o
D
LANDBOUWMENGZOUT
NS PRAATUURTJE
LAND EN TUINBOUW No. 115
Etiketten (hang- en steek-)
GAASLINNEN
MOS TOUWSOORTEN
GOED en GOEDKOOP bi):
C. VAN VEEN Gzn. Boskoop
ZIJDE 71—73 Telefoon 178
■liaiiiiiiaU.iillilllMMiiiiiliiBl
DONDERDAG 5 DECEMBER 1331
N.V. Reederijkantoor
v/h M. DIRKZWAGER Gzn.
Telefoon 19 MAASSLUIS
ifiïESEEBL^
S88ÜBBMI
[)e Engèlsche invoerrechten en onzeTuinbouw
Een hoogst ernstige bedreiging voor het Westland
Er zijn in de laatste jaren heel wat stor
men over de Tuin- en Landbouwende be
volking heen gegaan; er zijn veel land- en
tuinbouwers •"He hierdoor het hoofd hebben
móeten buigen. In Noord-Holland is een
groote groep, die bijna met ondergang be
dreigd wordt En terwijl men bezig is voor
deze groep tuinders te trachten de zoo noo
dige hulp te brengen, komt thans voor het
Westland een zeer ernstige bedreiging voor
het bestaan, door de maatregelen van En
geland tot verhooging der invoerrechten.
Wij zijn in het Westland gewoonlijk nog
al optimistisch, en wanneer we in moeilijke
tijden, b.v. bij crisis in Duitschland met
de voormannen in het Westland spraken, was
er altijd nog een gedachte van: „Nu ja, het
zal zoo'n vaart niet loopen, we komen dat
wel weer te boven."
He'geen nu echter te wachten staat voor
deze streek, deed den heer Barendse, do
bekende voorma in de Westlandsche tuin
bouw, ongerust .erklaren: „Wat het wor
den moet, weet ik niet."
We moeten er eerlijkheidshalve bijvoe
gen dat de heer Barendse, de voorzitter van
den Bond Westland tot deze uitlating
kwam, toen we hom de vraag stelden, wat
er gebeuren zal wanneer do Engelsche
Mi mister de volle 100 pet. invoerrechten gaat
heffen.
Dit mag als vrijwel vaststaand worden
aangenomen, het zal voor 't Westland een
ontzettende slag zijn, waarvan de gevolgep
nog moeilijk te overzien zijn.
Tot deze conclusie kwam de heer Ba
rendse, en hiertoe kwam ook ten bekend
groot-exporteur op Engeland, met wien we
een onderhoud hadden.
Het is niet zonder overdrijving, wanneer
we zeggen dat over het Westland thans
reeds een schaduw van ongerustheid hangt
het dreigend gevaar is het gesprok dat in
de Westlandsche kringen, waar alles aan
den tuinbouw hangt, domineert. Het is nog
niet zoo, dat, zooals reeds in een enkel
blad werd gemeld, thans reeds de gevolgen
merkbaar zijn, in geen geval.
Maandag was aan de veilingen generlei
invloed waarneembaar van hetgeen Engo
land voornemens is te doen.
Er is trouwens ook niet veel reden voor.
druiven komen maar weinig meer ter ve'
ling, en overigens zijn de werkelijke export
producten zoo goed als verdwenen. Er ver*
schijnt aan de veilingen nu „van alles wat"
doch bijna uitsluitend Iwiat winter-pro*
dxicten.
Op het oogenblflik is dus van een gedruk-
ten prijs geen sprake, maar... men vreest
voor de toekomst
En dat is in den uinbouw. waar all es
juist is ingesteld op de toekomst tot min
stens een jaar, zoo dank er.
Zooals we reeds opmerkten zag thans
ook de heer Barendse de toekomst donker
in. Engeland is voor het Westland wel de
Kunstmest voor
KAMERPLANTEN
Verkrijgbaar In de Bloem- en Zaad
winkels 40 cent per flesch (voldoende
voor 400 groote planten). Ook voor
in de
vaas
Afgesneden Bloemen
H. P. BENDIEN - Naarden
POSTREKENING 55454.
grootste afnemer. Zeker is ook Duitschland
niet weg te cijferen, maar na al hetgeen
im Duitscliiand is gebeurd, en de economi
sche toestand van thans, heeft Duitschland
veel reeds van zijn waarde als afzetgebied
verloren.
Maar Engeland „verslond" massa's drui
ven en vooral tomaten. In Engeland weet
het publiek wat tomaten eten is, en Hol
land kan er nog wel een voorbeeld aan
nemen.
Een factor, die juist het ergste doet vree
zen is, dat onze Hollandsche tomaten gelijk
ter markt komen met. die van Engeland.
Wat zal dan de Engelsche Minister doen?
Dat Is de kardinale vraag. Komt er een
groot percentage op, dandan is het
met onzen handel op Engeland totaal
gedaan. Het eenigste is dat de Regeering
eens tehulp komt. „maar", zoo merkte de
heer Barendse op, „dat duurt allemaal
weer zoolang". YVe worden In ons land
herhaalde malen overstroomd met de
Amerikaansche appels, met Italiaansche
druiven en ander fruit Wanneer we niet.
er oppassen, worden wie bijma van eigen
bodem verdrongen.
Het Westland kan niet terug.
Men zegt wel eens, dat we terug moeten
naar de tijden van voor dien oorlog, maar
dat kan het Westland bijna niet meer.
De tuinderijen zijn toe^emomen, niet
alleen hier maar ook elders in het land. De
bedrijven zijn zoo intensief mogelijk ge
maakt door uitbreiding van <Üe verwar
mingsinstallaties, de productie is steeds op
gevoerd.
„We kunnen", aldus de heer Barendse,
„met onze bedrijven niet meer terug, wo
moeten voortgaan. De tuinders zullen door
moeten gaan met het stoken in den winter,
al moeten we ook afwaohtcn of de tomaten
verkocht zullen worden. Trouwens, het is
misschien de eenigste goede kans, die we
maken voor Engeland. Wanneer n.l. onze
stook-tomaten iin het voorjaar komen, is
Engeland nog niet zooveel aan de markt.
En wanneer de Minister de tomaten niet
al te snel als „weeldeartikel" beschouwt,
kunnen we in Engeland misschien nog wel
wat afizHïtten. De gedachte, die we hadden
hooren opperen om dit jaar maar niet te
stoken, vond de heer Barendse ook daar
om onjuist, omdat dan alles „koud" zou
worden. Wanneer de koude kas tomaten
dan komen, wordt die hoeveelheid dus
nog vermeerderd met die uit de vroeger
verwarmde kassen. Nu kunnen we nog iets
verdeelen.
De druiven.
Zooals we reeds opmerkten, de sla£ treft
het Westlaind in de eerste plaats m de
tomatenteelt. Maar ook de 'druiventeelt zal
de gevolgen er zeker van oridervinden, hoe
wel niet in zoo ernstige mate.
Het binnenland is n.l. dit jaar een be
langrijke afnemer geweest van het product
„dank" zij zijn enorm lage prijzen. Do
eenigste goede zijde welke dit laatste heeft
Is, dat er mogelijk zulk een reclame van
uit is gegaan, dat in het volgend seizoen
de Hollanders ook Hollandsche, oftewel
Westlandsche druiven wenschen. Voorts kan
er met druiven nog iets „gedaan" worden.
Men kan de goede kwaliteiten nog eenige
weken in de koelhuizen bewaren, terwijl het
product zelve zich bijzonder leent voor een
meer succesvol pogen tot uitbreiden van af
zetgebied, bijv. Indië. De hoeveelheid drui
ven, welke naar Engeland ging, is weliswaar
niet te onderschatten maar toch niet zooals
van de tomaten.
Bovendien heeft men sinds enkele weken
het plan geopperd, om de mindere kwalitei
ten van de druiven te verwerken tot wijn of
sappen.
Dit is ook nog een belangrijke hoeveel
heid, want aan een veiling in het Westland
bijv. werd dit jaar niet minder dan plm.
100.000 pond druiven voor 66 cent per pond
verkocht
Wat een exporteur zeide.
We hadden ook nog een onderhoud met
een van de belangrijkste exporteurs in het
Westland op Engeland. _nL een vertegen
woordiger van de N.V. Vonk Cultuur Mij. te
Rotterdam.
Deze N.V. vaart met een eigen boot op
Engeland, in het seizoen vijfmaal per week.
De boot heeft ligplaats te Hoek van Holland,
en wordt daar geladen met de producten uit
het Westland.
Van welk een beteekenis de export uit het
Westland op Engeland is, moge wel blijken
uit het feit, dat deze N.V. in de laatste ja
ren voor plm. f2 millioen per jaar uit het
Westland verscheept. De maatregelen van
Engeland, zullen ook in dit bedrijf groote
veranderingen brengen. „Wanneer het volle
percentage geheven wordt, kan men er wel
op rekenen dat de export geheel stopgezet
wordt," zoo deelde men ons mede. Voor vele
andere exporteurs komt nl. nog een tweede
factor in het geding, doordat de meeste boot
maatschappijen hebben medegedeeld, met
het a.s. voorjaar hun vrachttarieven mei
plm. 50 pCt te zullen verhoogen. Het is be
grijpelijk dat gepaard aan een dergelijke
verzwaring van kosten, de export op Enge
land zoo goed als uitgesloten is. Het ernstig
ste nadeel verwachtte men, wanneer de Mi
nister ongeregeld de invoerrechten heft, zoo
dat bijv. in den vollen tijd van de tomaten,
ook de volle rechten gelden. Engeland geeft
trouwens, wanneer zijn tomaten aan de
markt komen nog de voorkeur aan product
van eigen bodem, zoodat wij nog aanvullend
optreden.
Onze Bloemen-nitvoer.
Wanneer we het hebben over de gevolgen
van de maatregelen voor onze bloemen-ex-
port, geldt dit in de eerste en voornaamste
plaats voor de tulpen.
Ook hiervoor beteekent het een hoogst don
kere toekomst, waarin slechts weinigen
licht zien.
Op het oogenblik zijn het meest de chry
santhen. die ter veiling verschijnen, en tol
nu hebben de prijzen nog geen verandering
ondergaan.
De export van deze bloemen op Engeland
is trouwens niet zoo groot, dan dat hierop
ernstige invloed uitgeoefend zou kunnen
worden.
Anders is dit met de tulpen, die binnen
kort gaan komen.
De heer P. Vis, de voorzitter der Centr.
Westl. Snijbloemenveiling meende het aan
tal tulpen dat dit jaar aan de Westland
sche veilingen zal komen op 50 millioen
stuks te mogen schatten.
En wat dan de maatregel van Engeland
beteekent blijkt hieruit, dat gewoonlijk 2/3
van het aantal tulpen naar Engeland wordt
geëxporteerd.
Geen wonder dus dat voor de tulpen die
Engelands Minister zeker als een „weelde
artikel" zal aanmerken, vrees bestaat.
Waar men er dan mee heen moet?
De heer Vis was wat de bloementeelt be
treft over het algemeen nogal optimistisch:
„We zoeken overal afzetgebied", zoo zeide
hij, „Frankrijk trekt ook al aardig. Maar
de tulpenHet is voor deze teelt al
even gevaarlijk als voor de tomaten."
Ook de heer Vis wenschte meer hulp van
de Regeering voor onze bloementelers.
Onze bloemen moeten naar het buiten
land als het maar mogelijk was.
Zonderling vond de heer Vis de houding
van de Hollandsche Bollenkweekers, die
onze snijbloemen uit Engeland willen we
ren.
Voor onze tulpenteelt is de eenigste hoop
uog op de z.g.n. trek-tulpen. die nu reeds
geleidelijk an de markt komen. Daarmede
zijn we Engeland nog wat voor en moge-
iül- ai* 4behooi
De gevolgen van dit alles.
Wat de gevolgen van dit alles zijn? De
tuinbouw is, men zou kunnen zeggen, „lu
cratief". Enkele „goede weken" in den druk
ken tijd beinvloeden de jaar-omzet zeer
gunstig.
Maar voor het Westland ziet het er ern
stig uit, en alle krachten zullen ingespan-
e Fransche contigenteering
en onze export van Landbouwproducten
Willekeurige aantasting van onzen
exporthandel. Bij kaas en schapen-
vleesch inbreuk op de meest-begun-
stigingsclausule. Be maatregelen in
strijd met de toezeggingen aan de
Nederlandsche Delegatie. Het Comité
van Economisch Venue er dringt bij
de Begeering aan op onmiddellijke
afweermaatregelen, m.n. verhooging
van het invoerrecht op flesschenwijn.
In verband met de jongste besluiten der
Fransche Regeering inzake de contingen-
teering van den invoer, waardoor de ex
port met name van vleesch, boter, kaas,
melkproducten, eieren bloemen uit ons land
zwaar getroffen wordt en willekeurig wordt
ingegrepen in de belangen van den export-
handel, heeft het Comité van Economisch
Verweer uit de Nederlandsche Land- en
Tuinbouworganisaties zich in een uitvoerig
adres tot den Minister van Binnenlandsche
Zaken en Landbouw gewend en daarin met
klem aangedrongen op directe maatregelen
van tegenweer. Hiertoe wordt aan de Re
geering gevraagd, onverwijld over te gaan
tot het indienen van een wet tot verhoo
ging van het invoerrecht op flesschenwijn
van 8 tot 25 pCt. Aan dit adres is het vol
gende ontleend:
Het Fransche contingenteeringsstelsel be
perkt zich tot nu toe bij boter, kaas, melk
en melkproducten tot algemeene contingen
Daardoor ontstaat er een wedloop niet al
leen onder de exporteurs onderling, doch
onder de invoerende landep om het groot
ste deel van het in te voeren kwantum te
leveren. Dan is het contingent binnen kor
ten tijd vol, hetgeen algeheele grensslui-
ting in dat product voor de rest van de be
treffende periode tengevolge heeft. De re
gelmatige exporthandel wordt hiervan al
lereerst de dupe. Hem is de mogelijkheid
ontnomen, zijn vaste afnemers gedurende
die periode te bedienen. Heeft men het ar
tikel van te voren in Frankrijk kunnen op
slaan, dan gaat dat in kwaliteit achteruit,
hetgeen den naam van het product schaadt
Bij deze run raakt het artikel in handen
van wilde exporteurs en wordt het voor
werp van speculatie, hetgeen den verkoop
desorganiseert en ook in het nadeel van
den verbruiker in het betreffende land is.
Indien bij plotselinge stopzetting van den
invoer de bepaling gemaakt wordt zoo
als dit met boter het geval is geweest
dat ook de onderwegzijnde partijen niet
meer kunnen worden toegelaten, beteekent
dit een gevoelige schadepost voor de betref
fende exporteurs.
nen. moeten worden, om dit alle» te boven
te komen.
Het staat te voorzien, dat nu reeds in
wijder kring de gevolgen van de bedrei
ging van een zeer belangrijk volksbestaan,
ondervonden zal worden.
Als voorbeeld hiervan willen we alleen
reeds noemen het feit, dat gewoonlijk door
de Westlandsche veilingen plm. 3 a 3Vè
millioen stuks z.g.n. eenmalige kisten voor
de verzending per jaar worden gebruikt
Een deel wordt hiervan in de Westlandsche
Kistenfabrieken vervaardigd, maar ook voor
al in fabrieken te Vlaardingen en Rotter
dam. Wanneer de ernstige bedreiging van
de export nu blijft bestaan, zal een zeer
belangrijke hoeveelheid kisten minder be-
noodigd zijn daar de kisten alleen voor bui
tenlandsche export gebruikt worden. De
groote order wordt dus veel verkleind met
verdere gevolgen aan de kistenfabrieken.
De Westlanders verstaan hun vak, tegen
hun teelt-methoden kan het buitenland niet
spoedig op. Maar door maatregelen als En
geland thans neemt, zal het bestaan van
den Westlandschen tuinder zeer moeilijk
worden gemaakt. Daar staat hij machteloos
tegenover.
Bij de kaas heeft het Fransche contin-
genteeringsbesluit van 19 November j.l.
daarenboven een enkel land, met name:
Italië, zeer opvallend bevoordeeld, ten kos
te van den kaasexport der overige landen.
Allereerst Is voor de Italiaansche kaas een
afzonderlijk contingent toegewezen, terwijl
voor de overige kaassoorten slechts een al
gemeen onverdeeld contingent is overgela
ten. Het Fransche douanetarief, dat bij de
indeeling der contingenten anders steeds
als maatstaf wordt genomen, heeft men
voor dit geval opzij gezet, waaruit blijkt
dat men niet de kaassoort, maar een spe
ciaal land van herkomst heeft willen be
gunstigen.
Deze bevoorrechting van Italië is daaren
boven geschied ten koste van de andere
landen, die daardoor gezamenlijk met een
aanmerkelijk kleiner contingent genoegen
moeten nemen, dan waarop hun aandeel io
de invoeren over de basisperiode recht
geeft De geheele kaasinvoer in Frankrijk
is. wat bijv. het eerste kwartaal van 1932
betreft bevroren op het gemiddelde uit de
totale kwartaalsinvoeren over de laatste 5
jaren, zijnde 5.200.000 kg., terwijl daaruit
voor enkele Italiaansche kaassoorten
2.200.000 k.g. Is afgezonderd (gelijk aan den
Italiaanschen invoer over 1930, wat voor
dit land het gunstigste jaar was).
In tweeërlei opzicht maakt Frankrijk hier
dus inbreuk op het beginsel van de meest-
begunstiging, dat aan ons handelsverdrag
met dat land ten grondslag ligt. Volgens
dit beginsel heeft ons land thans recht op
een invoercontingent van plm. 3.100.000 k.g.
voor het eerste kwartaal van 1932.
Wat de contingenteering van schapen-
vleesch betreft, heeft men weliswaar voor
de voornaamste Importlanden een afzonder
lijk contingent vastgesteld, maar ook hier
bij heeft men andere landen een naar rato
hooger percentage toebedeeld dan Neder
land.
De Fransche Regeering kondigt voorts in
haar Besluit van 19 November j.l. voor alle
gecontingenteerde landbouwproducten een
regeling met Invoerconsenten aan. Daar de
ze echter eerst op 1 December a.s. in wer
king treedt, zal in den tusschentijd. door de
run op de grenzen, het toegestane invoer
contingent voor een zeer groot gedeelte zoo
niet geheel, zijn uitgeput, zoodat het op
deze wijze voor Nederland onmogelijk ge
maakt wordt, het hem daarin toekomende
aandeel te nemen. Wat de regeling né 1
December a.s. betreft, deze zal er toe me
dewerken, dat voor onzen export naar
Frankrijk de zaak nog onoverzichtelijker
wordt, daar ons dan absoluut geen midde
len ten dienste staan om den uitvoer te re
gelen of te controleeren, daar een en an
der geheel aan Fransche zijde berust
Al deze maatregelen zijn tevens in fla-
granten strijd met de afspraken, welke de
door onze Regeering uitgezonden delegatie,
te Parijs hebben gemaakt Hierbij werd nl.
van Fransche zijde toegezegd, dat men na
1 Januari 1932 zou komen tot contingen
teering per land, terwijl men er mede ac-
coord ging, dat de regeling van den uit
voer in overleg met de Fransche auto
riteiten zou geschieden vanuit het betref
fende land, een regeling, waarover door de
belanghebbenden onder leiding van de Di
rectie van den Landbouw reeds besprekin
gen zijn gevoerd en waarvan de voorberei
ding ongetwijfeld vóór 1 Januari zou zijn
gereed gekomen.
Al deze maatregelen zijn, vooral door de
wijze waarop ze door Frankrijk worden uit
gevoerd, van funeste beteekenis voor ons
veehoudersbedrijf hier te lande, dat eigen
lijk op tweeërlei wijze de dupe wordt zijner
buitenlandsche concurrenten, nl. eerst door
de abnormale concurrentie vanwege de va
luta en dan door de maatregelen welke de
regeeringen der invoerende landen tegen
deze z.g.n. „valuta-dumping" meenen te
moeten ondernemen en die onze exportbe
langen even zwaar treffen als de landen
die van deze maatregelen feitelijk de oor
zaak zijn.
Een en ander overwegende meent het
Comité dat thans met alle kracht door de
Regeering de middelen, welke haar ten
dienste staan, onverwijld moeten worden
aangewend om onze billijke eischen aan
Frankrijk kracht bij te zetten. Er zijn in
Frankrijk's export naar ons land verschil
lende kwetsbare plekken. Het Comité heeft
hierbij op de eerste plaats het oog op de
Fransche Campagne- en Bordeaux-wijnen,
welke luxe landbouwproducten men hier te
lande gevoegelijk kan missen. Het dringt
daarom bij de Regeering aan op een onmid
dellijke verhooging van het invoerrecht op
wijn in flesschen van 8 op 25 pet Van dezen
wijn levert Frankrijk jaarlijks voor ploa.
f 2.000.000 naar ons land en is daarmede
verreweg onze belangrijkste leverancier vani
dit artikel.
In verband met bovenstaande beschou
wingen van het Comité van Economisch
Verweer uit de Nederl. Land- en Tuinbouw
organisaties kunben wij nog mededcelerr,
dat nieuwe economische onderhandelingen
met Frankrijk zijn gevoerd door een dele
gatie, die, onder leiding van dr. Nederbragt,
bestond uit de heeren Blink, Eygenraatn,
Swanenberg, Tukker en Mensijig, met tech
nische voorlichting van ir. Sevenster, land-
bouwconsulent, aan Tiet gezantschap. Ge
sproken werd met vertegenwoordigers van.
de Fransche departementen van handel,
buitenlandsche zaken, landbouw en den
doaunedienst, onder leiding van den direc
teur voor de handelsovereenkomsten.
Een groot bezwaar is het tijdverlies, dat
vooral klemt bij bloemeninvoer die vaak,
telegrafisch besteld worden. Frankrijk be
loofde zoo snel mogelijk te zullen handelen,
Een goede oplossing werd evenwel niet ge
vonden. Wat de bevoorrechting van Itali
aansche kaas aangaat, stellen de Franschert
tegenover de Nederlandsche argumenten,
dat zij door een handelsverdrag aan Italië
gebonden zijn en de Italiaansche kaas niet
met de ^Nederlandsche zou concurreeren. 'fc
Eerste argument weegt zwaarder dan het
tweede.1 Voor schapenvleesch en kaas is
verhooging van het contingent bepleit.
BUITELAAR'S krachtvoer
Voor 't pluimvee prachtvoer
Vraagt daarom
BUITELAAR'S
Ochtendvoer en
Gemengdvoer
L-tectr. Kraciitvoerfabrlek «I.
Telefoon 27
BUITELAAR
's-Gravenzande
Neen hoor, dat doe ik niet!
Zie je me voor zoo'n goeie lobbes aan, dat
ik me maar van alles laat welgevallen. Hoe
'n goeie jongen ik anders ook ben, 'k kan
nog wel kwaad ook Moet je maar eens vra
gen aan hen, die dagelijksoli met mij ver-
keerén!
Dacht je nu heusch, dat ik naar
te Rotterdam zou gaan om daar iets van te
schrijven: Als de heeren bestuursleden alle
mogelijke andere bladen wel uitnoodigen
voor de persconferentie om dan aan de pers
inlichtingen te verschaffen, doch ons „ver
geten!?" dan moeten ze niet meenen, dat ik
voor die tentoonstelling een voet dwars zet.
'k Heb genoeg te doen, hoor!
Natuurlijk is vergeten heel goed mogelijk,
De fruitdag, laatst ook te Rotterdam, waar
ze ons ook vergeten hadden uit te noodigen,
hebben we wel degelijk meegemaakt Om
dat we een vergissing vermoedden, doch dat
lijkt het hier niet. 't Lijkt hier een meer wel
bewust passeeren, wat wel blijken moet uit
het feit dat alle andere bladen wel adver
tenties hadden over de openstelling der ten
toonstelling, doch alweer: wij niet.
En ook andere jaren liep het op dezelfde
manier.
Als er onder onze lezers leden van be
doelde vereeniging zijn, dan weten ze nu,
waarom wij zwegen en zwijgen en waar
hun contributie voor gebruikt wordt
'k, Ben anders een overtuigd organisatie-
man. Daar niet van. En ik vind het bijvoor
beeld heel jammer, dat in Duitschland de
zorgwekkende toestand van de rundveeteelt
maakt dat
VELE LEDEN DE CONTRIBUTIE
NIET BETALEN KUNNEN.
opgebouwd, dreigt verloren tc gaan.
Teneinde dit te voorkomen heft de Rijks
minister van Landbouw besloten aan de
door de „Deutsche Landw. Gesellschaft" er
kende rundveefokvereenigingen een bedrag
van 250.000 Mk. in totaal ter beschikking te
stellen. Dit bedrag zal over de betreffende
vereenigingen worden verdeeld naar gelang
van het aantal dieren, dat op 1 Januari j.l.
was ingeschreven. Voor dezen steun komen
alleen fokvereenigingen in aanmerking,
waarvan het zeker is, dat zij blijven bestaan
De Rijksmiddelen mogen niet worden ge
bruikt om de liquidatie van een fokvereeni-
ging to vergemakkelijken.
Daar hebben ze gelijk aan.
Er liquideeren zullen er velen. Niet alléén
boeren en tuinders. Dat moeten deze niet
vergeten. Men is wel eens geneigd om bij
de ellende, die ons treft, alleen maar op
zich zelf te letten. Heel de maatschappij
wordt en is ontwricht- Hoe het weer in
orde moet komen?
God regeert Hij zal t maken, zooals goed
is. Daar hebben wij
GEEN KIJK OP.
Weet ge, hoe het gaat? Onze wegen zijn
kronkelwegen. Die loopen nooit recht op het
doel af. Gods wegen wel. En nu schudden
wij onze heele wijze hoofden wel met een
heel bedenkelijk gezicht enpraten el
kaar wat na. Zetten onze gelaatstrekken in
uitroep- en vraagteekens en wanen ons allen
heel deskundig (natuurlijk deskundig op net
terrein van anderen). Maar, och, wij weten
er niete van. Totaal niets.
Als onze weg van Amsterdam naar Rot
terdam vele tientallen bochten maakt dan
moeten wij het hoofd schudden over, of gaan
roepen tegen een vliegmachine, die recht
toe recht aan gaat en onze wegen dwars
over steekt.
Dat neemt niet weg, dat we wel degelijk
ons den ernst der tijden bewust zijn. Laat
ons daar maar bij blijven, d.w.z. bij het he
den en nog maar geen bespiegelingen
houden over wat zal kunnen koon en.
Daar weten we toch niets van.
Het heden hebben we genoeg aan. Van
de toekomst kunnen we zoo weinig zeggen.
Wie had de flinke aardappelprijzen kun
nen voorspellen?
Wij kunnen wel voorspellen, wat volgens
den gewonen, zekeren gang, die bij sommige
dingen valt waar té nemen, het gevolg van
een zeker ingrijpen zal zijn.
Zoo weten we, dat
moeten staan. Dat heeft de ervaring wel ge
leerd. Eveneens, dat ze in te droge noch
te hooge kamertemperatuur mogen staan.
De DRUKKER hoopt binnen enkele dagen
ONZE NIEUWE PRIJSCOURANTEN
gereed te hebben.
BESLUIT DAAROM NU REEDS
uit DORDRECHT
TE ZULLEN BESTELLEN
zoo u onze Prijscourant nog niet
regelmatig ontvangt, vraagt er
dan nu reeds om.
TUINDERS, vraagt onze speciale Prijscou
rant no. 2.
LANDBOUWERS, vraagt onze Prijscourant
waarin ook de Landbouwzaden.
PARTICULIEREN, vraagt onze uitgebreide
geïllustreerde Prijscourant, waar
in u ook vindt de noodige Raad
gevingen en Aanwijzingen voor
Groenten- en Bloementeelt
Wij leveren alléén Zaden van Eerste
Kwaliteit van EIGEN Telerijen
Daarom is het een vereischte als men
door centrale of electrische verwarming
de kamer te droog stookt door het plaatsen
van schalen op bakjes met water voor wal
vochtigheid in de kamerlucht te zorgen.
En weet ge, waar ge ook voor zorgen
moet? De avonden, waarop men bijelkaar
zit een pijp, een sigaar of sigaretten te „smo
ren", zijn weer aangebroken. Vooral bloeien
de planten kunnen bijzonder slecht tegen
tabaksrook.
Daarom, dames, als ge vermoedens hebt,
dat „ze" de kamer flink in de rook zullen
zetten, haal dan uw mooie bloeiende cycla
men, of azelea, of wat dan ook, vooraf uit
die kamer, 'legen wat kouder temperatuur
kunnen ze beter dan tegen rook. Dames
kunnen de bloemen zoo lekker vertroetelen
(om jaloersch op te worden) en kweeken
soms ware prochtproducten. Als men dus
niet weet wat men zijn vrouw zal geven
met St Nicolaas, dan wil ik je een goede
raad geven: Geef een kamerplant
Gerust je doet je vrouw er een plezier
mee en wij zijn toch allen erg egoïstisch,
dat zegt men tenminste kunnen er dan
zelf ook van genieten.
Zoo geniet men ook wel eens als men
hoort, dat knoeiers en bedriegers tegen de
lamp loopen, In Amsterdam was iemand, die
AUSTRALISCHE BOTER ALS HOL
LANDSCHE ROOMBOTER VER
KOCHT.
Hij zal gedacht hebben: boter is boter en
Australische is veel goekooper. Dat de kwa
liteit ook veel slechter is, en de aroma, daar
stond hij niet bij stil. Ze vroegen Holland
sche roomboter of hij bood Hollandsche
roomboter aan, daar wil ik af zijn,
maar hij gaf Australische. Dat is bedrog.
Leelijk bedrog ook. En daarom geniet ik als
van zoo iets proces-verbaal opgemaakt
wordt. De eisch was 40 gulden boete of 20
dagen gevangenisstraf, en de veroordeeling
was nog wat zwaarder, nl. 250 gld. boete of
10 weken hechtenis. Daar is dus nog een
schepje bijgekomen. Wel goed ook.
Minder goed echter vinden we het schep
je, dat er gekomen is bij de buitenlandsche
tegenwerking van onze land- en tuinbouw.
Dat schepje kwam uit
ENGELAND. DAT EEN GROOT DEEL
ONZER PRODUCTEN GAAT BELAS
TEN.
Ja, en hoe belasten. Als in ons land het in
voerrecht verhoogd wordt van 8 tot 10 pet.
dan schreeuwt een groot deel van ons eigen
voik moord en brand. Zelfs de roode pers
doet mee in de actie om ons maar onverde
digd door het buitenland de das te laten
aandoen. Maar van daar is men wel wat go-
woon. Welnu, wij mogen van net buiten
land geen invoerrechten vragen, nog geen
10 pet En moeten dus maar lijdelijk gedoo-
gen, dat Engeland 50 tot 100 pet, invoerrech
ten gaat hellen. Dat wil prachtisch zeggen,
dat het die grenzen sluit En dat wil zeggen,
dat we voor millioenen guldens aan land
en tuinbouwproducten, die toch al niet duur
zijn, niet kwijlt zullen kunnen. De prijzen
zullen dus nog meer dalen,
Dat ilijkt menig huisvrouw wel, doch
is inderdaad een ramp.
Zooals het een ramp is, dat thans het
vleesch zoo goedkoop verkocht wordt Men
mag dat voor zich zelf voor eigen huishou
ding wel mooi vinden. Abnormaal lage prij
zen, zijn evenals abnormaal hooge prijzen
een ramp voor de bevolking.
Van vleesch gesproken: 'k hoorde, dat een
darr.j tegen haar dochter zei, toen ze een
slagerswinkel passeerden: ik wil hier
GEEN VLEESCH LATEN HALEN,
want hier verkoopen ze buitenlandsch
vleesch. Daarmede doen ze ons land schade.
Dat vond ik een loffelijk voornemen, k Heb
ze, in mij'j hart, geprezen. Want lk wist dat
als er een is, die zoo economisch mogelijk
haar huishouding beheert, het deze dame is.
Nu is lie tden slagers, als zoodanig, niet
ten kwade te duiden. Het volk vraagt nu
eenmaal naar het goedkoopve vleesch. Het
kan nu zoo goed als ongehinderd uit het
buitenland aangevoerd worden. En de Ro-
geering laat het Hollandsche geld maar
naar buiten gaan. Bij duizenden. En daar
voor komt zoo goed als niets terug.
Ook de arbeiders moeten goed begrijpen,
dat alleen dan het arbeidsloon kan gegeven
worden als er arbeid verricht wordt, die
terug betaald wordt door den gebruiker.
Men moet deze aangelegenheid
NIET MAAR EENZIJDIG BEKIJKEN
en nog veel minder naar een bepaalde
streek algemeene opmerkingen maken.
Dat deed een briefschrijver, die meende,
dat ik te weinig oog had voor de belangen
der landarbeiders. Mij dunkt, als hij mij ge
regeld gevolgd had, dat hij dan wel anders
zou oordeelen. Ook als hij leest, wat ik
vroeger al reeds schreef, 'k Zal hem dat;
eens zenden. Maar hij vergeet, dat het al
léén dan den arbeider goed kan gaan, als
het ook den boer goed gaat- 'k Weet heel
goed, daf er door een boer ook wel eens
harteloos, heel harteloos over den arbeider
gedacht en gesproken wordt Maar ook de
arbeiders denken ep spreken wel eens min
der juist over den boer. De briefschrijver
zegt eahter eenige rake dongen. Dingen, die
mij zeer verheugen te komen uit de pen
van een landarbeider. Letterlijk schrijft hij:
heel ons maatschappelijk leven zal op
„steun" moeten staan
Daar heeft hij groot gelijk aan. Heel de
maatschappij was veel tè opgeschroefd. Wij,
dat zijn allen, leefden en leven nog veel te
hoog. Alleen versobering zal mede helpen,
krachtig meehelpen ook
Maar verder kijkt de briefschrijver wel
wat eenzijdig.. Dat neem ik hem heel niet
kwalijk. Ieder is een kind van de omstan
digheden, allen laten we ons daardoor, de
eene minder de ander meer. maar allen
wat, leiden. Ook in de beoordeeling van de
gedachtengang van den landbouwer is de
schrijver niet geheel objectief, d.w.z. hij be
oordeelt dat van een éénzijdig standpunt.
Zou het werkelijk goed zijn als door bij
zonder hooge steun, de bietencultuur met.
honderden bunders zou uitgebreid worden?
als we door buitengewone steun de vlas
cultuur geweldig gingen uitbreiden. Dat
middel zou erger zijn dan de kwaal. Al zou
daardoor meer werkgelegenheid komen, dan
zou er nog meer bedorven kunnen worden
dan goedgemaakt Ik zeg daarmede niet,
dat ik de steun aan de bietencultuur hoog
genoeg acht noch dat ik steun aan de vlas
sers afkeur. Bijlange niet.
Ik had het in mijn vorig praatuurtje over
'e goede uitwerking van de tarwewet. waar
een paar andere bladen tegen kankeren, al
maar door, en ik wilde er op wijzen, dat
cfeze ongelijk hodden. Dat de wet werkt
zoonis men verwacht had. Dat was de
hoofdgedachte van mijn praatje. En daarin
had ik gelijk. Dat is me van vele kanten
bevestigd.
Over de arbeidsgelegenheid praten we nog
wel eens. Mijn tijd Is nu om.
Tot volgende week.
PRAATJESMAKER.