk naar zijn ambt het vordert,
den mensch, die lijdt, hebben te dienen,
6. Voor deze samenwerking is geen theorie
ROFFELRIJMEN.
De Fuik
EEN WONDERDOKTER
OVERLEDEN
DOOR 'T HEELE LAND BEKEND
Duizenden lieten zich door hem behandelen
Te Utreoht is in de Emmakliniek op 75-
jarigen leeftijd overleden de heer H. Haver
hp,eik Sr., de „oude heer Haiverhoek", zooals
iedereen hem kende.
Met dezen man is iemand van de aarde
verscheiden, die een praktijk van jaren
achter den rug had als wonderdokter en
helderziende, waterkijker en marskramer.
De loopbaan van dezen man was zeer
wisselvallig. Hij woonde aanvankelijk in de
Concordiastraat te Utrecht, waar hij een
winkel had van rozenkransen, heiligen
beeldjes, brillen en almanakken. Hij haa
veel klandizie met name van de plattelands
bevolking en wist toen onder de boeren en
boerinnen, die eiken Zaterdag in hun
Utreohtsohe wagentjes ter markt kwamen,
bij tientallen zijn patiënten te vinden. La
ter woonde hij eenigen tijd in een perceel
aan den Amsterdamschen Straatweg, r
het scheen, dat hij daoht in den vreemde
meer te kunnen winnen, want hij verliet
Utrecht metterwoon en vestigde zioh in Ann
hem, waar hij een handel begon in zuur
stokken en zure ballen, zooals die op de
kermissen gretig in trek waren.
Evenwel werti de grond hem daar te
warm onder de voeten omdat de Arnhem-
sche politie hem te zeer op de vingers zag
bij de „behandeling" van zijn patiënten en
hij vestigde zich daarom weer in de Bis
schopsstad.
Hier beleefde hij zijm roem als wonder
dokter en watenkijker. Op zijn spreekuren
verdrongen de menschen zich om geholpen
te worden. Op de trappen en portalen en
in de gangen van het huis in de Stations
straat verdrongen de menschen zich. Het
geld stroomde het huis van den wonder
dokter binnen en men schat, dat in die
„Terwijl de Regreering al des
gen nalaat, wil zij van de
naarasalarissen ruim 14 rr
gutden afnemen en wil zij all
in Nederland op gebied van
wt)s. de sociale wetgeving
Ach, ik pik zoo maar een leugen
Uit het lasterlijk pamflet,
Dat de „arrebeiders"klasse
Als een fuik heeft uitgezet.
Met een bende holle frasen,
Vet gedrukt en extra vet,
Wordt ,Mi", dat. is de Regeering,
Nakend aan de dijk gezet
En je snapt niet, dat ons landje
Nog een etmaal kan bestaan,
Als je ziet wat stommiteiten
De Regeering durft begaan!
Wat de taaie rooie rakkers
Zwoegend hebben opgebouwd
Wordt door onze Landsregeering
Neergetrapt, gekraakt, geknauwd;
Wat daar als een eereteeken
Van het proletariaat
Spreekt van roode Kamerarbeid
Van de sociale Daad,
Wordt verguisd en stuk gesmeten
Door 't wanhapig wanbeleid,
Dat het liefste zijn miljoenen
Aan het oorlogsmonster wijdt
Leve onze roode leiding!
Leve onze roode fuik,
Met z'n wijdgespreide vleugels,
Kant en klaar voor het gebruik!!
Komt, verleugenden, verdwaasden,
Gij, die glad zijt als een aal,
Glibber langs de bagger binnen!
Plaats voor jullie allemaal!
Komt, verlakte kiezersmassa,
Drie en dertig is in 't zicht:
Haast je, rep je naar het netje,
Want de fuik gaat strakjes dicht
(Nadruk verboden.) LEO LENS.
gouden jaren het inkomen van den ouden
heer Haverhoek zestig duizend gulden nor
maal per jaar was.
Van heinde en ver, uit het geheele land.
kwamen de patiënten, en Vrouwe Justitia
heeft aan den ouden heer Havemoek wei
een zeer lastigen klant gehad. De malen,
dat de wonderdokter voor het Kantonge
recht moest verschijnen en voor de Recht
bank terecht moest staan, wegens het on
bevoegd uitoefenen van de geneeskunst,
zijn legio en ontelbaar. Aan boeten is in
den loop der jaren door den overledene *n
fortuin betaald.
In de latere jaren van zijn leven woonde
de overledene in De Bilt en in Bilthoven.
De teraardebestelling vindt plaats op het
R. K. kerkhof.
Uit Oost-lndie
DE SCHILDERIJEN
VAN H.M. DE KONINGIN
BATAVIA, 4 Oct (Aneta). De collectie
schilderijen van H.M. de Koningin arriveert
op 9 Februari 1933 met de Indrapoera te
Tandjong Priok. De eerste tentoonstelling
vindt plaats medio Februari in het gebouw
van den Kunstkring te Batavia.
BOSCHBRAND
SOERABAYA, 4 October (Aneta). Een
boschbrand op het Idjenplateau heeft zich
uitgebreid tot de Goenoenga Merapi en de
Goenoeng-Ringgih. Er bestaat gevaar dat de
brand zal overslaan naar Ie kapokonderne
ming Pesewaran. Een streng verbod is uit
gevaardigd voor het passeeren van de Gen-
denrug. Deze wordt door militairen be
waakt, omdat bij uitbreiding van den brand
in deze richting de ondernemingen Bantjoer
en Ivajoemas gevaar loopen.
EEN PRAUW OMGESLAGEN
Vier dooden reeds gevonden!
MEDAN, 4 Oct. (Aneta). Op de Batang
Serangan, nabij Soengei Litoer, is een
prauw omgeslagen. Acht inzittenden werden
door den stroom meegesleurd. Vier lijken
zijn gevonden.
BRIEVEN UIT AMERIKA
WELKE INVLOED VAN BEIDE IS
UITGEGAAN
EEN EER VOOR DE NEDERLAND.
SCHE STAM
Het Calvinisme dat leiding kan geven
en redding brenge-
de studenten bijna evenveel dames als
heeren als intellectueele groep voor de
Iverk-gemeenschap te behouden. Sommige
dezer „colleges", vooral die in de oostelijke
deelen des lands, hebben daardoor gewel
dige sommen weten machtig te worden van
hun alumnü en alumnae, zoodat zij het
best konden bekostigen uitgebreide biblio
theken, laboratoria, muziekconservatoria en
zelfs kunstacademies er op na te houden, en
voor zekere catheders mannen aan te stel
len, die een nationale- beteekenis voor
wetenschap of kunst hadden. Doch tenge
volge daarvan werd vanzelf meer de aan
dacht op de cultuur dan op de religie ge-
gevestigd, m gebeurde het bijna overal, dat
de beste colleges broeinesten werden van
het ongeloof, terwijl men toch des Zondag-
Calvinisme en Onderwijs.
Er zijn echter „colleges" en seminaries,
waar de herleving van het Nederlandsche
Ca»vinisme een besliste wending aan het
onderwijs gegeven heeft In de allereerste
plaats komen hiervoor in aanmerking de
inrichtingen voor hooger onderwijs in Michi
gan en Iowa, waar de irnmigrantenstroom
uit Nederland zich sedert de laatste honderd
jaar heeft doen gevoelen. Tengevolge van de
tendenz van het Nederlandsche Calvinisme
heeft zich een honderdtal Chr. scholen ont
wikkeld, een bond van Geref. jongelings-
vereenigingen, een bond van Geref. man-
nenvereenigingen, en sedert de laatste jaren
in Grand Rapids een bond van Christelijke
kiezers en een Bond van Chr. werklieden.
Ofschoon andere nationalit.iten niet ge
weerd worden, is toch de Nederlandsche de
leidende. Bovendien, alleen in de Chr. Geref.
Kerk en daar nog niet geheel en al is
de afkeer van deze organisaties als on-Ame-
rikaansch overwonnen. In de Geref. Kerk
houdt men zich nog veelszins op een af
stand omdat men niet inziet, dat de Ameri-
kaansche vormen onvoldoende zijn voor de
ontbloeiïng van een gezond Gereformeerd
leven. Toch vindt men ook in die Kerk lei
ders, die de noodzakelijkheid van een oriën
tatie naar Nederland begrijpen.
Met den oorsprong van dit tweeërlei Cal
vinisme hangt samen zijn verschillend tem
perament. Het Angelsaksisch Calvinisme is
niet militant, maar pacifistisch. Wel heeft
men daardoor tal van kerken zien verwate
ren, de colleges en de Seminaries hun or
thodoxe atmosfeer en gedachtenwereld zien
Er zijn in Amerika twee soorten Calvi
nisme. Het is niet zoo gemakkelijk een
naam voor deze soorten te vinden. Met het
oog op de herkomst zou men misschien 'getrouw opging naar de „college"-kerk of
kunnen spreken van een Angelsaksisch en naar de „college"-kapel, waar studenten en
van een Nederlandsch Calvinisme, of van leden der faculteit dan de beste redenaars
Puritanisme en volbloed Calivnisme. j hunner kerkengroep konden beluisteren. Dit
Er zijn scholen, waar dit Calvinisme ge- 'dualisme van geloof en cultuur, dat in non-
mengd voorkomt, doch er zijn er ook die derden gevallen geleid heeft tot een libe-
onbowirapeld uitkomen voor de consekwen- raliseeren der kerken, wordt in vele christe-
tie van ons beginsel, zooals die te Grand lijke colleges beschouwd als een noodwen-
Rapids en Philadelphia. jdigheid. Ock de Presbyteriaansche scholen
En verder zouden we misschien nog kun- voor hooger onderwijs zijn meestal op deze
nen spreken van een Pacifistisch en van basis gebouwd. Het onderricht in den Bijbel
een Militant Calvinisme, als we denken aan jgeloofsleer is een uitzondering is dan
het verschil in temperament ivan een orthodox, ethisch of liberaal karak-
Om met de herkomst te beginnen, men ter, terwijl dat in de wetenschap zoo goed j verliezen, de openbare school, de pers, de
zal gemakkelijk verstaan, dat het Angel- als geheel op evolutionistische leest is politiek en het sociale en economische leven
Saksisch Calvinisme van een kerkelijk geschoeid. Van de ongeveer duizend kerke-1 zien verworden, doch men verklaart dit min
karakter is, omdat het geen schoolstrijd ge- lijke colleges waarvan vele meer dan 500 of meer fatalistisch: Er was toch niets aan
kend heeft. Het stelt zich tevreden met studenten tellen zijn er slechts een hon-lte doen. De slingei gaat nu eenmaal op en
seminaries en met kerkelijke „colleges" of derdtal die als fundamentalist bekend staan. neer. Door een onvcrklaarbaren factor wint
hoogescholen, doch laat het middelbaar en En fundamentalist beteekent in menig geval en verliest de kerk haar invloed bij beurten,
lager onderwijs over aan den Staat. In de baptistisch en chiliastisch, d.i. men gelooft Door 't wassende evolutionisme zijn het volk
„colleges" is het hoofddoel een cultureel niet in de beteekenis van wetenschap en en z'n leiders van de H. Schrift vervreemd,
centrum te scheppen voor de jongelui van kunst voor het Koninkrijk Gods, noch dat de Indien nu slechts de valsche wijsbegeerte
de Kerk in een zeker deel des lands. De cultuur moet doordrongen zijn van het verboden wordt en het dagelijksch lezen van
Kerk is hier veel meer dan in Nederland Chri'endom. Zoo is er dus niet veel toe- der- Bijbel op de ipenbare school overal ver
een sociaal instituut, omdat ze geen districts kemst voor een echt Calvinisme, dat hetplichtend gesteld, dan komt alles nog wel
kerk is, doch „parochiaal'' van karakter, gansche leven omvat. De kansel en de ca- terecht. Men ziet niet in, dat het noodig is
Dit brengt vanzelf het streven mee, om de theder hameren niet op hetzelfde aambeeld.filosofie tegenovei filosofie te plaatsen en
jongelui van de locale Kerk bij elkander te De eenste is soterioiogisch of moralistisch, I dt t de theologie alleen den vijand niet zal
houden vanwege standsovereenkomst en om 4 de laatste „neutraal". J kunnen weerstaan.
Pacifistisch Calvinisme leidt
tot verwatering.
He- pacifistisch Calvinisme heeft op ver
scheidene plaatsen tot verwatering geleid. In
menig college zijn professoren toegelaten,
wier geleerdheid, training of onderwijsbe-
kwaamheid den doorslag bij hun benoeming
had gegeven, doch wier orthodoxie twijfel
achtig was. In bijna alle oorspronkelijk
rechtgeloovige seminaries is het zelfs deel
van de richting hunner besturen geworden
alle mogelijke schakeeringen in het ker
kelijk leven te vertegenwoordigen in hun
faculteiten. Dat begon dan met de benoe
ming van vredelievende Calvinisten, Metho
disten, Baptisten, enz. De volgende stap was
het binnenloodsen van „evangelische libe
ralen" of ethischen, om te eindigen met een
faculteit, waarin de orthodoxe professor een
witte raat was. Jarenlang is Princeton Semi
narie een bolwerk Af orthodoxie geweest,
tot de strijd in dè Presbyteriaansche Kerk
verdeeldheid bracht in het bestuur, zoowel
als i.. de faculteit Toen de meerderheid in
het bestuur zich aan de zijde der Pacifisten
schaarde en de tegenwoordige president het
uitsprak, dat een zeker element in de facul
teit lastig was, en dat de school inclusief
(all-inclusive) behoorde te zijn, meende
een minderheid ir bestuur en faculteit de
aloude vesting te moeten verlaten om een
nieuwe te stichten te Philadelphia, het z.g.
Westminster-Seminarie. Wel heeft Princeton
de open gevallen zetels niet aangeboden aan
ethischen, doch dit schijnt slechts een tijde
lijke concessie te zijn, want de president der
school heeft nooit de leus: „Wij moeten in
clusief zijn" tei uggenomen. Wel echter heeft
het bestuur, waarin drie voorstanders zitten
van de „Auburn Affirmation", die een half
dozijn fundamenteele gereformeerde waar
heden ontkent, een document de wereld in
gestuurd, waarin het verklaart het histori
sche pad te willen bewandelen!
De strijd aangebonden.
Tegenover dit weifelende en half-hartige
Calvinisme, dat in Amerika een ingebur
gerde traditie ia geworden en zich omhangen
heeft met den mantel der deftigheid en der
welwillendheid, is het verkwikkend te mo
gen gewaar worden, dat Philadelphia beslist
en kloek den oorlog verklaard heeft aan
ethischen en liberalen, en alle Calvinisten
oproept niet te versagen, doch overal op ge
paste wijze den strijd aan te binden. Het
schijnt zelfs verkwikkend te zijn voor enkele
liberalen. Mannen als Walter Lipmann en
H. L. Meneken hebben het onomwonden uit
gesproken, dat ze beu zijn van het pacifis
tisch Christendom, of het zich ethisch dan
wel liberaal noemt, en dat ze liever te doen
hebben met het standpunt van Prof. Ma
ch en c.s., dat hun eerlijk en logisch voor
komt. De laatste heeft verscheidene werken
gepubliceerd, die getuigen van een scherpen
en doortastenden geest
Het is een eer voor den Nederlandschen
stam, dat aan dit nieuwe seminarie van den
beginne af drie mennen zijn verbonden ge
weest, voortgekomen uit den kring der Chr.
Geref. Kerk. Een ervan, R. B. Kuiper, is
thans president van Calvin College. De an
dere twee, Dr. Ned Stonehouse en Dr. Cor
nelius van Til. arbeiden nog steeds te Phi
ladelphia. De eerste in de Kerkgeschiedenis,
de laatste in de ethiek en apologetiek.
Dr. van Til heeft verleden jaar voor het
eerst een cursus gegeven in Calvinistische
Epistemologie, die wijd en zijd de aandacht
heeft getrokken. De lezingen zijn nog alleen
t in machinedruk verkrijgbaar, doch we hopen
dat ze spoedig ter perse •sullen gaan, om de
geheele Calvinistische s'udenten-wereld te
dienen. Na den voorbereidenden arbeid van
j Kuyper en Bavinck is er weinig verschenen,
i dat het probleem der kenleer verder heeft
gebracht. Doch hier is misschien een oor
spronkelijke bijdrage, die verstrekkende ge
volgen kan hebben voor de gansche Gerefor
meerde denkwereld. Dr. van Til beweert, dat
alle philosophieën van Plato tot heden zijn
uitgegaan van de idee. dat de mensch God
begrijpen kan en het daarom zonder Hem
kan stellen. De eenige uitzonderingen in de
geschiedenis der wijshegeerte zijn Augusti-
nus, van wien we geleerd hebben „God na
te denken"; en Calvijn, die komt met de ge
dachte van een absoluten God, een ahsolu-
ten Heiland, een absolute H. Schrift, en die
daarmee den grond gelegd heeft voor een
echt-Cnristelijk Theïsme. Alle wijsgeerige ter
men ontvangen daarom een andere beteeke
nis voor den Christen. Fn de worteLgedachte
van de filosofie kan niet zijn het geloof aan
een absolute idee of een absolute stof, of aan
een zekere interrelatie tusschen deze twee,
maar het geloof aan een souverein God, die
deze wereld heeft geschapen, aan een Abso
luten Redder, die de gansche wereld herstelt,
en aan een onfeilbaren Bijbel, die ons dit
openbaart. Dr. van Til beproeft dan ook geen
synthese van het Christendom en den een of
anderen denker, hij zij Plato, Kant, Hegel, of
wie dan ook. Deze mannen mogen groote be
teekenis gehad hebben voor de uitwerking
van zekere details en voor de probleemstel
ling als zoodanig. Doch zij bieden geen op
lossing. De oplossing liet alleen in de lijn
van Augustinus en Calvijn.
Cp den Bondsdag der Unie van Chr. Scho
len, gehouden te Holland, Mich., was het
merkwaardig te vernemen, hoe alle vier de
sprekers ditzelfde standpunt bepleitten, Dr.
C. Bouma sprak over: De beproeving van
ons geloof in een Chr .school. Dr. C van
Til over: De antithese in de Opvoeding. Ds.
W. H. Hendriksen over: De handhaving van
het Distinctief karakter onzer Chr. scholen.
En Dr. H. H. Meeter over: Het Calvinisme
als een inspireerend beginsel. Dr. Van Til en
Dr.. Meeter sloegen een nieuwen toon aan.
De eerste beproefde filosofisch het allesbe-
heerschend beginsel der Chr. Paedaaogiek uit
te werken, daarbij aantoonend dat niet al
leen de inhoud, doch ook de vorm of de
techniek an ons onderwijs onvermijdelijk
samenhangt met onze levensovertuiging. Wie
„twee maal twee is vier" zegt. aanvaardt
daarmee de wetmatigheid der schepping en
met deze wetmatigheid een Souverein Wet
gever en met dien Wetgever een algemeens
pn bizondere Openbaring en Genade naar
zijn Souverein Welbehagen. Dr. Meeter deed
een beroep op de geschiedenis van het Calvi
nisme om daarmee aan te toonen dat het
alleszins bekwaam was met allerlei levens
problemen te worstelen en te overwinnen.
Het Calvinisme, door deze vier sprekers be
pleit is niet populair in Amerika, zelfs niet
onder de Calvinisten. Dooh het is het eenige,
dat leiding kan geven en redding kan
brengen; niet omdat het georiënteerd is aan
Europa, en in het hijzonder aan Nederland,
ofschoon de geschiedenis daar is om te be
wijzen. dat alleen dit soort Calvinisme uit
houdingsvermogen heeft; doch. omdat het do
consekwente uitwerking is van de Bijbel-
sche gedachte van Schepping en Herschep
ping door een Souverein Drieëenig God.
H. J. VAN A ND EL, 1
Grand Rapids Mich. Calvin College,