jubileum van de Leidsche Electriciteitsfabrieken Kies uit dien hoorn! ONZE ETALAGES WENKEN MLT ELECTRISCHE GESCHENKEN DE LEIDSCHE INSTALLEURS De ontwikkeling van het bedrijf van 1907 tot heden Men koopt natuurlijk bij de adver teerders in dit blad WINKELWEEKNUMMER VAN DE NIEUWE LEIDSCHE COURANT DINSDAG 27 SEPTEMBER 1932 Exterieur van het machinegebouw van de electriciteitsfabrieken. In 193(y31 werd samenwerking verkregen met de electrotechnische Installateurs met betrekking tot de verkoop van verbruikstoe- stellen in den Toonwinkel aan de Hooi gracht. Een Contact-Commissie werd opge- schappij (in Nieuwkoop); van het Provin ciaal Electriciteitsbedrijf Noords-Holland (in Haarlemmermeer en Hillegom) en van het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf van Delft (in Benthuizen). Tenslotte: NOG ENKELE CIJFERS VAN HET OOGENBLIK Het verzorgingsgebied van de Electri- citeitsfabriek omvat Leiden en 82 buitenge meenten. Het aantal inwoners is in totaal rond 240.000. Het geinstalleerd machinevermogen in de Centrale bedraagt 36.000 K.W., de lengte van het hoogspanningsnet (op 31 December 1931) rond 375 K.M., van de laagspanningsnetten in Leiden en de rechtstreeks bediende bui tengemeenten 315 K.M., tezamen derhalve een lengte van 690 K.M., waarvan 445 K.M, in de buitengemeenten. Het aantal aansluitingen was op 31 Dec. 1931 totaal in Leiden en alle buitengemeen* ten 41.310. Afgeleverd werd in 1931: 33.890.000 K.W.U, gelijkstroom en bovendien voor tractie-doel- einden rond 5 millioen K.W.U. gelijkstroom* Do aanlegkosten van de Centrale bedra* gen op 31 December 1931 rond f 4.123.000 en van het kabinet rond f5.261.000. Uit den aard der zaak moest deze op somming min of meer dor zijn. De geschie denis van een Electriciteitsfabriek levert geen smakelijk verhaal. In de dorheid van deze cijfers en feiten leeft echter voor den aandachtigen lezer een groote spanning, want uit de snelle ontwikkeling van dit thans zoo machtige bedrijf, spreekt een ge weldige werkkracht en een bewonderens waardige energie. Leiden heeft een electrici teitsbedrijf, dat onder de allerbeste van ons land mag gerekend worden. Dat kan uit dit overzicht ten duidelijkste blijken. Uit dien hoorn van overvloed 1 Van electrischen overvloed. Het is niet noodig, dat U piekert over een feestgeschenk. Een electrisch geschenk is een welkom geschenk. En de keuze is enorm I U kunt een electrisch strijkijzer geven, een electrisch komfoor, een electrisch leeslampje of een electrischen broodrooster. Een melkkoker of een stofzuiger, een koffiepot of een verwarmings-kussen. Een haardroger of een eierkoker, een ventilator of een wijnmandje. U kunt iets geven uit een keuze van meer dan honderd electrische artikelen. latie gebouwd envin 1912 hadden opnieuw belangrijke uitbreidingen plaats, o.a. door bijplaatsing van twee stoomketels en een 200S K.W. turbogenerator. In 1914 werd de schakelinstallatie geheel verbouwd, volgens de destijds geldende nieuwste inzichten op dit gebied. ZOO GING HET STEEDS MAAR EXCELSIOR In 1915 werden twee kleine stoomketels, alsmede de beide 300 K.W. turbogeneratoren en die van 500 K.W. verwijderd. Aange schaft werd een 3000 K.W. turbogenerator, waardoor het machinevermogen werd ge bracht op 6000 K.W. In 1920 werd het machinevermogen ver groot door het bijplaatsen van een 6000 K.W. turbogenerator. In 1922 bleek voor de vierde maal uit breiding van de ketelinstallatie noodzake lijk, waarom een geheel nieuw ketelhuis, voorzien van twee machinaal gestookte ke tels werd bijgebouwd. Het oude ketelhuis bleef voornamelijk voor handbedrijf inge richt. In 1923 noopte de minder gunstige ligging van de kolenopslagplaats tot het aanleggen van een hangbaan voor het lossen en aan voelen der kolen. In 1924 werden in de machinezaal bijge plaatst twee gelijkrichters, elk van 600 K.W., noodig door de uitbreiding der ge lijkstroomlevering aan de tramlijnen. Het gelijkstroom vei mogen was daardoor gewor den 2250 K.W. In 1925/'2G werden opnieuw twee stoom ketels bijgeplaatst, terwijl ter vugr oting van de macliinecapacPMt een turb< genera 1928/"29 vastgestelde uitbreidingsplan, de op stelling van een tweetal stoomketels. Deze uitbreiding is thans nog onder handen. De daartoe noodzakelijke uitbreiding van het ketelhuis is reeds vergevorderd; het ge bouw is bijna gereed, terwijl de montage van de ketels in vollen gang is. Dit wat betreft de ontwikkeling van het jfidrijf in den loop der jaren. Thans dienen we nog het een en and/er te vermelden met betrekking tot DE DISTRIBUTIE VAN DE STROOM In de gemeente Leiden werd begonnen met een hoogspanningsnet, lang 11.5 K.M. en een laagspanningsnet lang 16.1 K.M. Aanvankelijk waren er 91 aansluitingen, terwijl gedurende het eerste bedrijfsjaar in het net werden afgeleverd 338.000 K.W.U. Stroomlevering naar de buitengemeenten begon al spoedig met de aangrenzend^ dee- len van Leiderdorp en Oegstgeest, in 1910 gevolgd door Noordwijk en Voorhout, in 1911 door Zoeterwoude.- In de volgende jaren kwamen er steeds nieuwe gemeenten bij, totdat tenslotte in 1930 Benthuizen en in 1931 Valkenburg als laatste gemeenten in het verzorgingsgebied tot algeheele electrificatie besloten, nadat reeds verscheidene jaren ook in die gemeen ten aan enkele polders en industrieën stroom was geleverd. In 1910 werd begonnen met stroomleve ring aan de N.Z.H.T.M., voor de stadstram en de lijnen Leiden—RijnsburgKatwijk/ Noordwijk. Deze stroomlevering onderging in 192/ een belangrijke uitbreiding door lcctrif'c.' e vil de door de N.Z.H.T.M. ge- cxploite^nie lijn Lriden—Den Haup—Sche- Zoo'n electrisch geschenk valt in ieders smaak. Het is hygiënisch, gemakkelijk, rein, gezond, tijdbesparend -en economisch. Werkelijk: Een electrisch geschenk is een dankbaar geschenkl Een zeer snelle groei Zooals wij reeds eerder hebben medege deeld, zal het op 15 October a.s. 25 jaar ge loden zijn, dat het bedrijf van de Stedelijke Electriciteitsfabrieken een aanvang nam. Dit jubileum zal niet officieel worden ge vierd, maar het zal daarom toch ook aller minst onopgemerkt voorbij gaan. Zoowel het 2 Octoberfeest als de Winkelweek zullen staan in het teeken van de Electriciteit en de Lichtfabrieken verleenen daaraan groote modewerking. Elders in dit Winkelweek nummer kan men lezen, waarin deze mede werking bestaat Het zal intusschen voor onze lezers in teressant zijn, ook van de ontwikkeling van liet Electriciteitsbedrijf het een en ander te vernemen eii daarom laten wij hieronder van die ontwikkelingsgeschiedenis een be knopt overzicht volgen: Met de houw van de centrale en de aan leg van het kabelnet, werd aangevangen na bet raadsbesluit daartoe van 1 Maart 1906. Als datum van den aanvang van het be drijf geldt de 15e October 1907, toen dooi de Afdeeling Leiden van de Maatschappij van Nijverheid een groote Electriciteits- tcntoonstclling werd geopend. In de Centrale waren bij den aanvang van het bedrijf opgesteld drie stoomketels en een machinevermogen van 67 2X 300 667 K.W. In 1909 had de eerste uitbreiding van het macliinevermogen plaats door bijplaatsing van een stoomketel en een 500 KW. turbo- generator, maar reeds in 1910 moest op nieuw een uitbreiding van de Centrale plaats hebben als gevolg van de snelle toe neming der stroomlevering (o.a, door de overeenkomst met de N.Z.H.T.M.). De Cen trale werd in dit jaar uitgebreid met een nieuw gedeelte kabelhuis en machinezaal, alsmede een 65 M. hoogen schoorsteen. Bij geplaatst werden 2 stoomketels en een 1000 K.W. turbogenerator; voorts 3 moförgenera- toren elk van 350 K.W. ten behoeve van de gelijkstroomlevering aan de tram. De klein ste turbogenerator (67 KW.) was intusschen uit de machinczaal verwijderd. In 1911 werd een nieuwe schakelinstal- tor van 12.000 KW. werd besteld, die in den loop van 1927 in bedrijf kwam. Een en an der ging gepaard met uitbreidingen der ge bouwen; aan het in 1922 gebouwde tweede ketelhuis werd een noordelijke vleugel aan gebouwd, terwijl de machinezaal in weste lijke richting werd verlengd. Door de opstelling van den hiervoren be schreven turbogenorator was het machine- vermogen der Centrale verdubbeld en ge bracht op 24.000 KW. Bij de opstelling van de laatste twee ke tels werd bijzondere aandacht besteed aan het voorkomen van hinder door vliegasch- vorspreiding, waartoe de kotels werden voorzieïi van het nieuwste type aschvan- gers. Een ongeveor in denzelfden tijd onderno men uitbreiding van dè schakelinstallatie was slechts als een tijdelijk middel te be schouwen, aangezien in verband met het vergroote machinevermogen dor Centrale grondige herziening en uitbreiding van de schakelinstallatie noodzakelijk was gewor den Deze vond plaats door den bouw van een 10.000 V. schakelhuis, berekend op een totaalvermogen van 50.000 KW., hetwelk in 1930 in gebruik werd genomen. De laatste tot stand gekomen uitbreidin gen zijn samengevat in een plan, hetwelk in de Raadszitting van 18 Juni 1928 werd aan vaard en hetwelk omvatte een turbogenera tor, twee stoomketels, een schakelhuis, hulp machines en verdere toebehooren, tevens ge paard gaande met de noodzakelijke uitbrei ding van de gebouwen. Deze vergrootingen werden in gedeelten uitgevoerd. Begonnen werd met bijplaatsing van nog een 12.000 K.W. turbogenerator, waartoe de machinezaa.1 opnieuw in westelijke richting werd doorgetrokken. De nieuwe turbine werd op 24 Maart 1930 in gebruik genomen; het machinevermogen der Centrale was daardoor gestegen tot 36.000 KW. Na den bouw van het nieuwe 10.000 V. schakelhuls in 1930 (hiervoren reeds geme moreerd) restte als laatste deel van het Id De beide 12.000 K.W. turbogeneratoren in de machinekamer der electriciteitsfabrieken. Exterieur van het machinegebouw van de electriciteitsfabrieken triciteitsvoorzienlng van het Zuid-Oostelijk stadsdeel .verkregen. VERDERE BIJZONDER HEDEN. In 1911 had de oprichting van den elec trischen klokkendienst plaats. De klokken- centrale werd ondergebracht in gebouw Hooigracht. Het Klokkenkabelnet was 31 December 1931 lang rond 21 K.M.; op dien datum wa ren aangesloten 93 uurwerken, waarvan 14 openbare klokken. In 1914 werd een inrichting voor Vuilver branding opgericht. Deze kwam in exploita tie bij de Electriciteitsfabriek met het oog op de stoomlevering aan de Centrale. In November 1929 werd de vuilverbran ding echter weer stopgezet, tengevolge van het Raadsbesluit tot afvoer van het stads vuil naar de Nieuwkoopsche plassen. In 1930 had do invoering plaats van het onderwijs in de electriciteitsleer in de hoog ste klassen van de lagere scholen in Leiden en een groot aantal buitengemeenten. In aansluiting aan het vorenstaande werd in Februari 1930 gehouden de O n d e r w ij &- tentoonstelling (o.a. bezocht door 5300 schoolkinderen). Tegelijkertijd werd in samenwerking met de Leidsche installateurs de Electrici- teitstentoonstelling met „E 1 e c- trisch Huis" georganiseerd. ▼▼▼VVV /ERZORGINGSGEBIEDkrSTED.LICHTFABRIEKEN, veningen en daarna, in 1925, door stroom levering (tezamen met G.E.B.Den Haag) ten behoeve van de lijn Leiden—Wassenaar —Den Haag van de H.T.M. Binnen niet al te langen tijd volgt ook de stroomlevering aan de lijn LeidenHeem stede, waarvan electrificatie onder handen is. In 1914 werd de eerste groote polder, nl. de Hazerswoudsche Droogmakerij, met een oppervlakte van 1880 H.A. aangesloten voor electrische bemaling. (Thans zijn 37 polders met een gezamenlijke oppervlakte van 15 200 H.A. aangesloten). In 1931 is het onderstation in de Cobet straat te Leiden gereedgekomen. Daardoor werd een belangrijke verbetering in de elec- richt om deze samenwerking gaande te hou den. De in Februari 1930 gehouden Electrici- teitstentoonstelling was alreeds een uiting van het samenwerken, nadat in principe hieromtrent overeenstemming was bereikt. Ter voorziening in de behoefte aan recht- streeksche telefoon-verbindingen tusschen de Centrale en verschillende punten (ondersta tions) in het verzorgingsgebied, werden tal van telefoonkabels gelegd (lengte thans rond 150 KM). Voor wederzijdsche hulpverleening in ge val van storing zijn z.g. koppelkabels gelegd, 10.000 Volt-net te koppelen met dat van de waardoor het mogelijk is, zoo noodig ons Provinciale Utrechtsche Electriciteits-maat- VE.RKLARING CD e LNGROS UE.Vt.RING I.0A3 CLECTRICITtlT ÜsGAS in ELECTRICITEIT Het tegenwoordige verzorgingsgebied van de Lichtfabrieken, omvat tende Leiden met 32 buitengemeenten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 10