Hef Engelsche luchfschii oRIOI
veronneu
maandag 6 october 1930 tweede blad pag. 5
Rechts: Lord Thomson, minister van Luchtvaart. Linies: luitenant-kolonel F. C. Rich
mond, de ontwerper, van dg R iQi. Beide mannen vonden bij de ramp den dood.
Niet minder dan 25 slachtoffers werden in
de groote cabine van de R. 101 gevonden.
Alle vijf officieren, onder wie dg #*Hxunan-
DE MBNSCH IVAANT ZICH KONING VER LUCHT - TOTDAT.,,,
dant, luitenant Irwin, behooren tot de
slachtoffers.
Tegen 12 uur Zondagmiddag waren 42
lijken geborgen.
In de omgeving van de plaats, waar het
wrak van de U. lui op krank rijks Irxlein
•is neergekomen, liggen tallooze voorwer
pen, van het luchtschip afkomstig, ver
spreid. Toiletartikelen, schoenen en andere
eigendommen van de opvarenden worden
overal teruggevonden.
EEN VERKLARING VAN MINISTER
EYNAC.
De Fransche minister voor luchtvaart,
au reut Eynae, verklaarde, na aankomst te
'Beauvais, zeer getroifeu te z.jn u ,or de vree
selijke ramp, die de Engelsclie luchtvaart
heeft getruflen. De Dritsche luchtvaartnu-
nister, Lord Tlionison, en de directeur van
ilen Engelschen civielen Im-htvaartdien-i,
Sir Sefton Brancker, waren V.ija persoonlijke
vrienden, en minister Kynac vond het vree
selijk, dat zij heiden bij een vliegramp om
net leven moesten komen.
BETUIGINGEN VAN DEELNEMING.
De President der Fransche Republiek,
Doumergue, heelt der: Koning van Enge
land zijn deelneming betuigd met de ca
tastrophe van de li. 101.
I)e Fransche minister-president Tardieu
heeft den Britselicn premier Ramsay Mac-
Donald namens de Fransche regeering een
telegram van deelneming gezonden.
In den loop van den Zondagochtend heb
ben Tardieu en zijn collega van buitenland-
sclie zaken, Briand, zich naar den Britschon
ambassadeur begeven om persoonlijk hun
deelneming met de ramp te betuigen.
DEELNEMING UIT EELGIE.
De Belgische regeering heeft den Belgi
schen ambassadeur te Londen opgedragen
namens den koning en de regeering van
België de deelneming te betuigen met de
ramp van de R. 101 aan de Britsche regee
ring en de families der slachtoffers.
Hoe de ramp geschiedde
Nader meldt men uit Beauvais: Wij zijn
thans in staat, nadere bijzonderheden te
melden omtrent de wijze waarop de R. 101
is ten onder gegaan. Öp de plaats van de
ramp ontmoetten wij den Engelschman
George Darling, die te Beauvais woont.
Deze ooggetuige
deelde ons Zondagmorgen het volgende
mede:
Het was mij hekend. dat de mogelijkheid
bestond, dat het Engelsche luchtschip R.
101 op zijn vlucht naar Britsch Indië over
het gebied ten Noorden van Parijs komen-,
de van het Kanaal, zou vliegen. Aangezien
het luchtschip Zaterdagavond zou vertrek
ken, was ik opgebleven in de hoop, het
luchtschip te zien. Ongeveer te kwart voor
twee in den morgen zag ik het luchtschip
in de richting van Beauvais vliegen. Het
luchtschip maakte echter vreemde bewe
gingen: het ging op en neer en ik veronder
stelde, dat het in moeilijkheden verkeerde.
Ik ben met m'n auto het. luchtschip ge
volgd. Plotseling zag ik de R. 101 den
grond raken. Een geweldige slag volgde en
op hetzelfde oogenblik sloegen de vlammen
uit het luchtschip. Ik sprong uit mijn wa
gen en rende onmiddellijk naar de plaats
waar het gevaarte was neergekomen. Daar
vond ik eenigc mecaniciens in half-vcrdoof-
den toestand, die uit het luchtschip waren
ontsnapt.
De eerste overlevende, die
ik sprak
was de mecanicien Leech. Deze vertelde
mij, dat niemand aan boord van het lucht
schip had geweten, dat de R. 101 in moei
lijkheden verkeerde, tot enkele oogenblik-
ken vóór de ramp. De opvarenden wisten
alleen, dat de commandant, luitenant Ir
win, trachtte een commando naar de ma
chinekamer door te geven om de motoren
te doen stoppen. Toen stortte het gevaarte
plotseling naar om laag en sloeg tegen de
helling van een heuvel. Onmiddellijk daar
op volgde een ontploffing, waardoor het
luchtschip in brand vloog.
Darling vertelde ons verder, dat hij aan
de zijde, het verst van de vlammen ver
wijderd. in het luchtschip klom, door een
ruit stuk te slaan. Hij kwam in een der
machineruimtes. Hij liep door, maar werd
door de vlammen teruggedreven.
Het was hopeloos, te trechten iets te doen;
het eenige was zoo spoedig mogelijk hulp
Een rookende puinhoop.
Van andere personen, die kort na de
ramp ter plaatse waren, vernamen wij, dat
het luchtschip, toen het was neergestort,
een brandende massa vormde. Thans is het
een nog na rookende gloeiende ijzermassa
Da overlevenden.
Acht opvarenden van liet luchtschip zijn
aan den dood ontsnapt Het zijn. voor zoo
ver valt na te gaan, allen laden van de
bemanning, die op liet uogei blik van de
ramp dienst deden. De namen zijn: Cook,
Dïslev. Ra del iff. Savory, Leech, Beaks Bell
en Church
De onherkenbaar verminkte slachtoffers
werden voorloopig neergelegd onder een
dek van dicht struikgewas. Zij boden een
vreeselijke aanblik. De identificatie is
bijna niet mogelijk en men moet afgaan
op voorwerpen, die op de lijken gevonden
worden.
Politie en gendarmes hebben het gebied
in de omgeving van de plaats van de ramp
afgezet en hebben maatregelen genomen om
liet verkeer te regelen. Duizenden trachtten
bij de overblijfselen van het luchtschip te
De lijken der slachtoffers zijn later op
den dag gekist..
De vlag van het luchtschip, die aan den
achtersteven had gewapperd en niet ver
brand teruggevonden is, werd aan den
Britschen militairen attaché uit Parijs o\er
handigd.
EEN TELEGRAM VAN KONING GEORGE
Koning George beeft bet volgende tele
gram aan den Eersten Minister MacDonald
gezonden:
„Ik ben diep ontsteld bij het vernemen
van deze nationale ramp en het vreeseiijk
verlies aan menscheïilcvens. als gevolg daar
van, waaronder dat van Lord Thomson,
mijn Minister voor de Luchtvaart. De Ko
ningin en ik betreuren diep hen, die zijn
omgekomen in den dienst van hun land en
met de gewonde overlevenden".
De vermoedelijke oorzaak
TE GROOT GEWICHT AAN BOORD
Een redacteur van het Persbureau Vaz
Dias heeft den heer G. Spit, chef van den
technischcn d'ions der K.L.M. op Schiphol,
gevraagd, wat naar zijn meening de oor
zaak kan zijn van "de ramp, welke het
Engelsche luchtschip R. 101 heeft getroffen
„U weet", zeide de heer Spit, „dat de
R. 101 is uitgerust met vijf motoren, waar
voor als brandstof zware olie wordt ge
bruikt, Toen het luchtschip geheel gecon
strueerd wa6, bleek, dat, in gevö) van het
maken van een lange vlucht, het gewicht
der mee te nemen olie het schip zoo zwaar
belasten zou, dat er aan gewone lading
vrijwel niets kon worden meegenomen. Om
aan dit groote gevaar tegemoet te komen
:s het luchtschip toen doorgezaagd, waarna
het verlengd werd. De reeks nieuwe gas-
cellon, welke zoodoende aan de oorspron
kelijke werden toegevoegd, vermeerderden
het gasvoilume en daarmede dus ook het
draagvermogen van het schip. U begrijpt
echter, dat voor een lange vlucht naar
Karachi, het maximum aan ruwe olie is
meegenomen, zoodot het vermoeden zeker
gewettigd is, dat de R. 101 cloor dit groote
gewicht aan brandstof in de eerste uren
op geringe hoogte heeft moeien vliegen.
Toen het schip dus, zooals uit de telegram
men blijkt, met zwaar weer, in casu een
hevig en storm, te kampen kreeg, is de be
sturing van bet gevaarte op geringe hoogte
veel moeilijker geweest dan het geval ge
weest zou zijn, wanneer het zich in hoo-
gere luchtlagen had kunnen voortbewegen"
„Was in dit verband een vlucht met de
R. 100, waarvan de motoren voor benzine
verbruik zijn ingericht, niet te verkiezen
geweest?"
„In geen geval," antwoordde de heer
Spit „Alleen reeds niet vanwege het feit,
dait de R. 100 niet binnen de keerkringen
mag komen, omdat bij wairme weersgesteld
Ihei'd het gevaar voor (het in brand geraken
van de benaiine allerminst denkbeeldig is.
Zoo bestond er voor de vlucht van de R 100
naar Canada rndet het minste bezwaar, om
dat het luchtschip gedurende do geheele-
reis binnen het gebied bleef van hel Noor
delijk halfrond, waar geen gevaarlijke tem
peratuuns&tijglng kon optreden. Zooals U
weet is de H. 100 later gebouwd, dan do
R. 101. De ervaring opgedaan bij het ver
bruik van ruwe olie, heef! er loe geleid om
de R 100, in tegenstelling met het thans
vergane luchtschip, met benzine-moioren
uit te rusten, liet draagvermogen werd hier
door aanzienlijk vergroot, waartegenover
echter het nadeel staat, dat ik U reeds heb
HOE DE MARCONIST GERED WERD
Uit Beauvais wordt nader gemeld:
In den loop van den Zondag werd het te
Beauvais steeds drukker. Duizenden zijn
per auto uil Parijs en van elders gekomen
oni de overblijfselen van de R. 101 te zien
De politiemacht is versterkt om de ruïne
van hel luchtschip te bewaken.
De overlevenden zijn nog te zeer ontdaa*
urn een geregeld verslag \an de ramp te
kunnen geven Twee van hen verklaarden,
dat zij hun le\en te danken hebben aan hst
feit, dat een watertank sprong en zij door
t water ovemlroomd werden. De marconist
Disley, verklaarde, dat hij sliep toen de
ramp plaats greep. Toen hij ontwaakte, lag
hij in het void inet verbrande handen.
Zondagmiddag waren drie lijken nog niet
gevonden.
HET VEIILOOP VAN DE
LAATSTE VLUCHT VAV 'T LUCHTSCHIP
Naar wij, bij informatie op het Parijscbe
vliegveld Le Bourget, vernamen, zijn daar
gedurende den nacht van liet Britsche
luchtschip R. 101 de volgende radiobericht
ten sinds het vertrek van Cardington ont
vangen:
Te 18.40 uur (Greenwich) meldde hei
luchtschip zijn vertrek, dat te 1S.30 uur
heeft plaats gehad.
Te 20.40 uur vloog de R. 101 over Londen
Te 22.25 uur wettelijken tijd passeerde t
li chtschip de kust in de nabijheid van Has
tings. Het regende toen hevig en de windt
was Zuid-west. De snelheid van het lucht
schip bedroeg op dat oogenblik 54 knoopen
Te 22.40 wettelijken tijd bevond-het lucht
schip zich op 2 mijlen ten Noorden van
Hastings, welke inlichting gegeven werd
door een Engelsch radiostation.
Te 23.30 uur passeerde het luchtschip de
Frain6che kust bij Point Saint Queniin.
Te 21 uur Greenwich tijï was de positie
van het luchschip 15 mijlen ten Z.W. van
Abbeville.
De laatste posRiemcld'ing, die het lucht
schip heeft gegeven te 1.50 uur was 1 KM.
ten Zuiden van Beauvais.
Op dat moment werd per radio medege
deeld, dat de passagiers een uitstekenden
tocht hadden gemaakt. Zij hadden in don
loop van den avond een sigaartje gerookt
en bereidden zich voor om rust te nemen.
Te 2.08 uur was er geen enkel bericht,
maar op dat moment zag de terreinwacht
van Beauvais een groot lichtschijnsel bij
het bosch van Beauvais.
Hel was het luchtschip, dat naar beneden
was gevallen.
HET BERGEN VAN DE SLACHTOFFERS
Uit Beauvais wordt nog bericht:
Direct bij het aanbreken von don dag is
aangevangen met het bergen van de slacht-
Aan het reddingswerk namen de brand
weer, gendarmes en vrijwilligers deel Zij
drongen voor zoover mogelijk, in het lucht
Te kwart voor acht Zondagochtend wa
ren vier lijken geborgen.
Te half negen waren reeds 20 lijken te
voorschijn gebracht Met don meesten ijver
werd het reddingswerk voortgezet, doch te
redden viel er 6lechts weinig.
Nadat de lijken gekist waren, zijn zij
voorloopig naar 't Gemeentehuis van Allon-
ne overgebracht.
Vele slachtoffers moesten uitgezaagd
worden.
De geredden bevonden zich in de zijcabi-
nes van het luchtschip.
De overblijfselen van 't luchtschip zullen
blijven liggen, totdat deskundigen uit Enge
land zijn aangekomen om een onderzoek in
te stellen.
VERSLAGENHEID IN BEAUVAIS
Groote verslagenheid heerscht onder do he
woners van Beauvais, het stadje, in welker
nabijheid de vreeselijke ramp van de R. 101
zich afspeelde. Vooral in het dorpje Alonne,
op welks grondgebied de ruïne van 't lucht
schip ligt, heeft de ramp groote ontstelte-
In den storm neergeslagen
en in brand gevlogen.
1 Uit Londen wordt nader gemeld:
commandant van het andere groote Britsrhe
luchtschip R 100. Van de 42-koppige beman
ning waren vijf leden officieren. De comiuan
dant Luitenant Irwin werd bijgestaan ioor
den navigator, den escadrille-commandant
Jonhson.
Te ruim fi uur in den avond, terwijl ile
meeste passagiers reeds aanwezig waren, ar
riveerde Lord Thomson, de Luchtvaarlinirns-
ter.. 1-Iij verklaarde: „Wij vertrekken niet
het grootste vertrouwen r-n hopen Karatsii
in 4 a 5 dagen te bereiken <n Simla een dag
later. Wij blijven twee dagen te Simla Ik
heb den eersten minister beloofd, dat wij
Maandag 26 October weer terug zullen zijn"
Het was reeds bijna donker, toen bet lurut-
schip van de ankermast werd losgemaakt
Precies te 6 minuten over half acht verhiel
bet gevaarte zich statig in de lucht. Het
was een schitterend schouwspel, hot ^«r-
lichtc luchtschip omhoog te zien stijgen te
gen den donkoren avondhemel. In de gon
dels, in tie kajuiten en in de salons, brand
den de lichten, en statig verdween de R. 101
in de richting van Londen, naar het Zuid-
Oostenom nooit meer terug te keen-n.
Waarschijnlijk is reeds boven het Kanaal
de worsteling met dc elementen en togen
den opstekenden storm begonnen. Waar
schijnlijk hebben de vijf machtige 585 P.K.
motoren het luchtschip niet voldoende in be
dwang kunnen houden, hoewel zoowel nio-
Het luchtschip R. 101 had 54 per
sonen aan boord. Volgens de Zondag
morgen hier ontvangen telegrammen
zijn slechts acht personen in het leven
gebleven.
Tot de slachtoffers behooren:
Lord Thomson, minister van lucht
vaart;
Sir Sefton Brancker vice-luchtmaar-
schalk en directeur van de civiele lucht
vaart
Irwin, de commandant van het lucht
schip
Eskaderleider Palstra van de Konink-
lijke Australische luchtmacht
Eskaderleider W. H. L. O'Neill, die
zich als vertegenwoordiger van den mi
nister van Indië naar Karatsji wilde
begeven
Vleugelcommandant It. A. B. Colmore
Luitenant-kolonel V. C. Richmond,
onderdirecteur voor den luchtdiensf en
ontwerper van de R. 101
Majoor G. H. Scott, onder-directeur
van den luchtscheper.bouw en comman
dant van de R. 100
Eskaderleider S. M. Rope, majoor P.
Bishop en verder tal van officieren en
ingenieurs.
Omtrent de ramp wordt gemeld, dat
het luchtschip een zeer moeilijke reis
had. Het luchtschip heeft vele uren te
gen den storm gevochten. Ten slotte was
de bemanning niet in staat, .het lucht
schip meester te blijven en is het door
den storm tegen de aarde geslagen. De
R. 101 vloog onmiddellijk in brand en
is totaal verwoest.
Daar de ramp in het holst van den
nacht geschiedde, duurde het geruimen
tyd voordat hulp aanwezig was.
Tragisch einde van
den troischen luchtreus
Uit Londen seint men ons:
Op tragische wijze is het Engelsche lucht-
stellenden was te Cardington aanwezig om
het vertrek van het luchtschip bij te wonen.
1-Iet zou de eerste groote reis worden, be
doeld tevens als 'proefvlucht en als voorbe
reiding voor een eventueel in te stellen vas
te luchtschependienst EngelandIndië.
Via Frankrijk en de Middellandsche Zee
zou het eerste gedeelte van dc reis gemaakt
worden naar Egypte, waar te Ismaili, nabij
het Suez-Kanaal, de eerste landing gemaakt
zou worden aan de daar gebouwde landings-
inast, die van ongeveer dezelfde constructie
is als die te Cardington. Tc Ismaili zou de
R'. 101 slecTits. eenige uren blijven, om via
Aleppo, Bagdad en Basra Karachi te berei
ken, waar het vliegveld geheel is ingericht
als eindstation voor den belangrijken lucht
schependienst EngelandIndië. O. a. bevindt
zich op het landingsterrein te Karachi eon
groote hangar, waarin het luchtschip onder
gebracht kan worden.
Reeds lang vóór het vertrek was de be
manning op het vliegveld te Cardington aan
vvezig met hun verwanten en vrienden, die
afscheid kwamen nemen. Dat het voor bijna
allen een afscheid voor altijd zou zijn, zal
wel niemand vermoed hebben. De beman
ning bestond uit 42 koppen en de vlucht
stond onder commando van Luitenant Irwin
Er zouden elf passagiers meegaan, waaron
der de Britsche Minister voor Luchtvaart,
Lord Thomson, Sir Sefton Brancker. Direc
teur van den burgerlijken Luchtvaartdienst,
de ontwerper van het luchtschip Kolonel
Richmond, de escadrille-commandant Pai-
stra van de Royal Australian Airforce, de
Wing-Commander Colman en Majoor Scott,
toren als navigatie-inrichting bij do proef
tochten boven Engeland, die nog de vorige
week werden 'gehouden, alle hebben voldaan
De nationale belangstelling in Engeland
was gericht op de beide groote Britsche
luchtschepen, de R. 100 en de R. 101.
Ook economisch waren de beide luchtsche
pen voor het Britsche Rijk van het grootste
belang.
De R. 100 ondernam de eerste vlucht naar
Canada, als proeftocht voor ten vaste Trans
atlantische luchtschependienst.
Deze tocht van de R. 101 moest de voorbe
reiding zijn van de vaste verbinding door de
lucht met Indië.
Tragisch is de groote onderneming ge
ëindigd.
Ilecl Engeland, heel het Britsche Rijk,
welks vertegenwoordigers juist nu te Lon
den bijeen zijn, is in diepe rouw gedompeld.
Op de plaats van de ramp
Uit Beauvais wordt geseind:
De ramp van de R. 101 heeft in den vroe
gen Zondagachtend duizenden uit de om
geving naar Beauvais getrokken. Toen wij
ter plaatse arriveerden, bleek ons, dat de
ramp had plaats gehad op ongeveer 5 mijl
afstand van het stadje. Het luchtschip is op
een zeer afgelegen plaats neergekomen,
zoodat het moeilijk was, de plaats van de
ramp spoedig te bereiken.
Toen wij bij het door militairen afgezette
terrein arriveerden, boden de overblijfselen
van liet luchtgevaarte een treurigen aan
blik. De ruïne smeulde nog en het reddings
werk was buitengewoon moeilijk.
Voor zoover wij bij onze aankomst kon
den vernemen, heeft de ramp plaats gehad
toen dc meeste opvarenden in hun kooien
lagen. Voor de navigatie en de bediening
der motoren deden op dat oogenblik 12 leden
van de bemanning dienst. Plotseling was het
luchtgevaarte tengevolge van den storm
niet meer te houden, en het
sloeg tegen den grond.
De gevolgen waren ontzettend, daar het
luchtschip onmiddellijk in brand vloog.
Direct na de catastrophe hebben de plaat
selijke autoriteiten de regeering te Parijs
gewaarschuwd, en reeds vroeg in den mor
gen vertrokken de Fransche minister voor
luchtvaart Laurent Eynac en de Engelsche
militaire attaché te Parijs per auto naar
Beauvais.
De autoriteiten namen onmiddellijk dc
noodige maatregelen om zoo mogelijk nog
opvarenden te redden. Zooals reeds geseind
werd, konden acht personen levend uit het
luchtschip komen. Do overige 46 personen,
die zicli aan boord bevonden, zijn omgeko
men. Zij zijn allen tengevolge van het in
brand vliegen van het luchtschip overleden.
Od weg naar Brifsch-lndis boven Noord-Frankrijk neergestcr!
46 DOGDEN, S OVERLEVENDEN
TAL VAN KOPSTUKKEN DER ENGELSCHE LUCHTVAART GEDOOD
ENGELAND IN ROUW
HARTELIJKE DEELNEMING UIT HET BUITENLAND
1 Het Engelsche luchtschip R. 101, dat
Zaterdagavond te 19.36 uur van Car
dington is vertrokken voor zijn eerste
vlucht naar Egypte en Britsch-Indië, is
in den nacht van Zaterdag op Zondag
boven Frankrijk verongelukt.
Het luchtschip is omstreeks half drie
nabij Beauvais (Dept. Oise), ruim 80
K.M. ten Noord-Westen van Parijs,
neergestort. Er zijn 46 dooden en acht
overlevenden.
schip R. 101 boven Noord-Frankrijk, in liet
gebied van de Oise, waar reeds zoo vele
Engelschen het loven lieten, aan zijn einde
gekomen. Diepe ontsteltenis heeft het be
richt in Engeland gewekt. Welgemoed heeft
men Zaterdagavond afscheid genomen van
passagiers en bemanning, die niet konden
vermoeden welk vreeseiijk lot hun boven
het hoofd hing.
Het was een trotsch schouwspel, Zaterdag
avond het gevaarte aan de landingsmast te
Cardington te zien. Tegen het vallen van de
duisternis gloeiden geleidelijk de verschil
lende lichten aan, en een groot aantal belang
