Ifer de VtouM Handwerken Een Ingezonden MODE-VAKSCHOLEN IE R011ERDAM Een heldin (Op verzoek van inzender zonder eenige onöerteekening geplaatst,) Bij al de heldenvereeringen, die in onzen tijd plaats vinden, zijn er toch nog velen die vergelen worden. Vooral juist diegenen die niet hun plaats vinden op de publieke markt des levens. Op zulk een heldin wil ik thans in eenige regelen de aandacht vestigen. Neen, haar foto heeft niet gestaan in de dagbladen en de pers heeft niet over haar geschreven. En toch was zij groot in haar eenvoudig maar rijke leven. De sdhoonste taak, die er op aarde is, is die niet van moeder te zijn? Een van de liefelijkste klanken in den mond der menschen is dat niet moeder? Deze taak heeft zij zoo goed verstaan en vervuld, dat zij geworden is een heldin. Met God en met eere heeft zij zeven kinderen groot gebracht Met God dit was de kracht van haar leven en daarom kon zij een ware moeder zijn. Want zij zorgde niet alleen voor het tijde lijke goed van haar kinderen maar bovenal wees zij op de eeuwige dingen. Zij vreesde den Heere en daarom kon het niet anders, dat zij haar kinderen tot Jezus bracht Haar eigen leven was: bidden, werken en zichzelf geven met al de liefde van haar hart Voor zoover het haar mogelijk was, heeft zij ook buiten haar gezinstaak in alle stilte den nooddruftige geholpen. Ook bezat zij een tevreden geest en is voor velen tot zegen geweest En nu is zij heengegaan naar het Vader huis met de vele woningen, maar de opvoe dende kracht van haar leven blijft voortbe staan. Haar kinderen staan op en roemen haar welgelukzalig. Zij die haar gadegesla gen hebben in haar harmonieus gezin ver wonderden zich over den zegen die daarin lag. Ook zijn er eenige zieken en armpn die God zullen danken dat zij haar in hun le ven mochten ontmoeten. Nu is dit alles niet geschreven,-gij begrijpt het om den mensch te verheerlijken; maar om U te wijzen op de genade van God die ons zulke moeders wil schenken; die zich ook in Uw midden ba- vinden. Stille godvruchtige moeders vragen geen openlijke eer, maar wel, en dit is het waarop ik wijzen wil, waardeering. Waar deert gij Uw moeder? Weet gij wat een moe der doet? Gelukkig zij die hun moeder waar decren of gewaardeerd hebben. De belooning zal naar Gods Woord niet uitblijven. Het licht van Gods genade is gevallen over hei leven van deze moeder en dat licht is voort gegaan en heeft gelicht tot den vollen dag toe. bij de hand Heel vaak zijn er in een huishouden din gen bij den een dit en bij den ander weer wat anders, die men geregeld zieken moet terwijl het juist zoo gemakkelijk zou zijn, ze maar vlot voor het grijpen te heb ben. Wie handig en vindingrijk is weet er dan meestal echter wel iets op te verzin nen, die dingen op de juiste plaats te houden. Zoo vond ik bijv. eens bij een praktisch huisvrouwtje die erg haar best deed om ondanks alle huishoudelijk werk (dat zij bijna geheel alleen deed met slechts een dag per week 'n werkster) toch toonbare handen te houden; liet fleschje met glyce rine aan een touwtje aan de keukenkraan haneen. zoodat zij het altijd dadelijk na het handen wasschen, grijpen kon en liet nooit op de aanrecht tusschen andere dingen te zoeken had. Een ander, bij wie al groote jongens in huis waren, die altijd overal waar zij luci fersdoosjes zagen liggen, er naar grepen en ze na gebruik in eigen zak deponeerden had (op mijn aandringen na haar klachten) de gewoonte '11 doosje met 'n touwtje (dooi de huls heengehaald) aan de stang van het gasstel te verbinden: De huls zit dan vast en een enkel doosje zonder sluiting, gapt niemand! Zijn er geen groote, maar kleine kinderen, aan doet men wijs de lucifers op die manier wat hoog te hangen, aan een spijker die men boven gasstel of fornuis in den muui- slaat. Precies zoo, bergen we de schaar hui ten het bereik van kleuters en toch altijd bij de hand: hangen haar op in keuken of huis kamer. Zoo zijn er vooral voor de keuken en hulskamer een massa dingen die men prak tisch opbergen kan, onbereikbaar, voor wie er niet aan mogen komen, maar juist altijd direct binnen bereik van wie ze noodig hebben. Vaak kan men daartoe van stevige stof iets maken. Bijvoorbeeld aan de binnendeur van een keukenkast kan men een groot stuk linnen of Brabantsch hangen, desnoods met bordpapier er achter voor de stevigheid, en waarop men verschillende zakjes vaststikt die bepaalde noodzakelijk Voor 't grijpen lig gende dingen kunnen bergen. Ook in de huiskamer vooral in en bij buffet of dressoir, kan men in dit opzicht zijn vindingrijkheid bot vieren. Aparte hokjes maken voor dingen waar men geen hokjes voor heeft, door bijv. hou ten of stevig kartonnen doozen in een la te leggen, zóó juist passend en stevig aan eensluitend tegen elkander aan, dat er geen verschuiven mogelijk is (want anders Wordt het juist slordig) geeft in een enkel deel van buffetla, of in naaitafella gelegenheid voor ordelijke berging van de kleinere dingen. Voor platte dingen kan men ook heel vaak taschj?s maken die als sachette of nachtzak in envelopmodel heel vlug inelkaar te stik ken zijn. Een voorbeeld van zooiets ziet men op de afbeelding hieronder. Daar is een eenvoudig taschje gemaakt dat men in een la bergen of aan het deurtje (binnenkant1) hangen kan en waarin kurken- of raffia ma'jes worden geborgen. Hoe vaak grijpt men even naar zooiets, als men wat warm» of vochtigs op tafel zetten wil, en moet dan dikwijls even scharrelen tusschen andere dingen die in dezelfde lade opge borgen worden. Hier heeft men ze bij elkan der. Een rechthoekig lapje wordt een kind kan het maken omgefestonneerd of omgehaakt Op een derde van de lengte vouwt men het dubbel, naait de randen samen met fes- lonsteek, en stikt ook de overslag in het midden vast in lengterichting, ziodat er twee zakjes ontstaan, één iets grooter dan het andere. Heeft men ronde 01 rechthoekige matjes van ongeveer dezelfde grootte, dan kan men natuurlijk die stik- naad weglaten en met een zakje volstaan. Op ons voorbeeld werd er nog een versie ring op aangebracht: ronde en ovale matjes als applicatie, waarop oogen en neuzen ge borduurd, terwijl verder een paar rechte lijntjes het idee van armen en beenen mie ten geven. Naar omstandigheden gevarieerd geeft het een aardig idee voor een kinder werkje, ook voor bazars e.d. gebreide pullover (Knippatroon voor SO c.M. bovenwijdte) Om nu zooveel mogelijk iedereen te be vredigen, volgt hier nog een echte sport- of ijstrui in volwassen (maar niet groote) maat Met een klein verschil in het knip patroon dat men gemakkelijk zelf teekent kan men het model geschikt maken voor groote jongens of anders voor nog grooter heerenmaat. Ook den pullover is uit „Heerenvesten cn Pullovers" Uitgave van Wees en Weiss Door de dubbele draad wordt het een dik en heerlijk warm kleedingstuk. De pullover is versierd met een ingebreid blokmo'.ief. Opgemerkt zij, dat bij blokjes breiwerk de rekbaarheid van het voorwerp niet zoo groot is als bij gewoon breiwerk. Men moet daarom de pullover vooral niet te nauw maken. Van voren aan den onder rand beginnend, hreit men in heen en weer gaande t. Altijd wordt 1 s. r.; 1 s. a. gewerkt lil s. opzefen en eerst 15 t. wit breien. Men zorge voor gelijke kantsteken en breit daar om de laatste s. recht en baalt de 1ste s van de volg. t. a. af. Met den 16den L be ginnen de blokjes. Ieder blikje wordt ge vormd door 8 s. (afw. 1 s. r. 1 s. a.) De eerste S s. worden met den witten draad gebreid. Dan wikkelt men den draad tweemaal vjin achter naar voor om de naald. De volgende 8s. worden slechts af gehaald, waarvoor men achter ;n de steek steektdan weer 8 s. wit, 2 maal omslaan S s. afhalen, enz. tot het einde van den I. De tweede t. breit men met goudbruin in dezelfde richting, Alle omslagen van den vor. t laat men in dezen 1. vallen, ze die nen alleen om de spandraden losser te doen liggen, opdat een zekere rekbaarheid bewaard blijft. De l&te s. wordt goudbruin '51™Tz Knippatroon voer SO c.M. bovenwijdte, a voorpand (half) ruq (half) b mouw (half). guimpewerk Sommige lezeressen die nog nooit guimpe werk uitgevoerd hebben en het toch wel graag eens zouden probeeren, zullen waar schijnlijk daarin met een weinig mceite kunnen slagen aan de hand van de vol gende beschrijving met afbeeldingen. We nemen een en ander over uit een JBeyersboek" en wel uit de „extra-serie" no. H. 308. „Guimpewerk" uitgave G. van Wees en Weiss, te Zeist, Amsterdam. Het boek is in den handel en kost 60 cent; wie er dus meer van weten wil dan deze beginoefe- ningen kan er naar vragen. Het best is, om, wanneer de beschrijving niet voldoende helpt, eens nader te vragen in den winkel waar men guimpevorkjes koopt. Misschien is het nog beter om gelijk bij het koopen, te vragen, of men de ,.slag" even wil voordoen; want wie het dan een maal gezien heeft, zal het zeker aan de hand van deze afbeeldingen kunnen na doen thuis. Men begint de guimpe met 1 kett.s., neemt de vork in de hand, legt den werk- draad van voor naar achter eerst om de linker-, dan om de rechterland, zie afb. a. nauwkeurig oplettend, dat de kett:s. pre cies in liet midden tusschen de twee tan den ligt, waar men deze gemakkelijk met den duim en wijsvinger van de linkerhand vasthoudt. Nu haalt men de met 1 aange duide draad door de kett.'s, waarop eerst de eigenlijke guimpe begint Men steekt daartoe van onder naar boven in de voorste helft der zoo ontstane lus, zie afb. b en haakt in deze 1. 1 v., waarop dan al naar den aard van de guimpe, zie de guimpen van 13 het andere volgt. Men beginne op nieuw, wanneer deze eerst v. niet precies in het midden zit. Men keert nu, terwijl men de vork slechts aan de linkerhelft vasthoudt, de haaknaald naar achteren legt en de vork naar zich t:.-e, naar links om. De werkdraad heeft zich op deze wijze vanzelf nu om de linker, dan om de rechter tand gplegd (de volgende lus vormend). Men steekt nu steeds afwisselend in de bovenste linker 1. van onder naar boven, haakt de guimpe en keert dan op de boven om schreven wijze. Hoe de verschillende guim pen gewerkt worden, die in de afb. 1—3 ge geven zijn, toont het onderschrift bij iedere afb. Zoo werkt men lus op lus, zooveel men noodig heeft Men telle echter beide zijden nauwkeurig, opdat geen lus aan het benoo- digde aantal ontbreekt. De guimpebandjes worden eerst nadat het geheele kleedje ge reed is, tu een cirkel gesloten, doorda; men de einden aan den verkeerden kant goed. doch niet te dik, aan elkaar knoopt en de draden afhecht, daarbij de puntjes van het midden zooveel mogelijk intact latend. Nu zijn er natuurlijk nog andere, meer ingewikkelder guimpebandjes te maken, bijv. met 4, 5 of meer vasten, of door in de een of andere lus 1 of 2 vasten te haken en in de volgende een vaste met een of 2 stokjes, en zoo om den anderen. Ook kan men eerst een paar lussen met telkens 1 vaste vullen, en dan daarna evenveel lussen werken met meer vasten en stokjes, dan weer evenveel met een vaste, enz., enz. Er zijn vele variaties te bedenken, maar ge woonlijk worden alleen de eenvoudige band jes gemaakt, zooals hierboven beschreven werden. Men haakt twee guimpebandjes aan el kaar, door vasten te werken beurtelings in een lus van het eene, en daarna in een volgende lus van het andere bandje. a. Begin van een guimpe, draad 1 wordt dom gehaald b. Hét steken in de lus van een guimpe. Guimpe 1. in iedere l. i v. Bij deze eenvou dige qulmpe is het mid denbandje zeer smal en liggen de lussen dicht bijeen. Guimpe 2. in iedere lus v. Guimpe 3. in iedere l. 3 v. Bij deze guimpe worden in hel midden puntjes gevormd en staan de lussen verder tan elkander verwijderd Breipatroon voor de manchet. gebreid, dan 2 maal omgeslagen en de vol gende in den vor. L gebreide 7 s. nu afge haald. De volg. 8, in den vor. t afgehaalde s. worden nu gebreid, dan 2 maal omgesla gen, 8 s. afgehaald, enz. tit het einrie van den t. De laatste s. wordt met dubbelen draad recht gebreid. Nu het werk keeren en met wit den 3den L werken. De omsla gen van de» vor. t. laat men weer vallen. Bij deze en alle volgende, aan den ver keerden kant gebreide t. slaat men na de S gebreide van voor naar acher om. Bij de afgehaalde s. wordt de draad vanzelf sprekend vóór langs het werk gelegd. De •ie L wordt weer goudbruin gebreid, zonder het werk te koeren; de laatste s. van deze t met dubbelen draad. De eerste tot vierde t. worden nu nog 2 maal herhaald, dan is het eerste blokje gereed en de kleuren m leien in den volgenden t. verzet worden. Men be gint dan dus met goudbruin, breit op de eerste S witte s. S goudbruine s., slaat 2 maal om. haalt de volg. S witte s. af. enz. (zie de afb.). Op deze manier breit men 14 blokjes -boven elkaar. Het werk is dan 3? c.M. lang ieder blokje is ongeveer 2.3 c .M hoog en breed), voor de vinning van de halsuitsnijdingen wordt het ln het midden gedeeld en in 2 helften verder-gebreid, tot den schouder werkt men nog 12 blokjes. Langs den binnenrand wordt voor de vor- haakpatroontje Filet. Een aardig en toch gemakkelijk haak- patriontje beelden we hier af, het is een randje met schulp, waar we meteen dè hoek van zien. Iedere handige haakster za! het van zoo'n patroontje kunnen na wer ken. Lukt het de een of ander niet, dan geve die het maar op, want een nader pa troon hebben we er niet van. Alleen wil ik nog opmerken dat de enkele motiefjes er in, de vlinders, zeer goed kun nen dienen als kruissteeknatroontjes. Ook kan men, in plaats van de binnenzij de den rand recht te houden ook daar de schulprand maken en heeft dan een pa troon voor entre-deux, of voor een kruis steekrand, die als versiering over een vlak loopt (bijv. als gordijnrand of langs kinder jurkje). P IU l i» vooeva «JaJP - im sa* a a a a ■••aaaaaa "5® a aa •••••a «i£ i «a 9 - o5«n»i I. i _j aaaaaaoaaaacL a .-•••• Hl ui ••••«•••u i r aaaaa a m avaaaaiia'l omit hi a a aiaia a •niiim aaaa-— «Sta - a aa -am iiaiauiliiiiiiii aa o» ai -a a" aa «aaa a -aaa -a a ca i ai '.aaaa aa aaaaa a a a *i aa -.a a -aiaiaaaae* aaaa a - a aa .a a iiaiiitHiiii* a «••aaa. - aaaass aa a* aaaaa.. Mfi - aaaa aaa a •II a ai aaa a** aaa nil •aaaaa .'-•' •••••I m» a a •nan aaa aa aaaaa - m m a,- a®aaa aaaa aa -> aaa aa- a »',fn«iiiiO«i a# a a aiaaiaa aa - •••••Hi aaaa i»a*aa aaa laliiliiiiiia laaiaai - aa- lUk' -. aaaaaaeaar- a lllii a.». 41» f ••••••,-. «"ff 7ll( inn l\ m.msy ['mm* '&P het onderhoud van geemailleerde pannen Onlangs hebben we het terloops gehad over het schoonhouden van alluminium pannen, melkkokers en steelpannen, die men zoo gerust heel heet kan afkoelen in koud water. Wat men met geëmailleerde nooit mag doen. Deze hebben echter weet het gemak, dat men ze kan uitkoken mei soda, waar alluminum zwart van worden zou. Een eenigszins uitvoerig voorschrift voor het onderhouden van emaillc pannen von den we in de bekende Encyclopadie voor de huishouding (Uitg. Meulenhof) waar het heet: Email. Vooral hier geldt het parool ,.een goede behandeling verzekert een lang leven". Want al zijn de pannen en ketels ook van de allerbeste kwaliteit, als er ruw of verkeerd mee wordt omgesprongen, ra ken ze al gainv in verval. Wie het ge vreesde afschilferen wil voorkomen, moet de volgende tien geboden in acht nemen: le. Laat geen vloeistof tot den laatsten druppel in pan of ketel vei koken. 2e. Giet nooit koud water in een heete panv 3e. Laat email nooit vallen en zet het niet hard neer op marmer of steen. 4e. Zet geen pan droog op het vuur. 5e. Zet een pan, die kokendheet is, niet direct op een kouden ondergrond. Door de plotselinge afkoeling kan het email sprin gen. 6e. Zet de pannen na het gebruik met lauw water weg en wasch ze daarna in warm zeepsop. Is er aanzetsel ln, dat nog te vast zit, bien dil dan weg met Brussel sche aarde of zandzeep. Is dit niet mogelijk doe dan nog wat water in de pan opdat de korst verder los kan weeken. 7e. Krab nooit met messen of andere har de voorwerpen het vuil af, maar gebruik een harden panneboender. Of kook de pan nen uit met sodawater. In de meeste geval len zal het vuil dan loslaten. Se. Zien de pannen er wat goor en on- Het blokjesbreipatroon. ming van de spitse uitsnijdingen in iederen Oden t. 1 s. geminderd, zoodat op den schou der nog 4S s. (is 6 bl kjes) voorkomen. Dan zet men tusschen de beide helften 48 s. op nieuw op, die de achterzijde van den hals vormen en breit, zonder het blokmotief te onderbreken, op 144 s. verder. De rug wordt even lang als het voorpant gewerkt, aan het eind weer 15 t. wit. De mouwen worden afzonderlijk gebreid en in genaaid In wit zet men 100 st op en breit heen en weer gaand 1 sL recht 1 sL a. langs de randen volgens het knippatroon minde rende, zoodat ten slotte nog 64 s. op de naald zijn. Dan wordt de 8 c.M. lange man chet aangebreid. Men werkt 7 t wit, afw. 2 r„ 2 a., dan 2 t. goudbruin, 5 t. wit, 2 t. goudbruin, 5 L wit, 2 t. goudbruin, 7 wit, daarna afkanten. Romp en mouwen worden dichtgenaaid, de romp zoover dat een arms gat open blijft, dan naait men de mouw in. Om de halsopeningen wordt een rana aan gebracht, waarvoor men witte wol en fijne naalden een boorbandje op 14 s. 75 C.M. lang ceh re id wordt Voor het breien van een boorbandje met 2 naalden zie men de afb. Hel gereed zijnde bandje legt men vlak en naait het aan eene zijde van de halsope ning vast. De einden worden midden vóór breed over elkander gelegd. frisrh uit, boen ze dan met verwarmd bleek water uit, waarin wat azijn is gemengd, en zorg er voor, vaak en goed na te spoelen. 9e. Maak geëmailleerde kachels en for nuizen schoon met warm zeepsop, droog ze en wrijf ze dan na met witte of zwarte meubel was. 10e. Boen geëmailleerde teilen uit met Brusselsche aarde en zeep, spoel ze goed na en droog ze met een zeemleeren lap. M >cht het email bruin aangeslagen zijn, wrijf het dan af met bleekwater en azijn. De ondervinding heeft geleerd, dat, waar eenmaal een stukje email van kookgerei is afgestooten, de ijzeren onderlaag snel gaat roesten en sjxiedig doorslijt, ook als liet af gestooten plekje niet grooter is dan een speldeknop. Voorzichtigheid zij dus aange raden, voorzichtigheid vooral bij het schoon maken, dat, wat den buitenkant der pannen aangaat, moet geschieden door afboenen met heet sodawater, en, als de pannen nog voohtig zijn, ze na te wrijven met een in krijt gedoopten doek. Naspoelen met lailw water en goed afdrogen. De geëmailleerde koekepan moet op de zelfde manier behandeld worden als hei andere keukengerei, uit dit materiaal ver vaardigd. Men zorge steeds, de beste kwa liteit email te krijgen. Hoewel ik als regel in ons Vrouwenblad geen „ingezondens" plaats onze lezeressen weten dat als vanzelfsprekend wel, en het zijn, op een héél enkele uitzondering na, dan ook tot dusver alleen maar lezers geweest, die ze naar hier zonden zoo wil ik toch voor ditmaal eens een uitzondering maken. Hier schreef een lezer uit de volheid van een dankbaar en eerbiedig gemoed. En zijn eenvoudig stukje, dat niet de pretentie heeft „mooi" te zijn, daarom plaatsen we het dan ook niot kan hier zeer zeker zijn nut doen, al was het alleen maar om som mige godvruohiige zorgende moeders, di% zich soms wel eens afvragen: „Waartoe dii alles, waar blijven toch de vruchten van at mijn arbeid, mijn zorgen" eens een hart onder den riem te steken. Want uit het hiervolgende stukje, zoo echt uit hei hart en „uit he.t leven", kunnen zij zien, hoe nog tot zelfs na haar dood misschien juist dan het meest haar werken blijven voort leven in de liarlon van haar kinderen en van allen die haar invloed ondergingen. Ik zal daarom het „korte stukje" plaatsen zooals het is en er niets aan toevoegen. de stilte Min de stilte in uw wezen, 7.oek de stilte die bezielt, Zij die alle stilte vreezen Hebben nooit hun hart gelezen, Hebben nooit geknield. Draag uw kleinen levenszaken Naar het droomenlooze land, Lijk de golve' heur oogst bewegen Tot zij zachtjes breken tegen Het doodstille strand. 2ie den boom de paden tooien Rondom zijnen stillen voet, Laat uw ziel zich zoo ontplooien En haar bloemen om zich strooien Uit een vroom gemoed. Leer u aan de stilte laven, Waar het leven u geleidt Zij is uwe veil'ge haven, Van de Eeuwigheid. Want zij is de groote gave Vit: Stille en strijd, Adama van Scheltema, winternacht De blanke bel der Januari-maan Stoot tegen hardgevrozen duinenflanken. En stort heur zilverscbat van klare klanken, ■Die ringend naar onzichtbre kimmen gaan. En waar des winters hooge harpen staan. Daar zweven sluierijl en snel als hinden. De koude, hartstoohtlooze noordewinden, En ranken schel de gouden snaren aan. Hoe zingt de nacht; God wandelt ovec 't duin SEERP ANEMA. bij voorlichting huishoudelijken arbeid Het Instituut tot voorlichting bij Huis- houdelijken Arbeid van de Nederlanusche Vereeniging van Huisvrouwen (secretariaat Laan van Meerdervoort 50c, Den Haagj heeft ton doel: alleen die huishoudelijke gebruiksartikelen bij de huisvrouw te in troduceeren, die werkelijk aan alle eischen van practische bruikbaarheid voldoen. Het lusiituut stelt zich, behalve het keuren van huishoudelijke gebruiksartikelen, welke bij giedkeuring het merkteeken van het Insti tuut mogen voeren, ook onder anderen voor trait d union te zijn tusschen huisvrouw en fabrikant. Slechte tuiten, scherpe randen,aan pan nen, ketels zonder lipjes aan dé dpksels enz. keurt het onvoorwaardelijk af. Deze mogen nooit bedoeld merkteeken voeren. De fabrikant houdt met dc wenschen van het fnstituui steeds rekening. Daar dit u«t dei. aard der zaak voortdurend contact met de fabrikanten van verschillende gebruiks artikelen heeft, kunnen huisvrouwen daar hare klachten uiten over artikelen, die na aanbrenging eener kleine practische wijzi ging dikwijls volmaakt in het gebruik zijn Ook geeft het Instituut huisvrouwen raad bij den aansohaf van huishoudelijke ge bruiksartikelen. practische wenken ONDERHOUD VAX GLASWERK Het afwassehen van kristal en glaswerk elscht veel zorg. Men moet er nooit kokend water voor nemen, daar de glazen dan zou den sprjngen., ook niet te vet zeepsop, daar do zêep dan tc veel In dc hoeken gaat zitten. ZUn er veel glazen voorwerpen te wasschen. dan moeten ze nagespoeld worden in warm water. Voor "t afdrogen moeten liefst füne linnen doeken gebruikt worden, omdat katoo. len- doeken zoo pluizen. De glazen worden afgewasschen m6t een kwastje en daarna dadoltlk afgedroogd. Men mag ze nooit lang laten uitdruipen, omdat zo dan altijd stroperig opdrogen. Om te zien of ze schoon z(Jn. houdt men ze tegen bet licht. BH het afdrogen mag men de glazen nooit aan den voet vasthouden, daar ze dan kunnen afbYeken. Houdt dus t glas om do kelk vast. deze kan gemakkelök meedraaien. Warme of lauw? glazen moet men nl^f op koude marmeren of steenen bladen zetten, daar ze dan kunnen springen. Op gewreven tafeja of lichte tafelkleeden kunnen ze kringen ge ven. I Gewerkt kristal wordt vóór het afwassehen uitgeborsteld. Evenals bü 't vaten wasschen komen eerst de kleine, daarna de grootere voorwerpen a de beurt- Glaswerk. dat met verf of olie Is veront reinigd. kan men schoonmaken door er spiri tus In te doen. vermengd met fijne houtskool cn dan flink te schudden. Ook terpentijn ia hier een uitstekend reinigingsmiddel. Alle kristallen voorwerpen, die men afge- waaschen en schoongespoeld heeft, behooren goed te worden gedroogd. Lukt dit bij fles- schen. karaffen, vazen en dergelijke niet ge makkelijk. dan trachte men een doek naar binnen te wringen. Ook kan men een stulc vloei- of filtreerpapler tot een kwast knippen en dat in de flesch of vaas zoolang been oti weer bewegen, totdat al het vocht is opj zogen. Bovendien kan men kristallen karaft wegzetten, met een prop filtreerpapler afgeslo ten. b|J wijze van kurk. Men bereikt daarmee, dat al het vocht geabsorbeerd wordt, zoodat het kristal volkomen helder blijft. Kar»affen, dlo van binnen niet volkomen droog zijn. moet men nooit op andere w(jze afsluiten. De doeken moeten zacht en soepel zön. Karaffen en flesschen, ook hooge. smalle bloemvazen schudt men met water, waarin fijngestampte eierschalen zijn gedaan. In plaats daarvan kan men gebruik maken van zand met azjln, theebladeren of koffiedik. Hagelkorrels reinigen ook uttstekend. maar zijn voor flesschen en glazen niet aan te ra den. daar ze looddeelen kunnen achterlaten, die schadelijk zön voor de gezondheid. Vazen, door het bloemenwater bruin en groen aange slagen. mankt men gemakkelijk schoon met ammonia; waterkaraffen schudt men met ster. ken azijn of met zoutzuur, wel laatste een vergif is en na welk gebruik men dus extra goed dient na te spoelen. Het bezinksel van rooden wjjn. port of sherry, kan men verwilde ren door te spoelen met alcohol, btjvoorbceld brnndewtjn. Lukt het niet dadelijk, de wijnka raffen op deze manier helder (e krijgen, dan zei men ze met den brandewifninhoud weg. tot dat de aanslag Is opgelost en schudt ze na met water, waarin een der bovengenoemde schuur middelen. Prnhoort reclame maatschoenen vanaf riUIJCGIl fvi.—hek.oond. joh kneie ann OOnC Voillcu diqe Batavi renstr. 1. t(n d. CCII» mijn W.-Kruiskade), R'dam Iel. S212>. Afdeelingen van de in 1911 Kon. Goedg. Vereen, van Modevakscholen in Nederland INSCHRIJVING VAN LEERLINGEN Jonge Meisjes die dit Voorjaar de school verlaten, kunnen ingeschreven worden voor de Ochtend-, Middag- of Avondlessen. Cursns-, Club- en Privaatlessen, ook voor gehuwde Dames, om alle voor komende kleeding in het gezin geheel zelfstandig te leeren vervaardigen. Spreekuren aan de soholen: In hel Westen: SCHIETBAANLAAN 99, Donderdags van 2 tot 4 en van 7 tot 9; Je «rai'n®eD: ANNASTRAAT 5 (bij A!enue Concordia) Dinsdags van 7 tot 3; L.-Maasoever: BEYERLANDSCHELAAN 40, Dinsdags van 4 tot 5 en Vrijdagé van 6 tot 7. PROSPECTI OP AANVRAGE Correspondentie-adres: Schietbaanlaan \\L Telefoon 33739 Directrice: Mevrouw S. A. v. AMIJDE-PORS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 10