DiPWi LEZi DINSDAG 23 FEBRUARI 1932 DERDE BLAD PAG. 9 VERBOND VAN NED. WERKGEVERS DE REDE VAN GEHEIMRAAD G. KASTL MOTIE INZAKE ONTWERP BEDRUFSRADENWET Gisteren heeft te Amsterdam plaats gehad een druk bezochte vergadering van het Ver bond van Nederlandsche Werkgevers, onder presidium van den heer H. P. Gelder man CMzn. In zijn openingswoord gewaagde de voor zitter ervan, hoe er door het Verbond de laatste maanden bij de Begeering is op aan gedrongen, om de lasten, die op. het bedrijfs leven drukken te verminderen. Spr. verheug de er zich over, dat er den laatsten tijd een kentering schijnt te ontstaan in de publieke opinie, en dat hét besef schijnt door te drin gen, dat algeheele versobering noodzakelijk is. Hij sprak de hoop uit, dat de Regeering ervan zou blijk geven, dit teeken van den tijd te verstaan. Nadat hij vervolgens den spreker van den avond. Geheimraad G. K a s 11, uit Berlijn, bij de aanwezigen had ingeleid, sprak deze over; „Wirtschafts- nnd WShrungskrlse". Spr. begon met te constateeren, dat de we reldcrisis tot een inzinking van ongekenden omvang heeft geleid, zoo, dat de productie in de voornaamste industrielanden in vergelij king met het jaar 1929 met een derde tot de helft is verminderd. De wereldhandel onder vond eveneens een geweldige vermindering ivan den omzet De prijzen zijn gedeeltelijk tot onder het peil van voor den oorlog ge daald; voor tarwe, koper, zilver en katoen wordt ongeveer de helft van den prijs van 1913 genoteerd. Ook kan het aantal werkloo- xen over de geheele wereld op ruim 20 mil- lioen worden geschat De toestand wordt nog verergerd door een geconcentreerden aanval op wat wij tot nog toe de wereldhuishouding noemden, door maatregelen op het gebied van het ruilmid del en van de handelspolitiek. Dertig landen hebben deviezenverordeningen uitgevaardigd en een achttiental verliet den gouden stan daard. De depreciatie van 't pond sterling bracht voor de Engelsche industrie wel ecnige op leving, doch dit voordeel kan niet worden uitgebaat door het afnemen van de koop kracht der buitenlandsche markten, en door maatregelen van handelspolitieken aard. Bijgevolg is de uitvoer dan ook niet geste gen, en afgewacht moet worden, welk beeld de Britsche handelsbalans zal vertoonen, wanneer de industrie door haar voorraden heen is en nieuwe grondstoffen zal moeten inkoopen. De gevolgen van deze depreciatie zullen voor Engeland van langen duur zijn, de Duitsche ervaring is er om dit aan te toonen. Instede van depreciatie van het ruilmid del is een gezonde reëele aanpassing van de loonen aan het prijspeil de weg om tot eco nomisch en sociaal herstel te geraken. Ten slotte moeten langs internationalen weg de moeilijkheden worden uit de wereld gehol pen, welke niet nationaal te regelen zijn. De internationale schulden moeten op korten termijn worden geregeld. Wil het vertrouwen hervonden worden, feoo moeten door internationale samenwer king op politiek terrein de problemen van het ruilverkeer opgelost worden. Ontwerp Bedrijfsradcnwet. j Nadat op deze rede een uitvoerige gedoch- tenwisseling had plaats gehad werd door den voorzitter het ontwerp Bedrijfsr-adenwet aan de orde gesteld. Nadat door spr. hei standpunt van het Bestuur in het kort was uiteengezet werd door de vergadering de volgende motie aangenomen: De leden van het Verbond van Nederland sche Werkgevers, in buitengewone vergade ring vereenigd op den 22sten Februari 1932 in de Aula van het Koloniaal Instituut te Amsterdam, kennis genomen hebbende van het ont werp van wet inzake de instelling van be- drijfsraden, stellen op den voorgrond, dat de bevorde ring van den bedrijfsvrede de volle instem ming van het Verbond en zijn leden heeft Tot hun leedwezen moeten zij echter vast stellen, dat naar hun overtuiging dit ont werp den bedrijfsvrede niet zal dienen, daar het niet voortbouwt op hetgeen in onder linge samenwerking tusschen werkgevers en arbeiders reeds tot stand werd gebracht Deze wetsvoordracht wil integendeel den ontwikkelingsgang v»m de maatschappelijke sociale verhoudingen forceeren door aan de regeering de bevoegdheid te verleenen de in stelling van een bedrijfsraad te gelasten, welke bedrijfsraal zich dan voegen moet in een door de wet vastgesteld kader van rech ten en werkzaamheden. Zoodoende zullen deze bedrijfsraden niet alleen reeds bestaande instellingen van ge meenschappelijk overleg vervormen in een richting, die door de bedrijfsgenooten zelf niet gewenscht wordt, maar scheppen zij bovendien het gevaar, dat een overleg, dat op bepaalde punten vruchtdragend zou kun nen zijn, vertroebeld wordt, omdat partijen over andere punten, die wettelijk tot de com petentie van den bedrijfsraad behooren, van meening verschillen. De twee essentieele ele menten van de goede samenwerking, die bij de uitvoering der ziekteverzekering tusschen de georganiseerde werkgevers en arbeiders is verkregen: n.1. de vrijheid om over te gaan tot de in de gegeven omstandigheden meest wenschelijke combinatie en de beperking der competentie van de bedrijfsvereenigingen tot de uitvoering van één bepaalde sociale wet, ontbreken in het ontwerp-Bedrijfsradenwet dan ook ten eenenmale. Bij dit alles komt nog, dait wel voldoende is gebleken, dat vakvereenigingen van ver schillende richtingen in dit ontwerp niet an ders zien dan een eersten stap op den weg naar verdere maatschappelijke hervormin gen als socialisatie of publiekrechtelijke be drijfsorganisatie (stelsel-Veraart), waartegen de leden van het Verbond van Nederland sche Werkgevers met de meeste kracht ste.l- ling moeten nemen. Naar hun meening im mers zullen die hervormingen den grondslag van eiken maatschappelijken vooruitgang, n.l. de op privaatbezit steunende volkswel vaart, aantasten. De leden van het Verbond van Nederland sche Werkgevers betreuren het dan ook, dat de regegring zonder aandacht te schenken aan het belangrijke prae-advies van den Hoogen Raad van Arbeid in dezen tijd, waar in alle krachten moeten worden ingespan nen om het bedrijfsleven intact te houden, door de indiening van dit ontwerp de aan dacht van hetgeen de bedrijfsgenooten ver- eenigt heeft afgeleid tot wat hen verdeelt en den zoo noodzakelijken bedrijfsvrede heeft gemaakt tot een spél van theoretische èn po litieke overwegingen. Zij dragen het bestuur op hun meening te dezer zake ter kennis te brengen van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en alle gepaste middelen aan te wenden, welke er toe kunnen bijdragen, dat dit ontwerp niet tot wet wordt verheven. DE ACHTERUITGANG VAN HET GEBOORTECIJFER DE 200,te GEBOORTEDAG VAN GEORGE WASHINGTON 7"""TT7 In Dultschland bezit men een historisch schilderij van de overtocht van George Washing- ion over de rivier de Delaware. Het is van de schilder Emanuel Leutze en bevindt zich in de Bremer Kunstholle. III. (Slot). Wat de cijfers aangaande de huwelijken tnsschen Prot. en R. Kath. leeren en wat uit de gegevens der gedwongen huwe lijken valt op te maken. Kinderen uit gemengde huwelijken steeds meer godsdilenstloos Leerzaam is wat de statistische overzich ten te zien geven aangaande de godsdienst van de kinderen uit gemengde huwelijken. De invloed der moeder blijkt het grootst te zijn, want al naar deze Roomsoh of Protestant is, zijn de meeste kinderen als Roomsch of Pro testant ingeschreven. Bjj de Roomschen valt echter in dè laatste 50 jaar een groote achter uitgang te constateeren. Van de 100 gezinnen met een Roomsch Katholieke moeder lieten in de periode van 18791893 64 hun kinderen als Roomsch insc.lirijven. In de periode van 19191928 is dit percentage gedaald tot 38. Voor de huwelijken met Roomsche vader zijl' deze cijfers "36 en 15. Merkwaardig is dat voor de Protestanten in beide gevallen het percentage al de jaren door ongeveer gelijk bleef. In de huwelijken met Protestantscbe vader is het in de beide genoemde perioden 27 en in die met Prote- stantsche moeder 52 en 53. Opvallend is vooral de sterke toename van het aantal gemengde huwelijken, wier kinderen als godsdienstloos staan geregistreerd. Het steeg in de genoemde perioden bij de huwelijken met Roomsche moeder van 1.4 tot 30.6 pet. en bij die met Roomsche vader van 2.7 pet. in 1894-1903, tot 25.5 pet. in 1919-192S. Verder is hier nog van belang dat de ge zinnen met Roomsdie kinderen grooter zijn dan die met Protestantsche kinderen. Het terugloopen van het kindertal bjj beide is echter ontstellend. In het laatste hoofdstuk onderzoekt Dr. Sanders hoe het staat met de verhouding van gedwongen huwelijken eenerzjjds en beroep, trouwjaar en godsdienst anderzijds. De cyfers doen hier duidelijk de conclusie van de hand, dat het aantal geboorten voor het huwelijk en het aantal gedwongen huwe lijken toeneemt al naar de cultureele ontwik keling der ouders op lager peil staat. Vooral groep A (hoogst ontwikkelden) valt jlit aantal bijna geheel weg, en ook in B (hoogere ambtenaren) is het zeer gering. Het percen tage geboorten voor het huwelijk of binnen de eerste vier maanden is in groep C (winke liers) resp. 5 en 10, in D (geschoolde vak mensehen) 7 en 15, in E (geoefende vak mensehen) 7 en 10, in F (niet-vakarbeiders) "1 en 26 en in G (Neo-Malthusianen) 3 en 10. Dr. Sanders waarschuwt er voor, bij het groote verschil tusschen E en F er rekening mee te houden, dat onder E valt het tram- en post personeel, meest jonge menschen die na den oorlog trouwden; zij zyn meer vertrouwd met de middelen ter voorkoming van zwan gerschap dan de arbeiders uit de voor-oorlog- sche tijd. Hetzelfde geldt natuurlijk voor groep G. Vergelijken we nu verder de verschillende perioden met elkaar, zoo nopen de gegevens tot de gevolgtrekking, dat over het geheel ge- dureflde de laatste 30 a 40 jaar het percentage geboorten voor het huwelijk en het percentage gedwongen huwelijken aanmerkelijk is afge nomen. In groep F (niet-vakarheiders) echter is deze teruggang minder, en ging zelfs het aantal gedwongen huwelijken iets omhoog; het bedroeg in 19191928 ongeveer 50. Bovengenoemde vermindering mag echter volgens Dr. Sanders niet worden toegeschre ven aan een vermindering van sexueele om gang voor het huwelijk, maar komt z.L op rekening van een toenemend gebruik van anti conceptie middelen en van een meerdere toe passing van abortus criminalis. Een speciaal onderzoek heeft uitgewezen, dat sedert de oorlog in de lagere klassen der bevolking weinig meisjes geen sexueel verkeer gehad hebben vóór het huwelijk. Dikwijls geldt dit ook in hoogere klassen. Uit het bovenstaande blijkt echter, dat genoemde middelen tot voor koming van geboorten in groep F (de laagste bevolkingsklasse) 't minst toepassing vonden. Tenslotte is in dit verband de godsdienst een belangrijke factor van vergelijking. Over het algemeen blijkt het percentage geboorten voor het huwelijk by de Roomschen hooger te zijn dan b\j de Protestanten (uitgezonderd in groep C, winkeliers), terwijl 'tpercentage geboorten binnen de eerste 9 maanden van 't huwelijk bij de Protestanten iets hooger Is (uitgezonderd groep F, waar bet voor Room schen en Protestanten beide ongeveer 50 is). In gToep D, geschoolde vakmenschen, is het eerstgenoemde percentage bv. 6 (Prot.) en Hiernaast geven wij een foto rfssï van een prachtige Plantenbak, BH blauw of geel met zwarten voet, vervaardigd in de Glas fabriek Leerdam, naar een ontwerp van Copier. Hierin Uw begonia, Uw varen of roode geranium en tezamen is het een lust voor de oogen. De fabriek ..Leerdam" heeft met deze bloempot eer ingelegd en wij vonden het een uitermate geschikt geschenk voor onze trouwe medewerkers. Wie n.l. een kwartaal-abonné voor minstens één jaar voor ons blad aanbrengt, ontvangt de pot gratis thuis gezonden. Merkwaardig zijn de cyfers voor de ge mengde huwelijken tusschen Protestanten en Roomsch-Katholieken. Het percentage van geboorten voor of binnen de eerste negen maanden van het huwelijk bedraagt hier in groep C (winkeliers) 44%, D (geschoolde vak menschen) 58%. E geoefende vakmenschen) 53, F (niet-vakarbeiders) 76 en G (Neo-Mal- j.husianen) 40. Dit is over t algemeen veel hooger dan by de niet gemengde huwelijken. Hieruit mag de conclusie worden getrokken dat ontijdige zwangerschap zeer dikwijls een belangrijke oorzaak is voor het aangaan van een gemengd huwelijk. Een enkele slotopmerking Uit hetgeen we in een drietal artikelen uit het boek van Dr. Sanders hebben meegedeeld, kan voldoende blijken, welk belangrijk werk by met zyn onderzoekingen heeft gedaan. Bij- zonder treft de duidelijke wyze, waarop hij het vele materiaal heeft verwerkt. Het wordt niet alleen op glasheldere wyze besproken in de tekst en is niet slechts ondergebracht in overzichtelijke tabellen, maar bovendien ver werkt in duidelyke grafieken, die dikwijls ver rassend in staat stellen met één oogopslag een ingewikkelde situatie te overzien. Helaas is een enkele maal een kleine on nauwkeurigheid binnengeslopen. Zoo klopt wat onder a staat op blz. 25 niet met de tabellen 8 en 9 en zal op blz. 116 in regel 6 [van boven, in plaats van „Neo-Malthusians" 'moeten worden gelezen „unskilled labourers" (groep F.) Maar dit zyn groote uitzonde ringen. Van eeirfgszins meer belang achten we een enkele opmerking op blz. 7, waar o.i. van de Gereformeerden en Clir. Gereformeerden niet een algeheel juiste voorstelling wordt gege ven, wanneer wordt gezegd, dat ze. wat be treft het huwelyk wel hun inzichten regelen naar de By bel, maar dat hun opvattingen in dezen eer gegrond zyn op de Grieksche philo sophic, die leert, dat het nuttig is, voor het welzijn van den geest het vleesch te kruisigen dan op het Oude Testament volgens hetwelk ook het lichaam als zoodanig, een kunstwerk Gods is. Door de tegenstelling zoo te poneeren, wordt aan deze groepen toch niet recht ge daan. Juist in genoemde kringen wordt er over het algemeen de nadruk op gelegd, dat ook het lichaam als schoone echepping Gods op zichzelf waarde heeft. Het zou niet moei lijk zijn, uit bijna elk werk van Kuyper, ora slechts één te noemen, eenige aanhalingen van dezen inhoud te doen. De invloed der Griek sche philosophie wordt hier dan ook ten on rechte geconstateerd. De Grieksche houding kwam voort uit wereldverachting en een be schouwen van het stoffelyke als minderwaar dig. En aldus is niet de opvatting van de groep, die Dr. Sanders de Calvinisten noemt In overeenstemming met het bovenstaande bedoelen ze juist wereldwaardeering, maar zoodanig, dat het stoffelyke, als van andere (niet mindere) waarde, niet door het geeste lijke wordt overheerscht. Indien dan ook met bun beschouwingen een pootere eerbied voor het huweiyk'in verband is te brengen, zoo ligt het aanrakingspunt juist hierin, dat ook het lichaam van zoo groote waarde wordt beschouwd, dat ook daar mee God moet worden gediend. Misschien wil de schrijver zich de moeite getroosten, uit zijn mooie boek by een her druk dit vlekje te verwijderen. We willen eindigen met onze bewondering uit te spreken over de wyze, waarop in <iit boek op zoo beknopte, vlotte en aangename manier een geweldige hoeveelheid dorre gege vens toegankelijk zyn gemaakt. Vooral is het ook verdienstelijk, dat Dr. Sanders het saam- gebrachte materiaal doet spreken en den lezer er opmerkzaam op maakt, wat er uit A-alt te concludeeren. Vaak uitgesproken ver moedens zyn gestaafd, en onverwachte ge volgtrekkingen, door de feiten zelf aan de hand gedaan, hebben belangrijke nieuwe dingen aan het licht gebracht. Samenvatting Het zy ons vergund, tenslotte de belang rijkste resultaten nog eens kort samen te vatten. De hoogere maatschappelijke klassen heb ben het kleinste kindertal (uitgezonderd de predikanten) terwijl de grootste gezinnen wor den aangetroffen onder de laagste arbeiders klasse. De Calvinisten hebben verreweg het groot ste aantal kinderen. Dan volgen de Roomsch Katholieken en daarop de Ned. Hervormden. Voor de Calvinisten geldt dit in alle beroeps groepen en in al de onderzochte jaren (IS79 —1928). De kinderlooze huwelijken zyn in alle gods dienst-groepen zeer ongelijkmatig over de be roepsklassen verdeeld. Het geringste aanta] treft men in alle beroepsgroepen aan onder de Calvinisten, de meeste onder de gemengde huwelijken. Ook by de Roomsch-Katholieken is het percentage vrij hoog. Het kindertal is eind vorige en begin dezer eeuw, totaal tot ongeveer de helft terugge- loopen. De teruggang was niet in alle bevol kingsgroepen even sterk. Percentsee- wijze is echter het kindertal bh alle godsdienstige groepen de laat ste jaren in gelijke mate afge nomen. Het aantal kinderlooze huwelijken nam toe. maar zeer verschillend over de bevolkings groepen en over de godsdiensten verdeeld. Verminderde vruchtbaarheid kan dus niet de oorzaak zyn van de achteruitgang van het geboortecijfer. Dit kan ook blijken uit het feit, dat na een sterfgeval het volgende kind spoe diger wordt geboren dan wanneer geen kind stierf. Niet alleen het geboortecijfer, ook het aan tal in leven blijvende kinderen ging achter uit De geboortevermindering is dus niet toe te schrijven aan de vermindering der kinder sterfte. Het aantal kinderen uit gemengde huwe lijken (R.-K. met Prot.), die als godsdienst loos staan opgegeven, nam toe. In de lagere bevolkingsgroepen is het aan tal gedwongen huwelyken aanmerkelijk groo ter dan in de hoogere. Het percentage gemengde huwelyken ver toont over de laatste jaren een dalende lyn. Dit moet echter worden toegeschreven aan meerdere bekendheid met middelen ter voor koming van zwangerschap en geboorte. Naar verhouding komen onder de gemeng de huwelyken de meeste gedwongene voor. Een gedwongen huweiyk is dus dikwijls oor zaak van een gemengd huwelyk. Gemengd Nieuws. DOODELIJK MOTORONGEVAL Zondagmiddag is te Sassenheim in de Hoofdstraat de 20-jarige Van D. uit Lisse door het springen van een band van de duo van een motorfiets gevallen. Hij werd eenige me ters meegesleurd en werd deerlijk gewond naar het St. Bernardusgesticht ovrgëbracht. In den afgeloopen nacht is hij overleden. ROFFEL-RIJDEN. Opgehelderd 'li Heb angstvalligUjk gezwegen Over 't radioschandaal, Dat de rechtsche sectaristen Nageld' aan de Avropaal Ach, ik heb wat ondervinding Opgedaan op dat gebied; Op de teere luisterteenen Trap ik dus bij voorkeur niet. Maar, nu in de Tweede Kamer Scherpe vragen" zijn gesteld, Meester Boon hat liberale Lastervonnis heeft geveld; Nu hij danig in de boonen (Kamerboonen!) bleek te zijn, En van zijn verplettrend vonnis Zelfs het recht niet bleef in schijn Nu zoo klaarlijk is gebleken, Dat hij voor een Omroep vocht, Die de nationale eenheid Slechts in dikke woorden zocht Nu, als glas zoo helder, uitkwam. Dat een man als Meester Boon Zwarte laster durft te uiten Op gezwollen kamertoon En hij, slechts één etmaal later Zijn beschuldiging herroept Die Perquin en. Van der Deure Bij de volksvcrlakkers groept; Nu de rijksminister Reymer Geen mament zich heeft geschaamd Uit te spreken: dat de Avro Leugentaal heeft uitgekraamd; Nu de zon is doorgebroken En de ingevochte lucht Is gezuiverd van verdenking En van lasterlijk gerucht; Nu ik daar de ware Avro, Die het zendervraagstuk remt, Die de natie wil regeeren, Daar zie prijken in zijnhemd; Ja, nu waag ik het verwonderd, Zeer bescheiden paf te staan, En mijn rechtsche luisterhanden Echt perplex ineen te slaan (Nadruk verboden.) LEO LENS. Radio Nieuws. WOENSDAG, 24 FEBRUARI VARA: Amst. solisten i Hul sea NCRV: Middagconcert i Londen R.: Orgelconcert l Köolgswusterhauseeni Craeer: Daventry: Orgelooncert Hilversum VARA Zang en Plano 15.50 K ön lgs t VARA: Gramofo< Hllveraum VARA: i Londen R.: Sextet Kslundborr; Doonsc&e lledei Hilversum VA" - - - tijd VARA: Mustek L&ageaberg: Concert Hulzen NCRVGramofoonrmizlek Per Ijs-Elf tel: Concert Warschau: Orkest Daventry: Concert Hilversum VARA: Orkest Kalundborg: Concert Daventry: Concert Hilversum VARA: Concert Hulzen NCRV: Haraionlutnbeapeltos i NCRV: „FryaJftn 8.00 Hnti 10.00 H H v 10.3e Hulzen NCRV: Zlekendlei i NCRV: Kinderuurtje 12.00 1 1S.S0 1 19.45 1 31.40 1 23.00 I RADIO OVER HET ELECTRIS4-'H NET. Dezer dagen bevatten de dagbladen een be- er „een geheel nieuwe uitvinding" n.l „.„.brengen van radio-programma's ovér d« ?lectrlclteltsnetten. Op die wyze zol het moe».- t)k ztjn gelijktijdig verschillende radlnprogram ma s over het gewone llchtnet uit te zenden. leder die aan het electrlsche net ls aan richt gesloten, in staat ls dooi apparaatje uit het betrekki In werkeltJkbeld ls de gedachte om de hoog- fanïT J!5S^len.voor hrf overbr*n?en van tel®, rome te gebruiken ouder dan de omroep zelf keT^ersdlen J^T h*®"* nAar Telefun- «r.t. n? na me(1*<teelt. Telefunken als sl f,r™a ter vereld gebruik gemaakt van van ttlefo^raield"l'eD VOor h'1 overbrengen van telefonie en wel mot goed resultaat. DE VAL VAN KONSTANTINOPEL Door LEWIS WALLACE Naar het Engelsch door ALMA De Vorst riep zijn Sheik tot zich en vraag de: Wie is die kijgeman daarginds? Die met de gouden wapen rusting. De Emir El Hadj Vorst. Hij de Emir El Hadj! Nog zoo Jong, en dan reeds zoo hoog geplaatst? Ja. Vorst, antwoordde de Sheik. In de herberg' te Medina hoorde ik zijn geschie denis. In den Bey Iskander hebben de Tur ken een geduchtèn vijand. Hij is zóó sterk, <iat twee mannen ternauwernood zijn zwaard kunnen opheffen. Op zekeren dag verscheen hij uitdagend voor het leger van den Sultan. Hij, die daar staat, was de eenige die hem aandurfde. Zij steden van den morgen tot den middag, toen rustten zij van den strijd. Wie zijt gij? vraagde Iskander. Ik ben eer. dienaar van Moerad, den Bevelhebber der Geloovigen, die mij bevolen heeft u tot hem te brengen, dood of levend, luidde het ant woord. Iskander lachte en zeide: Ik hoor aan uw spraak, dat gij niet een Turk zijt, •n om te zien, of de Bevelhebber der Geloo vigen, zooals gij hem noemt, van plan is om iets van u te maken, zal ik u de eer van den dag laten. Ga dus uws weegs. Toen hij dat gezegd had nam hij zijn reuzenzwaard op, alsof het een verdord palmblad was, en De Emir der Bedevaartgangers. De be noeming werd beschouwd als de hoogste guest, dis de Sultan kon b.ewijzcn, verliet het strijdperk. De Vorat luisterde aandachtig en reide toen: Roep Nilo, mijn neger. Laat hij ter stond hier komen. De Sheik boog beleefd en ging haastig heen. De Vorst bleef in dezelfde houding staan, de oogen strak op den Emir gevestigd, en mompelde: Zoo jong nog en aan reed's in zoo groote gunst bij den ouden Moerad! Ik moet hem kennen. Mislukt mijn plan, dan kan hij mij van dienst zijn. Wie weet! Hij zag naar boven, alsof hij tot iemand sprak. Intusschen ondervraagde de Emir den vaandrig. Die pelgrim schijnt rijk te zijn, zeitfe hij De vaandrig antwoordde: Hij is de Indi sche Vorst, over wien ik veel hoorde spre ken, sedert wij Medina verlieten. Wat hebt gij gehoord? Dat hij rijk is en milddadig. Hij strooit zijn geld, als de zaaiers hun zaad. Wat nog meer? Hij is vroom en geleerd als een Imam. Zijn volk roemt hem zeer. De gebedsformules kent hij nauwkeurig. Op de vastgestelde uren schuift hij de gordijnen van zijn draagstoel open, en bidt met luide stem. Ook hoorde ik, dat hij op de reis van El Katif naar Medina in de achterhoede der karavaan reisde, hoewel hij vooraan had kunnen gaan. Daarin zie ik geen verdienste. De roo- vere vallen gewoonlijk eerst de voorhoede aan. Zeg mij. Emir, wat ontmoet gij liever op uw pad, een roover, of de pest? Een roover, antwoordde de Emir beslist. En gij weet zeker, dat de voorhoede haar pestlijders laat liggen tot een prooi voor gieren en jakhalzen? Ik weet het. Welnu, Emir, luister naar mij. De ka ravaan telde drieduizend man, toen zij El Katif verliet Ruim driehonderd werden door de pest aangetast, en achtergelaten om te sterven. Van deze werd een honderdtal dooi den Indiër verpleegd. Dat moet de reden zijn waarom hij in de achterhoede wil rei zen. Hij zegt dat Allah zijn beste zegeningen doet vinden onder armen en stervenden. Voorwaar, die Vorst van Indië is een heilig man. Maar hoe redde hij die ver lorenen? Door een bijzonder geneesmiddel, in zijn land alleen bekend aan koningen en edellieden. Kan hij den aangetasten lijder bereiken voordat hij sterft dan is een enkele druppel van dat vocht voldoende, om den zieke te genezen. Hebt gij gehoord wat hij te Medina deed? Neen. Gij weet Emir, dat vele armen in de heilige schaduw van het Graf des Profeten wonen. Ja, dat weet ik, zeide de Emir lachend. Rijk ging ik naar binnen, arm kwam ik er uit Armer dan de armste van die bedelaars Welnu, ging de vaandrig voort, hij riep die allen tot zich, en gaf ze te eten, niet rijs' en wilde prij en zuur brood, maar hij' zette hun schotels voor, die een kalif zoude doen watertanden, on do lieden keerden terug, onder luid geroep, dat de ziel van den Profeet op aarde was teruggekeerd. Op dit oogenblik maakte een troep gewa pende ruiters een einde aan het gesprek. De eenvormigheid van wapens, uitrusting, en paardentuigen, zoo ook de orde, die onder hen heerschte, deden den troep kennen als een bevoorrecht regiment van het Turksche leger, terwijl de muziek, de gevelde lansen, de groote tulbanden en de wijde broeken duidelijk deden zien, dat zij van zuiver Oos- tersch ras waren. In het midden der soldaten gingen, als voorwerpen van zorg en eerbied, gewijde ka- meelen, forsche, krachtige dieren die door hun optuiging en de buitengewone lasten, die zij droegen, nog grooter schenen, dan zij in werkelijkheid waren. Zij ook waren in gala: een masker van zijde en gouddraad voor het gezicht, een veelkleurig kroontje van wuivende veeren op het hoofd, om den hals een ruim, tot op de knieën afhangend kleed, met metalen franje afgezet Daaren boven was hun een mantel omgehangen van brocaatzijde. zorgvuldig over een hoepel geplooid, om den indruk te geven van de gebogen lijn op den rand eéner klok. Op hun rug droegen zij paviljoens, van sierlijk gedrapeerde, prachtig geborduurde zijde. Boven de paviljoens trilden reusachtige aigrettes, van groene cn zwarte veeren. Het waren de mahmals, die onder meer ge schenken van groote waarde de Kiswah, (gordijnen voor het Huis Gods) bevatten, welke de Sultan aan den Sherif van Mekka zond. ter vervanging van de oude gordijnen De vreeselijkste rampen naar lichaam en ziel kunnen den Emir El Hadj treffen, die de mahmals niet in goeden staat op de plaats hunner bestemming brengt. Terwijl de ruiter den heuvel opreed, deed de muziek zich hooren. Op den top zwenkte de colonne en schaarde zich ter linkerzijde van den Emir. gevolgd door tal van kamee- len, beladen met krijgsbehoeften, en van een gansche horde karapvolgers. Binnen weinig tijd was naast het kamp van den Indiër een tweede kamp opgeslagen ,in welks midden zich een tent van buitengewone afmeting verhief de bewaarplaats voor de geschon ken van den Sultan. Intusschen naderden de karavanen en ver spreidden zich over het terrein. Terwijl de jonge Emir met de grootste aandacht dit schouwspel gadesloeg, trad de Sheik van den Vorst op hem toe. O. Emir, zeide hij met een diepe buiging Een wilde fanfare van trompetten, cim balen. en trommels overetemde zijn woord Hij kwam nader, bijna tot naast don stijg beugel. O, Emir! zeide hij nogmaals. Ditmaal word hij verstaan. Wat ivilt gij? vraagde de Emir korte!, alsof het hem onaangenaam aandeed ge stoord te worden. Zijn ontstemming weck echter, toen hij Nilo gewaar werd in smet teloos witte kleeding, een koperen schenk blad in de hand, waarop een aarden kruik en twee bekens, één van zilver één van kristal Wat wilt gij? vraagde hij iets vriende ik er. De Sheik nnlwoordd»: De vonrtrefleltlkc Hadji, mijn heer, dien gij daar voor de tent Kunt zien staan, zendt u «en groet, zooals den oprecht geloovige betaamt aan een mede pelgrim, die eveneons voor het heil zijner ziel naar de Heiligste dér Steden reist; en |hn laat u bidden een teug te willen nemen flt pranaatappelsap, twelk vorkoe- Leesf ITk hejDaam voor den geest, daar het gekocht is aan de deur van W in eeu'fghPeS!Cten' Pri* tn w Onder dei» toespreek vulde de nener met d!fh T bPkl>rs. hij begreep. f.f.Jl "cn van dcn <lra"k '"'koring moeit ji loefenenna een langen rit dom d»n woe, Emir aan. Dean onl- hu? n, linkerhand on hiel tfcn beker op J"''"8 buiging voor don Hadji bij de tentdeur met Mn teug ledigde. De vaan- drig \olgde zijn voorbeeld, terwijl de Emir tun paard wende, ten einde in pereo^n riju donk te gaaji betuigen. „- rrtendelijkholrt mij beween, o Ilartjil zeid. hu ton hij «fge,tegen was la In overeenstemming met de daden van éüSüIli 7d 1 ""'"J. uw« medemenaehan. :"'r lk hoor. 'lm weg van Cr,?»".'' Peehlemoer geplaveid hebt d.~InHir L.7 SlV" bid Ik t,. antwoordde ï.mh u be'fM buigende Wie zal gehoor zaamheid weigeren aan de wet? ,1,7 .'j! ■i' jb'idoiijk. dat gi| een goed man u.r Emir. eveneens met een buiging. - r?< m'l 'lil te beamen Oni o\or iets beters te opreken, dere tent in .-V na MklIS»rtlde miJrK- '-n h*ar hit w r n<? n,ct ^'^kken het U. dappere Emir. wellicht aangenamer 2» rtr 1?innen Kaan. Ik ben met alles wat ik bezit tot uw dienst. I Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 9