Japans actie in het Verre Oosten >v Begrafenis Zuster S. G. Heidema ZATERDAG 28 NOVEMBER 1931 DERDE BLAD PAG. 9 HET IMPERIALISME Het leit dat een aantal zonderlinge, gele heeren met ietwat humoristische namen on derling slaags rakon over een vrij onbekend land ver van hier kan den gemiddelden Ne derland ;r hoogstens een meewarige glim lach op de lippen brengen, bekommerd voor al als hij is vanwege de crisisnooden in eigen volkskring. Nu ja, hij leest er iets meer over omdat de Volkenbond er zich mee bemoeit, en deze nu eenmaal in Genève, in ons werelddeel, zetelt, doch verder dan een „voor kennisgeving aannemen" reikt de be langstelling voor dit toch zoo ernstige con flict in het Verre Oosten niet Dit is te betreuren, niet in het minst om dat in het huidige stadium van ontwikke ling de economische interdependentie dei- naties zóó sterk op den voorgrond treedt dat een politieke of economische berqering in hét ééne deel der wereld in het andere deel haar terugslag vindt, doch ook omdat het huidige conflict in Mandsjoerije een onlos makelijk onderdeel vormt van een grooter verband, n.l. het brandende vraagstuk van de hegemonie in Oost-Azië en van de be- heersching van den Pacifischen of Stillen Oceaan, een vraagstuk waarbij de positie van Nederlandsch-lndië en derhalve het wei zijn van het Nederlandsche Rijk als geheei ten nauwste betrokken is. We hebben het optreden van Japan in Mandsjoerije te bezien in het licht der Paci ficverhoudingen en daarbij na te gaan in welke richting de Japansche buitenlandsche politiek in 't jongste verleden en op den dag van vandaag zich met betrekking tot China en de overige Oost-Aziatische gebied'en be wogen heeft en nog beweegt. Dit is dus de yraag naar Uit de officieels Japansche publicaties valt dit doel niet zoo maar op te maken. De publicaties van particuliere zijde echter zijn fai dit opzicht voldoende duidelijk. En dan is het opmerkelijk dat men daarin Regelmatig kan aantreffen de vergelijking van Japan's positie met die van Engeland. Wat Engeland in 't W<esten was en is dai moet Japan in 't Oosten zijn, zoo luidt de slagzin van de Japanners. Inderdaad geven geografische positie en figuratie e. d. aan leiding tot deze opvatting. Immers zijn niet Japan zoowel als Engeland beide eilanden groepen door betrekkelijk smalle zeestraten van het tegenoverliggend vasteland geschei den? Liggen niet beide staten in de gema tigde zóne en hebben zij niet ongeveer het zelfde getal inwoners (Japan dan met af trek van Korea)? Verder is er een zekere overeenkomst m volkskarakter te bespeuren: zoowel Japan- aer als Brit bezitten naast practischen zin een typeerende gehechtheid aan voorouder lijke tradities. Ook op economisch gebied is er overeen komst: is Groot-Brittannië een industrieland met behoefte aan toevoer van ruwe grond stoffen en met noodzaak tot export van z'n industrieele producten, Japan verkeert in hetzelfde geval. Vooral in verband met deze Omstandigheid is het geen wonder dat Ja pan de voornaamste zeehandelswegen in de Pacific wenscht de beheerschen en dat den Japanner de analogie voor oogen komt: _ls de Britsche marine in de Westelijke zeeën (Atl. oceaan, Middell. zee, enz.) „ruler of the waves", beheerscheresso van de golven, de Japansche marine behoort dit in de groote zee van het Oosten, in den Stillen Oceaan, te zijn. Dan is er ten slotte nog hiet gevoel van cèn gouvernementeels en cultureele supe rioriteit bij den Japanner aanwezig, krach tens hetwelk hij zich de aangewezen leidei V&n en de voorbeschikte heerscher over alle Mnngoolsche en overige Aziatische volkeren acht te zijn (afgezien natuurlijk of bedoelde volken lust gevoelen dit leiderschap te aan vaarden). Zoo rijst in het brein van den Japanner de ge '.achte aan een groot Oostersch rijk, aan e n Japansch imperium rond den Pa cific. I n deze gedachte wordt nog versterkt door een directe poging om zulk een rijk te stichtc i uit het grijs verleden. In 1597 n.l. trok L deyosji, een toenmalig machthebben de in Japan, met een sterke vloot en 141.000 man naar den overwal, tastte het Chinec- 6che jk in den flank aan en behaalde de overwi ining. In 't zicht van Peking echtci stierf l ij en meteen kwam ook een eind aan de uii .oering van een grootsch imperialis tisch plan tengevolge van rivaliteit zijnei ondei l ivelhebbers. Zoculs gezegd dit voorbeeld uit het ver leden /.weeft den Japanners voor den geesi bij huu streven naar één groot Pacific-impe- rium. En deze ideologie treft men niet al leen aan bij den eersten den besten Japan- srhen heethoofd, maar ook bij bezadigde schrijvers als b.v. Oktkoera en Kawahami.*) Sedert het midden der vorige eeuw (het tijdstip van Japans ontwaken) hebben de opeenvolgende Japansche regeeringen in hun buitenlandsche politiek steeds consequent en systematisch benijdenswaardige continuï teit van bewind overigens! de groote lij nen dezer imperialistische ideologie gevolgd. Iedere Japansche regeering was op haar wijze en in het tempo dat de omstandig heden haar veroorloofden bezig de verwerkelijking van het doel naderbij te brengen. Zeer duidelijk komt dit bijv. tot uiting in de voorwaarden die de Japansche regeering in 1895 te Sjimonoseki stelde aan China ter beëindiging van den Chineesch-Japanschen oorlog. Zij verkreeg bij dezen vrede het eiland Formosa en de Pescadores (tusschen Formosa en de Chin, kust) en zij eischte bovendien nog het Liaotoeng schiereiland met Port Arthur (zuidpunt van Mandsjoerije) alsmede Wei- Hai-Wei (recht tegenover Port-Arthur). De laatste twee eischen moest Japan echter on der den druk der mogendheden laten varen. Want de vervulling van alle eischen zou toen reeds van de Gele zee en van de Oost- Chineesche zee practisoh Japansche binnen zeeën hebben gemaakt. Toch was hetgeen Japan bij den vrede van Sjimonosieki be machtigde reeds een eerste en belangrijke stap op den weg naar het groote rijksideaal, waar meerdere op zouden volgen. Een tweede stap in die richting n.l. was hetgeen Japan eischte en verkreeg na den oorlog met Rusland bij den vrede van Portsmouth in 1905, te weten o. a. het vurig begeerde schiereiland Liaotoeng met Port Arthur, het gewichtige strategische punt in de Gele zee, vanwaaruit de golven van Liaotoeng en van Pe-Tsjili kunnen worden afgesloten en dat de zeewegen naar het hart van Noord-China (Peking-Tientsin) en naar Mandsjoerije beheerscht. Tevens werd aan Japan de controle (in 1910 omgezet in een volledige annexatie) over het oude keizer rijk Korea, bij uitnemendheid de opmarsch- brug voor de Japansche legers naar China toegestaan en de spoorwegen van Mandsjoe rije vanaf Port-Arthur via Moekden tot aan Tsjang-tsjoen toe aan Japan overgedragen. Zoo ziet men omstreeks 1910 China, al thans aan den buitenkant, door een Japan sche steunpuntenketen in den vorm van een balven cirkel omvat. Een omstandigheid die den Westerschen mogendheden, welke al lengs evenals Japan, zij 't dan ook zonder uitgesproken bedoeling tot gebiedsuitbrei ding, groote belangen in China hadden ge kregen, met ernstige bezorgdheid vervulde en waakzaam maakte. De vlootsterkten dier mogendheden, met name die van Engeland, vormden echter een te doorslaand argumeni dan dat Japan z'n expansiepolitiek openlijk kon voortzetten. Het was genoodzaakt te wachten op een gunstige gelegenheid. Die kwam vrij spoedig, n.l. tijdens den wereld oorlog. toen de Westersche mogendheden, geheel in beslag genomen door hun krijgs- beslommeringen in Europa, zich verplichi zagen al hun zeestrijdkrachten uit het Verre Oosten naar Atlantischen Oceaan en Middel landsche zee terug te trekken en Japan zon der toezicht in den Pacific alleen te laten. Naar behooren heeft Japan van dit onbewaakte oogenblik gebruik gemaakt Ten eerste verklaarde het Duitschland den oorlog louter met het doel om door de verovering van het Duitsche pachtgebied van Kiautsjau (haven Tsingtauj een belangrijk strategisch punt aan den in gang van de Gele zee in handen te krijgen en zich tevens daardoor den weg geopend te zien naar penetratie in de achter dit pacht gebied liggende Chineesche provincie Sjan- toeng. En ten tweede stelde Japan z'n berucht go- worden 21 eischen aan China. Eischen, dib een logische aansluiting vormden op alle reeds eerder in vervulling gegane eischen. Zij hielden hoofdzakelijk in, kwamen althans practiscb neer op een sluiting aan de land zijde van den hal ven cirkel van reeds geves tigde Japansche steunpunten, eenerzijds via Mandsjoerije, anderzijds via de centraal ge legen prov. Sjantoeng en de meer zuidelijk gelegen prov. Foekien. De inwilliging door China van de 21 eischen konden o. a, Ame rika en Engeland niet gedogen omdat daar mee voor hen de deur die toegang geeft tot China zou toegeworpen zijn. Onder hun druk matigde Japan z'n eischen doch verkreeg niettemin belangrijke voordeelen die latei te pas zouden komen, in 't bijzonder met be trekking tot Mandsjoerije. agaWtaji {.MAMDjSJO&'RyE ,JL «KOEN /j t VERKLARING JAP. VLOOT BASIS JAP. CEBlEO 6RFMS STRATEGISCHE SPooALyriEri t SCHIER Elt. LIAOTOEMG MCT PROV. kwamtoemo 2 GOLF VAN LIAOTOENG 3 GOLF VAN PE-TSJILI PROV. SJANTOENG TWEEDE KAMER KOLONIËN GOEDGEKEURD Kasvoorschotten Kon. Holl. Lloyd Opzegging der steun-overeenkomst Een echec voor minister Verschuur HET CONTINGENTEERINGSWETJE (Vergadering van 27 November 1931). OVERZICHT De Kamer had een niet gemakkelijke zaak te behandelen met den minister van Arbeid n.l. de kwestie der Ivas-voorschotten aan den Kon. Holl. Lloyd, die in grooten finan- cieelen nood verkeert en reeds door de Regeering met kas-voorschotten geholpen wordt in afwachting van een grondige reor ganisatie en samenwerking met de Rotter damZuid-Amerika Lijn. In de overeenkomst daartoe had de Kamer verleden jaar November bewilligd in dezen zin, dat de desbetreffende overeenkomst zou worden opgezegd, indien tegen 't einde van 1931 zou blijken, dat het voortbestaan der K.H.L. door reorganisatie-maatregelen redelijkerwijs niet verzekerd kon worden geacht Dat uitzicht bestond echter niet. Intus- schen was de Kamer-commissie van oordeel dat de steunverleening niet zonder meer kon worden stopgezet. Zij was echter wel van meening, dat voortzetting alleen ver antwoord kan worden geacht, wanneer een financieele reorganisatie, als door de com missie van advies bedoeld plaats heeft en daaromtrent binnen enkele maanden vol strekte zekerheid bestaat. Een ingesteld onderzoek had daaromtrent geen positieve zekerheid gebracht. Op grond van een. en ander stelde de commissie ten slotte aan de Kamer voor, als haar oordeel uit te spreken, dat de over eenkomst met de N.V. Kon. Holl. Lloyd, aangegaan dd. 21 Aug. 1930, behoort te worden opgezegd vóór of op 30 Nov a.s.: dat het verleenen van kasvoorschotten aan deze N.V. over 1932 slechts kan plaats heb ben met behoud van de overige bepalingen der loopende overeenkomst, onder voor waarde, dat uiterlijk 31 Mei 1932 een voor de regeering aannemelijke financieele reor ganisatie zal zijn tot stand gekomen, waar bij uit den aard der zaak tevens een rege ling moet worden getroffen voor de reeds verleende en eventueel nog te verleenen voorschotten door het rijk (voor wat de laatste betreft zal de vraag overwogen be hooren te worden of en in welke mate zij preferent zullen zijn), alsmede een overeen komst verkregen is met de RotterdamZ.- Amerikalijn, althans gebleken is, dat de N.V. Kon. Holl. Lloyd harerzijds het rede lijke heeft gedaan om de totstandkoming dezer overeenkomst te bevorderen; .en dat in afwachting van de vervulling dezer voor waarden slechts een kasvoorschot voor 1932 zal kunnen worden verleend van de helft van de som voor 1932 bepaald in de thans van kracht zij"de overeenkomst Minister Verschuur achtte het niet waar schijnlijk, dat voor den genoemden datum de reorganisatie haar beslag zou hebben gekregen en wenschte daarom nog voor een jaar de vrije hand. Dat wenschte echter de Kamer-Commissie niet, omdat ze daarin zag het onnoodig langer voortgaan met het gooien van goed geld naar kwaad geld niet alleen, maar ook een terugkomen op hetgeen in Nov. '30 in de Kamer, in den vorm van een motie- Brautigam, was besloten. De indruk scheen te bestaan, dat de minister in 1930 niet ge heel open kaart gespeeld had en nu pro beerde te verkrijgen, wat de Kamer hem indertijd niet heeft willen toestaan. De heer Schouten trad op als woordvoer der der commissie. Hij bezorgde den hals- starigen minister benauwde oogenblikken. De eenige die zich met een niet zeer sterk betoog aan de zijde van den Min. schaarde was de liberaal Dr. Vos. Veel zoden zette dat echter niet aan den dijk. Resultaat van het debat was, dat de minister een gevoelig echec leed. Met 51 tegen 21 stemmen werd de conclusie der commissie aangenomen. De tegenstemmers waren 15 R.K. en de heeren Snoeck Henke- mans, Lovink, Heemskerk, Beumer, Dr. Vos en Wijnkoop. De minister scheen zich de nederlaag nog al aan te trekken. We zullen ons nu mogelijk hebben voor te bereiden op ernstige dingen met de K.IT.L. Gebeuren die niet, dan zal zulks ernstig getuigen tegen 's ministers verdedi ging van zijn standpunt. Komen we er wel voor te staan, dan is daaruit wel de con clusie te trekken, dat de zaak onmogelijk te houden was en wordt aan het Rijk min stens een millioen bespaard. Nadat deze strijd beslecht was werd be gonnen aan het z.g. contingenteeringswetje dat de strekikng heeft aan het Nederland sche productieapparaat onder de huidige abnormale omstandigheden zijn door buiten landsche invloeden bedreigd bestaan te ver zekeren door overmatigen invoer van bui tenlandsche producten te beperken. In dit streven zit iets sympathieks voor ons bedrijfsleven, dat zijn binnenlandsche markt door de voorgestelde maatregelen kan zien verruimen. In dezen geest uetuigden reeds een twee tal R.K. sprekers hun instemming. Te kwart over 4 werd echter het debat onverwacht gestaakt. Faute de combattants? In dit geval zou dit dan beteekenen: bij gebrek aan inge schreven sprekers. Of is het een reactie op de dwaze nacht- vergadering van Donderdag toen tegen 4 uur één Kamerlid stond te spreken, de heer Wijnkoop, die de volgende spreker zou zijn, luisterde en voorts slechts een minister en een president in de zaal waren. En dat wil men dan doen doorgaan voor een vergade ring van het Nederlandsche parlement! VERSLAG Aan de orde was allereerst de de begrooting Deze werd aangenomen met 49 tegen 73 stemmen. Tegen: soc.-democraten, de communis ten en de heer Floria Vos (Mlddenp.). Kon. HolL Lloyd. Vervolgens kwam aan de orde de conclusie :ake de Kon. Holl. Lloyd. „,j (AR) achtte het het gesproken wordt ^Herinnerd werd m'nister heeft'^zoo d mogelijk Indrukwekkende P.echtigheid op Oud Eik en Duinen Den Haag, 28 November. Gistermiddag is op de begraafplaats Oud Eik en Duinen het stoffelijk overschot van zuster S. G. Heidema aan de schoot der aarde toevertrouwd. De belangstelling voor deze droeve plechtigheid was buitengewoon Behalve de hierna te noemen sprekers merkten we o. m. op den voorzitter en oud- vnorzitter der Gerei'. Ziekenverpleging waarvan zuster Heidema directrice was den heer H. Smitskamp en Ds. M. Schuur man. em. predikant te dezer stede benevens Ds C. J. van Binsbergen, Geref. predikant te Loosduinen. Voorts alle bestuursleden der Geref. Zie kenverpleging en alle zusters; den heer J. Gras, oud-directeur der Chr. Kweekschool te Gorinchem; de Haagsche artsen Dr. J. H. G. Krijger en Dr. J. Koetsier; den heer H. Oud man, inspecteur van politie te Haarlem; niej. J. H. Kuyper, oud-secretaresse der zie kenverpleging en den heer A. Mastenbroek, cud-voorzitter der Alg. Ned. Chr. Ambte- naarsbond. Bovendien hadden verschillende (vak) oiganisaties afgevaardigden gezonden. Daar van noemen we den heer H. van Oost, hoofd bestuurslid van den P. C. B.; den heer Kooy man uit Delft, voorzitter van den Bond van Chr. Belastingambtenaren; de heeren A. van Driel (Haarlem) en L. Vermeulen (Den Haag), respect voorzitter en secretaris van den Chr. Ambtenaarsbond; de heeren S. v. Erk en H. C. J. Vermeulen, beiden van de afdeeling Amsterdam van dezen bond; de heeren J. B. TI. Grotenhuis en F. Eikerbout van den Chr. Metaalbewerkersbond en mevr. G. Janssen-Gillebaard van de Haagsche al- deeling van den Ned. Christen-Vrouwen bond. De diaconie der Geref. Kerk van Den Haag-West was vertegenwoordigd door de heeren L. Cusell en F. Smit. Nadat door Ds. W. van 't Sant, predi kant der Geref. Kerk van Den Haag-West, in de Geref. Ziekenverpleging een rouw dienst was geleid, waarbij deze sprak naar aanleiding van 2 Tim. 4 6—8, arriveerde omstreeks 3 uur de stoet, bestaande uit een aantal rijtuigen en auto's, op den dooden- akker. In de rouwkapel, die spoedig geheel ge vuld was, werd het eerst het woord gevoerd door Ds. van 't Sant Spr. wees op het ontroerende van het oogenblik. Wat deze zijde van het graf be- treft, staan wij bij hot einde van een kort schotten worden opgezegd, tenzij voor 31 mei een aannemelijke oplossing la verkregen (oorspronkelijk had de commissie voorgesteld van den minister, met de kasvoorschotten door ^D^heer WIJNKOOP (Comm.) wenschte geen cent te besteden voor steun aan de reddelooze K. H. L. De heer GOSELING (R.IC) had bezwaren te gen 's ministers voorstel en ook tegen dat nu de oommisste. HIJ zou er de voorkeur aan geven de bevoegdheid tot opzegg-ing in de "leilwe overeenkomst op te nemen tot 31 Mei 1932, t~«- VERSCHUUR dank den heer de sobere wijze, waarop hij deze netelige aangelegenheid besproken had. nmtren* financieele reorganisatie heeft de schriftelijke zekerheid. Zij achtte ar voorstel verantwoord. Maar de iver eenkomst tomst opzeggen t den minister mogelijk, 'n i Minister Verschuur heit aanvaarden Is on zienlijk bultenlandsch crediteur i'mllMoen schortte zijn vordering op op grond van de geldende overeenkomst Inzake kas voorschotten. Gaan we die veranderen, dan loopen we het resioo, dat deze maatschappij haar vordering actief maakt en dat risico wil de minister niet loopen. Daarom kan hij het voorstel der commissie niet aanvaarden. Opzegging der overeenkomst acht de minister ook niet oirbaar, omdat de buitenlandsche cre diteuren mochten verwachten, dat de finan cieele overeenkomst pas over 2 Jaar haar be slag zou krijigen. Aanvaarding van het oon het einde van de K. H. L b< De heer SCHOUTEN repliceerde. HIJ betoog de. dat de rede van den •- we nog een vol Jaar aan der Kamer van Dec. 1930 beschaamd, nl. dat de motie-Brautlgam zou worden geëffectueerd. Die motie wensobte Juist te voorkomen, dat we nog een vol jaar aan de K. H. L vastzaten. De commissie wil nu de financieele reorganisa-.lo de K. H. L. bespoedigen. Er moet zekerheid we geen goed geld naar kwaad lissle-voorstel znl komen, willen we gee ./klaarde nogmaals den weg commissie onmogelijk te kunnen betreden. De K. H. L. zou er in de grootste moeilijkheden mee komen; omdat de groote buitenlandsche vordering aotietf zou worden. Durft men dat aan? De bevoegdheid om op te zeggen is er, geval is he>t niet oirbaar er ge- bep»TKlng van Contingenteeringswet. De heer AMENT (R.K.) zag als groot voor deel van het ontwerp, dat de binnenlandsche markt verruimt door oontingeerlng van den buliteniandsohen import. Onze export zal dun kunnen verminderen, waartoe ook overigens het buitenland ons reeds dwingt. Omtrent de uit voering der wet worden een aantal vragen ge steld. De heer VAN HELLENBERG HUBAR (R.K.) Gevraagd werd of c de wet en i wet gebruik zal ng dat van een maken. HIJ heeft er zich niet bepaald over uit- jortbestaan der maat gelaten. Maar men rerlleze de werking dei happlj geen spraitoTarwewet niet uit het oog. Het Nederlandscht i tenzij binnen kor-1 volk moet zooveel mogelijk binnenlandsche n tijd een flnan- tarwe gebruiken, maar daarmee Ie In strijd het leele reorganisatie vrij laten van den invoer van Belgisch brool, ,3 de.commissie niet zonder tarwe. De invloed van de Tarwewet be- duldelljk, waarom de teekent voor don broodprijs 3 1 cent per brood, alnister hot stand- Daarom is het redelijk de wet te gebruiken voor unt der commissie contln.genteering van den breodlnvoer. ilet deelt De beate i Te kwart over 4 werd vergadering ver- «- -"-j* deldaag-d tot a.6. Dinsdag. maar rijk leven, dat gekenschetst kan wor den in twee woorden: strijd en overwinning. Spr. wil slechts een woord spreken als be stuurslid van de Geref. Ziekenverpleging en als wij kpredikant. Spr. herinnerde er aan hoe hij de overledene voor twee jaar op een stormachtigen avond in November, toen zij terugkeerde tot haar vroegeren werkkring, bij de begroeting tocwenschte dat haar ver blijf in het teekon van storm niet staan mocht. Het is niet hier de plaats om in bij zonderheden af te dalen. Maar spr. kan wel zeggen, dat er wind en storm geweest is, maar er door Gods genade gekomen is de rustgevende kracht en de krachtgevende rust. Zuster Heidema heeft te strijden gehad tegen ziehzelve en tegen de buitenwereld. Door strijd heen heeft God zuster Heidema een plaats gegeven bij allen die aan de zie kenverpleging verbonden zijn. Ook in het hart van dc kinderen der dagverpleging. Het bestuur gedenkt met warmen dank al les wat zuster Heidema voor de ziekenver pleging gedaan heeft. Hoe gaarne had het bestuur zuster Heidema in het nieuwe ge bouw, dat mede naar de plannen van zuster Heidema verrijzen zal, binnengeleid. Zuster Heidema kende soms veel strijd, maar overwinning is wat boven alles uit blinkt. Veel vooroordeel, veel misverstand, veel teleurstelling en veel tegenslag, maar bovenal ziehzelve hoeft de overledene over wonnen en dat alles niet in eigen kracht, maar door het eeuwig welbehagen Gods. De familie stond er op dat geen bloemen haar baar en graf zouden bedekken, maar wel vond zij goed dat het bestuur een palm tak neerlegt. Als wijk-predikant wilde spr. hier een woord aan toevoegen. Veel heeft spr. met haar gesproken en veel liet zij zien van den binnenkant haars levens. Het meeste is te intiem om het anderen te zeggen. Maar spr. mag niet verzwijgen hoe zij, die als een krachtige figuur zich openbaarde, klein was voor God. Zij kende haar zonden en gebre ken en deze ziel heeft veel geworsteld om doorwerking van de reformatie des H. Gees- tes in vernieuwing naar Gods beeld. Na haar zware operatie in het voorjaar smartte haar bij herstel, dat zij weer moest strijden tegen ziehzelve en tegen het lichaam der zonde. Een allen beschamende ootmoed! Spr. dankt zijn God voor de verkwikking die dit ziek bed hem heeft geschonken. Het was schier altijd een ontvangen in plaats van geven. Zij was rijk in het rusten in het offer van Jezus Christus. De ouders mogen zich nu troosten dat hun kind rust in het Vaderhuis. Hierna zongen de aanwezigen Psalm 6S 2, waarop wethouder Mr. S. de Vries Czn. een kort woord sprak. Hoewel hij als oud-voorzitter der Zieken verpleging zuster Heidema slechts een jaar had meegemaakt, zeide hij haar niet meer te zullen vergeten. Zij zal in m'n herinne ring blijven voortleven, aldus spr. Haar ge dachte blijft ook bij mij in zegening. De Geref. Ziekenverpleging heeft door haar heengaan een gevoelig verlies geleden, doch het stemt tot vreugde te mogen zeggen, dat zij voor velen, die met haar in aanraJting kwamen, tot zegen geweest is. Spr. eindigde met de woorden: Zalig zijn de dooden die in den Heere sterven. Volgende spr. was Dr. B o 1 a n d, die sprak namens den Gem. Gcneesk. en Gezondheids dienst Ook deze liet zich zeer waardeerend uit over den arbeid, welke door zuster Hei dema werd verricht. Zij was een persoonlijk heid. Behalve groote intellectueele gaven bezat ze een groot hart, waardoor het verlies des te grooter moet worden genoemd. De samenwerking tusschen de Gezondheids dienst en de Ziekenverpleging was, dank zij haar houding, altijd uitstekend. Zuster Heidema, hier is uw arbeid afge sneden. Uw loon zij in den Hemel! De heer H. A m e 1 i n k, secretaris van het C. N. V., voerde het woord uit naam van de geheele Chr. Vakbeweging. Deze wees er op, hoe de thans ontslapene steeds blijk had ge geven van ontferming over de sociaal zwak ken. Sterk was haar rechtsbewustzijn, al haar werk verrichtend in het licht Gods. Spr. somde vervolgens verschillende van haar werkzaamheden op, waarvoor we ver wijzen naar ons blad van 25 November en zeide ten slotte, dat het C. N. V. haar nage dachtenis steeds in eere zal houden. Laatste spreker was de heer A. v. D r 1 e 1, voorzitter van den Alg. Ned. Chr. Ambte naarsbond, die memoreerde, hoe vroeg reeds bij zuster Heidema het godsdienstig en so ciaal gevoel ontwaakte. Als christenvrouw voelde ze de roeping, op te komen tegen de moderne en neutrale vakorganisaties. Haar leven was vol strijd; het was voortdurend een op- en neergaan, maar God is haar ge nadig geweest. Stiene, zuster Heidema, tot weerziens! Onder de weemoedig aandoende orgel klanken van Gez. 187 werd de kist naar de groeve gedragen m neergelaten, waarop op uitdrukkelijk verzoek van de thans ontsla pene Ds. van 't Sant Jes. 12 las, haar lie velingshoofdstuk, dat haar zoo vaak ver troosting schonk. Door de bijkans 80-jarige vader, Ds. R. Heidema, em. predikant te Soeatdijk, werd ten slotte een dankwoord gesproken. In de eerste plaats aan God voor het vele, wat Hij in hun dochter had geschonken, voorts aan de sprekers, de afgevaardigden dpr verschillende corporaties en allen, die van hun medeleven hadden doen blijken. Moge haar leven, aldus spr., ons allen een Radio Nieuws. Morgenwijding. AG 29 NOVEMBER M.). N.C.K.V. 8.309.3 Geref. Kerk. ,.'k Sla d' oogen I Zingen: fsalin 84 l ukas 17 11—13. 5 Eer- 6 Zln.gen: Psalm 68 Orgelbespeling door dei i Zegen. 4 AposLolis egging. 13 Zingen irgelspel. .\a beëindiging v riide muziek. BLOEMEN'DAAL (245.9 ;elte der prediking. 12 Daj der Ned. Het t de Geref. Kerk. In belde oud-GodsdlenstonderwIJ- TiJdseJn. 11— mei. J. C. M. -dt: „Op n. 11.30- .2.30—1:45 Orgel Spreker: de heer J. J. Ie Clet ulntje vóór de la. vrijheid'-. onlng", door den heer A. J. n. 3.15—3.45 Gramofoon. 3.15 ader. 4.— Tijdsein. 4—5 Zie- ■n door Ds. A M. Boe yin ga, te Haarlem. Muzikale mele- mej. C. de Jager, zang; Fr. Borgens. hobo: len, plano. 6.156.45 Vi Spreker: de heer C. werp: „Een paar schoe (de H.O.V.), o. 1. —7.45 Lichaamsoef* nofoon. V.P.R.O. 10.— Mor R.A. 10,15 Voordracht 10.30 M i-dracht. 11.15 Muziek. 11,40 Voordracht 12. - Verzorging 2.45 Stijn Stre der. 2.30 dt eigen hooitijd. 5.— ïrk. 3.30 Gramofoc Het Paleis-Raadhuis-^ 7.Concert 8.Het ANTI-RADIO-STÜRINGSDIENST TE ARNHEM Ook te Arnhem is een radio-anti-storings- dier/st, uitgaande van het A.V.RA Actie Comité opgericht. In een gehouden demon stratie van anti-storingsmiddelen door de Phi lips fabrieken te Eindhoven, is tot de defini tieve oprichting van dezen dienst besloten. De stad is in wijken verdeeld, in elk waar van een adviseur is geplaatst, by wien ieder klachten omtrent radiostoring kan indienen, terwijl een' technische commissie, bestaande uit een drietal ingenieurs, door middel van een storingskoffer de storingen kunnen op zoeken. ECHTE FRIESCHE HEEREN BAAI) 20-50 cl. perons^ u. worJrüsdi-Ajjsdcatrk cn. Kop&wtrk- O Vader, dat Uw liefd' ons blijk; O Zoon, maak ons Uw beeld gelijk; O Geest, zend Uwen troost ons neêr; Drieëenig God, U zij al d' eer. Na het zingen van Psalm 89 9 werd van wege de Ziekenverpleging een palmtak op het intusschen afgedekte graf gelegd. Op indrukwekkende wijze kwam hiermede het einde van de laatste eer, aan een groote vrouw bewezen. DE LANGSTE OOREN oploeaing ia, dM Het konijn met de langste ooren op de twaalfde internationale ten'oonsteUtrdie thans dcor de Rotterdamsche Pluimvee' en Konijnenvereenlging op Nenijto-tcrrcin gehou den wordt. Dit exemplaar, waarvan de heer Hamaker uit Haarlem eigenaar is, behoort *ot Je er zeldzame exemplaren en verwierf een eerste prijs.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 9