Doe Uw vriend een plezier
ZATERDAG 8 NOVEMBER 1930
TWEEDE BLAD PAG. 5
TEGEN EENZIJDIGE
ONTWAPENING
ONZE HOUDING BIJ EVENTUEELE
SCHENDING ONZER NEUTRALITEIT
Korten tijd, nadat oud-minister J. J. C.
van D ij k onlangs te Rotterdam gespro
ken had over Vlootplan en eenzijdige ont
wapening, ontvingen we een ingezonden
van den heer H. A. Verduin, Douzastraat
21, Den Haag.
Na hulde gebracht te hebben aan het za
kelijk en principieel betoog van den heer
Van Dijk, stelde inzender echter de vraag,
Wat zal ons land moeten doen als bij een
eventueele schending onzer neutraliteit de
andere partij toegang vraagt?
Inzender lichtte deze vraag nog nader toe
met deze woorden:
Ik bedoel dit: Stel dat in een groote oor
log tusschen de ons omringende landen
ons grondgebied door één hunner betreden
wordt. Het is onze plicht deze schender
duidelijk te maken, dat hij een daad pleegt
die wij niet ongestraft mogen laten passee-
ren. Dus wij moeten desnoods met de wa
penen in de hand de indringer uitdrijven,
Maar nu de.andere partij.
Op hetzelfde oogenblik dat de eene par
tij ons grondgebied schendt, zal de andere
de vrijheid nemen ook zulks tc doen, want
hij meent, dat wij nu een gemeenschappe
lijke vijand hebben.
De situatie verandert dus dan ineens.
Inplaats van te strijden voor het behoud
onzer neutraliteit, worden wij in de oogen
der andere partij in het conflict betrokken,
dat hen ten strijde deed trekken.
Onzerzijds moeten wij hiertegen bezwaar
maken. Wij mengen ons niet in den strijd
om aan het conflict deel te nemen, doch
wij hebben alleen de plicht onze neutrali
teit te bewaren, en dit onder alle omstan
digheden".
De inzender besloot zijn schrijven met de
opmerking, dat de heer Van Dijk hem en
vele anderen een groot en dienst zou bewij
zen door zijn vraag te beantwoorden.
Hoewel wij van oordeel waren, dat deze
yraag geheel valt buiten het kader van de
rede, welke de heer Van Dijk hield, hebben
we ons toch tot onzen oud-Minister van
oorlog gewend met verzoek een korte uit
eenzetting van deze hoogstbelangrijke
kwestie te geven en met groote bereidwil
ligheid is ons verzoek ingewilligd.
Het is ons daarom een bijzonder genoe
gen het antwoord van zeer bevoegde zijde
hier te laten volgen; en we spreken hier
gaarne onze groote erkentelijkheid uit.
De heer Van Dijk schrijft het volgende:
BINNENLAND.
De hier gestelde vraag kan niet worden
beantwoord op zoodanige wijze, dat een
algemeene regel kan worden gesteld.
Wanneer, bij een oorlog tusschen de ons
omringende landen, een der oorlogvoeren
de partijen ons grondgebied schendt, is het
neutraliteitsplicht ons daartegen te verzet
ten, zoo noodig met geweld van wapenen
Wanneer aan dien plicht wordt voldaan,
heeft de andere oorlogvoerende partij zon
der meer niet het recht eveneens ons grond
gebied te betreden.
Het handhaven der onzijdigheid brengt
voor ons niet noodwendig mede de positie
van oorlogvoerende partij.
Ontwikkelt zich de toestand zoo, dat
eerstbedoelde partij op ons de overhand
heeft, ons leger terugdringt en metterdaad
den oorlog tegen ons ontketent, dan is het
rechtens aan ons tc beslissen of wij de an
dere oorlogvoerende partij te hulp zullen
roepen cn tot steun van onze actie op ons
grondgebied zullen toelaten. Indien ja, en
wij zouden dan zijde aan zijde strijden met
laatsthedoelde partij, dan strijden wij daar
mede niet voor diens oorlogsdoel, maar
uitsluitend voor ons eigen doel, n.l. den in
gedrongen vijand terug te werpen.
Zijn er omstandigheden, die ons nopen de j
hulp van de andere oorlogvoerende par-1
tij niet te aanvaarden, dan blijven wij
den strijd op ons grondgebied alleen voeren.
Het spreekt wel vanzelf, dat de andere
oorlogvoerende partij' dan den tegenstander
elders zal aangrijpen, waardoor deze ge
noopt kan zijn den aanval op ons te sta-
Nu is het geval denkbaar dat de andere
oorlogvoerende partij van oordeel is, dat
het gevaarlijk doordringen van zijn tegen
stander op ons grondgebied diens positie
in strategischen of tactischen zin zóó ver
sterkt. dat hij uit een oogpunt van eigen
veiligheid meent niet te mogen nalaten op
ons grondgebied zelf in te grijpen. Maar dan
mag worden aangenomen, dat de positie
voor ons zoo moeilijk is geworden, dat ons
doel, n.l.- den aanvaller van ons grondge
bied te verdrijven, slechts verwerkelijkt kan
worden door de hulp van de andere par
tij, wier eerste doel dan overeenkomt
met het onze. Het Is nauwelijks denkbaar,
dat het onder die omstandigheden tegen
onzen wil zou zijn, dat de hulp ons op ons
grondgebied zou worden verleend.
Hoe de verhoudingen ook geworden zijn,
vast blijft staan, dat voor ons de strijd
in beginsel blijft handhaving der neutrali
teit, welke handhaving door den loop der
omstandigheden is geworden de strijd om
den aanrander weder van ons grondgebied
te verwijderen. Een verder strekkend oor
logsdoel hebben wij niet en geenszins heb
ben wij aanvaard het oorlogsdoel van wel
ke partij ook. Natuurlijk zal, \fanneer de
vrede is gevolgd, ook onzerzijds een oisch
tot vergoeding van schade die ons onrecht
matig is toegebracht, dienen te worden ge
steld en zoo mogelijk dienen te worden
geldend gemaakt, maar dat staat buiten het
oorlogsdoel van dc oorlogv -erende partijen.
Indien het gelukt den aanvaller terug te
werpen en daarmede aan het vervullen van
tegenover de andere oorlogvoerende partij
den onzijdigheidsplicht is voldaan, dan zal
evenzeer de positie van onzijdigheid moeten
wordeningenomen, m.a.vv. aan die partij
zal niet mogen worden toegestaan van ons
grondgebied gebruik te maken in den ver
deren strijd tegen zijn tegenstander.
Het spreekt vanzelf, dat met het boven
staande het onderwerp geenszins uitgeput
is, in 't bijzonder wartneer een geval, be
doeld in art. 16 van het Volkenbondsver
drag aanwezig is, maar het gaat hier om de
algemeene vraag, hoe de positie rechtens
is, wanneer Nederland optreedt ter hand
having van zijn onzijdigheid.
WIJZIGING STUWADOORSWET
WETSONTWERP INGEDIEND.
In 1921 werd bij de Tweede Kamer een
wetsontwerp ingediend tot wijziging der
Stuwadoorswet, waaromtrent voorloopig
verslag werd uitgebracht, maar dat in ver
hand met de ingetreden economische ma
laise verder is blijven rusten. Thans heeft
de regeering een nieuw wijzigings-ontvverp
ingediend, dat in de eerste plaats een nieu
we regeling van den arbeidstijd beoogt.
Deze gaat uit van een maximum arbeids
duur van 8*4 uur per dag <fn 48 uur per
week, behoudens krachtens de wet te stel
len uitzonderingen. Hierdoor wordt dus de
norm gevolgd, welke sinds 1922 in de Ar-
beidswet-1919 voor de arbeiders in fabrieken
of werkplaatsen is neergelegd. Het inspan
nend karakter van den stuwadoorsarbeid
rechtvaardigt in de oogen van den Minister
deze gelijkstelling. Bovendien sluit een
dergelijke regeling aan bij hetgeen in een
groot deel van het havenbedrijf sinds ecni-
ge jaren reeds geldt
Een tweede hoofdpunt van het nieuwe
ontwerp is de uitbreiding van de werkings
sfeer der Stuwadoorswet. Tot dat doel is
de définitie van „stuwadoorsarbeid" aange
vuld, o.a. is daarin opgenomen: „bij alge-
meenen maatregel van bestuur aangewezen
werkzaamheden, bestaande in of verband
houdende met het opslaan, verwerken, af
leveren van goederen in bij dien algemee-
nen maatregel aangewezen pakhuizen, op
slagplaatsen, vaartuigen en voertuigen".
Hierdoor zal het mogelijk worden tal van
werkzaamheden, die thans niet onder de
wettelijke omschijving van den stuwadoors
arbeid vallen, zooals in op de kade zich bu
vindende pakhuizen, in de veemen, in het
expeditie-, Rijnbeurt- en sohuitenvervoer
dersbedrijf, onder de wet te brengen.
Voorts is aan het derde onderdeel der be
staande definitie toegevoegd: „het contro
leeren van goederen, het wegen, het meten,
het monster nemen, het onderhoud van in
richtingen van werktuigen en het houden
van toezicht".
Evenals zulks krachtens de Arbeidswet
kan geschieden, wordt de mogelijkheid ge
opend, personen, die uitsluitend of in
hoofdzaak met dc leiding zijn belast, aan
de bepalingen omtrent de arbeids- en rust
tijden te onttrekken.
Verder wordt voorgesteld, het bepaalde
in het eerste lid onder d. van art. 28 der
Stuwadoorswet te doen vervallen, zoodal
ook op den stuwadoorsarbeid in dienst van
een publiekrechtelijk lichaam verricht, de
bepalingen dezer wet toepasselijk zijn.
Een nieuw voorgesteld tweede lid van
art. 4 waakt er voor, dat voor vrouwen en
jeugdige personen arbeid, dien zij volgens
de tegenwoordige Stuwadoorswet niet nv>
gen verrichten, verboden zal blijven, ter
wijl een derde lid ten doel heeft te verze
keren, dat voor deze groepen van arbeiders
ook in de toekomst de bijzondere bescher
ming van' Je artt. 9. 10, 11, 12 en 67 der
Arbeidswet zal blijven gelden. Het wets
ontwerp heeft voorts ten doel de arbeids
kaarten af te schaffen, voor welker hand
having geen voldoende beweegredenen meer
zijn aan te voeren.
De verdere regeling van arbeids- en rust
tijden is overgelaten aan een algemeeüen
maatregel van bestuur, waarbij de noodiga
voorzieningen getroffen moeten worden om
in verband met den aard van het bedrijf de
begrenzing van den arbeidsduur voldoende
ehiticiteit te laten.
Zoo zal in de eerste plaats hij dien maat
regel overschrijding van den wettelijken
werktijd met anderhalf uur per dag zijn
toe te staan voor het beëindigen der werk
zaamheden aan een zeeschip, een ruim, een
lichter of een voertuig, of daarmede ver
band houdende werkzaamheden, zonder
dat hieraan de verplichting verbonden
wordt het verrichte overwerk door een kor-
teren werktijd op andere dagen te com-
penseeren.
Ook zal overschrijding van het dag- en
weelt-maximum moeten worden toegestaan
voor personen die voorbereidenden of vol-
tooiingsarbeid verrichten, zooals arbeiders
belast met het verzorgen of voor gebruik
gereed maken van machinale inrichtingen
en bepaalde categorieën van opzichthoudend
personeel.
Het ligt voorts in de bedoeling van den
Minister te bevorderen dat in den bestuurs
maatregel tot regeling van de arbeids- en
rusttijden bepalingen worden opgenomen
van soortgelijke strekking als het derde tot
en met zesde lid van art. 28 der Arbeidswet
(verleening overwerkvergunningen).
Een bepaling in art. 9 nieuiw maakt het
mogelijk den arbeid van havenarbeiders op
Zaterdag na halftwee des middags in den
regel te verbieden.
De begrenzing van de wettelijke arbeids
week is voorts niet meer beperkt tot het
tijdvak tusschen Maandagmorgen zes uur
en Zaterdagavond twaalf uur, doch zij om
vat de geheele kalenderweek. De arbeid op
Zondag en in den nacht van Zondag op
Maandag telt dus mee bij het totaal der
Verder wordt voorgesteld de Stuwadoors
wet in overeenstemming te brengen met het
Verdrag van Kopenhagen van 28 Januari
1926 betreffende de zeewaardigheid en de
uitrusting van schepen, terwijl mede een
bepaling is opgenomen om te voorkomen
dat schepen gebouwd worden, waarbij geen
rekening is gehouden met de eischen ten
aanzien van plaatsing en inrichting van
luiken, ladders, laadboomen, lieren enz.
Laat hem IO dagen
ES gratis ons blad lezen
KOLONIALE DEMONSTRATIE
VOORDEELEN VOOR DE
INDUSTRIE
Hoe moet ik exporteeren naar Indië?
Het groote belang, dat de Nederlandsche
industrie heeft bij de koloniale demonstratie,
welke Maandag a.s. in het Jaarbeursgebouw
te Utrecht wordt geopend, is wel dit, dat ze
er gelegenheid heeft om te loeren hoe ze
moet exporteeren naar Indië. De vraag: hoe
moet ik mijn export naar Indië vPikrijgen
of uitbreiden, zal menige fabrikant zich wel
gesteld hebben.
De Jaarbeurs bewijst door deze demonslra-
de
te zijn, omdat hier nu op deze koloniale de
monstratie de fabrikanten kunnen zien en
hooren. Wat kunnen ze zien? De monsters
van buitenlandsche artikelen, welke door de
heer van Goor, oud-hoofdambtenaar dei-
Spoorwegen in Indië, zijn bijeengebracht, op
een studiereis, welke hij ter voorbereiding
dezer koloniale demonstratie ondernam, op
uitnoodiging der commissie. Hij heeft daai-
bij in Indië niet die volledige medewerking
ondervonden, waarop was gerekend en dit
was eenigermate teleurstellend. Het is zoo,
dat de groote lichamen in Indië nog niet
"olkomen schijnen te zijn doordrongen van
het groote nut, dat ons land en al is het
maar betrekkelijk, daardoor ook Indië
heeft van een goede zakenrelatie tusschen
moederlartd en overzeesche ge\ Aen. Maar
hoe dit zij, de heer Van Goor is er toch i
geslaagd op zijn reis, die hij maakte over
Java, via SJoekaboemi, Tjiandjoer, Bandjoe-
ning. Padaferang, Garoet, Djokjakarta, Soe
rabaja, Malfcing Semarang, cn Cheribon een
collectie monsters te verzamelen, alsmede
een schat vein waardevolle gegevens.
Onaanzienlijk op de eerste aanblik
ziet de collectie monsters eruit, welke
thans vinden tentoongesteld in het nieuwe
gedeelte van het Jaarbeursgebouw. Maar
is waardevol, omdat het zijn hui te
landsche artikelen en de Nederlandsche
fabrikanten dus kunnen zien hoe hun bui
tenlandsche concurrenten de zaak weten te
verpakken en verder te verzorgen. Maar bo
vendien, en dat is van veel meer belang, zal
de heer Van Goor, gedurende de demonstra
tie in een apart vertrek zitting houden en
Jaar kunnen Nederlandsche fabrikanten, die
zulks willen, alle mogelijke gewenschte
lichtingen - betreffende export naar Indië
ontvangen. Het zou kunnen zijn, dat de ar
mo daartoe zoo groot was, dat de heer V;
Goor niet allen voldoende te woord kon
staan; in dit geval zal hij zich later met de
betrokkenen in verbinding stellen. Men heeft
dus volop gelegenheid om zich op de hoogte
te stellen en geen enkele fabrikant in ons
land kan zeggen, dat hij die gelegenheid
niet heeft, want t
kostelooze toegangsbewijzen
tot de demonstratie zijn te verkrijgen door
bemiddelingen van de besturen der groote
werkgeversvenecnigingen in ons land, zoo
wel als door bemiddeling van de Kamer,
van Koophandel in ons land. Deze organisa
ties verleenen welwillend hun medewerking
en daardoor is tevens voorkomen, dat de
demonstratie bezocht zou worden door an-
ideren dan Nederlandsche fabrikanten, waar
voor ze bedoeld is.
We zullen, als de demonstratie geopend
is, dus in de loop der volgende week, er i
eens wat meer van vertellen en dan tev
een en ander weergeven, uit de rede welke
de heer Ligthart, oud-directeur der Javasclie
bank hield betreffende handelsrelaties tus
schen Nederland en Indië.
DE GOOISCHE TRAM
FLORIS VOS STELT VRAGEN.
Door eten heer F. Vos is aan de Minis
ters van Justitie en van Waterstaat ge
vraagd ctf het hun bekend is, dat de N. V.
Gooische Tramweg Maatschappij te Amster
dam, de bij de wet vastgestelde maximum
snelheid geregeld aanmerkelijk overschrijdt
en dat volgens deskundigen het geven van
voor de veiligheid noodzakelijke fluitsigna
len gaat ten koste van het remvermogen
Hij verzoekt den Ministers aan dezen ge
vaarlijken toestand een einde te maken.
ONVOLWAARDIGE
ARBEIDSKRACHTEN
TELLING.
Het laatste nummer van het orgaan der
Ned. Vereeniging tot bevordering van den
arbeid voor onvolwaardige arbeidskrachten
(A. V. O.) bevat een circulaire, gericht aar
alle gemeentebesturen. In die circulaire
wordt de medewerking ingeroepen bij liet
eventueel in die gemeente organiseeren
eener telling van onvolwaardigen, gelijktij
dig met de volkstelling.
DE GROOTSTE BOOGBRUG TER WERELD
DE ZUIDERZEEWERKEN
Te Den Oever wordt thans een gedeelte van den omringdijk van den Sluisput doorgebaggerd teneinde het water in de schut sluit
toe te laten. Deze sluis zal binnenkort officieel in gebruik icorden genomciu Foto terwijl de baggermachine bezig is den omringdijk
van den Sluisput door te baggeren.
N.- EN Z.-HOLL. REDDINGMIJ
JAARVERSLAG
Aan het jaarverslag der Noord- en Zuid-
TIol landsche Redding Mij. over 1929 ontlee-
nen wij aangaande het materiaal het vol
gende:
Na de reeds eerder ten geschenke ontvan
gen motorbooten, t.w. de Brandaris, gesfca-
tionneerd te Terschelling, de Zeemanshoop
te Scheveningen en de Insulinde te Oost-
mahorn, respectievelijk van de stichting
„Hulp na Onderzoek" het college „Zeemans
hoop" en van belangstellenn uit Oost-
Indië. was het de Vereeniging voor den Ef
fectenhandel te Amsterdam, die op haar
beurt de Redding Mij. met een geschenk
verblijdde, door liet beschikbaar stellen
van een maximum-bedrag van 60.000, voor
den bouw en uitrusting van een nieuwe
motór-reddingboot, waaraan de behoefte
zich reeds geruimen tijd deed gevoelen.
Deze boot de tegenwoordige „Neeltje
Jacoba" werd in Dec. van het vorige jaar
onder internationale belangstelling te wa
ter gelaten, waarbij met name do Duit-
schers vol bewondering waren voor het
kantelen en weder richten gedurende de
demonstraties.
In dienst zijn reeds de motor-redrling-
vaartuigen de „Dorus Rijkers" te Den Hel
der" de „C. A. den Tex" te Harlingen, de
„Hilda" te Rottumeroog, dc „Jhr. Rutgers
van Rozenburg" te Lemmer cn de „Eyer-
land" gestationneerd bij de Cocksdorp op
Texel.
De vloot van de Noord- en Zuid-Holland
sche Redding Mij. bestaat thans uit 38 vaar
tuigen, waaronder 9 motorbooten.
Voorts beschikt de Redding Mij. over 6
tractors, 2 te Scheveningen, 2 te IJmuiden,
1 te Schiermonnikoog en 1 in reserve, alle
van 35 P.K. Clayton. De prijs van elk is =t
5000. Te Egmond Petten, Callantsoog zijn
lijnmortieren, de overige 14 stations, voor
zoover die voor het redden middels lijnver
binding in aanmerking komen, hebben
hiertoe vuurpijlen.
De Hóll. bidustrie- en Handel-Mij. te Den
Haag leverde twee stalen lijnkanonnen van
9.5 c.M. met bronzen uitvoering, een voor
Wijk aan Zee, het andere voor Schëvenin-
geTf-No'orcl. Dit type kanon bevindt zich
reeds te Scheveningcn-Zuid, IJmuidcn-Zuid
en I.Tm ui den-Noord.
Om aan de moderne eischen zooveel mo
gelijk te beantwoorden, zullen aan hnord der
te IJmuiden gestationeerde „Neeltje Jaco
ba" zoowel als aan de Insulinde zend- en
ontvang-installaties voor draadlooze tele
fonie worden, aangebracht.
Wetenschap.
Natuurlijk vindt men deze brug in Amerika bij de havenstad Bayonne in de staat
New Jersey. Alt de brug klaar is, waarschijnlijk in 1932. xal zii een lenate hebben vnn
Hoe de «Vlaamsche nationalisten haar zien.
Het Vlaamsch-nationalistische weekblad
„Vlaanderen" noemt in een breed hoofdarti
kel, getiteld: „Het zesde stadium eencr
Lijdensgeschiedenis", de opening der Vlaam
sche Universiteit op 21 October j.l. te Gent
niet meer dan een aalmoes van de leidende
Belgische politici aan het Vlaamsche volk
Het blad noemt het misleiding, dat de
Rijksuniversiteit te Gent nu werkelijk aan
het Vlaamsche volk zou toobeliooren en een
werkelijke Nederlandsche universiteit zou
zijn, zooals bedoeld is door den Nederland-
schen Koning Willem I. die deze universiteit
stichtte. De Vlamingen hebben „niets anders
verkregen dan een begin van een Simili
Nederlandsche Universiteit, een embryo, dal
door cn door Belgisch is en waarvoor hel
o.i. niet noodig was de studenten van Leu
ven waar nu vele Vlaamsrh-nationale
vitale krachten zullen worden gebruikt
naar Gent te lokken".
Dat „Belgisch embryo van een Vlaamsche
Universiteit" wordt in het vervolg van het
artikel het zesde stadium van de lijdens
geschiedenis genoemd.
„In1940 zal die Universiteit te Gent
een Belgisch-Vlaamsohe Universiteit gewor
den zijn, met Fransche colleges in alle
faculteiten en afdeelingen, indien intus-
schcn niet grootere gebeurtenissen de Bel
gische plannen overhoop gooien.
I „Wij hopen aldus Vlaanderen" dat
wij het zevende, het eind-stadium, zullen
mogen beleven!
I „Dan moge het „retro satanas" uitgespro-
j ken worden tegen alle professoren met
Belgische „eereteekens"!
„Dan moge géén sprake meer zijn van
éénig aanheffen van éénig Belgisch lied!
„Dan mogen alle volksvijanden gekastijd
worden!
„Dan mogen de volksverraders uit den
tempel der Nederlandsche wetenschap
verjaagd worden 1
„Dan moge, terwijl 'ook Vlaanderen vrij is
cn géén ander dan Nederlandsche hoogc-
scholen in Vlaanderen geduld worden, vrije
of officieele, eindelijk de Alma Mater tc
Gent (Guilhelmo primo conditore!) hare
ware bestemming verkrijgen, tot versprei
ding der Nederlandsche beschaving in
het Nederlandsche Vlaanderen!
„Juicht niet eerder, o studenten. Juicht
niet vooraleer dat primaire recht op België
veroverd is.
„Vergeet niet, wat de rector der Ecole des
Hautes Etudes in zijn openingsrede, in volle
oprechtheid heeft gezegd: België geeft een
weinig toe, in verband met den in
ternationalen toestand. Men wil u
paaien en zoe4 houden door enkele conces
sies, opdat gij, dankbaar zoudt sneuvelen op
de T \gisch-Fransche slagvlden.
„Met bloeddorstige verlangens in het hart
gaven de leidende Belgische politici aan het
Vlaamsche volk een aalmoes.
Verlichting bij
Asthma-aanvallen
seken
dan
Abdijsiroop. Wonderlijk zal U de 1
lichting toeschenen, welke deze U ge\
kan, waardoor Gij kalmer wordt. Wonder- i
lijk en toch zoo eenvoud g is de werking
van Abdijsiroop Ze lost de dikke laag
slijm op, die U het ademha'ea belemmert
zooals de :e:p het vuil. waardoor Uw bo s
vrij wordt om de lucht door te laten I
AKKER';
„Meer niet!
„De studenten, die den Vlaamsohen Bel-
gicist Vermeylen, den verloochenaar van de
idealen zijner jeugd hebben toegejuicht,
weten niet wat zij deden, misleid als zij
waren door valsche herders.
„Alleen het zevende stadium kan ver
lossing en vreugde brengen."
Kunst en Letteren.
AART VAN DER LEEUW
Radio Nieuws.
ezing: Marcu
5. Voorlezing
..Zij heeft g
e gedeelte de
gedeelte dei
gory; NeS°Hei
Lezi
Wet
2a. 6. Geloofsbelijdt
13 (2 laatste regel.-
1 IC—27. 9. Gebed. 10.
3. 4 en 10.
dien gij d(
gij zo doet
14. Zingen: Psali
spel.
8. Schnftie:
12. Zingen: Psalm
0.30 Tijdsein. 1O.30—
UBlokzijl".' 2.35—3*15
t. 3.15—3.45 Cursus K
Scholen. Spre-
1672: 'oe.
lofoonpla-
i en Stof-
sein. 7—7.45 Chri
te geven door D
Luth. Pred., te A
begeerte ln verbij
prlnciplën" (I). 7.45—8 Politieberichten.
:eUjkgPhilosoplUsche Cui
sche Orkestvereenlging. Het geheel
H&n deUrd10.3 O^lOA™ 'persberich ten.
HILVERSUM. (2Ï8 M.). A.V.R.O.
Concert. 4.30—5.30 Kindei
eert. 7—7.30 Gramofoonmi
halfuurtje, 8.— Tijdsein. 8.01—9 Coi
Uw Kindje
I Moeder, Uw kindje zal niet half zooveel
zorg geven als U het huidje maar droog
l houdt met Purolpoeder en de branderige of
j stukgaande plekjes behandelt met Purol. Dit
j verzacht dadelijk en geneest spoedig.
Purol en Purolpoeder
zijn verkrijgb. bij Apoth. en Drogisten
LM.
PROZA VAN EIGEN ERF.
Blijkens de bibliographische opgaven,
welke P. J. Risseeuw geeft in zijn boek
„Christelijke Schrijvers van dezen Tijd", zijn
de volgende nieuwe proza-werken van
Christelijke Auteurs te wachten of juist
verschenen:
H. Kuyper—Van Oirdt: „Het Zonnetje in
het Paradijs"; Hugo Kingmans: „De wraak
van Jan Zeegers"; Q. A. de Ridder: „Zege
praal": W. Schippers: „Donar"; G. Seven-
sma—Themmen: „Daden, die leeren"; J. A
Visscher: „Kingjum"; Gera Kraan—Van
den Burg: „Het huis De gouden el"; A. J.
D. van Oosten: „Eerste kwartier"; C. Rijns
dorp: „Koningskinderen".
ALBRECHT RODENBACH.
De Standaardboekhandel, Emiel Jacq
mainlaan 127, Brussel, gaf uit een rijk ge
illustreerde studie van Jos. Vermeulen: „Al-
brecht Rodenbach". De Wonderknape van
Vlaanderen.
SINCLAIR LEWIS
Aan Sinclair LcuAs, een Amerikaansche
romanschrijver, is de Nobelprijs toegekend
voor Literatuur, die hij self in Stockholm
tal gaan halen,
KLOOS' BIJBELKENNIS.
In de November-aflevcring van „De Nieu
we Gids" wordt het vierde bedrijf gepubli
ceerd van liet tooneelspel „Suzanna en Da
niël", door J. H, van Oostveen. De Redac
tie (Kloos) leidt tiet in met o. m. deze
woorden: „In dit stuk heelt de heer Van
Oost veen de bekende Bijbelsche ge
schiedenis van Suzanna en de Ouden ge
dramatiseerd".
STALPAERT VAN DER WIELEN.
December a.s. zal de driehonderdste sterf
dag zijn van de priester-dichter Stalpaert
van der Wielen. Een groot deel van zijn
leven bracht deze dichter door in Delft Al
daar zal volgende maand dan ook een Stal-
paert-herdenking plaats vinden. Pater Dr. G.
Vrijmoed, O.FJVI., zal spreken. In de voorbe
reidingscommissie namen zitting Dr. P. C.
Boutens, Dirk Coster, Anton van Duinker
ken, Prof. M. J. Grtinpré Molière, Prof.
Meckel, J. W. F. Werumeus Buning.
VERBOND CHR. LETTERK. KRINGEN.
W. ten Kate Jzn. on Laura Olivier heb
ben bedankt als leden van het Hoofdbe
stuur. Als candidaten voor de open plaat
sen zullen voorgesteld worden Tom de
Bruin, Rotterdam, en A. Kuiper, Utrecht
De jaarvergadering van het Verbond zal
dit jaar gehouden worden te Rotterdam.
Gemengd Nieuws.
VERDRONKEN.
Te Doetinchem is het S-jarig zoontje va»
Kopmels in den Oude IJssel gevallen en
verdronken.
Door eenige visschers is uit de Waal on
der Rossum opgevischt het lijk van ecu
ongeveer 35-jarige onbekende vrouw.
MODERNE STORMRAM.
Te Nieuwendijk (N.-B,) is een auto. ko
mend uit Geertruidenherg en op weg naai
Amsterdam, bij het uitwijken voor een bak
kerswagen, die juist uit een zijweg kwam
aanrijden, in volle vaart opgebotst tegen
de poort van het huis van J. S. De poort
werd totaal vernield, terwijl de auto ernstig
beschadigd werd. De beide inzittenden be-
kwamen lichte verwondingen. Verzekering
dekt de «chad(_