THEOLOGISCHE SCHOOL
TE APELDOORN
Kunst en Letteren.
Wetenschap.
Gemengd Nieuws.
Radio Nieuws.
DINSDAG 27 SEPTEMBER 1932
DERDE BLAD PAG. 9
AMBTSAANVAARDING VAN PROF. J. W. GEELS
De inaugureele rede:
Schriftgezag en Schriftverklaring"
OPENING VAN DEN NIEUWEN
CURSUS
De installatie-samenkomst
Rede van Ds. L. de Brnyne.
Gisteravond vond in het kerkgebouw der
jhr. Geref. Gemeente aan de Marialaan de
lechtiige installatie plaats van Ds. J. W.
Jeels, thans predikant bij de Gemeente Hil-
ersum, als hoogleeraar. De dienst werd ge-
eid door den voorzitter van het Curato-
ium, Ds. L. de Bruyne, van Zwolle, die
en rede uitsprak, naar aanleiding van
'salm 27 4.
Daar zijn dagen in hert boek onzer jaren,
Duurzaam gemerkt met een ster of
xuis.
Het jaar 1932 zal in de geschiedenis der
"heol. School gemerkt zijn met een kruis en
en ster. Gemerkt met een kruis en we her
inneren ons dien Zaterdag voor Pinkstc-
en van dit jaar, toen we ook in Apeldoorn
amen waren en onze studenten hun over
men leeraar Prof. Lengkeek grafwaarts
roegen. Droefheid en rouw vervulde ons.
Ds. L. DE BRUYNE
laar ook gemerkt met een ster, een lich-
;nde ster, nu onze br. Ds. Geels gereed
laat om, door God geroepen, de ledige
'aats aan dc School in te nemen. Dit jaar
ook een bijzonder jaar voor U, aldus ging
pr. voort. Vijfentwintig jaar rust de •herder
laf in uav handen, en zie, even voor gij die
pheft, dankend Hem, die U in de bedie-
ing gesteld heeft, wordt U de profeten-
lantel over do schouders geworpen. We
ouden U dezen avond kunnen wijzen op
!en eisch tot getrouwheid, maar wij zijn er
overtuigd dat ge onder dien eisch
luigt. Ook de fiooge plaats, die moeilijke
taak. de zware verantwoordelijkheid, ge zijt
irvan doordrongen. We willen U en onszel-
fea dezen avond herinneren aan de levens-
euze van alle Dienaren des, Woords. We
daarvoor Psalm 27, en' spreken over
avids zielsbegeerte.
David is hier in den zevenentwintigsten
isalm aan alle zijden van vijanden omge-
m, doch hij is niet verslagen. Eén begeer-
vervult nu zijn ziel. Niet om verlost te
jn van al zijn vijanden, om een glansrijke
verwinning te mogen behalen, neen, deze
salm is vrucht van rijke levenservaring
lavid weet wat hij aan zijn God heeft en
aarom begeert hij zich te mogen verlusti-
en in den Heere. Nu hij verstoken is van
en opgang naar Sions hoogte om daar voor
ods aangezicht te verschijnen, nu gevoelt
ij zeer sterk zijn gemis. Nu voelt hij dat
et nabij God te zijn het leven van zijn .e-
en is. Daarom is zijn begeerte: al de dagen
jns levens te mogen wonen in het huis
es Heeren, om dc liefelijkheid des Heeren
aanschouwen en te onderzoeken in Zijn
impel.
In deze oogenlblikiken ziullen uw gedachten
'el terug gaan uw leven door naar uw
ingensjaren, toen die begeerte zoo vurig en
evig was. Steeds is ze gebleven. Deze eene
egeerte n.l.,* die der Godsgemeenschap, ver
uit alle ware Dienaren des Woords. Een
invaardeerbaar voorrecht is het een gezant
in Koning Jezus te zijn, die vrije toegang
ceft in Zijn Paleis.
David zal het Begeerde ook zoeken.
Daaruit blijkt de oprechtheid van die be
:erte Ook gij hebt de bediening gezocht
nu moogt ge in bijzondere mate komen
het steeds meer en dieper onderzoeken,
loge het zijn dat ge daardoor ook steeds
leer komt tot het aanschouwen van de
efelijkheid des Hoeren, zoodat ge op uw
>lle.ges die liefelijkheid, die er in het
Poord Gods is, moogt openbaren aan de
tudenten. Uw ihqofdivaik is de Exegese. God
eve u de voorlichting des Heiligen Geestes
het onderzoeken cn verklaren van Zijn
Woord, zoodat ge het in zijn vollen rijkdom
moogt verstaan en de volle en rijke Chris
tus glanze zoo voor uw oog, dat ook uw
leerlingen het mogen aanschouwen. Een
heerlijke roeping, een heerlijke taak wacht u.
Hierna werden de gebruikelijke vragen
gesteld, dSe met een plechtig „Ja" werden
beantwoord.
Met eenige hartelijke woorden richtte de
spreker zich meer persoonlijk tot den nieu
wen hoogleeraar en wenschte hem Gods ze
gen toe op zijn arbeid.
Nadat de nieuwe Prof. nog met een kort
woord aan de studenten was voorgesteld,
werd uoor de aanwezigen hem Psalm 134 3
toegezongen.
Opening nieuwen cursus
Hedenmorgen werd aan de Theol. School
te Apeldoorn de cursus geopend door den
president curator Ds. L. de Bruyne.
Nadat de studenten, die uit hun vacantie
zijn teruggekeerd en de novitii hartelijk
welkom zijn gehealen, hLdd hij een toe
spraak, waarin in het bijzonder gewezen
werd op de roeping tot hel ambt van die
naar ces Woords. N iar aanleiding van
Rom. 1 1 werd den studenten de heerlijk
heid van het Dienstknecht van Christus
zijn, maar ook het gewicht van het ambt
voorgehouden. Gods zegen werd zoowel
hoogleeraren als studenten toegewensclit hij
de studie voor dit jaar.
Bij het gehouden admissie-examen wer
den zes studenten ingeschreven, zoodat nu
in totaal voor dezen cursus ingeschreven
zijn 25 studenten, waarvan 6 in de Theolo
gie en de overigen in de voorbereidende
studieën.
Daar de rector van den vorigen cursus tij
dens den cursus overleden is, had nu geen
overdracht van het rectoraat plaats, maar
werd het rectoraat door het curatorium op
gedragen aan Prof. J. J. vander'Schuit
Inaugureele rede Prof. Geels
Heden (Dinsdag)middag aanvaardde de
nieuwbenoemde professor Ds. J. W. Ge e 1 s
zyn ambt met een inaugureele rede over:
„Schriftgezag en Schriftverklaring".
In zijn inleidend woord gaf spreker te ken-
jn, dat onder de vraagstukken, welke in de
in ty'd om oplossing roepen, het vraagstuk
omtrent het gezag een der gewichtigste is. Het
gezagsprobleem beheerscht het geheele leven.
Het drukt zyn stempel op opvoeding en onder*
wijs, wetenschap en kunst. Dit gezagsprobleem
niet van recenten datum. Als vrucht der Pa
radij srevolutie kwam het in de 18de eeu
Prof. J. W. GEELS
een acuut stadium. In deze eeuw der Fransche
revolutie kwam er een principieele ommekeer
in de levens- en wereldbeschouwing. De weten
schap tot op dien tijd bboefend onder de schuts
der religie emancipeerde zich radicaal van
historie en traditie. Deze omkeer in geestes
richting voltrok zich in de verheffing der men-
scheLijke rede, als alleen gezaghebbend. Met
de religie had de wetenschappelijke wereld af
gedaan. Deze beginselen der revolutie hebben
en zuurdeesem dermate het volksleven
doortrokken, dat elk levensterrein hierdoor ge-
infecteerd is. De worsteling in dezen geweldi
gen tijd gaat'in principe om het gezag, de
hoeiksteen van de samenleving. Hierdoor wor
den aangetast de fundamenten van het volks
leven in religie en cultuur. Het gaat in dezen
tijd om het gezag, speciaal om het gezag van
Gods Woord. Ondanks alle loftuitingen ten op
zichte van den Bijbel, dien men roemde als een
'n bloemlezing van de schoonste poëzie, als de
authentieke bron van religie en moraal, wor
den van alle zijden de aanvallen in naam der
rede, op Gods Woord voortgezet. En toch, was
er nimmer een tyd, waarin het zoo veelvuldig
werd uitgedragen als op heden. Alleen, men
wil een Evangelie in den geest en naar den
vorm van onzen tijd; om hieraan te voldoen
wordt de prediking des Woords vervormd naar
den hedendaagschen smaak, ten koste van den
geest en inhoud der H. Schrift. De kerk heeft
een byzondere roeping te vervullen in
band met dezen gecompliceerden tyd. „Tot de
wet en de getuigenis" is het parool ook
onze eeuw.
Komende tot zijn onderwerp, dat staat in het
teeken van onzen tyd, vervolgde spreker:
I. Ten opzichte van het Schriftgezag zien
we tweeërlei actie ingezet, nl. die van
tensieve bestrijding en b. daartegenover
krachtige handhaving van dit gezag.
A. Wat aangaat de intensieve bestrijding
van het Schriftgezag, zien we epn drieërlei
periode: a. de reformatorische, b. de rationa
listische, c. de Christelijk-humanistische pe-
a. De strijdvraag omtrent het Schriftgezag
was onbekend in de eerste eeuwen der Chr.
Kerk. Eerst in den tijd der scholastiek wordt
de grondslag gelegd van een Schriftbeschou
wing, die leidde tot een verheffing van de Kerk
ten koste der Schrift. Naar oorsprong
stemming stond de kerk boven de Schrift, die
bovendien niet noodzakelijk was tot zaligheid.
De Kerk met hare onfeilbare traditie was het
algenoegzame middel voor de openbaring
Gods. De grond voor het Schriftgezag berustte
in de Kerk.
Tegenover deze Schriftbeschouwing stelde de
reformatie het absoluut gezag der H. Schrift.
De reformatie gaat dan ook in hoogste instan
tie om het gezag der Schrift, die de eenige
bron der kennisse Gods tot zaligheid is. De
triumf der reformatie was dan ook dat de
Schrift als Woord Gods in eere werd hersteld.
b. Tot een nog geweldiger stryd werd de
Kerk in de 18e eeuw geroepen. Er kwam
geesterichting aan het woord, die de rede
hief boven het geloof. Het verstand werd be
voegd verklaard om de vierschaar te spannen
over religie en theologie. De rede bood den
maatstaf tot het kennen der waarheid. De
Cartesiaansche wijsbegeerte voerde het ra
tionalisme ten troon. De Chr. religie was het
inzonderheid, waarop zich de aanvallen toe
spitsten. Kerk en Schrift waren de inzet van
een strijd, die het ongeloof tot heerschappij
braoht. Wel deed het supranaturalisme een po
ging tot verzet, maar de methode, welke zij
daarbij volgde, deed meer schade dan voordeel
aan het Schriftgezag. In naam van de „rede"
trad in de 19de eeuw de „moderne „Schriftcri-
tiek" op om Gods Woord voor den denkenden
mensch aannemelyk te maken. Men ging schei
den en schiften, men verplaatste en verwijder
de, zooals het historisch-critisch onderzoek
dat noodig oordeelde. De „bronnen-hypothese"
werd te hulp geroepen, over de Pentateuch
nieuw licht ontstoken door de Assyriologie.
Toen men den „steen van Hammurabi" gevon
den had, meende men den steen der wyzen ont
dekt te hebben. De kwestie was nu spoedig op
gelost: Mozes had Hammurabi gecopieerd. Is
raels historie en religie, zijn cultuur en tradi
tie werd vastgekoppeld aan Babel. Alles liep
te wapen in den „Babel-und-Bibel"-strijd. Het
was de moderne Schriftcritiek gelukt vo~~ J~
Schrift een structuur te vinden, welke
Gods Woord een carrieatuur maakte.
c. Tegenover deze moderne theologie, die
met haar killen adem alle lever, doodde, trad
de z.g.n Christelijk-humanistische Schriftbe
schouwing op. Schleiermacher is hiervan de
grondlegger, die in A. Vinet in Zwitserland
en #in D. Chantepie de la Saussaye in ons land
zijn geesteskinderen had. Volgens hun voor
stelling zetelt de grond van het gezag der
Schrift niet in de rede, maar in het geweten,
in de ervaring. Alle nadruk werd op de em
pirie gelegd. Niet het object buiten, maar het
subjectieve biedt den maatstaf tot beoordee
ling. Deze theorie toegepast op de openbaring
Gods, vond haar breedere ontwikkeling in de
ethische theologie, die de bron der waarheid
zoekt in „het geloof der Gemeente' en „van
de cetuigenis van den Geest der waarheid n
de harten der geloovigen".
Hoe goed ook de bedoelingen waren, het is
der „ge'oovige rede" niet gelukt het gezag
der Schrift als Gods Woord te verdedigen
tegenover de moderne theologie. Rede en
geloof verstaan zich niet met elkander. Dit
Christelijk-humanistisch pogen was reeds by
zijn optreden geoordeeld, doordat de maatstaf
ter beoordeeling in het subject den mensch
werd gezocht- Het staat in principe op een
bodem met de roomsche en rationalistische
Schriftbeschouwing. Rome zoekt de bron voor
het gezag der Schrift, in de kerk, het ratio
nalisme in de rede, de ethische theologie in
de consciëntie en ervaring. Hierin hebben
deze drie richtingen zich niet kunnen verhef
fen boven de Schrifttheorieën, die men aan
treft bij allerlei secten vanaf het Gnosti
cisme tot den tyd van het nuddeleeuwsch
mysticisme en die men aantrof bij Kwakers en
piëtisten in later eeuwen.
B. De handhaving van het Schriftgezag
vindt haar reden in de eere Gods, in de ken-
des Heeren, die tot de zaligheid leidt. De
vragen omtaent God en wereld in betrekking
tot oorsprong en bestemming des menschen,
zonde en schuld, verzoening worden alleen
door Gods Woord opgelost. Het geloof en de
prediking des Evangelies kan niet buiten dit
gezag van Gods Woord.
Dit gezag vindt zijn grond in de inspiratie
der H. Schrift. Deze theopneustie maakt de
Schrift tot Gods Woord. Deze inspiratie zien
ve door de Kerk beleden in haar confessie.
Het „testimonium spiritus sanctus" is in
•erband met het geloof in het gezag der 11.
Schrift van buitengewone beteekenis- Het
gezag, dat God in Zijn Woord houdt, is van
geheel eigen karakter. Het is onderschei
den van alle ander gezag, waarmee God men
schen bekleedt. Gods gezag in de Schrift is
liet dwingend, maar vermanend, noodigend,
biddend. Het is souverein en kan weerstaan
worden. Dit gezag handhaaft God in den weg
der genade, waardoor Hy liefde en gehoor
zaamheid werkt in het hart van den mensch
door den H. Geest. Dit gezag is overtuigend,
overredend, en toch wordt het vrijwillig
erkend.
De Schriftverklaring steunt
het Schriftgezag. Haar taak is het „Kalumma"
welke op de Schrift ligt, weg te nemen. (Dr.
Ivuyper). De Schrift moet komen in het vol
komen bezit der Gemeente, opdat zy uit haar
leve. Haar welstand en wasdom, haar bloei
en groei staat met de Schrift in nauw verband-
De verklaring der H. Schrift stelt den
exegeet onafwijsbare voorwaarden. Hy moet
iii geestelijk contact staan met den Auteur der
Schrift. Noodzakelyk is „uit den Geest gebo
ren" te zyn en „verlichte oogen des ver
stands" in Christus te ontvangen. Deze gees
telijke relatie met Gods Woord spreekt zich
uit in geloof in het Woord, liefde tot de
Waarheid, eerbied en onderwerping aan God.
De exegeet heeft door eigen voorbeeld te
prediken. Het hart legt evenwel aan het
/erstand het zwijgen niet op. Het diep besef
geroepen te zijn Gods Woord te verklaren,
zal hem aansporen om met de hulpmiddelen
der wetenschap den zin van Gods Woord op
te sporen. Kennis der talen, waarin God Zyn
openbaring gaf, is onmisbaar, evenals kennis
omtrent de heilstheorie, waarin Hy de bed
ding voor Zijn openbaring gegraven heeft.
Psychologisch inzicht in het leven der
„heiligmannen" is onontheerlijk om hen te
verstaan in profetie en Evangelie, in Wet
poëzie. De openbaring Gods in symboliek
typiek vraagt nauwgezette studie, niet minder
het verband en het onderscheid tusschen
profetie en apocalypse.
Al deze dingen eischen een goed verstand,
niet minder dan een vernieuwd hart. Van een
ten volle grijpen der openbaring Gods is geen
sprake, gelet op de grenzen van onze kennis,
maar het blijft toch een jagen om het te
gry pen-
Ten spyt van alle aanslagen handhaaft de
Schrift zichzelf. God zorgt voor Zijn eigen
Woord. Het licht, hierin ontstoken zal niet
ondergaan, maar hot schijnt voort tot den
vollen dag. Gods Woord houdt eeuwig stand
en zal geen duimbreed wijken. Alle vleesch is
als gras en alle heerlijkheid des menscnen als
een bloem van het gras. Het gras is verdord
en zijn bloem is afgevallen, maar het Woord
de3 Heeren bestaat tot in eeuwigheid.
Eeu persoonlijk woord.
Na het uitspreken der rede wydde spreker
een woord van herinnering aan wijlen Prof.
F. Lengkeek, met wien hy sinds 1900 ir
nauwe betrekking stond. Vervolgens memo
reerde hy zijn benoeming door de Generale
Synode en dankte hij allen in en huiten de
Kerk, die van hun warme sympathie blyken
gaven. Dan richtte hy een woord tot cura-
loren, in wier college hy 23 jaren zitting
had: tot Ds. L. de Bruyne, president-curator,
voor de wijze waarop hy spreker geïnstalleerd
had; tot de hoogleeraren, studenten, predi
kanten en tot de predikant afgevaardigden
van de predikanten-conferentie te Hilversum;
lot de afgevaardigden van B. en W. en alle
afgevaardigden van kerkeraden byzonder die
van Hilversum en Apeldoorn.
Na afloop werd van de gelegenheid om
den nieuwen hoogleeraar geluk te wenschen
een druk gebruik gemaakt.
PRIJSVRAAG VOOR EEN
NEDERLANDSCH LIED
Geen enkele der inzendingen een prijs
waardig gekeurd.
Met betrekking tot de prijsvraag voor een
Nedërlandsch lied. uitgeschreven door de
„Nederlandsdhe Vereeniging van Concert
zangeressen en -zangers" deelt men ons mede
dat bij het vaststellen van den uitslag van
bovengenoemde prijsvraag, bleek, dat door
geen enkel der ingezonden liederen het ver-
eischtc aantal punten voor een eersten of
tweeden prijs werd behaald.
Gemeld wordt:
Donderdag 29 September zal het 250 jaar
geleden zijn, dat door eenige leden van de
Haagsche schilders confrérié Pictura de
Academie van beeldende kunsten te Den
Haag werd opgericht
De Raad van Bestuur heeft dit Jubileum
niet ongemerkt voorbij willen laten gaan,
doch or, in verband met de moeilijke tijds
omstandigheden een zoo eenvoudig moge
lijk karakter aan willen geven. Daartoe
mede in staat gesteld door een aantal oud
leerlingen, door den on vermoeiden ijver van
eenige docenten en leerlingen en andere
krachten aan do Academie verbonden, en
door het beschikbaar stellen van haar zalen
door liet Genootschap „Pulchri Studio",
hoopt de Academie op den stichtingsdag op
waardige wijze haar 250 sten verjaardag te
kunnen herdenken.
De minister van onderwijs, kunsten en
wetenschappen heeft zich bereid verklaard
enkele woorden te spreken en daarna de ten
toonstelling te openen, welke in de zalen
van Pulchri een overzicht zal geven van
het werk der tegenwoordige leerlingen en die
bovendien vele herinneringen aan de affge-
loopen twee en een halve eeuw zal omvatten
Mede zullen tegenwoordig zijn de Com
missaris van de Koningin voor Zuid Holland
de burgemeester van Den Haag en vele
autoriteiten op onderwijs en kunstgebied en
andere genoodigden.
De Societas Philologica Lugduno-Trajec-
tina heeft Zaterdag jl haar 84e bijeenkomst
gehouden te Utrecht onder presidium van
Prof. Dr. C. W. Vollgraff.
Dr. Brinkgreve (Voorschoten) gaf het
tweede deel te hooren van zijn, op de vorige
bijeenkomst aangevangen lezing over Anako-
louthen, contaminaties en verwante ver
schijnselen, en paste de toendertijd uiteenge
zette theorie toe op eenige passages uit Pin
darus en Vergilius, daarbij telkenmale doen
de uitkomen hoe het aanvankelijk opgezette
syntaetische schema wordt verbroken door
taalelementen, die (het affect of de visie van
den dichter naar voren stuwt. Hij besluit
met een korte karakteristiek van eenerzijds
de.taal van het-wetenschappelijke denken,
anderzijds de taal der kunst waarin steeds
elementen van de primitiever taalvormen
terug te vinden zijn.
Dr. Brakman (Den Haag) sprak over
Ennius. Hij schetste leven en werken van
dezen ouden Latijnschen dichter en behan
delde in het bijzonder zijn Epicharmus en
zijn Annates. Vervolgens stond hij stil bij
wat latere geslachten van hem hebben ge
dacht en geschreven en betoogde dat hij
recht heeft op den titel van schepper der
Latijnsdhe dichtkunst Tenslotte stelde hij
eenige aanvullingen voor van lacuneuze
zen uit de overgeleverde fragmenten.
Dr. Koster (Rotterdam) vestigde de aan
dacht op den Codex Laurentianus 72, 14, een
handschrift uit de dertiende eeuw, dat ver
meld moet worden onder de bronnen, waar
uit de tekst der metrische scholia op eenige
Olympische oden van Pindarus geput wordt.
Hij gaf het handschrift zijn plaats in de rij
der reeds bekende en behandelde eenige pas
sages ten bewijze daarvan.
DE MOORD TE ZUILICHEM
Men meldt ons uit Zuiliohem:
In den nacht van Zaterdag op Zondag jl.
is, zooals we reeds meldden, om twee
tie 19-jarige A. van Heusden door den 26-
jarigen G. J. Schiever, doodgestoken.
Omtrent de oorzaak dezer moordzaak nog
het volgende:
H. van Heusden, een neef van den ve>r-
slagene, had op den kermis te Brakel ruzie
gehad met W. A. v. Veen. Daarbij had eerst
genoemde het onderspit moeten delven. Hier
over gebelgd is hij naar zijn oom en neef
geloopen, en heeft deze buiten geroepen. Ze
hebben W. A. van Veen opgewacht, met
minder goede bedoelingen.
Toen W. A. van Veen in gezelschap
G. J. Schriever aan kwam rijden, is de
vader van den verslagene met W. A. van
Veen slaags geraakt en van den dijk ge
rold. Terwijl ze weder den dijk op kwamen
klauteren, heeft G. J. Schriever den 19-jari-
gen A. van Heusden met een mes gestoken
/oodat de dood binnen enkele minuten in
trad. Door zijn vader en de gemeenteveld
wachter Kalkman is hij in de ouderlijke
woning binnengedragen, doch is reeds bin
nen enkele minuten gestorven. Dr. v. Steenis
kon slechts den dood constateeren.
Het parket uit Tiel verscheen reeds vroeg
in den morgen en stelde een uitgebreid
onderzoek in. De verdachte, die aanvanke
lijk ontkende, verklaarde, toen hij in den
trein zat, om naar Tiel vervoerd te worden
dat hij gestoken had.
Men meldt, nog, dat G. J. Schriever op de
kermis bij de ruzie niet betrokken was.
DOOR HOLLEND PAARD GEDOOD
Te Beverwijk is de 7-jarige J., die eenige
dagen geleden door een hollend renpaard
werd omver geworpen, aan de opgeloopen
wonden overleden.
IN EEN OLIENOOTJE GESTIKT
Te Zwolle kreeg een twee-jarig dochtertje
van Roks een olienootje in het verkeerde
keelgat Dadelijk werd een dokter geroepen
toen deze kwam, was het kind al ge-
VROEGE WINTER?
Men meldt ons uit Moerdijk:
Boven den Biesbosch zijn groote vluchten
wilde ganzen waargenomen. Van ouden
datum is 't volksgeloof, dat de komst dezer
vogels als de nadering van winterweer be
schouwd wordt
DE LUCHTSCHOMMEL
Te Oss (N.-Br.) kreeg een 8-jarige jongen
in een speeltuin een slag van een schommel
Hij werd tegen den grond geslingerd en
kreeg een diepe hoofdwond en een ernstige
hersenschudding. Per politiebrancard werd
hij naar het ziekenhuis gebracht
INBRAAK IN EEN POSTKANTOOR
Vrijdagnacht heeft men door het openbre
ken van een raam zich toegang verschaft
tot het postkantoor te Reuver (L.).
Een postbode die Zaterdagmorgen ln dienst
kwam ontdekte de inbraak. Ofschoon kasten
en laden waren overhoop gehaald, vermist
men slechts een klein bedrag aan geld Voorts
zijn enkele voorwerpen, eigendom vaat den
postdirecteur gestolen.
DINSDAG 27 SKPTHJUIER
Huizen KRO: Concert
i Londen R.: BBC-orkeet
Huizen KRO: Gr^nofconmuzlek
I Hilversum AVRO: Graiuoroonmuzlek
Hulzen KRO: Orkest
L Hilversum AVRO: Orgelconcert
Kalundborg. Omroepurkeat.
Londen R B.B.C.-orkest
Warschau. Omroeporkest
a P a r 0 s. Kamermuziek.
Hilversum. AVRO Omroeporkest
Hilversum. AVRO Hawaian-muzlek
U Huizen. KRO. Concert.
i. AVRO. Omroeporkest
Politie- ea Persuen
19.30 Hulzen. KRO Politieberichten.
21.00 Hulzen. KRO. Persberichten.
22 00 H 11 v e r s u m. AVRO. Persberich'
2S SEPTEMBER.
5.00 H 11 v
8.1 S H u lz
10.00 Hull
11 30 H i 1 v
11.00 H u lz
12.01 H 11 v
12.15 Huls
12.20 Lang
12.20 Dave
12.15 H 1 1 v
14.30 Hulz
15 00 Hulz
17.20 Wan
17.20 Lang
17.30 H 1 1 v
18 00 H 11 v
18.50 Lo n d
19.00 Hulz
19.15 H 1 1 v
30 00 Hulz
sum. VARA GramofoonpL
NCRV. Morgenconcert.
NCRV. Dameskoor
b u m. VARA. Concert.
NCRV. Harmoniumconcert
sum. VARA Orkest.
NCRV. Middagconcert
i b e r g. Populair concert
r y. Orgelconcert
sum. VARA Orgelspel
NCRV GramofoonpL
NCRV. Concert
i a u. Kalman-concert
i b e r g. Vesper-concert,
sum. VARA GramofoonpL
a u m. VARA Joodsche liederen
R. B.B.C. orkest
NCRV GramofoonpL
s u m. VARA Orgelspel.
NCRV Spaansche avond.
S 00 Hulzen. NCRV Schriftlezing.
10 00 Hilversum. VPRO Morgenwfldlng
10.30 Hulzen. NCRV Morgendienst Ds. P. N,
KruUswtJk.
14.15 Hilversum. VARA „Onze Keuken"
18.00 Hulzen. NCRV J J Talsma: Onze water
schappen.
18.30 Hilversum. RVU Dr. K. F. Proost:
„Gerh&rt Hauptmann".
Kinderuurtjes ens.
15 00 Hilversum. VARA. Voor de kinderen
17.00 Hulzen. NCRV. MeJ. B. v. d. Veen: Kin-
Politie- en Persberichte
12.00 Hilversum. NCRV. Politieberichten
19 30 Huizen. NCRV. Politieberichten
19.45 Huizen. NCRV Persberichten
Volledige programma's tn
de Omroepgids. Duidelijke
foto's; best verzorgd Radio-
blad; 4 gld. per half jaar of
18 :t per week. Ned. Chr.
Radio-Vereeniging, Voog-
lenzang, Ede. Draagt bij in
de omroepkosten.
MARKTDIEVEGGEN
Te Venlo zijn twee vrouwen op de markt
aangehouden. De een was door een koop
man op heeterdaad betrapt, terwijl zij goe
deren uit een marktkraam stal. Zij was in
het bezit van verscheidene gestolen voorwer
pen. Verdacht van medeplichtigheid werd
een vrouw uit Dusseldorf afkomstig, aange
houden. Beide vrouwen rijn opgesloten.
INBRAAK IN EEN PASTORIE
Te Driehuizen bij Velsen (N.H.) is 's
nachts ingebroken in de roomsch-kath.
pastorie. Alles was overhoop gehaald, doch
pogingen, om de brandkast te openen, faal
den. Alleen konden de inbrekers f 80 ontr
vreemden.
BRANDEN
Te Onstwedde (Gr.) brandde de woning
van S. W. geheel af. Verzekering dekt de
schade
Te Mill (N.Br.) ontstond door onbeken
de oorzaak brand in de boerderij van J. C.
Het achterste gedeelte van het gebouw
brandde af Het voorste wist men te behou
den. Verzekering dekt de schade.
NOODLANDING LEGERVLIEGTUIG
Men meldt ons uit Dubbeldam:
Gistermiddag omstreeks 2 uur was een
vliegmachine, afkomstig van Soesterherg,
door een motordefect, gedwongen te dalen
op een stuk weiland in den Bietsboechpolder
De landing geschiedde vlot. De inzitten
den, de sergeant-vliegenier Rijntjee en de
6ergeaant-mecanicien, bekwamen geen letseJ
De machine zal, na gedemonteerd te zijn,
naar Soesterherg worden vervoerd.
DOODELIJK MOTOR-ONGELUK
Aan de Boschstraat te Breda reed de 30-
jarige motorrijder v. B., uit Dongen, met
zijn motor in groote snelheid op een auto
bus met passagiers. Met een hevigen smak
werd de motorrijder tegen de straat geslin
gerd. Met een beenbreuk en een verbloeding
in de hersenen werd hij opgenomen en per
politiebrancard naar het St. Ignatius^zie-
kenhms vervoerd, waar hij kort daarop
o\erleed. De duo-passagier bekwam slechts
enkele ontvellingen; het motorrijwiel werd
geheel vernield.
DE VAL VAN KONSTANTINOPEL
Door LEWIS WALLACE Naar het Engelsch door ALMA
(134
worsteling die nu volgde, het tandge-
nars, het brullen, het in den blinde opsprin-
en en rondwentelen, het werken van de
rachtige leden, het scheuren van het net,
et ploegen in 't zand, het wanhopig spar-
elen van het verwoede dier, mogen aan de
erbeelding worden overgelaten. Nog voor-
at de toeschouwers den geheelen ommekeer
loed begrepen hadden, had Nilo zijn zwaard
etrokken.
Het goed bestuurde wapen had weldra het
perk volbracht en de trots van het Cyne-
ion lag stil in de bloedige mazen. Toen
erst vond de volksmenigte haar stem terug.
Te midden van het rumoer ging graaf
lorti naar Nilo-
Wie zijt gij? vraagde hij vol bewonde-
ing.
De Negervorst glimlachte en beduidde
leim, dat hij niet hooren of spreken kon.
laarop geleide do graaf hem naar de
irinses.
Grijp moed, prinses, zei hij. De leeuw
dood en gij zijt gered.
Zij hoorde hem ternauwernood. Hij boog
ien knie en herhaalde: De leeuw is dood,
'rinses, on hier is de man die hetm versloeg...
'ier is uw redder.
Zij zag Nilo dankbaar aan, spreken kon
!'J niet.
Ook gij ««»ei hrm danken, vervolgde de
jraaf tct d<m monnik.
grgius antwoordde: Heb dank, Nilo en
ook gij, edele ridder. Gij stondt gereed met
uw zwaard.
Hij zweeg zag naar de tribune en ver
volgde: Ik zie, graaf Corti, dat gij mijn
terechtstelling gelukkig geëindigd acht- De
leeuw is dood, maar ginds zitten mannen,
die naar mijn bloed dorsten. Het staat aan
hen te zeggen wat met mij geschieden moeL
Ik blijf nog altijd de ketter, dien zij ter dood
veroordeelden. Denk dus niet verder aan
mij, maar wijd u geheel aan haar, die het
zoo hoog noodig heeft. Breng de prinses weg,
ontbied een draagstoel voor haar en laat mij
aan God over.
Wat kunnen zij nog meer doen? vraag
de de graaf. De Hemel heeft de zaak in uw
voordeel neslist. Hebben zij nog een andere
leeuw?
De monnik had gelijk. Het paste niet dat
do prinses daar langer bleof ten aanschouwe
van het publiek; daarenboven leed zij zicht
baar.
Hebben zij nog een anderen leeuw? her
haalde Corti-
Hoe verlangend ook om dc prinses te
helpen was hij niet minder begeerig om, zoo
er nog verder gestreden moest worden, deel
te nemen aan 't gevecht, ln zijn hart toch
was de graaf een eerste jager. Daar trok de
open deur van Nilo's cel zijn aandacht.
Help mij, mijn vriend. Ginds is een
geschikt toevluchtsoord voor de prinses.
Lan ons haar in ye igheid brengen. Daarna
keer ik met u terug en blijf bij u. Als die
eerwaarde Christenen op de tribune,
broeders, nog niet tevreden zijn, bij Allah,
hun wreedheid zou een Moslim onpasselijk
maken.
Een paar minuten later was de prinses
overgebracht naar Nilo's cel.
Ziezoo, ga gij naar de arena terug. Ik
zal een draagstoel bestellen, en dan weer
bij u komen.
Bij de poort van de tunnel ontmoette de
graaf een aantal Broeders van Manganese
en vergat bij hun aanblik zijn boodschap
geheel-
Wij komen u opnieuw in hechtenis
nemen, zei een van lien tot Sergius.
Het zij zoo, antwoordde do monnik.
Maar graaf Corti kwam tusschenbeiden:
Op wiens bevel geschiedt dit?
Op bevel van onzen Abt
't Zal niet gebeuren, neen, bij de Moe
der van uw Christus, het zal niet gebeuren,
tenzij gij mij een geschreven bevel van don
Keizer brengt om het wettig te maken.
De AbL..
Ik heb gezegd, en mijn zwaard, (de
graaf sloeg met zijn ijzeren handschoen op
het gevest, zoodat de toeschouwers het hoor
den) mijn zwaard geeft het antwoord. Gaat,
zegt dit uw Abt.
Toen sprak Sergius: Ik bid u, meng er
niet in. De Hemelsehe Vader, die mij reeds
eenmaal redde, is machtig het nogmanl t
Stil, heer monnik, geen woord meer,
antwoordde de graaf hoogst ernstig. Hoorde
ik ditzelfde niet zeggen in de Santa Sophia
op een wijze dat deze mannen zich aan uw
voeten behoorden te werpen? En zie. in
plaats daarvan deed do leo \w het Maar terj
wille van de waarheid die de ziel der wi
is, het is niet alleen belangstelling in u, die
mij zoo doet spreken. liet is ook met het
oog op uw beschermvrouw daarginds. Gij cn
ik kennen de beweegredenen waarom zij u
nierheen volgde, maar hoe zal de w
haar daad beoordeelen.' Haar geweten dreef
haar hierheen, cn tenzij gij in 't leven blijft
zal er voor haar geen gemoedsrust meer zijn
nooit meer! Daarom, heer monnik, houd u
bedaard- Ik sta niet toe, dat dezen u gevan
gennemen... Keert terug, gij mannen des
bloeds, keert terug tot hem die u zond, en
zegt hem dat mijn zwaard mijn woord zal
staven. Brengt mij het geschreven bevel des
Keizers; dan zal ik gehoorzamen. Zendt hem
een boodschap.
De Broeders staarden den graaf verbluft
aan. Wat hij niet van plan geweest om den
ouden Tamerlan met datzelfde zwaard to
lijf te gaan?... Zij keerden om, teneinde 1-n
Abt verslag te gaan doen, toen de tunnel-
poort andermaal werd opengeworpen, en de
Keizer zelf met groot gedruisca -•«'is, Leen,
?.iiii paard met schuim overdekt. Bij (Jen
g?aaf gekomen hield hij den leug°l in.
Heer graaf, waar is de prin-es?
Zij is in veiligheid, Majesteit, in gind-
sthe cel.
's Keizers oog viel op den dooden leeuw.
Is dat uw werk, graaf?
Neen, deze man versloeg hem, ant
woordde Corti op Nilo wijzend.
De Keizer zag Nilo onderzoekend aan, na#i
een gouden keten van zijn hals en wierp die
den negerkoning om Toen steeg hij nf. trad
de cel binnen, kuste de prinses op het voor
hoofd, en zei: Een draagstoel zal aanstonds
hier zijn.
En Sergius? vrargde
De Broederschap moet haar eisch op
geven. God Jieeft ons zijn wil geopenbaard.
De Keizer deelde nu in enkele woorden
mee, dat hij in een moeilijk geval had ver
keerd. Had hij niet verwacht, dat de Abt
aan Sergius een boetedoening zou opleggen
hij zou hem den jonkman niet hebben over
geleverd. Hij had het bevel om den leeuw
ter beschikking der Broederschap te stellen
alleen geteekend in de meening, dat zij
Sergius' standvastigheid op de proef wilden
stellen. Maar hij vond de geheele behande
ling der zaak zoo stuitend, dat hij geweigerd
had er bij tegenwoordig te zijn. Daar was
een officier te Blacherno gekomen met een
Lerlcht, oat zijn verontwaardiging in de
hoogste mate wekte. Om er dadelijk een
eind aan te maken, deed hij zijn paard
zadelen, en was in pijlsnelle vaart naar het
Cynegion gereden. Onderweg had hij ver
nomen wat de prinses gedaan had. Hij dank
te God uit den grond zijns harten voor J>n
goeden afloop.
De Broederschap werd bij den Keizer ont
boden, die hun verbood Sergius nog langer
te vervolgen; de Straf was zwaar geweest.
De Abt protesteerde. Maar Konstantijn toon
de zich krachtig, weigerde zich langer aan
kerkelijke aanmatigingen te onderwerpen,
en verklaarde dat hij zich In het vervolg, bij
alles wat het leven zijner onderdanen en
het welvaren van zijn rijk betrof, door zijn
eigen oordeel zou laten leiden. Deze vei^
klaring werd afgelegd ten aanhoore van alle
aanwezigen-
Sergius werd op zijn hevel naar Blacheme
gebracht en den volgenden dag tnt ic
wachter aangesteld hij de keizerlijke Kapel,
wnn-donr oen eir.de Vve n aan zi'- betrek
ke ^- de ve- gan-se.
v~~ Majesteit, sprak graaf Corti, toen de
Keizer op het punt stond van te vertrekken
Lk wilde u iets verzoeken.
Spreek, antwoordde Konstantijn.
ho-/*!, bid ik u, den neger onder mijn
Bedoelt gij, dat hij zijn vrijheid her-
kryge graaf? neem hem dan. Hij kon geen
geschikter voogd hebben. Maar wij moeten
niet vergeten dat hij hier in de stad ge
komen is met een, die zich Vorst van Indifi
noemde, en zoo die geheimzinnige man te
eeniger tijd terugkomt, moet de neger aan
zijn meester worden terug gegeven.
Ik dank Uwe Majesteit en neem de
voorwaarde aan.
Toen de officier der wacht bij de tunnel
poort kwam, zei de schildwacht tot hem: Zie,
nier is een mantel, een paar schoenen, en
een sluier. Ik vond ze daar bij de poort
Hoe kwamen die daar?
Een vrouw vroeg mij verlof om bij de
poort te staan en den ketter nog eenmaal te
zien als zij hem uit zijn cel haulden. Ik
haar ha&r t06' DeZÖ klcoreu ziJn van
Van prinses Irene! riep de officier. Zeer
goed- Laat ze bij mij bezorgen en ik zal
onderzoeken wat de prinses er mee gedaan
wil hebben.
Het Cynegion keerde welda tot zijn gvwo-
r»n staat terug. Maar deze inmenging ven
den Keizer kostte hem de gene<enhei-l -.->n
de Orde van Manganese. Van Jut oogcPl.l k
wuiv,i al de gezamenlijke BroedenjchdDUoa
zijn tegenstanders.
Wordt vervolgd.