ïlifuuir ^eiJtsrljr (üottrmtt HEVEA VACANTIE-ADRESSEN Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken No- 3380 WOENSDAG 17 JUNI 1931 TWEEDE KAMER ONS BLAD Voornaamste Nieuws. BINNENLAND. ABONNEMENT: Per kwartaal 3.25 (Beschikkingskosten 0 15.) Per week 0-25 Voor het Buitenland bij Weke- lijksche zending 6-— Bij dagelijksche zending n ?•- Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7y2 cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Postbox 20 Postgiro 58936 ADVERTENTIE N: Van 1 tot 5 regels-.-1.17Vi Elke regel meerm 0.221a Icgez. Mededeelingen van 1—5 regels 2J0 Elke regel meer0.45 Bij contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend 0.10 10e Jaarganr Dit nummer bestaat uit DRIE blader EERSTE BLAD. Nu de vacantietijd is aangebroken er. velen onzer lezers de krant aan hun vacantie-adres willen ontvangen, ver zoeken wij dezen vriendelijk de tijdelijke adressen zoo spoedig mogelijk, liefst 5 dagen van te voren, aan de admini stratie schriftelijk op te geven, met dui delijke vermelding van het vaste adres en het vacantie-adres, de data van begin en einde der vacantie. Komen de aanvragen op het laatste oogenblik, dan is het niet zeker, dat mer aan z'n nieuwe adres direct den eersten dag de krant ontvangt, terwijl dit toch zeker door de lezers, evenals door ons op hoogen prijs zal worden gesteld. OVERSTUUR De S.D.A.P. is tengevolge van het verbod om „de moord op Matteotti te herdenken" heelemaal overstuur. In elk geval doet men zoo. Want er is meer kans op verkiezings winst als men „opstand tegen de radio-cen- euut" predikt, dan wanneer men de daden van roode wethouders verkondigt. Gegeven het feit, dat er een radio-controle commissie is en dat deze preventieve ..cen suur" behoort uit te oefenen, kan men ach teraf niet ontkennen, dat er alle reden voor een verbod was. De heer Schevenels wilde bepaald over de schreef gaan met zijn oor deel over Mussolini. Doch daarna ging de secretaris van de V.A.R.A. opzettelijk nog veel verder. De Commissie riep hem namelijk ter verant woording over dit gedeelte uit zijn toespraak „Wij zijn er van overtuigd, dat dit zwijgen van den zender voor de luiste raars minstens zoo welsprekend zal zijn als welke toespraak ook. Laten de luiste raars in dezen tijd van stilte herdenken den marteldood van Matteotti, geslacht door fascistische moordenaars, op insti gatie van hun hoofdman Mussolini. Laten zij er zich ernstig rekenschap van geven dat de fascistische methoden ook buiten Italië, o.a. in ons zg. „vrije Nederland" blijken te worden toegepast, om dan te besluiten tot feilen en onverzettelijken strijd tegen al deze duisterlingen en dwin gelanden". Erger kan het bijna niet. De S.D.A.P. laat 't revolutionair element weer spreken; leidt daardoor de aandacht van eigen moei lijkheden af en windt de kiezers op. Dat het daarom te doen is, blijkt heel duidelijk uit deze grove taal welke te Rot terdam door een partijbestuurder werd uit geslagen: Spr. had voor de radio willen zeggen, ho^ het Indonesische volk onderdrukt wordt. Er heerscht daar een terreur, uit buiting, marteling en moord, waarbij 't regime van Mussolini nog maar kinder werk is. (Daverend applaus). Mus solini heeft geen 1500 menschen naar de wildernissen van Nieuw-Guinea gestuurd. De Nederlandsch'e regeering slaat in dit opzicht het record! Er is verband tusschen de zeshonderd millioen gulden winst, die 't kapitalisme uit Indonesië trekt, het verbod van de herdenking van Matteotti en het verbod van sprekers rede over Indonesië. Het is het klasse-instituut van de leden der radio-contröle-commissie, dat spreekt.Want als je deze menschen diep in d'r ziel kijkt, dan keuren ze den moord op Mat teotti goed! Als er een andere reden voor het verbod is, dan moeten ze het maar zeggen! (Geroep: Precies). Eigenlijk moest men zulke verachtelijke taal geen woord waardig achten; doch het is goed, dat ons volk weet, wat de S.D.A.P. aandurft als het revolutionaire vuur op vlamt En dat wil dan nog van anderen zeggen, dat men de S.D.A.P. op laaghartige wijze bestrijdt als men betoogt, dat Chris tendom en sociaal-democratie niet samen kunnen gaan. De roode pers glunderde over onze op merking, dat de S.D.A.P. ook bij deze raads verkiezingen wel „aan de winnende hand" zal zijn (hoewel 't toch niet erg vlot gaat); doch wij vragen, of winst op deze wijze behaald, wel wezenlijk versterking betee- kent? En ook rijst de vraag, of de roode pers, welke zoo heftig te keer gaat tegen de preventieve radio-controle, de ook door ons betreurde noodzakelijkheid niet voor aller oog duidelijk maakt door haar eigen op treden en dat van roode radio-sprekers. HELPT ALLEN MEE VERSCHILLENDE WETS ONTWERPEN DE TRIBUNE-INTERPELLATIE DE RECHTERZIJDE EN DE HEER KERSTEN AAN HET WOORD IN DE GEZINNEN TE BRENGEN WAAR HET BEHOORT /ergadering van 16 Juni 1931 OVERZICHT De Kamer had wat bon? d'oeuvres te ver werken eer het hoofdgerecht: «Ie Tribune- interpellatie op tafel kwam. Een goede twintig kleine wetsontwerpen en conclusies werden z. h. s. goedgekeurd. Daaronder was de Indische conversieleening Het was voornamelijk een der conclusies betreffende twee Ontslagen straatmakeis op Curasao, die lang ophield. Aam deze twee menschen, die eerst tevreden waren en later gingen protesteeren, werden twee uren van den nationalen tijd besteed. Belangrijker was het voortgezette debat over de Tribune-interpellatie. Dr. Schokking was het met de verwijde ring van het communistische dagblad uit de openbare leeszalen en den sponrweg- boekhandol eens. We hadden den indruk, dat hij daarna poogde iets meer dan prin ciple ei en kant uit te gaan. Erg ver was het echter wiet; van wege der chr.-historisch en liefde voor de openbare leeszaal bleef het vrijwel bij den wensch, dat gezorgd zal wor den voor nette, ontwikkelende lectuur An ders vreesde de heer Schokking, dat het met het subsidie wel eens mis kon Ioopen. Niet ten onrechte merkte hij in dit verband op, dat veler vertrouwen in de openbare leeszaal toch al niet heel groot is. B.v. wiet bij de anti-rev., gelijk de heer Colijn duidelijk deed verstaan. Bij hen is er steeds veel verzet geweest, al trachtte de heer Kersten naar gewoonte weer een geheel andere voorstelling te wekken Natuurlijk was Dr. Colijn het met 's mi nistens daad eens. Echter ging hij op de zaak iets dieper in, im 't bijzonder naar aanleiding van de opvatting der Regeering. dat een nette, rustige „Tribune" misschien wel weer zou kunnen worden toegelaten. Daar wilde de anti-rev. leider heelemaal niets van weten, omdat het z.i. nooit op den weg der christelijke overheid, die zich aan Gods ordinantiën gebonden acht, gelegen kan zijn om door middel van een instelling, düe bestaat grootendeels door subsidies uit 's Rij lts kas, mee te werken dat propaganda wordt gemaakt voor ondermijning van de christelijke grondslagen vam ons volksleven en voor omverwerping vam de gevestigde staatsorde. Gods wetten, d.i. Gods eer, en recht, worden op deze wijze aangetast door revolutionaire agitatie. Gaarne wilde Dr. Colijn weten, hoe de Regeering denKt over dit wroeten im eigen ingewand onder haar eigen verantwoorde lijkheid. Met deze anti-rev. beschouwing vam den heer Colijn was de R.K. heer Barom van Wijnbergen het vam a tot z eens. Beiden waren van oordeel, dat het ver wijderen en verwijderd houden van zulke revolutionaire of andere onbehoorlijke lec tuur uit de openbare leeszalen, niets te ma ken heeft met vrijheid vam gedachte-uiting. Die blijft in den geestelijken strijd. De over heid is bovendien noch geroepen noch ge schikt om leiding te geven aan de geeste lijke ontwikkeling van een volk. Dat is nog eleeds mislukt, en moet uitloopen op tiran nie. Er zijn landen, waarin thams opnieuw het bewijs voor deze stelling geleverd wordt Het was de heer Kersten, die begrijpe lijk het door de eeuwen heen mislukte experiment kwam verdedigen met een be roep op eere Gods. Hij wenschte geen vrij heid van meen imgsuitimg voor de beschou wingen van het ongeloof en wilde alle on- geloofslectuur zeker uit de leeszalen ver wijderen. In dit laatste kunnen we komen. De anti- rev., düe tegen de subsidieering der openbare leeszalen zijn, zijn allerminst bewonderaars vam den inhoud van de bibliotheken in de leeszalen. Andere staan we tegenover het pleidooi voor een verbod van vrije meeningsuiting in den geestelijken strijd. Het ware ons aangenaam geweest, indien de lieer Kersten eindelijk! een6 gezegd had op welke wijze hij zich denkt te kun nen verwezenlijken het op dut punt ge lijk hij zegt „handhaven vam de beginse len va.n Gods Woord". De oude christenen verbrandden zulke hoeken, zeirie hij. Dat mag waar zijn, maar een ernstig argument is dit in het jaar 1931 toch niieL Het ware een drup uit den oceaan wegnemen, zonder eenig resultaat. Die door de oude christenen veroordeelde boeken zijn gebleven en hebben door de eeuwen heen hun imvloed behouden. Geestelijke beginselen vernietigt men nu eenmaal niet met mechanische middelen, ook niet met mechanische machtsmiddelen. Immers de inhoud van zulke geschriften is geestelijk eigendom van menschen. En al verbrandt men de menschen gelijk met de eerste christenen geschiedde hun ge loof, hun belijden is daarmee niet van de aanie verdaan. Men kan zoo iets wel zeggen en im een- 'oudige ooren klinkt het misschien we! heel principieel, maar reëele beteekenis hebben zulke ontboezemingen niet. Onze vaderen hadden dot ook reeds be grepen kort na de Hervorming. Boeken verbieden, drukkers straffen gaf practisch niets. Ze kwamen even goed on der het volk, als de bijbels, diie die Roomsche kerk had trachten te weren. Het kam dan ook niet verwonderen, dat „onze vaderen", b.v. mammen als Cartesius en Spinoza, d'e uit hun vaderland verdreven waren, rustig in ons land lieten wonen en werken. Ze konden hun boeken schrijven niet alleen, maar die boeken werden ook gedrukt en verkocht, hoewel daarin met ruime hand het zaad werd uitgestrooid, dat godsdienst en Kerk, staat en maatschappij, aantastte en ondermijnde, op een wijze, die ons land in het laatst der 18e eeuw rijp deed zijn voor do revolutie. „Tribune" ver heengegaan. Stelt men zien daar opportunlstlach tegenover, dan wordt grojter kwaad mogelijk. Het gaat niet tegen een bepaalde richting, maar voor het handhaven van de algemeen geestelijke grondslagen, die gemeengoed van ons volk zijn. In het belang van behoud van het vertrou wen in de openbare leeszalen, dat bij veleu toch En dat II» geschiedde m een tijd valt vrijwel absolute overheidsmacht en zeer Ook tegen het weren van „de Tribune' uit eenvoudig maatschappijleveil, düe vrijwel den spoorwegboekhandel had de neer Schok- op geen punt meer te vergelijken is met, wenschte zijn -tem over onze dagen, waarin we leven onder parle-1 de voorgestelde motie te motiveeren. mentair const it utioneele instellingen en HjJ" stelde de vraag or het verwijderen van ii. een blad iets te maken heeft met da vrijheid een aan alle kanten openliggende en met „au gedachte en van gedachte-uitmg ot met gamsch de wereld geestelijk verbonden sa- de vrijheid daarvan kennis te nemen. Hst ant- men leving. Iw?9rtl lu'.dde ontkennend. //c/i t/oopend yzerster/c Het is daarom, dat we zoo gaarne hadden ken^[8 gewild, dat de heer Kersten klaren wijn - had geschonken en eens concreet had uit eengezet hoe onze overheid zijn denkbeel den zou kunnen effectueeren. We erkennen, dat dit moeilijker zou zijn da.n het innemen van een standpunt, dat onschriftuurlijk, onhistorisch en politiek- onmogelijk is, al kleedt men het aan met woorden, düe den eenvoudigen Schr.ftge- loovige op een dwaalspoor schijnen te kun nen brengen. Toch is dit het minste wat we vragen kunnen aan iemand, düe steeds weer mild is in zijn onbillijke, misduidende critiek op anderen, maar sinds jaren in gebreke is gebleven om in duidelijke, concrete taal den beteren weg te wijzen. Geen hand steekt hij uit om de 6teenen, düe anderen zien, weg te ruimen. Intusschen nam een en ander niet weg. dat practisch de heer Kereten het met de vraag en de conclusie van den heer Colijn eens was. Hij weet natuurlijk zeer wel, dat zijn eigen z.g. verder gaande beschouwin gen onmogelijk te verwezenlijken zijn, nu niet en nooit en moest dus practisch wel eindigen met naast de anti-rev. en Katho lieken te gaan staan. In het bereikbare zijn A.R., R.K. en S.G.P. het eens. Nadat ten slotte nog de heer Knottenbelt met een ietwat vreemde motie voor den dag was gekomen, waarvan de beteekenis was, dat de Regeering zich maar niet moest in laten met het beoordeelen van'de vraag of zij zich voor subsidieering van leeszalen verantwoord kon blijven achten de ge wone liberale slapheid dus sprak de heer De Visser nog eenige revolutionaire taal, daarbij geïnspireerd door het geloof in de omdoverwinning van het communisme. De minister van Onderwijs kreeg varlil het was inmiddels over zessen geworden om zijn antwoord heden te geven. VERSLAG Aan de agenda werd toegevoegd, op vóorstel van den Voorzitter, de suppletolre Indi sche begrooting 1931. Aan de orde kwamen daarna een 22-tal klei ne wetsontwerpen: conclusies op verzoekschrif ten. onteigeningen en dergelijke. Ze werden z. h. s. goedgekeurd, de meester zonder discussie, enkele na korte gedachten- van ten wisseling, terwijl er een bij was, dat een debai-j .echt van controle óp wat in de 'oDenbireVes Bf" """jjff zalen ter ,e.2in* Schunnigh°den als van „de Tribune hooren danr niet en het weren er van is geen geestelijke bevoogding uitingen zelf blijven vrij. Het optreden der Regeering in deze zaak werd niet gelukkig geacht. Het beste ls de be- n^T.aa? d£ besturen der leeszalen over te ,de. ^amer beeft zich heelemaal bui- -fUi, i«Z'! houden. Daarom is de heer Knot tenbel l tegen de motie-Wijnkoop. M7.'S.S,blr!t"Z,J"blJ het '««k*» bijna twee uren uitlokte. Goedgekeurd werden o.u.: nadere bepalingen omtrent de heffing statistiekrecht, en het aangaan van een conversieleening laste van Ned.-Indië. Eeri wijziging van de wet van 1910 betref fende uitbreiding van de gemeente Eindhoven met de gemeenten Gastel. Stratum. Strljp, Ton- gelre en Woensel, gaf den heer Van Pol; (r.k.) aanleiding om als Eindhovenaar eer woord te spreken in het belang van een nog beter lotsbedejling van een buiten dienst ko mend ambtenaar. Minister R u y s betoogde, dat de betrokkene niet onbillijk behandeld wordt en dat het niet aangaat op de gemeente Eindhoven lasten er voor te leggen. Z. h. s. werd het wetsontwerp keurd, Een langdurig debat ontstond over een con clusie op een adres van twee personen, die als straatmakers naar Curacao waren uitgezonden, maar na korten tijd ontslagen werden er nu een schadeloosstelling vroegen voor do ge- heele contractperiode. De heer De Visser (comm.) ondersteunde dit verzoek en stelde uitbetaling voor van volle loon over de 3-jarige contractsperiode. De heer Schouten (a.r.) zette uiteen, dat de personen geen kei- en kllnkerbestratlng. waarin zij bedreven waren, konden uitvoeren Toen is hun ander werk voorgesteld, dat zij moesten loeren, maar niet wenschten te doen. bij den wegenbouw in Curacao. Voor de f 116. die ze per week ontvingen, wenschten zc geen werk te doen en toen is op ontbinding der over eenkomst aangestuurd en ook verkregen. Be trokkenen ontvingen 3 maanden uitkecring. na dat ze vrije uitrusting en vrije passage hadden ontvangen. Ht is. gegeven do. situatie, niet onbillijk, zoo als de menschen zijn behandeld. De uitkeering is op Hollandsche basis geregeld. De schade voor betrokkenen kan in geen ge val groot zijn geweest. Ze zijn weggeweest van Nov. 1929 tot eind Januari 1930: dus in een tijd. dat hier geen straatmakerswerk valt richten. De heer Ter Laan (s.d.) erkende, dat de menschen onbekwaam waren, en de heer v. d. 'aerden (sd.) wilde weten of er pressie as uitgeoeiend. De heer De Visser (comm.) repliceerde. De minister van Koloniën verklaar de. dat geen pressie was uitgeoefend. De be trokkenen hebben hem zelf verklaard, dat dc overeenkomst vrijwillig is ontbonden. Eerst daarna hebben zo chicanes gemaakt. Nog verschillende sprekers voerden daarna "t woord. Heftig ging de heer De Visser te keer tegen de soc.-dem. en toornde over klasse- bevoorrechting. De heer Ter Laan (s.d.) stelde voor over de 3 jaar het Cuiagaosche loon uit te betalen, verminderd met wat de betrokkenen in Hol land verdienen. De heer v d Waerdcn (s.d.) wenschte een nieuw onderzoek. Het amendement-De Visser" werd vor- worpen met 67 tegen 4 stemmen. Voor de twee communisten, en de hoeren Braat, Ter Laan. Het amendement-Ter Laan werd ver worpen met 57 tegen 14 stemmen. Voor 10 soc.-dem., 2 comm. en de heeren Florls Vos, Braat De conclusie der commissie werd aangeno men met 49 tegen 21 stemmen. Tegen soc.-dem (behalve de heer De Boer), vrijz.-dem. en com munisten. benevens.de heeren Braat en Florls Vos. Het was bijna 4 uur eer de behandeling van de Tribune-interpellatie van den heer W ijnkoop kon worden voort gezet Dr. Schok king (c.h.) was bevredigd door het antwoord van den minister. Hij verwonderde zich echter, dat de heer v. d. Heide wel do artikelen en plaatjes in de „Tribune" afkeurde, maar als lid der centrale commissie niet meewerkte om het blad uit ie sluiten. Ook do heer Marchant keurde een en ander af. maar concludeerde toch tot het be houd van het blad in de leeszalen. Het handhaven van het blad is echter In strijd met art 4 der susidieerinsrsvoorwaardon. dat eiseht. dat hot „moreel schadelijke" zal wor den geweerd. Maar moeten ook aan het ..ont wikkelende" en „onderrichtende" niet eenige Het recht om van bepaalde gedachte-uitlnL snnis to nemen is niet aangetast. De overheid behoeft echter niet door middel van gelden uit de publieke kas aan do verspreiding van be paalde gedachte-uitingen mee te werken. De vraag is: is een semi-orficieeie instelling met paedagogisch karakter verplicnt of ge rechtigd mee te werken aan de verspreiding van elke soort politieke Iceuur in Nederland. Zelfs de heer Marchant wil keuren, zooals.een apotheker doet. Hij wil een vergif- kast, die natuurlijk onder controle moet staan. Maar wat is dan het verschil tusschen wering van een blad als „de Tribune" en controle van het gebruik? De heer Colijn stelde zich aan de zijde der Regeering ten aanzien van de openbare lees zaal als paedagogische, semt-officieeie en groo tendeels met rijksgeld bekostigde instelling. De inhoud van „de Tribune" was „onbehoor lijk" en daarom was de uitsluiting volkomen gerechtvaardigd. De roeping van de overheid tegen do verwil dering. die ons volk in zoo menig opzicht be dreigt, komt hier ook aan de orde. De staat kan geen leiding geven aan de geestelijke ont wikkeling van een volk Dat is altijd, waar he werd beproefd, mislukt. Maar dat beteeken niet, dat de overheid geen meening zou mogen doen blijken omtrent goed en kwaad en zou moeten voorbijzien, dat heel ons cultuurleven d« or het christendom wordt godragen en dat. indien die grondslagen wegvielen, heel ons cultuurleven zou ineenstorten. Naar anti-rev opvatting heeft do overheid te zorgen voor be houd van de christelijke grondslagen van ons volksleven, en te wc-ren ai wat zich daarteeen verzet. De grensbepaling voor het rechtmatig gezag der overheid op dit terrein blijft moeilijk. Maar in casu Is die moeilijkheid er niet. omdat dr Regeering met heur gold in groote mate betrokken Is bij de openbare leeszaal en daar om er verantwoordelijkheid voor draagt. De vraag is voorts niet alleen of de "gesubsi dieerde leeszaal niet moest weren een orgaan, dat met kracht pleit voor omverwerping van ee bc-staande staatsinstellingen, maar ook of men daarbij kan blijven staan. Is het toelaat baar. dat de overheid dergelijke propaganda bevordert of vergemakkelijkt door steun uil haar eigen kas? Tegen rustige propaganda in „de Tribuis zeide de Regeering geen bezwaar te hebben. Daarom werd met nadruk de vraag gesteld De heer Colijn zou wel bezwaar hebben, ook tegen die „rustige" propaganda van de omver werping van de bestaande staatsorde. Beroept men zich op onpartijdigheid, da.n Is alleen de a™c"a'e mogelijk, dat do anti-rev. oppositie uit 191 (1 volkomen gerechtvaardigd Is en dat het subsidie voor de openbare leeszalen abso luut is te veroordeelen. Geen Regeering. die haar roeping verstaat, kan zich verantwoordelijk stellen voor propa- T-voor. ornverw,erplng van de bestaande peering z"' op dit punt moeten dee e,n.: öf de Tribune uit de lees zalen öl Intrekking van het subsidie voor do openbare leeszalen. heer Knottenbelt (lib.) erkende het «notie wcrd uitgesproken, dat de Regering alleen subsidie voor een open- der ,Ta= 'gouden, nadat het advies der Centraie Vereenleing is gevraagd en advies i? gepubliceerd. De heer Van W ij het Tribune-verbod e. heid van gedachte-uiting. hun vrtfheM8r»t.TeVei' vr,Jw,»'K deel van hiin yijheld prijs als ze subsidie, aanvaarden. dJ W o r. dan de interpellatie is do door m.» s k o un uitgesproken gedachte. nu,r- meei do heer v V.r«„bergen het van a tot z steiHnp- f^vnif ,dpn, m,n,ster uitgesproken .de THbluie ^ventueele wed-rtoelating van Trfhnno"" hVhKr!n d,ntren voorkomen als in „de toegelaten In aa.,n" _™ogen niet worden toegelaten In oen door de Regeering resuhcï/H SthS1 •»- Le-eken?n.d blad. Dat is niet waar en het is n bergen (r.k.) zag ir aantasting van vrij- -rltJlc. eonertotnel,!,nerste"in|?Jwerd het antwoord op de Dat de Trfh™1?. ,hecr Co,«n afgewacht <1.1 bVf? J.rfT.I.tsLrtJ De motie—Knottenbelt ontmoette bezwaar worden" moeten ntot aIs re°el gepubliceerd Den beer KERSTEN (S.G.P.) was de rede van den heer Wijnkooo Bedroevend; zli bewees vofk nLhe^ gt?5'e,lik. *PS,e,d onder ons «oik Dat „de Tribune' is verwilderd nnt SS5 H" h""i ko"" n,>oit •«- «ra l 1ÏÏK.&.S?0""""" a" I. een reraerr«l|)k In- stituut. x ooi de lectuur er in is de Regeering afhe°sme°ernec^mEe? rU8"*e verdediging vïf atheïsme en communisme hoort er niet. n,X»ue ,"!Un£ van »odontoerende denkbeelden moet niet geoorloofd z|1n. Geloof- en onge- loofsuitingen moeten niet gel like vrijheid heb. de!> breede word In dit verband terug getreden in het Dngernadsdebat van 19">4 waaraan opnieuw critiek werd verhonden op nuïit r.D K°°r £e anti-rev. ingenomen stand- eer. °0,li.n nam nu een soortgelijk 'ni Joon zcl(1e het prediken van rexolutle niet te willen beletten. doSf ,.„^IVOrJ?,era atonden anders tegenover deze vragen. Zli en ook de heer Kersten Sól' en.. l?Cn weJ geestelijke politie. Dat Is SiSSi, Tln|relandl1' Want het saat om de handhaving van de rechten van Gods Woord De heer Kersten was het niet met Dr. Colijn ins. Dat deed hem leed. (Groot gelach). Het standpunt der Regeering is zwak in het keeren der revolutie. Dat kan alleen door hot handhaven van de beginselen van Gods Woord. do mogeliikheld van het stemmen tegen het leeszalen-subsidie door de anti-rev. werd vooruitgang gezien. De Tribune werd staatsgevaarlijk geacht- Maar daar boven uit. gaat het handhaven van de eero Gods. Lectuur, die daartegen ingaat, bjj massa in de leeszalen. Do oude Christe- ïn verbrandden zulke boeken. Ongeloof en Rome varen wel bU de subsidi eering der gevaarlijke leeszalen. De goddolooze lectuur moet uit do openbare leeszalen weg: anders behoort het subsidie te vervallen. De heer DE VISRER (Comm. verklaarde dat de agitatie niet gaat tegen het moreel scha delijke van „de Tribune", maar tegen het maatschappelijk schadelijke er>van. togen de communistische richting. Do heiligste gevoe lens der communisten worden nooit ontzien, maar over „onzen lieven Hoer" houdt Iedereen er heiligste gevoelens op na, die altijd moeten worden ontzien. Men vervolgt de communisten, maar zal ze niet kunnen onderdrukken. Reeds heerscht liet communisme onverwoestbaar op 1/6 deel van het aardoppervlak. Al hangt men ons op. toch krijgt men de communisten er niet onder, riep -~ - de heer de Visser uit. Geen macht ter wereld voorwaarden worden verbonden, zoo werd ge-is in staat de macht van het groeiend com- vraagd. j munisme te breken. Zelfs geen front van Ker- De geraffineerde aantasting van de godsdien- sten tot de liberalen Met of zonder Tribune stlge gevoelens In groven of arderen vorm in de openbare leeszalen groeit het communis- NED. LUTHERSCHEBONDVOOP CHR. SOCIALE ACTIE mag ons niet onbewogen laten. Er behoeft In de zaak geen twijfel te zijn: al willen w.< de vrijheid in de openbare leeszaal z.oo luim' mogelijk houden, toch zijn er grenzen. De vrij heid moet door een moreele gedachte gedra gen worden. Do openbaro orde in ons land eischt eerbied voor den godsdienst. Over do grenzen is de in Holland. De MINISTER VAN ONDERWIJS komt heden an het woord. ALG. VERG. TE HAARLEM In het gebouw van den Chr. Besturen bond te Haarlem werd gisteren de 21e alse- meene vergadering gehouden van den Ned. Lutherschen Bond voor Chr. Sociale Actie. Openingsrede. De Voorzitter, de heer J. S. Ruppert Jr., van Utrecht, stelde in-zijn openingsrede de vraag of op het streven van den Bond medewerking mag worden ver wacht van de zijde der Lulhersche Chris tenen. De stem van 'en Bond werd* ge hoord. maar ze heeft geklonken als in de verloren ruimte. Spr. gaf vervol ens verschil lende ci- •aten uit geschriften van Lutlr sche voor gangers, die begre- grepen den grooten ernst van het sociale probleem. De wereld is doodkrank, aldus Spr. Het lijden vermenigvuldigt zich. Millioenen zie len zijn in levensgevaar en gij die u zalig prijst in Christus' offerande, gij zoudt ver loren laten gaan. als gij redden kunt? Komt vrienden, elk pessimisme zij ons vreemd, God roept U en mij. Om midden in de sociale en zedelijke ellende de verlossing in Christus te prediken en te ijveren voor sociale hervorming. Het getal der onzen moge gering zijn, toch is het Gods werk en daarom niet versaagd. Blijft arbeiden en volhouden en roept U zelve en anderen toe: „Voor het volk otu Christus' wil." Verschillende huishoudelijke zaken De agenda, die hierna behandeld werd, was spoedig afgewerkt De jaarverslagen van secretaris en pen ningmeester werden goedgekeurd. De af dee ling Schiedam werd aangewezen tot het con troleeren der administratie over 1931. Ook werd Schiedam aangewezen als plaats der volgende algemeene vergadering. Herkozen werden als leden van het Bonds- bestuur de heeren Th. H. Hendrikse en F. M. Buurman. Nadat nog eenige voorstellen van huishou- delijken aard waren behandeld, en nadat verklaard was, naar aanleiding van een voorstel van Amsterdam, dat de Bond zich reeds eerder heeft uitgesproken voor toe lating van de vrouw als Bondslid, volgden nog toespraken van Ds. Westerman, van Am sterdam, als vertegenwoordiger van het Ned. Luthersch Genootschap voor in- en uitwen dige zending, van den heer J. Hermans Jr.. namens „Patrimonium", en van den heer Broens, namens den Clir. Nat. Werkmans bond. Referaat van Ds. J. J. Simon. In de middagvergadering refereerde Ds. J. J. Simon, van Gouda, over het onderwerp: „Rechten en Plichten". In haar boek „De Klop op de Deur", zegt Spr.. beschrijft tna BoudierBakker de groo te veranderingen, welke de laatste 70 jaar in ons Vaderland hebben plaats gehad op geeste lijk en maatschappelijk terrein en den invloed daarvan op het hulsgezin. Eenzijdig als dit boek is. wat vooral ook blijkt uit wat zij zegt over de ontwikkeling op geestelijk gebied,-ver meldt het alleen de opkomst van de S.D.A.P., maar wordt er geen woord gerept over de ont waking in Christelijke kringen, en den invloed daarvan op het maatschappelijk leven, over toet ontstaan der Christelijke vakbeweging. Die vakbeweging is ook een strijd om rech ten geweest. Door dc Fransche revolutie was het gildewezen geheel omvergeworpen. Als den val van Napoleon de rust terugkeert- komt er „vrijheid'* op elk terrein des levens er zoo ook op maatschappelijk terrein: vrijhei» van arbeid, welke tenslotte ontaardde in over matige arbeidstijd, vrouwen- en kinderarbeid, karig loon. enz., enz. De opkomende vakbewe ging van Christelijke en Socialistische zijde heeft tengevolge gehad, dat door.de wet aller lei rechten werden vastgesteld en ook ten uit voer gebracht (ouderdomspensioen, ongevallen wet, verbod van vrouwen- en kinderarbeid, ar beidsduur. loonregeling, ziekteverzekering, enz.) Te betreuren is het. dat velo verbeteringen eerst na heel veel strijd tot stand gekomen zijn, want „een arbeider Is zijn loon waard". Maar, öf wij er zijn met al de verkregen en nog te verkrijgen rechten? Moet dAt alleen het streven zijn der menschen en komt men daar mede tot wat leder mensch verlangt, tot geluk? Het is toch duidelijk, dat wie alleen hun heil van betere stotlelijke toestanden verwachten met al het bereikte nog niet tevreden zijn. eigen 'ijk nog meer ontevreden zijn geworden. Be wijst dit niet. dat als uitgangspunt ls alleen i-erkrijgen van rechten en steeds ineer rechten, les levens doel uiet bereikt wordt? Omdat hot •vare evenwicht dan verbroken wordt. Dat nl. tegenover rechten plichten moeten stnan, ja zelfs dat deze volgorde er zijn moet: eerst plichten dan rechten, of nog heter: door plichten tot rechten. Daarvoor wijs ik op dj tien geboden en wol voornamelijk op het vierde (eert uw vader en moeder), dat door Luther bo trokken werd op het geheeie maatschappelijke leven, als hij in zijn verklaring zegt. dat wij onze ouders en hoeren moeten geli oisamon. Gehoorzaamheid is dus volgens den Hervormer een der grondvesten der maatschap pij: leder gehoorzaam aan de boven hem ge stelde macht, niet met oogendlenerij. maar uit liefde voor God en den naaste, niot tnet zoo weinig mogelijk als hij maar toe kan. munr met algeheele overgave, met liefde ook voor den arbeid. Zulke gehoorznnmlield wekt plichts besef en plichtsgetrouwheid, doet arbeiden niet alleen onder toezicht en opzicht? maar ook met een hart voor den patroon, voor zljrt z-ak. om dat men het ook als eigen zaak gaat voele i. Dan gaat in zeker opzicht de vl-.-ok van den arbeid ophouden. Uit het doen van plichten vloeien dan de rechten als vanzelf voort. God gaf zijn geboden, nlc-t oin den menschen een last op te leggen, maar om ze te beschermen tegen „lle gevolgen der zonden, om ze door het betraehten d-r ec hoden te zegenen. Tot recht begrip h' -xan zij gewezen op den grooten arhe: 1*.r-,p>«»el i-n-j- lus. die. als hij spreekt van den arbet 1 zijner handen, daarbij een woord des HrilnnJn aan haalt: „het ts zaliger te geven dm te ontvan gen". En wij letten niet alleen >n c->n Woord des Heeren. maar op Zijn geheeie leven op I narde, dat uitsluitend stond In h"t teeken van plkhtsbetraehtlng en vervulling. En willen wij de voetstappen van onzen Heiland navolgen, dan is er voor ons geen andere weg dan ge hoorzaamheid: gehoorzaamheid aan Gods ge bod: eerst plichten en door plichten rechten. (blz. 1.) De Tribune-interpellatie in de Tweede Kamer. Vergadering van den Nederl. Lutherschen Bond \oor Sociale Actie. De brief van Gedep. Staten van Zuid- Holland aan B. en \Y. \an Rotterdam. (Bit 2) Brüning's regeering is gered doordat de sociaal-democraten de noodverordening heb ben aanvaard. Milde toepassing en nadere besprekingen toegezegd. Regeeringscrisis in Oostenrijk in verband met de waarborgen voor de Kreditanstalt- Overeenstemming tusschen labours en liberalen in Engeland inzake de grondbe lasting; crisis voorkomen. Een vertrouwensvotum voor de Fransche regeering. Een Pauselijk protest te Madrid. De doodenlijst van de „St. Philibert"; to taal 51-i namen. (bldz. 3). De directeur van de Handels- en Land- bouwbank voor de Haagsche Rechtbank. (blz. 5) Het koninklijk bezoek aan Parijs. Congres van den Nederl. Aannemersbond te Zwolle. De conferentie van de Evangelische Alli antie te Zeist. Zomerconferentie Ned. Herv. Verbond tot Kerkherstel. (blz. 9). Negende Bondsdag van dc Geref. Mannen bond te Arnhem. Bondsraadsvergadering van de Ned. Chr. Bouwarbeidersbond. Examen gedaan en niet geslaagd Kennis voldoende, maar te nerveus geweest. Waarom niet tijdig Mijnhardt's Zenuwtahlet- ten gebruikt? Hierdooi blijft men kalm en helder van geest Ze zijn verkrijgbaar bij Apoth. en Drogisten in kokers van 75 cent. ROTTERDAM DE GOEDGEKEURDE 60 OPCENTEN B. en W. ten tweeden male onder curateele gesteld De N.R.C. van vanmorgen bevat een uit treksel van de missive, die Gedeputeerde Staten hebben gevoegd bij bun besluit tot goedkeuring van de gemeentebegrooting. Wij hebben ons in verbinding gesteld met den gemeentesecretaris om tc vernemen, of het officieele document van het bestuur der provincie ook officieel ter beschikking van de pers zou worden gesteld. Mr. Smeding deelde echter mede, dat in het college besloten was deze brief niet to publiceeren, zoodat het bericht in de N.R.C. als een onbescheidenheid moest worden aan gemerkt. Als vroeger zoo vaak. moet er dus weer een lek zijn, dat afvloeit naar de libe rale pers. Uiteraard is er voor ons geen aan leiding de inhoud van den brief van Gede puteerde Staten geheim te houden, nu deze toch reeds publiek is gemaakt. Deze inhoud is van zulk een aard, dat het besluit van tiet college van B. en althans van de meer derheid daarvan, in een eigenaardig daglicht komt te staan. De hoofdinhoud. De hoofdinhoud van de missive van Gede puteerden omtrent de begrooting 1931 luidt als volgt: Die begrooting heeft sterk onze aandacht getrokken, in het bijzonder in verband met uw mededeelingen in het raadsvoorstel van 15 April j.l., volgn. 122. Na ons schrijven van 16/1S Maart j.l., waarin aangedrongen werd op verhooging van het aantal opcen ten op de gemeentefondshclasting, met het oog hierop dat de eerstvolgende jaren voor deden zouden missen, welke ten bate van 1931 komen, heeft het ons met zorg voor uw gemeente vervuld, te vernemen dat de begrooting weliswaar sluitend wordt aangeboden, doch naar uw schatting de dienst een tekort zal opleveren van tenminste/ 3.1S5.000. n i 11 c ge n staande het aanvankelijk voor gestelde aantal op'on' m ver dubbeld is. Bij ons college is onder deze omstandigheden de vraag gerezen, of wij tot goed keuring gerechtigd zijn. Uw college heeft echter in zijn voorstel aan den raad bezuinigingen toegezegd, welke van dien aard zouden moeten zijn, dut de dienst alsnog sluitend wordt en dat zi| niet minder in tie toekomst haar goede werking doen gelden. Nu het dienstjaar welhaast voor d® helft verstreken is. z u 11 e n die he- z u i n i g i n g e wel zeer i n g r ij p e n d moeten zijn. om voor dit jaar nog het gestelde doe! te bereiken. Wij nemen niette min aan. dat het streven van uw college hierop zal zijn gericht en hebben in liet er- trouw en. dat het beoogde doel zal worden bereikt, in de gegeven omstandigheden ge meend, hoewel aarzele id. onze goed keuring toch nog aan de ber-ooting te mogen hechten. Hiermede in verband verzoeken wij nopens den verderen loop van deze aangelegenheid op de hoogte gehouden te worden. Uit den aard der zaak blijft daarop onze aandacht gevestigd en moeten wij ons voorbehouden, op die aangelegen heid in verhand met ons toezicht terug te komen, wanneer het ver dere begrootings beleid ons daar toe aanleiding mocht geven Gaarne zullen wij vóór 1 Augustus van u ontvangen een exemplaar van de begrooting, waarin bij eiken post is vermeld, welk be drag daarop tot 1 Juli a.s. is ontvangen en uitgegeven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 1