THEOLOGISCHE SCHOOL TE APELDOORN Kunst en Letteren. Wetenschap. Gemengd Nieuws. Radio Nieuws. DINSDAG 27 SEPTEMBER 1932 DERDE BLAD PAG. 9 AMBTSAANVAARDING VAN PROF. J. W. GEELS De inaugureele rede: Schriftgezag en Schriftverklaring" OPENING VAN DEN NIEUWEN CURSUS De installatie-samenkomst Rede van Ds. L. de Brnyne. Gisteravond vond in het kerkgebouw der jhr. Geref. Gemeente aan de Marialaan de lechtiige installatie plaats van Ds. J. W. Jeels, thans predikant bij de Gemeente Hil- ersum, als hoogleeraar. De dienst werd ge- eid door den voorzitter van het Curato- ium, Ds. L. de Bruyne, van Zwolle, die en rede uitsprak, naar aanleiding van 'salm 27 4. Daar zijn dagen in hert boek onzer jaren, Duurzaam gemerkt met een ster of xuis. Het jaar 1932 zal in de geschiedenis der "heol. School gemerkt zijn met een kruis en en ster. Gemerkt met een kruis en we her inneren ons dien Zaterdag voor Pinkstc- en van dit jaar, toen we ook in Apeldoorn amen waren en onze studenten hun over men leeraar Prof. Lengkeek grafwaarts roegen. Droefheid en rouw vervulde ons. Ds. L. DE BRUYNE laar ook gemerkt met een ster, een lich- ;nde ster, nu onze br. Ds. Geels gereed laat om, door God geroepen, de ledige 'aats aan dc School in te nemen. Dit jaar ook een bijzonder jaar voor U, aldus ging pr. voort. Vijfentwintig jaar rust de •herder laf in uav handen, en zie, even voor gij die pheft, dankend Hem, die U in de bedie- ing gesteld heeft, wordt U de profeten- lantel over do schouders geworpen. We ouden U dezen avond kunnen wijzen op !en eisch tot getrouwheid, maar wij zijn er overtuigd dat ge onder dien eisch luigt. Ook de fiooge plaats, die moeilijke taak. de zware verantwoordelijkheid, ge zijt irvan doordrongen. We willen U en onszel- fea dezen avond herinneren aan de levens- euze van alle Dienaren des, Woords. We daarvoor Psalm 27, en' spreken over avids zielsbegeerte. David is hier in den zevenentwintigsten isalm aan alle zijden van vijanden omge- m, doch hij is niet verslagen. Eén begeer- vervult nu zijn ziel. Niet om verlost te jn van al zijn vijanden, om een glansrijke verwinning te mogen behalen, neen, deze salm is vrucht van rijke levenservaring lavid weet wat hij aan zijn God heeft en aarom begeert hij zich te mogen verlusti- en in den Heere. Nu hij verstoken is van en opgang naar Sions hoogte om daar voor ods aangezicht te verschijnen, nu gevoelt ij zeer sterk zijn gemis. Nu voelt hij dat et nabij God te zijn het leven van zijn .e- en is. Daarom is zijn begeerte: al de dagen jns levens te mogen wonen in het huis es Heeren, om dc liefelijkheid des Heeren aanschouwen en te onderzoeken in Zijn impel. In deze oogenlblikiken ziullen uw gedachten 'el terug gaan uw leven door naar uw ingensjaren, toen die begeerte zoo vurig en evig was. Steeds is ze gebleven. Deze eene egeerte n.l.,* die der Godsgemeenschap, ver uit alle ware Dienaren des Woords. Een invaardeerbaar voorrecht is het een gezant in Koning Jezus te zijn, die vrije toegang ceft in Zijn Paleis. David zal het Begeerde ook zoeken. Daaruit blijkt de oprechtheid van die be :erte Ook gij hebt de bediening gezocht nu moogt ge in bijzondere mate komen het steeds meer en dieper onderzoeken, loge het zijn dat ge daardoor ook steeds leer komt tot het aanschouwen van de efelijkheid des Hoeren, zoodat ge op uw >lle.ges die liefelijkheid, die er in het Poord Gods is, moogt openbaren aan de tudenten. Uw ihqofdivaik is de Exegese. God eve u de voorlichting des Heiligen Geestes het onderzoeken cn verklaren van Zijn Woord, zoodat ge het in zijn vollen rijkdom moogt verstaan en de volle en rijke Chris tus glanze zoo voor uw oog, dat ook uw leerlingen het mogen aanschouwen. Een heerlijke roeping, een heerlijke taak wacht u. Hierna werden de gebruikelijke vragen gesteld, dSe met een plechtig „Ja" werden beantwoord. Met eenige hartelijke woorden richtte de spreker zich meer persoonlijk tot den nieu wen hoogleeraar en wenschte hem Gods ze gen toe op zijn arbeid. Nadat de nieuwe Prof. nog met een kort woord aan de studenten was voorgesteld, werd uoor de aanwezigen hem Psalm 134 3 toegezongen. Opening nieuwen cursus Hedenmorgen werd aan de Theol. School te Apeldoorn de cursus geopend door den president curator Ds. L. de Bruyne. Nadat de studenten, die uit hun vacantie zijn teruggekeerd en de novitii hartelijk welkom zijn gehealen, hLdd hij een toe spraak, waarin in het bijzonder gewezen werd op de roeping tot hel ambt van die naar ces Woords. N iar aanleiding van Rom. 1 1 werd den studenten de heerlijk heid van het Dienstknecht van Christus zijn, maar ook het gewicht van het ambt voorgehouden. Gods zegen werd zoowel hoogleeraren als studenten toegewensclit hij de studie voor dit jaar. Bij het gehouden admissie-examen wer den zes studenten ingeschreven, zoodat nu in totaal voor dezen cursus ingeschreven zijn 25 studenten, waarvan 6 in de Theolo gie en de overigen in de voorbereidende studieën. Daar de rector van den vorigen cursus tij dens den cursus overleden is, had nu geen overdracht van het rectoraat plaats, maar werd het rectoraat door het curatorium op gedragen aan Prof. J. J. vander'Schuit Inaugureele rede Prof. Geels Heden (Dinsdag)middag aanvaardde de nieuwbenoemde professor Ds. J. W. Ge e 1 s zyn ambt met een inaugureele rede over: „Schriftgezag en Schriftverklaring". In zijn inleidend woord gaf spreker te ken- jn, dat onder de vraagstukken, welke in de in ty'd om oplossing roepen, het vraagstuk omtrent het gezag een der gewichtigste is. Het gezagsprobleem beheerscht het geheele leven. Het drukt zyn stempel op opvoeding en onder* wijs, wetenschap en kunst. Dit gezagsprobleem niet van recenten datum. Als vrucht der Pa radij srevolutie kwam het in de 18de eeu Prof. J. W. GEELS een acuut stadium. In deze eeuw der Fransche revolutie kwam er een principieele ommekeer in de levens- en wereldbeschouwing. De weten schap tot op dien tijd bboefend onder de schuts der religie emancipeerde zich radicaal van historie en traditie. Deze omkeer in geestes richting voltrok zich in de verheffing der men- scheLijke rede, als alleen gezaghebbend. Met de religie had de wetenschappelijke wereld af gedaan. Deze beginselen der revolutie hebben en zuurdeesem dermate het volksleven doortrokken, dat elk levensterrein hierdoor ge- infecteerd is. De worsteling in dezen geweldi gen tijd gaat'in principe om het gezag, de hoeiksteen van de samenleving. Hierdoor wor den aangetast de fundamenten van het volks leven in religie en cultuur. Het gaat in dezen tijd om het gezag, speciaal om het gezag van Gods Woord. Ondanks alle loftuitingen ten op zichte van den Bijbel, dien men roemde als een 'n bloemlezing van de schoonste poëzie, als de authentieke bron van religie en moraal, wor den van alle zijden de aanvallen in naam der rede, op Gods Woord voortgezet. En toch, was er nimmer een tyd, waarin het zoo veelvuldig werd uitgedragen als op heden. Alleen, men wil een Evangelie in den geest en naar den vorm van onzen tijd; om hieraan te voldoen wordt de prediking des Woords vervormd naar den hedendaagschen smaak, ten koste van den geest en inhoud der H. Schrift. De kerk heeft een byzondere roeping te vervullen in band met dezen gecompliceerden tyd. „Tot de wet en de getuigenis" is het parool ook onze eeuw. Komende tot zijn onderwerp, dat staat in het teeken van onzen tyd, vervolgde spreker: I. Ten opzichte van het Schriftgezag zien we tweeërlei actie ingezet, nl. die van tensieve bestrijding en b. daartegenover krachtige handhaving van dit gezag. A. Wat aangaat de intensieve bestrijding van het Schriftgezag, zien we epn drieërlei periode: a. de reformatorische, b. de rationa listische, c. de Christelijk-humanistische pe- a. De strijdvraag omtrent het Schriftgezag was onbekend in de eerste eeuwen der Chr. Kerk. Eerst in den tijd der scholastiek wordt de grondslag gelegd van een Schriftbeschou wing, die leidde tot een verheffing van de Kerk ten koste der Schrift. Naar oorsprong stemming stond de kerk boven de Schrift, die bovendien niet noodzakelijk was tot zaligheid. De Kerk met hare onfeilbare traditie was het algenoegzame middel voor de openbaring Gods. De grond voor het Schriftgezag berustte in de Kerk. Tegenover deze Schriftbeschouwing stelde de reformatie het absoluut gezag der H. Schrift. De reformatie gaat dan ook in hoogste instan tie om het gezag der Schrift, die de eenige bron der kennisse Gods tot zaligheid is. De triumf der reformatie was dan ook dat de Schrift als Woord Gods in eere werd hersteld. b. Tot een nog geweldiger stryd werd de Kerk in de 18e eeuw geroepen. Er kwam geesterichting aan het woord, die de rede hief boven het geloof. Het verstand werd be voegd verklaard om de vierschaar te spannen over religie en theologie. De rede bood den maatstaf tot het kennen der waarheid. De Cartesiaansche wijsbegeerte voerde het ra tionalisme ten troon. De Chr. religie was het inzonderheid, waarop zich de aanvallen toe spitsten. Kerk en Schrift waren de inzet van een strijd, die het ongeloof tot heerschappij braoht. Wel deed het supranaturalisme een po ging tot verzet, maar de methode, welke zij daarbij volgde, deed meer schade dan voordeel aan het Schriftgezag. In naam van de „rede" trad in de 19de eeuw de „moderne „Schriftcri- tiek" op om Gods Woord voor den denkenden mensch aannemelyk te maken. Men ging schei den en schiften, men verplaatste en verwijder de, zooals het historisch-critisch onderzoek dat noodig oordeelde. De „bronnen-hypothese" werd te hulp geroepen, over de Pentateuch nieuw licht ontstoken door de Assyriologie. Toen men den „steen van Hammurabi" gevon den had, meende men den steen der wyzen ont dekt te hebben. De kwestie was nu spoedig op gelost: Mozes had Hammurabi gecopieerd. Is raels historie en religie, zijn cultuur en tradi tie werd vastgekoppeld aan Babel. Alles liep te wapen in den „Babel-und-Bibel"-strijd. Het was de moderne Schriftcritiek gelukt vo~~ J~ Schrift een structuur te vinden, welke Gods Woord een carrieatuur maakte. c. Tegenover deze moderne theologie, die met haar killen adem alle lever, doodde, trad de z.g.n Christelijk-humanistische Schriftbe schouwing op. Schleiermacher is hiervan de grondlegger, die in A. Vinet in Zwitserland en #in D. Chantepie de la Saussaye in ons land zijn geesteskinderen had. Volgens hun voor stelling zetelt de grond van het gezag der Schrift niet in de rede, maar in het geweten, in de ervaring. Alle nadruk werd op de em pirie gelegd. Niet het object buiten, maar het subjectieve biedt den maatstaf tot beoordee ling. Deze theorie toegepast op de openbaring Gods, vond haar breedere ontwikkeling in de ethische theologie, die de bron der waarheid zoekt in „het geloof der Gemeente' en „van de cetuigenis van den Geest der waarheid n de harten der geloovigen". Hoe goed ook de bedoelingen waren, het is der „ge'oovige rede" niet gelukt het gezag der Schrift als Gods Woord te verdedigen tegenover de moderne theologie. Rede en geloof verstaan zich niet met elkander. Dit Christelijk-humanistisch pogen was reeds by zijn optreden geoordeeld, doordat de maatstaf ter beoordeeling in het subject den mensch werd gezocht- Het staat in principe op een bodem met de roomsche en rationalistische Schriftbeschouwing. Rome zoekt de bron voor het gezag der Schrift, in de kerk, het ratio nalisme in de rede, de ethische theologie in de consciëntie en ervaring. Hierin hebben deze drie richtingen zich niet kunnen verhef fen boven de Schrifttheorieën, die men aan treft bij allerlei secten vanaf het Gnosti cisme tot den tyd van het nuddeleeuwsch mysticisme en die men aantrof bij Kwakers en piëtisten in later eeuwen. B. De handhaving van het Schriftgezag vindt haar reden in de eere Gods, in de ken- des Heeren, die tot de zaligheid leidt. De vragen omtaent God en wereld in betrekking tot oorsprong en bestemming des menschen, zonde en schuld, verzoening worden alleen door Gods Woord opgelost. Het geloof en de prediking des Evangelies kan niet buiten dit gezag van Gods Woord. Dit gezag vindt zijn grond in de inspiratie der H. Schrift. Deze theopneustie maakt de Schrift tot Gods Woord. Deze inspiratie zien ve door de Kerk beleden in haar confessie. Het „testimonium spiritus sanctus" is in •erband met het geloof in het gezag der 11. Schrift van buitengewone beteekenis- Het gezag, dat God in Zijn Woord houdt, is van geheel eigen karakter. Het is onderschei den van alle ander gezag, waarmee God men schen bekleedt. Gods gezag in de Schrift is liet dwingend, maar vermanend, noodigend, biddend. Het is souverein en kan weerstaan worden. Dit gezag handhaaft God in den weg der genade, waardoor Hy liefde en gehoor zaamheid werkt in het hart van den mensch door den H. Geest. Dit gezag is overtuigend, overredend, en toch wordt het vrijwillig erkend. De Schriftverklaring steunt het Schriftgezag. Haar taak is het „Kalumma" welke op de Schrift ligt, weg te nemen. (Dr. Ivuyper). De Schrift moet komen in het vol komen bezit der Gemeente, opdat zy uit haar leve. Haar welstand en wasdom, haar bloei en groei staat met de Schrift in nauw verband- De verklaring der H. Schrift stelt den exegeet onafwijsbare voorwaarden. Hy moet iii geestelijk contact staan met den Auteur der Schrift. Noodzakelyk is „uit den Geest gebo ren" te zyn en „verlichte oogen des ver stands" in Christus te ontvangen. Deze gees telijke relatie met Gods Woord spreekt zich uit in geloof in het Woord, liefde tot de Waarheid, eerbied en onderwerping aan God. De exegeet heeft door eigen voorbeeld te prediken. Het hart legt evenwel aan het /erstand het zwijgen niet op. Het diep besef geroepen te zijn Gods Woord te verklaren, zal hem aansporen om met de hulpmiddelen der wetenschap den zin van Gods Woord op te sporen. Kennis der talen, waarin God Zyn openbaring gaf, is onmisbaar, evenals kennis omtrent de heilstheorie, waarin Hy de bed ding voor Zijn openbaring gegraven heeft. Psychologisch inzicht in het leven der „heiligmannen" is onontheerlijk om hen te verstaan in profetie en Evangelie, in Wet poëzie. De openbaring Gods in symboliek typiek vraagt nauwgezette studie, niet minder het verband en het onderscheid tusschen profetie en apocalypse. Al deze dingen eischen een goed verstand, niet minder dan een vernieuwd hart. Van een ten volle grijpen der openbaring Gods is geen sprake, gelet op de grenzen van onze kennis, maar het blijft toch een jagen om het te gry pen- Ten spyt van alle aanslagen handhaaft de Schrift zichzelf. God zorgt voor Zijn eigen Woord. Het licht, hierin ontstoken zal niet ondergaan, maar hot schijnt voort tot den vollen dag. Gods Woord houdt eeuwig stand en zal geen duimbreed wijken. Alle vleesch is als gras en alle heerlijkheid des menscnen als een bloem van het gras. Het gras is verdord en zijn bloem is afgevallen, maar het Woord de3 Heeren bestaat tot in eeuwigheid. Eeu persoonlijk woord. Na het uitspreken der rede wydde spreker een woord van herinnering aan wijlen Prof. F. Lengkeek, met wien hy sinds 1900 ir nauwe betrekking stond. Vervolgens memo reerde hy zijn benoeming door de Generale Synode en dankte hij allen in en huiten de Kerk, die van hun warme sympathie blyken gaven. Dan richtte hy een woord tot cura- loren, in wier college hy 23 jaren zitting had: tot Ds. L. de Bruyne, president-curator, voor de wijze waarop hy spreker geïnstalleerd had; tot de hoogleeraren, studenten, predi kanten en tot de predikant afgevaardigden van de predikanten-conferentie te Hilversum; lot de afgevaardigden van B. en W. en alle afgevaardigden van kerkeraden byzonder die van Hilversum en Apeldoorn. Na afloop werd van de gelegenheid om den nieuwen hoogleeraar geluk te wenschen een druk gebruik gemaakt. PRIJSVRAAG VOOR EEN NEDERLANDSCH LIED Geen enkele der inzendingen een prijs waardig gekeurd. Met betrekking tot de prijsvraag voor een Nedërlandsch lied. uitgeschreven door de „Nederlandsdhe Vereeniging van Concert zangeressen en -zangers" deelt men ons mede dat bij het vaststellen van den uitslag van bovengenoemde prijsvraag, bleek, dat door geen enkel der ingezonden liederen het ver- eischtc aantal punten voor een eersten of tweeden prijs werd behaald. Gemeld wordt: Donderdag 29 September zal het 250 jaar geleden zijn, dat door eenige leden van de Haagsche schilders confrérié Pictura de Academie van beeldende kunsten te Den Haag werd opgericht De Raad van Bestuur heeft dit Jubileum niet ongemerkt voorbij willen laten gaan, doch or, in verband met de moeilijke tijds omstandigheden een zoo eenvoudig moge lijk karakter aan willen geven. Daartoe mede in staat gesteld door een aantal oud leerlingen, door den on vermoeiden ijver van eenige docenten en leerlingen en andere krachten aan do Academie verbonden, en door het beschikbaar stellen van haar zalen door liet Genootschap „Pulchri Studio", hoopt de Academie op den stichtingsdag op waardige wijze haar 250 sten verjaardag te kunnen herdenken. De minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen heeft zich bereid verklaard enkele woorden te spreken en daarna de ten toonstelling te openen, welke in de zalen van Pulchri een overzicht zal geven van het werk der tegenwoordige leerlingen en die bovendien vele herinneringen aan de affge- loopen twee en een halve eeuw zal omvatten Mede zullen tegenwoordig zijn de Com missaris van de Koningin voor Zuid Holland de burgemeester van Den Haag en vele autoriteiten op onderwijs en kunstgebied en andere genoodigden. De Societas Philologica Lugduno-Trajec- tina heeft Zaterdag jl haar 84e bijeenkomst gehouden te Utrecht onder presidium van Prof. Dr. C. W. Vollgraff. Dr. Brinkgreve (Voorschoten) gaf het tweede deel te hooren van zijn, op de vorige bijeenkomst aangevangen lezing over Anako- louthen, contaminaties en verwante ver schijnselen, en paste de toendertijd uiteenge zette theorie toe op eenige passages uit Pin darus en Vergilius, daarbij telkenmale doen de uitkomen hoe het aanvankelijk opgezette syntaetische schema wordt verbroken door taalelementen, die (het affect of de visie van den dichter naar voren stuwt. Hij besluit met een korte karakteristiek van eenerzijds de.taal van het-wetenschappelijke denken, anderzijds de taal der kunst waarin steeds elementen van de primitiever taalvormen terug te vinden zijn. Dr. Brakman (Den Haag) sprak over Ennius. Hij schetste leven en werken van dezen ouden Latijnschen dichter en behan delde in het bijzonder zijn Epicharmus en zijn Annates. Vervolgens stond hij stil bij wat latere geslachten van hem hebben ge dacht en geschreven en betoogde dat hij recht heeft op den titel van schepper der Latijnsdhe dichtkunst Tenslotte stelde hij eenige aanvullingen voor van lacuneuze zen uit de overgeleverde fragmenten. Dr. Koster (Rotterdam) vestigde de aan dacht op den Codex Laurentianus 72, 14, een handschrift uit de dertiende eeuw, dat ver meld moet worden onder de bronnen, waar uit de tekst der metrische scholia op eenige Olympische oden van Pindarus geput wordt. Hij gaf het handschrift zijn plaats in de rij der reeds bekende en behandelde eenige pas sages ten bewijze daarvan. DE MOORD TE ZUILICHEM Men meldt ons uit Zuiliohem: In den nacht van Zaterdag op Zondag jl. is, zooals we reeds meldden, om twee tie 19-jarige A. van Heusden door den 26- jarigen G. J. Schiever, doodgestoken. Omtrent de oorzaak dezer moordzaak nog het volgende: H. van Heusden, een neef van den ve>r- slagene, had op den kermis te Brakel ruzie gehad met W. A. v. Veen. Daarbij had eerst genoemde het onderspit moeten delven. Hier over gebelgd is hij naar zijn oom en neef geloopen, en heeft deze buiten geroepen. Ze hebben W. A. van Veen opgewacht, met minder goede bedoelingen. Toen W. A. van Veen in gezelschap G. J. Schriever aan kwam rijden, is de vader van den verslagene met W. A. van Veen slaags geraakt en van den dijk ge rold. Terwijl ze weder den dijk op kwamen klauteren, heeft G. J. Schriever den 19-jari- gen A. van Heusden met een mes gestoken /oodat de dood binnen enkele minuten in trad. Door zijn vader en de gemeenteveld wachter Kalkman is hij in de ouderlijke woning binnengedragen, doch is reeds bin nen enkele minuten gestorven. Dr. v. Steenis kon slechts den dood constateeren. Het parket uit Tiel verscheen reeds vroeg in den morgen en stelde een uitgebreid onderzoek in. De verdachte, die aanvanke lijk ontkende, verklaarde, toen hij in den trein zat, om naar Tiel vervoerd te worden dat hij gestoken had. Men meldt, nog, dat G. J. Schriever op de kermis bij de ruzie niet betrokken was. DOOR HOLLEND PAARD GEDOOD Te Beverwijk is de 7-jarige J., die eenige dagen geleden door een hollend renpaard werd omver geworpen, aan de opgeloopen wonden overleden. IN EEN OLIENOOTJE GESTIKT Te Zwolle kreeg een twee-jarig dochtertje van Roks een olienootje in het verkeerde keelgat Dadelijk werd een dokter geroepen toen deze kwam, was het kind al ge- VROEGE WINTER? Men meldt ons uit Moerdijk: Boven den Biesbosch zijn groote vluchten wilde ganzen waargenomen. Van ouden datum is 't volksgeloof, dat de komst dezer vogels als de nadering van winterweer be schouwd wordt DE LUCHTSCHOMMEL Te Oss (N.-Br.) kreeg een 8-jarige jongen in een speeltuin een slag van een schommel Hij werd tegen den grond geslingerd en kreeg een diepe hoofdwond en een ernstige hersenschudding. Per politiebrancard werd hij naar het ziekenhuis gebracht INBRAAK IN EEN POSTKANTOOR Vrijdagnacht heeft men door het openbre ken van een raam zich toegang verschaft tot het postkantoor te Reuver (L.). Een postbode die Zaterdagmorgen ln dienst kwam ontdekte de inbraak. Ofschoon kasten en laden waren overhoop gehaald, vermist men slechts een klein bedrag aan geld Voorts zijn enkele voorwerpen, eigendom vaat den postdirecteur gestolen. DINSDAG 27 SKPTHJUIER Huizen KRO: Concert i Londen R.: BBC-orkeet Huizen KRO: Gr^nofconmuzlek I Hilversum AVRO: Graiuoroonmuzlek Hulzen KRO: Orkest L Hilversum AVRO: Orgelconcert Kalundborg. Omroepurkeat. Londen R B.B.C.-orkest Warschau. Omroeporkest a P a r 0 s. Kamermuziek. Hilversum. AVRO Omroeporkest Hilversum. AVRO Hawaian-muzlek U Huizen. KRO. Concert. i. AVRO. Omroeporkest Politie- ea Persuen 19.30 Hulzen. KRO Politieberichten. 21.00 Hulzen. KRO. Persberichten. 22 00 H 11 v e r s u m. AVRO. Persberich' 2S SEPTEMBER. 5.00 H 11 v 8.1 S H u lz 10.00 Hull 11 30 H i 1 v 11.00 H u lz 12.01 H 11 v 12.15 Huls 12.20 Lang 12.20 Dave 12.15 H 1 1 v 14.30 Hulz 15 00 Hulz 17.20 Wan 17.20 Lang 17.30 H 1 1 v 18 00 H 11 v 18.50 Lo n d 19.00 Hulz 19.15 H 1 1 v 30 00 Hulz sum. VARA GramofoonpL NCRV. Morgenconcert. NCRV. Dameskoor b u m. VARA. Concert. NCRV. Harmoniumconcert sum. VARA Orkest. NCRV. Middagconcert i b e r g. Populair concert r y. Orgelconcert sum. VARA Orgelspel NCRV GramofoonpL NCRV. Concert i a u. Kalman-concert i b e r g. Vesper-concert, sum. VARA GramofoonpL a u m. VARA Joodsche liederen R. B.B.C. orkest NCRV GramofoonpL s u m. VARA Orgelspel. NCRV Spaansche avond. S 00 Hulzen. NCRV Schriftlezing. 10 00 Hilversum. VPRO Morgenwfldlng 10.30 Hulzen. NCRV Morgendienst Ds. P. N, KruUswtJk. 14.15 Hilversum. VARA „Onze Keuken" 18.00 Hulzen. NCRV J J Talsma: Onze water schappen. 18.30 Hilversum. RVU Dr. K. F. Proost: „Gerh&rt Hauptmann". Kinderuurtjes ens. 15 00 Hilversum. VARA. Voor de kinderen 17.00 Hulzen. NCRV. MeJ. B. v. d. Veen: Kin- Politie- en Persberichte 12.00 Hilversum. NCRV. Politieberichten 19 30 Huizen. NCRV. Politieberichten 19.45 Huizen. NCRV Persberichten Volledige programma's tn de Omroepgids. Duidelijke foto's; best verzorgd Radio- blad; 4 gld. per half jaar of 18 :t per week. Ned. Chr. Radio-Vereeniging, Voog- lenzang, Ede. Draagt bij in de omroepkosten. MARKTDIEVEGGEN Te Venlo zijn twee vrouwen op de markt aangehouden. De een was door een koop man op heeterdaad betrapt, terwijl zij goe deren uit een marktkraam stal. Zij was in het bezit van verscheidene gestolen voorwer pen. Verdacht van medeplichtigheid werd een vrouw uit Dusseldorf afkomstig, aange houden. Beide vrouwen rijn opgesloten. INBRAAK IN EEN PASTORIE Te Driehuizen bij Velsen (N.H.) is 's nachts ingebroken in de roomsch-kath. pastorie. Alles was overhoop gehaald, doch pogingen, om de brandkast te openen, faal den. Alleen konden de inbrekers f 80 ontr vreemden. BRANDEN Te Onstwedde (Gr.) brandde de woning van S. W. geheel af. Verzekering dekt de schade Te Mill (N.Br.) ontstond door onbeken de oorzaak brand in de boerderij van J. C. Het achterste gedeelte van het gebouw brandde af Het voorste wist men te behou den. Verzekering dekt de schade. NOODLANDING LEGERVLIEGTUIG Men meldt ons uit Dubbeldam: Gistermiddag omstreeks 2 uur was een vliegmachine, afkomstig van Soesterherg, door een motordefect, gedwongen te dalen op een stuk weiland in den Bietsboechpolder De landing geschiedde vlot. De inzitten den, de sergeant-vliegenier Rijntjee en de 6ergeaant-mecanicien, bekwamen geen letseJ De machine zal, na gedemonteerd te zijn, naar Soesterherg worden vervoerd. DOODELIJK MOTOR-ONGELUK Aan de Boschstraat te Breda reed de 30- jarige motorrijder v. B., uit Dongen, met zijn motor in groote snelheid op een auto bus met passagiers. Met een hevigen smak werd de motorrijder tegen de straat geslin gerd. Met een beenbreuk en een verbloeding in de hersenen werd hij opgenomen en per politiebrancard naar het St. Ignatius^zie- kenhms vervoerd, waar hij kort daarop o\erleed. De duo-passagier bekwam slechts enkele ontvellingen; het motorrijwiel werd geheel vernield. DE VAL VAN KONSTANTINOPEL Door LEWIS WALLACE Naar het Engelsch door ALMA (134 worsteling die nu volgde, het tandge- nars, het brullen, het in den blinde opsprin- en en rondwentelen, het werken van de rachtige leden, het scheuren van het net, et ploegen in 't zand, het wanhopig spar- elen van het verwoede dier, mogen aan de erbeelding worden overgelaten. Nog voor- at de toeschouwers den geheelen ommekeer loed begrepen hadden, had Nilo zijn zwaard etrokken. Het goed bestuurde wapen had weldra het perk volbracht en de trots van het Cyne- ion lag stil in de bloedige mazen. Toen erst vond de volksmenigte haar stem terug. Te midden van het rumoer ging graaf lorti naar Nilo- Wie zijt gij? vraagde hij vol bewonde- ing. De Negervorst glimlachte en beduidde leim, dat hij niet hooren of spreken kon. laarop geleide do graaf hem naar de irinses. Grijp moed, prinses, zei hij. De leeuw dood en gij zijt gered. Zij hoorde hem ternauwernood. Hij boog ien knie en herhaalde: De leeuw is dood, 'rinses, on hier is de man die hetm versloeg... 'ier is uw redder. Zij zag Nilo dankbaar aan, spreken kon !'J niet. Ook gij ««»ei hrm danken, vervolgde de jraaf tct d<m monnik. grgius antwoordde: Heb dank, Nilo en ook gij, edele ridder. Gij stondt gereed met uw zwaard. Hij zweeg zag naar de tribune en ver volgde: Ik zie, graaf Corti, dat gij mijn terechtstelling gelukkig geëindigd acht- De leeuw is dood, maar ginds zitten mannen, die naar mijn bloed dorsten. Het staat aan hen te zeggen wat met mij geschieden moeL Ik blijf nog altijd de ketter, dien zij ter dood veroordeelden. Denk dus niet verder aan mij, maar wijd u geheel aan haar, die het zoo hoog noodig heeft. Breng de prinses weg, ontbied een draagstoel voor haar en laat mij aan God over. Wat kunnen zij nog meer doen? vraag de de graaf. De Hemel heeft de zaak in uw voordeel neslist. Hebben zij nog een andere leeuw? De monnik had gelijk. Het paste niet dat do prinses daar langer bleof ten aanschouwe van het publiek; daarenboven leed zij zicht baar. Hebben zij nog een anderen leeuw? her haalde Corti- Hoe verlangend ook om dc prinses te helpen was hij niet minder begeerig om, zoo er nog verder gestreden moest worden, deel te nemen aan 't gevecht, ln zijn hart toch was de graaf een eerste jager. Daar trok de open deur van Nilo's cel zijn aandacht. Help mij, mijn vriend. Ginds is een geschikt toevluchtsoord voor de prinses. Lan ons haar in ye igheid brengen. Daarna keer ik met u terug en blijf bij u. Als die eerwaarde Christenen op de tribune, broeders, nog niet tevreden zijn, bij Allah, hun wreedheid zou een Moslim onpasselijk maken. Een paar minuten later was de prinses overgebracht naar Nilo's cel. Ziezoo, ga gij naar de arena terug. Ik zal een draagstoel bestellen, en dan weer bij u komen. Bij de poort van de tunnel ontmoette de graaf een aantal Broeders van Manganese en vergat bij hun aanblik zijn boodschap geheel- Wij komen u opnieuw in hechtenis nemen, zei een van lien tot Sergius. Het zij zoo, antwoordde do monnik. Maar graaf Corti kwam tusschenbeiden: Op wiens bevel geschiedt dit? Op bevel van onzen Abt 't Zal niet gebeuren, neen, bij de Moe der van uw Christus, het zal niet gebeuren, tenzij gij mij een geschreven bevel van don Keizer brengt om het wettig te maken. De AbL.. Ik heb gezegd, en mijn zwaard, (de graaf sloeg met zijn ijzeren handschoen op het gevest, zoodat de toeschouwers het hoor den) mijn zwaard geeft het antwoord. Gaat, zegt dit uw Abt. Toen sprak Sergius: Ik bid u, meng er niet in. De Hemelsehe Vader, die mij reeds eenmaal redde, is machtig het nogmanl t Stil, heer monnik, geen woord meer, antwoordde de graaf hoogst ernstig. Hoorde ik ditzelfde niet zeggen in de Santa Sophia op een wijze dat deze mannen zich aan uw voeten behoorden te werpen? En zie. in plaats daarvan deed do leo \w het Maar terj wille van de waarheid die de ziel der wi is, het is niet alleen belangstelling in u, die mij zoo doet spreken. liet is ook met het oog op uw beschermvrouw daarginds. Gij cn ik kennen de beweegredenen waarom zij u nierheen volgde, maar hoe zal de w haar daad beoordeelen.' Haar geweten dreef haar hierheen, cn tenzij gij in 't leven blijft zal er voor haar geen gemoedsrust meer zijn nooit meer! Daarom, heer monnik, houd u bedaard- Ik sta niet toe, dat dezen u gevan gennemen... Keert terug, gij mannen des bloeds, keert terug tot hem die u zond, en zegt hem dat mijn zwaard mijn woord zal staven. Brengt mij het geschreven bevel des Keizers; dan zal ik gehoorzamen. Zendt hem een boodschap. De Broeders staarden den graaf verbluft aan. Wat hij niet van plan geweest om den ouden Tamerlan met datzelfde zwaard to lijf te gaan?... Zij keerden om, teneinde 1-n Abt verslag te gaan doen, toen de tunnel- poort andermaal werd opengeworpen, en de Keizer zelf met groot gedruisca -•«'is, Leen, ?.iiii paard met schuim overdekt. Bij (Jen g?aaf gekomen hield hij den leug°l in. Heer graaf, waar is de prin-es? Zij is in veiligheid, Majesteit, in gind- sthe cel. 's Keizers oog viel op den dooden leeuw. Is dat uw werk, graaf? Neen, deze man versloeg hem, ant woordde Corti op Nilo wijzend. De Keizer zag Nilo onderzoekend aan, na#i een gouden keten van zijn hals en wierp die den negerkoning om Toen steeg hij nf. trad de cel binnen, kuste de prinses op het voor hoofd, en zei: Een draagstoel zal aanstonds hier zijn. En Sergius? vrargde De Broederschap moet haar eisch op geven. God Jieeft ons zijn wil geopenbaard. De Keizer deelde nu in enkele woorden mee, dat hij in een moeilijk geval had ver keerd. Had hij niet verwacht, dat de Abt aan Sergius een boetedoening zou opleggen hij zou hem den jonkman niet hebben over geleverd. Hij had het bevel om den leeuw ter beschikking der Broederschap te stellen alleen geteekend in de meening, dat zij Sergius' standvastigheid op de proef wilden stellen. Maar hij vond de geheele behande ling der zaak zoo stuitend, dat hij geweigerd had er bij tegenwoordig te zijn. Daar was een officier te Blacherno gekomen met een Lerlcht, oat zijn verontwaardiging in de hoogste mate wekte. Om er dadelijk een eind aan te maken, deed hij zijn paard zadelen, en was in pijlsnelle vaart naar het Cynegion gereden. Onderweg had hij ver nomen wat de prinses gedaan had. Hij dank te God uit den grond zijns harten voor J>n goeden afloop. De Broederschap werd bij den Keizer ont boden, die hun verbood Sergius nog langer te vervolgen; de Straf was zwaar geweest. De Abt protesteerde. Maar Konstantijn toon de zich krachtig, weigerde zich langer aan kerkelijke aanmatigingen te onderwerpen, en verklaarde dat hij zich In het vervolg, bij alles wat het leven zijner onderdanen en het welvaren van zijn rijk betrof, door zijn eigen oordeel zou laten leiden. Deze vei^ klaring werd afgelegd ten aanhoore van alle aanwezigen- Sergius werd op zijn hevel naar Blacheme gebracht en den volgenden dag tnt ic wachter aangesteld hij de keizerlijke Kapel, wnn-donr oen eir.de Vve n aan zi'- betrek ke ^- de ve- gan-se. v~~ Majesteit, sprak graaf Corti, toen de Keizer op het punt stond van te vertrekken Lk wilde u iets verzoeken. Spreek, antwoordde Konstantijn. ho-/*!, bid ik u, den neger onder mijn Bedoelt gij, dat hij zijn vrijheid her- kryge graaf? neem hem dan. Hij kon geen geschikter voogd hebben. Maar wij moeten niet vergeten dat hij hier in de stad ge komen is met een, die zich Vorst van Indifi noemde, en zoo die geheimzinnige man te eeniger tijd terugkomt, moet de neger aan zijn meester worden terug gegeven. Ik dank Uwe Majesteit en neem de voorwaarde aan. Toen de officier der wacht bij de tunnel poort kwam, zei de schildwacht tot hem: Zie, nier is een mantel, een paar schoenen, en een sluier. Ik vond ze daar bij de poort Hoe kwamen die daar? Een vrouw vroeg mij verlof om bij de poort te staan en den ketter nog eenmaal te zien als zij hem uit zijn cel haulden. Ik haar ha&r t06' DeZÖ klcoreu ziJn van Van prinses Irene! riep de officier. Zeer goed- Laat ze bij mij bezorgen en ik zal onderzoeken wat de prinses er mee gedaan wil hebben. Het Cynegion keerde welda tot zijn gvwo- r»n staat terug. Maar deze inmenging ven den Keizer kostte hem de gene<enhei-l -.->n de Orde van Manganese. Van Jut oogcPl.l k wuiv,i al de gezamenlijke BroedenjchdDUoa zijn tegenstanders. Wordt vervolgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 7