Qmimgeitectje Qtnumat
Daqelijks verschijnend Nieuwsblad
voor Leiden en Omstreken
EERSTE BLAD.
BINNENLAND.
NIEUWJAARSGROET
Gemengd Nieuws.
aSONNEHENTi J
Per kwartaal f!2S
(Beschlkklngskosten f 0.15)
>er week t 92%
Voor het Buitenland bij Woke-
üjksche tending .8»—
nit dagelijksche lending *7«—
Alles bit vooruitbetaling
Loose numniera 8 cent
met Zondagsblad 7 A cent
Eondagsblad alet afzonderlijk verkrijgbaar
No 3233
Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Postbox 20 Postgiro 58936
VRIJDAG 19 DECEMBER 1930
ADVERTENTIES,
Van I tot S raaeli «HZ}?
Elke regel cneer m022n
Inm. liededer lingo. 1
van 1—5 regels
i
Elke regel meer .MS
Bij contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan het bureau
wordt berekendf ®*li J
10e Jaargang
Wie zich heden ais Kwartaallezer op ons blad doet inschrijven, ontvangt
de tot 1 Januari a.s. verschijnende nummers GRATIS
Abonné's op te geven aan de Agenten of aan de Administratie
MM—
Dit nummer bestaat uit DRIE biadet
*1* VOORZICHTIG SCHRIFTGEBRU1K.
Uit pnze lezerskring gewerd ons onlangs
een vraag over de Schnftvermaning „Men
moet Gode meer gehoorzaam zijn dan de
menschen" in verband met oorlog- en lands
verdediging. Ook van positief-Christelijke
zijde kunnen er dus reserves zijn als de
Overheid de onderdanen gelast om het oor
logszwaard te trekken.
Dit wordt onzerzijds natuurlijk onvoor
waardelijk toegegeven en het lag in on3
voornemen de kwestie in de komende da
gen in breeder verband te bezien.
Nu er echter begeerte blijkt te- zijn om op
zeer korté termijn iets over dit onderwerp
te hooren-, zullen we daartoe gaarne over
gaan.
Een breede exegetische beschouwing is
niet noodig. Het Schriftwoord, dat we vin
den in Hand. 5 29 en hoofdstuk 4 19 is
zóó klaar en duidelijk, dat de Statenbijbel
er zelfs geen kantteekening op geeft.
Slechts bij laatstgenoemde tekst wordt een
opmerking gemaakt om de ernst er van te
onderstrepen: Petrus geeft de verklaring als
voor Gods aangezicht, in Gods tegenwoor-
digheid, die alles ziet en hoort.
De vermaning is trouwens zoo duidelijk
als 't kan: indien een mensch, hoe machtig
ook en hoezeer ge hem gehoorzaamheid ver
schuldigd zijt, u iets opdraagt dat ingaat te
gen Gods Wet en Woord, dan zult gij wei-
- géren; anderzijds, als de mensch u verbiedt
om te doen, wat God van u vraagt, dan zult
gij Gode meer gehoorzaam zijn dan de men
schen.
Het kan eenvoudig niet duidelijker, wat
de schriftuurlijke beteekenis betreft; dat de
praktische toepassing moeilijkheden geeft,
is waar, doch verandert aan het voorschrift
niets.
Zooals de uitspraak in de Bijbel voorkomt,
heeft ze echter niets te zeggen over de
vraag, die ons bezig houdt.
Op beide plaatsen in de Handelingen heeft
Petrus alleen dit op het oog, dat Jezus' vol
gelingen het Evangelie zullen prediken on
danks alle menschelijke verboden of bedrei
gingen.
Hiermee is volstrekt niet gezegd, dat gij
de duidelijke vermaning ook niet op andere
gevallen muogt toepassen, doch het maant
wel tot zeer voorzichtig gebruik.
In de eerste plaats hierom, wijl de tegen
stelling zelden zoo klaar en duidelijk is als
toen de Apostelen stonden voor de Joodschc
raad.
In de tweede plaats, omdat de neiging zoo
groot is al te zeer gewaagde conclusies te
naderen. Gehoorzaamheid aan God vervaagt
men zoo licht tot de „inspraak van het ge
weten" en daarmee wordt het gevaar heel
groot, dat de beslissing niet hangt aan de
objectieve waarheid Gods maar aan de men
schelijke overlegging.
Wil men derhalve dit Schriftwoord bezigen
in verband met de ontwap.eningsgedachte;
het is ons wel; maar men doe het dan met
de allergrootste omzichtigheid.
GODE MEER GEHOORZAMEN DAN
DE MENSCHEN.
Het is van belang er op te wijzen, dat de
vermaning om Gode meer te gehoorzamen
dan de menschen voornamelijk gehoord
wordt in een kring, die overigens niets van
gehoorzaamheid aan Gods Woord wil weten
en die slechts een Bijbeltekst, ruwweg uit
alle verband gerukt, gebruikt als projectiel
tegen anderen.
En men zou deze tekst dus evenals alle
andere, links laten liggen, indien men niet
een ander gebod Gods verdraaid had naar
eigen inzicht.
Oorlogvoeren is moord, zegt men; het ge-
Dod luidt: gij zult niet doodslaan; en wan
neer nu de overheid u oproept ten oorlog,
dan zult gij Gode meer gehoorzaam zijn dan
de menschen.
Ziedaar de drogreden. En, wijl voor ieder
Schrift kenner onomstootelijk vaststaat, dal
zelfverdediging geen moord is, volgt hieruit,
dat een beroep der ontwapenaars op het
woord van Petrus voor ons waardeloos is.
Zij echter, die het Woord Gods aanvaar
den, zooals het lot ons spreekt, maken te
recht de reserve, dat ook tegenover de Over
heid, die de oorlog verklaart, geldt: wij zul
len Gode meer gehoorzamen dan u.
En dan komt de toepassing, welke in
onze zeldzaam ingewikkelde mcnschcnge-
rneenschap ontzaglijk veel moeilijker is dar:
In de tijd toen ons volk worstelde voor ge
wetensvrijheid.
Het is voor den eenvoudigen burger haast
ondoenlijk om het al of niet gerechtvaardig
de van een oorlog te beoordeel en. Waarbij
wij echter in ons gezegend Tand dit groote
voorrecht hebben, dat zelfs anti-militairisten
ongevraagd verklaren: naar oorlog drijft de
Nederlandsche regeering niet! Eén mobili
satie, ieder weet het' zal hier niet. gelast
worden dan ter verdediging van neutrali
teit en nationaal bestaan.
Wij kunnen hier slechts in theorie het
geval stellen, dat de oorlog iets anders zou
zijn dan zelfverdediging, in welk geval
dienstweigering zou kunnen beteekenen
Gode meer te gehoorzamen dan de men
schen. Deze reserve wordt echter openhar-
lig uitgesproken en laat de overheid dus
niet in onzekerheid, gelijk de verklaring der
S. D. A. P., die niet Gods Woord laat be-
slissen, doch het zelf zal doen en zelfs niet
naar vaste normen, doch lettend op poli
tieke wind en revolutionair getij.
Men vergete echter niet, dat in deze aan
gelegenheid des vragers geen einde is. En
dat de onderdanen, niet in staat om het ge
heel te overzien, het woord der overheid,
dat het gaat om de nationale zelfstandig
heid, als waar zullen moeten aanvaar
den, zonder het volkomen te kunnen toet-
Ook bij de Overheid spreekt het geweten
en wanneer het mijne daarmee en met de
gewetens van vele anderen in tegenspraak
komt, dan is gereede aanleiding tot zelf
onderzoek en tot de vraag of mijn consciën
tie misschien dwaalt.
In dat geval is gehoorzamen aan de
wettige overheid plicht en wordt de vrij
moedigheid om te bidden, dat' God de wa
pens zegene en de strijders voor wreedheden
beware, ons niet benomen.
De vragende lezers zullen echter beseffen,
dat te dezer zake de principieele uitspraak
heel wat eenvoudiger is den de praktische
toepassing.
Doch dat is met alle geboden Gods het
geval: het Christendom praktisch beleven is
immer het grootste probleem voor wie ernst
maakt met de vraag: Wat wilt Gij, Heere,
dat ik doen zal?
OFFICIEELE BERICHTEN
STAATSTOEZICHT OP MIJNWEZEN.
Bij Kon. besluit is bij het Staatstoezicht
op de mijnen benoemd tot ingenieur dei-
mijnen Ir. V. H. Ploem.
CONSULAATWEZEN.
Bij Kon. besluit is de heer Guy Robert
benoemd tot consul der Nederlanden te La
Rochellc, buiten bezwaar van 's lands schat
kist Het ressort van het consulaat strekt
zich uit over de departementen Charente
Inférieure en Charente. Aan den heer Ro
bert moet in de Fransche taal geschreven
worden.
HOFBERICHTEN
GENEESHEER ONTSLAGEN.
De Koningin heeft aan Dr. J. H. Bungen-
berg de Jong, op zijn verzoek, eervol ont
slag verleend als geneesheer en heelmees
ter bij Hr. Ms. hofhouding.
WEGENVERBETERING
EEN HOOGE RAAD DER WEGEN?
De heeren Adr. Beers en ir. L. Swaab,
respectievelijk vice-voorzitter en hoofdinge
nieur van den Bond van Bedrijfsautohou
ders in Nederland, schrijven is een adres
aan den Minister van Waterstaat, dat zij,
met alle waardeering voor de werkzaam
heden van de rijkscommissie van overleg
voor dc wegenverbetering, toch van mee
ning zijn, dat het aanbeveling verdient,
onder gelijktijdige opheffing van die com
missie en van de rijkswegencommissie,
over te gaan tot de instelling van een
Hoogen Raad der Wegen.
GEZANT DIEKEMA GEOPEREERD
De Amerikaansche gezant te 's-Graven-
hage, de heer G. J. Diekema, heeft gister
middag een operatie ondergaan, welke be
vredigend is vcrloopen.
WELDADIGHEIDSPOSTZEGELS
EEN NIEUWE PROEF.
Voor de verdeeling der opbrengst van
postzegels en briefkaarten, die thans ver
krijgbaar zijn, wordt onder goedkeuring
van den Minister van Binnenladsche Za
ken bij wijze van proef voor één jaar het
systeem van verdeeling aldus gewijzigd,
dat voor alle groepen van kinderen, die
in aanmerking komen voor een deel van
de opbrengst, de leeftijdsgrens wordt be
paald op 18 jaar.
Deze proef wordt genomen opdat een
actie „voor het kind" bij het publiek niet
dc gedachte aan minderjarigen van 18-21
jaar zal opwekken.
PROVINCIALE STATEN VAN
ZUID-HOLLAND
Gisterochtend elf uur is de zitting van
de Provinciale Staten van Zuil-Holland
voortgezet.
Bij het voorstel inzake wijziging der.be
grootingen voor de prov. inkomsten en
uitgaven, diensten 1929 en 'CO betreffende
o.m. do bijdrage aan de gemeente Iliddei-
kerk voor havenaanleg, voerde de heer Ten
Hope (Lib.) eenige bezwaren aan. Vol
gens overeenkomst draagt het Rijk f 130.000
hij, terwijl ook de Staten 130 mille bijdra
gen en de gemeente Ridderkerk de rest.
Spr. becijferde, dat de gemeente een schul
denlast van f 250.000 krijgt en dat zij jaar
lijks t 30.000 daarvoor zal hebben op te
brengen. Hij vraagt zich af hoe de haven
dit zal moeten opbrengen, waar tegenwoor
dig vrijwel alles per auto wordt aangevoerd
Venvezen wordt naar een heden bij de
Staten terzake ingekomen adres, waarin de
aanleg dezer haven wordt ontraden..
De heer Trouw (Lib.) kan zich niet
voorstellen, dat in den tegenwoordigen tijd
nu vrijwel alle tuinbouwproducten per auto
worden vervoerd, deze dorpshaven nog be
teekenis zal hebben. Het maakt voor een
auto geen verschil uit om de goederen dm
per schip verder moeten worden vervoerd,
naar een bestaande goede haven in de
buurt te brengen. Spr. zou het oude plan
van de dorpshaven van Ridderkerk, nu in
middels is gebleken, dat de oude vervoer
middelen den strijd tegen den auto toch
niet kunnen volhouden, maar willen laten
rusten.
De heer Diepenhorst (A.R.) herin
nert eraan, dat nog onlangs met algemeene
stemmen de Raad van Ridderkerk op den
aanleg van deze haven heeft aangedrongen.
Hij bepleit met klem de aanneming van
het voorstel.
De heer Van Eesteren (C.H.) be
strijdt den heer Diepenhorst.
De heer B r a a t (Plattel.) is voorstander
van het oude plan.
De heer Ter Laan (S.D.) wijst erop,
dat het besluit door den Raad van Ridder
kerk op regelmatige wijze is genomen en
uitgewerkt. Hij vindt geen aanleiding om
de nieuwe, door een groep belanghebbenden
ingegeven oplossing in bescherming te
nempn.
De heer De Visser (comm.) vindt hot
merkwaardig dat de s.d. fractie het oude
plan nog verdedigt. Blijkbaar is zij tegen
nieuwe denkbeelden.
Na uitvoerig debat en nadat een schör-
singsmotie-Ten Hope met 59—14 stemmen
was verworpen, werd het voorstel van Ged.
Steden z.h.s. aangenomen.
Vergadering van 18 Dec. 1930.
Provinciale begrooting 1931.
Aan de orde is de provinciale begrooting
voor 1931.
De heer Van Eek (s.d.) begon zijn
rede met de zonderlinge bewering, dat bij
de bourgeoisie de belangstelling voor den
arbeid der parlementaire lichamen daalt,
zulks mede onder den invloed van fascisti
sche elementen. (Bedoelt hij de soc.-dem.,
de ja-en-neen-fascisten volgens de commu
nisten?)
Breedvoerig sprak hij, "evenals andere ja
ren, over de werkloosheid en de bestrijding
ervan door werkverruiming. Hij kwam we
derom met zijn in vorige jaren enkele ma
len verworpen voorstel om f 200.000 uit te
trekken voor productieve werken, in deze
provincie te ondernemen.
De gemeenten kunnen met steun van de
provincie werken ter hand nemen op het
gebied van arbeiderswoningbouw, wegen
aanleg, drooglegging van plassen, inrich
ting van sport- en speelterreinen enz.
Voorts zou spr. een N. V. willen zien ge
sticht, in navolging van de provincie
Noord-Holland, tot ontginning en bearbei
ding van ongecultiveerde gronden. Hierdoor
zou de uitzending van arbeiders naar ge
heel andere deelen des lands kunnen ver
minderen of vervallen. Spreker, die zich te
dezen opzichte een ouderwetsch man noemt
kent hooge beteekenis aan het gezinsleven
toe.
Zijn voorstel zal er mede toe bijdragen,
dat de werkloozen uit handen van de arm
besturen blijven.
Dat er in deze dagen moet worden bezui
nife'd, erkent spreker, maar die bezuiniging
mag niet geschieden ten kosten van levens
belangen. Spreker gelooft in de goede trouw
van zijn medeleden, doch hij kan ton deze
het standpunt van zijn tegenstanders niet
anders dan als hardvochtig schetsen.
Tenslotte bepleit hij maatregelen tot in
stelling van een drankverbod aan chauf
feurs in dienst va'n openbare personenver-
voerbedrijven.
Spreker dient op grond van een en ander
twee moties in: Ie tot het uittrekken var.
f 2U0.000 voor steun aan gemeentebesturen
voor werkverruiming en 2e. tot stichting
eener N. V. met gemeenten tot ontginning
van gronden.
De heer Dr. Hoffman (r.k.) constateert
dat de economische moeilijkheden in den
tegenwoordigen tijd zulk een karakter heb
ben verkregen, dat men den weg niet meer
kan vinden.
In zijn voortgaande beschouwingen gaat
spr. terug tot de middeleeuwen.
Dc voorzitter wijst den spreker erop.
dat de, provinciale begrooting aan de orde
is.
Dr. Hoffman, voortgaande, schetst
den nood die er in land- en tuinbouw heer-
schen en betoogt, dat deze nood moet wor
den gelenigd. Waar de betrokken organisa
ties credieten hebben gevraagd om in dezen
nood te voorzien, daar zullen de Staten
hebben te steunen.
De heer Jansen Manenschijn (a.r.)
is voorstander van souvereiniteit in eigen
kring doch erkent volkomen, dat in bijzon
dere gevallen speciale maatregelen noodig
zijn. Dat er groote werkloosheid is, ontkent
spreker niet. Een beroep op de fouten van de
kapitalistische maatschappij is daartoe niet
noodig. De vraag is evenwel of sedert ver
leden jaar de situatie belangrijk is gewijzigd.
Inderdaad is de werkloosheid zoo groot als
wij in geen jaren hebben gekend, doch hoe
wil men als provincie steun verlcenen on de
werkloosheid opheffen? Men is niet klaar
met een verwijzing naar Noord-Holland of
Brabant.
Gelooft de heer Van Eek werkelijk dat de
gemeentebesturen, alleen omdat de provincie
eenigen steun zou verlecncn, zullen overgaan
tot den bouw van arbeiderswoningen of tot
den aanleg van wegen? Spr. zou er alsnog
over willen praten, wanneer de heer Van Eek
duidelijk kan aangeven dat hij er zóó zou
willen komen. Hij kan echter niets nieuws
zien in het betoog van den heer Van Eek.
Voor den wegenaanleg en dc wegenverbete
ring is dit jaar 8 millioen uitgetrokken, waar
van 5 millioen wordt geleend. Wat beteeken
daarnaast de twee ton, die dc heer Van Eek
beschikbaar wil zien gesteld voor de werk
verruiming?
Bovendien is van diens zijde tot de arbei
ders gezegd: zijt ge voor werkverruiming,
stemt dan op de S.D.A.P. Spreker wil zich
niet voor dien wagen laten spannen,
Wat dc begrooting zelve aangaat, consta
teert Spr. dat zijn beschouwing omtrent den
financieelen toestand, verleden jaar gehou
den door de feiten is bevestigd. Hij vindt dit
jammer, want dc financieele situatie zou gun
stig moeten zijn, indien hij in het ongelijk
ware gesteld. Ged. Staten hebben de opcenten
op Rijksinkomsten- en vermogensbelastingen
met een grooter bedrag verhoogd dan liet
wegvallen van de opcenten cp de personeele
belasting op zichzelf noodig maakte. De druk
is bij verminderd inkomen verhoogd, alleen
door de uitzetting van de uitgaven der pro
vincie. Toch ramen Ged. Staten 153 mille
meer voor „onvoorzien".
Wat het provinciale wegenplan betreft dat
•10 millioen omvat, gelooft spr. dat dit bin
nen den termijn van 15 jaren zal zijn vol
tooid. Dit versnelde tempo zal er toe mee
werken, dat de opcenten veel dichter bij de
10 dan bij de 5 zullen liggen.
Spr. wil in dit verband vragen of het wel
juist is, de worjoopigc reconstructie der we
gen van „buitengewoon" te brengen op „ge
woon". Hij zou dit in principe een goede, de
gelijke politiek achten, indien daarmede geen
belastingverhooging gepaard moest gaan.
Het zal noodig zijn de kosten van de we-
genverbetering te beperken binnen het raam
van onze financieele capaciteit. Bruggenbouw
waarvoor geen geld aanwezig is, dient achter
wege te blijven en voor alle uitgaven behoort
de dekking tevens te worden aangewezen.
De heer Werker (v.d.) kan in verschil
lende opzichten het betoog van den heer
Jansen Manenschijn onderschrijven, met uit
zondering evenwel van diens pessimisme.
Wat het voorstel van den heer Van Eek
betreft Spr. is het met Ged. Staten eens dat
de provincie niet de eerst-aangewezene is om
dit vraagstuk ter hand te nemen. De twee
ton van den heer Van Eek zijn of veel te wei
nig of te veel. Zij zijn te weinig om een be
hoorlijk effect te hebben, doch tc veel indien
zij zouden worden gegeven vóór werken
die de gemeente anders tóch zouden onder
nemen.
De land- en tuinbouw kan worden ge
steund door de bevordering van den aanleg
van aan- en afvoenvegen en door samen
werking met veilingvcrecnigingen.
Ten opzichte van de electriciteitsvoorzie-
ning huldigt spr. den arbeid van Ged. Sta
ten. De drinkwatervoorziening behoeft op
verschillende plaatsen nog verbetering en
uitbreiding.
De heer Trouw (lib.) huldigt het Colle
ge van Ged. Staten Voor zijn arbeid en voor
zijn medewerking inzake de commissie-Van
Rijckevorsel nopens dc verbinding met de
Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche eilanden.
Hij deelt echter niet de meening van Ged
Staten, dat de gemeenten Hellevoetsluis en
Middelhamis moeten bijdragen in de verbe
tering van het veer tussehen die plaatsen.
Er is geen streek in Nederland waar de
toestand op verkeersgebied zoo verschrikke
lijk is als op Flakkec. Het beste ware dat
het Rijk de kosten op zich nam. Spr. heeft
reeds hooren verluiden, dat belanghebben
den. vernemende, dat Ged. Staten op 2? Dec.
te Middelhamis een vergadering willen
houden met de besturen van betrokken ge
meenten en inzake de van de localiteit te
eischen bijdragen, daar niet heen willen
gaan, in de vrees, dat zij toch geen gelegen
heid krijgen, om hun bezwaren te uiten
Intusschen gelooft spr. dat daartoe de gele
genheid wel zal worden gegeven.
Tenslotte dringt spr. erop aan, dat het
veer Hellevoetsluis—Midde'hamis niet af
zonderlijk zal worden afgehandeld, doch
dat het zal worden behandeld in verband
met het veer Ooltgensplaat—Dintelsas—
Numansorp, omdat het daarmee een ondeel
baar geheel vormt.
De heer De Kok (r.k.) bepleit eenige be
langen van tuinbouwers. Hij zou o.a. Ged.
Staten willen vragen, het daarheen te lei
den, dat de taxaties voor de grondbelasting
geschieden naar de bedrijfswaarde, daar zij
anders in tijden van laagconjunctuur als
deze te bezwarend zijn.
Spr. bepleit samenwerking van Gemeen
ten, waardoor het annexatiegevaar op den
achtergrond geraakt
De heer Beekenkamp (lib.) klaagt
erover, dat de drinkwatervoorziening in de
Krimpenenvoard nog niet tot een resultaat
is gebracht
Spr. heeft voorts hijgiënische bezwaren
tegen het doen storten van allerlei vuil,
waaronder afval uit ziekenhuizen, slachtaf
val enz. uit Rotterdam en andere steden in
de plassen van de provincie, of op het land
Hij is dankbaar dat Ged. Staten reeds heb
ben verklaard hieraan aandacht te willen
schenken.
Te ruim half zes wordt de vergadering
verdaagd tot hedenochtend elf uur.
DE CRISIS IN DE
AARDAPPELMEELINDUSTRIE
TEGEN HET REGEERINGSVOORSTEL-
Het dagelijksch bestuur der coöperatieve
aardappelmeelfabriek Musselkanaal en
Omstreken heeft aan de besturen van de
bij het Avehc aangesloten fabrieken een
circulaire gezonden, waarin het als zijn
oordeel uitspreekt, dat het regeeringsvoor-
stel inzake steunverleening aan de aard-
anpelmeelindustrie in den vorm van crc-
dietverleening, onaanemelijk moet worden
geacht. Voorts is genoemd bestuur van
mecning dat. indien dc regeering niet ge-'
negen is, in den een of anderen vorm
1.000.000 balen meel uit de markt te ne
men, (wat het bestuur heel goed mogelijk,
acht) zooveel mogelijk tot inkrimping en
stopzetting der bedrijven zal moeten wor-,
den overgegaar
DE EERSTE VROUWELIJKE
VEEARTS IN ONS LAND
Vandaag is aan de Rijksuniversiteit te
Utrecht de eer te beurt gevallen omde
eerste vrouwelijke veearts in ons land te
hebben „afgeleverd".
De 23-jarige mejuffrouw J. Voet is van
daag, na haar examens met gunstig ge
volg te hebben gedaan, bevorderd tot vee
arts.
Het spreekt vanzelf ,dat dit niet onge
merkt voorbijging, en dat de persvertegen
woordigers, speurend naar wat dc moeite
waard is om aan het publiek verteld tc
worden, ook mejuffr. Voet hebben uitge
vonden. En in haar rustige kamers aan de
Koningslaan te Utrecht heeft ze met groote
vriendelijkheid de persmannen, die haar
kwamen interviewen tc woord gestaan en
als resultaat daarvan kunnen we nu het
volgende vertellen:
De nieuwe veearts is drie en twintig jaar
oud. Zij werd geboren te Overveen, waar
haar vader een bollenkweekerij had en zij
dus al vroeg in de gelegenheid was met
allerlei dieren in aanraking te komen.
Reeds vroegtijdig ontwaakte bij moj. Voet
dc belangstelling en de liefde voor de die
ren en toen zij de H. B. S. te Haarlem rnet
einddiploma kon verlaten, had ze maar één
begeerte: ze wou veearts worden.
Van zoo n zonderlingen wensch had haar
voogd haar ouders waren op jeugdigen
leeftijd overleden niet veel terug. Hij
ontried het haar, andere familieleden heb
ben het eveneens sterk afgeraden, maar dat
baatte niet, de adspiranie-veearts wist wat
ze wilde en ze kreeg gedaan, dat zij het
tenminste voor één jaar probeeren rnocht.
Doordat de eerste jaars veterinairen onder
de philosophische faculteit behooren, viel
het in den aanvang niet op, dat er onder
de studenten ook een meisje was, dat vee
arts wilde worden, maar later, toen het
eerste jaar achter den rug was, en mej.
Voet gedaan kreeg, dat ze verder mocht
gaan met haar studie, kwam dit veel meer
naar voren. Het was ondertusschen toch al
hier en daar uitgelekt, zoodat liet niet die
verwondering baarde, welke anders ver
wacht' had kunnen worden.
Mej. Voet heeft verteld van de moeilijke
omstandigheden, waaronder gewerkt moet
worden en uit haar mededeelingen bleek,
wel, dat het voor een meisje niet meevalt
om voor veearts te studeeren. Dc professo
ren en studenten waren zeer hartelijk voor
de studente en hebben haar in de moei
lijkheden zooveel mogelijk geholpen. Zij
had niets dan lof voor de bejegening, welke
ze van de hooglecraren en studenten had
ondervonden.
Wat er echter moest worden doorge
maakt, bleek wel uit die enkele simpele
mededeeling, welke de nieuwe veearts deed,
namelijk, dat zij een maand lang ode ge
meentelijke -slachtplaats te Utrecht onder
de slagei-3 heeft moeten werken. Men kan
nagaan, dat het daar geen plaats is waar
men bij voorkeur vrouwelijke krachten aan
het werk ziet, omdat de omgeving er ruw
is, maar mej. Voet heeft volgehouden, zij
had haar ideaal en wilde dat niet loslaten.
Of ze dan nu als ideaal heeft om prakli-
seerend werk te gaan verrichten? Natuur
lijk niet, vertelde ze met een glimlach, en
uit den klaren blik van haar oogen in het
meisjesgelaat, dat zich in niets onderscheidt
van andere meisjes in gracie en distinctie,
bewees, dat ze ook nu weer weet wat ze
wil, natuurlijk niet, ten eerste zullen de
boeren er niet sterk op gesteld zijn orn een
vrouw als veearts te hebben en ten tweede
is het voor een vrouw geen werk om in
donkere en koude stallen bij de boeren op
het erf het vee te helpen. De bedoeling van
mej. Voet is om assistente te worden bij
Prof. Klaarenbeek in de kliniek voor kleine
huisdieren. Hier zal ze zich kunnen wijden
aan het zieke dier; hier zal ze haar jeugd
liefde tot liet gewonde en door ziekte ge
slagen dier kunnen uitleven, en zoo zal ze
een levenstaak hebben gevonden, zooals ze
zich dit altijd gedroomd heeft.
Een vrouw van de daad, dat is ze ge
weest. Maar zc zal aan andere jonge vrou
wen de studie voor veearts niet aanraden.
Zij is de eerste en zal voorshands de eerste
wel blijven, naar we veronderstellen. Doch
als ecnlinge is ze toch wel een voorbeeld
van durf en doorzettingsvermogen. En daar
om hebben we verteld van deze eerste
vrouwelijke veearts in ons land!
VICE-ADMIRAAL J. WENTHOLT t
In den ouderdom van 79 jaar is te Den
Haag overleden de gep. vice-admiraal J.
Wentholt, oud-minister van Marine.
Met het versöheiden van dezen vlagoffi
cier is een persoonlijkheid heengegaan, die
een belangrijke rol heeft vervuld bij onze
zeemacht. Men denke hierbij slechts aan hot
feit, dat admiraal Wentholt deel heeft uit
gemaakt van twee opvolgende ministeries
die niet politiek gelijk getint waren. He!
was nl. in 1907, toen van het Ministerie-de
Meester, de Minister van Marine, Cohen
Stuart, wegens geringe waardeering zijner
voorstellen in de Tweede Kamer ontviel, dat
de toenmalige actief dienende vice-admiraal
Wentholt zich als opvolger met de porte
feuille van Marine belast zag. Het was in
den woeligen parlementairen tijd, dat ver
werping van de Oorlogsbegrooting, eerst die
van generaal Staal, daarna die van ridder
van Rappard het Ministerie-de Meester zich
in het begin van 1908 verplicht zag tot af.
treden en plaats moest maken voor het Mi
nisterie-Heemskerk. Ook van dit kabinet
heeft de thans ontslapene van Februari 190S
tot Mei 1912 deel uitgemaakt De verwer
ping op 7 Mei 1912 van door hem aange^
vraagde gelden voor een jiantsersehip maak
te op dien datum een einde aan zijn mini
sterieel beheer.
De heer Wentholt werd 1 Sept. 1*09 to*,
adelborst benoemd en werd 1 De.-. 1905 vice-1
admiraal, uit welke betrekking hij den 18en j
Mei 1912 op de meest eervolle wijze onder
toekenning van pensioen werd ontslagen.
Vice-admiraal Wentholt was ridder in de'
orde van den Ncdcrl. Leeuw, grootofficier in
de orde van Oranje-Nassau, gerechtigd tot
het dragen van het eere-teeken voor belang
rijke krijgsverrichtingen voor expeditién naar
Atjeh en naar Tamiang en voorts versierd
met onderscheidene buitenlamlschc ridder
orden.
De teraardebestelling van het stoffelijk
overschot zal plaats hebben Zaterdag te 12
uur 15 op dc begraafplaats Oud Eik en
Duinen
Evenals vorige jaren stellen wij ook m»
onze lezers in dc gelegenheid hun
elkander via ons blad toe te roepen. Het
verzenden van naamkaartjes bij de jaar
wisseling is kostbaar en het plaatsen >an
een advertentie verreweg gnedkooper dan
elke andere manier, speciaal voor zaken-
menschen.
Bovendien is, opdat dc kosten voor
niemand een bezwaar behoeven te zijn, met
den prijs dezer annonces verre afgeweken
van de gewone tarieven.
Zij, die in het Nieuwjaarsnummer een
advertentie wenschen" te plaatsen, geheven
dezt aan het bureau van ons blad, Bree
straat 123, op te geven.
De prijs is 0.50 voor 1—5 regels, 8 regels
f 0.75, 10 regels L—tegen contante beta
ling, of toezending van het bedrag in post
zegels, per postwissel of per giro. Lezers
van ons blad. wonende buiten Leiden,
worden opmerkzaam gemaakt op dit laatste.
Tijdige opgave van de advertentie is zeer
gewenscht.
DE ADMINISTRATIE.
NATUURMONUMENTEN
Gedep. Staten van Noord-Brabant en de
Minister van Binnenlandsche Zaken heb
ben dezer dagen hun goedkeuring gehecht
aan de overdracht van een complex heide,
ter grootte van ongeveer 500 II.A-, door de
gemeente Hoogeloon c.s. aan het Staats-
boschbeheer.
Het terrein, bekend onder den naam van
Hapertsche Heide, is gelegen aan den har
den weg van Eersel naar Postel (België).
Een deel van het aangekochte terreju heeft
uit floristisch oogpunt een bijzondere betee
kenis en zal als natuurmonument blijven
liggen.
Een nevenliggend terrein, eigendom van
baron Cartier de Machienne, dc Belgisch©
gezant te Londen, zal eveneens behouden
blijven.
TE WOGNUM ONTVOERD
IN ROTTERDAM AANGEHOUDEN.
De Rotterdamsche kinderpolitie heeft de-
zei dagen een bijna 19-jarig Ilongaarsch
meisje aangehouden, dat hier geruimeu tijd
met een zekere Jan den Bels zou hebben
samengeleefd.
Het onderzoek in deze zaak heeft uitge
wezen, dat de fam. B., wonende te Wognum,
in de mobilisatiejaren eenige Hongaarsche
kinderen heeft verzorgd.
Een daarvan kwam dezen zomer logeeree
Zij kwam toen in kennis met een daar ver-
blijvend persoon, bekend onder den naam
van „Jan den' Bels" (een Belg). Toen zij la
ter iemand op het dorp ontmoette, geraakte
de omgang met Jan den Bels uit. Doch op
zekeren dag, nadat de Wognummer-jongen
was verhuisd, waren zoowel de Belg als het
meisje spoorloos verdwenen.
De poiitie stelde eon onderzoek in, dat zicli
zelfs uitstrekte tot Frankrijk. De Belg kon
echter niet worden achterhaald. Toen de
Wognummer-jongen in het dorp terugkeer
de, hoorde hij van het vertrek van het mois-
je en den Belg. Hij wist toevallig waar Jan
den Bels verblijf had gehouden. Het spoor
leidde eerst naar Naaldwijk en toen naar
Brielle. Onder een valschen naam werd hij
daar aangetroffen en aangehouden. Ilij werd
Dinsdag naar Wognum overgebracht en na
een verhoor van eenige uren te Hoorn op
gesloten.
Uit zijn mededeelingen wa3 men gewaar
geworden, waar zijn feitelijk verblijf was,
nl. te Rotterdam. Een gister ingesteld onder
zoek bracht aan het licht, dat de Belg met
het meisje in onze stad woonden, onder den
naam van den heer en mevrouw Boudewijns
welke naam ook op zijn post staat
De Rotterdamsche kinderpolitie heeft het
meisje aangehouden. Zij heeft bekend, dat
zij met den Belg is meegegaan, nadat de
Wognummer-jongen van het dorp was ver
trokken. Verder vertelde zij dat zij later
herhaaldelijk naar huis had geschreven,
dóch de Belg had deze brieven telkens onder
schépt. De Rotterdamsche kinderpolitie
droeg haar over aan de kinderpolitie ie Am
sterdam, die 't meisje naar Hoorn overbracht
Het verhoor vindt heden plaats. Het is ge
bleken dat het meisje al dien tijd te Rotter
dam met Jan den Bels, een onguur type,
heeft samengeleefd.
BRANDEN.
Te Amsterdam is aan de overzijde van hel
IJ op een terrein van de gemeentelijke vuil-
verbranding brand ontstaan.
Dit terrein was bedekt met teerafval en
vuilnis. Echter waren in de onmiddellijke
nabij beid ongeveer 400 vaten teer opgesla
gen. De motorspuit van dc post Plaat ijzer-
weg en de ladderwagen van de hoofdwacht
aan de De Ruylerkade rukten uit Beide wa
gons konden, daar de toegangswegen voor
deze voertuigen niet berijdbaar waren, het
terrein van den brand niet !>ereiken. liet
blusschingswerk moest dan ook verricht
worden door de drijvende stoombrandspuit
Jason, die een kanaal kon opvaren tot in de
onmiddellijke nabijheid van het brandende
terrein. De brand was toen spoedig ge-
bluscht.
HELPT ALLEN MEE
ONS BLAD
IN DE GEZINNEN TE BRENGEN.
WAAR HEI BEHOORT