I C.v.d. BROEK MEUBELEN ALCONI BOUWBLAD No. 124 (Verschijnt eiken Maandag) MAANDAG 12 OCTOBER 1931 BESCHERMT ALLE GEBOUWEN TEGEN HITTE - KOUDE - VOCHT - LAWAAI GRATIS DESKUNDIG ADVIES N.V. Producten- Grondstoffen Hmij. AMSTERDAM: Sarphatikade I -Tel.34824-36824 ROTTERDAM: Stationsweg 37b - Telef. 11690 TRIPIEX! O ntruiming van onbewoonbaar verklaarde woningen Halfjaarlijksche debatten in den Bosschen Raad. Den Bosch heeft weer zijn halfjaarlijksch debat gehad over de verlenging vam de ont- ruimingstermijn der onbewoonbaar verklaar de woningen. Telkens na zes maanden, het uiterste^tijdva'k, dat de Woningwet voor verlenging van den ontruimingstermijn toe staat, worden daaraan uitvoerige besprekin gen gewijd. Of feitelijk gaat het minder over het voorstel tot verlenging, want ieder is het er wel «ver eens, dat, als geen verlenging zou worden toegestaan en de bewoners dus uit hunne woningen zouden worden gezet, dit tot onmogelijke toestanden zou leiden; de bewoners zelf zouden er het meest door gedupeerd worden. Het debat beweegt zich steeds om de vraag of het gemeentebestuur wel voldoende doet en heeft ged? om in het woningtekort te voorzipn en gei nikte woongelegenheid te verschaffen voor de huidige bewoners der krotten. Van zekere zijde wordt die vraag steeds ontkennend beantwoord en wordt met klem aangedron gen op een vlugger tempo. Wij kunnen dat van die zijde verstaan, althans in normale tijden, maar het heeft ons wel lichtelijk ver baasd, dat men in zorgelijke tijden, die we tegemoet gaan, of heter, waar we reeds mid den in zitten, durft aandringen op het bou wen van een groot aantal arbeiderswonin gen, met alle zorgen en lasten van ophoo- gimg enz. welke daaraan dn Den Bosch ver bonden zijn. Aldus de Prov. N. Bralb. en s-Hertogen- fbossche Crt., die vervolgt: Ongetwijfeld is het noodig, dat aan slechte woningtoestanden een einde wordt gemaakt; maar de tijdsomstandigheden dwingen toch wel tot matiging van het tempo. Trouwens, wat Den Bosch in de laatste tien, twaalf jaren op het! gebied van de verbetering der volkshuisvesting gedaan heeft is niet weinig Men mag verschillen in waardeering over de wijze waarop dn de woningbehoefte is voorzien, men kan ongelijk denken over de toegepaste methode van woningbouw en achteraf wel wat anders denken over de voordeelen van de tewerkstelling van vele ongeschoolde werkloozem bij dien bouw, ont- j kend 'kan niet worden, dat er in die jaren krachtig is aangepakt en zeer veel is gedaan tot opheffing van verkeerde woningtoestan den. En dit spreekt nog te sterker, als men rekening houdt met de zooeven bedoelde moeilijkheden, waarmee men in Den Bosch te kampen heeft bij de oplossing van het woningvraagstuk. Veel overdrijving. Men is, door het telkens terugkeerend ont ruimingsdebat, langzamerhand onder den indruk gekomen van de meèning, dat spe ciaal in Den Bosch de woningtoestanden zoo bijzonder slecht zijn. Hierin schuilit ech ter veel overdrijving. Er zijn andere gemeen ten, waar de toestanden in verhouding niet beter, soms slechter zijn, ze spreken er ech ter minder sterk, omdat daar de onbewoon baarverklaring minder overvloedig Is toege past; de toestanden! worden daardoor min der geaccentueerd. Men zal, door den druk der tijden gedwon gen, in verschillende gemeenten voorloopig wel moeten afzien van uitgebreide maatre gelen in het belang der volkshuisvesting; tenminste wanneer de bouw van groote wo ningblokken gepaard gaat met het verleenen van belangrijke bijdragen uit de gemeente kassen. De daling der inkomens, de ver meerdering der werkloosheid oefenen een zeer ongunstigen invloed uit op de finan- cieele exploitatie der woningen; dat zullen de gemeenten ondervinden, die een groot aantal huizen in bezit hebben of die finan cieel betrokken zijn bij de exploitatie van veel vereendginigswoningen. Het groote ver schil tussdhen den huurprijs der oude hul zen en de exploitatiekosten der nieuwe wo ningen is oorzaak dat elke overgang naar die niieuwe woningen zware financieele con sequenties voor de overheid medebrengen. Dan is er ook nog de vraag of het wel verstandig ds, de nieuw gebouwde woningen direct te geven aan de bewoners der krot woningen. Wij meenen dat daarmee dikwijls slechte ervaringen zijn opgedaan. Waar mogelijk, verdient geleidelijke op schuiving verre de voorkeur, wat te berei ken is door het bouwen van goede huize* voor beter gesitueerde arbeiders in voldoen de mate. Hierdoor wordt het risico voor de gemeente kleiner en ontstaat er beter ver houding tusschen bewoner en woningtype. Maar als er in een gemeente niet voldoende verschot is van woningen van een tusschen- gelegen type dan zal de opschuiving na tuurlijk minder goed vlotten, en kan recht- streeksche bouw voor krotbewoners wel eens een noodzakelijkheid zijn. In het reeds gemelde dfebat trof ons do opmerking van een der wethouders, die o.m. verklaarde: als de meerderheid van den Raad de verlenging van den ontrui mingstermijn niet zou willen toestaan, dan zou een ihoogere instantie zoo'n besluit wel eens, om de gevolgen daarvan kunnen ver nietigen. Wij gelooven dat bedoelde wet houder over 't hoofd ziet, dat vernietiging hier weinig zou baten. Als de Raad inder daad besluiten zou den ontruimingstermijn niet te verlengen (een negatief besluit dus), dan zou de vernietiging daarvan niet tot gevolg hebben dat de termijn wel ver lengd werd. Maar er kwam bij ons, naar aanleiding van deze telkens terugkeerende debatten, een andere gdachte op. De wet bepaalt dat de ontruimingstermijn op ten hoogste zes maanden mag worden gesteld, welke termijn telkens voor ten hoogste zes maanden onder goedkeuring van Ged. Staten, mag worden verlengd. Maar die termijn geldt niet, als de wonin gen behooren tot een door den gemeente raad onder goedkeuring van Ged. Staten vastgesteld plan, dat de geleidelijke ontrui ming verzekert, binnen een bij dat plan be paalden tijd, van de in de gemeente of in een bepaald el ijlk aangewezien d-eel der ge meente gelegen woningen, welke ongeschikt ter bewoning zijn en niet door het aanbren gen van verbeteringen in bewoonbaren staat kunnen worden gebracht. Naar onze gedachte zou men in Den Bosch nog zoo'n plan kunnen opmaken en daarin de krotwoningen in de binnenstad kunnen opnemen; de verzekering van de geleidelijke ontruiming in enkele jaren zou daarin best te omschrijven zijn. Daarmee zou een telkens om de zes maanden op nieuw behandelen van deze ontruimings kwestie van de baan zijn en aan periodiek onvruchtbare en onnoodige debatten een einde kunnen worden gemaakt. G ewapend-betonnen ovendek met vuurvaste bekleeding GewapemdJbetormen' overdekken geven aanleiding tot bijzondere moeilijkheden, daair de wapening ondier den invloed' van de hooge temperaturen, die gedurende het be drijf in het dek heerschen, vormverandering ondergaat. Bij nieuwe in „Zement" be schreven dekken wordt zulks vermeden door het gewapend betomdek aan de vuurzijde door vuurvaste steenen te beschermen. De ze steenen isoleeren het beton tegen invloe den van de temperatuur en het betonnen dek dient alleen als draagliclhaam voor de nhamotte-steenen. Deze zijn daarbij elk op zichzelf beweegbaar opgehangen, zoodat be weging der steenen, die onder den invloed van warmtespanningen ontstaat, niet op het betondek kan worden overgebracht. Bij de eenvoudigste uitvoering bestaan de vuur vaste steenen uit prismatische lichamen van rechthoekige doorsnede en aanmerke lijke hoogte. De steenen zijn in horizontale richting van ronde gaten voorzien en ronde staven geschoven. Voor het ophangen dienen eveneens over de rondijzers gescho ven hangstaven, die in de loodrechte uitspa ringen der chamotte-steenen passen en in de betonlaag zijn bevestigd. In den regel ziin de hangstaven ook daar van gaten vo.oj> zien, waardoor een wapenimgsstaaf wordt gestoken, zoodat bij een gereed dek de cha motte-steenen en het beton een laag slecht warmtegeleidende stof, b.v. asbestcement aan te brengen .Een dergelijke tusschenlaag kan ook uit aan elkaar geregen holle stee nen bestaan. De steenen loopen ook over de zijwanden door en worden zoodanig gelegd, dat er doorgaande luchtkamalen ontstaan, waarin de lucht circuleert De hangsteenen hebben bij deze uitvoering geen prismati- edhen blokvorm, doch zijn naar boven toe verjongd. De hangijzers worden door cen traal in de steenen aangebrachte gaten tot aan de dwarskanalen doorgevoerd en daar door middel van een haak of een oog om de draagstaven gelegd, waaraan de steenen zijn geregen. De door de verjonging tusschen de beide bovenste steendeelcn gevormde vrije ruimte ds met asbestmassa gevuld en beneden door een asbestkoord, dat de naburige steenen op een zekeren onderlingen afstand houdt afgesloten. De bevestiging der hangijzers in het betondek wijkt ail van de eerste uitvoe ring. In de betonlaag zijn hole lichamen van gebakken klei ingezet, die in verticale richting een potvormige doorsnee hebben, in lengte-doorsnede echter een doorloopend kanaal vormen. Het open einde is naar be neden gericht en ligt direct onder de holle steenen. Op plaatsen, waar de hangijzers door deze holle lichamen zijn gestoken, is een cylindervormige holle ruimte in het be ton gelaten, welke dient voor bet opnemen van de moer der hangijzers. Een andere methode wijkt van de hiervoor beschrevene voornamelijk af door de wijze van ophangen der steenen. In plaats van doorgaande draagstaven of buizen worden slechts korte einden gebruikt, die de dwars kanalen der naburige steenen met elkaar verbinden, waarbij de buisstukken voor het hangijzer in de tusschen ruimte tusschen twee naburige steenen worden gevat. Tot bescherming der bouten tegen warme gas sen. die in de spleten omhoog stijgen, zijn onder de draagbuizen aöbestkoorden aange bracht. De holle kanten der chamotte-stee nen zijn met de holle ruimten van de pot- lichamen verbonden, zoodat ook door de hangsteenen koude ludht stroomen kan. Natuurlijk is de tuschenruimte tusschen de hangsteenen en den zijwand door asbest massa elastisch gesloten. Ten slotte een be tonnen dek, weer met toepassing van z.g, schoudersteenen. Hierbij zijn de steenen om den anderen opgehangen, terwijl de tu»- schensteenen op sponningen der hangstee nen rusten. Met deze constructiewijze wordt natuurlijk de helft van het aantal hang staven gespaard. Aan den anderen kant neemt de belasting der hangijzers toe, daar ze het gewicht der andere staven mede te dragen hebben. Het met het ophangen van a'll-e steenen nagestreefde voordeel om elke andere belasting der steenen te vermijden ten einde den weerstand der chamotte-stee nen tegen de hooge temperaturen en vooral tegen de wisseling van de temperatuur te verhoogen, gaat bij deze bouwwijze ten deele verloren. Tegenover de lagere kosten staan techni sche nadeelen, die in elk bijzonder geval dienen te worden bekeken. Wil men waar nemingsopeningen in het dek maken, dan gebruikt men ter plaatse het best schouder steenen, die verticale openingen hebben, waarin de waarnemingsbuis wordt gestoken Daar het betonnen dek den waarnemer vol komen beveiligt, is hier een intensieve waar neming van de ovenruimte van boven af mo gelijk, hetgeen, zooals bekend is, bij aan ijzeren liggers opgehangen dekken met moei lijklheden gepaard gaat. Hot hierboven beschreven dek is in ge bruik bij de Fransche ceramiekindustrie; zoo is er b.v. een sinds jaren in gebruik hoven de ovens van dc Tuileries Modernes de Ohampier in het departement Isère en heeft daar, zooals wordt medegedeeld, tem peraturen van meer dan 1000 gr. C. bij per manent bedrijf doorstaan: Rijkstaak voor ons wegennet Bij het ontwerpen van een snelverkeers- wegennet zal men goed doen zooveel mo gelijk het voorbeeld te volgen van de inge nieurs, die omstreeks het midden van de vorige eeuw het spoorwegnet moesten ont werpen. Beginnen wij dus met te onderstellen, dat er in Nederland geen weg bestaat, geschikt automobielen met grooter snelheid dan 50 KM. per uur toe te laten. Deze onder stelling beteekent, dat er alleen een wegen- s voor auto-buurtverkeer. Voor auto verkeer op grootcn afstand moet dus een nieuw net ontworpen worden. Dit nieuwe net zal aan de volgende eischen moeten voldoen: le. Het zal de groote bevolkingscentra, de industriegebieden en de groote havens langs de kortst mogelijke wegen met elkander moeten verbinden; 2e. het zal langs de kortst mogelijke wegen toegang moeten geven tot de gebieden in Duitschland en België, waarmede ons land de meeste betrekkingen onderhoudt; 3e. ter beperking van de kosten zal de totale lengte zoo klein mogelijk moeten zijn, ieder geval aanzienlijk blijven beneden de lengte van het huidige Rijkswegennet, terwijl het aantal rivierovergangen zich tot het strikt noodzakelijke moet bepalen; 4e. het auto-verkeer moet volkomen onbe lemmerd over deze wegen kunnen plaats vinden; voor fietsen, karren, paarden, ezels, en kinderwagens is geen plaats. Het zijn banen voor automobielen, niets meer en niets minder. De sub. 2e gestelde eisch zal het best kunnen dienen als uitgangspunt voor het op te zetten schema. Het belangrijkste verkeer van ons land met Duitschland en België gaat in vijf richtingen, n l. naar het Oosten, richting Hamburg; naar het Oosten, richting Hannover— Berlijn; 3e. naar het Zuid-Oosten, richting Ruhr- gebied; 4e naar het Zuid-Zuid-Oosten, richtingen bekken van Luik en Aken; naar het Zuiden, richting Antwerpen BrusselParijs. Wanneer wij ons rekenschap willen geven van de Rijkstaak voor de naaste toekomst, dan zullen we moeten beginnen met het einddoel scherp voor oogen te houden. Dit einddoel is het verkrijgen van een logisch getraceerd net van snelverkeers- wegen voor het verkeer over groote af standen, vrij van bebouwing, vrij van ge mengd verkeer en de zekerheid verschaf fende, dat ook in de verre tóekomst de ca paciteit voldoende zal zijn. De mazen van dit net worden gevuld door het tegenwoor dige net van Rijks- en provinciale wegen, welke wegen behoorlijk geschikt moeten zijn voor automobielverkeer, in aanmerking nemend, dat men hier zal aantreffen ge mengd verkeer, fietsers, wandelaars enz. De voornaamste van deze Rijks- en pro vinciale wegen kan men noemen; wegen' eerste klasse, de wat minder belangrijke tweede klasse. Van de tertiaire wegen is hier geen sprake- Met het stelsel om Rijkswegen, welke» nimmer zijn aangelegd als snelverkeers wegen, ten koste van zeer groote financieele offers, op te werken tot halve snel verkeers wegen, dient VOLKOMEN GEBROKEN te worden, aldus ir. A. A. Mussext c. i. Het denkbeeld, dat men een ezel door het toedienen van groote porties uitstekende haver in een paard kan veranderen, zal men moeten loslaten. Men doet een ezel daar mede geen onrecht en de haver zal beier besteed kunnen worden. In ons zoo dicht bevolkte land, zal men eerder dan elders doelbewust de scheidings lijn moeten trekken tusschen een snelver- keersweg en een gewonen verkeersweg; In een weinig bevolkt land kan iedere weg voor gewoon verkeer, na voorzien te zijn van een modern wegdek, in hooge mate de eigenschappen van een snelverkeersweg be- naderén. In 'n dichtbevolkte streek gaat; dat niet; daar is op deze wijze alleen bereik baar, dat men ontzaglijk veel geld gebruikt om half werk te krijgen. Om een voorbeeld te noemen: Aan den weg van Haarlem naar den Haag kan men het eene millioen na het andere besteden, men kan breken, onteigenen, boomen vellen bruggen verbreeden enz. tot in het oneindige, maar men zal er nimmer een snelverkeers- weg-van kunnen maken. Wanneer men den weg van Utrecht over Zeist, Doorn en Wageningen naar Arnhem beziet, zal men moeten toegeven dat van dien weg geen snelverkeersweg is te maken ook niet als men de eene omlegging aa andere rijt De weg van Antwerpen naar Gorinche-n is een parodie op een snelverkeersweg en toont het buitenland op verschillende punten Nederland op z'n armelijkst. Laat men toch nooit beginnen geld te verkwisten aan po gingen daarvan een snelverkeersweg te maken. Ziet men daarentegen den weg Nij megenMaastricht, dan kan men wel is waar zeggen, dat hij geen snelverkeersweg is, daarvoor heeft hij te veel zwakke punten, maar anderzijds kan evenzeer worden opgemerkt dat, na hetgeen ge is, inet betrekkelijk weinig geld nog zooveel bereikt kan worden, dat nog jaren deze weg zonder te groote bezwaren dienst kan doen als surrogaat-snelverkeersweg. Hieruit volgt reeds, dat bij aanleg of verbetering van een weg door het Rijk voorop gesteld zal moeten worden de beant woording van de vraag, welke taak de weg te verrichten zal krijgen. Zal hij de rol moeten vervullen van: a. een snelverkeersweg; b- een surrogaat-snelverkeersweg; c. een verkeersweg 1ste klasse?. Eerst als men zich van deze vragen reken schap heeft gegeven, kan- aan de uitwerking van het plan gedacht worden. In een volgend artikel zullen we dit door eenige voorbeelden duidelijk maken. EERSTE NEDERLANDSCHE WOON-WOLKENKRABBER Architectuur J. F. Staal, Amsterdam ■echnische Coöperatie „ELECTRA" Opgericht 1920 Nic. Beetsstraat 152 Tel.82890,Amsterdam Na 6 uur 60213. Instal ateur van de sterkstroom instal'atie voor de 1e Nederl. Woon-Wolkenkrabber te Amsteidam. De Lood-, Zink-, Mastiek- en Sanitaire werken voor de 1 e Ned. Woon - Wolkenkrabber te Amster dam worden uitgevoerd door de Fa. Wed. C. KOOMEN Co. Laurierstraat 41 Amsterdam Telefoon 45662 Het benoodigde Sanitair voor dezen bouw wordt geleverd door de firma AMSTERDAM i Magazijn Telef. 33788 De bouw van de eerste Ned. Woon- Wol kenkrabber te Amsterdam, nadert zijn vol tooiing. Dit imposante bouwwerk een ont werp van den Amsterdamschen architect J. F. Staal, is een gewichtige zaak voor Amsterdam. Wie deze schepping zelfs vanaf een foto uit de krant beziet moet toegeven, dat het breed gedacht is. Deze „reuzen" flat wordt het markante punt in de omgeving van de Noorder- en Zuider Amstellaan in de Hoofdstad en staa.t aan het Dan. Willinkplein aldaar. De voltooiing van deze woonflat is voor de ontwikkeling onzer architectuur in vefband met de ont wikkeling onzer constructie wijzen er in verband met de evolutie der denkbeel den omtrent de doelmatigste inrichting van flatgebouwen van buitengewoon belang. Tal van moeilijkheden zijn moesten worden opgelost. Zoo moest reke ning gehouden worden met de stedenbouw kundige-, architectonische- en bouwtechni sche eischen. Wij hopen binnen afzienbaren tijd wan neer deze woon- en wolkenkrabber geheel zal zijn voltooid nader en uitvoeriger op dit gebouw terug te komen. Voor heden zij nog opgemerkt dat de ge- heele electrische installatie werd uitgevoerd door de Techn. Cop. „E 1 e c tra" te Amsterdam. Dat ook bij dit onderdeel van het werk heel wat moeilijkheden te over winnen waren, behoeft wel geen betoog. Het benoodige sanitaire werd geleverd door de firma C. v. d. Broek, terwijl de lood. zink. mastiek en sanitaire werken werden uitgevoerd door de fa. Wed. C. Koomen en Co. eveneens te Amsterdam. Een bouwkundig novum 'Aan den zuidwal van Madoera, in Ned.- Indië, is ten behoeve van het Departement van Marine een aanlegsteiger gemaakt, waarbij zich het bijzondere geval voordeed, dat de draagvaste fundeeringsbodem eerst op circa 40 meter onder den zeebodem werd aangetroffen; de voor het bouwwerk toe te passen betonpalen zouden dus van een for midabele lengte moeten worden. In de tech nische literatuur was omtrent dusdanige lange en zware paalconstructies niets te vinden. Van nadoen wat een ander reeds had voorgedaan, kon dus geen sprake zijn. Naar Ir. F r ij 1 i n g in een vergadering van het Kon. Instituut van Ingenieurs me dedeelde heeft men te New-York voor de fundatie van een ventilatie-schacht voor een der Hudsontunnels ijzeren hoorbuizen in den bodem gebracht en deze over een lengte van 43 meter met beton gevuld. Eigenlijke betonpalen van die lengte wer den feitelijk alleen toegepast door een Deen- sclie firma, en wel voor den bouw der Li- dingöbrug te Stockholm. Dit werk werd echter een volledig fiasco. Later heeft de firma Grün en Bilfinger, te Mann heim, het werk voleindigd met toepassing van zoogenaamde putten. De maatschappij „Nedam", die het werk op Madoera uitvoerde, was dus geheel op zichzelf aangewezen. Het is haar gelukt, een constructie te ontwerpen niet alleen, maar ook uit te voeren, waarbij de paal, welke aan zijn boveneind 1.20 X 0.60 m. en aan zijn ondereind 0,60 m. achterkant zwaar is, in zee wordt opgebpuwd. Elke paal heeft kant en klaar, een gewicht van circa 50.000 kilo. De paal wordt in stukken en hol aange voerd, waardoor het transport niet slechts binnen de grenzen der mogelijkheid is ge komen, dooh zelfs zeer gemakkelijk is ge worden. Want elk hol stuk drijft. Het wordt op wagentjes in zee gereden bij laag water en drijft bij hoog water op. Met een drijven- den bok worden de paalstukken tot een geheel opgebouwd. Eerst wordt de z.g.. on- derpaal ter lengte van liB/e meter geplaatst Men hijscht hem eenvoudig op en laat hem eerst door het water .daarna door de zachte sliblaag zuiver verticaal (met behulp van een schietlood) zakken, tot hij als het ware in slib en water drijft.. Dan is hij na tuurlijk nog niet diep genoeg. Om hem die per te krijgen wordt hij met beton gevuld. Op het onderstuk komt een middenstuk te rusten, dat daaraan door een bijzondere laschconstructie, die hier moeilijk kan wor den omschreven, wordt gelascht. Ook dit middenstuk wordt weer met beton gevuld om het geheel dieper te doen doordringen. Doch deze verzwaring is niet voldoende. De kleef tosschen den paal en het slib- bed, nrin hij rust. neemt toe en wordt zoo groot, dat het enkele paalgewicht on voldoende wordt om de kleef te overwinnen. Dit laatste doet men door een bijzondere spuitinstallatie .waarbij water onder hoogen druk en met groote snelheid, met een bij zonderen spuitkop, die onder in de paal punt is gemonteerd van die paal punt naar den paalkop tusschen paalwand en slib- massa wordt gespoten. De kleef wordt hier door opgeheven, waardoor de paal, gedre ven door zijn gewicht weer dieper kan vallen. Zoo krijgt men den paal nadat er ook nog een bovenstuk op is geplaatst, met zijn punt tot ongeveer 36 meter onder den zeespiegel. Nu gaat men hem .^drukken". In beginsel is dit heel eenvoudig. Men heeft twee gewapend beton-pontons ge bouwd die leeg drijven, maar gevuld met water naar den zeebodem zinken. Welnu, deze twee pontons hangt men aan een paal. De met water gevulde pontons drukken aan den paal met een kracht van 110.000 kilo verder het aardrijk in, tot de punt op den draagvasten karangsteenbodem komt te dragen. Op de pontons zijn ijzeren torens gebouwd en boven op die torens zijn de electromoto- ren en pompen opgesteld. Dat hooge stand punt moeten ze innemen ten einde bij het zinken der pontons niet met het zeewa ter in aanraking te komen. Hiermede is in enkele trekken het bijzon dere van het bouwwerk op Madoera aange duid. Zoo simpel is het eigenlijk dat het voor ieder te begrijpen is. Men laat een paal „vallen" en zet dan een zwaar ge wicht op z'n kop. Maar zoo eenvoudig was het toch in de practijk niet; want, behalve de technische finesses, die hier uiteraard geen plaats kun nen vinden was er nog storm, was er hoog en laag water en dikwijls een vliegende stroom. Het grootste deel van het t geschiedde voorts des nachts. En het omgaan met krachten tot 110.000 kilo is geen kleinigheid. Een nieuw speciaal staal In het Chemisch Weekblad wordt het volgende over Sicromal, een nieuw speciaal staal vermeld: Sicromal is een warmtebestendige staal soort, die boven de temperatuur van 550 gr. bestendig blijft, terwijl ijzer boven die tem. peratuur tegen de inwerking van lucht en gassen niet meer bestand is. Sicromalstaal 8 is daarentegen tot 800 gr. bestendig en no. 12 zelfs tot 1200 gr G Het is bovendien tegen lucht en zwaveldioxyde- houdende gassen bestand. Door het in het ferriet opgeloste aluminium is het ook be stendig tegen reduceerende gassen. Bijzon der goed leent het zich voor hydreer- kraak-installaties voor oliën. De bereiding heeft in den electrischen oven plaats, waarbij het fosforgehalte zoo laag mogelijk en het geheel vrij van zwavel wordt gehouden. Een vervorming bij tem peraturen tusschen 800—950 gr. C. verdient de voorkeur, echter laten alle vier soorten (sicromal 8, 9, 10 en 12), het walsen, smeden persen, buigen en trekken tusschen 700— 1250 gr. C. toe, doch de koude vervorming kan slechts met no. 8 geschieden. N.V. FABRIEKEN „WADDINXVEEN" V/h. A. KEMPKES A CO. TEL.17 WADDINXVEEN VOOR DE TEGENWOORDIGE WONING LEVERING DOOR OEN HANDEL. TOONKAMERS CRABETHSTRAAT57 GOU DA T.O. HET STATION de nieuwe, duurzame wand- en plafond- bekleeding, in div. kleuren verkrijgbaar, geeft een artistiek idee aan Uw salons, winkels, enz. Bemonsterde offerte op aanvraag verkrijgbaar: A.HELMSTRIJD, Wagenstraat9, Maassluis VILLA'S TE BILTHOVEN Prachtige natuur - Modern comfort I Centr. verw. en Warmw. voorz. Prijzen met 1000 M2 grond j j| gQJJ I GEMEUB. VILLA'S 1 Sept. f 150.-, of per jaar f1200,- I Te bevr. „BILTHOVEN'S GRONDBEZIT", I aldaar Telef. 28549, of Straatweg 41, Hillegersberg, Telef. 40465 7 Een mooi hola. Rn goedkoop. MOOIE"°HEERENHUIZEN tuin. BevatL 3 kamera en eulte, keuken, serre. 1ste Verdiep. 2 flinke frlssche slaap kamers, groote zijkamer en badkamer. Bal kon. Over het geheele huls een vliering, l^a-ge belasting. Vlugge en geregelde ver binding met Rotterdam. Maatschappij tot Exploitatie van On roerende Goederen „Scheepenwtjck" N.V. PLAS LAAN 58 SCHIEBROEK HANDEL MAATSCHAPPIJ N.V. „HET BOUWBEDRIJF" Handel in BOUWMATERIALEN DRIJFSTEEN-BET0NBL0KJES voor BETONWERKEN Kantoor, Magazijnen en Industrie: AELBRECHTSKADE 1 Tel. 30933 ROTTERDAM of TC 1/nnD ad.ROZENLAAN, I L IxUUr HILLEGERSBERG PANDEN Indeeling reap. 3 kamers, 2 slaapkamer*, keuken, badkamer, groote voor en achter tuin. Bovenhuizen 2 kamers en suite, 3 slaapkamers, badkamer, zolder over het geheele buis. 'Td. sundermeyer, IJsclubstraat 68. Telefoon 13866

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 11