Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD. TWEEDE KAMER BINNENLAND. iEONNEMBNTi Pu kwartaal f 325 (Beschlkklngskosten 0.15) Ier week i 0-25. Voor het Buitenland bij Weke- lijksche tending 3it dagelijksche tending »7«— Alles bil vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met ?x)ndacsblad 7 A cent ïondagsblad met afzonderlijk verkrijgbaar No 3177 Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Postbox 20 Postgiro 58936 - WOENSDAG 15 OCTOBER 1930 ADTEBTENllSNl Van lof 5 regels tlke regel meer ,ft22Vs Ingee. ededer Mn eet 1 '^lêr 1 van 1—6 regels 2J0 Elke reeeJ meer 0.43 BU contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan bet bureau t wordt berekend10-1® i'u 10e Jaargang Dit nummer bestaat uit TWEE bladen NADERE REGELING DER STRANDVONDERIJ De stuksgewijze vernieuwing van ons Wetboek van Koophandel schrijdt geleidelijk voort De oude regeling inzake de Naamlooze Vennootschappen werd reeds in 1910 be dreigd door een ontwerp-Nelissen, dat in 1925 werd vervangen door een ontwerp- Heemskerk, hetwelk ten slotte, in- 1927 in gewijzigden vorm als ontwerp-Donner in gediend, het Staatsblad mocht bereiken. De oude wet op de Coöperatieve Ver- eenigingen voldeed sinds lang niet meer, aan een nieuw product van wetgevenden arbeid bestond behoefte: dit kwam tot stand door de nieuwe wet van 1925. Niet minder belangrijk waren de wijzi gingen, die ons wisselrecht onderging: in enkele tempo's werd dit onderdeel van het handelsrecht zóó sterk omgewerkt, dat Prof. Scheltema in zijn bewerking van het Wis selrecht in Polak's handboek zelfs de raad pleging van andere werken op dit terrein vrij nutteloos noemt De totstandkoming van het nieuwe Zee recht in 1924, dat twee jaar later nog werd aangevuld met een novelle, was een feit van beteekenis, waardoor de wettelijke bepalin gen voor het verkeer ter zee aan het ge wijzigd aspect in de scheepvaart en aan moderne begrippen werden aangepast Aan deze rechtsvernieuwing is de naam van Prof. Molengraaff onafscheidelijk verbonden. Ten aanzien van een meer beperkt onder deel van het zeerecht werd in den loop van dit jaar nog een herziening voltooid: na voorarbeid eener Staatscommissie onder voorzitterschap van Prof. Molengraaff kwam een nieuwe regeling tot stand betreffende de arbeidsovereenkomst tusschen kapitein en schepelingen. En al3 nieuwste wijziging werd enkele weken terug aangeboden een ontwerp, dat een herziening wil brengen van de voor schriften inzake strandvonderij. Van ingrijpenden aard is de voorgestelde regeling niet In hoofdzaak bedoelt zij te komen tot een meer systematische verdee ling der stof, waarop de herziening betrek king heeft, en daarnaast beoogt zij meer dere aansluiting aan het systeem en de terminologie van het nieuwe zeerecht van 1924. De juisteVe stofverdeeling blijkt met name uit het feit dat de materie in een tweetal wetsontwerpen is verwerkt Reeds waren in de herziening van 1924 verschillende artikelen begrepen uit den zevenden titel van het Wetboek van Koop handel „Van schipbreuk, stranding en zee vonden", welke regelden de verbintenissen, die tengevolge van de hulpverleening of berging tusschen de eigenaren der geredde zaken en de helpers of bergers ontstaan. Wat thans nog uit dien titel ter her ziening overbleef, werd gescheiden. De pri vaatrechtelijke regels werden voor het Wet boek van Koophandel behouden, de meer publiekrechtelijke bepalingen, die het toe zicht der Overheid op en haar bemoeiingen met de redding en strandvonderij omvat ten, werden naar een afzonderlijk ontwerp overgebracht Dit ontwerp bevatte tevens de stof, die tot dusver verspreid geregeld was, voornamelijk in een Koninklijk besluit van 1852. Met deze scheiding was dus een antwoord gegeven op de vraag, die door de Regeering reeds was gesteld in de Memorie van Toe lichting op de wet van 1924: behoud in het Wetboek van Koophandel of splitsing? En deze kwestie werd opgelost in den geest van het betoog van Mr. Rink, die bij de behandeling van het nieuwe zeerecht in de Eerste Kamer zich als een voorstander van gesplitste regeling deed kennen. Tot zoover de systematiek, de f o r m e e 1 e zijde. Al erkent de Regeering, dat de mate rieel e verandering niet ingrijpend is, op de voornaamste dient toch met enkele woor den de aandacht gevestigd: de regeling van de positie van den strandvonder. Ten aanzien van de hulpverleening stond de strandvonder tot dusver mei de parti culiere helpers vrijwel op één lijn: ook hij kon bij voorkomende gelegenheid aanspraak maken op hulploon. Deze mogelijkheid wordt bij de nieuwe regeling opgeheven Nu de functie van strandvonder meer een ambtelijk karakter krijgt en zijn werkzaam heden zich toespitsen op leiding en toezicht, is daarmee in overeenstemming dat het hulploon ven-alt. zelfs voor de gevallen, waarin hij aan de hulpverleening zou deel nemen Met het gpwiizigd karakter van het ambt hangt samen, dat aan den strandvon der politiebevoegdhcid wordt verleend. Merkwaardig is, dat. ofschoon den strand vonder voortaan hulploon is ontzegd, door hem nog wel bcheerloon zal kun nen worden genoten. Ware het niet juister geweest om ook dit te doen vervallen, nu het a m b t e 1 ij k karakter dezer functie sterker tot uitdrukking kwam? Enkele andere wijzigingen zijn even zoo vele verbeteringen. Zoo wordt de mogelijk heid geopend van onderhandschen verkoop van bepaalde goederen, die onder beheer zijn van den strandvonder? Weet men in Den Haag, dat deze bepaling niets nieuws brengt, doch dat hier een bestaande practijk een wettelijken grondslag krijgt? Het aantal te verrichten oproepingen is van vier teruggebracht tot twee. Dit is een welkome vermindering van rompslomp en een beperking van kosten, die maar al te vaak niet eens kunnen worden verhaald. Opgelost is de strijdvraag of geredde goederen, waarvan de eigenaren bekend, maar niet tegenwoordig zijn, al d£n niet onder beheer van den strandvonder moeten worden gesteld. Ook is een nauwkeurige regeling getroffen van de onderlinge ver houding van strandvonder, redders en recht hebbenden met betrekking tot de inning en uitbetaling der hulploonen. Als is dan de ontworpen regeling niet van ingrijpenden aard, toch biedt zij, zoowel uit formeel als uit materieel oogpunt, menige welkome verbetering. Voor het grootste deel steunen de inge diende ontwerpen op de voorarbeid van Prof. Scheltema, aan wien alleen de voorbereiding was opgedragen. Men koos hier dus dezelfde werkwijze als bij het groote ontwerp van 1924, dat door Prof. Molengraaff werd voor bereid. Veel tegenstand zullen de voorstellen op hun weg naar het Staatsblad wel niet onder vinden. En daarmee zal ons Wetboek van Koophandel weer wat dichter zijn bij het eindpunt van algeheele vernieuwing. Alvorens het zoover is, zal echter veel van het nieuwe alweer verouderd zijn. Want het rechtsleven staat niet stil. DE PACHTONTWERPEN OP DE AGENDA MINIMUMLOONEN DE ZUIDERZEESTEUNWET Vergadering van 14 October 1930 OVERZICHT Als de Kamer zoo voor een eerste maal bijeenkomt, zijn er in den regel enkele ver rassingen. Daar zorgde gisteren de heer v. d. Sluis voor. die namens de soc.-dem. fractie voor stelde om aan de agenda de ontwerpen betreffende de pacht en de pachtcommissies toe te voegen. De voorzitter had bezwaar. De Kamer heeft 14 dagen tijd voor de afdoening van de loopende agenda. Daar kan zoo'n belangrijk wetsontwerp niet meer bij, meende hij. Want uiterlijk 4 November moet met de Staatsbegrooting begonnen worden. Dr. Nolens wist daar echter raad op. Dan praten we een week korter over de be grooting. Dat kan best als we, nu er geen verkiezingen zijn geweest, de twee weken, die aan de algemeene beschouwingen plegen te worden besteed, tot één terugbrengen. Iedere fractie moet dan maar met de helft van den tijd van vroeger genoegen nemen. Dan kunnen we een week later beginnen en de vrijkomende week kan voor de pacht wetten worden besteed. Van meer dan één zijde werden de be zwaren tegen deze overhaaste in behande- lingneming van een ingewikkelde materie, waarover de meeningen weinig eenstemmig zijn ingebracht, 't Hielp weinig. Dr. Nolens zegde aan het soc.-dem. voorstel zijn steun toe: zoodat het met 51 tegen 31 stemmen werd aangenomen. Lang werd daarna weer gepraat over een voorstel van Dr. Vos om niet in behandeling te nemen het wetsontwerp Voorbehoud van de bevoegdheid tot toetreding tot het ont- werp-verdrag betreffende de invoering of de handhaving van methoden tot vaststelling van minimumloonen (Genève 1928). De voorsteller der schorsing meende, dat de conventie niet alleen minimum-loonen. maar loonen zelf vaststelt, en zich niet be paalt tot de huisindustrie, terwijl naleving van de conventie onze positie tegenover lan den. die haar niet naleven, verzwakt Het gaat slechts om voorbehoud van de bevoegdht^id tot toetreding. niet om de zaak zelf. werd van andere ziide opgemerkt. Maar er zijn dubia, voerde Mr. Heemskerk daar tegen weer aan: de Kamer moet daar eerst zelf over beslissen en kan daarom de Re geering geen vrij mandaat geven. Tegen minimumloonen voor de huisindustrie had hij op zich zelf geen bezwaar. De heer Smcenk bestreed het voorstel van den heer Vos, op dezen grond, dat een in ternationale regeling tot stand moet komen voor de nationale wetten, wil zij eenige be teekenis hehben. Het eind van het lied was, dat het wets ontwerp wel in behandeling genomen werd. Verzet van beteekenis vond het niet. Zoo was het vier uur geworden, toen de heer Duvmaer v. Twist het woord kreeg over de Zuiderzeesteunwet, waarvan een wijziging door minister Reijmer was voor- gestold. Deze beoogt het mogelijk te maken op doelmatige en afdoende wijze tegemoet te komen in alle gevallen, waarin het aan vaarden van een nieuw bedrijf of werk zou worden belemmerd door moeilijkheden wel ke zich zouden kunnen voordoen bij de li quidatie van het oudebedrijf. mede in ver band met waardevermindering. Betreffende den aflnssingstermijn, welken de wet op uiterlijk 10 jaar stelt, is meer malen gebleken, dat deze te kort is. Ook een renteverlaging van verstrekte credietcn wordt mogelijk gemaakt. De heer Duvmaer v. Twist herhaalde zijn bekende critiek op de uitvoering der be staande wet, welke van dezen aard is, dat de betrokkenen zeer teleurgesteld zijn in verband met wat hun in 191S is in uit zicht gesteld. Hij laakte het, dat de minis ter niet aan de wenschen voor een betere steunregeling tegemoet komt. Er werd op gewezen, dat de commissie van Rappor teurs door amendementen in de goede rich ting poogt te gaan. Na deze zakelijke critiek vergastte de heer Duvs de Kamer op stroomen politieke cri tiek. waaraan "de visschers niets hehben. Hoog uit werd de lof gezongen van het in 1929. vlak voor het reeds ingediende initia tiefvoorstel-Duys, waaraan belangrijke thans erkende fouten kleefden en dat bovendien een sterken politieken bijmaak had Zakelijk bevatte de rede van den heer Duys weinig of nifts. Aan het slot werd een motie ingediend, waarin opname van meer visschers in de Generale Commissie voor de uitvoering der Zuiderzeesteunwet gevraagd werd. Heden gaan we verder met het dehat. We hopen, dat het Verslag meer zakelijk zal zijn dan het slot van gisteren. Anders wor den de visschers weer de dupe. De Kamer moet thans voor hen het mo gelijke trachten te verkrijgen. VERSLAG De Voorzitter deed bij den aanvang der vergadering mededeeling van de hem aangeboden resultaten van petitionnementen tetren de vlootplannen van de S.D.A.P., het N.V.V. en van Kerk en Vrede. Aan de agenda voor Donderdag 16 Oct werden eenige ontwerpen toegevoegd. Regeling der werkzaamheden. De heer v. d. Sluis (s.d.) stelde voor ook aan de agenda toe te voegen de ont werpen hetreffende de pacht en de pacht commissies. Wanneer-die toevoeging pu niet gebeurt, zal de Kamer die ontwerpen niet vóór Februari kunnen behandelen. De Voorzitter zeide, dat de Kamer alleen die ontwerpen zou kunnen behande len in de week. die begint heden over 14 dagen. Dan zou vervallen de week speling, die de Kamer gewoon is te nemen vóór dat de behandeling der StantsheTooting begint Want op 4 November dient de Kamer te beginnen met de behandeling der Rijksbe- grnnting. De heer Nolens (r.k.) meende, dat er misschien een andere wijze is om aan het bezwaar tegemoet te komen. Er worden steeds 14 dagen besteed aan de algemeene beschouwingen over de Rijkshegrooting. De ze algemeene beschouwingen ziin vooral be langrijk vóór en na de verkiezingen. Zou het niet mogelijk zijn den tijd voor de algemeene beschouwingen te bekorten? Dan zou de Kamer in dien tijd de pachtwetten kunnen behandelen. De lieer v d. Sluis (s.d.) achtte het mogelijk op 11 November met de Rijkshe grooting te beginnen. Ook is het geen over wegend bezwaar om een gedeelte der Rijks- hr-crooting eventueel in Februari af te doen De heer Braaf (p.b.) zeide. dat jaar op ia ar geklaagd wordt over gebrek aan tijd Waarom begint men niet wat eerder? De vacanlietiid is langer dan de zittingsperiode De pachtontwerpen dienen echter zoo spoe dig mogelijk te worden behandeld. Mr H ee mskerk (a.r.) achtte het niet noodig nu onmiddellijk de pachtwetten te gaan behandelen De materie is niet een voudig en de stukken moeten eerst nauw keurig hestudeerd worden. De heer de Visser (c.p.) wilde zich niet verzetten tegen het voorstel-v. d. Sluis maar hestriidt het denkbeeld-Nolens. De Katholieke Staatspartij is bliikhaar alleen vn verkiezi nesport ij Als wii met Kerstmis niet klaar ziin. is er geen enkele reden om niet onmiddellijk na Nieuwjaar voort te gaan. De heer Al hard a (s.d.) beval het voor stel-v. d. Sluis aan mot het ooe op den nood van den landbouw. Tn de Troonrede stond, dat de moeilijkheden slechts met de grootste krachtsinspanning te overwinnen zouden zijn De Kamer is de laatste, die in die krachtsinspanning mag te kort schie ten. De heer Kersten (s.g.) opperde beden king tegen het voorstel-v. d. Sluis. Over het algemeen is het vraagstuk nog niet rijp voor behandeling Bij eventueele bekorting van den spreektijd beval hij de belangen der kleine partijen aan. De heer Nolens zou vóór het voorstel- v d. Sluis stemmen. Hij is van meening, dat de pachtwetten vóór Kerstmis moeten worden afgedaan. De heer Schokking (c.h.) wees erop, dat het hier gopn crisisontwerpen geldt De heer v. Rap par d (v.b.) sloot zich aan bii den laatsten spreker Sommige or ganisaties zijn nu nog bezig hun ziens wijze vast te stellen tegenover de memorie van antwoord. De Voorzitter achtte het noodzakelijk, dat de behandeling van de begrooting vóór Kerstmis gereed komt. De Kamer heeft zeer veel werkzaamheden te verrichten vóór Kerstmis. Zij moet dus wel weten wat zij Het voorstel werd aangenomen met 51 tegen 31 stemmen. Zonder stemming werd aangenomen het wetsontwerp tot wijziging van art. 410 van het Wetboek v. Strafrecht Hierdoor wordt strafhaar gesteld het na- gieten van gewaarborgde gouden of zilveren werken met rijkskeurmerk. ook al ont breekt daarbij alle bedrirgelijk opzet De maximumstraf bedraagt *f 300. Minimum-loonen. Aan de orde was daarna het wetsontwerp Voorbehoud der bevoegdheid tot toetreding tot het ontwerpverdrag betreffende de in voering of de handhaving van methoden tot vaststelling van minimumloonen (Genève 1928). Het hier bedoelde ontwerp-verdrag zal vooral toepassing vinden voor de huis industrie. Dr. Vos (lib.) betoogde, dat, ook volgens een verklaring van den directeur van 't Ar beidsbureau. Albert Thomas, de conventie zich niet beperkt tot de huisindustrie. Het is bovendien de bedoeling van de voorstel lers niet geweest minimumloonen vast te stellen, doch dc loonen zelf vast te stellen. Daartegen heeft hij bezwaar. Wanneer de Regeering tot ratificatie over gaat zal zij de conventie naleven en dan zullen wij in nog ongunstiger conditie ko men tegenover het buitenland. Een land als Tsjecho-Slowakije, dat een overwegende huisindustrie heeft, zal er niet aan kun nen denken de conventie na te leven. Daar komt bij, dat we officieel nog niets afweten van het ontwerp betreffende de huis industrie. Dr. Vos stelde tenslotte schorsing der behandeling voor. Dit voorstel kwam on middellijk in behandeling. D r. Nolens (r.k.) meende, dat het voor stel van den heer Vos berust op een mis verstand. Het gaat hier niet om de ratifi catie, maar om een voorbehoud der bevoegd heid tot toetreding. Andere staten pingen onmiddellijk tot ra tificatie over; wij doen het nooit, alvorens alle wettelijke maatregelen genomen zijn voor de toetreding. Er is dus alle reden het ontwerp thans te behandelen. De heer Knottenbelt (lib.) steunde het voorstel-Vos. De Kamer moet, alvorens de Rpgeering tot ratificatie kan overgaan de overtuiging hehben. dat de wetgeving in overeenstemming is met de conventie. De beslissing over deze conventie kan eerst door dc Kamer worden genomen, indien zij de voorstellen der Repeering inzake de huis industrie voor zich heeft De heer Schokking (c.h.) zou ook voor het voorstel Vos stemmen, niet om dit ontwerp in de papiermand te doen ver dwijnen. maar omdat de Kamer, over deze conventie beslissende, niet weet in welke richting zij een uitspraak doet De heer Heemskerk (a.r.) zou, indien de conventie alleen de m'-rimumloonen in de huisindustrie betrof, er geen bezwaren tegen maken. Maar zij bevat eenige dubia en hij wil daarom niet aan de Regeering overlaten wat tot de bevoegdheid van de Kamer behoort. Overde zaak zelf wil hij zich niet beklagen, maar men wil de Kamer een inleiding laten slikken, waarvan zij niet weet of zij in overeenstemming is met de zaak. De heer Sm een k (a.r.) achtte het vast staand. dat de conventie ons niet verplicht tot uitbreiding van dc vaststelling van mi nimumloonen buiten de huisindustrie. Zul len voorts internationale regelingen eenige beteekenis hehben, dan zullen zij tot stand moeten komen vóór de nationale wetten, daar de internr-tionale regeling anders slechts een registratie zou beteekenen. De heeren Joekes (v.d.) en Kupers (s.d.) bestreden eveneens een uitstel van behandeling. Ook de heer de Visser (comm.) deed dat. maar omdat hij de zaak zeer onbetee- kenend vond. Minister Verschuur betoogde, dat de Regeering de conventie binnen den ge stelden tijd aan de Kamer moet voorleggend Daarmee heeft zij voldaan aan hetgeen van haar gevergd kon worden. De Kamer echter staat te dien opzichte vrij. Niettemin moest de Minister aanneming van het voorstel- Vos ontraden. Hier is een gelegenheid om van de liefde voor Genève te getuigen an ders dan op een koopje. Hier wordt een beginselverklaring ge vraagd, waarvan men niet kan zeggen, dat men daarmee een sprong in het duister doet Materieel is men volkomen op de hoogte van de plannen der Regeering. Er werd nog gerepliceerd door Dr. Vos en Dr. Schokking. De motie van Dr. Vos kwam daarna in stemming. Zij werd met 59 tegen 26 stem men verworpen, zoodat de behandeling van het wetsontwerp dus voortgang zou hebben. Bij de Algemeene beraadslagingen vroeg niemand het woord en reeds waren ze ge sloten. toen de heer de Visser (comm.) zich nog als spreker aanmeldde om te be- toogen, dat de heele zaak gericht was op de klassebelangen der bourgeoisie. De ar beiders hebben aan deze ontwerp-conventie niets. De menschen van de moderne vak beweging worden tot aanhangsels van den burgerlijken staat verklaard en daarom zul len ze den klasse-minister gaarne aan zijn reactionair wetsontwerp, dat zich in zijn wer king tot de huisindustrie zal beperken, helpen. Dr. Nolens (r.k.) stelde vast, dat de vorige spreker met zijn opvattingen in deze Kamer alleen staat. Minister Verschuur wilde ook nog iets zeggen. De conventie opent de mogelijk heid om zich voor de vaststelling van m. nimumloonen tot de huisindustrie te be oerken; zij bedoelt echter geenszins eenige andere industrie uit te schakelen De regeling van de huisindustrie zal later niet alleen de loonen betreffen, maar ook maatregelen van sanitairen aard inhouden. Van de Kamer wordt thans slechts een beginselverklaring gevraagd: voor of tegen da vaststelling van maatregelen voor de huisindustrie. De inhoud van die maat regelen kan nader onder de oocen worden eezien. Wie, gelijk de heer Schokking. twij felt of wel minimumloonen voor de huis industrie moeten worden vastgelegd kan teeenover dat beginsel-ontwerp onzeker staan. De heer De Viseer (Comm.) bleef het «en fout achten, dat het toekomstice wets- ontwero niets voor het proletsriaat van Indië met zijn arbarmelijke arbeidstoestan den zal doen. Men vindt deze materie te moeilijk, maar de „poen" komt toch nog altiid in een breeden stroom uit Indië. F.er tot stemming werd overgegaan moti veerde de heer Braat (Plattel.) zijn 6tera tegen. Wie loonen bepaalt, moet ook prijzen beDalen. En dat doet men ni°t en daarom Mr. Heemskerk (A.R.) verklaarde voor te stemmen: tegen de minimumloonen heeft hii eventueel geen bezwaar. Het wetsontwerp werd aangenomen met 64 tegen 13 6temmen. Tegen de beide communisten en de hee ren Braat. Weitkamp, Zandt en v. Dis. Lingbeek en de 6 Vrijheidsbondere. Daarna begon de Kamer aan het veelbe sproken ontwerp tot wijziging der Zuiderzeesteunwet. De heer Duvmaer van Twist (A.R.) was de eerste spreker er over. Drie algemeene opmerkingen gingen vooraf. De Memorie van Antwoord werd teleur stellend van inhoud genoemd; zij maakte zich met een gebaar van lastige vragen af, die aan 's ministers oordeel waren onder worpen in de door den heer b. v. Twist ia- gediende nota. Ware de minister daarop in gegaan. dan zou hij zich hebben vastgepraat. Het recht op schadevergoeding werd prin cipieel afgewezen. Maar niemand had dat punt aan de orde gesteld. De minister deed dat. Gevraagd was alleen om tegemoetko ming voor de aan de visschers berokkende schade door de drooglegging der Zuider zee. Dientengevolge, dus tengevolge van een regeering6daad, worden schepen en netten waardeloos. Daarvoor tegemoetkoming ge ven steunt op de wet van 1918. De minister sprak ook van gebrek aan medewerking van de visschers om hun be drijven te liquideeren. Deze bewering van den minister is absoluut onwaar. Men mag de menschen toch niet dwingen om schepen te verkoopen. al6 ze nog geen andere brood winning hebben? De meeste visschere die om een werkkring vroegen of om crediet, werden afgewezen. De medewerking der Re- geering ontbreekt te hunnen behoeve. Voor het vakonderwijs deed men jarenlang niets, hoezeer ook aangedrongen werd op am bachtsscholen te Edam en te Harderwijk. Te laat gaat men nu tot de oprichting over. Hierna besprak de heer t). v. Tw ist wat ui 1918 aan de visschers is in uitzicht gesteld. Waardevermindering van eigendommen 9n bedrijfsschade werd toen voorzien; er zou zooveel mogelijk aan worden tegemoet geko men. Die belofte is door Regeeringen Kamer gegeven en de visschers vertrouwden erop O.a. was in uitzicht gesteld, dut voor de Noordzee geschikte vaartuigen zouden den ter beschikking gesteld. Die belofte wordt ook than6 niet ingelost. En dat zal toch moeten geschieden, wil men het Zul- derzeevisscerijbedrijf kunnen liquideeren. De tegenwoordige Zuiderzeesteunwet heeft in staat gesteld voor onderwijs en opleiding veel goeds te doen. Maar men overschnth dat niet Nemen we aan. dat er 12.000 kin deren zijn, dan genieten slechts een goede 600 opleiding. Tegemoetkoming: credietverleening en hulp ter verkrijging van een werkkring, s door de vigeerende wet in zeer onvoidoen le mate verleend. De minister ie ook hier. alë op zoo menig ander punt onjuist ingelicht Met cijfers uit de 6tukkcn wordt dit aange toond. De credietverleening ic opzettelijk be perkt, hoezeer zij ook aan de visschers was beloofd. Vele crclieicn ziin ifgtWIUn. Ook het verschaffen vnn een werkkring is een fiasco geworden. Als 700 personen plaatsing hebben gekregen, dan worden ten onrechte de seizoennrheidere er onder meegeteld Van deze menschen is de minister niet af Toch werd indertijd van deze tweeërlei tegemoetkoming allo heil verwacht. Het -s anders geloopen en de /.ui lerzeesteunwet 6 op lit punt eon mislukking geworden. Zal de voorgestelde wijziging den toestand verbeteren? Voor de liquidatie is er niet veel van te verwachten. Men houdt zich bij de oude mislukte oorzieningen en een tege moetkoming voor de bedrijfawanrdevermin- dering blijft ontbreken. De toestand zal niet veel veranderen. Gerees 1 wordt, dat de te gemoetkoming nog aclirieler zal worden. Lr INGEZONDEN MEDEDEELIN MIMA "MTS? PEPERMUNT zal ook weer 'n nieuwe commissie worden tusschengeschoven Noodic is reorganisatie der Generale Commissie. De min. kan er ze ker van zijn, dat de visschers niet tevreden zijn over zijn voorstellen, al meent hij mis schien van wel. Ten slotte werd een goed woord gedaan voor de biezenmatters te Gcnemuiden, Zwartsluis en Kampereiland. De heer Duys (S.D.) zou Wel eens posi tieve daden willen zien. Na een lofrede op zijn eigen initiatief-on'.werp van vlak voor de verkiezingen van 1929 waarvan de fouten nu w erden erkend. meende de heer Duys 't ontwerp van den minister als een prutsding. ais een gedrocht te moeten kwa- lificeeren. Wat moet er nu gebeuren? Moeten de amendementen der Commissie van •Rappor teurs de zaak redden, nadat men haar jaren* lang heeft laten 6leepen? Men verbaast zich. dat er zoo groot ge kakel i6 over zoo'n onnoozel eitje. In dezen geest ging het nog een lijd door in zuiver politieke beschouwingen en hatelijkheden aan het adres van tg. huichelende politieke christenen, die geen christenen zijn. Wat de minister nu voorstelt is het af stemmen niet waard. In de groote dingen komt hij den visschers echter niet tegemoet, Het heele bedrijf wordt ter will* van een n tionaal werk van de visschers afgenomen. Maar dan moet de minister niet sofistisch van onteigening gaan spreken. Men moet ten bate van de risschens op een millioen niet kijken bij een werk, dat honderden millioenen zal kosten. Het z^l noodig zijn afwijzingen van steun aanvragen te moiiveeren. Zulks zaJ ook de Generale Commissie vodr onjuiste critiek kunnen bewaren. Niet alle vi6seh»re en hun kinderen kun nen ergens anders heen setraneporteenl worden. Maar schadevergoeding voor hun in waarde verminderende bestaansmiddelen moet men toch geven. Ook <1* Generale Com missie moet in samenstelling worden her* F.en motie werd ingediend om in die Com missie meer visschers op te nemen. Te vijf minuten over zessen werd het weTlt gestaakt. HOFBERICHTEN H. M. DE KONINGIN MOEDER H. M. de Koningin-Moeder, die than) ta Garmisch Partenkirchen vertoeft, heeft van de aardschokken nagenoeg mets gevoeld H. M. denkt voorloopig nog te Parton» kirchen te blijven. PROV. STATEN UTRECHT AFSCHEID VAN DEN HEER H. v. ANDEIi In de Dinsdag gehouden zitting van da Prov. Staten van Utrecht werd Mr. A. M. A. baron van Boetzelaer (c.h.) geïnstalleerd in de plaats van den heer van Koetsveld, dia bedankt had. Daarna werd een brief van den heer H. van Ande! (a.r.) voorgelezen, waarin deze berichtte, wegens vergevorderden leeftijd ala lid van Gedeputeerde Staten te bedanken. De Voorzitter, Dr. 's Jacobs roemde o.m. de politieke bekwaamheid die de heer v. Andel bij debattem steeds had getoond. De heer van Andel betuigde zijn dank baarheid voor het vertrouwen, dat de voor zitter en de griffier in hem hadden gesteld AANBIEDING PETITIONNEMENTEN PER VRACHTAUTO AANGEVOERD. Het petitionnement tegen de Vlootwet vait de S.D.A.P. en het N.V.V. is, voorzien van 1.-165.971 handteekeningen, door do voorzit ters en secretarissen van genoemde organi saties. aan den Kamervoorzitter. Mr. van S c h a i k, aangel»oden. Het petitionnement, hetwelk per vrachtauto van Amsterdam naar Den Haag werd gebracht, was bege leid door het bestuur van de S.D.A.P. en! N.V.V., sociaal-democratische Kamerfractie* en honderden bctoogers, welke van het Volksgebouw naar het Binnenhof zijn go- De aanbieding geschiedde bij monde varf den heer J. Ou de geest, voorzitter van de S.D A P., die na afloop op het Ruitenhof de mcnigle toesprak en constateerde, «lat het petitionnement een uiting was van het proletariaat, waarvan alleen de vrede ''fi ontwapeningis te verwachten. Onder het zingen van de „IntcriM^onnlo" ging de menigte uiteen. Eenige ongenblikkpn werd bij mon de van Prof G. J. Fleering aan den Kamervoorzitter overhandigd het resultaat van het petitionnement, gewv.iniseerd door de Vereeniulng ..Kerk en Vrede" en wnaroo ruim 80.000 handteekeningen werden ver. HET GOOISCHE RESERVAAT AANKOOP MET RIJKSSTEUN? Naar de corr van de ..Tel meldt, hehbett de heeren dr. H. Lnvink H. de Reaufort en S. Sprongers. leden van den Rosrhraa-1 "n bezoek gebracht aan de gronden, dia in het Goolscbe reservaat zullen worden opgeno men. Zij werden op hun tocht vergezeld door den heer E. ï.uden, voorzitter van Stad en Lande van Gooiland. Het bezoek houdt ver hand met een mogelijke bijdrage van de re- gceiipg in den aankoop van het reservaat

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 1