r DINSDAG 17 FEBRUARI 1931 VIERDE BLAD PAG. 11 DE RIJKSMIDDELEN BINNENLAND. PRODUCTIEVE WERKVERSCHAFFING Radio Nieuws. Gemengd Nieuws. EEN HOLLANDSCH ORGEL-GEDICHT OVER DE MAAND JANUARI De Rijksmiddelen hebben in de afgeloo- peo maand opgebracht 43.255.758 tegen ƒ44 458.585 in dezelfde maand van het vorig jaar. Al reeds bij het begin van dit jaar is dus «en teruggang van de Rijksmiddelen te eonstateeren. Van de 21 posten op den Staat der Rijks middelen zijn er slechts 6, diie in Januari Jets meer opbrachten dan verleden jaar. Aan Personeele belasting werd ontvangen ƒ3.301.426 of ƒ57.473 meer dan in 1930. De accijnzen op gedistilleerd ep tabak brachten resp. op 3.452.202 en 4.459.476 en overtroffen daardoor de <fpbrongst van het vorig jaar resp. met 257.319 en 194.227. Ook de tabaksbelasting met haar op brengst van ƒ2.808.258 kwam iets uit boven verleden jaar. t, w. 174.859. De Staatsloterij bracht in de schatkist ƒ16.974 of ƒ19 meer dan in Januari 1930, elzoo geen noemenswaard voordeelig ver schil. De meest gunstige figuur op den Staat der Rijksmiddelen maakt zeker wel de post „Successierechten"- Deze brachten op 4.102.609 of ƒ888.274 meer dan het vorig jaar AI de voordeelige velschillen, welke de vergelijking met Januari 1930 toont, vormen tarnen een bedrag van 1.572.171. Maar dt overige 15 posten geven te zamen bij vergelijking met het vorig jaar een na deel ig verschil van ƒ2.772.998. Aan grondbelasting kwam binnen ƒ3.222.575 of 9866 minder dan in 1930- Ook de Inkomstenbelasting, die ƒ7.908.643 Opbracht, bleef bij verleden jaar ten achter «n wel 491.575. Ongewijfeld houdt deze verminderde opbrengst verband met den economischen toestand. De vermogensbelasting gaf een opbrengst van ƒ1.251.358 of ƒ92.625 minder dan ver leden jaar Aan dividend- en tantièmebelaeting werd ontvangen 826.223 of 12-038 minder dan bet vorig jaar. De invoerrechten beliepen ƒ5.224.983 en bl ven alzoo 427.194 beneden de opbrengst van Januari 1930. Het statistiekrecht bracht 826.223 yp, terwijl deze post het vorig jaar 80.686 meer in de 6ohatkist bracht. Er valt dus een ach teruitgang waar te nemen van 23 wel een bewijs, dat de hendel allerminst bloeit De accijnzen op zout, geslacht, wijn en bier gaven rcsp. een opbrengst van 194.636, ƒ756.348, ƒ35.103 en ƒ943.272 en bleven al- too bij het vorig jaar resp. ten achter ƒ29.722, ƒ307.774, ƒ16.058 en ƒ190.767. Aan belasting op gouden en zilveren werken werd ontvangen 69.547 of 16.870 minder dan verleden jaar. Ook de zegelrechten bleven in opbrengst beneden 't vorig jaar. Ze beliepen f2.351.323, terwijl ze in 1930 bedroegen f 2.453.478. De registratierechten brachten f 1.343-740 op tegen f 2.274.077 in Januari 4930. Hier Ï6 dus een achteruitgang van ruim 40 percent Ook in dezen sterken teruggang teekent Zich af de ongunstige economische toestand. De opbrengst der domeinen bedroeg f 249.005 of f 54.743 minder dan verleden jaar. Ten slotte dient nog vermeld te worden de post „Loodsgelden". Deze post bracht op t 455.807 en bleef daardoor x 10-588 bij het vorig jaar ten achter. De raming voor grondbelasting en perso neele belasting is respectievelijk f 5.800.000 en f 4.200.000. Hiervan is in Jan. reeds ont vangen f 3.222.575 en f 3.301.426. Men ver- gete echter niet, dat voor het belastingjaar 1931 de grondbelasting slechts voor *4 °P den Staat der Rijksmiddelen veranwoord wordt, want komt van af 1 Jan. 1931 den gemeenten ten goede. En de personeele be lasting is geheel ten bate van de gemeen ten- De vrij hooge bedragen, waarmee deze beide posten op den Staat der Rijksmidde len over Januari voorkomen, hebben groo- tendeels of uitsluitend betrekking op ge- inde belastingen van het afgeloopen dienst jaar. Men zal dus wijs doen wanneer men na wil gaan, of de werkelijke ontvangst in Jan. boven of beneden 1/12 der jaarraming is, de beide posten Grondbelasting en Personeele belasting uit te schakelen. En dan blijkt, dat 1/12 der raming is f 38.324.687, terwijl de ontvangst in Jan. bedroeg f 36.731.757. Men merkt aldus, dat reeds de eerste maand geen hoopvolle teekenen geeft voor de toekomst Laten we hopen, dat de komende maan den ons betere resultaten opleveren, opdat dat de toestand van 's lands financiën, die nu zeker zorgbarend kan genoemd wor den, toch in geen geval zorgw e k k e n d worde. DEPARTEMENTEN Mr. D. G. SPITZEN. Mr. D. G. Spitzen, referendaris bij de directie van den Landbouw, zal in gelijken rang worden benoemd by het departement van Binnenlandsche Zaken. BEZOEK AAN DEN EX-KEIZER Oud-Minister Kan heeft dezer dagen den ex-Keizer van Duitschland te Doorn een be zoek gebracht. EEN WEGEN-PRAATJE ALGEMEENE KLACHT VAN HET PLATTELAND. Men schrijft ons uit Waddinxveen: Vanwege de Hollandsche Maatschappij van Landbouw wordt door de z.g. wegen- commissie een onderzoek ingesteld naar do immer stijgende onderhoudskosten die de plattelands-gemeenten en polders zich moe ten getroosten, in verband met 't steeds tos- nemende auto-verkeer. Het is eon groote en o.i. gerechtvaardigd» grief, dat bovengenoemde lichamen de uit gaven voor wegen-onderhoud jaar op jaai op een schrikbarende manier zien stijgen, zelfs vervier- en vijfvoudigen, zonder dat zy ook maar één cent ontvangen uit het fonds der wegenbelasting. Ook in deze gemeenteis een enquête in gesteld, voor zoover betreft de 5y2 K.M grind- of keislagweg, die do burgerlijke ge meente in onderhoud heeft (Voor de wegen in den Zuidplaspoldcr, die voor een grooi deel ook in deze gemeente liggen, maar ui onderhoud zijn bij genoemden polder, zul len de cijfers er nog wel wat anders uitzien! j Zooals gezegd heeft de gemeente Waddinx veen 5V2 K.M. keislag-weg in onderhoud. En nu de cijfers, die spreken voor zich zelf: Uitgegeven voor onderhoud werd in 1919 f 2772; in 1920 f 4954; in 1922 f 8382, in 1924 1 4510; in 1926 f 6017, in 1928 f 14845 en ui 1930 f 46507. De bij dragen bedroegen nihi 1. In laatstgenoemd jaar zag men zich ge noodzaakt eon gedeelte geteerde keislagwe* in het centrum van de gemeente te b e- straten, omdat de toestand, hoofdzakelijk veroorzaakt door 't snel-verkeer, voor de inwoners onhoudbaar werd; vandaar deze extra-hooge uitgave. De Holl. Mij. van Landbouw verricht hier, naar onze meening een goed werk: het zal wel overal van 't zelfde laken een pak zijn. Het is te hopen dat zij succes zal hebben op haar werk en ook de gemeenten en pol ders hun rechtmatig deel zullen krijgen uit de wegenfondsbelasting. De plattelanders mogen er immers ook aan meebetalen- Waarom dan wel in de lasten gedeeld en niet mee van de lusten geprofiteerd? De regeling die nu geldt achten wij te zijn hoogst onbillijk. DE INDIE-POSTVLUCHTEN Het elfde postvliegtuig is gisteren oit Allahabad vertrokken en na een landing te Calcutta in den namiddag te Bangkok ge arriveerd. Het negende retourvliegtuig landde gister morgen omstreeks elf uur te Schiphol. De bemanning bestond uit de vliegers Wiersma, Parmentier en den werktuigkundige Kotte. Het twaalfde postvliegtuig vertrekt Don derdag a.s. naar Oost-Indië. Correspondentie, hiervoor bestemd, moet uiterlijk Woensdagavond te Amsterdam zyn. Het luchtrecht, verschuldigd boven het ge wone porto, bedraagt voor briefkaarten en brieven tot 5 gram 30 cent, boven 5 tot en met 20 gram 75 cent en verder 75 cent voor elke 20 gram. Ook voor tusschenliggende buiten Euro- peesche landen wordt correspondentie mede genomen. Gemeentelijke steun om seizoen-werkloosheid te bestrijden DS REGELING TE AMSTERDAM De Raad van Amsterdam heeft aaif B. en W. een bedrag van f375.000 ter beschik king gesield voor een regeling, welke voornamelijk ten doel heeft, de Seizoen werkloosheid onder behangers, stucadoors en schilders zoo veel mogelijk te verminde ren, en die neerkomt op een vergoeding van 50 pet. op de uitgekeerde loonen en die in verband hiermede geldt voor de maanden Februari, Maart en April. Overuren en werk, dat buiten den norma len werktijd gedaan wordt, komen niet voor vergoeding in aanmerking, ook vallen buiteu deze regeling de werklieden, die op 31 Jan. nog niet te Amsterdam woonden. Ofschoon de regeling pas een halve maand heeft gewerkt, zijn hieromtrent door Bouw en Woningtoezicht reeds gegevens verza meld, die elk voor zichzelf spreken. Het aantal ingewilligde aanvragen be treft, voor zoover thans de gegevens loopen, 348. betrekking hebbend op 1028 perceelen, waarin 2998 woningen gevestigd zijn. Zeer ruw geschat zal met deze 348 inge willigde aanvragen een bedrag van 70.000 aan uit te keeren premies gemoeid zijn. Voor de uitvoering van dit werk zullen vermoedelijk 250 werklieden van de Arbeids beurs worden betrokken. In uitvoering wa ren op 13 Februari 142 werken, betrekking hebbend op 1031 woningen; het geraamde bedrag van de in deze toe te kennen pre mies bedraagt f 50.000. Het aan'al arbeiders bij die in uitvoering zijnde werken bedraagt 248. Uit maatregelen, welke getroffen zijn voor vijftien woningbouwverenigingen, blijk' dat voor het van deze verenigingen uit gaande werk noodig zijn 104 schilders !G stucadoors en 15 beliangers extra, voor wte er werk zal zijn voor de maanden Februari, Maart en April. De gemeente zelf heeft een blok van 500 woningen aan de Olympia- kade en een blok in Betondorp aangewe zen; in deze beide blokken zullen naar schatting 70 tverklieden, die via de Ar beidsbeurs worden betrokken, werk vinden. Een totaal van 456 werklieden is gedu rende deze drie maanden bij deize nieuwe regeling gebaat; het hieronder begrepen aantal van 248 uit den particulieren wo ningbouw zal echter nog oploopen. Al geeft de gemeente dus f 375000 uit. aan den an deren kant bespaart zij uitgaven, doordat ook gesteunden te werk worden gesteld; ook voor de regeering beteekent dit een be sparing in haar bijdrage voor deze men- schen volgens de crisisregeling. Naar bekend is, hebben regeering en Ge deputeerden te kennen gegeven, dat zij voor dit nieuwe systeem van werkverechaf fing geen bijdrage ter beschikking zullen stellen; wat Gedeputeerd°n betreft zal als nog getracht worden, deze tot andere ge dachten te brengen. DE STATENVERKIEZINGEN DE H.G.S.-LIJST IN FRIESLAND. De Herv. Geref. Staatspartij stelt in de vijf kieskringen van Fr i es 1 arid candi- daat voor de Stalen: F. de Jong, Koudum: P Porn, Berlikum; J. Kingma, Delfstrahuizcn, J. Stienstra, Franeker; S. Boersma, Oranje woud; A. te Loo, Delfstrahuizen en H. Ploeg- stra, Huizen. DE C. H.-LIJST IN THOLEN De christ-hist lijst in den kieskring T hol en Is als volgt vastgesteld: 1. M. M. Schippers (aftr.) Kamperland; 2. mr. R. M. van Dusseldorp (aftr.), Middelburg; 3. W. Dronkers, Poortvliet; 4. W. M. Kloet, St. Maartensdijk; 5. J. van Elsacker, Tholen; 6. Math. Heijboer, Sint Annaland; 7. W. J. Geluk. Tholen; 8. S. de Korte, Tholen. DE V. D. LIJST-MEPPEL. De vrijz.-domocratische lijst van candida- ten in den kieskring Meppel luidt: 1. mr. W. Doornbos (aftr.), Meppel; 2. J. ter Haar Jzn., De Wijk; 3. E. Derks Hzn., Meppel; 4. K. Buiten Azn., Ruinerwold; 5. J. M L. Otten, Meppel; 6. D. Huijser van Reenen, I Dwingeloo; 7. J. F. Hylkemeijer, Nijensleek; j 8. P. Doeterveld, Wupeerv-een; 9. S- Riegstra I Ruinen; 10. H. Tiemes Hzn., Uffelte; 11. W. i de Vries. Zuidwolde. Al jaren lang heeft Amsterdam geen infanterie meer in het garnizoen. Het 7e regiment werd na 1914 overgeplaatst naar Harderwijk. De dienstplichtigen van dit onderdeel van het veldleger, die gisteren moesten opkomen, moeten wegens de in Harderwijk heer- schende griep, tijdelijk in Amsterdam worden gelegerd in de Oranje-Nassaukazerne. Woensdag: XS Februari, HUIZEN (298.8 M.) NCEV. 8 TtJdeeln; 8—8.15 Schriftlezing; 8.159.30 Morgenconcert; 10.30 TUdseln; 10.3011 Korte zlekendlerist. te leiden door Ds. W. A. Wierslnga. Geref. Pred. te Weeep 1112 Harmonlumbeapeltng door M. F. Jur- jaan^. te Hilversum. Zang: M-v. D. v Neerdei* Ongers. sopraan. 1212.30 Gramofoonplaten. 12.30 Tüdseln; 12.302 Middagconcert. 2 Tijdsein 22.30 Gramofoonmuzlek. 2.303 Lezen van Chr. Lectuur door MeJ. M. Wentlnk, te Hilver sum. S TUdseln; 31.30 Concert 4.30—4.45 Gia- mnfoonmuzlek. 4.455 Verzorging van den zen der. 5 TUdseln. 5—6 Kinderuurtje, te lelden door den heer D. A. van Alkemade. te Uen Haag. Zang: Uw H J G v Alkemadev d Zwaai te Den Haag. 6 Tijdsein; 67 Uurtje voor de land bouwers door H Pllon, te Achterveld (U)7 Tijdsein: 77 30 Vrooljjk Programma; 7.30S Lezing door Dr. G. Essellnk. arts te Hilversum. 8 TUdseln; 810.20 Evangelisatie-samenkomst vanuit het kerkgebouw der Baptisten Gemeente Kerkstr. 204. te Amsterdam. 10.2010.30 Pers berichten van Persbureau Vaz Dlas. 10.3011.30 Gramofoonplatenconcert HILVERSUM (1875 M.) VARA 8—9 Gramofoon muziek; VPRO 10 Morgenwijding; VARA 10.15 Orgelspel. 10.30 Onze Keuken; 11.05 Radio Volks universiteit; 11.35 Gramofoonmuzlek: 12 Politie berichten; 12.15 Mlddagconce.rt 1.45 Verzorging an den zender; 2.15 Vrouwenuurtje. 3.05 Gra mofoonmuzlek; 3.10 Cooperatlo-kwartlertte: 3.25 Gramofoonmuzlek, 3.30 Maak het zelf; 4.20 Gra mofoonmuzlek; 4.30 Piano-recital. 5.05 Voor de Kinderen; 6 30 Mandolinecureus; 7 Radio volks universiteit; 7.30 Politieberichten; 7.-15 Joodset» uurtje- 8.55 Gramofoonmuzlek; 9 Muziek; 9 30 Hoorspel; 10 30 Muziek; 11 Persberichten Vaz Diae; 11.10 Gramofoonmuzlek. VORMING VAN EEN VERVOER- RAAD ADHES AAN DEN MINISTER VAN WATERSTAAT. De Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegper soneel heeft zich in een adres tot den Mi nister van Waterstaat gewend, waarin zij de aandacht vestigen op de wenschelijkheid van een Vervoerraad, een adviseerend insti tuut, hetwelk voorstellen zou kunnen doen omtrent een meer rationeele vervoerregeling Zoowel met het oog op het economische leven als op de belangen van de arbeiders, die in de vervoerbedrijven werkzaam zijn en die door den slechten gang daarvan thans vaak onder zeer onvoldoende arbeids voorwaarden moeten werken, bevelen adres santen sterk aan de indiening van een wets ontwerp tot instelling van den Vervoerraad. A. J. G. M. GAILLARD t Op 54-jarigen leeftijd is te 's-Gravenhage overleden de heer A. J. G. M. G a i 11 a r d, oud-lid der Rekenkamer van Ned.-Indië. In 1928 met een jaar ziekte-verlof naar Neder land vertrokken, welk verlof later werd verlengd, was de heer Gaillard niet in staat zijn werkzaamheden te hervatten. Op 30 December jl. nam hij dan ook ontslag. De begrafenis heeft plaats te Den Haag op de begraafplaats Nieuw Eik en Duinen. GENEESKUNDIGE CONTROLE STRIJD OM DE LEIDING. De Studiecommissie inzake Geneeskun dige Controle onder voorzitterschap van baron Wittert van Hoogland heeft geweigerd vertegenwoordigers op te nemen van de Vet. van Bedrijfsvercenigingen en van de Ver. van medische adviseurs, belast met de lei ding van den geneeskundigen binnen- en buitendienst in bijna alle groote Bedrijfs- vereenigingen tot uitvoering van de Ziekte wet. BERLAGE-BRUG AANBESTEED B. en W. van Amsterdam hebben gister aanbesteed de bovenbouw van de in aan- 'bouw zijnde Berlage-brug. Er waren 13 in schrijvers. De laagste inschrijfster was de firma Jonker te Amsterdam met f 60.920. Het hoogst werd ingeschreven door de Kon. Nederl. Machinefabriek v.h. E. H. Begemann te Helmond met f 100.645. LUTHERSCHE JONGEUNGSBOND DE ALGEMEENE VERGADERING. De Nederlandsch-Luthersche JoiJ?elings- bond zal dit jaar zijn algemeene vergade ring houden te 's-Gravenhage op Pinksteren Ter voorbereiding daarvan zal op. een nader te bepalen datum in den Haag een propa- gandabijcenkomst worden gehouden, waarin doel en streven en de stand van het bonds- werk zal worden uiteengezet in woord en beeld. Er zullen o.a, lichtbeelden vertoond worden over het kampwerk enz., welke dp woorden der bevoegde sprekers zullen illus treeren. DE RAMP BIJ DEN OVERWEG TE BLERIK EEN DER SLACHTOFFERS GESTORVEN DE POSITIE VAN EEN BAANWACHTERES Men meldt ons uit Venlo: De heer J. Pecters, één der zwaar gewon den van het ernstige autobus-ongeluk by Blerik, is Maandagnacht 12 uur in het SU Jozef Gasthuis alhier overleden. Het aan tal dooden is hierdoor op vier gebracht. De toestand van de overige gewonden is redelijk wel. De chauffeur vay de autobus, de heer Beverink, heeft heden geheel hersteld het ziekenhuis verlaten. Donderdagmorgen zal de begrafenis plaats hebben van de slachtoffers Swenckel en Winckens te Venray. Hedenmorgen zal het sectie-onderzoek op de slachtoffers van het autobusongeval te Blerik plaats hebben door het parket van Roermond. Waarschijnlijk zullen de slachtoffers Woensdagmorgen begraven worden. Omtrent de oorzaak van de ramp kunnen de autoriteiten nog geen nadere bijzonder heden verstrekken. Vermoed wordt, dat de autobus, toen ze door den trein werd mee gesleurd, tegen het seinhuisje is gesmakt. Het is voor deskundigen onbegrijpelijk, dat er niet méér dooden waren. De baanwachteres, moeder van veertien kinderen, is in zeer overspannen toestand. Een spoonvegdeskundige heeft volgens het „Utr. Dagbl." meegedeeld, dat de direc tie der Ned. Spoorwegen bij voorkeur geen baan-functies in handen geeft van een vrouw die een groot gezin bezit Maar wanneer dat gezin zich uitbreidt, wordt het, bijal dien de man en de vrouw (gewoonlijk is de man baan-werker en de vrouw wachteresj tot tevredenheid werkzaam zijn, een ont zaggelijk las'ige geschiedenis om het gezin, op grond van de familiesterkte, ontslag te geven en weg te zenden. Waar zou men de grens der gezins-sterkte moeten trekken? Wanneer men dit zou verlangen, zouden in menige provincie talloos vele gezinnen uit hun werkkring moeten worden verwij derd. En nu ligt het feit er, dat verzuimen ais hier in Blerik door een vrouwelijk be ambte begaan, tot de zeldzaamheden be hooren; in het geval van dezen Zaterdag middag trof het een baan-wachteres, toeval lig een moeder van vele kinderen, maar het is nog slechts enkele weken geleden, dat voor den kantonrechter te U recht een halte-chef van het sta'ipn Maartensdijk te recht stond, omdat hij bij de nadering van een snel rein in gebreke was gebleven de overvveg'boomen te sluiten. Deze beaml-'e had heelemaal geen bemoeienis met kinde ren thuis. En het toeval wil, dat by de laa'stvoorgekomen gevallen van te late slui ting van een overweg ojiu. aan de Ram straat en aan den Ezeldijk te Utrecht al deze gevallen vielen op rekening van man nelijk perspneel, die niet door gezinszorgon werd in beslag genomen. Men zou kunnen zeggen: geen moeders van gezinnen als baanwachteressen, maar apart mannelijk personeel, of kinderloozo vrouwen. Maar dan staat men voor het ge val. dat deze beambten soms tijden lang werkeloos zouden moeten blijven, als geen treinen hun post passeeren. De bewuste overweg te Blerik wordt gepasseerd door acht passagierstreinen richting Nijmegen en door acht passagiers'reinen richting Venlo. Hoeveel goederentreinen er voor ij gaan. wi*t de zegsman niet. Maar menige overweg is niet zóó druk, dat er als baanwachter een volledige daktaak valt te vervullen. In een der berichten is vermeld, dat do baanwachteres te Blerik het kloksignaal van trein-nadering niet zou hebben gehoord. Het niet. hooren van dit signaal is voor het baanwac'hterspersoneel nooit een veront schuldiging. Dit personeel mag niet afguati op het kloksignaal, oiaar moet de wegslui- ting bedienen op grond van de tijden der dienstregeling. Het kloksignaal is alleen bedoeld als herinnering van de tremnade ring, zonder meer. Juist met het oog op do mogelijkheid, dat dit signaal weieens zou haperen of op het naastbij zijnde station van vertrek verzuimd zou zijn. is in de in structie voor de ovenvegwachters bepaald, dat men niet mag steunen op dit kloksig naal, waaraan derhalve geen andere be- teekenis mag worden gegeven dan die eener herinnering. DE DOODELIJKE DAMP MAN EN VROUW OVERLEDEN Te Stellendam is de heer Van O. aan ko- iendampvergiftiging overleden. Eenige da gen daarvoor werden de heer Van O. en zijn echtgenoote in het huis bewusteloos aan getroffen door een zware kolendampvergifti ging. Het huis was gesloten, doch de poli tie had de deur geforceerd. De vrouw is thans ook aan de gevolgen overleden. Door JAN ZWART Opder de vele merkwaardige dingen, die men tegenkomt bij het onderzoek naar onze vroegere orgelgeschiedenis uit den tijd vlak na de Reformatie treft altijd weer, hoe on der het betrekkelijk klein getal gegevens, dat Licht werpt over toenmalige gewoon ten en practijken, de" meeste nog afkomstig zijn van Gereformeerden of Hervormden onder de schrijvers, dichters en kroniekere. Wie geeft, om met een voorbeeld te begin nen. zulk een uniek staaltje van intiem muziek-gebeuren als de mede-overzetter van onze Sta ten-Bijbel, Ds. W- Baudartius in zijn „Memoryen"? Hoort hóe hij zich bij Sweelincks dood (1621), herinnert: „Desen Apollo heeft gehat den aert van meest, alle Musicanten, daer van eencn Latynschen Poeet aldus spreekt: dat i6 te seggen, datmen de treffelicke Musiciene niet lichte- Jijck aan het singe of spelen en can bren- ghen, meer a'smense daer aen gebracht heeft, so cunnen sy qualick op houden My gedenckt, dat ick eens met eenighe vrien den by meyöter Jan Petersz. Swelinck mij nen eoe-den vriend, gegaen zijnde, met noch andere goede vrienden, in de maend van May, ende hy aen het spelen op zijn Clave- cymbel ghecomen zijnde, het 6elfde conti nueerde tot omtrent midder nacht, spelende onder anderen het liedeken „Den Iusteli- cken Mey is nu in zijnen tij dt"d'welck hy, soo ick goede memorye daer van hebbe, wel op vyf en-twintigerley wijzen speelde dan sus, dan soo. Als wij op stonden ende onsen af scheyt wilden nemen, so badt hy on6, wy eouden doch dit stuck noch hooren, dan dat stuck, niet cunnende op houden, also hy in een seer soet humeur was, ver- naaeckende oock hem selven"? En is het ook niet de Gereformeerde Stads-Predikant van Deventer, Jacob Revius, die ons geen twijfel meer laat vanwaar Sweelinck's herkomst i6, Amsterdam of Deventer? Revius, die zijn jeugd in Amster dam doorgebracht had en ongetwijfeld be hoord zal hebben tot de „eenighe goede vrienden", die 's nachts om 12 uur, nog moeite hadden om van den Meester af te komen en „af scheyt" te nemen Men leze den nadruk dien hij legt in zijn „en weett" els bij bij een Sweelinck-portret als met opzet schijnt te willen beweren: „Laet Sweellnck beeltenis aentrekken uwe oogen De ooren heeft hy levende nog getogen En weett' hoewel hy leefde en stierf tot Amsterdam, Van Deventer nogtans die grote zanger quam"! En wat óók opvalt in deze overleveringen is: de kennis van zaken, die deze oude1 schrijvers en dichtere hadden van wat ze beschreven aan instrumenten, speelgewoon- ten, muziekpractijken en gebruiken. Om nog even bij Revius 'e blijven hoe geestig maar ook hoe technisch jui6t be schrijft hij de werking van het orgel in zijn allegorisch gedicht, tevens lijkschrift op het overlijden van zijn Groote Kerks voor zanger en orgelspeler Claude Bernart: „Het Orgel io een heelt van H leven hier beneden, Veel pypen staender in, verdeylt in baer geleden. Een ijeder heeft syn pleets, een Ijeder syn geschreij Soo ie den staet en praet der men6chen velerlei). Ghy hoort de lichtste pijp het alder hoochste blasen Oock die het minste weet, wil 't aid er meeste rasen. Nu 6iet eens het pedael, men treettet metten voet. En geeft nochtans den dreun daer al op steunen moet", enz. En hoe blijkt hij in zijn pracht-Sonnet „Scheppinge", bouw en klank te kennen van het instrument de Luit, dat in zijn da gen de populariteit bad van onze tegen woordige huisorgels en piano's: „God heeft de wereld door onzichtbare klavieren Betrokken ais een luit, met al zijn toebehoor De hemel is de bocht vol reien door en door Het rooeken: zon en maan. die om ons henen zwieren, Twee grove bassen, die staat? bulderen en tieren. Zijn d'eard en d'oceaan; de quinte, die het oor Verheuget ie de locht, de reste, die het Koor Volmaket, is 't geboomt en allerhande dieren", enz. Bleven we. b" wat we kw nu toe citeer den. nog bepaald tot enkele personen, zaken en locale aangelegenheden in het gedicht dat we zoo aanstonds voor ons hebben, zien we allerlei opdoemen Jat ons oog helpt openen voor wat er in onze oud-Holland- sche 17e eeuwsche meest „notabele" 6teden aan orgelleven, ontwikkeling en belangstel ling heeft bestaan en gewerkt. We leeren er namen, toestanden en gebeurtenissen uit kennen; onderscheiden er verhoudingen in van Kerkelijken, wereldlijken en muzikalen aard, die ons, geholpen door eenige kennis dier tijden, een niet geheel en ai onbetrouw baar beeld verschaffen van den ontwikke lingsgang der Protestanteche Orgelspel- Kunst, eeretmaal door Sweelinck begonnen, en trouw, tot ver in onze goude eeuw, door een b.eede schare van leerlingen en na-leerlingen gevolgd en voortgezet Dit belangwekkend document dan, is dat, hetwelk men fragmentarisch misschien wel eens hier en daar in allerlei kleingoed- literatuur over orgel 16 tegengekomen, maar in zijn geheel vinden kan in de oorspronke lijke uitgave „Bloemkrans van verscheidene gedichten" in 1659 te Amsterdam bij Louwys Spillebnut verschenen. Het is van een, in de Nederlandsche Letterkunde niet onbe kenden naam en wel Johannes Dullaert, die het opdroeg Aen den geest- en kunst-rijken Mr JOAN CRABBE Orgelist tot Rotterdam, en luidt als volgt: Wanneer Uw Kunstgeleerde Hand Op Maten en op Stekken springt. Staat Kerk, Gewelf en Koor in brand, Door 't vuur dat uyt de Pypen dringt; Het. Orgel blaakt van enkel vlam, Gestoelten, Bankken en Portaal, Pilaren, Zarken, koud en klam, Die gloeijen brandende al teroaal, Doch niet van een verterend vier Maar van 't geen 'n uw geeste blaakt, 't Welk. door zijn goddelijke zwier, Ons stom en 6tijf als Marmer maakt; Wanneer gy 't vijf en twintig paar Registers uit het Orgel trekt. Daar elk. bij beurten, voor en naar, Ons voor een and re toon verstrekt: Dan hoort men Harp. en Veel. en Luit, Bazuin. Schalmei, en Veld-trompet, En Lier, en Holpijp, Cijtter. Fluit, En Nachtegaal, Cimbaal, Kornet, En noch veel and re toonen meer, Die kunstig onder een gestrikt, Gelijk een helder zomer-weer, Het dompig hert des mensch verquikt Hoe zoet, hoe lieflijk streelt uw hand, Klaauwler. en Stek, en heele Maat! Hoe zuiver eel dreunt uw Tramblant, In 't oor van die de Kunst verstaat! Gy breekt op Zwelings edle zwier, Uw Psalmen geestig in der haast, En Op zoo veelderiei manier, Dat keurige ooren staan verbaast Uw Vader Krab, de Vois, Verryt, En H e 11 e n b r e k e r, en van Noord, Die worden tot twee 6tedens spijt, In uwe handeling gehoort Zoo 't Spaar gevonnist had na recht, Het Orgel was u toegeleit. En hoe 't ten Bos ook wierd beslecht, Kunstrijken Krab, dient niet gezeit. Gij jaagt de droefheid uit het hart, In 't Kerkgewelf van Sant Laurens. En heeld, door 't Orgelspel, de smart Van 't alderdroefste en treurigst mensch. Indien 't de Doon geoorlooft was, Zij rezen op uw schel gel uit Gelijk een Fenix uit zijn asch. Ten nare en duistre graven uit Ik zie 't Gestoelte, en Koor en Plein, Eer lang, met menschen zoc vervult. Dat zelf de Kerk zal zijn te klein. Voor haar, die gij daer trekken zult- Wie wenscht dees droeve Wintertijd, Dan stil te krochchen bij den haard? Of daarme on nut zijn tijd verslijt, Bij d'eene of d'andre dronke waart. De geest, de kun6t de wetenschap Van Fresco Baldi en Libert, Die hoordme in u o jonge Krab Wanneer gij Febus Cijtter tart, Hoe vleyend volgt gy Jesses zoon, Door orgelpijpen, 6chel van 6tem' Hoe steekt gij S c h e i d m a n na de Kroon! En trotst 't aloud Jerusalem; Met toonen, die Jebovaae lof, Op Davids snaaren galmen deen, In 't heilig, heilig, heilig stof Daar d'Opperpriester rookte alleen. O Krab' gij zijt der kunsten Bron, Prald gij dus in uw Dageraad, Hoe zal dan glinsteren uwe Zon, Wanneer hij op den Middag staat? Hij moet dus wel jong geweest zijn, nog „in zijn Dageraad" de geest- en kunst rijke orgelmeester Johannes Crabbe, toen hij zijn officie aanvaardde in 1657 ate Or gelist aan de Groote- of Laurenskerk van Rotterdam, en al heel spoedig het hart der orgellievende Rotterdammers gewonnen te hebben om nog geen twee jaar later, in 1659, vereeuwigd te worden voor tijdgenoot en nakomeling, in tuitend rijm en lovend dicht! Zooals gezegd, zien we hem, Johannes Crabbe,van Amsterdam, zoon van Jacob Jan6z. Crabbe, de orgelist der Alkmaareche Laurenskerk, in 1657 te Rotterdam aange steld door Burgemeesteren en wel, zooals toen de gewoonte was, met de verplichting over en weer van een zeker aantal jaren, in zijn geval 8, „der stad 6tevig ende vast verobligeert te wezen". Hij nam daarbij op zich: Zondags en ia, de week een half uur te spelen na iedere predicatie, het begelei den van het psalmgezang, het schoonhou den en zoo mogelijk herstellen van het or gel en het geven van Dagelijksche Orgelbe spelingen van 1 Nov.1 April, eiken avond één uur, van 6—7. Blijkbaar was het hem vóór zijn Rotter- damschen tijd, nog niet bijzonder meege- loopen in het vinden van een goede plaats om zijn kundigheden te kunnen toonen. Af gaande op wat zijn dichter, (misschien wel zijn vertrouwde), door laat schemeren, had men hem te Haarlem niet „gevonnisl na recht" toen daar eenige jaren terug in 1655 een examen had plaats gehad, waar de Later niet onvermaard geworden Joan Dusart, de gelukkige was geweest, van wien weer een ander dichter F. Snellinx de heugenis voor ons vasthoudt in zijn: Aan den Fenix der maatzangeren Mr JOAN DU-SART om 't Orgelist-ampt spelende. „Gij deedt uw vingers niet zoo haast op stekken spelen, Of 't maatzangkundigh volck voer dus in reeden uit: Wat Godde>lykker galm komt door de pijpen dringen? Maakt Hellembreecker weer, of Zweeiingh dit geluidt? Neen! riep men, 't is Dusart, die dus zijn kunst laat hooren, In wien de geesten van die beide zijn herbooren". Ook „ten Bos" Ce-Hertogenbosch) aan de Janekerk had het voor Crabbe niet willen boteren toen er in 1655 door het overlijden van Mr- Stroomberg, orgelist, voorzanger en voorlezer, een vacature was ontstaan, die eerst in 1657 zou eindigen toen men ertoe overging een examen uit te schrijven, omdat zich al dien tijd geen enkel orgelspeler had aangemeld, die een „expert meester" was. Op welke manier het „ten Bos" voor den „Kunstrijken Krab" wierd beslecht, laat ons verder onverschillig. Voor hem doet het ons nog na zooveel jaren genoegen dat Rotter dam hem met Dullaerts' dichtregelen de sottefactie schonk hoe deze twee steden tot hun „spijt" van achteraf wel zouden gewaar worden hoe ze zich vergist hadden door hem hun orgels niet te hebben „toegeieyt". Want al leken daar te Haarlem in Dusart's „ge- luydt" de geesten van Sweelinck en Helm- breecker „qte herboren" in Crabbe's ..handeling" schenen wel al de kundigheden en eigenschappen van 't eelst wat Holland aan orgelspelers had bezeten of nog bezat, belichaamd als we tenminste zijn lof dichter willen gelooven. 't Was geen onbeduidend orgelwerk, welks „Klaauwier en stek" (toets) Crabbe's „Kunst geleerde hand" zou streelen" tot kort voor 17 April 168Ü Hendrik Wilkena zijn opvol ger werd. ,,'t Vijf-en-twhitig paar" registertrekbere, zooals Dullaert ze dichterlijk telt, verdeeld over 44 stemmen op „drie manuaell olavie ren met een pedaell appar" naar luid van 't contract 18 Aug. 1642 opgemaakt was er, betrekkelijk nog kortgeleden dus. ingebouwd door den Anwerpschen Orgelmaker Hans Goltfus, onder toezicht van den toen ma li gen functionaris aan de Groote Kerk, Joha-n Baptista Verryt, en berustte met de kast op een tweetal pilaren, die gemaakt waren van de door den storm gebroken groote mast van Trompte Admiraalschip de ..Ame lia" („die thans nog liggen op een der to renzolders" aldus Dr. J. Callenbach in „de Groote Kerk te Rotterdam"). Van.de ofikosenpoeten die het opneme.n en pxamineeren van dit instrument (voor Holland een van de grootste orgels!) mee brachten met elkaar 1628 gld- en 16 et be dragend, lezen wij de volgende specificaties: „Aan de Organisten van Antwerpen, Den Bosch, Amersfoort, Alkmaar en Den Haag ƒ850.10 Aan het tractoren dereelve ƒ537. Aan een speelman met de schuif trompet, voor 2 dagen met de or ganisten ta speien 6. Voeeen we hieraan nog toe het voor dj» tijden niet onaanzienlijk bedrag van ruim ƒ3700.dat bet geheele orgel had gekosi, dan bewijst dit weer hoe onze vroegere stadsbesturen geen geld ontzagen om in bet bezit te komen van „heerlvke werken, pronkjuweelen„die tot heeriykheid ver- strekkon konden en trotzen tegen zoodanige speeltuygen die in andere Provinciën van onze vereende Landen gevonden wierden" zegt een oud schrijver over deze typische 17e en 18e eeuweche orgelliefde onzer vroe de voor-va deren. Nu moeten we er aan toevoegen, dat er bij die biizondere voorkeur die onze steden, na de reformatie meer en meer kresen voor de orgels, nog een belangrijke factor ging medpwerkon die op de uitbreiding, vergroo ting en vernieuwing dezer instrumenten, 6terken en beteekentevollen invloed heeft uitgeoefend. ^lot volgt)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 11