DINSDAG 29 SEPTEMBER 1931
TWEEDE BLAD PAG. 6
GEMEENTERAAD VAN LEIDEN
DE VOORSCHOTTEN AAN DE
BIJZONDERE SCHOLEN
EEN SUBSIDIE.KWESTIE
Weer eens een werkloosheidsdebat
Voorzitter de Burgemeester, Mr. A. van
de Sande Bakhuyzen.
De Voorzitter deelt mede dat een ge-
lukwensch is gezonden aan H. M. de Ko
ningin ter gelegenheid van Hoogstderzel-
Hct Levendaal.
Ingekomen is een adres inzake de dem
ping van het Levendaal.
De heer Kooistra (s.d.) vraagt hoe het
nu met die demping van 't Levendaal staat.
De Voorzitter antwoordt dat de zaak
thans in de Commissie van Fabricage is.
Wethouder Splinter voegt hieraan toe,
dat waarschijnlijk nog dit jaar de Leven
daal-demping zal behandeld worden in
den Raad.
Ingekomen is voorts een motie van den
heer Van Eek inzake het toestaan van bios
coopvoorstellingen enz. op Zondagmiddag.
B. en W. stellen voor deze zaak in de vol
gende vergadering te behandelen.
De heer Van Eek (s.d.) meent dat er
geen reden is om de zaak thans niet te
behandelen.
De Voorzitter wijst er op, dat het
college van B. en W. niet voltallig is, zoo
dat het college zich er niet over kan be-
De heer Van Eek stelt voor de motie
spoedeischend te behandelen.
De heer Wilbrink (c.h.) ziet geen re
den om zoo groote haast te maken. Het
voorstel is belangrijk genoeg om zich er
van te voren over te beraden.
De heer W i 1 m e r (r.k.) begrijpt evenmin
de reden van deze haast, zoodat hij zijn
stem niet aan het voorstel van den heer
Van Eek kan geven.
De heer V.an Eek trekt na nog eenige
bespreking zijn voorstel in.
Z. h. st. wordt aangenomen het voorstel
van B. en W. om de motie in de volgende
vergadering te behandelen.
De agenda.
Ie. Benoeming van twee curatoren van
het Gymnasium.
Benoemd worden Prof. Dr. P. G F. van
der Hoeven en Dr. W. P. Jorissen.
2e. Benoeming van een tijdelijk leeraar
in het Nederland aan de Hoogere Burger
school voor Meisjes, voor den cursus 1931
1932. Benoemd wordt drs. A. van Slooten.
3e. Benoeming van een fröbelonderwijze
res aan de school verbonden aan het ge
sticht „Voorgeest".
De heer v. E s (a.r.) stelt voor dit punt aan
te houden tot de volgende vergadering em
de zaak eerst in de Commissie van Onder
wijs te brengen.
De heeren Knuttel (comm.) en Groe
ne v e 1 d (s.d.) sluiten zich hierbij aan.
Wethouder G o s 1 i n g a heeft geen be
zwaar tegen aanhouding, maar wel tegen het
brengen van deze zaak in de Commissie
van Onderwijs. Dit zou 'n precedent schep-
13 De heer Groeneveld is van meening
dat er zooveel aan deze zaak vast zit dat het
gewensicht is dat zij de Commissie van
Onderwijs passeert.
De heer Meynen (c.h.) zegt, dat noch
uitstel nog behandeling in de Commissie
van Onderwijs gewenscht is.
De heer v. Es (a.r.) stelt zich tevreden
met aanhouding.
Daartoe wordt besloten.
Hamerpunten.
De volgende punten worden zonder be
spreking en zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
4e. Praeadvies op het verzoek van Dr. G.
•T. Thierry, om eervol ontslag als leeraar in
het Hebreeuwsch aan het Gymnasium.
5e. Praeadvies op het verzoek van A. Hor
ree, om eervol ontslag als onderwijzer bij
het openbaar vervolgonderwijs.
6e. Praeadvies op het verzoek van Prof.
Mr. G. André de la Porte, om ontslag als
Regent van het Geref. Minne- of Arme Oude
Mannen- en Vrouwenhuis.
7e. Suppletoire begrooting, dienst 1930, van
het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis.
8e. Staat van af- en overschrijving op dé
begrooting, dienst 1930, van die instelling.
9e. Rekening dienst 1930 van die instelling
10e. Rekening, dienst 1930, van den Armen
11e. Begrooting, dienst 1931, van het
Gemeent. Radio Distributie-Bedrijf.
12e. Voorstel in zake het sluiten van kas-
geldleeningen gedurende het 4e kwartaal
1931 en het le kwartaal 1932.
13e. Voorstel tot het indienen van bezwa
ren tegen aanslagen in de Forensenbelasting
14e. Voorstel:
a. tot ontbinding van de met H. L. Speel
aangegane huur van een strook grond aan
de Boommark t;
b. tot verhuring van de sub a bedoelde
strook grond aan H. Hoppenbrouwer.
15e. Praeadvies op het verzoek van de
N.V. Leidsche Duinwater-Maatschappij, om
toestemming tot het om niet afstaan aan
de gemeente Katwijk van een strookje
stond, groot plm. 40 M2., gelegen in de
Nieuwsteeg te Katwijk a. d. Rijn.
16e. Voorstel tot verkoop aan den Staat dei-
Nederlanden van een gedeelte van het per
ceel Sectie L no. 1351 nabij het Nieuw
Academisch Ziekenhuis.
17e. Voorstel tot verkoop van 'n strookje
grond en te dempen sloot aan de Waldeck
Pyrmontstraat, Sectie N, Nis. 138 en 137,
beifle ged.
18e. Voorstel tot wijziging van het raads
besluit van 7 Juli 1930, in zake den ver-
a. van een terrain gelegen ten Noorden
van den Maresingel, voor den bouw van 8
beneden-, 16 bovenwoningen en 15 eenge
zinswoningen aan de Woningbouwvereni
ging „De Goede Woning";
b. van een terrein gelegen ten Noorden
van den Maresingel, voor den bouw van 5
bpneden-, 5 bovenwoningen en 18 eenge
zinswoningen aan de Woningbouwvereni
ging „Ons Belang".
22e. Voorstel tot beschikbaarstelling van
gelden ten behoeve van het aanbrengen
van antivries-transfQrmatoren aan de brand
leiding van het tijdelijk gemeentehuis.
19e. Voortel tot vaststelling:
a. van de vergoeding bedoeld in art. 101,
lid 1 t/m. 7, van de Lager Onderwijswet,
1920, over de jaren 1926. 1927 en 1928, nan
de besturen van verschillende bijzondere
scholen;
b. van het alsnog, krachtens het Se lid,
van het sub a genoemd wetsartikel, uit te
keeren bedrag over de jaren 1934 t/m. 192G.
1925 t/m. 1927 en 1926 t/m. 192S aan de be
sturen van verschillende bijzondere scholen;
c. van het door de besturen van een
2-tal bijzondere scholen over de jaren 1925
tot en met 1927 in de gemeentekas te stor
ten bedrag;
d. van de verordening, houdende wijzi
ging van de verordening van 17 December
1914 (Gem.blad no. 32), houdende regle
ment op het beheer en bestuur der Stede
lijke Fabneken van Gas en Electriciteit te
Leiden.
Oorlog over de pacificatie
De heer Knuttel (comm.) is er altijd
en onder alle omstandigheden tegen om
het confessioneel onderwijs te bekostigen,
zoolang dit onderwijs niet heelemaal belet
kan worden. Bovendien is Spr. echter van
meening, dat met dit voorstel meer gedaan
wordt dan waartoe men door de wet ver
plicht is.. Er is hier iemand bezig geweest
die naar allerlei middeltjes gezocht heeft
om het bijzonder onderwijs zooveel moge
lijk voordeeltjes te bezorgen.
De heer Groeneveld (s.d.) heeft ook
bezwaren tegen dit voorstel en is eveneens
van meening.dat naar allerlei middelen is
gezocht om het bijzonder onderwijs voor
deeltjes te bezorgen, zooals Spr. met eeniige
voorbeelden tracht aan te toonen.
De heer Bosman (v.b.) meent dat er
een cijferderij op touw is gezet om voordee-
len door de mazen van de wet heen te slee
pen voor het bijzonder onderwijs. Dit maakt
een onaangename indruk.
De heer Vos vraagt hoe men komt aan
2iy2 pet. en noemt het ook onbehoorlijk zoo
als de rekening is opgesteld.
Wethouder Goslinga (a.r.) zegt dat
het zeer sterk in strijd is met zijn voor
drie weken afgelegde belofte van trouw aan
de wetten des lands, dat de heer Knuttel
thans zegt dat hij onder alle omstandighe
den is tegen het subsidieeren van het bij
zonder onderwijs. Spr. bestrijdt voorts de be
wering der verschillende sprekers, dat men
getracht heeft om zooveel mogelijk het bij
zonder onderwijs te spekken. B. en W. heb
ben slechts naar recht en billijkheid willen
handelen. Het bijzonder onderwijs geeft
duizenden guldens minder, uit dan het open
baar. De 2iy2 pet. vormen het minimum van
de sociale lasten (ziekteverzekering, invali
diteitsverzekering), die betaald moeten
worden. Dat er lacunes zijn in de wet stemt
Spr. toe. Daarom is ook de commissie-Rut-
gers ingesteld. Spr. bespreekt de verschil
lende geopperde bezwaren. Al te veel straalt
er naar Spr.'s meening uit de critiek de ge
dachte door, dat de gemeente met het bij
zonder onderwijs niets te maken heeft. En
dat is toch niet zoo. Er is hier sprake van
een groot gemeentebelang. Dat er iets on
behoorlijks gebeurt met het toekennen van
deze vergoeding, ontkent Spr. ten stellig
ste. De heer Vos moet dat aantoonen of
terugtrekken. Er is hier slechts gehandeld
volgens recht en billijkheid.
De heer Meynen (c.h.) onderstreept het
betoog van den wethouder en wijst er nog
op, dat het goed is wanneer er eens cmn-
scientieus gezocht wordt naar dingen die
de gelijkstelling zooveel mogelijk in de
hand werken.
De heer Knuttel repliceert, evenals de
heer Vos, die intrekt zijn uitlating dat er
hier iets onbehoorlijks zou zijn gebeurd.
Nadat de heer Groeneveld eveneens nog
maals op de zaak is teruggekomen, dupli
ceert wethouder Goslinga. Spr. wijst er
op, dat er voor de bijzondere schoolbestu
ren alleen risico's van verlies zijn. De bij
zondere school kan nimmer meer ontvan
gen dan het gemiddelde dat voor de o. 1.
6choien beschikbaar wordt gesteld. Wel
minder. De opmerkingen van den heer
Groeneveld bewijzen dat hij niet op de
hoogte is. Er is ongetwijfeld een macht in
handen van het gemeentebestuur om een
onbillijkheid te doen. De raadsleden moeten
dat ieder voor zich voelen.
De heer Knuttel: De wet zelf is hier
de grootste onbillijkheid.
Wethouder Goslinga: En daar heeft
u trouw aan beloofd. (Gelach.)
Na nog eenige bespreking wordt het voor
stel van B. en W. sub a in stemming ge
bracht en aangenomen met 20 tegen 11
stemmen (de s. d. a. p., de heer Knuttel
en de heer Vos). Het voorstel wordt zonder
h. st. aangenomen.
20e. Voorstel in zake de vaststelling van
het voorschot op de vergoeding, bedoeld
bij art. 101 der Lager Onderwijswet 1920,
over het jaar 1931, aan de besturen van
verschillende bijzondere scholen.
In antwoord op opmerkingen van de hee
ren K n u ttel en Gro en e v e 1 d deelt Wet
houder Goslinga mede dat wanneer de ge
meente vakonderwijzers aanstelt, ook de
bijzondere scholen daartoe kunnen over-
Het voorstel wordt daarna aangenomen.
21e. Voorstel tot beschikbaarstelling van
gelden ten behoeve van het afbreken van
de tegenwoordige concierge-woning van het
museum „de Lakenhal" aan den Ouden
Singel No. 30 en het inrichten van perceel
Oude Singel No. 28 tot Conciërgewoning
en atelier van den Directeur van het mu
seum.
De heer Wilbrink (c.h.) betreurt het
dat B. en W. - zoo'n beperkte toelichting
geven. Het wil er bij Spr. nog niet in dat
het nu plotseling zoo noodzakelijk is ge
worden om een brandvrijen gang in het
Museum te maken.
De Voorzitter antwoordt, dat de
conciërgewoning noodig is en dat bij het
inrichten daarvan tegelijkertijd de brand
gang in orde wordt gemaakt.
Het voorstel werd daarna aangenomen.
23e. Voorstel inzake de financieele con
trole op de boekhouding van verschillende
gemeentediensten.
De heer Verwey (s.d.) begrijpt niet
waarom het bureau van Gemeentewerken
uitgeschakeld is van de controle van het
Bureau van de Vereen, van Nederlandsche
Gemeenten. De motieven daartoe zou Spr.
gaarne hooren.
De heer De Reede (c.h.) zegt, dat inge
volge het advies van de Commissie van Fi
nanciën het Bureau van Gemeentewerken
is uitgesloten van de controle van de Ver.
van Nederl. Gemeenten, omdat het ge
wenscht is dat voor dit Bureau een des
kundig accountant wordt aangewezen,
iemand, die van een dergelijk bedrijf op
de hoogte is.
De heer S c Ji 11 e r (s.d.) wijst er op
dat de Commissie voor de Financiën het
thans blijkbaar ook noodig vindt dat op
liet Bureau van Gemeentewerken een spe
ciale controle wordt uitgeoefend. Waar
om heeft men dan destijds bij de begrootings
behandeling zijn voorstel wat deze kwes
tie betreft niet aangenomen?
Wethouder Goslinga: Maar dat is hier
niet aan de orde. Dat voorstel betrof tech
nische reorganisatie. Het gaat hier over de
financiën. Spr. licht voorts uitvoerig het
voorstel van B. en W. toe.
Het wil er bij den heer Vcrwev (s.d.)
niet dzi Bureau va*» Vereen.
van Nederl. Gemeenten niet capabel is om
de financieele controle op Gemeentewerken
uit te oefenen.
De heer Bosman (v.b.) juicht het i
stel van B. en W. toe. Spr. vindt het juist
om Gemeentewerken door een ander te laten
controleeren.
De heer De Reede (c.h.) wijst er op
dat geen enkele groote gemeente van het
Bureau van de Vereen, van Nederlandsche
Gemeenten gebruik maakt en van de mid-
delgroote gemeenten alleen Leiden en Delft
Geen enkele employé van het Bureau heeft
accountantsbevoegdheid. Spr. heeft aange
drongen op een economische controle op de
bedrijven en deze acht Spr. bij het Verifi
catiebureau niet geheel in veilige handen.
Nadat ook nog de heer Van Eek (s.d.)
enkele opmerkingen heeft gemaakt wordt
het voorstel aangenomen z. h. st.
Te half vijf gaat daarna de Raad in ge
heime vergadering.
AVONDZITTING.
Des avonds te kwart over acht wordt de
openbare vergadering voortgezet.
24e. Voorstel inzake verlaging van de
rente en opschorting van de aflossing van
het bij raadsbesluit van 29 Masrt 1920
aan de vereeniging ,,'s Zomers Buiten" ver
strekte voorschot voor den bouw van een
dubbele vacantiewoning te Katwijk.
Wordt aangenomen z. h.st.
Een subsidie-kwestie.
25e. Voorstel inzake de toekenning van
een subsidie over 1930 en 1931 v-vn ten
hoogste f 1000 aan de „Vereeniging tot
verzorging van kleine kinderen", en tot be
schikbaarstelling van de daarvoor benoo-
digde gelden.
De heer Kooien (s.d.) bepleit verhoo
ging van de subsidie omdat het gebouw
niet aan redelijke eischen voldoet en het
bestuur de middelen mist om de noodige
verbetering aan te brengen. Mede namens
mevr. BraggaarDe Does dient Spr. een
voorstel in om de subsidie te brengen op
f 2000 en de controle op te dragen aan
den Gem. Geneesk. Dienst
Mevr. Braggaar—De Does steunt *t
voorstel en accentueert de noodzakelijk
heid van de verbeteringen in het gebouw.
Ook de loonregeling en de regeling van de
arbeidstijd voor het personeel van het Te
huis zijn slecht. Zoo ergens dan blijkt hier
hoezeer het particulier initiatief te kort
schiet.
De heer Knuttel (comm.) zal zijn steun
geven aan het amendement van den heer
Kooien en mevr. Braggaar, maar wil er de
aandacht op vestigen, dat het noodzakelijk
is dat dergelijke inrichtingen door de ge
meente ter hand dienen te worden geno
men. Als B. en W. zich- eens op de hoogte
willen stellen dan moeten ze naar Rusland
zien. Daar voldoen deze inrichtingen aan
de hoogste eischen.
De heer Wilbrink lacht luid.
De heer Knuttel: Dat is een lach van
domheid.
Wethouder Goslinga is van meening,
dat het voorstel van B. en W. meer waar
deering had verdiend van de zijde van den
Raad. Dat 'de inrichting niet volmaakt is,
dat weten B. en W. ook. Het is echter een
inrichting van een vereeniging, die reeds
jaren en jaren de exploitatie heeft ge
voerd. F.en verhooging van de subsidie tot
2000 is formeel onmogelijk op de basis
van de overgelegde rekening. De stelling
van den heer Kooien, dat het bestuur niet
over middelen beschikt om verbeteringen
aan te brengen is in zooverre onjuist, dat
het bestuur nog de heschikking heeft over
een bedrag van 3000. Wanneer een hoo
gere subsidie noodig was zou dit ook uit
de begrooting moeten blijken.
Het gebouw is oud: het is waar. Maar
het initiatief om het te verbeteren moet van
'de vereeniging uitgaan. De taak van de ge
meente is hier niet primair, zooals mevr.
Braggaar de Does meent. Het gaat niet aan
om alles maar op de gemeente te schuiven.
Daar moet spr. zich tegen verzetten.
Mevr. Braggaar de Does repliceert
en begrijpt niet dat de heer Goslinga inge
nomen is met deze inrichting.
Wethouder Goslinga: Ik heb" gespro
ken over ingenomenheid met het voorstel
van B. en W.
Mevr. Braggaar: Ook met de inrich
ting. De heer Goslinga en de Voorzitter
zouden hun kinderen ook niet graag in
deze inrichting zien.
Geroep: Hèèèè.
De heer Bergers Juicht het toe dat er
nog mcnschen zijn als die van deze Ver
eeniging, die iets voor hun minder bedeel
de medemenschen over hebben. Daarom ver
dient zulk een vereeniging steun. We moe
ten niet de kant van Rusland op
De heer Knuttel: Die kant gaat u
toch wel op!
De heer Bergersen alles doen ge
schieden van overheidswege.
Ook de heer Kooien repliceert en vestigt
nogmaals do aandacht op de onhygiënische
toestanden in het gebouw.
De heer Knuttel is van meening, dat
de kinderen er niet onder mogen lijden
dat het bestuur slap en krachteloos is.
Nadat wethouder Goslinga nog de
verschillende opmerkingen heeft beantwoord
wordt het amendement Koolen-Braggaar de
Does verworpen met 17 tegen 13 stemmen
(de s.d.a.p. de heer Knuttel en de heer Vos).
Volkshuisvesting
Voorstel in zake den bouw van gemeente
wege van 56 eengezinswoningen op een ter
rein gelegen tussehen de Lusthoflaan en de
Os- en Paarcfenlaan.
De heer Kooistra (s.d.) zegt dat dit punt
.een ernstig onderwerp van bespreking heeft
uitgemaakt in de s.d. fractie.
Daarbij is de fractie tot de -Jotsom geko
men dat het voorstel onaanvaardbaar is.
Er is getracht door B. en W. om de wonin
gen zoo bekrompen mogelijk te maken.
Toch is er grond genoeg om de woningen
royaler te maken. Spr. noemt eenige voor
beelden van onvoldoende huisvesting in ge
meente-woningen en komt er tegen op, dat
de gemeente op dezen weg wil doorgaan.
De voorgestelde woningen zijn iets beter
maar niet, veel. Spr. stelt voor om dit punt
van de agenda af te voeren, teneinde B. en
W. in de gelegenheid te stellen een nieuw
bouwplan in te dienen op ruimer schaal.
Wethouder Splinter (c.h.) bestrijdt dit
voorstel van orde. Spr. toont aan, dat B. en
W. zoo goed mogelijk getracht hebben werk
zaam te zijn in het belang van de volkshuis
vesting. De kleine woningen zullen verhuurd
worden aan kleine gezinnen. Spr. begrijpt
niet dat de heer Kooistra zich tegen dit voor
stel durft verzetten.
Het voorstel van den heer Kooistra om
het punt af te voeren wordt verworpen met
18 tegen 12 stemmen
De heer S c h 11 e r verklaart tegen het
voorstel van B. en W. te zullen stemmen.
De heer Kooistra (s.d.) zegt dat thans
de s.d. fractie wel voor het voorstel van B.
en W. zal stemmen, hoewel het niet aan de
eischen voldoet. Verwerpen van het voor
stel zou de zaak weer op de lange baan
schuiven, en dat is heelemaal ongewenscht.
De heer Groeneveld (s.d.) zegt dat het
met de woningbouw de verkeerde kant uit
gaat. Het type woningen van 20 jaar gele-
is veel royaler. Waar moet. op 't oogen-
Wik d? he is, 'je Isisdarwagsn se&tald wor
den? Spr. vraagt voorts of de verordening
op het goed bewonen der woningen nog toe
gepast wordt
De heer W i 1 m e r (r.k.) wijst er op dat
het aantal grootere woningen b'i de plannen
voor gemeentewoningen telkens grooter
wordt. Dat mag toch wel gewaardeerd wor
den. Het bewonen van kleine woningen door
groote gezinnen zal daardoor afnemen.
De heer Bergers (r.k.) constateert met
blijdschap, dat rekening is gehouden met
grootere gezinnen.
De heer Wilbrink (ah.) zegt dat uit
het betocg van den heer Kooistra blijkt de
lust om te critiseeren .Spr. is dankbaar voor
de voorstellen van B. en W. Laten B. en W.
op den ingeslagen weg voortgaan cn zich
niet laten ontmoedigen door de critiek van
degenen die zich vertegenwoordigers der
arbeidersklasse noemen.
De heer Knuttel verklaart zich tegen
het voorstel.
De heer B o u m a n vraagt of nog wel ge
leend zal kunnen worden tegen 4y2
Wethouder Splinter beantwoordt de
verschillende opmerkingen. Spr. gelooft er
niets van dat twintig jaar geleden betere
huizen werden gebouwd. Spr. dankt voor de
steun van andere raadsleden. Of er geleend
kan worden tegen 4x/2 weet Spr. niet Dat
moet afgewacht worden.
Na nog eenige bespreking wordt het voor
stel van B. en W. aangenomen z.h.st.
Werkloosheidsdebat.
I'iae-advies op de' voorstellen-Manders,
xn zake bestrijding van de werkloosheid' en
het verkrijgen van eigen woningen door
minder gesitueerden.
De voorstellen luiden als volgt:
le. De Raad noodige B. en W. uit te onder
zoeken, op welke wijze het best de werkloos
heid kan worden bestreden, door een reeds
bestaande of een te benoemen commissie op
te dragen, elk jaar in de zomermaanden het
onderzoek daarnaar aan te vangen en in
September en verder, zooveel als noodig is,
de maatregelen voor te stellen, welke bii een
eventueel te verwachten werkloosheid kun
nen worden genomen.
2e. De Raad noodige B. en W. uit voor dit
jaar en meer speciaal voor dezen winter zon
spoedig mogelijk te komen met voorstellen
tot werkverruiming door verv?oegde uitvoe
ring van in het geiVcnte-fcelang noodige of
wel nuttige werken en de kosten daarvan
geheel of gedeeltelijk uit leening te dekken
3e. De Raad noodige B. en W. uit de steun
regeling zoodanig te hei-zien, dat geheel of
althans zooveel mogelijk voorkomen wordt,
dat door iemand, tengevolge van werkloos
heid tegen zijn wil, gebrek geleden wordt
4e. De Raad noodige B. en W. uit voorstel
len te doen opa te bevorderen dat woningen,
gebouwd met gemeentelijken steun, Rijks
subsidie of ook op andere wijze, op gemak
kelijke voorwaarden ook voor de kleinere
beurzen in eigendom kunnen worden ver
kregen.
5e. De Raad noodige B. en W. uit:
a. voorstellen te doen om bij werkloosheid
ook thans zooveel mogelijk werken ter be
strijding der werkloosheid, als mede sub 2e
bedoeld, te doen uitvoenen, en deze te doen
uitvoeren in een kortoren dan den norma
len arbeidsdag, opdat zooveel mogelijk werk-
loozen hierdoor te werk kunnen worden ge
steld.
b. onder de oogen te zien, of met hetzelfde
doel als onder a genoemd, ook bij groote
werkloosheid de vaste gemeentebedrijven
niet in aanmerking kunnen komen voor een
verkorten arbeidstijd.
c. na te gaan, of eveneenfc met hetzelfde
doel als onder a genoemd, ook particuliere
bedrijven genegen zouden zijn een verkorten
arbeidstijd toe te passen onder eventueel
vanwege de geipeente te verleenen steun, en
een voorstel omtrent de wijze van die steun-
verleening aan den Raad te doen.
B. en W. kunnen geen der voorstellen ïn
genoemd adres J^-3 en 5 aanbevelen.
De voorstellen 1 en 2 zijn naar hun mee-
oing onnoodig en zullen in geen enkel op
zicht de werkverruiming bevorderen; de ma
terie van voorstel 3 heeft de voortdurende
aandacht der vakcentrales en van het ge
meentebestuur en dit voorstel is deihalve
ook overbodig; voorstel 5 is practisch onuit
voerbaar en zou, zuiver toegepnst, de werk
loosheid eer bevorderen dan doen afnemen.
B. en W. adviseeren dus alle genoemde voor
stellen te verwerpen, doch dat sub 4 aan te
houden.
Van deze gelegenheid maken B. en W.
voorts gebruik, om te adviseeren ook afwij
zend te beschikken op het adres van den
Algemeenen Bond van Overheidspersoneel
in Nederland dd. 1 April 1931, in zake werk
tijdverkorting.
De heer Manders (r.k.) is niet heele
maal tevreden over de wijze waarop het
prae-advies van B. en W. is opgemaakt Spr.
vindt de bestrijding niet ad rem en gaat
voorts de verschillende argumenten na door
B. en W. gebruikt om de voorstellen te be
strijden. Spr. vestigt de aandacht op den
ernst van den toestond. Het ziet er voor den
komenden winter donker uit. Vooral op de
instelling van een commissie voor de werk
loosheid dringt spr. aan. Deze commissie
zou allerlei maatregelen kunnen overwegen
en toepassen en daarom zal spr. al de an
dere voorstellen intrekken en een nieuw
voorstel indienen om een commissie in te
stellen, die het werkloosheidsvraagstuk be
studeert en maatregelen door de gemeente
of particulieren te nemen voorstelt en tracht
door te voeren.
De heer Knuttel (comm.) gaat niet
diep op de zaak in, omdat daar binnen
kort wel gelegenheid voor zal komen. In
't kort bespreekt Spr. het goede en het kwa
de in de voorstellen-Manders en wekt den
heer Manders op om zich niet tot B. en W.
maar tot de arbeiders te wenden, om hen
aan te sporen om te komen door macht tuJ
recht
De heer Van Stralen (s.d.) betreurt 't
dat de heer Manders zijn voorstellen weer
heeft ingetrokken. Dat komt niet aan don
ernst van de zaak ten goede. De wijze van
behandeling van het adres van den Plaat
selijken Raad vindt Spr. onbehoorlijk. Hier
uit blijkt weer dat B. en W. meenen alles
te doen wat zij kunnen doen ter bestrijding
van de werkloosheid, maar dat dit inder
daad niet het geval is. Het is jammer, dat
op het adres van den plaatselijken raad
geen prae-advies is uitgebracht. Daarin ko
men denkbeelden voor die alleszins de over
ging waard zijn.
De heer Wilmer (r.k.) voelt wel voor
een commissie zooals de heer Manders die
voorstelt. Spr. .acht de mogelijkheid niet
uitgesloten, dat zulk een commissie posi
tief werk zal kunnen doen. Daarom beveelt
Spr. dat voorstel-Manders aan en zou B. en
W. in overweging Willen geven daar niet
êi priori afwijzend tegenover te staan.
De heer Van Eek (s.d.) zegt, dat uit de
wijze van behandeling van deze zaak weer
opnieuiw gebleken is de groote klove die er
bestaat tussehen de s.d.a.p. en de burger
lijke meerderheid. B. en W. achten het zelh
de moeite niet waard over d&'e zaak tc
SDreken. On deee wijze breken de burger
lijke partijen zelf het parlementaire stel
sel af.
De heer Wilbrink (c.h.) zegt, dat er
reeds een werkloosheids commissie bestaat,
znodat de commissi die de heer Manders
voorstelt geen zin heeft, tenzij doze commis
sie op hoo£cr wsri» ingericht. S_*>r.
MINISTER TERPSTRA MENGT ZICH IN DE
STADHUISKWESTIE
DE REGEERING DRINGT AAN OP
BEHOUD VAN DEN OUDEN
GEVEL
ZE KAN BEZWAARLIJK BERUSTEN
IN EENIGE BESLISSING IN
ANDEREN ZIN
Door B. en W. dezer gemeente is een brief
ontvangen inzake de Stadhuiskwestie van
Z.Exc. den Minister van Onderwijs, K. en
W., welk schrijven gistermiddag in de ge
heime raadszitting is bekend gemaakt. We
laten het hieronder volgen:
Het vraagstuk van den stadhuisbouw in
uw gemeente, welks behandeling en ontwik
keling ik met groote belangstelling volg,
geeft mij aanleiding het volgende onder
uw aandacht te brengen.
De Raad besloot het voorstel van de
heeren Wilmer, Huurman en Wilbrink in
handen van uw College te stellen om prae
advies. Dit voorstel heeft tot strekking ver
schillende architecten, waaronder den heer
Dudok, opnieuw plannen te doen maken,
eenerzijds met behoud van den ouden gevel,
maar anderzijds ook zonder dezen. Het
maakt alleen melding van bet terrein van
het reeds ingediend plan-Dudok (al dan
niet uitgebreid tot aan de Koombrugsteeg).
Voor zoover uit dit laatste afgeleid mag
worden, dat de Raad inmiddels althans tot
de conclusie is gekomen, dat op deze plek
in elk geval een aan behoorlijke eischen
voldoend stadhuis kan komen, zoodat niet
meer aan een ander terrein behoeft te wor
den gedacht, zou dit met betrekking tot het
blijven voortbestaan van den ouden gevel
voor mij een geruststelling inhouden, ware
het niet, dat juist de toevoegingen „zon
der den ouden gevel" en „met nieuwen ge
vel" in de redactie van het voorstel mij
met zorg vervullen. Deze woorden toch wij
zen er op, dat men ook nu nog met de
mogelijkheid van opoffering van den ouden
monumentalen gevel rekening blijft hou-
Natuurlijk is de Raad vrij de beslissing
te nemen, die hij het meest in het belang
van de gemeente acht; kan bij zioh niet
vereenigen met het door den heer Dudok
ingediend plan, dan zal niemand verlan
gen, dat hij dit niettemin aanvaardt. Ech
ter kan aan dit ontwerp, hoe men ook
moge denken over de vraag, of het in zijn
vormgeving wel een voldoende bevredi
gende aansluiting bij de omgeving brengt,
m. i. de verdienste niet ontzegd worden, dat
het althans de mogelijkheid heeft aange
toond om op dit terrein met behoud van
den ouden gevel een behoorlijk stadhuis op
te richten. Men kan een tegenstander zijn
van den stijl van den heer Dudok en vin
den, dat deze zich niet eigent om in dit
gedeelte van Leiden op zoo in het oog sprin
gende wijze tot uiting te worden gebracht,
maar men kan, dunkt mij, niet ontkennen,
dat zijn project een bouwkundige bevesti
ging is van de indertijd door de Rijks
commissie voor de Monumentenzorg reeds
uitgesproken meening, dat op deze plek het
nieuwe stadhuis weer kan verrijzen en dat
de oude bewaard gebleven geVel daarin toe
passing kan vinden.
Ik vertrouw, dat de meerderheid van de
Leidsche bevolking en haar vertegenwoor
digers, nu haar uit de ramp van 12 Febr.
1929 een zóó belangrijk en sprekend deel
van haar raadhuis is overgebleven, dit
gaarne definitief zal zien behouden en zoo
luisterrijk mogelijk zal zien hersteld. Nu
de uitvoerbaarheid hiervan is aangetoond,
neem ik met stelligheid aan, dat uw
meentebestuur de oplossing zal vinden en
aanvaarden, die dit herstel waarborgt Ech
ter dreigt de weg, dien de Raad bij aanne
ming van het voorstel van de heeren
Wilmer, Huurman en Wilbrink zou inslaan,
zeer lang te worden en mag ik niet na
laten onder uw aandacht te brengen, dat
dit een groot gevaar inhoudt voor den
ouden, in zijn tegenwoordigen toestand
niet tegen weer en wind beveiligden gevel.
Sinds den brand en het daarop gevolgd on
derzoek van hetgeen overbleef van het mo-
ook van den ernst van den toestand over
tuigd en er is niemand die niet al;e denk
bare middelen zou willen aangrijpen om d3
werkloosheid te bestrijden. Daarom zal Spr.
voor deze commissie stemmen.
Wethouder Goslinga zegi, dat hem
diep gegriefd ïmefi, dat di heer Van Stra
len nog altijd vo'houdt dat B. en W. den
ernst van den toestand niet begrijpen. Er i.'
niemand die zooveel gedaan heeft voor de
bestrijding van werkloosheid als Spr. Da
heer Van Stralen heeft nooit iets positiefs
gedaan en daarom teekent Spr. tegen zijn
critiek een ernstig protest aan. Er wordt
zeer veel gedaan. Er zijn echter grenzen.
Het economisch wenschelijke moet blijven
binnen het raam van het financieel moge
lijke. Een sluitend budget is een eerste ver-
eischte. Spr. somt verschillende werken op
waarover in het adres van den plaatselijken
raad gesproken wordt en die reeds in den
raad aangenomen zijn. Het technisch per
soneel van Gemeentewerken is bijna ver
dubbeld met los personeel. De kern van heel
de kwestie blijft echter dat de financieele
grenzen niet mogen worden overschreden.
(Als spr. op een gegeven moment spreekt
van slaven in Rusland ontstaat een hef
tige woordenwisseling tussehen den heer
Knuttel en den Wethouder).
Wethouder Goslinga heeft op zichzelf
niets tegen de Commissie die de heer Man
ders voonstelt, maar vreest dat ze niet veel
kan doen. Spr. dringt er tenslotte nog op
aan, dat deze zaak nu eens ernstiger zal
worden behandeld. Men moet niet als een
kefhond achter spr. aanloopen, maar liever
iets positiefs doen. Doze critiek werkt niet
stimuleerend op een wethouder. Het is ook
een van de redenen geweest waarom spr.
deze portefeuille heeft neergelegd.
De Voorzitter zegt namens B. en W. to
dat het voorstel Manders in ernstige over
weging zal worden genomen.
De heer Manders meent daarmee genoe
gen.
Besloten wordt het adres van den Plaatse
lijken raad van s.d.a.p. en L.B.B. aan te
houden tot de behandeling in de begrooting.
De interpellatie-Schuller wordt opnieuw
uitgesteld.
Spoedeischend wordt behandeld en aan
genomen een voorstel van B. en W. om te
gen een bedrag van 20.000 8an 'c koopen
een aantal huizen gelegen aan en nabij de
Zoeterwoudsche Singel.
Bij de rondvraag vraagt de heer Knut
tel (comm.) of B. en W. geen aanleiding
gevonden hebben om de subsidie van het
3 Octoberfeest in te houden. Er zal bij dit
feest een optocht worden gehouden die zeer
grievend is voor het grootste gedeelte van
de bevolking van Indonesië.
De Voorzitter antwoordt dat hem
daarvan niets bekend is. Daarna sluitluc-
nument zijn reeds twee winters voorbij
gegaan, waarin vochtigheid en vorst haar
vernielenden invloed op de onbeschermde
bouwresten hebben laten gelden. Reeds nu
zal terdege rekening moeten worden genou-
den met de mogelijkheid, dat de toestand
van den gevel zeer is achteruitgegaan.
Wordt, na de noodige beraadslagingen over
het aanhangig voorstel, dienovereenkom
stig besloten, zoodat verschillende arent-
tecten uitgenoodigd worden plannen met en
zonder den ouden gevel op te maken, dan
staat wel vast, dat nogmaals eenige win
ters over het onbeschermd monument zul
len heengaan, alvorens inderdaad met uit
voering kan worden begonnen. Een derge-
lijk uitstel beteekent maar alle waarschijn
lijkheid het aan ondergang prijs geven van
het overblijfsel van zoo groote monumen
tale waarde. Ik kom daarom tot de vraag,
of, in het belang van het behoud hiervan,
het oogenhlik niet aangebroken is om het
vraagstuk tot eenvoudiger proporties terug
te brengen en te besduiten, dat het stadhuis
met toepassing van den ouden gevel, zal
verrijzen op het oude terrein, zoo moodig
uitgebreid tot de Koornbrugsteeg. Bij een
dergelijke beperkte opdracht krijgt het mo
nument zijn beste kans en zou overbodige,
niettemin tijd en geld vereischende arbeid,
uitgesloten worden.
Wanneer een uit monumentaal oogpunt
uitermate belangrijk gemeente-eigendom op
het spel staat, rust op de Regeering de
plicht toe te zien, dat op het blijvend voort
bestaan ervan zoo eenigszins mogelijk ver
zekerd zij. Nu de mogelijkheid biervan in
dit geval is aangetoond, voegt zich bij
mijn overtuiging van de goede gezindheid
van uw gemeentebestuur ten aanzien van
het behoud van den gevel nog deze, dat de
Regeering bezwaarlijk zou kunnen berus
ten in eenige beslissing in anderen zin.
Zijn er financieele moeilijkheden te over
winnen, dan toont de Regeering zich ge
meenlijk bereid een gemeente, die eigenares
is van een belangrijk monument, in de in
standhouding daarvan geldelijk tegemoet te
komen. Ik wil gaarne, zoo dit noodig mocht
blijken, nagaan, of er aanleiding is ook uw
gemeente bij het herstel en de consolidee
ring van dit waardevol monumentaal over
blijfsel te steunen en over de vraag, of
ook de provincie Zuid-Holland dan bereid
zou zijn te helpen, met Gedeputeerde Sta
ten in overleg te treden.
In het belang van het monument, dat in
steeds sterkere mate met algeheelen onder
gang bedreigd wordt, zoolang het niet irt
een nieuw opgetrokken bouwwerk is opge
nomen en daarin steun en beschutting
vindt, dring ik aan op het volgen van den!
weg, die bet spoedigst leidt tot algeheels
beveiliging daarvan.
Ik machtig uw College den Raad met den
inhoud van dezen brief in kennis te stellen.
Radio-misère,
In bet gebouw Van den Gemeentelijken
Dienst voor Sociale Zaken te Leiden verga
derde gisteravond de Commissie ter bestrij
ding van de misstanden in bet Volkscre-
dietwezen.
Mr. Dr. P. G. Knibbe opende de ver
gadering en gaf een kort overzicht van de
tot heden bereikte resultaten. Hij memoreer
de de gunstige afloop van de reeds gevoel
de actie en sprak er zijn voldoening over
uit dat de naaimachinehandel thans geen
reden tot klagen heeft. Uit alles is than-3
gebleken, dat het in die branche een uit
zonderingsgeval betrof bij een onderne
ming, waar thans het bedrijf gereinigd is
en zelfs tegen de schuldigen bij de Justi
tie klachten zijn ingediend. Een gelukkige
omstandigheid is, dat is gebleken hoezeer
het, blijvende volkomen binnen de grenzen
der Wet en zonder tot veel politiemaatrege
len of veel processen zijn toevlucht te ne
men, imogelijk is misstanden in een be
paalde branche uit den weg te ruimen.
Na uitvoerig de mistoestanden in don
radiohandel geschetst te holhen, constateer
de Mr. Knibbe, dat de ingediende klachten
zioh <tot heden hebben gericht hoofdzakelijk
tot twee bepaalde termijnzaken en dat bij
de Kamer van Koophandel een klacht was
ingediend betrekking hebbende op het ten
onrechte gebruiken van den naam „inge
nieurs-bureau", welke aangelegenheid, wat
Leiden betreft, tot tevredenheid inmiddpls
werd opgelost
De heer D e R e n merkte op, dat de toe
stellen. waarover bij zijn vereeniging klach
ten waren ingebracht, werden géleverd
door tusschenkomst van een Katwijkschen
en Leidschen vertegenwoordiger en whs
van oordeel dat beiden zich verscholen ach
ter hun principalen en zeker niet geheel
vrij konden uitgaan.
Na een zeer geanimeerde bespreking be
sloot de Commissie overleg te plegen met
^len onlangs opgerichten Bond van belang-"
nebbenden bij den verkoop op termijnbeta
ling en de drie Radio-Bonden, alsmede met
de Leidsche Installateursrvereeniging, waar
bij de meeste handelaren zijn aangesloten,
van wie do secretaris van de Commissie
reeds verschillende brieven had ontvangen
en te trachten gezamenlijk aan de wantoe
standen een einde te maken.
De dief nog niet gevat
Het schilderij, dat Zaterdagmiddag uit da
Lakenhal ie ontvreemd ie bij een kunst
handelaar in Den Haag teruggevonden. Da
politie had one verzocht deze mededeeiling
niet eerder dan Woensdag te plaatsen in
het belang van het onderzoek. Dit vera >ek
was aan ongeveer alle bladen gericht, ook
aan de N. R. Crt, die intusechen gemeend
heeft zich daaraan niet te moeten 6toren cn
gisteravond met het bericht voor den dag
kwam. Wij hebben daarom thans ook geen
reden meer om het te verzwijgen.
De kunsthandelaar in Den Haag heeft
Zaterdagavond te goeder trouw het stuk
gekocht van iemand, die waarschijnlijk een
valschen naam heeft opgegeven. De koopei'
heeft toen hij van de diefstal las in de bla
den, onmiddellijk de politie in kennis ge
steld van zijn aankoop, waarop het stuk m
beslag is genomen. De dader ie intueschon
nog niet opgespoord en de politie is daar
het bericht in de N. R. Crt ernstig in haar
onderzoek benadeeld.
WATERTEMPERATUREN
Zweminrichting hooge Rijndijk 9 uur 14 er.
C., 12 uur 14 gr. C.
reminrirh«i-g de zijl 9 uur 13'' gr. C-
ur 14 u