II HET NEDERLANDSCHE El 19PINSDAG 20 SEPTEMBER lbo. TWEEDE BLAD PAG. 5 ECONOMISCHE PROBLEMEN HET BELANG ERVAN VOOR ONZE WELVAART 2.500.000.000 EIEREN PER JAAR Eet begint in breede lagen door te drin- jn, dat de boer moet worden gesteund om |et ten onder te gaan. Wij aanvaarden die eunmaatregelen, omdat wij 't in ons hart kbillijk vinden, dat wij goedkoop de agra- £che producten kunnen koopen, terwijl wij eten, dat wij bij elk ei, bij elke hap eten m boer onbewust bestelen. Zijn zelfkosten brden niet door de gemaakte prijzen goed- pnaakt; integendeel hij holt zienderoogen jhteruit en bleef deze verhouding lang be- aan, dan zouden heel wat boeren van hun •ond worden gezet en tot pauperisme wor- m veroordeeld. Gelukkig grijpt onze Re- kering steeds meer in en bij elke nieuwe igeling heeft zij zich ervaring eigen ge laakt, opgedaan bij vorige experimenten. Jjlkens weet men dus nieuwe en betere jéger te bewandelen; telkens bemerkt men juten, die kunnen worden hersteld en elke bij een nieuwe wet angstvallig wor- >n vermeden. Zoo zullen wij op den duur •n behoorlijke crisis-wetgeving krijgen, laarbij de lasten niet op den Staat worden [gewenteld, maar op hen, die het onbillijke jordeel genieten van te kunnen koopen gen prijzen, die buiten elke billijkheids- Drm staan. Wij leeren die wetten kennen; wij spreken u over crisis-toestanden in den landbouw, iaar van de werkelijke verhoudingen weet massa zoo goed als niets af. Dit geldt ik voor het Nederlandsche ei. 's Morgens kn het ontbijt verorberen wij af en toe, [hangende van het aardsche slijk, dat men ezit, min of meer versche eieren; moeder e vrouw bakt en kookt er mede en er zijn teinig gerechten, waarbij eieren niet annex jjn. Doch dat is dan ook het eenige, wat B groote men ervan weet! De groote rol van het ei iToch speelt het Nederlandsche ei in ons fedrijfsleven een buitengewoon groote rol. loor 1907 waren wij een eieren-invoerland, t dat jaar begon de opbloei van de pluim- feeteelt, die zóó groot geworden is, dat in crisis-jaar '31 niet minder dan 1.374.544.000 luks eieren méér werden uit- dan inge- oerd. De invoer is belangrijk afgenomen; eze bedroeg in 1931 slechts 4.640.000 stuks h hieruit kunnen wij opmaken, dat bijna pies. wat wij zélf verbruiken aan eieren ok door het eigen land wordt geleverd, [oewel geen cijfers van d'e binnenlandsche ier-consumptie bekend zijn, mag men deze jch veilig boven het milliard stuks aan- men en dan zouden wij als totaal-produc- e komen tot een goede 2Vz milliard eieren er jaar. Nemen wij als gemiddelde prijs in lormale tijden 5 cent per ei (wat o.i. te hoog voor hetgeen gemiddeld aan den boer in lormale tijden wordt uitbetaald) dan komen tij tot een totaal eieren-omzet in geld van 025 millioen. Voorwaar geen klein bedrag! Doch ook door den tusschenhandel is 't tederlandsche ei van groot belang. Voor en export werken buiten die particuliere sporteurs ook de coöperatieve veilingen, die ten deele als exporteurs optreden, doch wat den binnenlandschen handel betreft, blijft er een niet onaardig bedrag in de handen van de tusschenhande'aren achter. In dit verband zullen wij niet dieper op de algemeens problemen van den tusschenhan del ingaan; deze kunnen veel beter onder werp worden van een aparte studie, want het verschil tusschen groot-handels en detail-prijzen geldt niet alleen voor eieren. De seizoendrukte bij de kippen De kippen leggen in de maanden April tot eind Juni het best en het meest; de groote overvloed van eieren in die maan den beïnvloedt de prijzen, terwijl deschaar- sche eieren-leg in den winter zou leiden tot exorbitant hooge prijzen in dien tijd. De handel tracht te eigen bate regelend op te treden, door in de goedkoope maanden groote kwantiteiten eieren op zijde te leg gen, deze in koelhuizen tot den winter te bewaren en ze in het schaarscho seizoen tegen een zoet winstje te slijten. De tempe ratuur in de koelhuizen wordt voortdurend op circa 1 a 2 gr. vorst gehouden; in den winter is het koelhuisei 'niet noemenswaar dig in kwaliteit achteruitgegaan en de han delaar verdient gewoonlijk een flinke marge tusschen den lagen kostprijs van destijds, vermeerderd met de koelkosten en den ver koopsprijs in den winter. Een ieder is hier mede gebaat. De boer, doordat in de willige maanden April tot eind Juni 't prijsniveau nimmer té laag daalt-, juist omdat de han delaar dan voor zijn koel-eieren in de markt isde koelhuishouder, omdat hij een flinke winst kan behalen in 't minst drukke seizoen en de consument ,die zijn winter- eieren op nog betrekkelijk gunstige voor waarden kan koopen. Er zijn ook nog andere rpanieren om eie ren te conserveeren; men kan ze in de kalk leggen (kalk-eieren), doch er zijn nog zoo veel andere middelen om eieren tot het winter-seizoen te bewaren, dat wij er in dit verband niet verder op in zullen gaan. In het algemeen lijdt de kwaliteit er wél onder vandaar, dat in verhouding tot de versche en koelhuis-eieren het kalken een onder geschikte plaats inneemt. van de kij naar de maag De weg, die het ei aflegt, vanaf het mo ment, dat de kip het kakelend op 't boeren erf deponeert en het oogenblik, dat de lek kerbek zijn ommelette zit te verorberen, is lang en belangwekkend. Vooral, wanneer 't ei bestemd is voor den export, want het export-ei is een troetelkind van de regee ring. Het ei -voor de binnenlandsche con sumptie moet grootendeels zijn eigen weg maar vinden, maar het buitenland mag nimmer weifelen in de kwaliteit van het geen de Nederlandsche pluimvee-houder hem voorzet. Het Rijkspluimvee-instituut in Beekber- gen bij Apeldoorn maakt nauwgezette stu diën van hetgeen een goede legkip behoort te weten, in allen geval- zijn baas. Nagegaan wordt, wat er gedaan moet worden om de kip sterk en gezond te maken, wét leiden kan tot de gróótst mogelijke eier-productie en op welke wijze het voedsel, dat die kip moet worden toegediend, tegelijkertijd goed koop eri efficiënt kan worden. Is het beest op de beste wijze verzorgd, dan komt het ei in observatie. Het wordt aan alle kanten bezien, belicht en gekeurd; het moet aan verschillende eischen voldoen, alvorens de particulier of de-eier-veiling 't waardig keiirt om aan den man te worden gebracht Daarna wordt het op spéciale wijze gemerkt, zoodat men elk moment kan nagaan, wannéér de eieren gelegd zijn en aan welken boer ze hebben toebehoord! Versche eieren worden weer anders ge merkt als de koelhuiseieren en deze kunnen of moeten weer onderscheiden worden vap de kalk en kunstmatige geconserveerde pro ducten. Er komen dan ook weinig klachten en de klachten die er worden ingediend, worden uiterst zorgvuldig onderzocht Voornamelijk Duitschland jn onze voornaamste eier-afnemers. In 1930 werden er in totaal voor f 61.250.000 aan eieren geëxporteerd, en wel f53.960.000 aan versche eieren en f 5.522.000 aan koelhuis eieren. Aan kalkeieren en op andere wijze geconserveerde eieren werd voor f 1.768.000 naar het buitenland verzonden. Hieronder geven wij den export in 1930 naar enkele landen in 1000 kilogrammen; versche eieren kalk totaal Duitschland 50888 3432 eieren 918 55229 Engeland 21260 3081 1354 25695 Argentinië 3048 3048 België 735 60 14 809 Zwitserland 97 97 Brazilië 26 26 Frankrijk; X 13 14 Natuurlijk bestaat er een kans, dal ons ei op een gegeven moment verdrongen wordt door andere buitenlandsche; doch dit zal nimmer kunnen geschieden, omdat deze goedkooper zijn. Hoogstens zullen er chau vinistische redenen toe bestaan. Ons ei is goedkooper dan de meeste buitenlandsche en wel, doordat de boeren in onze voor naamste eier-streken, op en rondom de Vel uwe Barneveld is als eier-centrum wereldberoemd zoo goed als geen behoef ten kent, uiterst sober is, niet drinkt en geen vermaak zoekt en vanaf den vroegeh morgen tot den laten avond zonder knechts en met vrouw en kinderen, bezig is op den akker. Hij verbouwt rogge en haver om zelf te eten en zijn vee te voederen; hij heeft varkens, die hem tot voedsel dienen, terwijl de overtollige biggen worden verkocht; hij heeft een enkele koe, die hem van melk voorziet en waarvan 't restant in de dichtst- bijgelegen plaats verkocht wordt; hij poot aardappelen ten deele voor eigen gebruik, ten deele om als consumptie-artikel op de dichtstbijgelegen markt te verkoopen. Het geen hij in „geld" noodig heeft is gering, want hij koopt slechts kleeren, kruideniers waren en andere ondergeschikte benoodigd- heden, terwijl hij natuurlijk ook de belas tingen in geld heeft te voldoen. De rest brengt hij op de spaarbank en hij vindt, dat er malaise heerscht, wanneer hij daar heen niets kan brengen. Een stadsmensch vindt de toestand slechts somber, wanneer hij van zijn te-goed moet gaan halen; de boer d'enkt anders. Onder zulke omstandig heden kan het ei niet veel kosten; het groot ste gedeelte is winst; de kip pikt zijn graan tje op het erf; zijn aanschafwaarde wordt tendeele genivelleerd door de slachtwaarde, wanneer hij een goed jaar gelegd heeft, ter wijl het bij-voedsel het eenige is, wat de boer moet zien terug te verdienen wil hij zijn werkelijk uitgegeven gelden terug ont vangen. De rest is winst! En. steeds is de pluimveeteelt een winstgevend bedrijf ge weest voor hem. die het risico over meer dere artikelen heeft verdeeld. De boer op den zandgrond heeft, zooals gezegd, buiten zijn landbouwproducten, een paar varkens enkele koeien en kippen. Hij heeft het nog zoo slecht niet, zijn sobere levenswijze in aanmciking genomen. De „eierfabriek" Anders is 't met de model-kippenhouderij. Velen van deze eigenaren zien in een kip een soort van eier-perpetuum-mobile. Hij geeft wat voerde beesten loopen kake lend rond en gelijk de loopband in het ge wone industrietle proces, rollen de eieren er aan den anderen kant uit In werkelijk heid Ls het niet zoo eenvoudig. Kippen zijn „kippelijk" wij zouden bijna „mensche- lijk" willen zeggen en krijgen ziekten, gaan soms ontijdig dood en dan is de eier fabriek gestipt Ook krijgen ze kuren; heb ben den rui-tij'd, waarin zij niets leggen; of produceeren aan wraarde minder dan er door hun keelgat naar binnen verdwijnt De gewone boer heeft geen extra-kosten van arbeid; de heesten loopen toch op het erf rond en zij kunnen in een moeite met de andere gevoederd worden. In een model- kippen-liouderij echter dient personeel te zijn, waarvan de onkosten geheel op de familie Kukeleku rusten. Het is hiermede zoo goed als niets gedaan. Zij zullen moeten verdwijnen, tenminste, wanneer de eier- prijzen niet door de een of andere reden speciaal naar boven gaan. Het is de sobere boer, die,het Nederlandsche kippenei tegen de groote gevaren der concurrentie kan be schermen. Toch Is onze Regeering in het begin van dit jaar bang geweest, dat de boer ook aan de eieren verlies zou hebben. Vandaar, dat zij steunmaatregelen heeft overwogen. Tal van experts hebben hierover gedacht en het heeft vrij lang geduurd, alvorens den Haag de juiste hulp vermeende te hébben gevon den, Deze zcu bestaan in het opkoopen van circa 100 millioen eieren in den leg-tijd bij uitnemendheid April tot en met Juni welke eieren zouden worden gekoeld, en in de wintermaanden geliquideerd. De Regee ring ging van de veronderstelling uit, dat de particulieren niet voldoende zouden dur ven koelen uit vrees door de stage prijs daling er een groote strop aan te hebben. Vandaar, dat de Regeering deze vrijwillig door do handelaren op zich genomen taak, tijdelijk wilde overnemen, zoodat de lage eierprijzen in de goedkoope maandenerdoor zouden worden verbeterd. Maar door het lange delibereeren, ging de mooiste legtijd voorbij zonder dat er iets gedaan werd. De particulieren dorsten niet te koelen uit. vrees, dat de regeerings-caprio- len zoo weinig logisch zouden zijn. dat alle eieren op hun kop zouden gaan staan, ter wijl de Regeering met haar wets-ontwerp gereed kwam, nadat de kip haar officieele super-legtijd had beëindigd. De particulie ren, die anders circa 125 150 millioen eieren in het koelhuis brachten, zetten dit jaaF maar een 30 millioen stuks op zijde, terwijl de Regeering, instede van 100 mil lioen eieren er slechts 4 millioen tegen de limite-prijzen kon bemachtigen. Hieruit blijkt, dat de steun niet noodig was geweest tenminste niet voor het loopende jaar. Wat het volgende jaar zal brengen, is nu nog niet te zeggen. Wel bestaat er een kans, dat wij in den komenden winter heele dure eieren zullen zien, want er zijn een 100 mil- lien koelhuiseieren .te kort, terwijl .de kip pen, hoe gaarne zij het algemeen belang zouden willen dienen, dien achterstand niet zullen kunnen in-leggen. De particuliere handelaren zullen wellicht aan het kleinere gekoelde kwantum méér dan anders ver dienen, terwijl het publiek het eier-gelag zal hebben te betalen. De Regeerlngs-eieren De Regeering bepaalde, dat de regeerings- eieren (die voor de regeering gekoeld zou den worden) opgekocht zouden worden in de eier-veilingen en niet op de markten dan wel bij particulieren. Dit heeft eenigszins kwaad bloed gezet, alhoewel ten onrechte, omdat de controle op de veilingen gemak kelijker en beter is. De particulieren ver dienen hun geld door de winst-marges, die zij kunnen behalen en of de eierprijs laag of hoog is, dit deert hen over het algemeen niet, mits het bij verkoop te behalen surplus zoo groot mogelijk is. Of de particulieren nu aan de Regeering verkoopen of niet, doet weinig ter zake. Toch heeft deze bepaling de kwestie der coöperatieve eierveilingen naar voren gebracht; immers de laatste jaren begint de coöperatieve idee meer en meer veld te winnen en de particulieren zien dit ongaarne. Wij gelooven echter niet, dat er voor de particulieren groote gevaren in deze beweging steken. Zij houden elkander in toom en zij nivelleeren elkanders exces sen. De coöperatieve eierveilingen zijn door de verschillende coöperatieve landbouwver- eenigingen gesticht; zij koopen de eieren in verzamelplaatsen op, laten deze voor reke ning van den boer naar de dichtstbijzijnde veiling brengen, waar ze worden gemijnd. Een week gewoonlijk na de veiling wordt t netto-provenu met den boer verrekend. De particulier houdt er ook verzamelplaatsen op na, berekent geen verzendingskosten naar de dichtstbijzijnde veiling en betaalt onmiddellijk het verschuldigde uit na af sluiting van den koop. Bij den particulier weet de boer direct, waar hij aan toe is, terwij! hij bij de veiling moet afwachten, wat hij zal kunnen maken. Beiden hebben hun vóór en tégen, doch wanneer de parti culiere firma zijn relaties goed bedient, be hoeft er geen sprake van te zijn, dat hij zijn cliënten zal verliezen. ROFFELRIJMEN. Pracht kracht-congres Het Utrechtsche Congres der SDAP? heeft op bewonderenswaardig snelle wijze het rapport.Weiter be handeld. en zön houding bepaald voor de binnenlandsche en koloniale politiek, alsmede Inzake de crisis maatregelen; dit alles i--' BINNENLAND. CONSULAIRE DIENST Bö K.B. ls de heer Udo von Bonln erkend toegelaten als vice-consul van Duitschland Venlo, voor het gedeelte der provincie Limburg benoorden de spoorlön VlodropRoermond Weert en haar voortzetting tot de grens met de provincie Noord-Brabant. De gewone audiëntie met den minister koloniën zal op Vrijdag 23 September a.s. niet plaats hebben. ONDERSCHEIDING Bö Kon. besluit is toegekend de aan de Ordi van Oranje-Naseau verbonden eere-medaille, li zilver, aan: A. Nienhuis. werkmeester bö de N.V. Amsteriamsche Chininefabrlek te Am Josephus Jltta te Den Haag op zijn verzoek Delft zal aanvaarden. jnderi heid. Over j bj) de Arbeiders pers ging het minder vlot en mlndes eenstemmig. Niks geen kunst: een land regeerenl Zéker niet voor de Partij Die zfn Paaschcongres besteedde Aan de ketterjagerij. Wat een sprekerswat een moties Wat een kostelijke tijd Eischte niet dat peuterige, Kleine beetje broederstrijd; En zie daar nu tegenover 't Snelle, zekere succes Van het prachtig-eensgezinde Kalme Utrechtsche congres: Al wat Welter in een boekdeel Van rapporten heeft gezegd Is met cijfers en bewijzen In een uur-of-ivat weerlegd Heel de diepe wereldcrisis En zijn invloed op ons land Zet men in papieren moties Resoluut in juist verband; Heel de politiek van Holland, Van de Oost en van de West, Wordt op ééne voor-de-middag Zeer solide vercongresd; Op de functies-cumulatie Ging een pietsje zwaarder wijf* Niemand geeft er graag een baantjef Dat hij eenmaal heeft, weer. prijs Evenzoo: de loonsverlaging Bij de groote roode krant: Discipline eischt de doofpot Voor het consequent verstand.mm 't Is hier weer: de landsbelangen Worden vroed en vlot betracht; Over eigen kleinigheden Wordt wat langer nagedacht Prijzen wij de groote snelheid, 't Kloek verstand, het wijs beleid Waarmee ons de roode leiding Door de moeilijkheden leidtl (Nadruk verboden.). LEO LENSf LANDMACHT Bö Kon. besluit ls op zön verzoek met 1 Oct. a.s. eervol ontslagen uit den militairen dlensB kolonel J. G. Tinbergen, commandant van het korps luchtdoelartillerie. Is benoemd met 1 October tot commandant van het korps luchtdoelartillerie lult.-kolonel T. de Iongh, van dat korps, en tot majoor bö dat korps kapitein A. J. Maas van dat korps3 Is benoemd bö den staf van het wapen der artillerie tot majoor-magazönmeester de kapl- teln-magazönmeester N. Versteeg van dien staf i is met 1 Januari wegens het bereiken van den pensioengerechtigden loetftöd eervol ont slagen de cartograaf bö de afd. hydrografie van t departement van Defensie C. Craandük; ls benoemd tot reserve-majoor bö zön tegen woordig regiment de reserve-kapitein T. J. H. Steur, van het Te regiment veldartillerie. De tioeede brug over de Roer te Roermond op den hoofd- In de conferentiestad Stresa werd tijdens een historisch feest Navoleons Terugkeer naar het Lago Maggoire" uit weg RoermondMaastricht wordt afgebroken en ver- gebeeld. Boerinnen bigden keizerin Eugenie bloemen aan vangen door een nieuweHet afbranden der pijlers. - Ruïne van een Fransch vliegtuig, dat vlak bij het vliegveld Croydon ver ongelukte. De piloot werd gedood Koningin Catherine van Ar agon filmt Koning Hendrik VIII tijdens de pauze van het openluchtspel te Sandown. Den Oden September had op de East River te Neiv-Torfc een ernstige ontploffing op een stoomschip piaats, waarbij 38 personen gedood zeer-velen gewond werden. De plaats des onheils; dc gezonken boot steekt nog uit het water. Onthulling van het monument te Mont Rem- mei voor de 5206 Fransche soldaten, die op Belgischen bodem begraven liggen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 5