WOENSDAG 13 JANUARI 1932
DERDE BLAD PAG, 9
Kerknieuws.
GEREF. GEMEENTEN
Tweetal: Te Giessendam, J. D. Barth
te Borssele en G. H. Kersten te Rotterdarti.
NED. HERV. KERK
Beroepen: Te Godlinze, cand. A. A. de
Bruyn te Utrecht. Te Hardinxveld en
Driesum, H. Bout te Leerbroek.
Aangenomen: Naar Rilland-Bath (toez.)
Oh.'de Beus te Ten Boer.
Bedankt: Voor Krimpen a. d. IJssel, J.
van Veen te Muiderberg. Voor Amstelveen,
S. Goverts Jr. te Gameren. Voor Benschop,
J. Ronge te Hoog-Blokland.
GEREF. KERKEN
Bedankt: Voor Aalsmeer, A. van der
SWeg te Ottoland.
BEROEPINGSWERK
Te .N ij m e g e n gaan In de Evang. Luth.
•Gemeente stemmen op, om wéér 'n Duitsch
Luthersch predikant te .beroepen. Tot 1907
werd deze gemeente steeds door Duitsche
predikanten bediend. Reeds werd uit
Duitschland een sollicitatie ontvangen. Het
feit, dat de gemeente in herhaalde beroepen
steeds door bedanken werd teleurgesteld, zal
aan het vragen om een Duitsch predikant
wel niet vreemd wezen.
CANDIDATEN TOT DEN H. DIENST
Cand. E. J. Buitenbos is door de
Classis Amersfoort der Geref. Kerken prae-
paratoir geëxamineerd en beroepbaar ver
klaard. Na 1 Febr a.s. is hij'bereid des Zon
dag? de kerken te dienen en een eventueel be
roep terstond in overweging te nemen.
AFSCHEID BEVESTIGING INTREDE
Ds. H. J. Jager, Geref. predikant te
Jutrüp-Hommerts, denkt' Zondag 7 Febr. e.k.
afscheid te nemen van zijn tegenwoordige
Gemeente, om Zondag 21 Febr d.a.v. intrede
te doen te Voorthuizen. Als bevestiger zal op
treden Ds. K. Doornbos te Boksum.
Ds. J. B. V a n h a e 1 e n, die het beroep
aannam naar Geskesklooster-Stroobos, waar
hij 23 Jan. a.s. zyn intrede hoopt te doen, nam
Zondag afscheid van de Geref. Kerk te Hoek
(Zeel.). Velen waren opgekomen, om dezen
dienst der Woords bij te wonen. Ds. Vanhae-
len had tot tekst gekozen Hebr. 6 48. Na
de prediking richtte hij een persoonlijk woord
tot Ds. J. S. Post, van Axel, die de classis Axel
vertegenwoordigde, het dagelijksch bestuur
der gemeente en ten slotte tot den Kerkeraad
en de Gemeente. Ds. Post sprak namens de
Classis en als vriend hem hartelijk toe, terwijl
namens Kerkeraad en Gemeente woorden van
dank en waardeering werden gesproken door
ouderling W. H. Louwerse.
KAPELBOUW „ZON EN SCHILD".
Dezer dagen heeft op „Zon en Schild" te
Amersfoort het Nationaal Comité, dat
zich ten doel stelt gelden bijeen te brengen
voor den bouw van een kapel voor de Ned.
Herv. Stichting „Zon en Schild", vergaderd.
Het Comité nam dankbaar kennis van de
aanvankelijk verkregen resultaten. In tal van
Gemeenten is aan den oproep, een kerkcollecte
te willen houden, voldaan. De bijeengebrachte
gelden hebben in vele gemeenten de verwach
tingen verre overtroffen.
Met blijdschap werd vastgesteld, dat door
tal van Gemeenten werd toegezegd in 1932,
hetzij door middel van een kerkcollecte, hetzij
op andere wijzer gelden te verzamelen. Het
Comité beraamde op welke wijze de Gemeen
ten, die nog niets van zich lieten hooren, aan
gespoord zouden kunnen worden om ook aan
de actie deel te nemen.
Nu het geheele jaar 1932 nog gebruikt kan
worden om het gewenschte doel te bereiken,
wordt de verwachting uitgesproken, dat het
zoozeer gewenschte pl§n zal slagen.
Uit enkele provincies werd medegedeeld, dat
erop gerekend kan worden, dat het bedrag,
waarvoor die provincies destijds werden aan
geslagen, ten volle zal worden opgebracht.
KERK EN VREDESACTIE
Het ontwapeningspetitionnement van de
Nederlandsche afdeeling van den Wereld
bond der Kerken is thans door 525 kerkera
den en kerkbesturen geteekend. Nog dage
lijks komen er nieuwe onderteekenaars bij.
De specificatie is deze, dat teekenden: van
de Ned. Herv. Kerk 272 kerkeraden, van de
Geref. Kerl..n 131, van de Evang. Luth. Kerk
19, van de Vrij-Evang. Gemeenten 7, van de
Remonstr. Geref. Broederschap 22, van de
Chr. Geref. Kerken 5, van de Hersteld Evang.
Luth. Kerk 4, van de Geref. Kerk H.V. 17,
van de Doopsgez. Broederschap 40 kerkera
den en van de Oud-Katholieke Kerken 8
kerkbesturen, samen 525 kerkeraden en kerk
besturen
Het aantal op het centraal bureau ontvan
gen handteekeningen van particulieren be
draagt thans 75000. Vele belangrijke zendin
gen moeten echter nog binnenkomen. Tot 20
Januari a.s. worden deze op het Centraal
Bureau (Heerenstraat 40, Utrecht) verwacht
Met het getuigenis van de Geref. Kerk te
Amsterdam aan de Ontwapeningsconferentie
is door ruim 200 kerkeraden in ons land in
stemming betuigd.
KERKORGELS
Te Sassenheim is Zondag het nieuwe
kerkorgel in de Herv. Kerk in gebruik geno
men. Ds. Krijkamp had tot tekst Openb. 5 9
14. Het orgel werd bespeeld door den heer
S. P. Viisser, organist te Hillegom en adjunct-
Dir. der N. V. P. v. Dam te Leeuwarden, leve
rancier en bouwer van dit orgel.
HET CALVINISME IN FRANKRIJK
Te Rotterdam heeft gisteravond, voor de
Alliance Frangaise en het genootschap Neder
landFrankrijk, in de Waalsche kerk Ds.
Charles Bost, predikant te Le Havre een le
zing gehouden over het Calvinisme in
Frankrijk, voorheen en thans.
Spr. ging o.m. na het ontstaan van de her
vorming in Frankrijk vanuit Zwitserland
onder heftige tegenwerking der geestelijkheid.
Zij die kozen voor het nieuwe geloof, zagen
hun leider vooral in den Franschman Calvijn,
wiens levensloop Spr. kort naging. Zijn „Insti
tutie" vond vele instemmende lezers.
Als verschil tusschen Luther en Calvijn gaf
spr. aan, dat de een meer nadruk legde op de
i vrijheid van geest, de ander op de vrijheid van
lichaam.
l Ds. Bost stond verder stil bij de heftige
i vervolgingen onder Frans I en daarna.
Het edict van Nantes gaf verademing, maar
na de opheffing daarvan werd de toestand
vuor de Protestanten weer ongunstig. Tijdens
Napoleon werd het voor hen beter en konden
ze zelfs staatsambten bekleeden. Frankrijk
telde toen 400.000 Protestanten, die 200 voor
gangers hadden. Thans is dit een millioen,
met duizend predikanten, Lutherschen e.d.
meegerekend.
De meesten treft men aan in het Zuiden' en
Westen. Velen wonen in het overige deel van
het Jand verspreid, wat de bearbeiding be
moeilijkt. Er valt te onderscheiden tusschen
een orthodoxe en een vrijzinnige strooming.
De niet-Protestanten nemen tegenwoordig
i tegenover hen veelal een welwillende houding
aan. Tenslotte stond spr. nog stil *>0 de her
leefde Calvijnstudie onder theologen, waarbij
hy noejlde de naam van Prof Lecerf te Parijs.
ZENDING
Zendjngsconsul Dr. N. A. C. S1 o t e-
maker de Bruine. Het Ned. Bijbelge
nootschap heeft een vergadering belegd voor
het afscheid van den Zendingsconsul Dr. N.
A. C. Slotemaker de Bruine, die van verlof
naar Indië terugkeert.
Jhr. Quarles van Ufford heette als voor
zitter van het N.B.G. de talrijke aanwezigen
welkom. Hierna werd het woord gevoerd
door Dr. C. W. Th. baron van Boetzelaer van
Dubbeldam als voorzitter van bet Ned.
BRAND TE UTRECHT
Zend. Gen.; Jhr. mr. A. F. de Savornin Lob
man als voorzitter van de Indische commis
sie van het Ned Bijbel Gen.; Ds. Joh. Rauws
namens de directie der samenwerkende Zen
dingscorporaties te Oegstgeest en namens
den Ned. Zendingsraad; Ds. W. Breukelaar
namens de Zendingsdeputaten der Geref.
Kerken.
Alle sprekers legden er nadruk op, dat
men in verschillende vergaderingen en be
sprekingen nader contact met den consul
had verkregen, wat aan den gang van het
Zendingswerk bevorderlijk zal zijn; zij dank
ten hem en mevr. Slotemaker voor alles wat
zij in het belang der Zending en der zende
lingen doen en zij spraken het vertrouwen
uit op een aangename en vruchtbare samen
werking in de toekomst.
Dr. Slotemaker beantwoordde de sprekers
uitvoerig. Spr. hoopt bij zijn nieuwe arbeids-
periode vooral te kunnen meewerken aan de
organisatie van den Ned. Ind. Zendingsraad
en aan de stichting der hoogere theologische
opleiding, waaraan dringend behoefte be-
De heer Quarles van Ufford sloot het of-
ficieele deel der vergadering met het uit
spreken van de beste wenschen voor een goe
de reis en een gezegenden arbeid.
Daarna bleef men nog eenieen tijd samen
om persoonlijk, van de ertrekkenden af
scheid te nemen. De heer en mevr. Slotema
ker de Bruine maken de reis met de „Mar-
nix van St. Aldegonde", die Vrijdag van
Genua vertrekt
H o 11. I n 1. Kweekschool te Ma-
lang. De Holl. Inl. Kweekscüiool te Malang,
die verleden jaar geopend werd, verheugt
zich in bizonderen bloei. Het aantal leerlingen
bedraagt thans 128, van wie 76 jongens en 52
meisjes. Buiten de school zyn de leerlingen ver
deeld over 5 internaten, die verspreid door ge
heel Malang liggen.
Een bizondere voorbereidende studie werd
aan het leerplan gewijd. Het leerarencorps
werd daartoe in drie secties verdeeld naar de
verschillende vakken, opdat ieder zich zoo
doende een duidelijk beeld kon maken van wat
hy wenschte te onderwij zen, hoe hij dit wensch
te te doen en waarom. Deze laatste vraag
werd dan weer gesplitst in drie onderdeelen:
waarom geef ik myn vak met hel oog op a. de
algemeene ontwikkeling der leerlingen; b. de
technische vorming; en c. hun persoonlijkheids
vorming? Deze studie was zeer belangrijk,
en aan haar zal het mede te danken zijn, dat
alle docenten met animo werkten.
De voortdurende bezuinigingen van het Gou
vernement brachten ernstige zorgen mee. Toch
kan men om dergelijke moeilijkheden de
school niet stop zetten. De Zending komt op
zwaardere lasten en moet voortdurend een be
roep doen op de hulp van hen, die sympathie
voor haren arbeid hebben.
GIFTEN EN LEGATEN
Te H a 11 u m (Fr.) werd door de Ned.
Herv. Gemeente van wijlen mej. J. J. Lont
te Leeuwarden een legaat ontvangen van
1500.—.
Schoolnieuws»
GEM. UNIVERSITEIT TE AMSTERDAM
Hoogleeraarsbenoeming. B. enW.
van Amsterdam stellen den Raad voor, D r.
G. A. S. S n ij d e rthans buitengewoon hoog
leeraar in de klassieke archaeologie en de
kunstgeschiedenis der oudheid.
V (Slot)
Openbaring en geloof
Bazel, 9 Januari
Men sohriift ons:
Het laatste onderwerp onzer conferentie
werd vanmorgen ingeleid door Pierre
M a u r y, Sec.reta.ris der wereldfederatie van
Christen Studenten, die sprak over: „Open
baring en Geloof".
Het strijdt z-..wel met het karakter van
Openbaring als met dat van geloof, tusschen
deze beiden een soheiding aan te brengen,
tenminste in het Christendom. Want daarin
zijn Openbaring en Geloof onlosmakelijk ver
bonden. Verwaarloost men het geloof dan
wordt de openbaring een systeem van waar
heden, van dogmatische formules en tot
object. Het geloof is dan slechts een soort
kennis en dit leidt tot rationalisme.
Plaatst men echter de openbaring op den
achtergrond, dan wordt het geloof sentimen
teel en niet meer onderscheiden van de alge
meene menschelii' j werkelijkheid. In dit
symbolofideisme wordt de inhoud van het
geloof indifferent
In het Christendom zijn openbaring en
geloof zonder elkaar niet te verstaan. Het
geloof ziet juist de openbaring als absoluut.
Dit geloof is naar zijn oorsprong altijd te
herleiden tot een Woord van God.
Gelooven is antwoorden o.p
Gods Woord. De mensch kiest niet
waarin hij gelooven zal.
Daarom moet de openbaring gezien wor
den in het licht van het geloof en het geloof
in het licht der openbaring. God openbaart
zijn wil, en daarop moet de mensch een ant
woord geven.
Die wil is geen algemeetie wet, maar een
persoonlijke eisch. De openbaring is steeds
voor mij, in dit bepaalde oogenblik. Om
Gods openbaring te beantwoorden, moet de
mensch uit zichzelf treden. Dan ontstaat er
een band tusschen God en hem.
Het geloof is dus altijd een antwoord op
het initiatief Gods, dat zich in verschillende
POMPSTATION DER ..ELF GEMEENTEN"
vormen openbaart (bevel, belofte enz.) Het
geloof is direct gebonden aan den auteur van
het geloof, n.l. God. Van Zijn kant is het een
gave, voor ons is het een absoluut waag
stuk, maar tevens absolute zekerheid. Maar
dit alles geldt slechts van het Christelijk ge
loof.
Geloof is de relatie tusschen God en
lagere scholen verbonden. Het aantal leer
lingen der scholen steeg van 7576 in 1929 tot
8380 in 1930. Met het getal leerlingen der
afzonderlijke klassen samen genoten er in
1930 8409 zwakzinnige kinderen buitenge
woon lager onderwijs. Van deze kinderen
waren er 63 pet. in openbare, 12 pet. in Pro-
t.estantsch-Chri6telijke, 23 pet in Roomsch-
mensch, Gelooven is God in Ziin nade ont- Katholieke en 2 pet in andere bijzondere
vangen, Hem antwoorden. De werkelijke scholen geplaatst. In de gemeenten waar
zonde is niet tc antwoorden als God spreekt, plaatselijke scholen voor zwakzinnigen zijn
Steeds moet daarom het gebed zijn een „ver- gevestigd, bezocht gemiddeld 2 per mille der
meerder ons geloof".
Na de discussie werd deze belangrijke con
ferentie door den voorzitter Dr. M. C. Slo
temaker de Bruine gesloten.
Hij memoreerde hoe duidelijk de verschil
lende vragen en problemen in de huidige
theologie naar voren waren gekomen. Eén
ding moeten wij bedenken nl. dat niet onze
verschillende theologieën gelijk hebben.
Voor God hebben we altijd ongelijk (Kierke
gaard). God alleen heeft gelijk. Maar wij
zijn één hierin dat ons de dienst van het
Evangelie is toebetrouwd.
Tenslotte werd nog een korte liturgische
dienst in de Nikolaus-Kapelle gehouden.
Nog zij vermeld dat de avonden aan ver
schillende kleinere onderwerpen werden ge
wijd. Zoo werd gesproken over groote din
gen en zaken in Groot Brittannië, Zending
in de moderne wereld en door afgevaardig
den van de verschillende landen over wat
zij zagen als de taak van de Christen stu
denten in de huidige wereldcrisis. Op één
der middagen werd voorts een bezoek ge
bracht aan het missionshaus te Bazel.
ONDERWIJZERSBENOEMINGEN
Bodegraven (Da Costaschool, hoofd
P. M. Smit), J. Hornsveld, ond. te Naarden
(Rehoböthschool). Mede op tal stonden: J.
Streutker te Gees (Dr.) en M. van Osnabrugge
te Harmeien.
Oversc'hie (Groen van Prinsterersch.,
hoofd H. Wilkeshuis), J. A. Sieffers te Oud-
Bevolking en bijna 15 per mille van het
tal leerlingen der scholen voor gewoon lager
onderwijs deze scholen.
De toeneming van het aantal scholen en
leerlingen werd in een paar grafische voor
stellingen uitgebeeld, terwijl de verbreiding
van het zwakzinnigenonderwijs in ons land
op een overzichtskaartje valt af te lezen.
Van de 100 leerlingen der scholen voor zwak
zinnigen behooren er 66 tot het mannelijk en
34 tot hel vrouwelijk geslacht
Er waren in 1930 3 scholen voor slecht-
hoorenden met 231 leerlingen. Aan deze
scholen waren 29 hoofden en onderwijzers,
en 10 vakonderwijzers werkzaam.
Behalve de genoemde en nog tal van
andere gegevens omtrent de scholen voor bui
tengewoon lager ouder ijs, bevat de statis
tiek enkele rubrieken, welke in de uitgaaf
betreffende het vorig jaar ontbraken, n.l.
betreffende de opleiding en de nazorg voor
oudleerlingen van scholen voor buitenge
woon lager onderwijs.
DRIE EN VIJFTIGSTE JAARCOLLECTE
VOOR DE SCHOLEN MET DEN BIJBEL
(LJJ
srtiawijik (Gr.)
Schraard (Gernf. Knrk)
I)» Tieke (onder Nljefra]
Terend (Pr,)
Dw-inse'oo
l>en Hulst
Wijho
BUITENGEWOON LAGER ONDERWIJS
Verschenen is de Statistiek van Buitenge
woon Lager Onderwijs, d.i. het onderwijs
aan doofstommen, blinden, slechthoorenden
en zwakzinnig betreffende het jaar 1930.
Deze uitgaaf van het Centraal Bureau voor
de Statistiek is wederom voorzien van een
uitvoerige inleiding, bewerkt dor den chef
der afdeeling Onderwijsstatistiek, dr. Philip scharondijk<
J. Idenburg. Bevatte de inleiding tot detRreda
statistiek van het buitengewoon lager on- JTotaai
derwijs over 1929 een beknopt historisch sta- J
tistiek overzicht van de in die uitgaaf be
sproken takken van onderwijs, de onderha
vige uitgave voert den lezer naar het bui
tenland en brengt hem in kennis met de
regeling van het buitengewoon lager onder
wijs in Duitschland en Engeland, terwijl zij
cijfermateriaal bevat betreffende het getal
scholen, leerlingen en leerkrachten in de
genoemde en nog een aantal andere Euro-
peesche landen. In Nederland waren er in
1930 6 scholen voor doofstommen, waarvan
4 met internaat en 2 zelfstandige dagscho
len. Zij werden door 849 leerlingen bezocht
tegen 819 leerlingen in 1929. Het aantal jon
gens overtreft het getal meisjes. De verhou
ding der sexen is als 55 45. Aan deze
scholen waren 97 hoofden en onderwijzers
en 19 vakonderwijzers verbonden. Er waren
in 1930 4 scholen voor blinden, alle met in
ternaat. Hierop gingen 235 leerlingen tegen
227 in 1929. Ook hier overtreft het getal der
mannelijke leerlingen dat der vrouwelijke
belangrijk. De verhouding was hier als 64
36. Aan deze scholen waren 21 hoofden en
onderwijzers en 25 vakonderwijzers werk-
Het aantal scholen voor zwakzinnigen
bedroeg in 1930 90, d.i. 7 meer dan in 1929.
Hiervan waren er 4S openbare, 12 Protes-
tantsch-Ghristelijke, 26 Roomsch-Katholiake,
2 Israëlitische en 2 neutrale bijzondere scho
len. Deze scholen zijn bestemd voor debiele,
imbeciele en idiote kinderen. Behalve deze
scholen waren er nog afzonderlijke klassen
voor zwakzinnige kinderen aan 6 gewone
Radio Nieuws.
DONDERDAG 14 JANUARI
i K.R.O.: Morgen com
A.V.R.O.: Gramof.mu ziele
.V.Griunofaonmuzdek
A.V.R.O.Gramof. muziek
N.C.R.V.: Gramof ex
A.V.R.O.Gramof.muziek
nek Payno'a orkest
Veaiperccicerl
A.V.R.O.: Kami
13 00 Hilversum
dooi tiet Queliag-MViirtet
19.30 Langenberg: PopulaJi
19.30 Kalundborg: Omroe'
19.50 Warschau: Europcesch
20.00 Hulzen N.C.R.V.: 'Oom
Zang-vereend ging „Zi ngt dei
N.C.R.V.: Concert door Ohr«
i A.V.R.O.: Voorlezen door
A.V.R.O.: Voorlezen door
id
A.V.R.O.: Halfuur voor de
18.45 Huizen N.C.R.V.: Knippen
sieren
19.00 Hulzen N.C.R.V.: Vragenhalfuurtje
19.30 Hi lve rsum A.V.R.O.: Engeleche lea
voor beginners
21.00 Hulzen N.C.R.V.: Ouderuurrtje
i N.C.R.V.: Handenarbeid
A.V.R.O.: Morgenwijding
burtje te lelden'
12.01 Huiz
13.30 Huiz
19.45 Huiz
22.05 Huiz
22.30 Hilv
i N.C.R.V.: Politieberichten
i N.C.R.V.: Pei
i N.C.R.V.Pei
A.V.R.O.: Persberichten
de to taal-opbrengst
nagiften, beleefd, doch d r
l de f 100.000.
J. J. HANGELBROEK,
dj.secretaris van de Unie
Sohool met den Bijbel"
EXAMENS
heer H. P. den Otter, Den Haag.
GEMEENTELIJKE UNIVERSITEIT TE AM
STERDAM. Gaal.: Geneeskunde, doot. ex., de
ïeeren B. J. J. van DInther, W. H. E. Posthuma.
dr. L Bader, G. K. Levis, B. H. Upmeyor en J.
625 Ivocale Comité
57.23
142.25 DEN HAAG, 12 Dec. Gesl. voor
H. Winnubst. Hoven; G. Vtsscl
6.123.07 ISohmltz, IJmuldcn; P. D. Stijsei
NIEUWE AVONTUREN VAN PIEPNEUS EN BIBBERSNOET
9. Bibbersnoet, die bij de weduwe Goud-! 10. Na een half uurtje kwamen we i
muis diende of liever, in betrekking was,
dat klinkt deftiger had elke week een
vrijen middag. Nou, op zoo'n middag ging
ik haar afhalen voor een wandeling. „Maar",
zei mevrouw Goudmuis, „je maakt dat je
om vijf uur terug bent, begrepen?"
de beek. „Kijk eens", riep Bibbersnoet, „daar
drijft wat!" En werkelijk, daar lag, aan den
kant, een ijzeren pan. Nie maar zoo'n mui
zenpannetje, maar een echte grooteimen-
schonpan, „Durf jij er in?" zei ik; „dan
gaan we varen!"
FEUILLETON
ZIJN BELOFTE GETROUW
(Naar het Engelsch)
Hemford wend ongeduldig over den wei
nigen ernst, dien zijn plan ondervond.
„Je hebt toch niet het alleenrecht om lief
de te voelen voor de natuur? Hoe weet je
nu, of dit gevoelen niet verbazend in mij
gegroeid is? Vóór tien jaar was ik nog een
jongen; nü ben ik een man!".
Rex zei niets meer, maar hi j begreep, dat
Dick lang niet genoetr doorzettingsvermogen
bezat, om zijn plan ten uitvoer te brengen,
want in de streken, waar hij heenging, was
de Europeesche beschaving nog niet doorge
drongen, dus was het voor iemand, zoo ver
wend als Dick, zeker geen gemakkelijk rei
zen, vooral wanneer men er geen bepaald
doel mee voor heeft.
Rex Farenham, als mijningenieur, had in
zijn vak een ervaring en een kennis opger
daan, die op zich zelve dat verre reizen al
waard was. Hij had het leven gezien van de
verachtelijkste zijde, maar ook had hij hel
dendaden zien volbrengen. In ieder geval
zouden de ervaringen, die Hernford kon
opdoen, zijn.horizon uitbreiden. Of Dick nu
ook zoo'n groote liefde voelde voor de. na
tuur, dit betwijfelde hij: mogelijk was
het meer de echo van zijn eigen gevoelens,
opgeroepen in het gemoed van zijn triend,
die een zoovpo' minder sterk-sprekende per
soonlijkheid was.
Dien avond, na den maaltijd, terwijl ze
nog allen aan tafel zaten, kondigde Dick
zijn voornemen aan, om mee te gaan met
Farenham naar Australië.
„Wét?" riep zijn vader en keek eens van
zijn zoon, teer als die gebouwd was en ook
juist bijzonder weinig gehard tegen alle
moeilijkheden des levens, verwend eenig
kind als hij, helaas, was naar de flink-
gebouiwde gestalte van Farenham en voor
het oogenblik wilde hij niet meer zeggen,
maar liever eens zien, hoe zijn vrouw het
opvatte.
Mrs. Hernford was bleek geworden, maar
met groote zelfbeheersching zei ze, zoo op
gewekt mogelijk: „Ongelukkigerwijs kan
een man van zeven-en-twintig doen, zooals
hij wil, en kan hij niet teruggehouden wor
den door een paar dwaze ouders, die het
verschrikkelijk vinden, om alleen te blijven".
Dick ging naar zijn moeder toe, sloeg de
arm om haar heen en zei vertroostend:
„Maar Moes, was is nu twee jaren?"
Marv Hemford glimlachte eens om de
wijsheid van haar zoon en zei moedig: „Dat
is ook zoo, jongen. Misschien heb je wel
gelijk".
Dick was blij, dat zijn moeder het zoo
kalm opvatte. Maar hij wist niet, dat hij
eigenlijk in de fuik geloopen was. Zijn
moeder kende hem beter, dan hij zichzelf
kende en door zich nu aanvankelijk te
houden, of ze er volstrekt niet zoo sterk op
tegen had, zou zijn grootste 'ust bekoelen;
hij zou er onverschillig onder worden en
het eindelijk geheel opgeven.
Met het oog op den korten tijd, dat dit
proces moest doorgemaakt worden, was Mrs.
Hemford er nu toch niet zoo hel geruct
op; toch verraadde haar uiterlijk niei id t
minst, dat zij een nagenoeg slapeloozen
nacht had doorgebracht, toen zij dien vol
genden ochtend aan het ontbijt verscheen.
Het was haar gewoonte, om haar brieven op
haar kamer te lezen en zij kwam d'an ook
binnen, met een brief nog open in de
Dick zat op haar plaats, achter het koffie
blad, en was druk bezig.
„Ja, ziet u", verklaarde hij, Jk ben mij
aan het oefenen voor tegen den tijd, dat ik
een heel eindje weg ben en dat wij waar
schijnlijk zelf moeten koffie zetten is 't
niet, Rex?"
Mrs. Uemford nam niet veel notitie van
dit gezegde, maar keerde zich met den brief
tot haar echtgenoot en zei: „Ik heb zoo
juist gehoord van Anna Philips. De gene
raal schijnt het goed Ravensmead geërfd te
hebben en nu komen ze hier wonen. Zelfs al
binnen een paar weken".
Ravensmead lag in de nabijheid van
Keeton, op een afstand van ongeveer twintig
Dick liet een lang gerekt „O!" hooren: de
inhoud van dezen brief had zeker een groo
te verandering in zijn plannen aange
bracht
„Wat zullen wij, ouwe lui, het toch een
zaam hebben zonder jullie beiden", ging
Mi's. Hemford door tot Rex.
„Maar twee jaar zijn immers zoo gauw
om, zei Dick laatst nog!"
„Toch denk ik nu niet meer zoo", viel
deze in. „Het is toch wel een beetje hard,
om u twee jaar alleen te laten".
„Ja, zie je, ik heb er nu niet veel van
willen zeggen, maar ik vond het eigenlijk
ook".
„En als ik nu eens niét ging?"
Mary Hernford deed den brief weer in do
enveloppe: die had dienst gedaan. Dick
sprak niet meer van zijn plan, om met Rex
naar Aus«/lië te gaan.
Farenham ging de volgende week aan
boord. Als gewoonlijk deden zijn vader en
Basil Weybourne hem uitgeleide.
Het was de laatste maal, dat Farenham
zijn vader zag. Toen hij weer in het oude
land terugkwam, was Cecil Farenham al ter
ruste gelegd naast zijn moeder, die Rex
nooit gekend had.
HOOFDSTUK V.
„Rex, ouwe jongen!"
Farenham was teruggekeerd van zijn
reis naar West-Austraiië en de Hernfords
hadden hem weer te logeeren gevraagd. De
jonge lui zaten juist samen ia den dogcart.
„Dus ik mag je geluk wpnschen, Dick?"
Een paar weken te voren iiad hij name
lijk een opgewonden brief gekregen, dat het
aanlige zusje van Paul eindelijk had be
loofd, Mrs. Richard Hernford te worden.
„Ja, ik ben haar eigenlijk niet waard".
„Dat is nu maar overdreven nederigheid,
man. Ik geloof niet, dat zij zich zoo heel
erg te beklagen zal hebben!"
„Het lot is mij dan we] gunstig geweest:
jij hier ook en Beatrix, die het grootste deel
van den zomer op de Towers zal doorbren
gen. Ze is er nu al! Generaal en Mrs. Phi
lips ziin met Félice Adair naar Zwitser
land. Félice ls de pupil van !cn generaal
Dit is nu een uitstekende gelegenheid voor
jou en Beatrix, om elkaar te leercn ken
nen. Jullie moet goede vrienden woroen en
dat zal alhi.iL. Want om nu van j.u te
zwijgen, zij is een vouw uit Julzundcn!
„En hoe is het met Paul?"
Paul Philips was in Indië met zijn regi
ment en was er al meer dan twee jaren ge
weest.
„Hij lijdt aan een liefdeskwaal. Die aar
dige Félice heeft hem iotaal het hoofd op
hol gebracht!"
„Nu ik thuis kom, wnd ik jullie allemaal
getrouwd, of op het punt vém, zoodat ik mij
vreeselijk eenzaam zal voelen"
„Volg dan ons voorbeeld kerel!"
Mrs. Hernford stond aan de deur, om den
reiziger te begroeten en naast haar stond
Beatrix Philips. Rex was zeker, dat hij ver
welkomd werd op de Towers, dat altijd een
tweede tehuis voor hem was geweest; vroe
ger had hij dan ook steeds een deel van zijn
vacantie bij Dick doorgebracht. Mrs. Hem
ford was met recht een tweede moeder voor
hem en Rex droeg haar de grootste gene
genheid toe.
Hij kuste haar hartelijk, en, terwijl hij
zich zoo over haar heen hoog, merkte hij,
dat het zwarte haar zilverwit was geworden.
„Ik herinner mij u nog wel", zei Beatrix.
„U won altijd prijzen op matches. En tens
gaf u er het heele prijswinnen omdat
u Dick binnendroeg, die flauss gevallen
Farenham herinnerde zich dit voorval ook.
Beatrix was een mooi, jong meisje; .slank
en blond en met het kalme gelaat van
iemand, die een ernstig karakter heeft.
Hernford trad nu ook naderbij en zei: „Nu
moet jullie beiden maar heel gauw goede
vrienden worden, hoor!"
„Ik heb al zooveel van u gehoord", zei
Rex, .dat ik ren gevoel heb of we reeds
rrnede vriender zijn".
Farenham r,«s van Headlands gekomen.
Hij had gelogeerd bij zijn broer Lawrenc©
en diens vrouw sinds hij nu veertien
dagen geleden in Engeland teruggekerd was.
Maar, nu zijn vader overleden was voelde
hij zich meer als logé in het oude huis.
Lawrence, die het heel aardig vond, zijn
broer eens bij zich te hebben, verkeerde in
voortdurenden angst voor de tong van zijn
vrouw, want die was een persoontje van
zeer beperkte verstandelijke vermogens; en,
waar Rex steeds zoo ver van huis gereisd
was, had zich eenmaal bij haar de opvat
ting vastgezet, dat hij zoo eenigszins het
zwarte schaap van de familie was.
Eens was Basil Weybourne in drift ont
stoken, toen ze te kennen had gegeven, hoe
ze Rex eigenlijk geen geschikt gezelschap
achtte voor haar jongens. Gelukkig had
Basil zich genoegzaam beheerscht, om hier
op geen antwoord te geven, maar dit kostte
hem kracht Hij vertoonde zich dan ook
zelden op het Huis.
yoor Rex was het heel wat, dat zijn oud
huis eigenlijk geen „thuis" meer voor hem
was; hij bezat toch juist die groote liefde
voor zijn bakermat, die zij, die verre reizen
maken, zoo dikwijls bezitten.
Meer dan eens, als hij bij een kampvuur
zat, in den versten uithoek van Australië,
had hij zich ineens verbeeld, dat hij de
lucht van klaver rook van de welden
thuis....
Hij was van plan, nu nog een heelen tijd
bij Basil Weybourne te logeeren, vóór hij
Engeland weer verlaten zou. Maar, om nu
allereerst den zomer, of althans een deel
daarvan, op de Towers doer te brengen,
was een aangenaam vooruitzicht voor hem.
(Wordt vervolgd}