DiPWi LEZi
DINSDAG 23 FEBRUARI 1932
DERDE BLAD PAG. 9
VERBOND VAN NED.
WERKGEVERS
DE REDE VAN GEHEIMRAAD
G. KASTL
MOTIE INZAKE ONTWERP
BEDRUFSRADENWET
Gisteren heeft te Amsterdam plaats gehad
een druk bezochte vergadering van het Ver
bond van Nederlandsche Werkgevers, onder
presidium van den heer H. P. Gelder
man CMzn.
In zijn openingswoord gewaagde de voor
zitter ervan, hoe er door het Verbond de
laatste maanden bij de Begeering is op aan
gedrongen, om de lasten, die op. het bedrijfs
leven drukken te verminderen. Spr. verheug
de er zich over, dat er den laatsten tijd een
kentering schijnt te ontstaan in de publieke
opinie, en dat hét besef schijnt door te drin
gen, dat algeheele versobering noodzakelijk
is. Hij sprak de hoop uit, dat de Regeering
ervan zou blijk geven, dit teeken van den
tijd te verstaan.
Nadat hij vervolgens den spreker van den
avond. Geheimraad G. K a s 11, uit Berlijn,
bij de aanwezigen had ingeleid, sprak deze
over;
„Wirtschafts- nnd WShrungskrlse".
Spr. begon met te constateeren, dat de we
reldcrisis tot een inzinking van ongekenden
omvang heeft geleid, zoo, dat de productie in
de voornaamste industrielanden in vergelij
king met het jaar 1929 met een derde tot de
helft is verminderd. De wereldhandel onder
vond eveneens een geweldige vermindering
ivan den omzet De prijzen zijn gedeeltelijk
tot onder het peil van voor den oorlog ge
daald; voor tarwe, koper, zilver en katoen
wordt ongeveer de helft van den prijs van
1913 genoteerd. Ook kan het aantal werkloo-
xen over de geheele wereld op ruim 20 mil-
lioen worden geschat
De toestand wordt nog verergerd door een
geconcentreerden aanval op wat wij tot nog
toe de wereldhuishouding noemden, door
maatregelen op het gebied van het ruilmid
del en van de handelspolitiek. Dertig landen
hebben deviezenverordeningen uitgevaardigd
en een achttiental verliet den gouden stan
daard.
De depreciatie van 't pond sterling bracht
voor de Engelsche industrie wel ecnige op
leving, doch dit voordeel kan niet worden
uitgebaat door het afnemen van de koop
kracht der buitenlandsche markten, en door
maatregelen van handelspolitieken aard.
Bijgevolg is de uitvoer dan ook niet geste
gen, en afgewacht moet worden, welk beeld
de Britsche handelsbalans zal vertoonen,
wanneer de industrie door haar voorraden
heen is en nieuwe grondstoffen zal moeten
inkoopen. De gevolgen van deze depreciatie
zullen voor Engeland van langen duur zijn,
de Duitsche ervaring is er om dit aan te
toonen.
Instede van depreciatie van het ruilmid
del is een gezonde reëele aanpassing van de
loonen aan het prijspeil de weg om tot eco
nomisch en sociaal herstel te geraken. Ten
slotte moeten langs internationalen weg de
moeilijkheden worden uit de wereld gehol
pen, welke niet nationaal te regelen zijn. De
internationale schulden moeten op korten
termijn worden geregeld.
Wil het vertrouwen hervonden worden,
feoo moeten door internationale samenwer
king op politiek terrein de problemen van
het ruilverkeer opgelost worden.
Ontwerp Bedrijfsradcnwet. j
Nadat op deze rede een uitvoerige gedoch-
tenwisseling had plaats gehad werd door
den voorzitter het ontwerp Bedrijfsr-adenwet
aan de orde gesteld. Nadat door spr. hei
standpunt van het Bestuur in het kort was
uiteengezet werd door de vergadering de
volgende motie aangenomen:
De leden van het Verbond van Nederland
sche Werkgevers, in buitengewone vergade
ring vereenigd op den 22sten Februari 1932
in de Aula van het Koloniaal Instituut te
Amsterdam,
kennis genomen hebbende van het ont
werp van wet inzake de instelling van be-
drijfsraden,
stellen op den voorgrond, dat de bevorde
ring van den bedrijfsvrede de volle instem
ming van het Verbond en zijn leden heeft
Tot hun leedwezen moeten zij echter vast
stellen, dat naar hun overtuiging dit ont
werp den bedrijfsvrede niet zal dienen, daar
het niet voortbouwt op hetgeen in onder
linge samenwerking tusschen werkgevers en
arbeiders reeds tot stand werd gebracht
Deze wetsvoordracht wil integendeel den
ontwikkelingsgang v»m de maatschappelijke
sociale verhoudingen forceeren door aan de
regeering de bevoegdheid te verleenen de in
stelling van een bedrijfsraad te gelasten,
welke bedrijfsraal zich dan voegen moet in
een door de wet vastgesteld kader van rech
ten en werkzaamheden.
Zoodoende zullen deze bedrijfsraden niet
alleen reeds bestaande instellingen van ge
meenschappelijk overleg vervormen in een
richting, die door de bedrijfsgenooten zelf
niet gewenscht wordt, maar scheppen zij
bovendien het gevaar, dat een overleg, dat
op bepaalde punten vruchtdragend zou kun
nen zijn, vertroebeld wordt, omdat partijen
over andere punten, die wettelijk tot de com
petentie van den bedrijfsraad behooren, van
meening verschillen. De twee essentieele ele
menten van de goede samenwerking, die bij
de uitvoering der ziekteverzekering tusschen
de georganiseerde werkgevers en arbeiders
is verkregen: n.1. de vrijheid om over te gaan
tot de in de gegeven omstandigheden meest
wenschelijke combinatie en de beperking der
competentie van de bedrijfsvereenigingen tot
de uitvoering van één bepaalde sociale wet,
ontbreken in het ontwerp-Bedrijfsradenwet
dan ook ten eenenmale.
Bij dit alles komt nog, dait wel voldoende
is gebleken, dat vakvereenigingen van ver
schillende richtingen in dit ontwerp niet an
ders zien dan een eersten stap op den weg
naar verdere maatschappelijke hervormin
gen als socialisatie of publiekrechtelijke be
drijfsorganisatie (stelsel-Veraart), waartegen
de leden van het Verbond van Nederland
sche Werkgevers met de meeste kracht ste.l-
ling moeten nemen. Naar hun meening im
mers zullen die hervormingen den grondslag
van eiken maatschappelijken vooruitgang,
n.l. de op privaatbezit steunende volkswel
vaart, aantasten.
De leden van het Verbond van Nederland
sche Werkgevers betreuren het dan ook, dat
de regegring zonder aandacht te schenken
aan het belangrijke prae-advies van den
Hoogen Raad van Arbeid in dezen tijd, waar
in alle krachten moeten worden ingespan
nen om het bedrijfsleven intact te houden,
door de indiening van dit ontwerp de aan
dacht van hetgeen de bedrijfsgenooten ver-
eenigt heeft afgeleid tot wat hen verdeelt en
den zoo noodzakelijken bedrijfsvrede heeft
gemaakt tot een spél van theoretische èn po
litieke overwegingen.
Zij dragen het bestuur op hun meening te
dezer zake ter kennis te brengen van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal en alle
gepaste middelen aan te wenden, welke er
toe kunnen bijdragen, dat dit ontwerp niet
tot wet wordt verheven.
DE ACHTERUITGANG VAN HET
GEBOORTECIJFER
DE 200,te GEBOORTEDAG VAN GEORGE WASHINGTON
7"""TT7
In Dultschland bezit men een historisch schilderij van de overtocht van George Washing-
ion over de rivier de Delaware. Het is van de schilder Emanuel Leutze en bevindt zich
in de Bremer Kunstholle.
III. (Slot).
Wat de cijfers aangaande de
huwelijken tnsschen Prot. en
R. Kath. leeren en wat uit de
gegevens der gedwongen huwe
lijken valt op te maken.
Kinderen uit gemengde
huwelijken steeds meer
godsdilenstloos
Leerzaam is wat de statistische overzich
ten te zien geven aangaande de godsdienst
van de kinderen uit gemengde huwelijken. De
invloed der moeder blijkt het grootst te zijn,
want al naar deze Roomsoh of Protestant is,
zijn de meeste kinderen als Roomsch of Pro
testant ingeschreven. Bjj de Roomschen valt
echter in dè laatste 50 jaar een groote achter
uitgang te constateeren. Van de 100 gezinnen
met een Roomsch Katholieke moeder lieten
in de periode van 18791893 64 hun kinderen
als Roomsch insc.lirijven. In de periode van
19191928 is dit percentage gedaald tot 38.
Voor de huwelijken met Roomsche vader zijl'
deze cijfers "36 en 15.
Merkwaardig is dat voor de Protestanten in
beide gevallen het percentage al de jaren
door ongeveer gelijk bleef. In de huwelijken
met Protestantscbe vader is het in de beide
genoemde perioden 27 en in die met Prote-
stantsche moeder 52 en 53. Opvallend is vooral
de sterke toename van het aantal gemengde
huwelijken, wier kinderen als godsdienstloos
staan geregistreerd. Het steeg in de genoemde
perioden bij de huwelijken met Roomsche
moeder van 1.4 tot 30.6 pet. en bij die met
Roomsche vader van 2.7 pet. in 1894-1903,
tot 25.5 pet. in 1919-192S.
Verder is hier nog van belang dat de ge
zinnen met Roomsdie kinderen grooter zijn
dan die met Protestantsche kinderen. Het
terugloopen van het kindertal bjj beide is
echter ontstellend.
In het laatste hoofdstuk onderzoekt Dr.
Sanders hoe het staat met de verhouding van
gedwongen huwelijken eenerzjjds en beroep,
trouwjaar en godsdienst anderzijds.
De cyfers doen hier duidelijk de conclusie
van de hand, dat het aantal geboorten voor
het huwelijk en het aantal gedwongen huwe
lijken toeneemt al naar de cultureele ontwik
keling der ouders op lager peil staat. Vooral
groep A (hoogst ontwikkelden) valt jlit
aantal bijna geheel weg, en ook in B (hoogere
ambtenaren) is het zeer gering. Het percen
tage geboorten voor het huwelijk of binnen
de eerste vier maanden is in groep C (winke
liers) resp. 5 en 10, in D (geschoolde vak
mensehen) 7 en 15, in E (geoefende vak
mensehen) 7 en 10, in F (niet-vakarbeiders)
"1 en 26 en in G (Neo-Malthusianen) 3 en 10.
Dr. Sanders waarschuwt er voor, bij het
groote verschil tusschen E en F er rekening
mee te houden, dat onder E valt het tram- en
post personeel, meest jonge menschen die na
den oorlog trouwden; zij zyn meer vertrouwd
met de middelen ter voorkoming van zwan
gerschap dan de arbeiders uit de voor-oorlog-
sche tijd. Hetzelfde geldt natuurlijk voor
groep G.
Vergelijken we nu verder de verschillende
perioden met elkaar, zoo nopen de gegevens
tot de gevolgtrekking, dat over het geheel ge-
dureflde de laatste 30 a 40 jaar het percentage
geboorten voor het huwelijk en het percentage
gedwongen huwelijken aanmerkelijk is afge
nomen. In groep F (niet-vakarheiders) echter
is deze teruggang minder, en ging zelfs het
aantal gedwongen huwelijken iets omhoog;
het bedroeg in 19191928 ongeveer 50.
Bovengenoemde vermindering mag echter
volgens Dr. Sanders niet worden toegeschre
ven aan een vermindering van sexueele om
gang voor het huwelijk, maar komt z.L op
rekening van een toenemend gebruik van anti
conceptie middelen en van een meerdere toe
passing van abortus criminalis. Een speciaal
onderzoek heeft uitgewezen, dat sedert de
oorlog in de lagere klassen der bevolking
weinig meisjes geen sexueel verkeer gehad
hebben vóór het huwelijk. Dikwijls geldt dit
ook in hoogere klassen. Uit het bovenstaande
blijkt echter, dat genoemde middelen tot voor
koming van geboorten in groep F (de laagste
bevolkingsklasse) 't minst toepassing vonden.
Tenslotte is in dit verband de godsdienst
een belangrijke factor van vergelijking. Over
het algemeen blijkt het percentage geboorten
voor het huwelijk by de Roomschen hooger
te zijn dan b\j de Protestanten (uitgezonderd
in groep C, winkeliers), terwijl 'tpercentage
geboorten binnen de eerste 9 maanden van 't
huwelijk bij de Protestanten iets hooger Is
(uitgezonderd groep F, waar bet voor Room
schen en Protestanten beide ongeveer 50 is).
In gToep D, geschoolde vakmenschen, is het
eerstgenoemde percentage bv. 6 (Prot.) en
Hiernaast geven wij een foto
rfssï van een prachtige Plantenbak,
BH
blauw of geel met zwarten
voet, vervaardigd in de Glas
fabriek Leerdam, naar een
ontwerp van Copier. Hierin
Uw begonia, Uw varen of
roode geranium en tezamen is
het een lust voor de oogen. De
fabriek ..Leerdam" heeft met
deze bloempot eer ingelegd en
wij vonden het een uitermate
geschikt geschenk voor onze
trouwe medewerkers. Wie n.l.
een kwartaal-abonné voor
minstens één jaar voor ons
blad aanbrengt, ontvangt de
pot gratis thuis gezonden.
Merkwaardig zijn de cyfers voor de ge
mengde huwelijken tusschen Protestanten en
Roomsch-Katholieken. Het percentage van
geboorten voor of binnen de eerste negen
maanden van het huwelijk bedraagt hier in
groep C (winkeliers) 44%, D (geschoolde vak
menschen) 58%. E geoefende vakmenschen)
53, F (niet-vakarbeiders) 76 en G (Neo-Mal-
j.husianen) 40.
Dit is over t algemeen veel hooger dan by
de niet gemengde huwelijken.
Hieruit mag de conclusie worden getrokken
dat ontijdige zwangerschap zeer dikwijls een
belangrijke oorzaak is voor het aangaan van
een gemengd huwelijk.
Een enkele slotopmerking
Uit hetgeen we in een drietal artikelen uit
het boek van Dr. Sanders hebben meegedeeld,
kan voldoende blijken, welk belangrijk werk
by met zyn onderzoekingen heeft gedaan. Bij-
zonder treft de duidelijke wyze, waarop hij
het vele materiaal heeft verwerkt. Het wordt
niet alleen op glasheldere wyze besproken in
de tekst en is niet slechts ondergebracht in
overzichtelijke tabellen, maar bovendien ver
werkt in duidelyke grafieken, die dikwijls ver
rassend in staat stellen met één oogopslag
een ingewikkelde situatie te overzien.
Helaas is een enkele maal een kleine on
nauwkeurigheid binnengeslopen. Zoo klopt
wat onder a staat op blz. 25 niet met de
tabellen 8 en 9 en zal op blz. 116 in regel 6
[van boven, in plaats van „Neo-Malthusians"
'moeten worden gelezen „unskilled labourers"
(groep F.) Maar dit zyn groote uitzonde
ringen.
Van eeirfgszins meer belang achten we een
enkele opmerking op blz. 7, waar o.i. van de
Gereformeerden en Clir. Gereformeerden niet
een algeheel juiste voorstelling wordt gege
ven, wanneer wordt gezegd, dat ze. wat be
treft het huwelyk wel hun inzichten regelen
naar de By bel, maar dat hun opvattingen in
dezen eer gegrond zyn op de Grieksche philo
sophic, die leert, dat het nuttig is, voor het
welzijn van den geest het vleesch te kruisigen
dan op het Oude Testament volgens hetwelk
ook het lichaam als zoodanig, een kunstwerk
Gods is.
Door de tegenstelling zoo te poneeren,
wordt aan deze groepen toch niet recht ge
daan. Juist in genoemde kringen wordt er
over het algemeen de nadruk op gelegd, dat
ook het lichaam als schoone echepping Gods
op zichzelf waarde heeft. Het zou niet moei
lijk zijn, uit bijna elk werk van Kuyper, ora
slechts één te noemen, eenige aanhalingen van
dezen inhoud te doen. De invloed der Griek
sche philosophie wordt hier dan ook ten on
rechte geconstateerd. De Grieksche houding
kwam voort uit wereldverachting en een be
schouwen van het stoffelyke als minderwaar
dig. En aldus is niet de opvatting van de
groep, die Dr. Sanders de Calvinisten noemt
In overeenstemming met het bovenstaande
bedoelen ze juist wereldwaardeering, maar
zoodanig, dat het stoffelyke, als van andere
(niet mindere) waarde, niet door het geeste
lijke wordt overheerscht.
Indien dan ook met bun beschouwingen een
pootere eerbied voor het huweiyk'in verband
is te brengen, zoo ligt het aanrakingspunt
juist hierin, dat ook het lichaam van zoo
groote waarde wordt beschouwd, dat ook daar
mee God moet worden gediend.
Misschien wil de schrijver zich de moeite
getroosten, uit zijn mooie boek by een her
druk dit vlekje te verwijderen.
We willen eindigen met onze bewondering
uit te spreken over de wyze, waarop in <iit
boek op zoo beknopte, vlotte en aangename
manier een geweldige hoeveelheid dorre gege
vens toegankelijk zyn gemaakt. Vooral is het
ook verdienstelijk, dat Dr. Sanders het saam-
gebrachte materiaal doet spreken en den
lezer er opmerkzaam op maakt, wat er uit
A-alt te concludeeren. Vaak uitgesproken ver
moedens zyn gestaafd, en onverwachte ge
volgtrekkingen, door de feiten zelf aan de
hand gedaan, hebben belangrijke nieuwe
dingen aan het licht gebracht.
Samenvatting
Het zy ons vergund, tenslotte de belang
rijkste resultaten nog eens kort samen te
vatten.
De hoogere maatschappelijke klassen heb
ben het kleinste kindertal (uitgezonderd de
predikanten) terwijl de grootste gezinnen wor
den aangetroffen onder de laagste arbeiders
klasse.
De Calvinisten hebben verreweg het groot
ste aantal kinderen. Dan volgen de Roomsch
Katholieken en daarop de Ned. Hervormden.
Voor de Calvinisten geldt dit in alle beroeps
groepen en in al de onderzochte jaren (IS79
—1928).
De kinderlooze huwelijken zyn in alle gods
dienst-groepen zeer ongelijkmatig over de be
roepsklassen verdeeld. Het geringste aanta]
treft men in alle beroepsgroepen aan onder
de Calvinisten, de meeste onder de gemengde
huwelijken. Ook by de Roomsch-Katholieken
is het percentage vrij hoog.
Het kindertal is eind vorige en begin dezer
eeuw, totaal tot ongeveer de helft terugge-
loopen. De teruggang was niet in alle bevol
kingsgroepen even sterk. Percentsee-
wijze is echter het kindertal bh
alle godsdienstige groepen de laat
ste jaren in gelijke mate afge
nomen.
Het aantal kinderlooze huwelijken nam toe.
maar zeer verschillend over de bevolkings
groepen en over de godsdiensten verdeeld.
Verminderde vruchtbaarheid kan dus niet
de oorzaak zyn van de achteruitgang van het
geboortecijfer. Dit kan ook blijken uit het feit,
dat na een sterfgeval het volgende kind spoe
diger wordt geboren dan wanneer geen kind
stierf.
Niet alleen het geboortecijfer, ook het aan
tal in leven blijvende kinderen ging achter
uit De geboortevermindering is dus niet toe
te schrijven aan de vermindering der kinder
sterfte.
Het aantal kinderen uit gemengde huwe
lijken (R.-K. met Prot.), die als godsdienst
loos staan opgegeven, nam toe.
In de lagere bevolkingsgroepen is het aan
tal gedwongen huwelyken aanmerkelijk groo
ter dan in de hoogere.
Het percentage gemengde huwelyken ver
toont over de laatste jaren een dalende lyn.
Dit moet echter worden toegeschreven aan
meerdere bekendheid met middelen ter voor
koming van zwangerschap en geboorte.
Naar verhouding komen onder de gemeng
de huwelyken de meeste gedwongene voor.
Een gedwongen huweiyk is dus dikwijls oor
zaak van een gemengd huwelyk.
Gemengd Nieuws.
DOODELIJK MOTORONGEVAL
Zondagmiddag is te Sassenheim in de
Hoofdstraat de 20-jarige Van D. uit Lisse door
het springen van een band van de duo van
een motorfiets gevallen. Hij werd eenige me
ters meegesleurd en werd deerlijk gewond
naar het St. Bernardusgesticht ovrgëbracht.
In den afgeloopen nacht is hij overleden.
ROFFEL-RIJDEN.
Opgehelderd
'li Heb angstvalligUjk gezwegen
Over 't radioschandaal,
Dat de rechtsche sectaristen
Nageld' aan de Avropaal
Ach, ik heb wat ondervinding
Opgedaan op dat gebied;
Op de teere luisterteenen
Trap ik dus bij voorkeur niet.
Maar, nu in de Tweede Kamer
Scherpe vragen" zijn gesteld,
Meester Boon hat liberale
Lastervonnis heeft geveld;
Nu hij danig in de boonen
(Kamerboonen!) bleek te zijn,
En van zijn verplettrend vonnis
Zelfs het recht niet bleef in schijn
Nu zoo klaarlijk is gebleken,
Dat hij voor een Omroep vocht,
Die de nationale eenheid
Slechts in dikke woorden zocht
Nu, als glas zoo helder, uitkwam.
Dat een man als Meester Boon
Zwarte laster durft te uiten
Op gezwollen kamertoon
En hij, slechts één etmaal later
Zijn beschuldiging herroept
Die Perquin en. Van der Deure
Bij de volksvcrlakkers groept;
Nu de rijksminister Reymer
Geen mament zich heeft geschaamd
Uit te spreken: dat de Avro
Leugentaal heeft uitgekraamd;
Nu de zon is doorgebroken
En de ingevochte lucht
Is gezuiverd van verdenking
En van lasterlijk gerucht;
Nu ik daar de ware Avro,
Die het zendervraagstuk remt,
Die de natie wil regeeren,
Daar zie prijken in zijnhemd;
Ja, nu waag ik het verwonderd,
Zeer bescheiden paf te staan,
En mijn rechtsche luisterhanden
Echt perplex ineen te slaan
(Nadruk verboden.)
LEO LENS.
Radio Nieuws.
WOENSDAG, 24 FEBRUARI
VARA: Amst. solisten
i Hul sea NCRV: Middagconcert
i Londen R.: Orgelconcert
l Köolgswusterhauseeni Craeer:
Daventry: Orgelooncert
Hilversum VARA Zang en Plano
15.50 K ön lgs
t VARA: Gramofo<
Hllveraum VARA:
i Londen R.: Sextet
Kslundborr; Doonsc&e lledei
Hilversum VA" - - -
tijd
VARA: Mustek
L&ageaberg: Concert
Hulzen NCRVGramofoonrmizlek
Per Ijs-Elf tel: Concert
Warschau: Orkest
Daventry: Concert
Hilversum VARA: Orkest
Kalundborg: Concert
Daventry: Concert
Hilversum VARA: Concert
Hulzen NCRV: Haraionlutnbeapeltos
i NCRV: „FryaJftn
8.00 Hnti
10.00 H H v
10.3e Hulzen NCRV: Zlekendlei
i NCRV: Kinderuurtje
12.00 1
1S.S0 1
19.45 1
31.40 1
23.00 I
RADIO OVER HET ELECTRIS4-'H NET.
Dezer dagen bevatten de dagbladen een be-
er „een geheel nieuwe uitvinding" n.l
„.„.brengen van radio-programma's ovér d«
?lectrlclteltsnetten. Op die wyze zol het moe».-
t)k ztjn gelijktijdig verschillende radlnprogram
ma s over het gewone llchtnet uit te zenden.
leder die aan het electrlsche net ls aan
richt
gesloten, in staat ls dooi
apparaatje uit het
betrekki
In werkeltJkbeld ls de gedachte om de hoog-
fanïT J!5S^len.voor hrf overbr*n?en van tel®,
rome te gebruiken ouder dan de omroep zelf
keT^ersdlen J^T h*®"* nAar Telefun-
«r.t. n? na me(1*<teelt. Telefunken als
sl f,r™a ter vereld gebruik gemaakt van
van ttlefo^raield"l'eD VOor h'1 overbrengen
van telefonie en wel mot goed resultaat.
DE VAL VAN KONSTANTINOPEL
Door LEWIS WALLACE Naar het Engelsch door ALMA
De Vorst riep zijn Sheik tot zich en vraag
de: Wie is die kijgeman daarginds? Die met
de gouden wapen rusting.
De Emir El Hadj Vorst.
Hij de Emir El Hadj! Nog zoo Jong, en
dan reeds zoo hoog geplaatst?
Ja. Vorst, antwoordde de Sheik. In de
herberg' te Medina hoorde ik zijn geschie
denis. In den Bey Iskander hebben de Tur
ken een geduchtèn vijand. Hij is zóó sterk,
<iat twee mannen ternauwernood zijn zwaard
kunnen opheffen. Op zekeren dag verscheen
hij uitdagend voor het leger van den Sultan.
Hij, die daar staat, was de eenige die hem
aandurfde. Zij steden van den morgen tot
den middag, toen rustten zij van den strijd.
Wie zijt gij? vraagde Iskander. Ik ben eer.
dienaar van Moerad, den Bevelhebber der
Geloovigen, die mij bevolen heeft u tot hem
te brengen, dood of levend, luidde het ant
woord. Iskander lachte en zeide: Ik hoor
aan uw spraak, dat gij niet een Turk zijt,
•n om te zien, of de Bevelhebber der Geloo
vigen, zooals gij hem noemt, van plan is
om iets van u te maken, zal ik u de eer van
den dag laten. Ga dus uws weegs. Toen hij
dat gezegd had nam hij zijn reuzenzwaard
op, alsof het een verdord palmblad was, en
De Emir der Bedevaartgangers. De be
noeming werd beschouwd als de hoogste
guest, dis de Sultan kon b.ewijzcn,
verliet het strijdperk.
De Vorat luisterde aandachtig en reide
toen: Roep Nilo, mijn neger. Laat hij ter
stond hier komen.
De Sheik boog beleefd en ging haastig
heen.
De Vorst bleef in dezelfde houding staan,
de oogen strak op den Emir gevestigd, en
mompelde: Zoo jong nog en aan reed's in
zoo groote gunst bij den ouden Moerad! Ik
moet hem kennen. Mislukt mijn plan, dan
kan hij mij van dienst zijn. Wie weet!
Hij zag naar boven, alsof hij tot iemand
sprak.
Intusschen ondervraagde de Emir den
vaandrig.
Die pelgrim schijnt rijk te zijn, zeitfe hij
De vaandrig antwoordde: Hij is de Indi
sche Vorst, over wien ik veel hoorde spre
ken, sedert wij Medina verlieten.
Wat hebt gij gehoord?
Dat hij rijk is en milddadig. Hij strooit
zijn geld, als de zaaiers hun zaad.
Wat nog meer?
Hij is vroom en geleerd als een Imam.
Zijn volk roemt hem zeer. De gebedsformules
kent hij nauwkeurig. Op de vastgestelde uren
schuift hij de gordijnen van zijn draagstoel
open, en bidt met luide stem. Ook hoorde
ik, dat hij op de reis van El Katif naar
Medina in de achterhoede der karavaan
reisde, hoewel hij vooraan had kunnen gaan.
Daarin zie ik geen verdienste. De roo-
vere vallen gewoonlijk eerst de voorhoede
aan.
Zeg mij. Emir, wat ontmoet gij liever
op uw pad, een roover, of de pest?
Een roover, antwoordde de Emir beslist.
En gij weet zeker, dat de voorhoede
haar pestlijders laat liggen tot een prooi
voor gieren en jakhalzen?
Ik weet het.
Welnu, Emir, luister naar mij. De ka
ravaan telde drieduizend man, toen zij El
Katif verliet Ruim driehonderd werden door
de pest aangetast, en achtergelaten om te
sterven. Van deze werd een honderdtal dooi
den Indiër verpleegd. Dat moet de reden
zijn waarom hij in de achterhoede wil rei
zen. Hij zegt dat Allah zijn beste zegeningen
doet vinden onder armen en stervenden.
Voorwaar, die Vorst van Indië is een
heilig man. Maar hoe redde hij die ver
lorenen?
Door een bijzonder geneesmiddel, in
zijn land alleen bekend aan koningen en
edellieden. Kan hij den aangetasten lijder
bereiken voordat hij sterft dan is een enkele
druppel van dat vocht voldoende, om den
zieke te genezen. Hebt gij gehoord wat hij
te Medina deed?
Neen.
Gij weet Emir, dat vele armen in de
heilige schaduw van het Graf des Profeten
wonen.
Ja, dat weet ik, zeide de Emir lachend.
Rijk ging ik naar binnen, arm kwam ik er
uit Armer dan de armste van die bedelaars
Welnu, ging de vaandrig voort, hij riep
die allen tot zich, en gaf ze te eten, niet rijs'
en wilde prij en zuur brood, maar hij' zette
hun schotels voor, die een kalif zoude doen
watertanden, on do lieden keerden terug,
onder luid geroep, dat de ziel van den
Profeet op aarde was teruggekeerd.
Op dit oogenblik maakte een troep gewa
pende ruiters een einde aan het gesprek. De
eenvormigheid van wapens, uitrusting, en
paardentuigen, zoo ook de orde, die onder
hen heerschte, deden den troep kennen als
een bevoorrecht regiment van het Turksche
leger, terwijl de muziek, de gevelde lansen,
de groote tulbanden en de wijde broeken
duidelijk deden zien, dat zij van zuiver Oos-
tersch ras waren.
In het midden der soldaten gingen, als
voorwerpen van zorg en eerbied, gewijde ka-
meelen, forsche, krachtige dieren die door
hun optuiging en de buitengewone lasten,
die zij droegen, nog grooter schenen, dan
zij in werkelijkheid waren. Zij ook waren in
gala: een masker van zijde en gouddraad
voor het gezicht, een veelkleurig kroontje
van wuivende veeren op het hoofd, om den
hals een ruim, tot op de knieën afhangend
kleed, met metalen franje afgezet Daaren
boven was hun een mantel omgehangen van
brocaatzijde. zorgvuldig over een hoepel
geplooid, om den indruk te geven van de
gebogen lijn op den rand eéner klok. Op
hun rug droegen zij paviljoens, van sierlijk
gedrapeerde, prachtig geborduurde zijde.
Boven de paviljoens trilden reusachtige
aigrettes, van groene cn zwarte veeren. Het
waren de mahmals, die onder meer ge
schenken van groote waarde de Kiswah,
(gordijnen voor het Huis Gods) bevatten,
welke de Sultan aan den Sherif van Mekka
zond. ter vervanging van de oude gordijnen
De vreeselijkste rampen naar lichaam en ziel
kunnen den Emir El Hadj treffen, die de
mahmals niet in goeden staat op de
plaats hunner bestemming brengt.
Terwijl de ruiter den heuvel opreed, deed
de muziek zich hooren. Op den top zwenkte
de colonne en schaarde zich ter linkerzijde
van den Emir. gevolgd door tal van kamee-
len, beladen met krijgsbehoeften, en van een
gansche horde karapvolgers. Binnen weinig
tijd was naast het kamp van den Indiër een
tweede kamp opgeslagen ,in welks midden
zich een tent van buitengewone afmeting
verhief de bewaarplaats voor de geschon
ken van den Sultan.
Intusschen naderden de karavanen en ver
spreidden zich over het terrein. Terwijl de
jonge Emir met de grootste aandacht dit
schouwspel gadesloeg, trad de Sheik van den
Vorst op hem toe.
O. Emir, zeide hij met een diepe buiging
Een wilde fanfare van trompetten, cim
balen. en trommels overetemde zijn woord
Hij kwam nader, bijna tot naast don stijg
beugel.
O, Emir! zeide hij nogmaals.
Ditmaal word hij verstaan.
Wat ivilt gij? vraagde de Emir korte!,
alsof het hem onaangenaam aandeed ge
stoord te worden. Zijn ontstemming weck
echter, toen hij Nilo gewaar werd in smet
teloos witte kleeding, een koperen schenk
blad in de hand, waarop een aarden kruik
en twee bekens, één van zilver één van
kristal
Wat wilt gij? vraagde hij iets vriende
ik er.
De Sheik nnlwoordd»: De vonrtrefleltlkc
Hadji, mijn heer, dien gij daar voor de tent
Kunt zien staan, zendt u «en groet, zooals
den oprecht geloovige betaamt aan een mede
pelgrim, die eveneons voor het heil zijner
ziel naar de Heiligste dér Steden reist; en
|hn laat u bidden een teug te willen nemen
flt pranaatappelsap, twelk vorkoe-
Leesf ITk hejDaam voor den
geest, daar het gekocht is aan de deur van
W in eeu'fghPeS!Cten' Pri* tn w
Onder dei» toespreek vulde de nener met
d!fh T bPkl>rs. hij begreep.
f.f.Jl "cn van dcn <lra"k '"'koring moeit
ji loefenenna een langen rit dom d»n woe,
Emir aan. Dean onl-
hu? n, linkerhand on hiel tfcn beker op
J"''"8 buiging voor don Hadji bij
de tentdeur met Mn teug ledigde. De vaan-
drig \olgde zijn voorbeeld, terwijl de Emir
tun paard wende, ten einde in pereo^n riju
donk te gaaji betuigen.
„- rrtendelijkholrt mij beween, o
Ilartjil zeid. hu ton hij «fge,tegen was la
In overeenstemming met de daden van
éüSüIli 7d 1 ""'"J. uw« medemenaehan.
:"'r lk hoor. 'lm weg van
Cr,?»".'' Peehlemoer geplaveid hebt
d.~InHir L.7 SlV" bid Ik t,. antwoordde
ï.mh u be'fM buigende Wie zal gehoor
zaamheid weigeren aan de wet?
,1,7 .'j! ■i' jb'idoiijk. dat gi| een goed man
u.r Emir. eveneens met een buiging.
- r?< m'l 'lil te beamen Oni
o\or iets beters te opreken, dere tent in .-V
na MklIS»rtlde miJrK- '-n h*ar
hit w r n<? n,ct ^'^kken
het U. dappere Emir. wellicht aangenamer
2» rtr 1?innen Kaan. Ik ben met alles
wat ik bezit tot uw dienst.
I Wordt vervolgd