ER IS MAAR ÉÉN KARELI Kunst en Letteren. Schoolnieuws. PIEPNEUS EN BIBBERSNOET^ MAANDAG 1 DECEMBER 1930 TWEEDE BLAD PAG 5 EEN KWARTEEUW KINDERWETTEN IN DE RIDDERZAAL REDEVOERINGEN VAN VOORAANSTAANDE PERSONEN Naar aanleiding van het feit, dat de Kin derwetten heden gedurende 25 jaar haar ze genrijke werking in ons land hebben ver richt, is Zaterdagmiddag een bijeenkomst ih de daarvoor door de regeering ter beschik king gegeven Ridderzaal' gehouden, welke samenkomst was georganiseerd door den Ned. Bond tot Kinderbescherming, de Ver- eenigingen van Secretarissen van Voogdij raden, do Vereèniging voor Strafrechtspraak en de Vereeniging van directeuren en direc trices van Rijks- en particuliere opvoedings gestichten. Een commissie uit de besturen van genoemde vereenigingen had zeven be kende persoonlijkheden bereid gevonden, in deze herdenkingsbijeenkomst het woord te voeren. Rede van inr. H. de Bic. De voorzitter, mr. H.- d e B i e, vertegen woordiger van den Ned. Bond tot Kinderbe scherming, hield de openingstoespraak: Wij zijn de regeering dankbaar, aldus spr., dat zij ons voor deze vergadering deze histo rische zaal heeft willen beschikbaar stellen Waar toch beter dan aan deze plaats, kan het feit herdacht worden, dat „de waarlijk nationale wet" nu een kwarteeuw haar werking in ons volksleven heeft geopen baard. Niet om feest te vieren zijn wij hier. Hoe jou men feest kunnen vieren, waar het gaat om één van de meest schreiende noodcn van een volksbestaan. Evenmin zijn wij hier om anderen of mis schien wel onszelve te eeren en te prijzen, voor het werk, wat gedaan werd. Neen, als wij hier naar de Ridderzaal zijn samengestroomd, dan willen wij daarin zien drieërlei: allereerst een getuigenis, dan de bezegeling van een hechten band, ten slotte een belofte voor de toekomst. Een getuigenis, want wij getuigen van onze dankbaarheid, dat de Kinderwetten, j ook in haar toenemende verfijning, het mo gelijk gemaakt hebben om duizenden en nog eens duizenden van de kinderen van ons volk van lichamelijken en zedelijken ondergang te redden. Wij willen hier bezegelen den hechtein band tusschen overheid en particuliere zorg. Wij zijn zoo dankbaar, aat minister Cort van der Linden, dien ik in dezen gedach- tengang van heden, de samenwerking yan overheid en particulieren, den grootvader van dit groote gezin zou willen noemen en die zelf in dezen zomer zijn gouden bruiloft mocht vieren, nog van'dit huwelijksfeest ge tuige mag zijn. En ten slotte een belofte voor de toekomst: ,wat zijn 25 jaren in het leven van een volk? Een korte spanne tijds. Wij, die in het werk staan, weten maar al te goed, dat de strijd nog niet is volstreden, dat telkens en overal in onze groote steden en op het platteland kinderen gevonden worden, die bescherming noodig hebben tegenover hun ouders, hun voogden, tegenover zichzelf en voor wier verkeerde ontwikkeling ook onze samen leving moet worden beschermd. Als wij hier een aogenblik zullen zijn sa- mengeweest, zdller. wij elk gedragen door de kracht van eigen beginsel ik voor mij zeg in Gods krach I weer aan ons werk gaan, gesterkt doo- de gedachte, dat ons werk niet ijdel ispeweest en ook niet ijdel zal wezen, als het maar gaat, niet om ons- Zelf. maar om het aind. Rede van prof. mr. Cort van der Linden, Oud-minister prof. mr. P. W. A. Cort van der Linden sprak hierna: De uitnoodiging om in deze bijeenkomst tóen kort woord te spreken, heb ik aanvaard, omdat de herinnering aan eenige fundamen teele vragen, d.ë de auteur der Kinderwet ten had te overwegen, ook in onzen veel bewogen tijd van belang kan zijn. De eerste vraag, die ik memoreer, is deze: Hoe*was een wettelijke organisatie der kin derbescherming overeen te brengen met het recht en den plicht der ouders om paar stoffelijke belangen van hun kroost? Het was moeilijk, maar onmogelijk was het niet. Nergens ter wereld immers leven de ouders met hun gezin op zichzelf. Zij zijn een organisch deel der volksgemeenschap, voortlevend van geslacht tot geslacht. De wetgever, die dit recht der oudera er kent, omdat dat recht is een nationaal be lang, moet juist om diezelfde reden de taak der opvoeding aan anderen opdragen, in dien het belang der kinderen door het on- Een tweede fundamenteele vraag is deze: hoe moet gehandeld worden met kinderen, die de rechtsorde verstoren? Zeker, kinderen van zekeren leeftijd, schuldig strafharo feiten, moeten gestraft worden. Maar ondraaglijk voor het volksgeweten was de misère der kinderen, die op dezelfde wijze als volwassenen werden berecht. De strafrechtspleging moest dus wordon ber- zi.en: Hot beginsel, waarvan de wetgever uitging, eischtè -echter meer. De wetgever moest zorgen voor de opvoeding der kindo- ren, wier misdaad en wier schuldbesef vrij heidsbeperking noodig maken. De wet heeft die dubbele taak uitvoe ring der vrijheidsstraf en opvoeding om schreven en vastgesteld door het instituut der tuchtscholen en opvoedingsgestichten. Voor de godsdienstige opleiding dor kin deren in de particuliere gestichten is ge zorgd en het godsdienstonderwijs in de rijks opvoedingsgestichten en tuchtscholen is ver zekerd. Geheel bevredigend zijn echter de Kinderwetten, in dit opzicht nog niet Mis schien was de taak voor den toenmaligen wetgever te zwaar. Misschien ook was de tijd nog niet rijp. Veel moest nog aan latere wotgeving en aan de practijk worden over gelaten. Maar ik weet, dat het doel der wet niet kan worden bereikt indien niet zij, die met de uitvoering belast zijn, met liefde zijn be zield voor - do kinderen, die zonder hun hulp reddeloos zouden te gronde gaan. En thans in deze bijeenkomst, getuigende voor zooveel kunde en toewijding, vervult zich mijn hoop. dat de Kinderwetten een maal ten zegen zouden zijn voor ons volk. Rede van minister Donner. De minister van justitie, mr. dr. J. Don ner, voerde daarna het woord. Toen voor 25 jaron, na ampele voorberei ding, de Kinderwetten den toets der prak tijk tegengingen, zal wellicht bij velen die de in verschillende opzichten omstreden regeling hadden zien tot stand komen, de vraag hebben geleefd, hoe men na verloop van tijd op de inwerkingtreding zou terug Welnu, de vergadering van heden geeft het blijde antwoord. Dat in zoo grooten ge tale mannen en vrouwen van verschillende positie en levensrichting behoefte hebben gevoeld om den lsten December 1905 te ge denken als een zegenrijken dag in de ge schiedenis van Nederland, het is het bewijs, hoezeer de wetten zijn geslaagd. Zelfs in den geheelcn opzet van deze ver gadering vindt dit zijn uitdrukking. Immers de organisatie van. deze bijeenkomst is niet van de regeering uitgegaan, neen, het ini tiatief kwam van hen, die in allerlei vorm op het terrein der wetten practischen beid verrichten. Het tee kent de groote medewerking en belangstelling, die deze wetten in den loop der jaren in de kringen der maatschappij hebben weten te vinden. Hét getuigt aldus, dat de onmisbare voorwaarde, waarvan het welslagen dezer wetten afhing, is vervuld. Want het doel der wet was juist die krach ten te wekken. Ook heeft de ontwikkeling zich niet afge wend yan dè grondgedachte der wetten:- bë houd zooveel en zoo lang mogelijk van de natuurlijke banden, waarvan de handha ving niet in dc laatpte plaats ook het be lang is van het kind. De wet van 1921 tot aanvulling der Kinderwetten betreffende de ondertoezichtstelling is op deze gedachte geinspireerd en heeft tevens den kring van hën, die in practischen arbeid medewerken, weder Verruimd. Zoo mag deze dag een dag van voldoe ning zijn. Aan die voldoening moogt Gij allen, die op dit terrein arbeidt, voor dezen dag U wel overgeven, .omdat vrees vooi voldaanheid en nog minder voor zeliVol- daanheid niet behoeft te bestaan. Want aan verdere wcnschen en idealen ontbreekt het niet En gaarne grijp ik, door de uitnoodiging tqt deze vergadering daartoe in staat ge steld, de gelegenheid aaii om namens de regeering allen, die ïp mede-ambtelijke functie ik denk aan Alg. College en voogdijraden, en de hun terzijde staande krachten of in den vereenigingsarbeid en in de van deze vereeniging uitgaande instellingen, zich aan dit werk hebben ge geven en geven, grooten dank te brengen voor hetgeen tot welslagen van het doel der eigen inzicht te zorgen voor de geestelijke J Kinderwetten in de kwarteeuw, die achter ons ligt, is verricht. En op hen een beroep te doen, opdat, ook waar de tijden en ver houdingen veelszins, moeilijker zijn gewor den, bij voortduring door, samenwerking van overheid en maatschappij onder Gods onmisbaren zegen dit schoone werk voort gang moge hebben. Onder applaus der "vergadering deelde de Minister mee, dat verschillende vooraan staande personen door de Koningin onder- REGEERINGSJUBILEUM VAN KONING HAAKON Koning Haakon van Noorwegen vierde onder groote belangstelling zijn 25-Jarig regee- ringsjubileum. Een foto van de vorstelijke gasten, dié bij dit jubileum tegenwoordig Waren. Zittende van links naar rechts: Koningin Maud, Prinses Thyra van Dene marken en Kroonprins Martha vain Noorwegen/Staande v. L n. r.: Prins Gustaaf van Denemarken, Prins George van Engeland, Koning Christiaan van Denemarken, Koning Ilaakon van Noorwegen en .zijn zoon Kroonprins Olaf. Rede van Mr. Dr. Kooien. Mr. Dr. D. A. P. N. Kooien, oud-minister van Arbeid, wees er op, dat de wetten van 1901 slechts mogelijk zijn geworden door een beteren kijk op de verhouding tusschen ouders en kinderen. Het betere inzicht in de verhouding tusschen ouders en kinderen heeft in de wet een plaats gevonden. Bij vern\aarloozing en onverstandige op voeding kent de wet het instituut der ont heffing; en dat der ontzetting, indien de vader of moeder, die de ouderlijke macht uitoefent, daartoe onwaardig is gebleken. De tweede gewichtige wijziging, door dc wetten van 1901 ingevoerd, was de mede werking door den staat gevraagd en aan geboden aan do vrije krachten in de maat schappij. Spr. geeft een kort overzicht van hetgeen in alle kringen der bevolking met eigen krachten gedaan was voor het misdeelde kind. De overheid vond aantallen personen bereid om met haar mede te werken. En wel in twee verbanden. In de eerste plaats als lid van den Voogdijraad. Bij K.B. van 25 October 1905 werden 27 voogdijraden opgericht en 230 leden benoemd, die bereid waren hun tijd en moeite belangeloos te ge ven voor het heil van het verwaarloosde kind. Daarnaast vroeg de overheid de hulp der particuliere krachten om zieh tot rechts personen te vereenigen met Set doel duur zame verzorging van minderjarigen te be vorderen. Dat deze gelukkige samenwerking van do overheid met het particuliere initiatief gelukkige resultaten heeft Opgeleverd blijkt uit een enquête door mevr. Dr. Kruvswijk- Hamburger gehouden, die on grond daar van tot de conclusie kwam, dat de resulaten op 25-jarigen leeftijd van een paar duizend jongelieden, dio tusschen 1913 en 1919 meer derjarig waren geworden, voor G4 pet. goed waren en voor 17 pet. tamelijk. Spr. eindigde met den wensch, dat de be volking van Nederland, in al haar kringen en geledingen, bij voortduring krachten moge ter beschikking stellen, welke, ge steund door de overheid, zich willen wijden aan de belangen van het misdeelde kind. Dat is de lijfspreuk, niet alleen van Karei I zelf, maar ook van al de rookers, die in één week tijds van de 2'/z millioen Karei I sigaren genieten, welke weke lijks in de Karei I fabrieken door de beste vaklieden worden gemaakt van de fijnste tabakken uit de beste oogsten die ter veiling komen. Daarom is er ook maar één Uit het Sociale Leven. HET INTERNATIONAAL CHRISTELIJK VAKVERBOND. Het bestuur van het Internationaal Chrlste- lik Vakverbond heeft op 28 November J.l. t® 'arü.-' zijn 293te bijeenkomst gehouden. BU ont- >nd de rzlttei verg rzlttei ander lei- r J. ZIrn— iwezig de ls uit Brus Amelink u I. C. V., ;r P. J. S. Seri indeMe een aai Het St. Nico laasgeschenk voor Heeren. den en als voorzitter van hét Algiemee; College van Toeziunt, Dijyuind en Advies voor het Rijks tucht- en opvoedingswezen, zulk een gewichtig aandeel aan het in prac tijk brengen dezer wetten had. En ik doe dat niet minder mr. J. Simon v. d. Aa, die al de ontwerpen voor de inwendige inrichting van tuchtscholen en opvoedingsgestichten samenstelde en die op eeri naar vorm en inhoud zoo voortreffelijke wijze in genoemd college verdedigde. Deze dne grondleggers en bouwers van het monument der kun denvetge ving zij in mijn slotwoord een eerbiedig saluut der eére gebraciht. Maar ik doe dit niet minder aan al die mannen en vrouwen, die als een soort heils leger dag in dag uit werkzaam zijn om het gebrokene te heel en het verlorene terecht te brengen. Hier op een samenkomst als deze past een dankbaar gedenken van al die directeuren en directrices, vakbazen en op voedende ambtenaren, mannen en vrouwen in voogdijraden, bestuurders van bijzondere vereenigingen, die de gezegende werking der Kinderwetten dag aan dag doorvoeren, liefde toonen en zonuer wie de uitnemend- ycwi y.m v... s^e wetS6ver met lamheid geslagen zou zijn. pleegkind verlangt j ëier bestaat gelukkig een hoogere een- Rede van mej. Mr. H. G. Veth. Mej. Mr. H. G. Veth, secretaresse van. den Voogdijraad te Almelo, sprak namens de secretarissen der Voogdijraden, een groep ambtenaren, van wier .toewijding en inzicht het voor een groot deel heeft afgehangen, of da jonge Kinderwetten zouden gaan leven in het hart der bevolking. Vooral door liet «lagelijksch spreekuur is de band gelegd tusschen publiek en Voogdijraad, welke band heilzaam is gebleken. Hetjjverk der Voogdijraden biedt een wijd perspectief. Een ontwerp ligt gereed, w in aan de Voogdijraden een veel grooter taak dan tot dusver wordt gegeven in ver band met de wet. op het vaderschap. De mo geli,ikheid van verdere uitbreiding van het werk is zeker aanwezig. Het was haar een eer ook te mogen spre ken voor de vroiuwen, die gewerkt hebben in de laatste 25 jaar in tallonze besturen ens toezichthouders, in gestichten en als pleeg moeders. De moeilijkheden zijn voor de pleegmoe der buitengewoon zwaar, haar taak eischt groote liefde, tact en toewijding en gezond inzicht. Wie naar een pleegkind verlangt, omdat zij zichzelf niet vinden kan komt j hfm en. al zijn üe suhukeeringen bedrogen uit. Eerst moet gij zelf gebouwd i blijft toch deze eenheid bewaard. Zij is als zijn .irechtwinklich naeh Leih und Seei" i*et ware de beschermende hand overliet geldt voor de pleegmoeder niet minder dan j misdeelde of aanvankelijk misdadige kind voor de natuurlijke moeder. Tal van vrou- J uitgestrekt. wen hebben in de lgéfsté 25 jaar liet pleeg-(En wie dit goed in het oog ihoudt, zal moederschap aanvaard en met liefde vol- j dézen dag in zekeren riff een nhtiöiïale gé bracht Ook het werk van haar, de neder i- j denkdag heetCn. Hier zijn tegenwoordig en de onbekenden, doch de onmisbaren gerepresenteerd honderden iioiianuschy manuien en vrouwen, als het ware ver- eênigd in een nationaal verbond, dut ten moet vandaag herdacht worden. den beet Honing. Rede 1 Vervolgens was het woord aan den heer G. H. Honing, als oud-directeur van een Rijksgeslicht en thans directeur van een particuliere instelling, tevens voorzitter yan de Directeüren-Vereeniging. Spr. wees er op, dat het een zeldzaam feit is dat het 25-jarig bestaan van eeu wet. wordt herdacht en meende dat er dan ook wel hijzondere redenen moeten zijn, om dit thans geschiedt en dan nog wol on-; der zoo groote en algemeene belangstelling Een dier redenen zal zeker mogen woi don gezocht in de omstandigheid, dat de Kinderwetten beschouwd kunnen worden als een verschijnsel, dat getuigt van het bereiken van een nieuwe hoogte in den moe;zamen tocht van den mensch bergop waarts. Spreker betoogde dat, hoe belangrijk de verbeteringen, die de Kinderwetten brach ten o.a. door het doen vervallen van de laagste en het verhoogen van de hoogste leeftijdsgrens, door het doen vervallen van het oordeel des onderscheids als critérium der strafbaarheid, door invoering van de ter beschikking stelling en. de tuchtschool- straf en door de nieuw.e. bepalingen be treffende de ontheffing en ontzetting uit de ouderlijke macht, ook waren daarin niet de groote beteekenis dier wetten schuilt, maar deze veeleer "hierin gelegen is, dat dergelijke verbeteringen evenzoovele bewij zen waren, dat hoogere begrippen van on zen plicht ten aanzien van kinderberechting en -bescherming zoo sterk in ons volk leef den, dat edj tot uitdrukking konden komen in onze wetgeving. Er is dan ook geloofde spreker, alle reden om met dankbaarheid te gedenken de in voering onzer Kinderwetgeving. In dit verband wees spreker op het uit muntend werk dat gedaan is door particu lieren, Rijks- en seimi-Rijksambtenaren, ter wijl hij tevens in het licht stelde dat de ontwikkeling dezer wetten onmiskenbaar een omhoog strevende richting aanwijst. Voorts zette Spr. uiteen dat er niet alleen reden tot voldoening is over hetgeen reeds werd bereikt, maar er tevens reden tot hoon voor de toekom1^ is. Want wie de ontwikkeling der denkbeel den volgt, zal niet alleen kunnen constatee- ren hoe menschen van allerlei richting sa menwerken in het belang der misdeelde kinderen, maar zal ook kunnen opmerken, dat alle streven, bij alle verschil van uit gangspunt, een bepaalde richting aanwijst, welke spreker zou willen aanduiden als de paedagogische. Redo van oud-mlnlster Dr. de Visser. Dr. J. Th. de Vias8,r sprak 't slotwoord: Wij waren en zijn allen in een dankbare stemming bijeen. Maar danken is goden ken, en dat gedenken is mij te liever, aldus Spr., omdat men, oud geworden, gaarne met zijn gedachten in het verleden verkeert Welnu, voor mijn herinnering gaan weder die mooie dagen in Mei en Juni van 1900 in de Tweede Kamer voorbij, toen ma de schitterende verdediging door minister Cort v. d. Linden van de beide wetsontwerpen, die zomder stemming werden aangenomen,, nadat de minister bij het begin van het debat de juiste opmerking had gemaakt, dat er eenige politieke strijd niet mede gemoeid was. Bovendien gedenk ik hier gaarne twee mannen, die bij het zeer zware werk van de toepassing der aangenomen wetten, de grootste diensten aan ons volk hebben be wezen, namelijk: jhr. mr. A. J. Rotbaan Macaré, die jaren lang -voor de beginselen^ in genoemde wetten neergelegd, had gestre- doel heelt het kind," aai verwaarloosd door-unbarm-hartige ouders; het kind, dat NED. UITGEVERSBOND. Herdenking 50-jarig bestaan. Zaterdagmiddag hééft, te Amsterdam de Nederlanusche Uitgeversbond in algemeene vergadering z'n 5u-jarig bestaan op feeste lijke wijze herdacht. Tal van bloemstukken waren binnenge komen o.m. van de Vereeniging van Letter kundigen, den Ned. Bond van Steendrukke rijen, de Vereenigiing van Nederiandsche Papiergroothande laren, de Nederiandsche Dagbladpers, de, Federatie van Werkgevers organisaties in het Boekdrukkersbedrijf, De voorzitter van den Bond, de heer J. C. T j e e n k Willink, sprak een feestrede uit, waarin hij den reeds ontslapen vader van den Bond, wijlen den heer J. K. ïadema herdacht. Naast dezen noemde Spr. nog de heeren dr. H. D. Tjeenk Willink en Brinkman, die met. eerstgenoemde de voor bereidende werkzaamheden voor de oprich ting hebben verricht, alsmede de heeren Tj.van Holkema en G. L. Funke, die met het driemanschap de eerste circulaire an- derteekenden. Spr. wees er vervolgens op, hoe de Bond bij z'n geboorte verre van vriendelijk wérd ontvangen, doch hoe hij geleidelijk steeds Üeter zijn \\'eg iheeft' kunnen vinden. Het orgaan „de Uitgever" kwam tot stand even als de jaarlijks Verschijnende catalogus en 4e Tentocsiatellingen van het Boek. In 1910 ontving de bond, in gemeenschap met de „Vereeniging" het Internationale Uitgeverscongres te Amsterdam. - In 1913 werd bét rechtsgeleerd bureau op- aan een vuile worekl oucillen van sleohtheui gericht en trof de bond de arbitrage-over te danken heeft, een tweede eehbouderhjk eenkumst In 1914 werd op initiatief van tehuis tq bezorgen, waar gepoogd wordt die I den bond de Centrale Raad in het leven bacillen te dooden en he(. kind. lichamelijk geroepen en geestelijk gezond te maken. j Nadat Spr. de tallooze moeilijkheden, geen filantropie, maar een natio- welke de wereldoorlog met zich bracht, had j nachtarbeid is op de In- i Washington. 28 Januari 1931 r Christelijke Vakinternational-es zitt Op de agenda van deze bijeenkomst estuursraad is o.m. geplaatst het vi ©trekking hebbende op de huidige EXAMENS PROMOTIES 3rd is tot Doctor lof. ACADEMISCHE EXAMENS I. Laai a A. D. J de da: EXAMENS-NEDERL. TAAL ïsterda 3slaagd l i, 29 Nov. M.O. Akte K 7. GeëX. andldaat, nL de heer J. M. Gt lastricht. EXAMENS-STAATHUISHOUDKUNDE Den Haag. 29 Nov. M. O. Akte K 11. Ge-e laagd de heer T. Monas te Den Haag. EXAMENS-STAATHUISHOUDKUNDE Den Haag, 29 Nov. II. O. Akte K 11. Gé« slaagd de heer J. J. Harlngsma te Voorburg. EXAMENS-WISKUNDE 29 Nov. L.O. Art 86. Geslaagl G. J. Widei s Win wijk. EXAMENS-STUURMAN laag, 29 Nov. Geslaagd naai werk. De wetgever biedt ons de wapenen aan in deze strijd. Aan ons de roeping ze öe gebrui ken. En. wij doen dit, na dezen herdenkings dag, ajlen met vernieuwde geestdrift en in niger toewijding, met dat diepzinnig en prachtig Bijbelwoord in hoofd en hart: „dat degeen, die een zondaar van de dwaling zijns weegs bekeert, een ziel van den dood zal behouden en een menigte van eigen zonden zal bedekken". De redevoeringen werden afgewisseld met zang van liederen door jonk vrou we Jacoba Repelaer van Driel, met pianobegeleiding van mevr. N. Keasier—Jung. De voorzitter dankte ten sljtte allen voor medewerking en opkomst en sloot daarna de vergadering. Des avonds zaten ruim 400 personen aan voor een gemeenschappelijke maaltijd in den Dierentuin. Telegram aan de Koningin. In zijn openingsrede stelde de voorzitter, mr. H. de Bie voor een telegram van den volgenden inhoud aan H. M. de Koningin te zenden: Ned. Bond tot Kinderbescherming, Veree- higiriig van Voogdijraads-secretarissen, Ver eeniging voor Strafrechtspraak, Vereeniging van Directeuren en Directrices van Rijks- en Particuliere Opvoedingsgestichten met tal van autoriteiten 'en werkers op het ge bied der Kinderbescherming in de Ridder zaal bijeen ter herdenking van de 25-jarige werking der Kinderwetten bieden Uw Ma jesteit, die in 1901 ons volk deze wetten schonk, hun eerbiedige hulde. w.g. DE BIE, Voorzitter. Bij het jubileum der Kinderwetten, dat Zaterdag plechtig .werd herdacht mag wel eens worden gewezen op het feit, dat er in Nederland meer don 200 vereenigingen zijn die medewerken aan de uitvoering dezer Kinderwetten. Aan deze vereenigingen werd over het af- geloopen jaar tezamen uit de opbrengst der weldadigheidspostzegels meer dan 100.000 uitgekeerd. Dat deze gelden nuttig worden besteed daarvan zal men in deze dagen meer dan ooit worden overtuigd. Men iberinnere zich dit wanneer van 10 December tot 10 Januari wederom verkrijg baar zullen zijn weldadigQieidspostzegels en prentbriefkaarten -ton behoeve van het mis deelde kind. Ah al onze lezers eens hielpen. Transport van lijst 16 Door bureau van ..De St." Hengelo (Gld.) (nagiften) Marum (Gr.) Onst wedder-Holte Schildwolde (Kerkcoll.) swoude (Kerkcoll.) o/d Wlld.-borch gereleveerd, herinnerde hij er aan, dat in 1918 de verdeeling van de leden van den Bond in verschillende groepen tot stand kwam. Een gemengde commissie werd in gesteld van- uitgevers en letterkundigen om betere samenwerking tusschen den Bond en de Vereeniging van Letterkundigen te ver krijgen. Tenslotte vroeg spr. zich af wat na deze voorspoedige halve eeuw de toekomst bren gen zal, waarbij hij als zijn meening uit sprak, dat bij de gewenschte toewijding samenwerking en medewerkinghet sue ces der komende 50 jaar niet anders dan verzekerd kan zijn. Na deze rede voerden nog tal van voor aanstaande figuren uit binnen- eh buiten land het woord. Een groot aantal gelukwen schen en geschenken kwam binnen en tot besluit van dezen jubileümdag verzamelde men zich aan een gemeenschappelijke maal tijd waaraan o.a. deelnemen de Amster- damsche burgervader, de. heer W. de Vugt en de commissaris der Koningin in Noord- Holland, jhr. mr. dr. A. Roëll. Uit Oost-lndie DE REIS VAN DE G. G. BATAVIA, 29 Nov. (Aneta). De Gouver neur-Generaal van Ned. Indië jhr. nu-. A. C. D. De Graeff is heden van zijn reis naar Siam en Indo-China, teruggekeerd. Ter ver welkoming waren alle hooge autoriteiten aan wezig. Bergen op Zoorp Het totaal-bedi 40o Loc. Comité'® ƒ66.010.88 !g der collecte la vergeleken ir Iets hooger. Wfl mogen dua at de ton dit jaar weer over- len, mits dg correspondenten ltjst 16 f 66.010.38 29.90 63.08 200.— 38.69 40.65 118.— 136.60 i (Gld.) (Gercf. Kerk) Poortvliet (Kerkcoll.) Tilburg Zevenbergen (Kerkcoll.) rswUk, Bodegrai Mr. J. J. HANQELBROEK. adj.-secretaris van de Un!« „Een School met den Bjjbel", Nadruk verboden. 71. Bom! Daair kwamen we opeens in de dakgoot van een heel hoog huis terecht. De n zakdoek zat klem en we kwamen niet ver- waï ZOU oa» ©®n SPron9 der. „Laten wc meteen maken, dat we er uit komen!zei ik, en één, twee, drie, spron gen we in de gpot. De luchtballon ging weer vandoor, maar wij waren heidJawel, denk je maar! vooruit zijn! veilig- 72, Want toen we ons omdraaiden, keken we regelrecht in de oogen vaneen kat> die om het hoekje naar ons zat te loeren. „Ilelp! Help!" piepten we, en met allebei onze handen in de lucht gingen we ©r van door, van de eene goot in de andere sprin» gend. (Wordt Woensdag vervolgd!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 5