BINNENLAND. Radiorede van Dr. H. Colijn UflBlHEERENBAAI KINADRUPPELS Rechtzaken. ZATERDAG 13 JUNI 1931 TWEEDE BLAD PAG. 5 OFFICIEELE BERICHTEN CONSULAIRE DIENST Bij Kon. besl. is de heer R. Weysters erkend en toegelaten als consul van Hon garije te Batavia, voor Ned. Indië ONDERSCHEIDINGEN Bij Kon. Besl. is benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau J. der Kinde ren, te Dinther; is de gouden eeremedaille, verbonden aan de Orde van Oranje-Nassau, toegekend aan W. Faessen te Venlo. GEVANGENISWEZEN Bij Kon. besl. is aan mr. W. van T r a a op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als lid van het college van regenten over do gevangenis te Zwolle, onder dankbetuiging voor de als zoodanig bewezen diensten. RECHTERLIJKE MACHT Bij Kon. besl. is aan J. C. F. Bonman, op zijn verzoek eervol ontslag verleend uit zijn betrekking van kantonrechter-plaatsverv. in het kanton Harderwijk, onder dankbetui- gin voor de als zoodanig bewezen diensten. BURGEMEESTERSBENOEMING Bij Kon. besl. is met ingang van 1 Juli 1931 benoemd tot burgemeester van Frane- keradeel W. E1 g e r s m a. DE NIEUWE SPAANSCHE GEZANT H. M. de Koningin heeft ten paleize Het Loo in gehoor ontvangen den heer V. G. Arnao, ter overhandiging van zijn ge loofsbrief als buitengewoon gezant en gevol machtigd minister der Spaansohe Republiek bij Hr. Ms. Hof. van orgelmuziek, jciatiBt. Mateotti, op hei »n de VRAGEN VAN KAMERLEDEN DE RADIO-CENSUUR. De heer Albarda heeft aan den Minister van Waterstaat de volgende vragen gesteld: Wil de minister mededeelen, op welke gron den de Radio-controle-commissie de uitzending van een redevoering herdenking van den Italië omgebrachten 10 Juni 1931 heeft vc Heeft de minister, toen htl van, hef in de rlge vraag bedoelde verbod bericht ontvl aanleiding gevonden zi)n tusschen' kohiSt'te ver- leenen, ten einde opheffing van hef verbod te bevorderen? Hebben eenlge beslissingen, welke- de Radlo- controle-commissle in den laa.ts.tentijd heeft genomen, den minister niet tot (ie. Qvertulglng gebracht, dat die commissie met haar preven tief toezicht menigmaal verder gaat, dan „ter voorkoming van gevaar voor de veiligheid van den Staat, de openbare orde of de goede eeden", waarvan wet en reglement spreken, Verdedigbaar is? Is de minister niet van meening. dat inzon derheid met het verbod van de Mateotti-her- denking de Radio-controle.commissle de gren zen heeft overschreden van de opdracht, welke voor haar In art. 3ter van de Telegraaf- en fTelefoonwet en ln art. 5 van het Radio-con- trole-reglement ls te vinden? Hebben dg ervaringen van den laatsten ttjd den minister niet overtuigd van de wensche- lijkheid. om de preventieve censuur op de radlo-ultzen'dingen af te schaffen, en wil de minister de1 afschaffing van die censuur, al of Xilet met wetswijziging, bevorderen? - Wat ls de reden, dat de minister nog steeds niet overgegaan ls tot de regeling van het be roep van de beslissingen der Radio.controle- commissie, hoewel hü reeds op 27 Mei 1930 in do Tweede Kamer zijn voornemen daartoe uit sprak. op 23 en 30 October 1930 die uitspraak bevestigde, en op 3 Januari 1931. In antwoord op schriftelijke vragen, mededeelde, dat zijn beslissing slechts wachtte op het verslag van een onderzoek ln het buitenland, welk verslag nu reeds gerulmen tHd geleden is versohenen? Kan de regeling van het beroep nu spoedig verwacht worden, en zal die regeling zoodanig xjjn, dat de beslissing ln hoogste Instantie blijft b« den tegenover de volksvertegenwoor diging verantwoordelijken minister? 12 ANTWOORDEN VAN MINISTERS VER. VOOR TROPISCHE GENEESKUNDE Op vragen van het Twee vrouw van Itdllie verhooging v (Ide Vereeniging v Pische geneeskunde Rotterdam—Leidei toezegging, dat hl) i yan het subsidie zal medewerken, niet doen. BELASTINGAANGELEGENHEDEN Qp vragen van het Tweede Kamerlid C. Smeenkr Ia de minister niet van oordeel, dat door het Vervallen, krachtens de art 23. 27 en 39 der .Wet van 15 Juli 1929 (Staatsblad no. 338). van de artt. 2651 en 244 a (oud) van de Gemeente wet eenige moeilijkheden kunnen onti name de moeilijkheid, dat de wetteltJl ilag ls ontvallen van alle aanslagen lr Mocht de minister de eerste vraag toestem mend beantwoorden, is Zöne Excellentie dan bereid, om spoedig een wüziglngsontweip aan hangig te maken, waarvan het doel is te voor komen, dat de gemeente geldelijk nadeel lijden? heeft de minister van financiën geantwoord: I. De eerste vraag wordt ontkennend beant woord. Nu de wet geen bepaling bevat, welke de vóór 1 Mei 1931 ontstane belastingschuld tenietdoet voor het geval dat zö op 1 Mei 1931 bog niet mocht zijn vastgesteld en ten kohlere gebracht, en daarentegen ln de laatste Woorden van het eerste lid van artikel 31 van het te gendeel uitgaat, blijven de bepalingen betref fende de aanslagregellngen als o.a. vervat ln artikel 243g (oud) en artikelen 265. g, h en 1 (oud) van de Gemeentewet van kracht. Voor zooveel het belastingschuld betreft, wel ke vór 1 Mei 1931 ls ontstaan. BU arrest inv den Hoogen Raad. dd. 16 mers van den Hoogen Raad. dd. 16 April 1919, B. no. 2243, heeft dit Hoogo College beslist, dat „ln geval van wetswijziging tenzij het te gendeel uitdrukelllk ls bepaald bli de aan- «lagregellng moeten worden ln acht genomen de bepalingen der wet die gelden bt) den aan vang van het belastingjaar, niet die, welke op don datum van den aanslag van kracht zijn". II. Door de ontkennende beantwoording van de eerste vraag is deze vraag vervallen. INDISCHE PENSIOENEN Op vragen van den heer Ketelaar, aan gaande de uitbetaling van Indische pensi oenen, is door de Minister van Koloniën ga- antwoord, dat hij de bepaling van zijn standpunt in deze aangelegenheid zich meent te moeten voorbehouden tot na afloop van ihet overleg met de Algemeene Rekenkamer RIJKSVEER TE ZALTBOMMEL Door den A.N.W.B. en de K.N.A.C. werd eenigen tijd geleden aan den Minister van Waterstaat verzocht om in het belang van het verkeer het daarheen te leiden, dat tot spoedige afwerking van de verbetering van de aanlegplaatsen van het veer te Zalt- bommel zal worden overgegaan. Op dit verzoek werd thans bericht ontvangen dal, indien in den komenden zomer de water stand zoover daalt, dat de aanlegplaats op het voorgeschreven peil of desnoods weinig daarboven voltooid zal kunnen worden, daartoe onmiddellijk zal worden overge- BIJZ. VRIJW. LANDSTORM LANDDAG TE BRUMMEN. Men schrijft ons: Het belooft Vrijdag 19 Juni een mooi feest te worden op de terreinen van het land goed Klcin-Engelenburg; een feest dat in hoofdzaak zal slaan in ihet teeken van het Historische Landspel. Opgevoerd zal worden een vijftal taferee- len uit de vaderlandsohe geschiedenis. Be ginnende met een episode uit den tijd der Batavieren, zullen daarna drie spelen wor den opgevoerd uit het tijdperk van de Stad houders, gevolgd door een herinnering aan November 1813, toen het driemanschap Van Hogendorp, Van Limburg Stirum en Van der Duyn van Maasdam den stoot gaf tot het herwinnen van Nederiand's onafhanke lijkheid. Onder het motto „Wij willen Holland houen", komt steeds naar voren de drang, die steeds in ons volk heeft geleefd om huis en haard te beschermen tegen vreemde over- heersching. Liefde voor den geboortegrond, liefde voor de Oranjes willen wij door deze Lands spelen aankweeken en de toeschouwers herinnering brengen hoe door de eeuwen heen het Huis van Oranje ons steeds hielp het schip van staat in goeden koers te hou den of te brengen. Komt dus te Brommen, gij zult een mooi, een vaderlandslievend feest zien en „in een prachtige omgeving"! NIEUWE VOORZITTER VAN DE A.V.R.O.? De voorzitter van de A.V.R.O. de heer A. iW. Molhuysen, heeft het voornemen te ken nen gegeven af te treden als zoodanig. Vol gens de „Radio-gids" zou deze ontslagname iverband houden met de jongste onthullingen pvcr de voorgeschiedenis van de A.V.R.O. Het Hbld. wist nu te melden, dat het voor zitterschap is aangeboden aan den oud-wet- honder van Amsterdam het Christelijk-histo- risch raadslid J. ter Haar Jr., die dit aan bod ernstig in overweging zou hebben geno men. Het Alg. Hbld. verneemt thans echter dat 'de heer Ter Haar gister in den loop van den middag aan het A.V.R.O.-bestuur schriftelijk heeft bericht dat hij na ernstig beraad met het oog op zijn gebrek aan tijd om de be langrijke functie naar behooren te vervul len, op die aanbieding niet kan ingaan. HET ROODE KRUIS In een veelverbreid geschrift zet het Hoofdbestuur van het Roode Kruis uiteen, waarom en hoe het hulp denkt te verleenen bij verkeersongevallen. Dit werk is een deel van zijn Vredestaak en vloeit voort uit art. 25 van het Volkcnbondsverdrag, waarin aan de Staten, leden van den Volkenbond wordt opgelegd de verplichting om de sa menwerking der Roode-Kruisvereenigingen in de uitvoering van haar vredestaak te bevorderen. Bij onderzoek bleek, dat in de groote en ook in vele kleine steden voortreffelijk uit geruste gemeentelijke geneeskundige dien sten zich met goéd gevolg aan de taak der hulpverleening wijden, en men besloot dus in die plaatsen de zaak aan die beproefde krachten over «te laten. Geheel anders was het gesteld op de bui tenwegen. Daar waren de -hulpkisten van de A.N W.B., doch anders niets. Allereerst werd in samenwerking met de hulpdienst van de N.V. „Mercator" iets ge daan, en op verschillende plaatsen werden zuilen opgesteld, welke 's nachts verlicht een voortreffelijke voorraad verbandmidde len, een byancard en een telefoontoestel be vatten. Doch ook dit was niet afdoende. En daar om werd in samenwerking met en naar het voorbeeld van het (Belgische Roode Kruis, een hulppostendienst gesticht, voor eerst op den weg Amsterdam-Zundert (Bel gische grens). In deze posten wordt regelmatig een dag en nachtdienst onderhouden en er zijn tele fonische alarmposten gevestigd, als zoodanig door een uiterlijk goed zichtbaar kenteeken, voorzien van het embleem van Genève, en van de letters E.H.B.O. aangeduid. Alles werd in nauwe samenwerking met het mi nisterie van Waterstaat ondernomen en uit gewerkt en op 20 Febr. 1.1. was van Am sterdam tot Zundert het werk volbracht en kon door den Prins der Nederlanden, in tegenwoordigheid van een delegatie van het Belgische Roode Kruis, de eerste hulpdienst op groote schaal in Nederland worden ge opend. Andere plannen zijn reeds in uitvoering; doch ze worden, aldus schrijft het Hoofd bestuur nu geïmiteerd door de Vereeniging het „Oranje Kruis". De Regeering drong op samenwerking tus- schen de beide organisaties aan, en het Roode Kruis zegt, dat het deze organisatie gaarne een plaats had toegewezen in de uit voerende commissie, doch een verzoek daar toe is nooit gedaan. Het Hoofdbestuur meent, dat het nuchter relaas der fei-ten voldoende is om aan te too nen, dat het werk der hulpverleening bij on gevallen door het Roode Kruis met vol maakte correctheid is aangevat en wordt voortgezet. HOOFDINSPECTEUR K. H. BROEKHOFF NAAR NEDERL. INDIE Naar wij vernemen, heeft de Minister van Koloniën goedgevonden aan den heer K. H. Broekhoff, hoofdinspecteur van politie, te vens commissaris van Rijkspolitie te Am sterdam, op te dragen zioh met het op 22 Juli a.s. uit Amsterdam vertrekkend motor mailschip „Marnix van St. Aldegonde" voor den tijd van drie maanden naar Ned.-Indië te begeven, teneinde van advies te dienen nopens de organisatie van het te Batavia gesticht Centraal Bureau ter bestrijding van de Valsche Munterij, alsmede nopens andere' daarmee verhand houdende aangelegenheden NEDERL. FEDERATIE VAN ZANGERSBONDEN De Ned. Federatie van Zangersbonden zal op Zaterdag 20 Juni a.s. in teen der zalen van het Jaarbeursrestaurant te Utrecht hare vervolgvergadering houden. Deze vergade- rin heeft ten doel nadere plannen uit te werken om te komen tot grooter eenheid op zangersgebicd. DE INDIE-POSTVLUCHTEN Over de Mei-vergadering der Europeesche Commissie en haar beteekenis voor de Nederlandschc handelspolitiek. Het stelsel van de meestbegunstiging ernstig bedreigd. Groepsvorming van de kleine West-Europeesche sta ten axingeprezen. Z.Exc. Dr. H. C o 1 ij n sprak gisteravond voor den Huizer zender, m het algemeen programma, over „De Meivergadering der Europeesche Commissie en haar beteekenis voor de Nederlandsche handelspolitiek". Bij het begin van zijn rede deelde Dr. Colijn mede, dat zijn taak niet gemakkelijk is geweest, omdat zijn onderwerp voorden een van zijn gehoor licht te zwaar, voorden ander spoedig te licht zou kunnen zijn. Hij zou zich tot een gehoor richten, dat alge meene belangstelling voor deze zaak heeft en niet te veel op technische bijzonderheden ingaat. Wat zijn gevolgtrekkingen voor de Neder landsche handelspolitiek 'betreft, moet men voorts niet veel ■verwachten, omdat de be sluiten van de Euroipeesche Commissie van Mei j.l. heel weinig beteekenen, zoodat do gevolgtrekkingen zeer mager moeten zijn. Hij begon dan met te herinneren aan de Economische Wereldconferentie van vier Jaren geleden, die onder de middelen ter verbetering van den economischen toestand in biet bijizonder onder de oogen zag: vrijer handelsverkeer door wegneming van bestaande belemmeringen, o.a. door ophef fing van de in- en uitvoerverboden en door verlaging van de tariefmuren en die daar over, na veel moeite bij de beraadslagingen, voorstellen deed aan de regeeringen, welke laatste echter weigerden deze voorstellen to bekrachtigen. Hangende deze zaak kwam in 1929 and met zijn dankbeeld voor nauwere Euro peesche samenwerking op politiek ge bied door de instelling van de Studiecom missie der Europeesche Unie, welke echter tengevolge van den zorgvollen toestand van Europa zich genoodzaakt zag zich in de eer ste plaats op economisch gebied te be wegen. Dit trad sterk in het licht toen Spr.'s rede in de vergadering van Januari j.l. in het centrum van de beraadslagingen stond en nog sterker de vorige maand, toen u i t- sluitend economische vragen in de Europeesche Commissie aan de orde waren. In Januari was reeds gebleken, dat de tarieven-wapenstilstand definitief mislukt In Maart was het Duitsch-Oostenrijksche plan voor een tolverbond opgedoken en had scherpe afkeuring gevonden in Frankrijk en Tsjecho-Slowakije. Van Fransche zijde was gezinspeeld op een ander economisch plan, „dat heel Euro pa ten goede zou komen en niet alleen een paar landen". Dit voorstel was nog niet be kend toen de Europeesche Commissie bij een kwam en toen het Zaterdag 16 Mei be kend werd, was een ernstig debat erover niet meer mogelijk. Wanneer '<t eerder be kend ware geweest, oou men er toch niet op zijn ingegaan, daar men Briand, die in Volkenbondskrinigen zeer gezien is, na zijn nederlaag bij de presidentsverkiezing, niet voorgoed onmogelijk wilde maken door aan zijn voorstellen de nederlaag te bereiden. Er wanen veel bezwaren tegen deze voor stellen, maar men wilde daajr niet over spreken. Het werd een maskerade. De woorden die gesiproken werden dekten den inhoud niet. Van economie werd gesproken als men politiek (bedoelde. Intusschen kwamen ten aanzien van de bestrijding van de economische crisis vier gedachten naar voren: 1. het Duitsche systeem van tolunies; 2. de Engelschje gedachte (gesteund dooi Nederland): neerhaling van de hooge tol muren; 3. de Italiaansche gedachte, die bilaterale verdragen wil; 4. de Fransche, die niets voor de Duit sche denkbeelden voelt, heel weinig weten wil van de Engelsche, achterdochtig is je gens de Italiaansche, doch een regeling van bijzondere strekking inhoudt, die do goedkeuring wan heel Europa wil verwer ven. Alle aandacht was op die Fransche voor stellen gericht, al werd gedachtenwisseling erover angstvallig vermeden. Henderson wist ze ten slotte van de tafel te krijgen door ze over te dragen aan sub commissies, die erover zullen rapporteeren. De Fransche voorstellen waren ia de hoofdzaken niet gloednieuw, al werd dat uit wellevendheid niet geconstateerd. Om tot een onmiddellijke oplossing van de meest-urgente Europeesche problemen te ko men, bepleitten ze ten le. voorkeurrechten voor de z.g. agrarische landen, van Centraal en Zuidoost-Europa, 2e. het regelen van de internationale productie door kartels, 3e. hulp aan Oostenrijk, 4e. oplossing van het Europeesche credietprobleem. Wat het laatste betreft: vrijere beweging van het kapitaal i9 een essentieels maar ook preliminaire voorwaarde voor economische reconstructie. Maar spr. is er niet gerust op, dat zich hier achter de economie geen poli tieke oogmerken verschuilen. Over het derde punt wil hij niet spreken, want Oostenrijk wil hier zelf niet van weten Punten 1 en 2 blijven dan ter bespreking Allereerst het denkbeeld van een stelsel van voorkeurrechten. Spr. wijst er uitvoerig op, dat nog steeds de meestbegunstiging is le hoeksteen van de handelspolitiek, zij luit achterstelling en voortrekking tusschen de staten onderling op handelsgebied uit en is daardoor een waarborg voor den vrede in Europa, ook ondanks de ontduikingen van dit stelsel, die soms plaats hebben, zooals bij het Duitsch-Finsche botercontingent. Spr.'s groote bezwaar tegen de Fransche voorstellen is, dat zij door invoering van ?en stelsel van voorkeurrechten een bres schieten in het stelsel van de meestbegun stiging. Het politieke doel is doorzichtig, maar spr. wil alleen maar wijzen op de conse quenties. Waarom, als men in Europa voorkeur gaat verleenen aan de producten van de Zuid-Oostelijke landen, zal men dit niet doen andere landen, wanneer de agrarische crisis voortduurt? Men zal dan voor een heel willekeurige keus komen te staan. De deur komt dan wijd open voor politieke discrimi natie en de kleine landen worden de eerste slachtoffers. Het Fransche voorstel wil de openlijke breuk met de meestbegunstiging. Oostenrijk en Hongarije hebben door hun handelsver drag feitelijk hetzelfde reeds gedaan door hun stelsel van uitvoerpremies. De meest begunstiging gaat door de Fransche voor stellen alle waarde verliezen en staten als Nederland zullen daarvan de dupe worden. Het andere Fransche voorstel betreft een betere internationale regeling van de pro ductie van ruwe en bewerkte stoffen vorming van kartels. Spr. ontkent niet, dat kartels een element van stabiliteit kunnen vertegenwoordigen en dus onder bepaalde omstandigheden zijn toe te juichen. Maar gezien de ervaringen met bestaande kartels opgedaan kunnen we niet de resultaten ervan hopen, die de Fran- schen ervan verwachten. Ook zullen deze voorstellen niets kunnen veranderen aan de huidige crisis omdat voor de doorwerking van zulke kartels jaren en jaren noodig zijn. Bovendien zal het economische leven in Europa erdoor zóó in boeien worden geklon ken, doordat men het nieuw opkomende als vijand van het bestaande zal beschouwen, dat vooruitgang geremd wordt en men zal moeten spreken van „georganiseerd conser vatisme".. Ten slótte zouden alleen de landen, die massagoederen vervaardigen door kartel- organisatie zijn gebaat want kwaliteits industrie als de Nederlandsche leent er zich niet voor. Voor Nederland zitten hier dus geen voordeelen maar enkel nadeelen. In elk geval zouden we moeten verlangen, dat de Volkenbond waarborgen zou scheppen waar door de belangen van staten als de onze niet in het gedrang kwamen. Voor grondstoffen is het, naar spr.'s mee ning, niet uitgesloten, dat met het Fransche denkbeeld iets te bereiken is, maar hij vreest in het algemeen nog grooter moeilijk heden door een zóó ver gaande samenwer king. De Mei-vergadering van de Europeesche Studiecommissie nam, zooals spr. reeds zei- de, eigenlijk geen beslissingen. De speciale commissies zullen over de Fransche denkbeelden in September rapport uitbrengen. Het Haagsche Hof moet binnenkort beslis sen over de vraag of het Duitsch-Oostenrijk sche tolunieplan al of niet in strijd is met de bestaande verdragen en dit komt dus ook weer in September aan de orde. Wat de beteekenis van de magere beslis singen van Mei voor de Nederlandsche han delspolitiek betreft, zou spr. kunnen zeggen: alles wacht weer op September en ook dan zullen vermoedelijk nog geen beslissingen van zakelijke beteekenis worden genomen. Wel heeft de Mei-vergadering van de Europeesche Commissie aanwijzingen gege ven omtrent hetgeen gebeuren gaal De gang van zaken betreffende de tarie- ven is wat gunstiger geworden door de Engelsch-Duitsche onderhandelingen, al gaan die over industrieels producten, zoodat Nederland daarvan niet veel gunstige gevol gen kan verwachten. In de tweede plaats wijst spr. er op, dat de meestbegunstiging steeds meer in het ge drang komt. Het Oostenrijk-Hongaarrsche ontwerp-han- delsverdrag komt neer op restitutie van teen deel der betaalde invoerrechten, al is het gegoten in Ifien vorm van een wederkeerige uitvoerprtemie of een goedkoop exportcrediet Een soortgelijk verdrag tusschen Oosten rijk en Italië is in voorbereiding en er zul len er meer volgen, want dit is een verlei delijk soort verdragsbreuk. De vindingrijk heid op dit gebied wordt steeds grooter. Het Fransche voorstel van voorkeur rechten komt hiermee vierkant voor den dag en is daardoor uitermate gevaarlijk, omdat het dan systeem wordt, dat alom toeipasbaar zal zijn en maar al te gretig zal worden toegepast. De meestbegunstiging, die altijd de staf is geweest waarop de handelspolitiek leunde, ■zal zoodoende een staf worden die de hand doorboort De kleine West-Europeesche staten zullen zich hiertegen door groepsvorming moeten wapenen. Nederland en België hebben sa men een even groot aandeel in de wereld economie als Frankrijk en met de Skandi- navische landen ehbij zijn ze economisch nagenoeg van even groote (beteekenis al3 Duitschland. Spr. beveelt die gedachte van groepsvor ming aan, bij wijze van vèrweer, doch daar naast versterking van de autoriteit van den Volkenbond, door onvermoeid het pleit te voeren voor de juiste beginselen voor het onderling verkeer der volkeren, in aller belang. De eerste stappen voor de nauwere aan eensluiting met België en de Skandinavi- sche staten zijn reeds gedaan. Dit is, zei Spr., de les die de Meivergade ring van de Europeesche Commissie ons leert. We kunnen in September he»t vervolg verwachten. Misschien dat dan de verschillende din gen ons nog duidelijker worden. Onze landbouw zal intusschen blijven aangewezen op maatregelen van nationale beteekenis. Op internationaal gelbied ziet spr. voor on zen landbouw geen enkele schemering ven hoop. De steun aan den landbouw zal niet spoedig tot het verleden behooren; wel is waarschijnlijk nog uitbreiding daarvan noodig. Spr. eindigde met clementie te pleiten als men teleurgesteld is door zijn conclu sies. Dit is de schuld van de Europeesche Commissie, die geen klaar geluid liet hoo ren. Heeft hij echter tegen de September- vergadering de belangstelling gewekt voor de aanhangige vraagstukken dan weet hij zich daardoor beloond. UITSLAGEN GEMEENTERAADS VERKIEZINGEN ACHTTIENHOVEN (Utr.). Gekozen: R. C. de Graaf, G. v. de Meent. P. v. Oostrum. en C. Wijnen (C.H.). A. v. Vulpen en G. Wijnen (AR.), J. Th. de Wit (RK). CH 161 St., AR 64 De vrije RK C ADZ AND (Z.) Gekozen 2 C.H. me VB met 186 st.. en 2 SDAP 144 ?t. D telling van den Raad blijft gelijk. EGMOND AAN ZEE (N.H.). Gekozen: 1 vrije links; ze ls thans den Raad is 2 niet herkozen Belang 437. VD 239. Gekozen: 2 AR. 4 CH. 2 SDAP.. 3 Gem.-Belang, 1 V.D. De samenstel ling van den raad ls onveranderd gebleven. IOEF (N.H.) Hit* C.H 199. R.K lijst Michel 54. R.K. lijst v d Zanden Si! 11 jot Kroon (S.G.P.) 66. Gkozen 2 C.H.. 1 AR. 1 V.B., 1 R.K. 1 SGP. 1 SDAP. De C.H winnen één zetel op den V B. HULST (Z.) Gekozen 7 R.K.. 2 linksoh partij 2 z.g. bezuinigingspartij. n: lijst 1 de heer ST. MAARTEN (N.H.). GekoJ MONNIKENDAM (N.H.). Gekozen: AR 1 (0). CH 2 (1). RK 1 (2). Lib. 2 (3). SDAP 1 (1). Do cijfers tussohon haakjes zijn die der in 1927 gehouden verkiezing. De winst der AR ei ls te danken aan de verbinding der lljste OUDERKERK AAN DEN IJSSEL (Verb. De Raad zal als volgt zijn samengesteld: partij 4 zetels (vorige periode 5). nl. de hoe ren: C. J. Hoogendljk. C. Evegroen. B. Hoe dijk en Ant. den Duljf; Her%\ A.R. partij tels (vor. per. 2), nl. de heeren J. do Jong Czn. en D. Speksnijder (met voorkeurstemn S.G.P. 2 zetels (vorige periode 0). n). de ln A. M. Hoogendljk Jan. en J. T. Baas; Vri 2 zetels (vor. per. 2). nl. de heeren A. J. gaert en Adr. Dekker Joh.zn Plattel.b tel (vor. per. 1) W. de Jong Joh.zn de partij Gemeentebelang vervalt (vor. per. 1 zetel). RIDDERKERK (Z.H.). Men verzoekt ons Ie te deelen. dat de lijst, door ons vermei- e zijn van de Rapalljanen onder de benaming iezulnJglngspartij is ingediend en aangegeven, len schat zich, aldus de inzender, wel niet oog, maar toch nog te hoog. om gelijk geeteld e worden meit den Ro-tterdamschen Van Burin! 927: AR 337 en CH 700), 2 RK 507 (401). 3 VB 3 SDAP 837 <79'n' Comm. Partij (265). lijst-v, Asselt 282 (318), liJst-Vader (ex- comm.) 226 lljat-v. Rhljn 27 De nieuwe raad blijft ongewijzigd en Is als volgt samengesteld. SDAP 3 (3), RK 2 (2). AR 1 (1). Vader 1 HJst-v. Asselt 1 (1), lijst en de geoomblneerdo Herv. A.R on C H een overschot van 83. Belden kwamen in aanmer king voor een overschotszetel. .Z'iiAÓlPIJK (N.H.). Gekozen: 2 AR met 225 ft. 2 VB en VD 390 en 6 SDAP 753. Het aantal leden van den Raad werd van 7 op 11 gebracht. De Raad van 7 bestaat uit 1 CH (ln 1927 geko zen op een gecombineerde AR en CH 11 Jet), aie tnans uitgevallen ls met 76 st., 2 VB en 4 SDAI-' ZWARTEWAAL (Z.H.). De uitslag van de roads verkiezing was voor de A.R. ver- nwerking met de CH.. die te in om eigen zetel te handha- kwam de Antlrev. lijst uit met 3 zetels; 2 en 1 C.H.. zoodat de A.R één zetel won- S tVk i th">» uit: 3 Rechtsche ROFFEL-RIJMEN NICO Nico was een kwieke jongen, Nico was op een kantoor, Nico was wat gauw beteuterd, Daar was Nico Nico voor. Nico was een eenigst zoontje, Nico was nèt zeventien; Jonge meisjes van dichtbij had Nico nog niet veel gezien. Nico zakte d' eerste morgen Van ontroering door de grond, Ziende dat het personeel uit Zeven dametjes bestotid. Van de eerste schrik bekomen Sloeg hij zich er handig door: Hij verdeelde zijn attentie Daar was Nico Nico voor Hij verdeelde zijn attentie Heel verstandig, wonder wijs, Over al de zeven schoonen Van het vrouwenparadijs. Naar de welbekende wijze Van de sluwe wijfjesmensch Werd „de Man" geëxploiteerd en Nico vloog op ieders wensch. 't Was aanvankelijk wel aardig En niet ongezellig ook; Maarjaloerschheid onder dames Is een wispelturig spook: Toen een achtste jongedame Klopte aan het jongenshart, En gehoor vond, raakte Nico Danig in de strik verward. In het jongetje ontwaakte De manhafte jongeman En 't besef, dat je de liefde Niet in deelen deelen kan. Toen is Nico stroef geworden, Strak en stil op het kantoor Voor de achtste was hij ünders: Daar was Nico Nico voor. (Nadruk verboden) LEO LENS lijst. 4 oud-Kath., 1 RK en de protestanten GOUDRIAAN (Z.H.). Ultgebr. 273 Dniukwaard; 3 liberalen, nl. P. Vonk, G. J. de Vos eai J. Vonk Tan. De samenstelling van den ra-ad, zoowel ln verhouding als ln personen, blijft onveranderd 235 st. (to n P. Scheel e it„ 2 SGP 249 st., 1 vrljz. werk- ECHTE FRIESCHE AUTO-NUMMERING De minister van Waterstaat heeft een aan tal wijzigingen in de motor- en rijwielbe schikking aangebracht. O.m. is bepaald, dat wanneer in eenige provincie voor teen mo torrijtuig het nummer 99.999 is uitgegeven, de nummering opnieuw met 1 beginti ech ter met toevoeging van de letter Z. Op het nieiF bord komt dan te staan bijv. A-Z-324. Dr h.NANNING'S EETUJST-OPWEKKEND. 1.30 p. a INDISCHE BEGROOTING In de Memorie van Antwoord op het Voor loopig Verslag over het wetsontwerp tot goedkeuring van de besluiten van den G.-G. van Ned.-Indië tot wijziging en aanvulling van verschillende afdeelingen der Indische begrooting voor 1931 merkt de minister van Koloniën o. m. op, dat hij met den G.-G. in overleg zal treden nopens bespoedigde toe zegging, zoo noodig per luchtpost, van den Volksraad. Flnancieele gegevens. Volgens de laatst bekende gegevens kan het tekort over 1930 becijferd worden op rond f 137.6 millioen waarvan f 52.9 millioen op den buitengewonen dienst, terwijl over 1931 een tekort wordt verwacht van f 172 millioen, waarvan de f 37.4 millioen ten laste van den buitengewonen dienst De be zuinigingsmaatregelen, welke in totaal be- somd worden op een uitgave-vermindering van rond f 37.5 millioen (f 15.5 millioen onder den huitengewonen dienst) zijn hier in volledig verwerkt De regeering zal ten aanzien van het fi- nantieel beleid in de volgende jaren nadere mededeelingen doen. Van een verdere uitvoering van het aan genomen bezuinigingsplan voor 1932 wordt een besparing van f -46.4 4millioen verwacht welk bedrag in de volgende jaren tot 1934 kan stijgen tot f33.4 millioen. Voorts wordt opgemerkt, dat de omstan digheden van het oogenblik en de pers pectieven voor de eerstvolgende jaren het voeren van een uiterst behoedzame finan- cieele politiek tot 'n volstrekte eisch maken Onder de tot verhooging der middelen strekkende maatregelen is vooralsnog niet begrepen de heffing van een uitvoerrecht op aardolie. De minister bepleit nogmaals de noodza kelijkheid der salariskorting. Wat betreft de benoeming van den nieu wen G.-G. verwijst de minister naar hetgeen hij op 28 Mei in de Eerste Kamer heeft uit eengezet. Uit de Antirev. Partij. NED. EN ORANJE TE HARDERWIJK. De A.-R. Kiesv. Nederland en Oranje te Harderwijk heeft in hare vergadering van 11 Juni den heer H. Cozijnsen Gzn., wethouder die zich, hoewel lid der vereeniging zijnde, zich door een wilde groep a.-r. kiezers liet candideeren voor den Gemeenteraad, op grond van art. 4 van het reglement, van het lidmaatschap van „N. en O." vervallen ver klaard. Voorts heeft de vereeniging den heer C schriftelijk gewezen op zijn moreele ver plichting om zijn mandaat ter beschikking der Kiesvereeniging te stellen. Ook den hee ren Wouters en Mons, beiden raadslid, die hun lidmaatschap opzegden en zich door de zelfde groep lieten candideeren, werd bericht lat de verplichting op hen rust, hun man daat ter beschikking te stellen. DE H 4NDELS- EN LANDBOUWBANK. De rechtbank te Dordrecht heeft conform dtn eisch veroordeeld tot twee jaar gevang*» n:--traf met aftrek van voorarrest den gewe- z»-. beheerder van het Gorinchemschc Bijkan toor der Handels- en Landbouwbank wegens verduistering en valschheid in geschrifte.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 5