X^nVancJaa 3 WOENSDAG 5 AUGUSTUS 1931 TWEEDE BLAD PAG. 5 Kerknieuws. NED. HERV. KERK epen Te Linschoten (bij Woerden), H. J G van Voorthuizen te Lage Vuursche. Te Heteren (toez.), J H Koster te Mont- >ort. Te Nieuw-iBeerta, D. B. Kagenaar te - Te Bergschenihoek, J Ronge te Hoog- lokland. genomen: Naar Oud- en Nieuw- astel. Ohr. Broekhuizen te Oostrum. Bedankt: Voor St. Philipsland, O. J. in Rootselaar te Poortvliet. Voor Terhor- J. van Rijs te Tjerk-werd. GEREF .KERKEN Beroepen: Te Zalfc-Boramel, cand. G. J. oytema te Franeker. Te Boombergum, nd. D. van der Wielen te Bengum. Te rkshom (als hulppred.), cand. H M Matter Amsterdam CHR. GEREF. KERK 'Aangenomen Naar Rijnsburg, cand. de Jong te Vlaardingen. Bedankt: Voor 's-Gravenhage-W., Delft, mhem, Harderwijk, |Middelhamis, Nieuw- Urk, cand. N. de Jong te Vlaardin- BEROEPBAAR. Ds. J. D. van der Velden schrijft in de j-alingsche Kerkbode" Wie stelt beroepbaar? De classis, waar Candidaait in de Theologie zijn praepara- ir examen doet. of stelt de candidaat zich roepbaar? Al geschiedt hiet, zeker met het oog op de Ie candidaten tot den Heiligen Dienst en weinige kleine Kerken, die beroepen nnen, niet zooveel meer, dat men zich Et beroepbaar stelt, toch geschiedt het in iele gevallen. Maar laat men dan de lede 'terminologie gebruiken 'b.v., dat men gewichtige redenen alsnog geen roeping ar eenige kerk in overweging kan nemen Irger wordt het, wanneer, zooalls we in onzer kerkelijke bladen lezen, een can- laat meldt, dat hij nog niet beroep-' l r is, maai- intusschen gaarne bereio 1 Zondags de Kerken te dienen. )e classis heeft hem na afgelegd examen roep baar gesiteld, de vergunning vei nd om te staan naar den dienst des »rds en de persoon in quaesiie meldt et beroepbaar te zijn. Hoe hebben het nu?. ZELDZAAM i-jarige Ds. Chr. Broekhuizen, dikant der Ned. Hervormde Gemeente te tram bjj Dokkum, die 37 jaren deze Ge- ente gediend heeft, nam nog een beroep r Oud- en Nieuw-Gastel (N.-B.) aan. CANDIDATEN TOT DEN H. DIENST land. H. v. den Brink, die een beroep de Geref Kerk van Soerabaja (Java) voor missionairen arbeid te Makassar (Celebes) ft aangenomen, zal' zich nog gedurende IVz hier te lande door studie voorbereiden het komende werk. Hij houdt thans ver te IZeist, v. Stolberglaan 10 en is bereid Zondags de Geref. Kerken hier te lande lienen. DE NED HERV. KERK VERLATEN elijk reeds in ons verslag van de Jaarver- iring der Vereenaging van Protesteerende cvoogdüjen medegedeeld werd, heeft Prof. k J. van Apeldoorn, hoogleeraar in de lisdie Faculteit aan de Gemeentelijke Uni dteit van Amsterdam de Ned. Herv. Kerk m. Hervormd Weekblad „De Gereformeer- schrijft naar aanleiding van dezen „Het separatistisch, particularistisch de beweging der „protesteeren- ordt door dezen overgang van hun tot de gesepareerde kerken wel dui- lenbaar. Hij blijkt een leidsman tot ALGEMEENE SYNODE DER NED. HERV. KERK 18de Zitting. Van H. M. de Koningin-Moeder is ingeko men een dankbetuiging voor de gelukwen- schen op 2 Augustus. In behandeling wordt genomen een be zwaarschrift van lidmaten der gemeente Stolwijk tegen de door het Prov. Kerkbe stuur van Zuid-Holland wat des Kerkeraads is, benoemde Kerkeraadsleden. Aan het Prov. Kerkbestuur van Zuid- Holland zal over de zaken te Stolwijk schrijven worden gericht. De Algemeene Synode der Ned. Herv. Kerk, kennis genomen hebbende van het feit, dat het Class. Bestuur van Gouda zijn taak als doende wat des Kerkeraads is te Stolwijk, zonder wettige reden heeft neergelegd, en het Prov. Kerkbestuur van Zuid-Holland zonder het Class. Bestuur van Gouda tot zijn plicht te brengen, in diens plaats is getreden, dat ook dit Bestuur dreigt met heengaan er daardoor ook zijn plicht zoude verzaken; dat door deze handelingen de geheele wet telijk voorgeschreven gang van bestuur er rechtspraak is verstoord; van oordeel, dat de Alg. Synode als hoog ste rechtsprekende en besturende macht de zaak heeft terug te brengen waar zij thuis behoort en eerst dan, als dit mislukt, de zaak zelf ter hand te nemen heeft; dat derhalve de besluiten van het Prov. Kerkbestuur van Zuid-Holland in dezen be- hooren te niet gedaan en aan het Class. Bestuur van Gouda wordt opgedragen, Stolwijk met bekwamen spoed te doen wat des Kerkeraads is; t, dat vóór 1 Oct. bij de Algem. Syn. Commissie bericht moet worden inge zonden, dat en op welke wijze het Class. Bestuur van Gouda aan deze opdracht ge volg heeft gegeven. Een besluit tot uitloting eener Synodus Contracta inzake de predikant van Stolwijk wordt ingetrokken. Vier verschillende eindredacties worden istgesteld. Dr. L. Lasonder, archivaris der Ned. Herv. Kerk, heeft verslag omtrent de kerke lijke archieven over 1930 uitgebracht. Melding wordt gemaakt van de subsidie aanvrage aan den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, waarop de be schikking wordt afgewacht. In afwachting hier van is elke bijdrage der kerk welkom. Gewezen wordt op het feit, dat de Classis Breda voor inventarisatie van het archief de kosten over de gemeenten omsloeg. Gevraagd wordt of dit niet tot algemeenen regel kan worden gemaakt door in het Regl. op de Kosten bepalingen op te nemen voor een quotum ten behoeve van archief-doeleinden. De financiën lieten niet toe naast den archivaris een volle archiefkracht aan te stellen. Twee halve krachten, een ambtenaar van het Rijksarchief en een binder stonden de archivaris ter zijde. Behalve archief- ambtenaren verleenden sommige predikanten hun steun. Geopperd wordt de gedachte, de a.s. predikanten bij him opleiding archiva- risch te onderleggen. Het bewaren der ar chieven wordt verbeterd in meerdere plaat sen, ook de materieele toestand er van. De inveptarisüftie heeft voortgang. Verschillen de bescheiden, in de archieven berustend, werden uitgegeven. Prof. Eehof te Leiden trof in het oudste Kerkboek van hem bijzonderheden over den oudsten predikant van Noord-Amerika, Jonas Michaëlius, en publiceerde deze als aanvulling op zijn groote boek over deze figuur iri liet Ned. Archief voor Kerkgeschiedenis, waarin onlangs ook voorkwam een uitvoerige studie van Dr. Ernst Beins over „Die Wirtschafts- ethik der Calvinistischen Kirche der Nieder- lande 1565-1650", waarvoor als eenige niet gedrukte bron rijkelijk gebruik gemaakt is van de oudste aktenboeken der gemeente Amsterdam. De gezant van Zuid-Afrika hier te lande, de heer Dan. J. de Villiers, verzocht inlich tingen over stukken in de Kerkelijke archie ven aangaande de betrekkingen tusschen de Kaapsche Kerk en de Classis van Amster dam na 1803, die konden worden verstrekt. Het rapport geeft geen aanleiding tot be sluiten en wordt met dank aangenomen. Namens de commissie voor de eonsideratiën rapporteert de heer Wolffensperger over een wijziging van art 3* van het Alg. Regl. en van art. 2 van het Regl. op de VACANTIECURSUS BINNENVAARTSCHOLEN Gistermorgen is aan boord van hel ins Iructievaar tuig Prins Hendrik"'de vacantiecursus voor directeuren en leeraren der Binnenvaartschalen van het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart begonnen. Voor het vertrek uit Amsterdam werd eerst een bezoek gebracht aan KromhouVs Motorenf'abrieken, die onder deskundige leiding werden bezichtigd. De heer D. Goedkoop, directeur der KromhouVs fabrieken (derde van heer van rechts) demonstreerde een machine. Tweede persoon van links is de heer de Jong. directeur van het Onderwijsfonds voor de Binnenvaart te Amsterdam. benoeming van ouderlingen en diakenen de beroeping van predikanten, bedoelende, dé termijn om het stemrecht te verkrijgen, van één jaar te brengen op zes maanden. Het advies van het rapport wil den termijn tot 5 maanden verkorten om mogelijk te maken, dat wie met Paschen belijdenis doet, of 1 Mei verhuist, 31 Oct. op de kiezerslijst gebracht wordt. Eén lid der commissie wil de wijziging niet aanbrengen. Zonder hoofdelijke stemming wordt de wij- ging vastgesteld, om aan de eindstemming der kerk te worden onderworpen. r. Smit rapporteert namens de com- ie ten dezen over de afschriften van vel schillende besluiten, uitspraken en beslissin- ;en van besturen en één staat van kosten. De hec-r Eilerts de Haan rapporteert lamens de commissie voor de nieuwe wets- oorstellen over een voorstel van Ds. H. J. O. Pierson te Ressen tot wijziging van art. 1 Syn. Regl. voor de kerkeraden, waardoor dit artikel beter te overzien wordt en een nood zakelijke aanvulling wordt aangebracht. Het rauport heeft het geheele artikel, dat eroudend en niet overzichtelijk is, gewij zigd. De vergadering wenscht opname van,;'n alinea, dat de Class. Besturen en de Prov. Kerkbesturen doende wat desKerkeraads is, niet binnen de grenzen der gemeente behoe- te vergaderen. AFSCHEID, BEVESTIGING EN INTREDE Ds. Tli. B. W. G. Gramberg, die'als zendeling-leeraar naar Malang (Oost-Java) gaat, hoopt Zondagavond 18 October a.s. van de Hersteld Evangelische Luthersche Ge meente te Zwolle afscheid te nemen. Ds L. M. J. S. H e rf k e n s, gekomen yan Delfzijl, werd Zondag j.l. by de Ned. Herv. Evangelisatie te Assen, bevestigd door Ds. AL J. A. Bouwens, van Wagenborgen, die tot Tekst had Ef. 5:1 en 2. Des avonds deed Ds Herfken» intrede en had tot tekst 2 Cor. 5 19 en 20. Gewezen werd op voor recht en roeping van prediker en Gemeente. De nieuwe Dredikant-voopganger werd toe gesproken door Ds. A. I. Kan Toegezongen werd Gezang 215 5. Een zangkoor zong eenige liederen. De kapel was overvol. Cand. A. de Willigen, van Utrech^ werd Zondagmorgen jl. bevestigd als predi- et tO-jarig "bestaan van 'de Christelijke School te Strijen (Z.-H.'j werd Dinsdag op luisterrijke wijze herdacht. Wij geven hier p overzichtsfoto van de leerlingen; het schoolbestuur en aanwezige autoriteiten. Aan de tafel zittend van links naar rechts de teren J. Groeneweg, J. Hoogvliet, Ds. L. J. S. Croesaz, L. Reidijk, vice-voorzitter; J. C. Diepenhorst, voorzitter; H. Broere, secretaris: tan der, Kaa, penningmeester; P_. Quartel en B. G. Riedé. Daarachter staande de lieer J. Overweg, hoofd der school en het onderwijzend personeel. kant der Ned. Herv. Gemeente te Heinkens- zand door Prof. Dr. A. van Veldhuizen, van Groningen, die 1 Cor. 3 9a tot tekst had. Ds. van Willigen hield des namiddags een intree- predikatie over Hebr. 12 2a. De jonge leeraar werd aan het einde bij toespraak verwelkomd door deni consulent, Ds P. L. D. J. van Oeve- ren, van Nisse en verschillende ambtsbroeders van elders. Toegezongen werd Gez. 224 1 en 5 Ds. N. VAN DER SNOEK jMlen' 'meldt ons, dat Ds. N. van der Snoek, predikant der Ned. Herv. Gemeente te Vee- nendaal, a.s. Zondag in het kerkgebouw aan de Markt aldaar na zijn ongesteldheid weder voor 't eerst den kerkdienst hoopt te leiden. GEREF. KERK VAN MAASTRICHT Voor hen, die hun vacantie in het Zuiden doorbrengen-, deelt de Geref. Kerk van Maas tricht mede, dat haar diensten, welke gehou den worden in het kerkgebouw aan het Ster- teplein, resp. aanvangen te 10 en 5 uur. HET VOTUM Te iBorne besloot de Kerkeraad van de va cante Geref. Kerk aan de Classis Deventer te vragen of een dienstdoend ouderling de gods dienstoefening mag aanvangen met het votum De Classis gaf op die vraag een bevestigend antwoord. ROME OP SOEMBA. Ds. P. J. Larubooy, werkzaam in de Geref. Zending op Soetniba, schrijft in een brief over den arbeid aldaar o.m. heit volgende. „In Melölo is nogal e<enige roering ge weest door liet gedrag vaar ccui familie, waarvan heit hoofd vroeger ouderling is ge welf, Zijn zoon was onderwijzer. Daar de ze ebtiler nogal hardhandig optrad en de school tijdens zijn afwezigheid daar reeds tweemaal afbrandde, plaatste ik hem, te vens met het oog op zijn gezondheid, over naar een school in de bergen. Maar dat wil de hij niet. Hij eischite zijn oude plaats te rug. Daar hij ondanks bedenktijd, hem ge geven, bleef weigeren, moest ik hem ont slaan. Daarop begon hij te dreigen, dat als ik hem zijn plaats niet terug gaf, hij Roomseh zou worden. Ik heb hem geroepen en ern stig gepraat, en hem gevraagd, of hij Roomsch werd uit overtuiging. „Neen", zei hij, „ik weet wel, dat dat niet goed is, maar ik wil toch, behalve als u mij een plaats geeft, die ik zelf wil". Ik moest hem antwoorden, dat iemand, die zoo los aan zijn geloof hangt, dat hij tegen zijn geweten in Roomsch wil worden, niet te gebruiken iwias in onze Zending. Waarop hij Giidh dan ook in verbinding stélde met den pastoor en nu onderwijzer wordt bij den pastoor. Zoo ziet u, dat ook in Oost-Soenvba dui delijk merkbaar is de slechte invloed, die er uitgaat van de vestiging! van de Roorn- sche Zending. Als men vermaand wordt of (bestraft wegens het een of ander, dan is het al gauw: „dan ga ik maar naai' den pastoor", die iedereen graag ontvangt en maar inschrijft in zijn lijstje namen. Toch mogen we niet toegeven en dan maar slapper tucht oefenen, want dan zou het "gevaar nog grooter zijn dan het gevaar van de Roomsche missie". RECHTZAKEN HOOGE RAAD an Lier. te Haarlem 'aardi°lük,3Sw Both, die door .de Riecht- ,ald OP 11 Augii! wat Wils. HET GEBED VAN MOEDER In „die Verenigde Kerkblad van die Ned. Geref. Kerke in Suid-Afrika" vond ik on der 't opschrift „Na tien jaar" een aan grijpend verhaal. Aanvankelijk was mijn plan 't in onze spelling over te brengen, maar veel van t naief-sohoane, dat 't Afrikaansch ken merkt, zou daardoor verloren gaan. Met een beetje goeden wi'l kan trouwens de eenvoudigste lezer 't vodgen. Met die toeslaan van 'n gevangenisdeur agber hom, is John McLéllan vir 'n tientall jaire uit sy omgewing verdiwyn. Weer klank die deur agber hom toe op 'n eekeme oggend maar nou is prisoavier No. 5599 'n wye man V-ir tien lange ja re was daar net een stukkle blouilug eigbaar bo oor die oefen plaats van die gevangenis; dieithalwe staar hy nou byna verblind naar die hémel bo hom, en die omneetlike ruipate in die lief lik e oggenidllug, gee hom vreemde gewaar- worddngs. Soos iemand in 'n da-oom aatn- skou hv die groene velde, die boorde met bl easels, en die voëlgesang wek in sy ei el 'n ongekende stryd. Die jare in die gevangenis was vir hom eindeloos gewees3,652 dae en elke dag 'n jaar gölyk! Bitterheid ontstem ev gemoed hy die herinnering aan sy geleden smart e. Nou val hom te binne die waarskuwende woorde deur die hoof van die. gevangenis aan hom gerig die aamd voor sy vrylating: „McLéllan, móre is jy weer 'n vrye man. Vir een van jou leeft yd, slegs 30 jaar, het jy 'n lange gevangenisstraf ondergaan, wat met 3 jaar verminder gewond is, weene jou goeie gedrag. Pas tog op dat jy nie weer hier te lande kom nie. En nog meer, ver geet jou drome van wraak teen '11 mens dom waf jy meen jou met otnreg behandöl li-et, en onfihou jou straf was verdiend. Dank God, dat jy niet tien jaar gelede tot die dood veroordeeld was, wat sek-er sou gebeur het, as die koe él 'n bietje meer -linke gegaan het, terwyi jy beeig was die bank te beroof." Hy sidder by die herinnering, maar meteens hoor hy weer die hoofskout die vraag doen: „MoLeflllan, het jy 'n moeder?" „Dit gaan jou niet aan nie," snou hy sy ondarvraer toe, „maar as jy wil weet, ek het een gëhad wat altyd gepreek en gebid het; of sy nog leef of dood is, kan ek nie sè nie." Met 'n knik vervolg die ekout: „Ek word nou al oud, en gedurende die laatste 30 jaar het ek met die sliegiste misdadigere te doen gehad. Bk weet heelwat van gevange- niiölewe en dae gevolge daarvan op die menslik-e karakters. Ek het jou egter nou- keurig gadefgeölaan en het gevind dat daar tussen jou en die gewone misdadigere 'n verekiil bestaan, en daardüe verskil het jy te danike aan die gebede van jou moeder." In ddie gees gaan McLel/kun tien jaar te rug, toe hy laas 6y moeder gesien het, net na sy vonnis, en hy hoor haar sè onder hete trane: „My seam, ek sal nooit ophou om w jou te bid nie. Dié Heer hef jou Lief John, en Hy sail jou moeder haar ge- bede verhoor, en vir jou tot berou bring." voel nou so verlate en eensaam. Wie sal nou vir hom bid, as sy moeder n-ie meer leef nie! Wat 6é die Bybel van „Sonde soos ekar- laken," en van ,'n jonge man wat naar "n ver land gereis het?" Fdoue herinnerings van ey kinder jare in die Sondagskool kom. terug. Diep ongelukkig stap hy en nadink en selfs die vareekering dat hy vry is, bring hom geen vreugde meer nie. Enige minute voor die vertrek van die trein op Portsvüloetasie klim hy by die rooksalon wat leeg was, in, gevolg deur sy kwellen-de gedagtes, en si-t in die voort snellende trein, onhewus van sy omgewing Toevallig sien hy iets agber een van die kussinge op die bank lè. Toe hy dit optel, word sy aam-dag meteens deur die opskrif getref, „Sl-egte Me nee, Juis die Soort wat God red." Hy lees die traktaatjie met gre- „Deu-r dié sien op die Kruis i6 daar lewe en heil, Is daar lewe vir u en vir my, Sien gelowig op Ham, word behoue en leef, Want verlossing bied Jeeus u vry." Die geweee misdadiger kniel met 'n ant- roerde gemoed daar neer, en na 'n worste ling gee hy homself onvoorwaardélik aan die Heer oor; die eware las van skuld- gevoal val weg, en 'n stille vrede neem besit van sy hart. By diie elasie »aangekom, vervat hy sy, reis te voet, en nou net met die een oog-I meuk om sy moeder te vind, met die ster ke begeerte om haan- t.-e vertel diat haar ge- bede vir hom verhoor is Naby die en-d van sy reis, nad-er hy 'n giroot gebou, maar voor hy die poort be reik, sak hy neer in 'n flóute van hongec 1 vermoeienis. Toe hy weer bykom bevind hy hom in 'n nette kamer. Die verpleegster was gereed met ebe, en Dr. Forbes en sv dogtertjie Peggy 6laan by sy bed. Toe hy beter voél wou hy vertrek, en be dank die vriend-e wat so goed vir hom was 'bare ha-rtli-k. Juist toe hoor hulle 'n vroue- gende woorde: stem in 'n naburige kamer 6ing die vol- Kon ek jou sien, my liewe 6eun, So ekoon as in jare voorheen. „Wie sing daar?" roep hy uit. Die verpleegster antwoord: „Dit is 'n ou Mev. McLéllan, wat drie jaar gelede hier- hen gekom het met 'n gebroke hart, oor 'n eeun wat 'n misdaad begaan het."' Met die woord „Moed.r!" op sy lippe, struikel dae jongman die kamer binnen, en vad op sy km-eë langs die bed, waarop 'n ou moediertji-e, met gerimpelde gesig, sit te sing. „Moeder, ben jy my nie? Jou af- gecliwaadde eeun het teruggèkom. God het jou gebede verhoor." Met 'n gesig stralende van vréugde steek sy haar arms uit en omhels hom met d-ie woorde: „John, my eeun, my eeun!" Radio Nieuws. Donderdag 6 Augustus, HUIZEN (298.8 M.) NCRV 10 Tijdsein. 1010.15 Zang door het NCRV. Dameskoor. 10.1510.45 Korte ziekendienst te leiden door Ds. H. C. v. d. Brink. Geref. Pred. (H.V te Amersfoort. 10.4511 Zang door het NCRV. Dameskoor. 2 Tijdsein. 23.15 Gramofoon. 3.153.45 Vrou- wennalfuurtje. Leidster: Mevr. J C. van Amstel —van Löben Seis. Spreker: Ds. H. C. J. Hoger- eell, te Den Haag. Onderwerp: „Waarom zwakke kinderen naar Christelijke 3.45— in. 4—5 Kleker zender. door Ds. K. de Bel. Ned.i Ui Muzikale medewerking verleenen; J. H. Smit Duyzentkunst. bariton en harmonium. H. Smit Duyzentkun-st, hurmoniumbegeleidLng;. 5 Tijdsein D—5.30 Gramofoon. 5.30—6.3u Cello-recital door Ludwig Werner. Aan den vleugel: Mevr. Helene WernerStuiver. (1.30ü.45 Gramofoon. C.457 Cursus Knippen en Stofversieren, te geven door het Instituut ENSA1D, Tolsteegsingel 54. to Utrecht. 7 Tijdsein. 7—7.30 Vragenhalfuurtje. Gemengd Solisten Kw eert. 30.20—10.30 10.30—11.30 Gramofoon. KRO. 8—9.15 Morgenconcert, i mofoon. 11.30—12 Godsdienstig H: 12.15 Pollieberichten. 12.151.45 Lunc'm 1—11.30 Gra- HILVERSUM (1875 M.) AVRO. 8 Tijdsein. 8.01 —10 Gramofoon. 10—10.15 Morgenwijding. 10.15 —10.30 Gramofoon. 10.30—11 Lezing. 11—1 Lezing. 11.15 Gramofoon. 1.152 Van Dük's Origineele Volendammers. 2—2,30 Reislezing. 2.30—3 Rustpoos voor verzorging van den zender 3—4 Gramofoon. 4—5 Ziekenuur. 5—5.30 Gramo foon. 5.30—C Lezing. C.30—7 Orkest. 7.308 Lszing. S Tijdsein. 8.01—9.15 Orkest. 9.1Ó—9.45 Muziek. 9.4510,30 Orkest. 10.3010.45 Nieuws berichten van Vaz Dias. 10.45—12 Gramofoon. ROFFEL-RIJMEN FIETSPLAA1JE. Denk om je belastingplaatje, Of nog beter: denk maar niet; Zorg, dat je elk rijdend rijioiel Van zoo'n kopert je voorziet. Ijverige ambtenaren Van de Nederlandsche Staat Stellen als het moet en 't moet nu. Zich verdekt op langs de straat, Kijken met bezorgde blikken Iedre kale stuurstang aan, Om elk ongemerkte zwijn aan De f iscale haak te slaan. Praat niet van: ik ben 't vergeten, Of: 't zit in een ander pak; De belasting en de ambtnaar Heeft aan zulke praatjes lak. Wie klaarblijkelijk kan bewijzen Dat belasting is betaald, Wordt niet tot z'n bloote schande Van z'n kale fiets gehaald, Hoeft geen boete te betalen, Ziet z'n fiets zich niet ontroofd, Wordt, alleen al om z'n blikje, Op z'n eerewoord geloofd. Voor tweehonderdvijftig centen Ben je voor het heele jaar Met je fiets, met je geweten, Met de fietsenfiscus klaar. (Nadruk verboden) LEO LENS. FEUILLETON STER VAN HALALAT verhaal uit den tijd der Babylonische ballingschap (40 ?en dén avond van denzelfden dag Respha's veadavijnihg in Haüalat be- De Oudste herinnerd-e zi-ch, dat dien oen vreemdeling bij hem geweest was, omtrent een Joodedh meifeje een en nn- wiet. Men zocht den jongen man. Ni-e- d had hem echter meer gezien. vat-Hasina was zinneloos van woede mart. Lislima doirfdé haar m-et te na- n. De overige slavinnen sidderden, vaak zij bij hun meesteres geanepen en. ilnma ha,d ad het m-ogetj-ke gedaan om oningin in het onzekere te laten aaai- <le het lot van dien Sipparaner. Maar 't ha-d zoo etelil'iig verlangd alles te ver- •n, diat zij einclölijk niet langer daia-fde ;en. Een vloed vaai scheldwoorden en 'ijtimgen was de dank wélke zij in- dte. .Bovendien had de koningin haar de kamer gejaagd. n volgenden morgen beval zij een &la- Lielirna andermaal te roepen, ij hebt de zaak eer verergerd dan ver d. Maar uw hoofd bergt menig goed Denk na, of er niet iemand ie, die jkan helpen!" goede meesteresl Er zijn in Bahil vele niann -n, die de booze geesten uit 'aniu's hoofd kunnen verbannen.1* „Z-ou het mogelijk zijn?" „WélLiicht niet zoo spoedig als gij wenscht maar als we eeniige weken verder zijn, za! men stellig veribeteaong bespeuren. In tusschen zad de wraak met haar zoeten troost u diie dagen verkorten." „Wa-aak! Over de Jodin?" Ja, gij hebt ge lijk! Ik zou baair kunaien dooden." „Gij hebt haai- in uw macht. Maar meer nog! Gij moet niet een enkel meisje niet tevreden zijn! Allies, wat Jood is, moet met baar getuchtigd worden! Gij hebt iminera macht! Ga naar den koning! Een lief ge laat, een hartstochtelijken bLi'k uit uw oogen, en ©like weneoh van uw lippen is ver vuflid voor de dag van morgen aanbreekt. Honderd Joodsche jongelingen voor Achi- ramu!" „Men kleede mij zoo schoon als mogelijk is. Verstaat ge? Nabunahid zad mij dezen avond nog in de hangende tuinen zien." „Verlaat u op mij, vorstin! De koning zal u dezen avond niets kunnen weigeren." HOOFDSTUK XXV Babyion en zijn goden De godsdienst dea' Babydioniërs en Assy- riëre was een volstrekt uitwendige. Een veredeling dea- ziel werd do-or die eereddenst van meneoh-en, wier hoofddoel het was, de zinnen te etreelen, niet beoogd, was er in elk geval niet mee verbonden. Te dien tijde moest bij de Chaldeeën tevens het meer zuivere zedelijkheidsgevoel dalen en daar om is het niet van belang ontbloot te ver nemen, dat de nieuwste ontdekkingen ons leeren, wat Babyloniëre eeuwen voor d3 regearing van Nabunahid met beitel en stift op steen verkondigden: „Gij zult het bloed yan uwen naaste niet vergieten; gij zult des naasten vrouw niet naderen; gij zult uwen naaste niet van zijn kleed beroo'vcn," wetten, geldig voor die heide nsohe volken, voor de Joden en tot op onze dagen en zoolaaig de wereld bestaan zal voor de Christenen. Alles wait op godsvereering betrekking had, werd in Nabunahids tijden echter be steed aan uiterlijk praalvertoon. Vooral onider Nebukadnezaa' weren véle vervallen tempels hersteld en nieuwe opgericht; ook werden de godsdienstige feesten met meer luister gevierd. En het volk was met hart en ziel aan deze praal en pronk, aan dat uiterlijk vertoon, gehecht. Nabunahid, die niet zoo handelde als •zijn groote voorganger, geraakte daarom bij het volk al spoedig in minachting. Zijn afkeer jegens onikele, vooral de aan zienlijkste en oudste priesterkasten van Babiil, was gegrond op de waarneming, dat hun invloed ten-gevolge de eer en voor rechten, welke Nebukaidneaar hen schonk, zoo groot wend-, dat het in het belang dea voreten geraden scheen hieraan paal en peak te stellen. Natuurlijk ondervond hij hierin van den beginne af veel tegenstand bij Nitokris, de dochter van Neb^kadneaair, zijn gemalin. Zij was op en top die dochter vaai dien groote 11 teanpelibouwer en vomid steurn bij haar zoon Bélsa-za-r, dli-e wiël in sommige opzichten den grootvadea' geleek, doch dien6 werk kracht miste. Maar al wa6 de koning jegens Bahylons goden niet zoo vrijgevig, toch bracht hij veel ten offer aan tempels en priesters on andere plaatsen van het groote rijk, hoofd zakelijk met hét d'-oefl, in die priesters een tegenwicht tegen de overmacht der Baby lonische te bezitten. Zoo bad bij te Ereöb of Urluiöh, in het Zuidelijk g.-d-eélte van Ba- byiloai-ië, de ovérohde stad vaai Sin, den maaugodi, een heiligdom opgericht, dat, bij de aanstaaaiid-e voltooiing in pracht on luistea- gerust met de tempels der hoofd stad kon vergeleken worden. Toen enkele jairen geleden met het groot- eche work begonnen werd, was dé koning met een schitterend gevolg in Erech ver schenen, om daarbij tegenwoordig te zijn. Luisterrijke feeeten had de stad gezien, hei- denkende -haar vorstelijk en oorepmng wamt gelijk Babel, Akkod en Kalaoh had zij haar opkomst te danken aan Nimrod, den zoon van Kusoh. en.was dus een der eerwaar digste stéden des rijks. In elk der vier hoeken der fundamenten was een oorkonde gemetseld in een cylin- Qérvörmi'g stuk uitgebrande klei, waarin de koninklijke bouwmeeeteas de geschiede nis van de stichting en haaa- toewijding aan de goden pleegden neer te leggen. Bij den herbouw van een verwoesten tempel begon men eeret met de werkzaamheden alls de oorspronkelijke oorkonde gevonden was, alsdan zeker zijnde, dat men op een oude traditie steunde. Deze oorkonde van den tempel va-n Sin, welker ontdekking menige duistere plaats in de Babylonische geschiedenis ophelderde en diaairom van zeer véél waarde bleek, luidde alls volgt: „Na-bunuihid, koning van Babylon, we deroprichter vaai da Bit-eaggatü en Bit- si-da, aanbidder dér groote goden ben ik Het pal-eis van koning Ramsid-i, ge naamd de tempelkoren van den grooten boom, w elke zich in de stad Ur bevindt, welken (tempel) Ligbagas, een koning uit de oudste dagen wel begonnen, maar met voltooid beeft, terwijl zijn zoon Ugi het dak aanbracht, ds bier. In de in scripties van Ligbagas heb ik dii-t gelezen Deze toren was in mijne dagen geheel veaidwenen. Op de ou-de grondslagen, welke Ligbagas en llgi, zijn zoon, ge legd h-ebben, overeenkomstig den ouden van aardiliais en tegelsteen, ben ik eene beo-oprichting begonnen. Den god Sin, het hoofd der goden des hemels en der aarde, den koning der goden boven de goden, cLie in den grooten hemel wonen, den heer dezes tempels van den grooten boom in de stad Ur, mijnen heer, van den grond af heb Ik hem den tempel op gebouwd van nieuws ai. O Sins hoofd der goden, koning der goden d-66 hemels en der aarde en dér goden boven de goden, die in den groo ten hemel wonen, in dezen tempel, wel ken gij blijde binnengaat, in deze heili ge ruimte van Bit-saggatu en Bit-sidn en in den tempel van den grooten boom, welke de woningen uwer verhevene god liéid zijn, zullen mijne lippen uwen lof verkondigen Bevestig de vrees voor uwe verhevene godheid in de harten barer bewoners, opdat zij ge n misslagen begaan tegen uwe groote majesteit, teneinde buame fundamenten vast zijn ails die hemel! Mij zellf, NabunaOvid, koning van Babyion, in d'e vrees mwor godheid bewaar mij Mijnen leeftijd, verleng ze gedurende veflé degen in overvloed en die van Bel- sazar, mijn eerstgeborene zoon, voort gekomen van mij! De vrees voor uw ver heven godheid, ba\éstiig ze in zijn hart, opdat hij niet kan vallen in de zonde, en dat zijn roem van duur zij!" De bouw van den tempel was reedB zeer ver gevorderd. De voltooiing was aanstaan de; mqar daan-voor waren nog belangrijke eommon gelde noodiig. Het goud voor de beklleeding van dien eigenlijken tem pél, als mede voor d'e zware offertafels en altaren en eindelijk voor het afgodsbeeld met zijn reusachtige afmetingen kon slechts gevon den worden, als men de schatten uit andere tempels voorat van de hoofdstad nam; want de veldtocht tégen Kurusch, den zoon van den koning der Perzen, en ook dae tegen de oproerige provincies hadden de géktmidtteflen des konings aanzienlijk verminderd. Een verordening des konings voor ad de priesters van Babyion moest de verlangde bijdaage aan Erech verschaffen. Maar nu stak een storm op zoo hevig, a-Ie de koning noch zijn raadslieden kon den verwachten. en Zuiden van den koningsbung stond Babels schoonste tempel, „Esogitla", het heiligdom van den etsxfagod Bel-Marduk. Ook zijn rijkdommen, de kostbare offer- gaven, wlke in de schatkamers opgehoopt lagen, zouden gedeeltelijk naar Erech ge zonden wonden. De priesters vergaten niet te zongen, dat deze aanstaande berooving aan het vollik bekend gemaakt werd. Stiroomon volks kwamen schreeuwend en tie re nil bij het heiligdom. Spoedig was de tempel door ren golvende massa omringd. Gren enkele priester vertoonde zich. Hun verstand gebood hun zich terug to houden; zoo zij deze volksoploopen goedkeurclcn, gaven zij wellicht al de schatten d-re tpm. pels prijs en hoogst waarscb ij-ril ijk zou de koninklijke gramschap hun hoofden trcf- Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 5