Zieken in huis Handwerken VRIJDAG 31 JULI 1931 Dat is nu niet bepaald een vacantde-on- rvverp, neen, maar het is een om stand ig- id, die zich ten allen tijde, ook in de nne zomermaanden en in elk huis, kan Drdoen. 3ovendien: lang niet alle menschen zijn "j, om vacantie te kunnen heb- n eu ai i= het noodzakelijk dat we leeren kunnen velen, dat anderen genieten wat Bzelf is ontzegd, aan den anderen kant iRen de gelukkigen er wel eens aan her- ïerd worden, dat zij juist in hun vrijen 1 wel wat extra's kunnen doen, om an- ren het leven te veraangenamen, latuurlijk geldt dat nu niet in de eerste iats de menschen die hot heele Jaar rd sjouwen, en dan één, hoogstens twee ken in den zomer krijgen, om eens uit te lZen hoewel: massa's hardsjouwende ismoeders krijgen het niet! maar ik uk aan de vele anderen, bijv. schoolmen- ien de loerende zoowel als onderwij zen- o, die zulke heel lange- (ongezond lange)- canties genieten en dan vaak zoo weinig a om eigen huisgenooten of famulele- die ongelukkig hard sjouwen of wat 'erger is zwak of ziek temeer liggen, tijdelijke opfleuring te bezorgen. )it kan men op vele manieren bewerken: er drukke huismoeders wat te helpen, idat zij zelf ook eens, al was het dan ar voor enkele heele of halve dagen te kunnen, door logé's die een verzet ,dig hebben, om het even of het m eigen is is of bij vrienden die zelf geen tijd ,r hun logé's hebben eens wat van de ats te laten zien, door kinderen bezig te iden, mee te nemen of bij zich te laten men, zoodat de moeder zelf eens vnj kan iben voor familiebezoek of anderszins en niet het minst wat we kunnen in, om anderer last te helpen verlichten, is: helpen bij zieken. Iet kan voor een zieke soms zoon ecnx ittige afwisseling zijn, eens een poos te rden verpleegd en verwend door iemand het niet druk heeft, terwijl het voor hen geregeld in de sfeer van de ziekenka- r vertoeven evenzeer een weldaad (hoe- na et altijd zoo gevoeld of begrepen) kan om daar eens een tijdje van te \vw- c'afgelost. Men hoeft wezenlijk geen spe- le opleiding of zelfs maar aanleg te heb- i om in dezen goed te kunnen voldoen, öfdzaak zal altijd zijn een goede wil een vriendelijke geest. Wie daarmee is ïiftigd, helpt altijd veel meer dan een Ier met de grootste handigheid, het rkste plichtsbesef, maarprikkelbaar neur. k herinner me nog een geval bij kennis- waar men vroeg in de vacantietijd een el stel logé's had van uiteenloopënde, ftijden, dioor omstandigheden juist alle- al wat heel vroeg in dezelfde week aam- romen-, van wie, reeds in die eerste ;ek een meisje van den bakvischleeftijd, daar alleen was, omdat haar ouders op waren, heel plotseling heel ernstig ziek rd enniet vervoerd mocht worden. ouders, die een buitendandsche reis akten, kwamen zoo spoedig mogelijk te- en zaten overdag dikwijls bij de zieke, ar konden niet overblijven. Het waa, ider dat toch al druk genoeg en het erg- gevaar was toen reeds geweken, aat ruu in denzelfden tijd nog een kind de oudere logé's en een kind van de nschen zelf, allebei een kinderziekte jgen, waarmee ze ook aan de bedjes ge iden werden al was het dan ook niet raad ijk .Het huis was daarmee zoo vol druk, dat men een verpleegster, stel, die was noodig geweest, er om zoo te :gen niet nog bij had kunnen velen, ereen had dan ook te doen met de men- die een reeds gehuurd zomerverblijf ai een paar weken moesten laten leeg- an tot het herstel, of mogelijk vervoer zieken. ai tocih ging alles prachtig. Een der rhters had ook juist vacantie, een ande* kwam vaak even helpen of stuurde haar nstmeisje, omdat in het huis zelf de e meisjes zooveel te doen hadden, dat werk in de ziekenkamers er haast niet kon, en zoo gleed alles nog rüstig door. n ik dan ook dom genoeg was om, waar der huisgenooten zich onwillekeurig ontvallen, dat het wel 'n heele tegen- l was voor allemaal, dat dit nu juist de vacantie viel, daarbij op te merken: en zoo jammer dat ze (de jonge moe- van een der zieken), heelemaal niet ge ld is iets te doen van huishouden of zoo zal haar dat nu spijten", was dadelijk enthousiaste antwoord: „Zij? ze is mis- ien nog wel degene, die we 'het minst i allemaal zouden kunnen missen, ze zit i heelen dag in de ziekenkamers, dan het eene, dén bij het andere kind. Met onuitputtelijk geduld vertelt ze ven- iltjes, belooft ze tochtjes na het beter- rden en zoowel, zij is het, die maakt verder alles zijn gang kan gaan en we n zieken hooren roepen of bellen en ook t aanhoudend iemand naar boven hoe- i te sturen om te vragen of de zieken t noodig hebben. Het zijn allemaal vei- nde kinderen, die bij verpleging van een emde stellig te kort zouden komen en blijven ze rustig en tevreden in bed. 8 hoor X hebben we nu juist eens echt haar waarde leeren kennen deze weken in zoo hadden daar die menschen on- de tegenvallers van onverwachte waardoor hun eigen vacantie, wie oor hoelang, werd bekort of mis- wel heelemaal zou vervallen tocih iede „vacaoitietijd", waaraan zij later eenige spijt, ja zelfs met een zeiter noegen konden terugdenken. weten we allen, en ook uit het hoven de geval zien we het weer: dat ver lang niet ieders werk ia Maar o, met "e wil kan men er zooveel van lee men maar nooit begint met er te ii uv«r té denken want dan houdt men den koristen tijd maar vol. Vaak denkt n: als het maar geen ernstige patiënt is, ar misschien zijn de lichtere gevallen, waarbij de patiënt zich niet ziek ge- 8g voelt om aldoor in bed te blijven lig- i. nog wel de lastigste om te verplegen, fflt het is wel zooals L. D. eens in „Op- og" schreef: Hoewel we tegenwoordig ernstige zieken ons niet meer zelf aan verpleging wagen, maar dat liever over- ge diplomeerden, die geheel voor komen er in 't huisgezin toch altijd nu dan lichte ziektegevallen voor, waar 't in zekere en grootere mate van onze goede zor gen afhangt, of de zieke spoedig bersten. Veel lieide en veel geduid is er noodig bij de verpleging van een zieke, maar uuar 'J niet klaar mee geen goede ver pleegster zonder tact, opmerkingsgave en gezond versland, dat ze bovendien weet te gebruiken. Willen we werkelijk een zie- goed mogelijk verplegen en alles doen om 't hem zoo licht mogelijk te ma ken, dan moeten we goed nadenken over taak, over hetgeen we doen en laten zullen en hoe we dat doen zullen, 't Is eenmaal voor een gezond mensch, is hij nóg zoo van goeden wil, eenigszins moeilijk om zich in den toestand van een zieke in te denken en daarom is 't van be lang enkele dingen in 't oog te houden, waarover we hier een en ander zullen zeg gen. In de eerste plaats doen we natuurlijk stipt wat de dokter heeft voorgeschreven, maar dan meenen velen, dat 't hiermeo dat alle verdere extraatjes en bijzonderheidjes, nu ja, wel prettig en comfortabel voor den zieke zijn, maar toch feitelijk niets met z'n genezing te maken hebben. Hat is echter een verkeerde ge dachte. Ze hebben er veel, in sommige ge vallen alles mee te maken. Een van de voornaamste dingen bij zie kenverpleging is b.v. rust. En tocih zijn er zoo veel vrouwen, die met drukte, o, zoo'n liefderijke drukte, de ziekenkamer binnen komen en daar aldoor „druk" blijven sken, goede 1 de of dreunende stappen door de kamer, evenzoo een beetje ruw of wild aanpakken van hemzelf. Alles moet rustig en zacht gaan in de ziekenkamer en ook in dat ge deelte van het huis dat binnen het gehoor van den zieke ligt. Geen krakende laarzen haar taak berekend zijn, waardoor we de hooren in een ziekenkamer, liefst een paar beste waaibongen krijgen voor een goed vilten pantoffels, waarmee we geruischloos 'erloop en spoedige genezing van de ziekte i00pen. Nooit mogen we den zieke laten merken, dat we haast hebben; dat irriteert een ziek* zoo. Geen gejaagde, haastige bewegingen; niet haastig hem „afhelpen", 't Kan natuur lijk best gebeuren, dat we inderdaad haast hebben, maar dat moeten we in stem noch marnieren tot uiting laten komen. Uiterlijke en innerlijke rust in de ziekenkamer is het beste. Evenmin laten we hem merken, dat z'n verpleging heel wat extra moeite en druikw» geeft. Later, als hij hersteld is, kunnen er zooveel van vertellen als we maar wil len, maar op 't oogenblik rui et 't Is voor een zieke heel vervelend en neerdrukkend te weten, dat hij zooveel moeite geeft, dat de huisgenooten 't zoo volhandig hebben dooi hem en zooveel meer werk dan anders. Be gint hij er zelf over, dan stellen we 'm rust op dat punt. Anders zal hij er sohien toe komen om geen hulp in te roe- pen als hij'die noodig iheeft, of niet willen weten, dat hij ergens behoefte aan heeft Wat wel in de ziekenkamer thuis hoort, is opgewektheid. Met een opgewekt gezicht gaan we er naar binnen, ook al voelen ons niet opgewekt, want een zieke heeft veel behoefte aan een prettig, opgewekt ge zicht. Meestal heeft hij uit zichzelf, door den ziekelijken toestand van zijn lichaam, nei ging tot het omgekeerde. Daar moeten we hem juist overheen helpen: opgewektheid doet spoediger genezen, want de geestelijke gesteldheid van den zieke is van buitenge woon grooten invloed op zijn herstel, meer dan over 't algemeen nog beseft wordt. Vroeger dacht men, dat de medicijnen 't 'i willen zoo graag den zieke met alles helpen f moesten doen; tegenwoordig komt en zoo graag heel veel voor hem doen en j meer tot het inzicht, dat er eerst een gezon- dan vergeten ze daarbijvoor 't voornaam- de ziel moet zijn vóór 't lichaam gezont* ste te zorgen: rust, rust! in bewegingen, rust in doen en laten, rust in stem. Een zieke vindt 't zoo hinderlijk die ru we, plotselinge bewegingen en geluiden; de deur open maken met een harden ruk aan de kraop, hard verschuiven van een stoel of tafel, gerammel van kopjes en borden, har kan worden. Wanneer we dus iets vervelends hebben in de huishouding, met anderen, in onszelf we nemen 't niet mee in de ziekenkamer en spreken er niet over. D&rr zijn we vóór en boven alles verpleegster. HAAKWERK OP KINDER- KLEEDING "Er 4ijn van die. dingen, die als het ware voor de hand liggen, en die men toch soms op oogenbliikken, dat het idee goed te pas zou komen, zich niet herinnert, zoodat het, vooral in een gemengde rubriek met een zeer gemengd en wisselend lezerspubliek, vaak nuttig kan zijn „de" dingen nog eens op te halen. Zoo i3 het bijv. met de moeilijkheid, die „i ieder gezin met kinderen geregeld voor komt: het uitleggen van de klein geworden kleeren. Het mag dan al waar zijn, dat tegen woordig de dingen zoo goedkoop zijn, dat men heel wat gemakkelijker dan vroeger ertoe overgaat nieuw te koopen, maar, ten eerste kón nog lang niet iedereen dat, en' tien tweede zit men wel eens voor het geval, dat 'n diuur, fijn jurkje, of een van bijzon der aardige, handgewerkte, garneering of een dat buitengewoon goed staaj, te nauw en te kort wordt, terwijl men er graag wat werk voor over' zou hebben, om het nog eer goed draagbaar te maken. Er zijn daartoe vele manieren, die voor elk bepaald geval afzonderlijk moeten wor den uitgekozen en toegepast. Meestal zal men het kunnen vinden door het aan- en tuseohenzetten van biezen of reepen van gelijksoortige stof in afstekende kleur. Een manier echter, die heel vaak voldoet en gemakkelijke precies passend is te maken, terwijl ze het voordeel heeft, later nóg eens een verdere vergrooting toe te la ten, dat is het tusschenhaken van verschil lend gekleurde stokjes- of vasten-toeren. Eerst haakt men in de taille, die daarvoor op de naad (als die er is) anders op die juiste hoogte, wordt doorgeknipt, en smal omgezoomd, bij wijze van ceintuur een rfl toeren in de rondte, 't zij in één of twee, 4 zijj in veile verschillende kleuren. Dan is het jurkje al dadelijk een heel stuk langer. Moet er nu nog bovendien een schil, dan voor nachtzak. Maakt men een waschbaar overtrek voor theemuts, dan kan men het patroon zelfs wel in één kleur uitvoeren en alleen de omtrekken van vo gel, vleugels en veeren werken zonder alels dicht te borduren. Doet men dit laatste echter wel, bijv. voor theemuts of kussen in gedekten kleur, dan verdient het aanbe veling om de kleuren zooveel mogelijk naar de natuur te nemen en daarvoor de vogel naturs of van gekleurde afbeelding eens goed te beschouwen of desnoods een enkele pauwveer te leenen of aan te schaffen en die als voorbeeld te gebruiken. Het zal, wanneer men een loodlijn recht door het midden van de figuur trekt <*n verder een rechthoek langs den omtrek tee kent, niet moeilijk vallen de figuur zoo noo dig, wat vergroot na te teekenen. Men borduurt de omtreklijnen met steel- steek of kettingsleek (dit laatste, wanneer men de binnenzakken niet vult) en de bin- nenvlakken met platte steek. Om op dreef te helpen kunnen we nog wel in 't algemeen wat kleuren aange ven, maar om de juiste tinten te weten, moet men ze natuurlijk op het fond gerst vergelijken. Men neemt dan voor de romp van de pauw, blauw (het dwars gearceerde) de zij, den (geruit) wordeji groen, liefst met „weer schijn", verder: de kop wit of lichtgrijs met donkerbruin voor de snavel en het boven ste gedeelte bruin, ook voor de pooten, en nog donkerder bruin voor de ondergrond waar de vogel op staat. De veeren neemt men bruingroen, blauw groen en bronsgroen, afwisselend. De oogen (dn de veeren) worden pauwblauw met schitterend groen in de rand uitloopend. De smal gearceerde streepen tusschen de veeren maakt men groen. En verder het beestje maar eens goed be kijken. Op een lichtgroen fond zal dit bor duursel mooi uitkomen. 'JAPONGARNEERING Wie met 'n fijn en origineel ideetje zoekt om een gladde japon te gameeren, die zie maar naar bovenstaande afbeelding. Men heeft daar van fantasiezijde geknipt een groote en twee kleine driehoeken, die twee volwassenen of twee kinderen in te dragen en als het kleutertje loopt, kan men het draagstoeltje opvouwen en in zak of handtasch bergen ofin een bosch kan men het ophangen als hangmat of schom mel, voor dat geval dient aan den rugkant echter ook een handvat te zijn. Men moet dan natuurlijk nog langere banden of tou wen bij zich hebben. Ook kan men de hand vatten dadelijk zoo lang maken dat ze ook over den schouder van de dragers zijn te bies onderlangs den raad dan kan die een gewone breedte krijgen, en hoeft niet zóó leelijk lang genomen te worden, dat het idee „verlenging" er zoo overheen ligt. Ook langs dé schoudéf-naden en langs "armsga ten kan men toeren haken en onderlangs de mouwtjes. Eenvoudiger, en ook wel aardig, zal het staan, wanneer men voor de lengte geen taiilletoeren noodig heeft, deze te laten ver vallen en dan het lijfje van het jurkje mid den-vóór door te knippen en er staande toeren langs te haken, desnoods, als het erg nauw geworden is, doet men dit ook op gelijke afstanden links en rechts nog eens. Steeds diene men de doorgeknipte kan ten met smalle zoompjes af te werken, daar een enkele inslag niet solide genoeg is en tooh wel haast even breed zal moeten zijn als een smail zoompje. Ook als opgelegd galon: voor eenvoudige gameering, kan men dan in dwarse toe ren stokjes of vasten gaan haken, met zijde of fijne wol. Het (haaksel zelf kan hoogst eenvoudig zijn. Inplaats van uitsluitend stokjes of vasten, kan men ook haken in groefjes, af gewisseld met lossere bijv. twee (of drie) stokjes (of vasten) een losse en dan wéér twee stokjes, enz. Het zal van het mate riaal afhangen, wat men het best kiezen kan. In de volgende toer plaatst men dan de stokjes boven de lossen van deze vorige toer en omgekeerd de lossen boven de stok jes. Voor 'het gebruik als galon, zet men la ter, als men de vereischte lengten heeft, langs de kanten nog een picotjes- of schulptoertje. langs de randen worden omgeboord met ef fen zijde of smal zwart bandfluweel. Ook de driehoeken zelf kan men van bedrukt fluweel nemen, wanneer het een wollen of fluweelten ja-pon' betreft. Nu wórdeh.langs de ondermouwen de klei ne driehoeken gezet (de rand in de naad, of anders knipt men de mouw er voor ui). De grootere driehoek zet men met een inslag langs de voorzijde van de blouse of japon, en dan kan het aanbevolen worden ook de derde punt van de driehoek met steekje te hechten. Halsrand en mouwzoona werkt men nu ook af met dezelfde biesje* en maakt daarvan vlugge steekjes voor de manchetten en voor den top van de schuine slaan, dat draagt natuurlijk nog heel gemakkelijker. Zorgt men, bijv. door knoo- pen met verschillende knoopsgaten of wel door gespen, dat ze op verschillende lengte zijn te verstellen, dan kunnen groote en kleine dragers naast elkaar gaan, zonder dat de baby scheef hoeft te hangen. Wie de moeite neemt dit gedoetje te ma ken zal ondervinden dat het, vooral als men door mulle zandwegen en over duinen gaan wil, het veel voor heeft boven een wagentje. Het maken zelf is heel eenvoudig als men het idee eenmaal heeft. Ik heb geprobeerd het een beetje duidelijk udt te teekenen, maar maten en zelfs verhoudingen zijn er niet bij op te geven vind ik, het eene kindje is smal en heeft een langer rugje, zoodat het over een kort stoeltje zou heenhangen, het andere is als een tolletje en zou onder de rugleuning van een anders stoeltje mis schien kunnen wegglijden.. Het is daarom aan te bevelen de stukken eerst wat erg ruim te knippen, dan, om te passen met flinke veiligheidsspelden of hechtsels even ze aan elkaar te zetten. Het eerste stuk is het zitvlak dat men wel het best zal kunnen maken van linnen looper- stof. We hebben het op de teekening aange duid door de rechthoek a b c d, die bij een dik kindje wel langwerpiger van model zal moeten zijn dan ik hier nu aangaf. Dan komt de reep voor de ruglleuning die men zoowel van looperstof als van gewoon sterk linnen kan nemen of kan laten bestaan uit twee smalle banden die op verschillende afstanden worden verbonden door korte dwarsbandjes. Ik heb dit op de teekening van de rugleuning (dat is de lange recht hoek) door stippellijnen aongegeven. Deze manier is omslachtiger maar zal voor heb ben dat 't stoeltje dan minder warm is op heette dagen. Nu worden de korte zijden van de lange rechthoek stevig vastgestikt aan de kanten van de eerste breede, zoo, dat a b van de eene sluit op de lijn a b van de an dere zoo ook c d van de eerste rechthoek tegen c d van de tweede. De punten die ik door de letters x aanduidde, hecht men dan het sterke band dat men als handvat zar gebruiken. In plaats van de korte slingers die ik toekende, kan men heel lange banden nemen, die dan echter op verschillende leng ten verstelbaar moeten zijn (zie boven). De andere figuur toont het stoeltje dubbel gevouwen, daar zijn de stippellijnen, de vouwen. een „vanzelf' gaat er niets.-. Maar dit is nu het mooie, dit voel ik nu als de perspectief van een werk dat naar het uiterlijke slechts wat aardigheidjes of praktische nuttigheidjes vertoont., aardig heidjes, die ons bij elkander brengen omdat, zooals ik reeds schreef in het aller eerste nummer van deze Vrouwenrubriek: het één band is, die ons allen bindt Aan Mw. T. Een eenvoudig spreipatroon? Ik dacht dat ik onlangs een reep had be handeld. U vraagt nu reepen zonder aparte rand, maar ik beschreef toen, hoe men er 'n schulp meteen aanhaken kon, of bedoelde u iets anders of hebt u dat haakpatroon ge mist? Uw andere vraag, hoe het komt dat maizenapap na het siaan klonterig wordt u bedoelt misschien alleen, dat ze het vocht afscheidt? ja dat is een kwestie waar al heel veel over geschreven is (niet in ons blad) en die zich moeilijk schijnt te laten erklaren- Men zegt wel en dit i9 het middel dat het best van allen helpt, door ouderwetsche kookster aan de hand ge daan, (hier een hoeratje voor de conser vatieven), dat het roeren met een houten lepel die schifting voorkomt Het schijnt dat de verschillen van metalen van lepel en pan de werking teweegbrengen, ook al is, zooals bij u, het koken gelijkmatig en zonder klonten gelukt. Ik zelf heb het middel toe gepast, ik roer altijd met gero-zilver en meestal in ailuminium en had ook altijd op pudding die een dagje stond, wat afschei ding van het bindvocht, maar vond inder daad dat na uitsluitend roer|o met hou ten lepel dit niet meer gebeurde. Dus ook het roomig kloppen, dat men bij het afkoe- pudding of vla doet om er niet dat „akelige" dikke vel op te krijgen ge beurt dan met houten pollepel. Probeert u dat ook eens. Bij gelegenheid hoor ik wel eens van lezeressen als men toch schrijft hoe dit middel haar is be vallen. Aan Mw. L. Dat krantennummer het moet heel oud zijn, kon ik niet vinden, maar dat model was recht, ik meende het hier nog eens te beschrijven, zooals ik het wel gesmaakt heb naar eigen idee- Daardoor hebt u wat lang gewacht, maar nu ontv angt u meteen iets. Ja, gaarne retour, niet naar bureau, maar altijd naar adres dat als a f z. op het drukwerk staat. BORDUURPATROON Het fraaie borduurpatroon, dat we hier boven zien afgebeeld kan zoowel voor kus sens, theemutsen, nachtzak enz. dienen, als voor schrijfmap- of boekomslag. In 'het eerste geval borduurt men natuur lijk met fijner steek en meer kleurenver- BABY-DRAAGSTOELTJE Een heel aardig idee voor de zomervacan- tie of wandeldagen als men kleine babies meeneemt, is wat ik eens zag en nu hier zal trachten te beschrijven. We weten im mers allen wel, dat het, vooral in de steden waar men soms familiebezoek brengt op bo venwoningen, maar ook buiten, waar men veel tramt of in de bus gaat met de klein tjes, heel vaak niet te doen is om een wa gentje mee te nemen. En een oververmoeid kind op de kleine beentjes laten voortzeu len, wil toch niemand graag vergen of aan zien. Maar het is aan den anderen kant van de moeder evenzeer ondoenlijk om zoo'n kleintje altijd op den arm te nemen en door de warmte een eind verder te dragen. Ook wordt dit dan meestal heel gauw zoo'n echte liefhebberij van bet kind dat de moe der nooit meer rust heeft, en men ten slotte niet kan nagaan of er dwinglandij of echte I moeheid in het spel is. Een oplossing van al die moeilijkheden is het maken van eenvoudig en licht draag stoeltje. Dit moet in hoofdzaak bestaan uit twee gedeelten, breede banden. Op de eene, die het breedst is, zit 'het kindje, de andere gaat er achter langs heen. Hieraan kan men dan twee smallere lussen of banden maken voor handsvat. Het is een licht werkje op zoo'n manier een kindje tusschen ten t gen én de ten boter 4 stevige rUt eetlepel slaolie, kokend sn(jd de plakjes 160 gr. Bere in fijn CORRESPONDENTIE Aan Mw- M. Wat een vlugge briefschrijf ster is U. Dank voor de tip in uw laatste schrijven, maar ik heb dit toch heusch al eens in dit blad besproken, al is het dan wat lang geleden. Zeifs heb ik, toen ik schreef over het praktische en gemakkelijke van linnen spreien met een cretonnen rana (ook zooals u nu zegt: een zeltde rand ols de raamgordijnen, ik herhaal hot hier nu u'O.een maar even voor lezeres soa wie het evenals u mocht zijn omgaan), heb ik daar bij nog andere ideéen gegeven, n.l. bet oj>- naaien van cretonnen reepen diagonaals- ge wij ze in schuine ruiten, of in over- iangsche en dwarse reepen. Wat het andere betreft: wees u maar nooit ongerust over zooiets hier. Ik vond het hee lemaal niet dwaas of onbegrijpelijk dat u dat allemaal schrijven ging, wij vinden niet zoo gauw iets gek- Ook hindert het niet, omdat ik de menschen toch niet ken, im mers, eerlijk gezegd, weet ik nu zelfs de plaats niet meer waar het gebeurde. Op al die bijzonderheden, plaats, persoonsnamen enz. letten we hier eigenlijk nooit. Als ik op een kantoor zat was het misschien iets anders, dan zegt men gauwer eens iets tegen elkaar, maar nu komen de brieven steeds ongeopend bij mij, en kraaien nergens hanen naar. (Deze dingen herhaal ik nu hier nog eens, niet voor deze eene lezeres alleen, maar juist voor vele anderen tegelijk. Alleen de feiten zelf spreken tot me en daarom vind ik het, al gaat het dan ook over totaal vreem den, toch wel eens interessant om te hooren dat en hoe! zulke dingen nog altijd 1 Maar ik zorg vanzelf wel (dat wordt op den duur gewoonte) dat geen der schrijfsters met het antwoord tusschen komen kan. Juist omdat we zoo geheel buiten de familie, of buren-, of kennissen-verhoudingen staan, kunnen we hier zoo veilig-zwijgend alles aanhooren en is het. voor velen een on schuldige ontlasting van dingen die anders wel eens lastige en gevaarlijke wegen den gaan. Wil men wel gelooven, dat meest al wanneer een brief begint: nu kom ik weer eens met u praten, 'k heb in geen tijd schreven, maar-., enz., dat ik dan naam adres even nalezende, toch absoluut niet weet, of herinner wie daar tegen me praat? maar als het dan verder gaat..: U weet wel dat we toen dat jongetje verloren heb ben... of..-, u weet nog wel dat m'n dochtertje zoo zwak was..., dan staat op hetzelfde ment ineens weer het heele geval voor me en zonder den naam te kennen of het ge zicht van de schrijfster ooit gezien te hebben zit ik opeens weer midden in het heele geval is het me of ik in het gezin ben en er bij behoor, ik zie de kindertjes rondloopen of in hun bedje liggen precies zooals de moe der ze de eerste maal beschreef, ik zie moeder zelf, blij nu, omdat alles ten goede is gekeerd maar ock vaak-... tobbende zielsbedroefd, neen het gaat niet zoomaar vanzelf, dat lezeressen vaak schrijven: ik voel u zoo meeleven zonder dat u het met woorden zegt.. Er zijn in den loop van den tijd hier al heel wat brieven gekomen die niet met droge oogen zijn te lezen, en dat waren dan nog vaak juist de moedigste vaak ook brieven die stellig onder tranen soms weldadige tranen zijn geschre ven.. en bij mij zijn er wel dagen geweest dat ik aan één stuk worstelde met de groote moeilijkheden in zulke brieven soms voor bei gevo' HUISHOUDING EN KEUKEN RECEPTEN Italiaansche pasteitjes ische kaas, wat IHHVHWHu WMter. vulsel125 Gr7 ham. u- el, 10 Gr. neelle. Voor het baklcen: een diep ijzeren pannetje net frituurvet D.v. Delfla. Bereiding: Hak, voor het deeg, het meel en iet merg met elkaar tot het merg in zeer fijne itukjes verdeeld Is; voeg er de geraspte kaas. geheel te vorme met meel besto deeg was, het a Tiende, ln gesahik't om er breedte, uit i de 4 hoeker takje peteri alsof het feulleté- geheel b.v. vier i fareeballetje; breng vat van de overgehouden e4- het frituurvet lichtbruin en en op grauw papier uitlekken Lunchschoteitje met kaas. eieren, 125 gr. geraspte kaas, L. melk ld brood. ding: De melk i stijfgeklopt eierdooiers, geraspte hakte peterselie. Zoo warm mogelijk dienen. Magere Juliennesoep T one boter lichtbruin laten worden en daar ln een diep bord vol soepgroenten langzaam gaar laten stoven. Hlerbli 2 L. kokend water met wat zout voegen en 60 a 75 Gr. sago of rUst. Nadat de soep doorgekookt heeft, tot de sago gaar is, word ende kaasballetjes toege voegd: 1 ons geraspte kaas wordt vermengd met 1 ons tarwemeel en ons gruttemeel. 20 Gr ln lauw water opgeloste gist. een lepeltje «out en L melk. Hiervan balletjes maken, pa- neeren en ln boter bakken. Varkensschijf braden Varkensrollade of varkensschijf braadt men op de volgende w«ze: 2 KG. varkensschtJf, 1 L. kokend water, 15 gr. zout, 50 gr. boter. De rollade afwasschen met lauw water, zou- 50 a-r. boter. De rollade telkens bedruipen en braden. Als liet vet bruin be- worden langzamerhand L. water gedurende 2 i 2 KG. is berekend groot huishou- eemt een 1 KG rater en boter. en dan natuurlijk de helft v Lichter moet men een rollade niet nemen. Men kan de rollade ook ln een diepe Uzeren pan bovenop braden: dan moot het vleesch telkens gewenteld worden. PRACTISCHE WENKEN Roest- en azijnvlekken uit wit marmer verwijderen. Roestvlekken worden met zuringzout uit marmer gewreven. Azijnvlekken kunnen met verdunden geest van salmiak ultgewasschen Met zeepwater nawasschen en goed tfspoclen. Zu»arf emailte opfleuren. ledikant of zwart gegmal1- een nieuw aanzien krijgen, flink overheen te WTÜvor en gedrenkt ln paraflne. F tin kantwerk kan men ni chtlg wasschen in melk ochtlg zijnde opstrijken. Doo o kant dezelfde stijfheid i Traploopers. Om de loopers op de tredekanten het best i beveiligen tegen te epoedlg slöten, neemt op de tredekantei i krantcnpaMer, ordt de looper een stuk zood*t een nieuwe plaats >mt te liggen. Op de scher onder den looper drledub-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 3