BETEEKENT KWALITEIT Spionnage in den grooten oorlog VERSCH GEKARND L 0 cl per half ponds pakje VRIJDAG 1 JULI 1932 WAT ER TE ZURICH TIJDENS DEN OORLOG VOORVIEL vin x) Den normalen bewoner van een der landen die aan directe deelneming aan den oorlo- ontjcwamen, schijnt het bijkans ongeloof lij! te vernemen wat er gedurende den oorlogs tijd op het neutrale, dus onschendbare ge bied is voorgevallen. Vermoedelijk zal geen der oorlogvoerende partijen dit verontschul digen, anders dan met een beroep op het geen.... de tegenstander deed. De ligging zoodoende van Zwitserland, veel meer dan Nederland tusschen de oorlogvoerende partijen ingeklemd, veel meer door zijn Fransch en Duitsch sprekende gedeelten in twee kampen gescheiden, was weinig aange naam. Men kan er dan ook zeker van zijn, en verhalen van ooggetuigen bevestigen dit, dat de Zwitschersche politie gedurende ge- heeLden oorlog een ongewone waakzaam heid aan den dag heeft gelegd. Wat intus- scjien niet wegneemt, dat zoowel Genève als Luzern, zoowel Bern als Zurich centra van splgpnage wfren, waarheen de boden naar de verschil lende landen gingen en vanwaar zij kwamen centra ook in dien zin, dat schijnbaar on schuldige persoonlijkheden er met de groot ste en blijvende aandacht werden gadege slagen. Men denke maar eens aan dat treffende vefhaal van het schijnbaar vreedzaam uit ziend echtpaar, de man van Engelsche af- koinsW de vrouw van Duitsche, die in een eenvoudig hotel te Luzern verblijf hielden en de draden van de Duitsche contra-spionnage in geheel die omgeving in handen hielden. Totdat zij door een bekwaam agent van de Intelligence Service op een dwaalspoor wer den geleid, cn de man zich, in een onbeg-ij pelijk go. (1 vertrouwen, naar Engeland be gaf, vanwaar hij nimmer tot zijn vrouw is weergekeerd; men denke ook maar eens aan wat zich aan voorgeschiedenis van defaitis me, voor Frankrijk bestemd, in Zwitserland heeft afgespeeld. En men zie er aan den eqnen kant de ligging van Genève, bijkans tegen Frankrijk aanleunend; aan den ande ren kant die van Ziirich, zoo gemakkelijk vanuit Duitschland bereikbaar, maar eens op aan. Het is zelfs de vraag of niet verschillende personen, in dienst van de spionnage, zich iri een dergelijke stad nauwelijks veilig gt voelden. Handige ontvoeringen zijn te allen tijde mogelijk gebleken. Men zou geneigd zijn datgene wat van zoodanige spionnageverhalen tot ons komt, als pure fantasie te beschouwen, wanneer het niet met zoo absolute zekerheid, met het aanwijzen van personen en adressen werd .vermeld. Te Zürich heeft de spionnagedienst van de geallieerde landen geheel een drukkerij ingericht, waar zoogenaamd valsche num mers van een vooraanstaand Duitsch blad, als hpedanig de „Frankfurter Zeitung" werd gekozen, werden vervaardigd. Het was aan den geallieerden spionnagedienst ter oore gekomen, dat vanuit een Zwitsersche fa briek, zeer nabij de grenzen gelegen, munitie zendingen, die natuurlijk niet veroorloofd waren, plaats hadden. Dit geschiedde onder dekking van groote palkken couranten, die natuurlijk slechts de vlag voerden voor deze bedenkelijke lading. Het heet, dat men er ven den kant .van dezen dienst -niet tegen opzag, om geheel de fabriek In de lucht te doen springen, welke ontploffing, als waarschuwing be doeld, echter slechts korten tijd hielp. Ophieuw gingen deze zendingen voort en toen besloot de geallieerde dienst om er gebruik van te maken door schijnbaar echte Duitsche couranten, die intusschen een de- faiüstisdhen inhoud hadden, naar binnen te smokkelen. Met behulp van bewame jour nalistieke adviseurs worden valsche num mers van de „Frankfurter Zeitung" gezet, gedeeltelijk met juisten, gedeeltelijk met on- juisten inhoud, en het zijn deze nummers, waaivan foto's ter beschikking staan, die in vrij groot aantal aan de Duitsche bevolking in handen werden gespeeld, en waarin Duit sche berichten over overwinningen werden x) VII stond in ons blad van 8 Junï. omgezet in nederlagen. Niet minder dan 22 clerïoUjke nummers van de „frankfurter Zeitung" zijn op deze manier gedruis, m verscheneneigenaardig is het, dat, niet- tcenstaande Je oplage van deze nummers niot zoo heel gerief was, een volledige serie ervan, wellicht slechts in een enkele biblio theek en vermot-'elijk in' de archieven van de Intelligence Sendee in Downing Street is terug te vinden Dat men en dit volkomen wederzijds niet opzag tegen de ergste maatregelen, bewijst de diefstai, die ten nadeele van den Oostenrijkschen Consul-Generaal te Zürich werd gepleegd. Men wist natuurlijk heel goed, dat in handen van dezen Consul-Gene raal belangrijke geheimen waren. Om het nu mogeink te maken hem deze te ontfut selen, werd een inbraak met diefstal beraamd. De Consul-Generaal werd geduren de enkele uren van zijn bureau verwijderd; een nagemaakte uitnoodiging van een der militaire attachés van het Oostenrijksehe gezantschap te Bern bracht hem op een bepaald uur in het Hotel Baur au Lac, waar de telefonische boodschap van den bewusten officier reeds was ontvangen, dat hij zich eenigszins had verlaat In dienzelfden tijd waren de mannen van de Intelligence Service aan den gang, zulks onder leiding van den in het burgerlijk leven als eerwaardig groothandelaar in zijden artikelen fungeerenden bewoner van de Usteristrasse. Een Italiaansch mede werker was op het spoor gekomen van een nieuwe vinding voor het verbreken van sloten. Met den portier van het consulaat had men niet zoo heel lang moeite; in den korten tijd, die ter beschikking stond, werd geheel de brandkast leeg gehaald, en vond men een lijst van Jtaliaansche spionnen, die in Oostenrijkschen dienst werkten, de bewijs zen van het complot dat de „Leonardo da Vinei", een der grootste kruisers van de Italiaansche vloot tot zinken had gebracht en tal van belangrijke gegevens betreffende Oostenrijksehe spionnen in Zwitserland. Het was goed, dat met spoed werd gewerkt, want toen de Consul-Generaal bijkans twee uren vergeefs op zijn militairen vriend had gewacht, king er plotseling een schok van wantrouwen door hem heen. Dringend belde hij het Oostenrijksehe gezantschap in Bern op, en vernam daar van den officier zelf, dat hij in Bern was en dat er van een uitnoodiging zijnerzijlds geen sprake was. Geen tijd verliezende, ging de Consul- Generaal in allerijll naar zijn bureaux terug; vond deze geheel overhoop, de brandkast open. In een oogwenk begreep hij de ver antwoordelijkheid, die men op hem zou leggen; de schande, waaraan hij werd over geleverd, en het snelle besluit nemende, dat in die dagen een ieder voor oogen moest staan, nam hij een revolver uit zijn bureau en schoot zich «door het hoofd. Het schot was nog niet in de verte weggestorven of reeds kwam de Zwitsersche politie, door den portier van het Consulaat gewaar- schufwd toesnefllen omvast te stellen dat zij het spoor der inbrekers zoo goed als zeker niet zouden kunnen vinKiën. En dc groothandelaar in zijden artikelen in de Usteristrasse ging door zijn agenten uit de verschillende deelen van Zwitserland en het buitenland te ontvangen en zette steeds opnieuw zajn onschuldigst denkbare gezicht Een ongelukkig telefoongesprek. Een anderen keer beraamde de Intelli gence Service in alle kalmte een diefstal in het postkantoor te Bern. Men bégrijpe het goed: de Intelligence Service bleef als altijd op dien achtergrond; de agent, die de orders van den dienst uitvoerde, werd van valsche Amerikaansche papieren voor zien en zou, werd hij gesnapt, bekennen, dat het hem om aangeteelkende zendingm met geldswaarde te doen was. Maar hij slaagde buitengewoon gemakkelijk in de hem gegeven opdracht, ziulks tengevolge van mindere waakzaamheid van het perso neel. En zoodoende kon worden vastgesteld, dat eep zekere Jean Guillaume Metz oogen- schijnlijk een kamerdienaar zonder mesr, die zijn heer van twijfelachtige afkomst naar Biarritz was gevolgd, en die een iet wat on/voorzichtig telefoongesprek had ge voerd, een schakel van verbinding vormde tusschen die Duitsche spionnage in Spanje en in Zwitserland. Via Frankrijk, en dit in vollen oorlogstijd, gingen en kwamen de berichten, en wellicht zou dit nog langen tijd zoo zijn gegaan, indien niet dit onge- WAT BROEIT ER IN DUITSCHLAND BEIEREN EN HET RIJK (Van onzen Duitschen correspondent) De Beiersche staatsregeering geniet over het algemeen bij haar onderdanen weinig populariteit. In dezen staat Beieren niet alleen. Ook in de meeste andere Duitsche landen hoort men de bevolking tekeer gaan tegen hen, die voor een bepaalden tijd het staatsbeleid in handen hebben. Op zichzelf is dat niet zoo heel erg en meestal verklaar baar: sedert eeiiige jaren komt 't er voor iedere regeering immers op aan, den alge- meenen nood zoo goed en zoo kwaad moge lijk te verdeelen en er zorg voor te dragen dat niemand tegen haar regeling meer op poneert, dan de staat kan verdragen. Een minder gelukkige verdeeling van de onder linge zorgen draagt er vaak toe bij, dat de sympathie voor een bepaalde regeering iot het nulpunt daalt Bovendien komt ds staatsburger, die zich in zijn objectiviteit niet door fanatieke partijpolitiek laat beïn vloeden, somtijds tot de gewaarwording, dat er tegen den toenemenden nood weinig doelmatige maatregelen zijn getroffen; een reeds lang voor wenschelijk gehouden her vorming van het bestuursysteem laat op zich wachten; de economische maatregelen, welke de onzinnige tegenspraak tusschen gebrek en overvloed in het eigen land bin nen bepaalde perken brengen, blijven uit Geen wonder, dat de moedeloosheid hier bij velen overgaat in vertwijfeling en de agita tor. die va® deze omstandigheden handig gebruik maakt, grooten toeloop krijgt Verspeelde sympathie teruggewonnen. De Beiersche staatsregeering heeft den laatsten tijd weer wat van de door haar verspeelde sympathie teruggewonnen en wel door haar systematisch vasthouden aan het uniformverbod. Daar komt nog bij, dat het oer-Beiersche gemoed graag overhoop ligt met de „Saupreussen", speciaal met de lukkige telefoongesprek, dat natuurlijk af geluisterd werd, had plaats gehad. Op een bepaald punt op de Spaansche grens gingen de boodschappers over; de documentor, werden naar de Duitsche spionnage-cen- trale te Barcelona gebracht en vandaar via Zweden in Duitschia.fd geïntndu< errd. 0.' wel, zij kwamen uit Spanje en gingen via Frankrijk naar Zw;'tserland op even ge vaarlijke en avontuurlijke wijze. De diefstal in het postkantoor te Bern bracht de Fransche veiligheidsdienst op het spoor van den Argentijn, te Marseille ge vestigd, die blijkbaar loerde op den onder gang van den Franschen kruiser „Kléber". Maar met spoed werd hij gevat, door den krijgsraad ter dood veroordeeld, welk von nis als zoovele andere, bij het kasteel van Vincennes werd voltrokken. De verrader troostte zich met het feit. dat hij Argentijn was en dus zijn vaderland niet had ver raden. Een praatzieke huzaar. Met dit resultaat niet tevreden, werkte de Intelligence Service verder teneinde den overgang over de Spaansch-Fransche gren zen op het spoor te komen. De agenten van den dienst troffen in Tarbes een praat zieken huzaar aan, dielniet alleen duidelijk te verstaan gaf, dat hij van plan was te deserteeren, maar die zelfs den wveg ver klapte, waarlangs de ontvluchting zou plaats vinden. De mannen van de Intelli gence Service posteerden zich op dien weg, maar eep irgewè\dig onw.eer maakte het den. spionnen mogelijk te passéeren zonder dat zij het bemerkten. Zij gingen hen na, doch toen zij hen inhaalden waren zij redds op Spaansch gebied. Echter, er was nog geen douanepost, en de geallieerden ontzagen zich niet op de Duitsche spionnen een hevig geweervuur te openen. Dat leidde tot ette lijke slachtoffers, die van hun kostbare documentenschat wedden beroofd. Niet min der dan 50 geheime fotografiën van het Fransche front vielen de Intelligence in handen, modellen van het nieuwe gasmas- ker, van de nieuwste mitrailleurs, en tevens geheel een serie van gewichtige diploma tieke documenten. De praatgrage huzaar ontmoette voor den krijgsraad de mannen, met wie hij zich in de herberg te Tarbes zoo aangenaam had onderhouden, opnieuw. Hij werd voor zijn verraad met den kogel gestraft en hij stierf zonder ook maar een oogenbü'k be rouw te hebben getoond. „Berlinem". De diepere oorzaak van zijn verzet ligt in een eigenschap, die speciaal door ons volk kan worden begrepen: de Beiersche staatsburger laat zich niet graag onnoodig uit zijn „Königlich hayerische Ruhe" brengen, wenecht zijn rust niet ge stoord te zien door het demonstreeren en marcheeren van geüniformeerde politieke groepen en partijen. Niet slechts de Beier- sche volkspartij en de van haar afhanke lijke socialisten, het overgroote deel der Beiersche bevolking vraagt zich af, waarom in een tijdperk van interne spanning en ver deeldheid de straat voor zulke bedenkelijke doeleinden moet worden vrijgegeven? Het feit, dat de opheffing van het S.A.-verbid over gansch Duitschland aanleiding gaf tot bloedige vechtpartijen tusschen de natio- naal-socialisten, communisten en andere re volutionairen, was voor de Beiersche regee ring, die uit bittere ervaring weet, wat een „Putsch" beteekent, gegronde aanleiding zich tegen de maatregelen van de rijksregee ring te verzetten. München bezit het circus Krone, dat niet zoozeer door de halsbrekende toeren van acrobaten en geregelde bokswedstrijden als wel door de vergaderingen der nalionaal- sooiailasten tot ver buiten Beieren bekend heid geniet. In München bezoekt men met gemengde gevoelens het Hofbrauhaus, waar von Kahr in 1923 tegen wil en dank ja moest zeggen op alle eischen van Adoll Hitier en ondanks het mislukken van dezen veldslag, nog wel onder medewerking van generaal Ludendorff, werd in München het Bruine Huis neergezet als een blijvende herinnering aan de heldendaden va® Adolf Hitler en zijn generalen staf. Het optreden van Hitler In het stampvolle circus Krone riep de leider der machtigste partij pas dezer da gen zijn geestdriftige toehoorders toe: „Ik weet, S.A. en S.S. mannen, hoe het in jullie harten brandt, ik zie jullie gebalde vuisten en weet, dat jullie allen denkt: wij behoe ven eleaht6 toe te grijpen, om onze tegen standen® te verpletteren! Maar ik weet ook dat cLit reoht ons nog ten deel valt, wan neer de staetsmaoht is weggespoeld, dan zal het onze taak zijn, deze etaatsautoriteit te heratellen! Wij zullen hard en snel hande len; Ik wensch dezen strijd niet Laat ook onze tegenstanders zulk een 6trijd niet wen- sohen en moge het rijk kracht bezitten, hem niet noodzak edfjk te maken!" Met zulke zinewendingen zweept Hitier sedert tien jaar zij® aanhangers op tot razernij, maar hij vergeet, dat revoluties in den regel haar organisatoren hebben weg gespoeld! Berlijn vodgt met toenemende spanning den gang van zaken in Beieren. Hier vond de uitvoerige brief, die doo den minister president Held aan Von Hindenburg werd gezonden, algemeene instemming. De rijks- president tot wien Held steeds in vriend schappelijke relatie 6tond, heeft dit schrij ven persoonlijk beantwoord en men kan aannemen, dat het aan duidelijkheid voor dat van Held niet onderdoet Hindenburg ,zail stellig alles doen, wat binnen zijn ver mogen ligt, om een conflict tusschen de Zuid Duntedh-e staten en het rijk te verhinderen, tevens zal hij er den nadruk op gelegd héb ben, dat de rijkeautoriteit door alle staten, dus ook door Beieren, ndet aangetast mag worden. Zelfs het feit, dat de Beiersche .landdag het beleid van Held met groote meerderheid heeft goedgekeurd, zal aan deze zienswijze van Hindenburg weinig ver anderen. Wat zal uit dit alles voortvloeien? Men kan begrijpen, dat Hdtler het prestige zijner partij en zijner persoonlijkheid voelt aangetast door het energiek optreden van dén Beieradhen premier: dicht in de buurt van het Bruine Huis zetdlt een zijner felete tegenstanders. Voor zijn SA.- en S-S.^man- nen was dat een gegronde reden, de ven sters van Held6 woning met steenen te bombardeeren. Voor Dr Goebbels wa6 het een eereede aanwending, in het Berlijnsbhe Sport- palaet woeste bedreigingen tegen Beieren de zaal in te smijten. De taal der nationaal- socialistische organen wordt met den dag uitdagender en wie de Duitsche volksaard niet goed kent, drie krijgt den angstaanja- ge nden indruk, dat men in Duitschland vlak voor een bloedige omwenteling staat. Reeds ziet men Hdtüer door het Brandenbur ger Tor marcheeren en houdt men het ndet voor uitgesloten, dat Hindenburg het Ber- lijnsche Babyion verlaat, om zijn toevlucht in Hannover te gaan zoeken. Nam niet de voormalige kroonprins de vorige week in Periebeng een Staalhelm-parade in volile ZIJ KON HAAR HAAR NIET KAMMEN. Verlamd door rheumatfek. „Twee jaar lang leed ik aan rheumatiek en verleden jaar om dezen tijd werd ik 10 weken bedlegerig. Mijn handen en armen waren het ergst aangetast. Ik kon er niets mee doen. Ik kon mij niet wasschen of mijn haar kammen; dat moest allemaal voor mii gedaan worden. In 't begin van dit jaar be gon ik met eiken morgen Kruschcn Salts te nemen en het doet mij genoegen te kun nen zeggen, dat ik nu weer heel goed hen en in staat mijn huishouding te doen. ter wijl ik in het slechtste weer uitga zonder dat het mij schaadt". Mevr. P. K. Rheumatiek wordt veroorzaakt door een teveel aan urinezuur in het lichaam. Twee bestanddeelen in Kruschen hebben het ver mogen urinezuur op te lossen, zoodat het dan gemakkelijk uit het lichaam kan wor den verwijderd. Andere bestanddeelen in Kruschen helpen de natuur dit opgeloste urinezuur door de ingewanden en nieren te verwij deren. Weer andere ingrediënten voorkomen het gisten van het voedsel in de ingewanden en voorkomen daarbij niet al leen de vorming van urinezuur, doch ook van andere onzuiverheden die het bloed ver giftigen en den weg vrij maken voor ver scheidene ziekten. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten k f 0.90 en f 1.60 per flacon. (Adv.). uniform af en hoort men niet verteilen, dat de voormalige keizer een kapitaal bedrag voor de Hitl-er-partij beschikbaar zal ©tellen, wanneer Hitier hem toestaat, zich. in Coburg metterwoon te vestigen? Het i© geen geheim meer, dat Hitlier tij dens zijn besprekingen met jhr Von Gayl den staat van beleg heeft verlangd, in geval de Zuid-Duitsohe staten zich tegen de op heffing van het unifoimverbod blijven ver zetten. Uit begrijpelijke overwegingen werd deze eisch door Von Gayl van de hand ge wezen. ZuLk een staat van bèleg zou juri disch gemotiveerd moeten worden door ar tikel 48 van de grondwet, maar hoe kan men zich op dit artikel beroepen, wanneer even tevoren noodverordeningen verschij nen, welke hierop gebaseerd zijn? Wurtenberg, Baden, Saksen en een deel van Pruisen en Hessen zijn 't met München eens: de opheffing van het uniform verbod is voor Duitschland een ramp. De voorgeno men opheffing van het demonstratieverbod zal de strijdlustigheid der extremen bevor deren. Een noodverordening, welke van de protesteerende Zuid-Duitsche staten gehoor zaamheid verlangt ten opzichte van het rijk, zal deze interne wanverhoudingen eerder erger dan beter maken. Zal men in Berlijn ter twaalfder ure misschien nog gewaar worden, dat het voor ganeoh Duitsdhiland beter is, naast den rijksweensoldaat en den* agent van politie geen geüniformeerden Duitschei- vooralsnog te dulden? Zal de rijkeregeering Von PapenVon GaylVon Schleger nog bij machte blijken, aan zulk een doortastende maatregel de noodige kracht bij te zetten? Radio Nieuws. VRIJDAG 1 JULI Cooo.ru» Hilversum VARA: So)isten*wi«Ut i KRO: Orkest W a- - Londen R.: Orkest Parljs-E If f e I: Omroep-ortteat Da ven cry: Militair orkest Huizen KRO: G-r&moXoo&niUSiak Hilversum VARA: Grawofooonm*ttk L.iioieo, Catu.u», Hut zen KRO: Causerie over Valkeafcut* Huizen KRO: LwxJ- en tumkftu*- HuTzen KRO: „Verkoopster*, verkeopere H il ve r sum VPRO: „Likerssd relUfleu* IPRO: Cursus „Oud-Tls- iren" Politie- ea P»ri»»H«ïtll Hulzen KRO: PoUtleberlctoten I Huizen KRO: Persberichten Hilversum VPRO: Persberichten Hllv l Hllv Hu iz ZATERDAG 2 JULI Coooertent sn KRO: Morgencont 12.20 Kal undborg: Strijkorkest en try: Orgelconcert zen KRO G-ramofoonmuxiek versum VARA: Trio Brookhouee v e r 9 u m VARA: Trio versum VARA: Kinderkoortje sen HIRO: Gramofoonmuniek zen HIRO: Gramofoonmuzlek v e r e u m VARA: Huismuziek zen HIRO: Gramofoonmuzlek ilgswusterhausen: Concert ïersum KRO: Gramofoonmuzlek gen berg: Veaperooncert zen KRO: Gramofoonmuzlek i.rsum VARA: Volkslieden R.: Cor l Hllv KRO: rroolSJke i VARA: Beo te Avond KerkJleosten. •\U, 10.00 Hilversum VPRO: Morgenwijding Lezingen, Cnranesen tah 16.30 Hulzen HIRO: „De practljk der diepen- bescherming 18.10 Huizen KRO. Weekoverzicht 18.30 Hilversum VARA: Literair halfuurtje 19.10 Huizen KRO: Onder de Eskimo's KiDternartjei ett» Politie- en Perz barl«ht«« e n KRO: Politieberichten e n KRO: Politieberichten KAPITEIN KLAKKEBOS GAAT NAAR AMERIKA 39. Maar door het mooie uitzicht, dat hij gedurende zijn luchtreis had, was hij gauw over den eersten schrik heen. En toen hij eindelijk boven aankwam, over den rand keek en daar zijn oude vrienden weer zag, was hij den koning te rijk. „Kiekeboe!" riep hij „daar ben ik weer!" Net had hij evenwel kiekeboe gezegd, toen hij opeens aschgrauw van schrik werd. Want daar kwam opeens de heer weer aanhollen! 40. Brr! De professor en de jongens lieten één, twee, drie het touw los en holden weg. En daar hing de arme kapitein nu, zich doodelijk benauwd vastklampend aan den rand van den vreeselijken afgrond, terwijl de beer hem grommend aan stond te gapen, elk oogenblik gereed om hem te verslinden. „Ik ben benieuwd hoe lang ik dat onthoud!" dacht de stakker sidderend. Langzaam ma*r zeker voelde hij de aarde onder zijn vingers losraken en afbrokkelen (Wordt Maandag vervolgd). blue banq DE VAL VAN KONSTANTINOPEL Door LEWIS .WALLACE Naar het Engelsch door ALMA !(89 L Met Haar en zijn gansche gevolg ging hij naar de loofhut, waar de Boeddha zat en zwoer dat de we reld geen vrede zou vinden, en daar verzocht hij den Boeddha, en dreigde hem met behulp van een legioen duivelen... De dochters, zoo lezen wij, werden tot straf veranderd in oude vrouwen en de demonen vermochten niets hoe vermoeid zij ook waren... en Mara vlood tandenknarsend, terwijl de Boeddha zachtkens rustte onder een regen van hemel- sche bloemen. De Vorst zag de vergadering rond en zedde: Te oordeelen naar mij zei ven zal er wel niet één onder u zijn, of hij denkt aan den tekst: Toen werd Jezus door den Geest geleid in de woestijn om verzocht te worden door den duivel en aan dien anderen tekst: Toen ging de duivel van hem uit en de engelen kwamen en dienden hem. Waarlijk, Heer, was niet de Geest dezelfde Geest, en zorgde hij niet in beide vleeschwordingen voor zich- zelven? Nu zocht de Vorst een andere zinsnede in de ról, en spitste onderwijl de ooren, of hij ook iets kon opvangen. De toehoorders haal den diep adem en rustten van hun ingespan nen luisteren. Toen snrak de Keizer: Ik bid u, Vorst van Indië rust een weinig. Dit is een zeer vermoeiend werk voor geest cn lichaam beide. Met het oog daarop liet ik Ververschingen gereed maken voor u en de?e mijn andere gasten. Is dit niet het daarvoor geschikte oogenblik? De Vorst boog eerbiedig en antwoordde: Waarlijk, Uwe Majesteit heeft een koninklijk hart; maar ik bid u, doe mij de gunst en hoor mij aan, totdat ik dit punt zal afge handeld hebben. Daarna wil ik zeer gaarne van uw goedheid gebruik maken, om als dat afgeloopen is, en uw geduld en welwillend heid zulks toelaten, mijn rede te hervatten en ten einde te brengen Zooals gij wilt Gij boeit ons zeer. Maar als deze mijn woorden geen weerklank vin den in de harten van alle hier aanwezigen, dan staat het hun vrij bij de pauze heen te gaan. Bij deze woorden wier hij een koelen blik op den staanden monnik. Deze hief als eenig antwoord het kruis beeld nog meer omhoog. De Vorst, die inmiddels de zinsnede ge vonden had, vervolgde: Het zou mij niet passen, Heer, den schijn aan te nemen alsof ik u onderwijzen wilde, u, en dit gezelschap, zoo ervaren in do Evangeliën, vooral in de dingen die de Gezegende der latere Vleesch- wording, Christus, gesproken heeft. W weten allen dat de Geest, voor wien hij zoo wel woning als mond was, op aarde kwam om de mensehenereld te redden van zonde en hel. Wij weten ook wat hij van haar eischte. Datzelfde deed de Boeddha. Hoort wat hij tot zijn discipelen zegt: Ik zal u een weg van Waarheid leeren, de Spiegel der Waarheid genaamd. Als een uitverkoren disaipel dien bezit mag hij yan zichzelf voor spellen: De hel is voor mij vernietigd, herboren te worden als een dier, of geest, bestaat voor mij niet meer. Ik ben bekeerd. Ik ben niet langer vatbaar om herboren te worden in een lijdensstaat, en ben er van verzekerd eindelijk behouden te zullen wor den. Uwe Majesteit vraagt: zal de paral lel nimmer eindigen? Nog niet Want de Boeddha deed ook wonderen. Hoor slechts: De Gezegende kwam eenmaal Oangs de Gan ges, die buiten haar oevers getreden was. Die met hem waren wilden oversteken, en zochten naar booten of houtvlotten, en som migen van hen maakten een vlot van mande werk. Maar op een gegeven oogenblik was de Gezegende van deze zijde der rivier ver dwenen, en stond aan den overkant met al zijn volgelingen. Dit verhaal wekte eenige beweging. De Vorst legde de rol wegen zei: Zoo ook, Heer, was de Boeddha gewoon wanneer hij in een vergadering kwam de kleur der aanwezigen aan te nemen, hij, die zooals u bekend is, van zijn geboorte de kleur van blinkend goud had. Dan vraagden zij die hem hoorden en niet kenden: Wie spreekt daar? Een mensch of.een God? Daarop verdween hij uit hun oogen. Even wonderbaar was zijn zuivering van het water dat troebel gewor den was omdat er vijfhonderd wagens door heen gegaan waren. IJij was dorstig, en op zijn verzoek vulde zijn metgezel een beker, en zie, het water was helder en smakelijk. Nog treffender; toen hij stervende was beef- j de de aarde, en donderslag op donderslag deed zich hooren, en de geesten stonden in j dichte scharen toe te zien, en hij zag ze, of- schoon zij onzichtbaar waren voor zijn leer-1 lingen; en toen tenslotte het laatste eerbe-| toon zijner vijfhonderd broederen aan zijn voeten gelegd werd en de brandstapel ge reed was, vatte hij vanzelf vuur, en er werd van zijn lichaam niets gevonden, geen stofje asch, alleen de beenderen voor reliquieën. En toen alles afgeloopen en het lichaam verbrand was, daalden stroomen waters uit den hemel, en andere stroomen ontsprongen uit de aarde en bluschten het vuur. De paralled eindigt in de wijze van sterven. De Boeddha koos zichzelf tijd qn plaats, en de omstandigheden van zijn heengaan waren in overeenstemming met zijn hemelsch ka rakter. Nooit werd de dood in schooner ge daante aanschouwd. De tweeling-Sèlaboo- men, een aan het hoofd van zijn legerstede, de andere aan het voeteneind, bestrooiden hem, ofschoon het niet de tijd van bloeien was, met hun bloesems, en uit de wolken viel, als een fijne regen nnerler van sandel hout, en de atmosfeer trilde van mu? Maar hij, wiens ziel was de Geest, de laatste vleeschwording, de Christus... De Vorst hield op, de kleur week uit zijn gelaat en hij greep zich aan de tafel vast om niet te vallen. Alle aanwezigen stonden verschrikt op. Helpt den Vorst! beval de Keizer. Twee der naastbijstaanden boden hem hun hulp aan, maar met inspanning van alle krachten sprak hij óp natuurlijken toon tot hen: Dank u, goede vrienden, het is niets. Darop zei hij luider: Het is niets Heer, het is reeds voorbij. Ik wilde er nog op wijzen hoe geheel andera het sterven van den Christus was, en daarmede eindigt de pa rallel tusschen hem en den Boeddha, als Zonen van God. En nu wil ik met goed vinden van Uwe Majesteit uw gasten niet langer afhouden van de ververschingen. die hen wachten. Men bracht hem een stoel, en toen hij ge zeten was verscheen een gansche stoet livrei bedienden met een collajion. Binnen korten tijd was de Vorst weer ge heel hersteld. Het noemen van den Heiland in verband met zijn dood, had hem plotse ling het tooneel'der Kruisiging voor oogen gesteld, en liet aanschouwen van htt Kruis en den Kruiseling was hem voor een ougen- blik te veel geweest. ACHT-EN-VEERTIGSTE HOOFDSTUK Hoe het nieuwe geloof ontvangen we?J. Het zou voor den Vorst van Indië beter geweest zijn als hij het vriendelijk aanbod om een oogenblik pauze te houden, niet had aangenomen. De holoogige monnik, die hem staande had-aangehoord met het kruisbeeld omhoog, was niemand anders dan George Scholarius, dien wij in het vervolg Genna- dius zullen noemen de naam waaronder hij in de geschiedenis bekend is. Gennadius dan, wel verre van gebruik maken van Zijner Majesteits verlof om heen te gaan, ging van stoel tot stoel om allen geestelijken iets in te fluisteren. Hij gebruikte niets; zijn woor den waren weinige, zijn houding was hoogst ernstig en het was zeer zeker zijn schuld dat de voldoening, waarmede de Vorst na de pauze elke plaats bezet zag, vergald werd door de dreigende blikken, die hem van alle kapten werden toegeworpen. Zijn radend vermogen deed hem terstond begrijpen, dat hier een voor zijn doel scha delijke invloed aan 't werk geweest was, een omstandigheid te opmerkelijker, omdat hij zijn plan nog niet ontvouwd had. Zoodra de Vorst zijn plaats weer ingeno- j men had legde hij den grooten Joodschen Bijbel voor zich, sloeg hem open en schikte er de andere geschriften omheen, alsof hij aan zijn hoorders te kennen wilde ge dat in zijn schatting deze laatste van ijünder belang waren. Majesteit, en Eerwaardige Heeren, ba- gon hij, met een diepe buiging voor den Keizer, de volledigheid van don parallel die ik tusschen den Boeddha, Zoon ven M4y» en Jezus Christus, Zoon van Maria, tri, zou tot de onderstelling kunnen leiden, dat zij de Eenige Gezegenden waren die in de wereld verschenen zijn, geëerd boven allen, verkoren als zij waren tot de Vleeschwording van den Geest In deze Schriften (hij ont rolde het Boek van de Groote Sterf te) worden op verschillende tijden ver- scheidene Boeddha's of Tathagata's vermeld. In dit (en hij wees op een ander boek) wordt de tijd verdeeld in perioden. Kal pa's genaamd, en hier lees ik dat acht-en- negentig Boeddha's één Kalpa verlichtten, dat wil zeggen, op aarde rondwandelden en als Behouders onderwijs gaven. Niemand zal ontkennen dat de Geost, die uit lader van hen sprak, dezelfde Geest waa Zij pre dikten dezelfde heilige leer, wezen denzelf den weg tot behoud aan, leefden eenzelfde rein geestelijk leven, en legden allen gelijke lijk een verklaring af, waarvan ik zoo aan stonds spreken zal; met andera woorden Heer. de trekken van den Goest waren dezelfde in allen... fH'endf vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 3