Sfaafsbegroofing 1933 WOENSDAG 21 SEPTEMBER 1932 DERDE BLAD PAG. 10 V de overige bevolking. Die overige bevolking ondergaat de vermindering harer inkomsten in de particuliere maatschappij, evenals zij twaalf jaren geleden daar haar inkomsten heeft zien toenemen. Toen destijds het in dexcijfer verdubbeld bleek en in verband hiermee 's Rijks middelen ruim vloeiden, heeft niemand het een onrechtmatige be- voordeeling van het ambtenarenpersoneel geacht, dat in de wedderegeling hiermee rekening gehouden werd. Wie in die dagen zou beweerd hehl>en, dat de landsdienaren eenzijdig werden uitgekozen om de gunst der tijdsomstandigheden te genieten", zou niet voor zeer ernstig zijn gehouden. Het is niet volkomen duidelijk, waarom thans aan een daarmee evenwijdig loopende bewering van tegenovergestelde redactie een zooveel lioogere waarde zou moeten wordlen toege kond. De Regeering vertrouwt dan ook, dat de organisaties der ambtenaren van een beter, inzicht zullen blijk geven en, zich op den bodem der werkelijkheid plaatsende, de rede lijkheid en plichtmatigheid van de voorge nomen maatregelen zullen erkennen. Zij zullen daardoor het wezenlijk belang der ambtenaren dienen, immers den goeden geest en de opgewektheid bevorderen, die ook in donkere dagen ons niet behoeven te .verlaten En vooral zij, die meermalen betoogden dat in „een vlotte leeningpolitiek" het ge neesmiddel tegen de euvelen van dezen tijd ligt, behooren zich driemaal te bedenken alvorens er op aan te dringen, door allerlei kunstgrepen het crediet van den Staat te bederven en op die wijze het gevaar te scheppen, dat zelfs voor een bedachtzame leeningpolitiek de voorwaarden komen te ontbreken. Er ligt een innerlijke tegenstrij digheid in, te willen leenen voor al wat het l.art bekoort en uit de gewone middelen niet meer kan worden betaald, en tegelijker tijd te. tornen aan het eerste-rangskaraktei der Staatsobligaties. De leeningpolitiek den Staat. De Minister van Financien meent ook een enkel woord te moeten wijden aan enkele vragen, die den laataten tijd zijn gerezen nopens de leeningspolitiek van den Staat. De stelling is bepleit, dat het budget be hoorde ontlast te worden door een verlaging van de rente der Staatsschuld. Men schijnt echter wel eens te denken, dat de Staat de rente bepaalt. Niets is minder juist De over heid staat te dezen opzichte in dezelfde po sitie als de particulier en is geroepen, neer zij conventeeren k a n, dit geen dag uit te stellen. Iedere conversie, die moge- 1 ij k is, is tevens geboden. Vandaar de beide conversies in het afgeloopon jaar. De beide leeningen zijn geslaagd. Van omzetting in een leening van 4 kan echter geen sprake meer zijn, door toenmaals recente gebeurte nissen. De leening van 1 April had een volledig succes, zoodat een oogenblik overwogen is de leening van 1 Juli tegen 4% ven. Dat hiertoe ten slotte niet besloten is, bleek achteraf juist gezien, want het succes .van de tweede leening stond bij dat van de eerste ten achter. Na deze recente gebeurtenissen zal hot niet verwonderen, dat de Regeering met ze kere bevreemding zich in deze dagen door sommigen de vraag heeft zien stellen: zoudt gij niet eens tot een con- v e'r sie overgaan? De Regeering gaat altijd, in goede en in kwade dagen, tot iedere conversie over die mogelijk is. Zij heeft dit gedaan in 1928, in 1929, in 1931 en in 1932. Zij acht dit haar meest elementairen plicht, daar zij niet geroepen is aan obliga tiehouders een hoogere rente te geven dan economisch noodzakelijk is. Ook in de toekomst zal deze ge d r a g s'l ij n b 1 ij v e n g e'v o 1 g d. Er loopt op het oogenblik geen enkele leening meer, die niet te allen tijde aflosbaar is; een be ding, als bij de G leeningen van 1922, 1923 en 1924 moest worden toegestaan, dat ze respectievelijk in 10, 5 en 5 jaar niet zouden worden afgelost, is bij geen vroegere of latere leening meer 'gemaakt. Juridisch is dus iedere conversie mogelijk. De economische mogelijkheid hangt af van den rentestand, in welk verband herinnerd moge worden, dat boven de 5 thans geen enkele leening van het Rijk meer loopt en dat nog onlangs de grootste gemeente des lands heeft moeten leenen voor 5 tegen een koe re van 95%. (De koers van uitgifte van de Rijksleeningen .van 1 April en 1 Juli j.l. was 100 De 5 pet. War Loan. De jongste Engelsche conversie schijnt tot de vragen te hebben geleid. Zelfs is daarbij door enkelen de voorstelling gegeven, alsof die conversieleening een eenzijdig opgelegde renteverlaging beteekende en dus met aan tasting van contractueele rechten gepaaru ging. Hiervan is uiteraard geen sprake weest. De Engelsche conversieleening er een van gelijken aard als hier te lande in 1928, 1929, 1931 en 1932 plaats had; de oude leening werd aflosbaar gesteld met opening van de gelegenheid tot deelneming in een nieuwe van lager rentetype. Dat dit in Engeland thans slagen kon onder voor den Staat zeer gunstige voorwaarden, vindt zijn oorzaak in -verschillende daar aanwe zige omstandigheden waarop in dit verband niet behoeft te worden ingegaan. Waar het hier op aankomt, is, dat de Engelsche Re geering niet evenmin als de Nederland- sche ooit doen zal de rechten van zijn obligatiehouders heeft verkort, en dat de Nederlandsche Regeering evenzeer als de Engelsche zich te allen tijde gespitst houdt om de laagste rente te betalen die be reikbaar is. Men dringt wel eens aan op een z.g.n. ge dwongen leening (of semi-gedwongen), doch dit brengt groote bezwaren met zich. Vooreerst moet niet vergeten, dat zelfs in den oorlogstijd steeds het parool is geweest, dat de gedwongen leeningen moesten wor den uitgegeven tegen een rente, welke over eenkwam met de marktrente van den dag. Voor de toekomstige credietwaardigheid den Staat achtte men dit noodig. Streng werd hieraan de hand gehouden^ Vandaar dat in December 1914 de eerste groote lee ning ad f 275 millioen geplaatst werd tegen de toenmaals abnormaal liooge rente van 5 en dat eerst in volgende jaren, toen de oorlogswinst de geldmarkt ruim maakte en den rentestand deed dalen, tot het 4% en 4% type werd teruggekeerd. Het spreekt van zelf, dat, indien men ook thans ditzelfde parool zou willen volgen, het doel niet be reikt zou worden en men even goed het oogenblik zou kunnen afwachten, waarop .een normale conversie mogelijk werd. Het ongedekt tekort van f 22 millioen, hierboven genoemd, komt ongeveer overeen met het bedrag (f 20 millioen) dat in 1933 als extra-lust op het budget zal drukken ter dekking van het spoonvegtekort over 1932, dat vermoedelijk rond f 26 millioen zal be dragen. Dit spoorwegtekort is thans één der donkerste punten op de Rijksbegrooting. De ooreaak is een voortdurende teruggang der inkomsten, ten deele als gevolg van de concurrentie der auto's, vooral autobussen en vrachtauto's. Daarnaast komt de verplich ting, w elke voor de spoorwegmaatschappijen uit eertijds aangegane overeenkomsten be staat, vele met groot verlies werkende locaal spoorwegen te blijven exploiteeren. Een en ander is weliswaar door de crisis ten zeerste verscherpt, maar het geringe weerstands-~zal"derhalve"'grotendeels van de wer vermogen, dat het bedrijf m dezen tijd toont king van den eersten factor afhangen, in gemaakt. Maar het zal anderzijds met f 16 millioen stijgen, zoodra de gedeeltelijke stopzetting van de uitkeeringen aan het in- validiteitsfonds en het pensioenfonds moet beëindigd worden. Een en ander beduidt derhalve een toekomstig tekort van f 61 mil- Vier wegen laten zich denken ter ophef fing of beperking van dit tekort: lo. een kentering in den ongunstigen loop der mid delen; 2o. een verder gaande blijvende be sparing op de uitgaven; 3o. een verduurza ming van de op dit oogenblik voorgedragen belastingverzwaring, in dezen óf in een an deren vorm; 4o. een wegvallen van het ab normaal uit ga venaccres hetwelk begonnen de begrooting voor 1933 met f 50,9 millioen te verhoogen. Wat den vierden factor aangaat, mag in dit verband alleen gedacht worden aan de verhoogde bijdrage aan het gemeentefonds. Immers de verdwijning van het spoorweg tekort is reeds als gegeven vooropgesteld, alvorens tot het cijfer van f 61 millioen te komen. Wel mag aangenomen worden, dat over enkele jaren de verhoogde bijdrage aan het gemeentefonds zal komen te vervallen, daar alsdan de uitkeeringen, volgens de wet, opnieuw berekend zullen moeten '/orden op den grondslag \an de nieuwe opbrengst der gemeentefondsbelasting. Het budget zal hierdoor met een aanzienlijk bedrag worden ontlast. Wat de overige drie genoemde factoren aangaat, zal de derde wel nauwelijks voor •eging in aanmerking komen. te bezitten, vindt toch voornamelijk bedoelde qrnstandigheden zijn oorzaak. De Regeering is met de Directie der spoorwe gen in overleg getreden tot het voorbereiden van maatregelen om in 1933 het tekort op de exploitatie dat op de Rijksbegrooting van 19:41 zal drukken tot de geringst moge lijke afmetingen terug te brengen. Inmid dels is het denkbeeld van het in stellen van een Rijksverkeers- fonds bij de Regeering in over- wegi'n'g. 'Zij betwijfelt, of de verwachting der voormelde Staatscommissie juist is, dat een verhooging der wegenbelasting, als door die Commissie voorgesteld, het concurrentie vermogen der spoonvegert in die mate zou bevorderen, dat het hun hierdoor moge lijk zou worden, na invoering van de noo- dige bezuinigingen, hun exploitatierekening te doen sluiten. In elk geval, en ook afgescheiden van een eventueel in te stellen verkeersfonds, zal het vraagstuk van het spoonvegtekort in den eereten tijd de voortdurende aandacht van de Regeering vorderen. Met een tekort ais over 1932 geraamd moest worden, kan voor de toekomst vanzelf geen vrede worden ge- Intusschen is met de dekking van dit te kort thans hoofdstuk IX der Rijksbegrooting oor 1933 moeten worden belast en vorm! deze dekking de oorzaak, dat er een nadce lig saldo van f 22 millioen op het Rijksbud get voor het volgend jaar blijft bestaan. De jaren na 1933. king boever een verder gaande blijvende bespa ring op de uitgaven zal kunnen worden ver meden. Heel optimistisch zal men te dien aanzien niet kunnen zijn. Een verdere daling verwacht. In de eerste plaats, omdat aan de kente ring in den loop der middelen waarschijnlijk nog vooraf zal gaan een verdere daling. Met zekerheid valt dit aan te nemen ten aanzien van een der voornaamste middelen, nl. de inkomstenbelasting. De opbrengst van die belasting zal in het begrootingsiaar 1933 haar diepste punt. nog niet bereiken. De mogelijkheid bestaat natuurlijk, dat de dien tengevolge na 1933 intredende verdere terug gang van s Rijks inkomsten wordt goedge maakt door eenig herstel van de overige middelen, maar ook in dat geval zal dit her stel tenzfl het onverwachte afmetingen aanneemt dus voorshands niet kunnen strekken tot opvanging van tekorten. In de tweede plaats, omdat enkele ten vorigen jare voor den gewonen dienst inge stelde nieuwe heffingen na drie jaren af- loopen, zoodat eerlang de daaruit voort vloeiende inkomsten zullen worden gemist en een eventueele „kentering in den loop der middelen" dus allereerst dit gemis zal moeten goedmaken. De ondergeteekende zou er dan ook tegen van kinderverzorging aandacht zal worden gegeven. Volledige doorvoering van al het voren staande zal uiteindelijk een besparing van ruim 3 millioen opleveren. Bij de artikelen merkt de minister op: De inkrimping der personeelsformatie van het depa*tement zal een vermindering van uit gaven van circa 65.000 brengen. In verband met de uit te keeren wachtgelden kan voor 1933 slechts een vermindering van 35.000 worden geraamd. Ten aanzien van een in den loop van 1932 ontstane vacature in de '-oven te Amster dam en Arnhem is besloten dat voorshands tot bezetting daarvan niet zal worden over gegaan. Door de voorgenomen opheffing van zeven rechtbanken wordt voor 1933 op een vermin dering met 165.000 gerekend, door ophef fing van 48 kantongerechten op een vermin dering van 155.000. Bij de raming der begrooting is er voorts van uitgegaan, dat eenige Raden van Beroep (directe belastingen) zullen worden opge- Het voornemen bestaat om in de Rijksop voedingsgestichten voor jongens de rangen van leeraar en opvoedend ambtenaar te doen vervallen. Uitgetrokken is een bedrag van 40.000, voor verdere inrichting van het Rijksopvoe dingsgesticht Veldzicht te Avereest tot psy- chopathenasyl. Voorts is een bedrag uitgetrokken van 14.000 voor de stichting van een nieuw gebouw ten behoeve van 't grenscommissari- aat te Zevenaar, 6000 voor verderen bouw van Epnbtenaarswoningen te Veenhuizen en 5000 ten behoeve van een inrichting voor afzondering bij de tuchtschool te Montfoort, terwijl 102.000 is bestemd voor exploitatie verbeteringen. DEFENSIE Kosten van nieuwbouw 't Eindcijfers van den gewonen dienst van de ont\verp4>eg>roo<tiing van het departement van Defensie voor 1933 bedraagt f 88.569,145, voor 1932 werd toegestaan f 90.0SS,3U9, zoo dat minder wordt aangevraagd: f 7.519.164. Een termijn wordlt aangevraagd voo-r den kruiser 1930. Uit financieele overwegingen is geen vervolgtermijn opgebracht voor den flottieijeileider 1931. Een eerste termijn wordt gevraagd voor een onderzeeboot ter vervan ging van oud materieel. Het totaalbedrag, bestemd voor nieuwen aanbouw, is wederom ten einde het eindcij fer der begooting te verlagen zeer belangrijk verminderd. Thans wordt slechts aange vraagd f 1.798,800, in plaats van f 6.457,000 voo-r 1932 en f 10.408,000 voor 1931. De bedragen van het flottieljevaartuig „Johan M au rits van Nassau" en de onder zeeboot „O 16" komen gjeheel ten laste illen waarschuwen, op meervermelde 't Bij'ksbegrootLng, te zamen voor een be- kentering, alvorens zij zich vertoont en haar 1 a'ra,K van, f 250.000. omvang zich aftekent, in ruime mate wis- Dc bedragen voor den kruiser en de on- seis te trekken. waartoe een blik t op dit oogenblik Uit een en ander is wel gebleken, dat met name voor de na 1933 komende begrootingen op basis der huidige gegevens, moet worden rerekend op een tekort van f 55 millioen. j d a t naast krachtige d Daarbij is uitgegaan van de drieërlei onder-1 v a n de thans tor hand genomen stelling: lo. dat het spoonvegtekort verdwe- j versoberingsmaatregelen, nen is; 2o. dat de thans ter hand genomen j dat deze binnen den kortst moge besparingen volledig geëffectueerd zijn; 3o. j 1 ij k e n tijd hun volledig effect dat de op dit oogenblik voorgestelde fiscale jverkrijgen. noodzakelijk •erbruggingsmaatregelen zijn vervallen. ernstig onderzoek naar mogelijk- Dit laatste cijfer zal met f 10 millioen 'heden van verdere besparing. D kunnen worden verminderd, indien de(Regeering is van die noodzake- weeldeverteringsbelasting, zooals in de be- ij k h e i d overtuigden doeling ligt, tot een blijvende heffing wordt ting werkzaam. Een hoog te waardeeren goed. Maar bovendien moet er op worden gewe zen, dat de gedwongen en semi-gedwongen leeningen uit den oorlogstijd de aantrekke lijkheid van het Staatspapier ten slotte in die mate hebben verzwakt, dat, toen men na 1920 tot het stelsel van vrijwillige lee ningen terugkeerde, dit slechts mogelijk bleek niet alleen tegen een zeer hooge ren te, maar ook tegen een beding van niet- aflosbaarheid binnen een vrij groot aantal jaren, gedurende welke jaren men dus steeds aan die hooge rente gebonden bleef. Iedere gedwongen lecning heeft de ten- idenz, de toekomstige leeningcapaciteit van den Staat te verzwakken. Dit heeft steeds een bedenkelijke zijde, maar in dezen tijd meer dan ooit. Het is nog onzeker, hoe in de eerstvolgende jaren de toestanden hier te lande en in Indië zich zullen ontwikkelen. De ongerepte crediotwaardigheid van den Slaat is in deze situatie een hoog te waar deeren goed. De Ramingen der onder scheiden hoofdstukken Hieronder geven wij een kort overzicht va-n de vensóhiMend-e ramingen voor 1932 van diverse hoofdstukken der Staatsbe- grooting: HUIS DER KONINGIN Evenals in vorige jaren wordt ook voor 1933 een bedrag \an f 50.000 aangevraagd voor de voortzetting der restauratie van 't Kon. Paleis te Amsterdam. HOOGE COLLEGES VAN STAAT I 52.434 MINDER AANGEVRAAGD. Voor 1933 wordt geraamd f 1.965.789. Voor 1932 is toegestaan f 2.018.223, zoodat min der wordt aangevraagd f 52.434. BUITENLANDSCHE ZAKEN VERMINDERING VAN PERSONEELS UITGAVEN EN MATERIEELE BEHOEFTEN. Voor 1932 werd toegestaan f 4.135.840, terwijl voor 1933 wordt geraamd f 3.799.259, alzoo minder f 336.581. Verminderd worden o.a. de personeels uitgaven met f 12,228, de materieele behoef ten met f 14.635, de personeelsuitgaven ge zantschappen met f 92,398, reiskosten enz., met f 20.000, dienstuitgaven gezantschap pen met f 29.500, personeelsuitgaven consu laten met f 75.222, dienstuitgaven consula ten f 50.400, kosten van voorlichting met f 21.350, subsidie Ned. Bond in Duitschland met f 900, subsidie Ned. Scholen enz. met f 1428, buitengewone zendingen met f 10.000, Rijnvaart met f S30, Hof van Arbitrage met f 600, geheime uitgaven met f 5000. posten voor de gezanten te Athene, Caïro, Lissabon, Mexico, Warschau en Wee- nen zijn memorie-posten geworden. Tegenover de inkrimping van departe- mentspersoneel staat een verhooging van f 2500 welke aangevraagd wordt voor dc aanstelling van een commies aan de afd. Volkenbondszakcn.' Op art. 4 wordt f S000 aangevraagd voor de bezoldiging van den handelsattaché aan het gezantschap te Londen, ten einde de diensten van dezen met de plaatselijke toe standen volkomen bekende ambtenaar, op wiens behoud prijs moet worden gesteld en dic de laatste 12 jaren buiten bezwaar van schatkist werkzaam was. niet te verlie- JUSTITIE Concentratie der rechtspraak. De raming voor 1933 bedraagt 27.157.454 of 1.946.439 minder dan voor 1932 werd toe gestaan, in hoofdzaak tengevolge van de con centratie van de rechtspraak door opheffing van zeven rechtbanken en acht en veertig kantongerechten en voorzieningen om de rechterlijke werkzaamheden zoo efficient mogelijk te doen zijn (uitbreiding van den unus judex in burgerlijke zaken; facultatief- stelling van de civiele conclusie van het O. M.j leeftijdsgrens). De concentratie van rechtspraak zal mede tot bezuiniging leiden bij het gevangenis wezen (opheffing van huizen van bewaring) en bij de kinderbescherming (cencentratie Voogdijraden). Verdere bezuinigingen. Verder komt in aanmerking de afschaffing van den dienst van deurwaarders in straf zaken, het vervangen van het stelsel van ex- ploiten door mededeelingen door bemidde ling van den postdienst. Bij het gevangeniswezen is door de reorga nisatie van den dienst der Rijkswerkinrich tingen opheffing van de gestichten te Hoorn en Gorinchem reeds een besparing erkregen. Ook bij het Rijkstucht- en Opvoedingswezen door de opheffing van het Rijksopvoe dingsgesticht te Avereest bereids verminde ring van lasten bereikt. Intusschen zal een erdere terugbrenging van de inderdaad zeer hooge uitgaven van dezen dienst worden ver kregen door de personeels-formatie in die ge stichten, evenals vroeger bij die der tucht scholen te doen aansluiten. Afgezien van de inwerkingstelling van de jeugdgevangenis te Zutphcn, die naar schatting voor 1933 een- bedrag van 200.000 zou hebben gevergd. Totale besparing van 3 millioen. De kosten ter zake van ondertoezichtstel- linn- van minderjarigen, die de laatste jaren zich in steeds stijgende lijn bewogen, en, on danks door den minister getroffen maatrege- ook in 1932 het daarvoor uitgetrokken bedrag zullen overschrijden, heeft de minis ter voorshands niet willen schrappen, in het rtrouwen, dat van de zijde der kinderrech ters begrepen zal worden, dat deze uitgaven binnen enge grenzen zullen moeten worden gehouden, wil niet bui ten werk ingstelling an de thans bij ondertoezichtstelling moge lijke bijzondere voorzieningen onvermijdelijk zijn. Voorts zal een voorstel tot wijziging van het tarief van gerechtskosten in strafzaken worden ingediend, teneinde de zeer belang rijke stijgh.g, die deze post in de laatste ja- m heeft vertoond, terug te brengen. Tot vermeerdering van inkmsten kan wor den tegemoet gezien een ontwerp tot wijzi ging der gratis procedure in burgerlijke za ken, terwijl voorts voorzieningen in overwe ging zijn betreffende de invordering van ge rechtelijke boeten, en aan opvoering, zooveel mogelijk van het verhaal ter zake van kosten derzeebooten „K XVIIXVIII", te zamen voor een bedrag van f 1.548.S00, komen voor die helft ten laste van de Rijksbegroo ting en worden v>oor de andere helft uit de begrooting van Nederlandsch-Indië aan de middelen in Nederland gerestitueerd. Opheffing werf te Hellevoetsluis Het ligt in het voornemen van den Mi nister de Rijikswerf te Hellevoetsluis te sluiten, aangezien de tot dusver aldaar ge woonlijk plaats hebbende werkzaamheden door de Rijkswerf te Willemsoord kunnen worden overgenomen, hetgeen tot een niet onbelangrijke besparing zal leiden. Te dien einde is een bedrag uitgetrokken ten einde de werf te Willemsoord voor het overne men dier werkzaamheden in staat te stellen Opnieuw herhalingsoefeningen. De maatregel, in 1932 in verband met den toestand van 's lands financiën genomen, om de herhalingsoefeningen bij de zeemacht op zeer beperkte sohaal te houden, kan voor 1933 niet weder worden genomen. Om deze reden zijn thans weer gelden aange vraagd om deze oefeningen mogelijk te ma- De hieraan verbonden kosten worden op f 913.600 geraamd. Wat er bezuinigd wordt. De verminderingen op verschillende pos ten zijn in hoofdzaak gevonden kunnen worden: a. door vermindering van jaarwedden, toelagen e.d. krachtens het K. B. van 29 December 1931 en door vermindering van de soldijen; b. door vermindering van ambtenaren en contract-arbeiders bij het Departement bij het loodswezen en door afvloeiing overcompleet komend personeel bij die Ko ninklijke Marine c. door nieuwen aanbouw en nieuwen aanmaak zooveel mogelijk te beperken inzonderheid den aanbouw van nieuw* schepen tot een zeer gering bedrag terug te brengen: d. door lager ramen van de materieel- artikeden, zooveel mogelijk overeenkomstig de voorstellen van de oommissie-Welter (15 pet. korting); e. door lager ramen van de posten reis- en verblijfkosten en subsidies, mede over eenkomstig de voorstellen van de commis sie-Wel ter; f. door wijzigingen im de vredessamenetei liaig van de wapens en dienstvakken jij de Koninklijke landmacht, te weten: 1. Infanterie: concentratie der opleiding door de dienstplichtigen van 8 regimenten te doen opleiden bij de 16 overige regi menten. Opheffing van de beide stormscbolen. Op heffing van de normaal schietschool als zoodanig. Beperking van de samenstelling der school voor res.-officieren der infanterie. Vermindering van het getal kapiteins, toegevoegd aan de iinideelings-districts-com- m and anten. Artillerie: Opheffing van het le regi ment onbereden artillerie. Opheffing van twee treinafdeelingen. Reorganisatie der artillerie-brigades door geconcentreerde mobilisatie-voorbereiding bij de brigade-staven en door concentratie der opleidingen bij de regimenten veldartil lerie, gepaard gaande met opheffing van één der drie schoolhatterijen. Korps pontonniers en torpedisten: Be perking van het schippers- en machine kamer-personeel. 4. Opheffing van den Rijkspostduiven- dienst. i. Wijziging van de taak van ien direc teur van het materieel der landmacht en samenvoeging van diens functie met de be trekking van hoofd van de IVe afdeeling B het Departement. 6. Wijziging in het beheer der artillerie- magazijnen. 7. Vermindering met een dirigerend paardenarts en een paardenarts der le of 2e klasse. g. Door geen oefeningen op grnnte schaal onder leiding van commandant veldleger te houden en den duur van de herhalings oefeningen met vier dagen te verkorten, h. opheffing van het marineetablisse ment te Amsterdam vam het deel <ler in richting bestemd voor de ontvangst cn de verzending van goederen van cn naar Ne- derlan dsch-In di De uitgaven voor de besohermir.g van Curacao eisohen 'n bedrag van f 596.277. Wat den kapi taaldienst betreft wordt voor 1933 aangevraagd f 251.00(1. Voor 1932 werd toegestaan f 404.000. Zooi at thans mi'ndeir wordt aangevraagd f 153.000. KOLONIËN Minder aangevraagd ƒ194.029 Voor 1932 werd toegestaan f6.159.269; voor 1933 wordt geraamd f 5.965.24Q, zoodat min der wordt aangevraagd f 194.029. Minder is uitgetrokken f96.071 voor kos ten van het departement, in verband met salariskorting, personeelsinkrimping en een bezuiniging op de materieele behoeften met 15 pet; en f132.713 voor uitgaven ten be hoeve van Suriname, hoofdzakelijk een ge volg van bezuiniging op de militaire uit gaven door formatiebeperking, salariskor ting en besparing op de materieele be hoeften. ONVOORZIENE UITGAVEN 50.000 uitgetrokken In 1931 is hiervoor f 19.281.94 noodig weest De onzekerheid omtrent het bedrag der onvoorziene uitgaven doet het wensche- lijk achten ook voor 1933 weder f50.000 uit te trekken. Vestingstelsel Aangevraagd wordt f6100 (tegen f17.400 voor 1932), waarvan f4250 als vijfde termijn voor verbouwing en uitbreiding van het telefoonnet in de vesting Holland. Staatsmuntbedrijf Voor Nederland is uitgegaan van een blanco muntprogram, terwijl voor Ned.-In- dië valt to rekenen op de aanmunting f 10 millioen aan rijksdaalders en van f 10 millioen aan guldens. Het verliessaldo wordt geraamd op f 66.734, waarvan een vierde ten laste van de Neder- Jandsche en de rest ten laste van de Indi sche geldmiddelen. Gerekend wordt op een uitkeering van het rijk wegens het geraamd nadeelig saldo groot f169.532 (tegen f103.150). De opbrengst van den vischverkoop in de vischhallen is geraamd op f 10.000.000, het geen uitkomt op een retributie voor den ver koop van de visch van f200.000. Tot dusver bleven de uitkomsten over de jaren 1931 en 1932 *ver beneden de verwachtingen. Meer dan de helft van de te IJmuiden thuisbe- hoorende stoomtreilers is uit de vaart geno men en de resultaten welke bereikt worden door de nog in de vaart zijnde treilers, zijn van zoodanigen aard, dat er voorloopig nog geen uitzicht is, dat van de opgelegde sche pen opnieuw in de vaart zullen komen. Staatsmijnen. In verband met de ongunstige vooruitzich ten is voor 1933 geen uitkeering aan het Rijk als dividend op hot aandeelenkapitaal ge raamd. Fonds Tiendwet Het Tiendfonds zal in 1933 ontvangen f977.000, waarvan f313.000 benoodigd is voor de rentebetaling aan 's Rijks middelen. Het fonds zal voorts een bedrag van f659.000 op het uit 's Rijks middelen strekte voorschot kunnen aflossen. Burgerlijk Pensioenfonds De raming bedraagt f260.184.162 voor den gewonen dienst en nihil voor den kapitaals- dienst. De Regeering had gaarne de beschikbare! reserve van het Invaliditeitsfonds zien aan gewend voor de verbetering van de wettelijke voorzieningen in het bijzonder van de ouder-| domsvoorziening. Zij heeft echter gemeend] de totstandkoming der voorgedragen wets wij-I zigingen te moeten bevorderen, omdat naar haar overtuiging anders het reeds bestaande in gevaar zou worden gebracht. Wat de pensioenwetgeving voor burgerlijke! en militaire ambtenaren betreft, omvat het wetsontwerp een voorstel: a. tot verruiming van de mogelijkheid tot verhaal der bijdragen voor eigen pensioeoJ b. tot vermindering van de annuiteit, be1 doeld in artikel 1GS a der Pensioenwet 1922,! voor de jaren 1933 en 1934 tot 2S.400.000. VERLICHTING VAN SOCIALE EN PENSIOENLASTEN WETSONTWERP INGEDIEND Een wetsontwerp is ingediend, met de strekking om te komen tot een tijdelijke verlichting van de lasten, welke krachtens de sociale verzekeringswetgeving en de pen sioenwetgeving voor burgerlijke en militaire ambtenaren thans op het Rijk drukken. Met betrekking tot de sociale verzekerings wetgeving wordt in de eerste plaats voor gesteld om gedurende de iaren 1933. 1934, 1935 en 1936 de Staatsbijclrage als bedoeld in artikel 20 der Invaliditeitswet, waarin een bedrag van vier millioen voor administratie kosten voor de uitvoering van de in die wet geregelde verplichte invaliditeits- en ouder- doms verzekering is opgenomen, met dat be drag te verminderen. Daarnevens zullen gedurende de jaren 1934 1935 en 1936 de kosten van verzending van dienststukken betreffende de Invalidi teitswet niet ten laste van het Rijk gebracht worden. In de derde plaats wordt voorge steld om gedurende de jaren 1933, 1934, 1935 en 1936 eveneens de kosten van de bezoldi gingen van de voorzitters van de Raden van Arbeid en de kosten van den Verzekerings raad tot een bedrag van 342.425 gulden voor het dienstjaar 1932, niet ten laste van het Rijk te doen komen. Vorenbedoelde kosten zullen gedurende die jaren gekweten worden uit het Invaliditeitsfonds. De gelukkige omstandigheid, dat het In validiteitsfonds beschikt over oen reserve, welke op ruim 30 millioen gulden kan wor den gesteld, maakt het mogelijk om gedu rende de jaren 1933, 1934, 1935 en 1936 deze lastenvermeerdering van het Invaliditeits fonds op te va,.gen, door deze reserve. Al dus wordt het mogelijk om de vermeerdering van lasten voortvloeiende uit het brengen ten laste vart het Invaliditeitsfonds van de administratiekosten, van de kosten van ver zending van dienststukken en van de kosten de Raden van Arbeid en den Verzeke ringsraad te zamen tot een bedrag van 4.7S5.000 voor de jaren 1933—1936 uit de in het Invaliditeitsfonds aanwezige reserve te dekken. Daarmede zou derhalve zijn ge moeid een bedrag van 4 maal genoemd be drag, in totaal een, bedrag aan reserve van rond 12 millioen gulden. Voorgesteld wordt dat laatste bedrag te doen aanwenden tot het verkrijgen van een tijdelijke vermindering van de Staatsbijdrage en artikel 20 der Invaliditeitswet voor de jaren 19331936 met drie millioen gulden per jaar. Als verderen tijdelijken maatregel 6telt het wetsontwerp voor om de" Staatsbijdrage ex art. 4 der Ouderdomswet 1919 te verminderen over de jaren 1933 en 1934 en 5.370.000 per jaar. Ten slotte is voorgesteld gedurende de ja ren 1933, 1934, 1C35 en 1936 de kosten van het College van Toezicht ten laste van de be- drijfsvereenigingen te brengen. In totaal brengen de in het wetsontwerp vervatte voorstellen betreffende de sociale erzekeringswetgeving een lastenverminde ring van voor 1933 13.176.925; voor 1934 13.170.925; 1935 7.806.925; 1936 7.S06.925. INVOERRECHTEN EN BIERACCIJNS WETSONTWERP TOT VERHOOGING VAN DE HEFFING MET 30 OPCENTEN INGEDIEND Een wetsontwerp is ingediend tot tijdelijke heffing van opcenten op alle invoerrechten en op den accijns op bier alsmede van het tarief. Voorgesteld wordt tot 31 December 1933 30 opcenten te leggen op het tarief van invoer rechten. Daar zonder nadere aanduiding opcenten de'hoofdsom plegen te volgen, zal de op brengst der voorgestelde opcenten ten goede komen aan de gewone middelen, met uit zondering van die op Zuidvruchten, welke ten bate van het Leeningsfonds zullen strek ken. De bate voor den gewonen dienst zal zijn ongeveer 22.5 millioen; die voor het Leeningsfonds 5 ton. Er is aanleiding gevonden voor wat de ac- accijnsen betreft de voorgenomen éénjarige opcenten uitsluitend toe te passen op den bieraccijns. Van de heffing van 30 opcenten op dien accijns wordt de opbrengst verwacht van 3.6 millioen. De gezamenlijke bate van het ontwerp voor den gewonen dienst is derhalve te stellen op rond 26 millioen. Opgemerkt moge nog worden, dat de op- centen op het tarief van invoerrechten auto- matisah mede van toepassing zullen zijn op het invoerrecht op benzine. Hoewel het voor nemen bestond dat invoerrecht niet verder te verhoogen. kan tegen dit uitvloeisel van het ontwerp, naar de meening der Regeering overwegend bezwaar niet worden gemaakt, nu zij heeft afgezien van de door de Com- missie-Weiter voorgestelde verhooging van de wegenbelasting voor vrachtauto's en auto bussen. Na invoering van het onderhavige ontwerp ware de mogelijkheid niet uitgesloten, dat de invoer van complete gemonteerde auto rijtuigen in die mate zou dalen, dat de op brengst der van deze voorwerpen geheven invoerrechten, de opcenten inbegrepen, eene daling inplaats van eene stijging zou toonen. In verband hiermede wordt thans voorgesteld, van de voornaamste onderdee- len (motoren, motorrijwielframes en auto- chassisramen) een gelijk invoerrecht (15 pet. der waarde plus opcenten) te heffen als voor complete motorrijtuigen en om voor de overige onderdeelen het recht gelijk te ma ken aan dat (6 pet. plus opcenten) hetwelk ook van overeenkomstige onderdeelen van andere vervoermiddelen zooals aanhangwa gens, spoorwagens en rijtuigen, geheven wordt. Voorts is het raadzaam de tot nu vrijge stelde tractors als automobielen te belasten, omdat verschillende tractors hoe langer hoe meer het karakter van gewone automobielen of automobielchassis aannemen. GEMEENTEFONDSBELASTING 1 EN VERMOGENSBELASTING VERHOOGING AANTAL OPCENTEN Ingediend is een wetsontwerp met boven-1 gemeld doel, ter tijdelijke versterking van de inkomsten van het Gemeentefonds. Bijzon derheden bevat de in dit blad opgenomen Millioenennota. STORTING IN RESERVEFONDS Verschenen is een wetsontwerp tot stor ting van het batig saldo van den gewonen dienst der Rijksrekening van het dienstjaar 1930 in het Resservefonds, ingesteld bij de wet van 19 Dec. 1931 en toevoeging van een deel van dat fonds aan de middelen van den gewonen dienst der Rijksbegrooting voor I "193. Ter toelichting verwijst de minister naar de Millioenennota van het vorige jaar en deelt hij mede dat het reservefonds na deze storting bevat 569.241.33%, vermeerderd met hetgeen het tekort over 1931 zal blijven beneden het cijfer, dat naar de voorloopig bekende uitkomsten, daarvoor geschat wordt. Blijkens de ervaring zal dit wel een bedrag van eenige millioenen zijn, maar met zeker- I heid kan toch reeds aangenomen, dat de aanvankelijk gedachte opzet voor 1934 niet ten volle zal kunnen worden gehandhaafd, J OFFICIEELE BERICHTEN teed het bouv plantkunde der iv hooge school te Wa- erd ingeschreven door en Beekhof to AVage- plaata hebben. ONDERSCHEIDINGEN ls toegekend de aan de Orde van Oraaje- assau verbonden eere-medallle, ln zilver aan: H. Brouns, A. Leplat, A. Broers, R. J. Thi- on en J. Sak; en in brons aan P. AI. v. Leeuwen CONGRES TE MADRID Bij K. B. is benoemd tot gedelegeerde van de bij het - Nederlandschi otologie, rinologie >t 30 Sept. 1932 te Madrid yngologie. dat DEP. VAN ECON. ZAKEN EN ARBEID Bij K. B. is benoemd tot referendaris bij het ïpartement van Economische Zaken en Arbeid, d heer G. J. Teppema, te Den Haag. REKENKAMER NED. INDIË Bij K. B. is aan den beor W. V. Smeets, de Alg. Rekenkamer in Ned. verzoek, eervol ontslag uit verleend, onder dankbetuiging lnagdurige diensten, door hem Indië, op lands die a den lande bewezi Bij beschikking van den minister van lie is de lult. ter zee dor le kl. J. G. dJenende bij de ondorzeedienstkaj nsoord, ter beschikking gesteld: Will. Is de 1 Zadolhoff. seedlenstkazort

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 10