Jliriiwr gritecift (üburmtt Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD. VACANTIE-ADRESSEN OM DE VRIJHEID DER SCHOOI BINNENLAND. ABONNEMENT: Per kwartaal 3.25 (Beschikkingskosten 0.15.) Per week 0-25 Voor het Buitenland bij Weke- lijksche zending 6.— B;i dagelijksche zending 7.— Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7% cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Postbox 20 Postgiro 58936 NO. 3362 WOENSDAG 27 ME11931 ADVERTENTIE N: .Van 1 tot 5 regels....-.«.t.......... 1.17V5 Elke regel meer............022Vj Ingez. Mededeelingen Van 1—5 regels 2.30 Elke regel meer0.45 Bij contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan t bureau wordt berekend 0.10 10e Jaargang Oil nummer bestaat uit VIER bladen Nu de vacantietijd weer aanbreekt en velen onzer lezers de krant aan hun vacantie-adres willen ontvangen, ver zoeken wij dezen vriendelijk de tijdelijke adressen zoo spoedig mogelijk, liefst 5 dagen van te vqren, aan de admini stratie schriftelijk op te geven, met dui delijke vermelding van het vaste adres en het vacantie-adresde data van begin en einde der vacantie. Komen de aanvragen op het laatste oogenblik, dan is het niet zeker, dat men aan z'n nieuwe adres direct den eersten dag de krant ontvangt, terwijl dit toch zeker door de lezers, evenals door ons op hoogen prijs zal worden gesteld. DOCH WAAROM ANDERE BEPERKINGEN? Het Is niet gemakkelijk aan te geven, aan welk element in den arbeid 'der Staats- cömmissie-Rutgers de grootste -heteekenis moet worden toegekend. Het bezuinigingska rakter der voorstellen, waarvan het voor naamste vrijwel algemeen overwegende be zwaren ontmoet, spreekt zeker - niet het sterkst. Op technisch gebied brengt de com missie tal van uitnemende, wijzigingen. Maar ook. mag niet worden onderschat de ■vrijheidsverruiming, die op onderscheidene punten wordt voorgesteld. Gemeten naar het belang voor ons onder wijs zouden wij geneigd zijn te zeggen, dat de hoofdbeteekenis van het rapport is gele gen in de voorstellen, die bedoelen het on derwijs meerdere vrijheid te waarborgen. En deze vrijheidsverruiming is vooral daarom van belang, wijl zij zoowel aan het open baar als aan het bijzonder onderwijs ten goede komt Reeds werd weer bepaaldelijk stilgestaan bij de houding der Staatscommissie, waar door zij de vrijheid van het bijzonder onder wijs wenscht te handhaven, door zich te verzetten tegen een toetsingsrecht van eenige buitenstaande instantie, waardoor de vrij heid der ouders tot schoolstichting zou kun- nen worden illusoir gemaakt Daarnaast stelt de commissie onderschei dene maatregelen voor, die aan de vrijheid van het openbaar onderwijs ten goede komen. Maar de meeste voorstellen van dien aard hebben op b e i d e soorten van on derwijs betrekking. Om met de laatste te b'eginnen, mag wor den vermeld de voorslag om het minimum aantal lesuren in de verplichte leervakken voor de hoogere leerjaren terug te brengen van 22 op 20. Voor de eerste twee leerjaren wordt een minimum van 18 voldoende ge acht. Langs dien weg komt meer tijd vrij ter gemoetkoming aan speciale behoeften, welke in verschillende plaatsen kunnen uit- eenloopen, een omstandigheid, die aan het onderwijs niet anders dan ten goede kan komen. In den jarenlangen strijd, die gevoerd werd over de vraag of op de lagere school een vreemde taal mag worden onderwezen, kiest de commissie met beslistheid positie. Meermalen wees de Tweede Kamer met klei ne meerderheid een voorstel af om het on derwijs in het Fransch toe te laten tot de lagere school. Men kan echter het gecompli ceerde leven niet straffeloos wringen in het keurslijf der eenheidsschool. De Staatcommissie toonde oog te hebben voor de eischen van het leven door de be voegdheid te laten om vanaf't vijfde leerjaar een der moderne talen (dus niet alleen het Fransch) te doen onderwijzen. Voor dit on derwijs zal echter niet meer dan drie uur per week mogen worden beschikbaar ge steld. De vrijheid van schoolgeldlieffing werd op het voetspoor van een enkele jaren geleden ingediend ontwerp belangrijk uitgebreid. Het beginsel van belasting naar draagkracht werd behouden, maar de band met de Wet op de Inkomstenbelasting 1914 werd door gesneden. De onbillijkheden, waartoe het automatisch overnemen van de aanslagen in de inkomstenbelasting leidde, bijv. door dat personen, die in een zeker jaar geen komen hadden, alleen daarom reeds geen schoolgeld betaalden, ook wanneer hun uiterlijke staat niet de minste wijziging on derging, zullen bij aanneming van dit voor stel een einde kunnen nemen. Gemeente- en schoolbesturen zullen eer. ruime mate van vrijheid ontvangen in het vaststellen der schoolgeldregeling. Ook ge zinsinkomsten zullen in aanmerking kun H-hapebt(IIM) „Vóór alles kwaliteit" nen worden genomen. Bij bepaling van het belastbaar bedrag zal rekening kunnen wor den gehouden met het aantal kinderen en pleegkinderen. Ook op de bedragen van het schoolgeld zelf zal reductie kunnen worden toegepast in verband met de grootte van het gezin. Meerdere vrijheid brengt ook de bepaling, dat de commissies van toezicht op het lager onderwijs, die de bestaande wet in elke ge meente gebiedend voorschrijft, voortaan fa cultatief zullen zijn. Hierin schuilt zeker een verbetering. In vele plattelandsgemeenten voert dit insti tuut, op z'n zachtst uitgedrukt, een kwijnend bestaan, in andere bestaat de commissie, in weerwil van de sprake der wet, zelfs heele- maal niet. En waar ze wel bestaat ziet men menigmaal, dat het college van B. en W. zich in het belang van de werkzaamheid der commissie terugtrekt, terwijl de commissie zich inmiddels overgeeft aan een gebenedijd niets-doen. Zoo heft het toezicht het toe zicht op. Zelfs komt het voor, dat de eenige taak der commissie hierin wordt gevonden, dat men aan het 'einde des jaars van de hoofden der scholen een rapportje vraagt en in een beknopte samenvoeging de hoofdwaarheden uit deze versiagjes aan den Raad overlegt. En deze summiere werkzaamheid wordt dan met een toch wel wat al te ruime uitlegging gebracht onder het weidsche begrip „toe zicht", dat toch wel in de eerste plaats aan een meer zintuiglijke waarneming doet den ken. Hiertegen stelt de Staatscommissie: een commissie van toezicht moet daar zijn, waar ®aan zulk een commissie behoefte bestaat. En dan voor die commissies geen unifoïtae re geling, door de wet opgelegd, maar vrijheid om die naar plaatselijke nooden en behoef- n in te richten. Ten slotte nog een bepaling, die het lager en uitgebreid lager onderwijs raakt De Staatscommissie wil namelijk toegela ten zien, dat scholen voor U, L. O.-onderwijs zich niet beperken tot drie of meer leerjaren •olgende op het zesde leerjaar eener lagere school, doch ook de lagere leerjaren omvat ten. Zij wil dus de oude M. U. L. O.-school in eere herstellen. Hiertegen verzet zich de minderheid in een afzonderlijke nota, waarin zij de M. U. L. O.-school als een standenschool verwerpt. Waarom! Waarom zou men in vérgaande en te vérgaande nivelle'eringszuc-ht pogen het leven te normaliseeren? De eenheids- school kweekt menschen naar één model, maar niet modelmenschen. Wie het oog sluit voor de behoeften en variaties van het .volle leven, doet de maatschappij te kort. Uit de opgesomde punten blijkt wel, dat de commissie op loffelijke wijze zich beijverd heeft voor openbaar en bijzonder onderwijs meerdere vrijheid te verwerven. Daarom te meer is het jammer, dat de commissie door verschillende wettelijke verboden poogt het leven in een bepaalde richting te dringen. Want waarom moet bijv. aan de gemeen ten worden verboden, scholen op te rich ten voor doofstommen, blinden enz.? Zeker, op één enkele uitzondering na is deze ver zorging in handen van het particulier ini tiatief, dat hier op voorbeeldige wijze werk zaam is. En ook wij kiezen zelf voor de par ticuliere instellingen. Maar moet de wet hier verbiedend optreden? Niet anders staat het met enkele andere voorschriften, die niet toelaten, dat de ge meenten overgaan tct oprichting of subsi- dieering van cursussen voor leerlingen, die lager onderwijs ontvangen, of die den ge meenten de bevoegdheid ontzeggen om eigen kweekscholen in het leven te roepen. Meent het Rijk voor dergelijke cursussen geen gelden te moeten beschikbaar stellen, dan is het ongetwijfeld zijn recht, wanneer zulks in de wet wordt vastgelegd. Maar waarom,zou men tegelijk het initiatief der gemeentebesturen beknotten. Waar plaatse lijk aan iets meer of iets anders behoefte is, moet men zulks in het belang van het onder wijs niet met behulp van een wettelijk voor schrift beletten. Het particulier initiatief en het vrije maat schappelijke leven vindt in ons geen min dere vrienden dan in de Staatscommissie. Maar wanneer dit initiatief deugdelijk is en iets deugdelijks brengt, zal het ook zonder een wettelijk verbod aan de gemeentelijke overheid trimfeeren. De scholen voor doof stommen- en voor blindenonderwijs zijn daarvoor het beste bewijs. VER. VAN CHR. ONDERWIJZERS EN ONDERWIJZERESSEN 78ste ALG. VERGADERING TE HILVERSUM Bespreking referaat Prof. Rutgers OPKOMST BENEDEN DE VERWACHTING EERSTE DAG Aan ons verslag van gisteren kunnen we nog toevoegen, dat des middags om één uur in de WiMielminasohool aan de Konings straat de tentoonstelling van leermiddelen Ï6 geopend met toespraken van den heer A Jungerius, hoofd der Wiilhelminaschool, voorz. der tentoonstellingscommissie, en de heer F. Erin ga, oud-inspecteur in de in speette Hilversum. Meer dan 20 firma's heb ben op smaakvolle wijze een zoo groote keur van sohitt.ere.nde leermiddelen geëxposeerd, dat het dikwijls moeilijk zal vallen, voor een bepaalde methode te kiezen. Aan de tentoon stelling is verbonden een uitgebreide ver zameling van werkstukken handenarbeid, gemaakt door leerlingen van het voorberei dend, lager en voortgezet onderwijs. Op de eerste vergadering gistermiddag heeft na de opening de voorzitter der regp- üngscommissie, de.heer W. Burggraaf!, teven6 voorzitter van het bestuur der afd Hilversum, een welkomstwoord gesproken. Hij wijdde allereerst een woord van wee moedige nagedachtenis (hetwelk door de vergadering staande werd aangehoord) aan mej. W. A. Raad, vakleerares te Bueeum, en lid der regel ingscommissie, die Maan dagavond overleed. Spr. wee6 op de groote en snelle uitgroei in Hilversum, naast andere Gooiplaatsen, hds de vorige maal, nu 24 jaar geleden, dat de vereeniging hier vergaderde. Histo rische monumenten treft ge in het Gooi weinig aan, o' het moest al zijn het instituut der Erfgooiers. Natuurmonumenten zijn er echter te meer en door de belanghebbende gemeenten worde gelukkig maatregelen genomen, het speciale sch~on van Gooiland te beschermen tegen de natuurechenni6 dia met stadsuitbreiding steeds gepaard gaat Spr. wees vervolgens op het belang van de tentoonstelling in de Wilhel-minaschool en uitte den wensch, dat het verblijf te Hil versum voor de aanwezigen zij een geeste lijke en lichamelijke verkwikking, opdat ze straks verfrischt weer hun belangrijk werk kunnen hervatten. Hij eindigde met d-e hoop uit'te spri dat het vergaderen hier zoo goed moge be vallen, dat niet 24 jaar wordt gewacht voor men hier veer bijeenkomt. De voorzitter heette daarna vele autoriteiten van harte welkom. Aanwezig waren de hee- ren J. C. Ligtvoet, chef van de afd. L.O. (finanoiën) van het dep. van Onderwijs, aanwezig namens den Minister; K. Brants hoofdinspecteur in de vierde hoofdinspectie en als vertegenwoordiger van Chr. Volks onderwijs; K. v. d. Graaf, inspecteur onderwijs in de inspectie Hilversum; P. v. Nes Czn., inspecteur bij het onderwijs, na mens Geref. Schoolverband; Mr. J. J. Han gelbroek, adj.-secr. van den Schoolraad en namens de Unie „Een School met den Bijbel"; S. Stemerding, van Voorburg, als vertegenwoordiger van de Vereeniging van onderwijzend personeel aan Prot. Chr. Kweekscholen; R. V ene ma, van Amster dam, secretaris van de Vereen, voor Chr. Nat. Schoolonderwijs; J. de Graaff, na mens de Vereeniging tot bevordering van Chr. onderwijs aan achterlijke en zenuw- zwakke kinderen en voor de Vereeniging voor Chr. buitengewoon onderwijs; G. J. Hengey.eld van Gent, namens de Chr. Scholenbond in Vlaanderen; K. van der Kooi, van Apeldoorn, voor de Vereeniging tot bevordering van de belangen der Chr. M uloscholen; C. F. Verschoor, van Sche- veningen, voor de bond van besturen van scholen voor Chr. Mulo; F. Erin ga, oud- inspecteur in de inspectie Hilversum; ver der vertegenwoordigers van de Kerkeraden der Ned. Herv. Gemeente, der Geref. Kerk, der Geref. Kerk in H.V., der Ohr. Geref. Kerk, der Evang. Luth. Kerk en der Vrije Evang. Gemeente, en van verschillende 6chocvlvereenigingen ter plaats Ook v de Prof. Dr. J. W a t e r i n k de middagver gadering bij. De heer N. Heukels Jr., van Amsterdam, inspecteur van C.N.S., was me de aanwe-zig. Pe heer P. A. Versluys, specteur voor C.V.O., had een telegram zonden. Ook was bericht van verhindering ingekomen van het Gemeentebestuur, aan welk college door den voorzitter eenige woorden van hulde werden gebracht, door de vergadering met applaus bekrachtigd, v or de houding die het aanneemt tegenover de vereeniging, o.a. uitkomend in een voor woord van den burgemeester in het pro gramma, in cle ontvangst ten stadhuize en in het aanbidden van een lunch aan hoofd bestuur en regelingscomniissio. Na het openingswoord van den voorzitter, gisteren verslag gaven, sprak den minister van onderwijs de heer J. C. Li ^tvoet eenige hartelijke woorden, do beste wensohen uitend voor de vereeni ging. Onder applaus werd daarop besloten een telegram te zenden aan H. M. de Koningin. Bespreking referaat Prof. Rutgers Daarna verl icnde de oorzitter het woord aan Prof. Mr. V. II. Rutgers, die ter in leiding van cle bespreking nog enkele op merkingen toevoegd aan z.jn referaat over de Chr. School en het arti-inilitairisnie, reeds gepubliceerd in het Corr.blad. Hij wees er op, dat er allerminst reden i6 in de verwachting te leven, dat oorlog thans niet meer mogelijk zou zijn, en voorts I dat de wijze van oorlogvoeren een algeheele I verandering one' ;rging, vergeleken bij vroe- Igere methoden. Maar ook reeds in vroeger eeuwen wa6 de oorlog een verechrikking; men denike slechts aan het optreden van. een Attila en de gruwelen der Turken. We moe ten dan ook niet overdrijven in onze verge lijking van het heden met het verleden. We moeten het heden niet uitlichten uit het geheel der historie; in het heden loopt de hoofdlijn 'der geschiedenis door; en zoo is ook thans nog steeds noodig dat de overheid de rechtsorde met het zwaard handhaaft Bij de bespreking vroeg de heer G. van A n d e 1, hoofd te Utrecht, in hoeverre per soonlijke zelfverdediging is geoorloofd en hoever de persoonlijke verantwoordelijkheid gaat voor het dooden van een vijand in den oorlog, terwijl hij er vooral op aandrong dat de referent uiteen zou zetten hoe onze hou ding moet zijn tegenover ernstige Christen- ontwapenaars in het onderwijzenscorps. De heer Fokkema, van Utrecht, wees op de gruwelijkheden van den wereldoorlog, gesanctioneerd, aldus spr., door de kerk, waarvan gij en ik lid zijn. Spr. i6 gaan in zien de onvereen-igbaarheid van het discipel zijn van Christus met het meedoen aan oor logvoering, en hij voelt zich gedrongen te gen den oorlogsgruwel te getuigen. We ko men door den oorlog voor een conflict van plichten, die leidt tot een splijting van de persoonlijkheid. Volgen i spr. moeten we niet beginnen met a.ls praemisse te stellen de vraag welke eisdh geldt voor het staatsbe stuur, daar we dan de eisch van het staats bestuur normatief gaan maken in plaats van de wil God voor ons leven. De conse quenties van het zwaard der overheid zijn voor de handhaving van het recht naar bin nen de gevangenis en van de handhaving van het recht naar buiten, tegenwoordig de moderne oorlogvoering, met haar midde len bijv. van giftbereiding. Hij durft echter vn de bekende tekst van Rom. 13: want zij draagt het zwaard niet tevergeefs, het woord „zwaard" desnoods wel door „gevangenis", maar niet door „giftmenging" vervangen. Spr. erkent «1-e bevoegdheid der overheid voor handhaving van het recht naar bin nen, maar acht haar, als partij in het ge ding, niet competent voor handhaving van reoht naar buiten. Verdedigt men dit laat ste met te zeggen, dat onrecht keeren de ulicht is der overheid, dan ziet men voorbij dat dit moet leiden tot een eindelooze oor log, daar het onreoht steeds blijft in deze wereld. Recht handhaven door het gruwe lijk onrecht, dat in den modernen oorlog wordt bedreven, is, volgens spr., niet te ("ledigen. De conclusie trekkend voor onderwijs, zegt spr., dat we ware moeten zijn van alle splijten der persoonlijkheid ez van alle dubbele moraal. We moeten do kin deren brengen tot Jezu6 Christus. Het strijdt tegen het Evangelie, partijgangers te kweeken, we moeten in de opvoeding oplei den tot een organische volkerengemeen schap. We moeten verhalen van de marte laars viroeger en nu en aankweeken moed om voor Christus' zaak het lijden aan te durven. Opvoeden moeten we voor de on vermijdelijkheid van het offer. Dan vreezen we, sterk door het geloof, geen enkele toe komst. (Applaus). B. V i s se r, hoofd te Garijp en lid van het hoofdbestuur wees er op dat we geen van allen verdedigers zijn van het militairisme. daaronder verstaande het stelsel dat macht wil doen heerschen over reoht. Hij wil gaar ne de vraag beantwoord zien of onderwijzers die zeggen, christen-anti-militairist zijn, ge lijk er tegenwoordig meerderen zijn. kunnen worden gehandhaafd of niet. D:e heer A. Wissel hoofd te Wilnis gaarne dat de referent ter verdediging van zijn standpunt gebruik had gemaakt van uitvoeriger beroep op de Sohrift en ook had aangetoond dat het is naar de drie formulie ren van Eenigheid, daar deze de laatste tijd in dit verband in geding zijn geweest. Ook zou hij graag nader zien toegelicht uit de historie, dat daarin zijn gevoerd de oorlogen des Heeren. Dr. J. C. van der Does van Amsterdam is ontroerd door het woord van den heer Fokkema, maar zou het toch betreuren in dien de jonge onderwijzers zouden worden meegesleurd door de actie-Schurer. Spr. wilde wel, geleefd te hebben in de tijd van de heldenkrijg in de 16e en 17e eeuw. En komen ze aldus spr., aan mijn vader land en aan mijn vorstenhuis, dan zal ik nog heden niettegenstaande mijn grijze ha ren op de wallen staan! (daverend applaus). Spr- zou gaarne zien dat de referent uitvoe riger toelichtte de beteekenis van Rom. 13, gezien in het licht van den tijd waarin het werd geschreven (één Romeinsche wereld macht, één overheid dus) voor den huidigen toestand van vele overheden; wijst dit Schrift woord er dan op dat de Volkenbond staande boven de verschillende staten, het zwaard zou moeten voeren? Tenslotte acht hij bij de verdediging het recht van oorlog zulk een geweldige moeilijkheid dat enkele personen bijv. op het uitbreken van den wereldoorlog zulk een beslissender invloed konden uitoefenen. Prof. Rutgers wees er tor beantwoording allereerst op, dat in de Oudheid de Romein sche overheid niet de eenige "ivas. Ze heeft in tegendeel aan de grenzen van haar rijk bijna voortdurend oorlog gevoerd met andere volken. En voorts is de volkenbond gem staat, geen overheid en heeft hij geen weer macht; hij is slechts een vereeniging en de ontwikkeling ervan in militaire richting is volgens spr. noch to wachten, noch te schen. De overheid heeft het recht de diensten te requireeren voor datgene wat noodig is voor uitoefening van haar taak. Het dood'en van den vijand in den oorlog wordt zoo ambtelijk verricht. Verschillende handelingen, die, wanneer ze niet ambtelijk w-orden verricht, schuldig zijn, kunnen echter ambtelijk een plicht zijn. Wat betreft die vraag hoe moet worden gehandeld met onderwijzers die „anti-mili- tairist" zijn, zegt spr. dat "i. de beantwoor ding van deze vraag niet op zijn weg ligt. hij meent'dat hier geen algemeene uitspraak kan worden gedaan, maar dat men pas kan beslissen wanneer zich een concreet geval voordoet- Wat betreft dki houding der ouders merkt spr. op, dat de onderwijzer tegenover het kind staat krachtens het vertrouwen van de ouders en hij dus met hun opvatting heeft te rekenen (verschillende stemmen: juist). Dat enkele personen de macht hebben een oorlog te ontketenen, wordt hoe langer hoe minder mogelijk; ook omdat een regeering geen oorlog zal kunnen voeren zonder dat het volk achter haar staat. Dit is verder een constitutioneele kwestie. Aan den heer Fokkema antwoordde spr. dat het toch noo dig is, bij de behandeling uit te gaan van een beschouwing van het staatsbestuur. Volgens spr. had het woord van den heer Fokkema meer waarde als een gevoelsgetui- genis dan als een ingaan op de aangevoerde argumenten. Hij heeft niet aangegeven waar om bestrijding van het onrecht naar bin nen en van dat naar buiten niet naast el kaar mogen worden gesteld. Hij gaf dan ook niet aan, welke ddelen tegen onrecht ran buiten wél moeten worden aangewend. De opvatting dat de overheid niet zou mo gen optreden tegen onrecht van buiten is ge volg hiervan, dat de heer Fokkema een vraag van staatsbestuur heeft aangevat met gevoelsargumenten. Daardoor verkrijgt men geur beslissend antwoord op vragen van staatsbestuur. De Voorzitter zegde referent en de baters dank. waarna de middagvergadering na het zingen van „Een vaste burcht is onze God" niet dankgebed wierd geëindingd. Gelijk we reeds gisteren 1" richtten, waren x>r den avond gezellige samenkomsten belegd. Daar de opkomst niet zoo groot wao als menverwachtte, kon de vergadering gehou den worden in het Centraal Theater, n was het niet noodig gebruik te maken van de Groote Kerk, „Barnabas" Gistermiddag hield de vtereeniging Barna- ïj, tot steun van nagelaten betrekkingen van Chr- onderwijzers, haar jaarvergadering. De verslagen van secr. en Penningm. wer den goedgekeurd. Het aantal volle leden be draagt oog 80, dat der uitkeeringsleden 127. Het aantal weduwen bedraagt 95, van welke en 25 ook uit de suppletiekas gesteund wor den; terwijl bovendien 2 geheel komen voor rekening der suppletiekas. Het kapitaal is verdeeld als volgt: Uitk. kas 45.040.62; ver deelingskas 81.842.36; suppl.kas 2.581,68. De heer H. J. Emons van Amsterdam werd als bestuurlid herkozen- Jacobus. Eveneens kwam de vereeniging „Jacobus" tot steun van de weduwen van ontslapen leden der vereeniging speciaal de opleiding der kinderen, in jaarvergadering bijeen. De jaarverslagen van secr. en penningm. werden goedgekeurd. De aftredende pen ningm. werd herkozen. In de vacature van Mr. Dr. C. F. Schoch als commissaris zal door 't bestuur, gemachtigd door d'e vergade ring worden voorzien. De contributie wordt vastgesteld op 3 en de nitkeering aan de weduwen op 50 per kind en per jaar, TWEEDE DAG Hedenmorgen om 10 uur ving de tweede zitting aan met het zingen van Ps. 119 vs- 65 en 53 waarna werd gebeden en voorge lezen Jesaja 35. Aan de orde kwam de beihandeling van het referaat van den heer P. van Aalten hoofd, van klein Warnsborn te Arnhem, over Aileidbaarheid bij kinderen Ook deze rede werd afgedrukt in het or gaan der vereeniging het Corr.blad, en wel in het nummer van 20 Mei 1.1. De referent gaf daar een samenvatting in de volgende stellingen: Eisch eener Christelijke opvoeding is, dat men aan het individu zooveel mogelijk zorg besteedt. Individueele afwijkingen moeten apart worden behandeld, en zoo dit niet mogelijk is, moeten de afwijkende kinderen uit de Idas worden geëcarteerd. Afleidbaarheid kan meestal in het gewone schoolsysteem worden behandeld. Belangstelling wekken is een rem, geen genezing voor de afleidbaarheid. Afleidbaarheid is gebrek aan willekeurige aandachtconcentratie, en manifesteert zich in twee typen: a. die met fladderende aan dacht; b. die met elders gefixeerde aandacht. Deze opvoedingsmoeilijkheden zijn door de moderne tijd versterkt door a. het druk ke, snelle leven; b. het gemakkelijk bereik bare van lectuur, en ontspanning; c. het snel mondig verklaren van het kind. Genezing der afleidbaarheid moet worden gezocht in opvoeding van de wil. Middelen ter bestrijding kunnen worden gevonden in lesrooster, leerstof en methode. Exacte lessen zijn van groote waarde. De bestrijding worde opzettelijk bedoeld, maar behoeft geen aparte tijd en extra oefeningen. Wilszwakke leerlingen geven niet alleen moeite op school, ook in de opvoeding daar buiten. Bestrijden der afleidbaarheid kan rijke vrucht dragen, ook voor de vorming van het karakter. Op de vergadering heeft de referent nog opgemerkt, dat we door het buitengewoon onderwijs in de gewone school slechts hen houden, die zonder abnormaal te zijn, toch bijzondere zorg eischen. Tot hen rekent hij de afleidbaren, wier behandeling zeer veel geduld vraagt. De afleidbaarheid is maar niet zulk een onschuldig verschijnsel, te meer waar de weinige zelfbeheersching zich soms ook op ander, bijv. moreel gebied toont, vooral bij de ernstigste gevallen. Het bevorderen van wilskrachtige aandacht- bepaling bedoelt dan ook een algemeene wilssterking tengevolge te hebben, die -energiek afwijzend doet staan tegen al wat laag is. Een schoone taak is dit voor den Christenopvoeder, die mag wijzen op de liefde Gods als kracht in het leven. DE UITVOERING VAN DE TARWEWET 1931 De Landelijke Federatie van Organisaties van handelaren in akkerbouwproducten (I,. F. O.) heeft een adres doen toekomen t den minister van Binnenlandsche Zaken Landbouw en verdere autoriteiten, die op eenigerlei wijze zijn geroepen, deel te nemen aan de voorbereiding van do wijze, waarop de tarwewet 1931 zal worden uitgevoerd. Als algemeene gedragslijn ten aanzien van in- cn verkoop, levering en ontvangst van inlandsche tarwe meent adressante in het HEVEA -FIETSBANDEN //cM/oppend- //zèrsfarSi Voornaamste Nieuws. '(blz. Ly Vergadering van de Vereen, van Chr, Onderwijzers en Onderwijzeressen te Hil versum. De uitvoering van de Tarwewet 1931. (blz. 2.) Vergadering der Chr. Metaalbewerkers t© Nijmegen. (blz. 5) Vergadering der Vereen. Onze Vloot, t« Den Haag. Economische boycot, door Mr. H. Bavinck* (blz. 9) Vergadering van Pro Rege te Utrecht. (blz. 11.)' Chr. Geref. Predikantenconferentie te Apeldoorn. algemeen belang van de bij de inlandsche tarwe betrokken personen te moeten aanbe velen een zoo weinig mogelijk verstoren van de tot hiertoe bestaande wijze van doen. Dit was: dat de tarweverbouwer zijn product in de open markt verkocht en het product be hoorlijk gereinigd, verzorgd en geëxpedieerd, langs een eeuwenoud commerciéel kanaal zijn bestemming deed bereiken. Is adressante goed ingelicht, dan wordt overwogen een wijze van uitvoering, waarbij de open markt dreigt te worden gesloten en door een mechanisch en kunstmatig distri butiesysteem te worden vervangen. Dit zou er volgens adressante toe leiden, dat de tar we op kostbare en kunstmatige wijze tot een heidskwaliteiten moet worden gebracht, een. nivelleering, welke het persoonlijk initiatief zoowel van den kooper als van den verkoo- per doodit. Adressante verzoekt het daarheen te lei den dat: a. met inachtneming van de bedoeling de? tarwewet en onder controle van de organisa ties, die onder leiding vau den Regeerings- tarwecommissaris reeds zijn tot stand geko men, de tarwe onvermengd koopbaar blij va in de open markt; b. dat bij de uitvoering der wet niet ver der regelend worde ingegrepen dan tot het verkrijgen van een voor alle inlandsche tar we gelijke prijsverhooging wordt vereischt. Aan eiken landbouwer, bezitter of teler van tarwe worde een certificaat verstrekt, waarop het aantal kilo's beschikbare of per H.A. te schatten tarwe in honderdtallen of meervouden staat uitgedrukt. De van certifi caten voorziene inlandsche tarwe kan op de nu bestaande tarwemarkten worden ver kocht voor de waarde, welke zij in verband met haar kwaliteit en met de wereldmarkt, heeft De landbouwer wordt verplicht bij aankoop van de in zijn bezit zijnde tarwe de daarbij behoorende certificaten naa? wensch van zijn kooper te enclosseeren: A. aan een erkend tarwehandelaar; B. aan een door den kooper op te geven geregistreerd maalbedrijf. Iedereen op wien ingevolge liet bepaalde in de tarwewet de verplichting rust om het daarin bepaalde percentage inlandsche tarwe voor bloem of meel te verwerken, is ver plicht onder controle van de tanvecentrale zich van inlandsche tarwe vergezeld van bo venbedoelde certificaten te voorzien. De af te geven certificaten kunnen door! houders-landbouwers telkens na afloop van een voor hen geldend leveringskwartaal wor den ingeleverd bij de Tanvecentrale tegen vergoeding van f 1 per certificaat van 100 KG. met ter beschikkingstelling van de op deze certificaten betrekking hebbende tarwe. Deze tanvc zal dan tegen marktprijs worden overgenomen. ARNHEM GEMEENTERAAD. In de raadsvergadering van Maandag a.s» zal o.m. het volgende aan de orde komen: Beschikbaar stellen van f 71.000 voor het aanschaffen van een cokessorteerinrichting voor de gasfabriek. Adres van het bestuur van de af deeling Rijn- en IJsselhoek van de Geldersch-0 ver- ij sselsche Maatschappij van Landbouw, hou dende verzoek om bij verordening te bepalen, dat buitenlandsch vleesch niet meer als Nederlandsch vleesch mag worden verkocht. Wijzigingen van het raadsbesluit d.d. 9 September 1930 No. 1225, betreffende het stichten van een complex woningen op Plat- tenburg door de Centrale Woningstichting. HF.T NIEUWE DIACONESSENHUIS. Het plaatselijk comité voor de inzameling der gelden voor de inrichting van 't nieuwe Diaconessenhuis kan na optelling der ver schillende posten als resultaat meedeelen, dat de totaalopbrengst is i 13349.S7 plus f 2000 in obligaties. APELDOORN R. KERKHOVEN t In den ouderdom van ruim 85 jaar is over leden de heer R. Kerkhoven, oud-A. R, raads lid en oud-Wethouder van Ónderwijs. Wijlen de heer K. is 11 jaar Wethouder van Onderwijs geweest, n.l van 4 Januari 1910— 3 Maart 1921, in welk jaar hij om gezond heidsredenen ontslag nam. De heer K. maakte reeds deel uit van den Raad van IS Aug 189323 Aug. 1898. Hij trad toen af, doch werd herkozen in 1898. Daarna is hij onafge broken Raadslid geweest. Jarenlang was de overledene bestuurslid van de Vereen, van Geref. Schoolonderwijs te Apeldoorn,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 1