PHILIPS LUIDSPREKERS PHILIPS RADIO Ontvanginstallatie tfaw deHXendek Radio-nummer. Woensdag, 1 October '19SO. Philips Populaire Luidsprekers No. 2016 en 2017 geven met een Philips Ontvangtoestel een weer gave van zeer hooge kwaliteit. -De beste Luidsprekers in hun prijs klasse. Ze kunnen ook hangend gebruikt worden. Philips No. 2016 F. 27.50 Philips No. 2017 met schakelaar om het timbre t? wijzigen F. 30.— Philips Luidspreker No. 2022. De geluidsproductie van dit instru ment is volkomen in overeenstem ming met het harmonisch uiterlijk. Een prachtig stuk werk, voor een prijs die buitengevvoon Jaag is. Philips No. 2022 .F, "39.50 Philips Luidspreker No. 2024 5s uitgevoerd als een sierlijk eiken houten meubeltje, bescheiden van- ■omvang, tot in alle-onderdeelen een üuidspreker zooals sinds lang werd gevraagd Het Philips gebalan ceerde magneetsysteem verzekert een sonore,- klankrijke weergave. Philips No. 2024 F. 45.- "Philips Luidspreker No. 2007. Het sierlijk uiterlijk, gepaard aan een uitmuntende geluidsweergave, hebben dezen Philips Luidspreker een wereldvermaardheid gegeven. Philips No. 2007 F. 52.50 Philips Luidspreker No. 2019 bezit hetzelfde magneet-systeem als de bekende Luidspreker 2007 en denzelfden driepoligen schakelaar, die het mogelijk maókt de eigen aardigheden van bepaalde zend stations te corrigeeren. Deze Luid spreker wordt in twee kleuren ge leverd, wortelnotenhout en mahonie. Philips No. 2019 F. 52.50 jHel houwen van een Vervolg hoeft echter slechts klein te zijn. De soldeer bout wordt in een gas- of spiritusvlam flink warm gemaakt, echter mag de bout niet roodheet worden. Allereerst moet nu de sol deerbout worden vertind. Men doet dit door, wanneer de bout flink warm is, even het harssoldeer tegen de'•punt van de bout te houden. Na korten tijd zal het 'soldeer smel ten en enkele druppels tin aan de bout blij ven hangen. Nu neemt men een doekje en Veegt even over de punt van den bout, zoo dat dit geheele oppervlak is vertind. Het goed schoon en vertind blijven van de punt van den bout is een eerste vercischte om deug delijk te soldeeren. Om dit te bereiken is het gewenscht de bout niet in, doch even boven de gasvlam te verwarmen, bij ge bruik van een spiritusvlam (welke de voor keur verdient) kan men de bout evenwel ge rust in de vlam houden. Is, trots alle voor zorgen, de punt tf|h vuil geworden, dan 'eerst weer opnieuw vertinnen en afvegen met het doekje. Een verbinding maakt men dan als volgt. De aan te soldeeren draad .wordt op een lengte van S m.M. haaks om gebogen, dit stukje drukt men stevig tegen den draad waaraan de verbinding moet ko men. Nu houdt men even de bout tegen hei soldeer, zoodat een druppel aan de bout blijft hangen. Vervolgens houdt men direct de bout (met druppel spldeer, die er niet "mag afvallen) op de verbindingsplaats zoo lang tot het soldeer goed tusschen de twee draden is gevloeid. Hierna neemt men de bout weg, doch houdt de draad nog een oogenblik stevig vast, totdat het soldeer is afgekoeld en de draad vastzit. Ter controle of de aanhechting voldoende stevig is, buigt men de aangesoldeerde draad een paar maal voorzichtig been en weer, waarbij de ze niet mag losbreken. Twijfelt men aan een verbinding, soldeer dan liever nog eens over. Het soldeeren aan vaste blokcondensatoren moet zeer voor zichtig geschieden. Men zorge er voor dat de soldeer bietjes aan de condensatoren vooral niet te heet worden, dus de bout er niet langer tegen houden dan hoogst nood zakelijk is. Aan de lampvoetjes soldeeren we alle draden, hoewel ook hier schroefjes zijn aan gebracht, verdient soldeeren toch de voor- Bij de indirect verhitte wisselstroomlam pen vindt men aan de lampvoet, behalve de vier pennen, op den zijkant ook nog een aansluitklem. Op de houwteekening ziet men bij de lampen L.F. en Det een los draadje met kabelschoentje aangegeven; de bedoeling is dat dit draadje met de zij- schroef op de lampvoet wordt verbonden. 'Hetzelfde zien we bij de HF-lamp, doch hier is het. draadje met het alluminium- scherm verbonden. Deze draadjes moeten zijn soepel snoer, dus geen gewoon imon- tagedraad- Men kan echter ook lampen nemen wel ke, inplaats van de zijschroef, een vijfde pen hebben, .dig dap in het midden staat, Ge bruikt men deze lampen, waarbij dus de snoertjes komen te vervallen, dan moet men echter ook lampvoetjes nemen geschikt voor genoemde lampen, dus met vijf in- plaats van vier bussen. De vijfde pen (dus middelste) wordt dan verbonden aan het zelfde punt, waar op de houwteekening het losse snoertje is verbonden. De verbinding van P7 naar HF smoor spoel A wordt uitgevoerd met gewoon mon tagedraad, bovendien vanaf dit draadje een soepel snoertje naar de top van de HF-lamp. We meenen hiermede voldoende toelich ting te hebben gegeven van de houwteeke ning en zullen thans een volledige lijst ge ven van de benoodigde onderdeelen. Ten gerieve van hen die misscnir-n r»eds een toestel bezitten, doch dat willen om bouwen en dan gaarne zooveel mogelijk van de onderdeelen willen gebruiken, ge ven we tevens enkele andere fabrikaten, welke ook kunnen worden gebruikt. Allééu daar, waar we een bepaald fabrikaat noe men en geen ander ter vervanging, is het. noodzakelijk voor de goede werking, het door ons aangegeven merk te gebruiken. Thans volgt de lijst. 2 Förg condensatoren 500 c.M. met fij nr eg eischaal a 7.80 15 60 Hiervoor ook: Pifot, Lissen, Selec tor, Transforma. 1 Rexor Potentiometer 400 Ohm 2. 1 Astra kort-langscbakelaar 2.SO 1 Mica condensator max. 500 c.M. 2.— 2 Allumimi<um eteunhoeken 0.60 1 Frontplaat (Eboniet, Pertinax, Litl- lex enz.) 50 X 20 c.M. 6.- 1 Bodemplaat 10 m.M. triplex 52 X 30 c.M. 1.— 1 Stel AMuminium afschermplaten 1.75 1 Laagfrequen-t transformator 13 Geoopbone 9.50 Hiervoor ook: Phillips, Lissen, Tra.nsfo.rma, Erres Jr. 1 Stel Astra inbouwspoelen AA3 9.— 1 Astra luaMblokcondensator 25 c.M. 1.— 1 2 Astra II.F. Smoonspoelen type A k 4,25 8.50 Hiervoor ook: Liseen, Ton ex, Ra dix, Transforma. 1-VoedingBcombmaitie Ferrix 14.50 Hiervoor ook: Traneforma, Splen did Ideaal, T.I. 1 Ferrix emoorepoel C2 3.75 1 Gires potentiometer bodemmon- tage 400 Ohm 1.25 1 dito 800 Olim 1.75 1 Gires Weerstand bodemmontage 31/0 Ohm 1.— 3 Lamp voeten met 4 bussen Alpha of h 0.50 1.50 2 Lamp voeten met 5 bussen Alpha h 0.60 en 1 Lampvoet met 4 bussen Alpha h 0.50 1 Aermonic lampvoet, liggende mon tage 0.90 2 Hydra blokcondensatoren 4 Mfd. 500 Volt h 2.50 5.- 1 Idem idem 2 Mfd 500 Volt 1.50 2 klem idem iy2 Mfd. 500 Volt a 1.35 2.70 1 Idem idem 1 Mfd. 500 Volt 1.25 1 Idem idem 0.1 Mfd. 1000 Volt 2.- J Hom (idem 10.000 c.M, _,j 1.20 «s-cssoeals de zanger afhankelijk is van zijn stembanden - zoo slaat of valt met de kwaliteit van Uw luidspreker het genot van Uw radio-ontvangsf.. Philips heeft het zich, bij den bouw van zijn beroemd geworden Luidsprekers, dan ook geenszins gemakkelijk gemaakt. Eerst na ernstig zoeken en verbeteren in de Philips Laboratoria en nadat de allerhoogste resultaten waren bereikt,- werden de' Philips Luidsprekers waardig gekeurd hun triomftocht- aart te vangen. En thans? Thans zingen zij, tot in de uithoeken der wereld, hun hoogste lied, klaar als kristal. AA Philips Standaard Luidsprekers Nos. 2108 en 2109 zijri electro- dynamische luidsprekers, artistiek" van vorm, uitgevoerd in decoratief Philite. Zij waarborgen een weer gave van groot volume en yan zeldzame zuiverheid. Pblllps No. 2108, zonder transt. F. 8S.r- Pbilips No. 2109. met transf. f. 92.50 1 Loewe blokconcteneator 300 c.M. 0.60 1 Idem idem 2000 c.M. 0.90 1 Loowe vaste weerst. 2 Meg- Olim 0.S0 1 idem idem idem 0.5 Meg. Ohm 0.80 1 Idem idem idem 20.000 Ohm 0.S0 c.a. 10 M. montagedraad 0.60 c.a. 10 M. ieoiatiesok 0.80 4 Aan6'luitbu6sen 0.30 .Soldeer en houtschroefjeB 0.75 De totaalprijs van deze onderdeelen is dan afgerond 105.— Philfps Electro-Dynamische Luidsprekers Nos. 2120 en 2121 zijn voorzien van een schakelaar, die het mogelijk maakt, interferentie- tonen te onderdrukken. Deze luidr- sprekers worden in een kast van gepolitoerd notenhout geleverd'. Philips No. 2120, zonder transf. F. 125.— Philips No. 2121. met transf. F. 132.50 Nieuwe Meesterzangers, model Nos. 2110 en 2111, hoog model Nos^ 2112 en 2113, in de oude gedaante, doch voorzien van een geheel nieuw binnenwerk, benevens een schakelaar, die het •mogelijk maakt, interferentie-tonen te onderdrukken. Philips 2110/12, zonder transf. F. 105.— Philips 2111/13, met transf. F. 112.50 Philips Meesterzanger No. 2088 van hetzelfde materiaal als Philips Ontvangtoestel No. 2511, kan als onderzetkast voor dit luxe-apparaat' dienen. Philips No. 2088 heeft een magneetsysteem met afzon derlijke bekrachtiging, waartoe eetr gelijkrichter werd ingebouwd. Philips No. 2088, zonder transf. F. 195.— De kast voor het toestel kan men zelf ma ken of kant en klaar koopen. Reeds voor f 12.50 heeft men een aardige kast. De lampen. De juiste lamp op de juiste plaats geldt wel in het bijzonder voor radio-ontvang toestellen. Bij het hierboven beschreven toestel heb ben we lampen geprobeerd van verschillend fabrikaat. Om den bouwer eenigsdns vrij te laten,-geven we aan welke lampen van drie verschillende fabrikaten uitstekend in het toestel functioneeren. Dit zijn de vol gende: Philips Geco Tungsram Prij6 Functie F.442 MS4 AS4100112.50 Hoogfneq. E415 MII4 AG4100± 12.50 Det ctor B443 PT425 P430 ±12.50 Eindlamp 373 Philips 373 PV480 7.50 Plaatfitr.l. Zooals reeds gezegd, doen al deze lampen het zeer góed, doch in het bijzonder wijzen we nog op de 6 Watt eindlamD P 430 van Tungscam, welke een zeer krachtig en zui ver geluid afgeeft. De lampen worden in deze volgorde in 't toestel geplaatst, staande vóór het toestel. Liggend: E 442 of MS 4 of AS 4100. Det. E 415 of MH 4 of AG 4100. L.F. B 443 of PT 425 of P 430. Gelijkrichterlamp 373' of PV 480. De bediening van het toestel; Deze is al zeer eenvoudig. Na aansluiting van luidspreker, antemie en aarde, steken we de contactstop van de snoer welke ver bonden is met de klemmen van de voe- dingscombinatie, waarbij staat aangegeven „naar lichtnet", in het stopcontact. Ongeveer 1 i 2 minuten wachten, daar de lampen eerst even warm moeten wor den alvorens ze hun werk aanvangen. De golflengte-schakelaar hebben we naar rechts gezet, dus lange golf. De knop links op de frontplaat wordt geheel ingedraaid, dat wil eeggen, de draaibare platen van de mica-condentsa.tor bevinden zich tusschen de vaste platen. De knop geheel rechts (po- tentiometer-terugkoppeLmg) wordt ongeveer op de middenstand geplaatst. Vooraf heb ben we de weerstand, Gires 3Yz Olim, in het toestel bijna geheel uitgeschakeld. De bei de potentiometers 400 en 800 Ohm in het toesten plaatsen we voorloopig ongeveer op bet midden. Hierna nemen we in elke hand een knop van de beide draaiconden- satoren op de frontplaat, deze staan alsnog beiden op nul. Zeer voorzichtig draaien we nu beide knoppen, zoolang tot öf een gil toon of muziek uit den luidspreker komt In het eerste geval moet de terugkoppeling zoo veel naar links worden gedraaid tot het gillen ophoudt. Hooren we thans muziek, dan worden de beide draaicondensatoren zoolang zeer langzaam vooruit of terug ge-, draaid, dat het geluid op zijn sterkst is. We merken hierbij nog op dat het vol strekt niet zeker is dat beide knoppen op hetzelfde cijfer van de schaal komen, een klein verschil is eeer wel mogelijk. De kwa liteit van de muziek zal nog niet mooi zijn, daar .eerst de potentiometers 400 en 800 nog moeten worden afgesteld. Dit imoet op het gehoor geschieden. Die van 400 Ohm (neg. roosterspanning voor de hoogfrequentlamp) zal bijna aan het einde komen te staan, dc 800 Ohm ook bijna aan het eind, doch juist in andere richting. Een en ander moet ech ter door probeeren worden gevonden. Ten slotte kan nog de meest gunstige stand worden gezocht van de gloeiw eens tand 3V2 Ohm. Zijn deze weerstanden in het toestel eenmaal goed afgesteld, dan behoeft men daar nimmermeer aan na te stellen. Als regel geldt dat de terug-koppel poten tiometer zoover naar rechts wordt gedraaid dat geen hol geluid ontstaat. Met de lin- kerknop regelt men verder de geluidsterk te. Een kleine wenk voor de langegolf-sta- tions kan ik misschien geven, men beden ke echter, dat die cijfers niet voor alle toe stellen dezelfde is, men kan echter onge veer in die buurt het aangegeven station vinden. Dus alle cijfers zijn ongeveer Hilver sum 40, Kalundborg 45, Daventrv 70. Zee sen 75, Parijs 80, Huizen (1875 M.) 90. Op beide schaalverdeelingen zoekt men onge veer in die buurt. Om naar de korte golf over te gaan be hoeft men niets anders te doen dan de golf lengteschakelaar om te zetten, de overige afstemming blijft precies gelijk. Alléén voor stations beneden 400 M. kan de gunstigste stand worden gezocht van de liniksche knop (antenne serie-condensator), daar voor die korte golven de condensator niet geheel i n moet zijn gedraaid, wil inen het max. ge luid krijgen. Uitschakelen van het toestel geschiedt eenvoudig door den contactstop uit het stopcontact te trekken. We willen de bespreking van het ont vangtoestel beëindigen met er nogmaals op te wijzen, dat men vooral uiterst nauwkeu rig te werk gaat en niet probeert het toe stel jn een minimum van tijd klaar te ma ken, ook nogmaals, nauwkeurig de bedra- De luidspreker. Het is niet onze bedoeling u een handlei ding to geven tot het geheel zelf bouwen van een luidspreker. Wil men dat doen dan is groote vaardigheid en routine, beter ge zegd, volledige kennis van het instrument makersvak een eisch. Al dat. zelf maken, zoowel van spoelen voor een toestel, als een luidspreker-systeem, eindigt met te leurstelling; bovendien is men in den re gel nog duurder uit dan dat men het systeem klaar koopt. Wat we wel willen doen is u een en kele wenk geven betreffende in den handel zijnde inbouw-systemen en hoe deze zelf in een kast zijn te" houwen. In hoofdzaak kennjn we twee soorten systemen, welke als de beste mogen wor den genoemd. Behoudens nog een enkel speciaal systeem zijn de meest bekende vierspoelige" magneet-systemen en de elec- tro-dynamische luidsprekers. Onder de eerst genoemde treffen we velen zeer goede fa brikaten aan, welke ook een celuid-kwali- teit weergeven, welke alleszins bevredigend is. Niettemin, nemen we de beste magne tische luidspreker en hooren we daarnaast een goede dynamische electro, dan wint de laatste het steeds, wat betreft vollheitd en zuiverheid van 't geluid. Echter, vooropge steld dient dat men *n goede eiectro-dynanu- sche moet hebben, daar anders het resul taat veelal achter staat bij de vierpolige luidsprekers. Kenmerkend voor de clectro-dynamische luidsprekers is, dat ze de tonen ln de lage registers zoo schitterend weergeven, dit laat sle doen" meestal alle e.d. luidspekers, ook de slechte, docli deze venvaarloozen dan veelal de hoogere tonen. Wil men dus een e.d. luidspreker, dan kieze men een erkend goed fabrikaat. Hoewel het systeem van een e. d. luidspreker tegenwoordig weinig duur der is dan de beste fabrikaten vierpolige luidsprekers, moeten eerstgenoemde een af zonderlijke gelijkstroomvoeding van de veldmagneet hebben, wat het geheel weer wat duurder maakt. De plaatsruimte laat niet toe dat we hier verder ingaan op de constructie van ver schillende luidspreker-systemen. Enkele aan wijzingen van het inbouwen willen we ech ter nog laten volgen. Bij velen bestaat nog de meening dat de kast van een luidspreker weinig invloed heeft op de kwaliteit van het geproduceerde geluid. Niets is echter minder waar. Een te kleine kast kan een luidspreker ongeniet baar maken, echter ook een te groote kast kan ongewenscht resultaat geven. In de eer ste plaats hebben we het klankscherm, dit is het houten bord waar de luidspreker te gen aan wordt geschroefd. Dit scherm mag vooral niet te dun zijn, minstens 10 m.M. De grootte hiervan hangt af van de grootte der luidsprekerconus. In het algemeen kan men aannemen dat het klankscherm aan alle zijden ongeveer 10 c.M. grooter moet zijn dan de middellijn van de conus. Is deze laatste dus b.v. 25 c.M. dan neme men het klankscherm b.v. 45 c.M. vierkant. De zijkanten van de kast worden even eens van dezelfde dikte hout gemaakt als het scherm. De verbinding van zijkanten aan scherm moet vooral goed stevig zijn. Ook de diepte der ka6t bepaalt ziöh naar het luidsprekersysteem, men neme die diep te b.v. 5 c.M. meer dan beslist noodzakelijk is om de luidspreker goed te kunnen ber gen. Nimmer mag het luidsprekersysteem direct tqgen het hout worden geschroefa, men legt er een vietring tusschen ongeveer 0,5 c.M. dik. De achterkant van de kast moet worden gemaakt van hout met enkelu groote 'gaten er in geboord, of wel een hou ten raampje met een stof bespannen, dit om te voorkomen, dat de aanwezige lucht in de kast resonatie-verschijnselen in het leven roept. Nog zij opgemerkt dat het klankscherm natuurlijk niet geheel dicht mag zijn en wordt een gat in gezaagd, een paar centi meter kleiner dan de middellijn van de luid sprekerconus. Ter oriënteering willen we thans enkele det' meest bekende luidsprekersystemen noemen, zonder echter nog op volledigheid aanspraak te maken, daar het aantal fabri katen legio is. Voor de vierpolige systemen noemcn< wc: iBlauyunct, Lissen. Famct, Hegra, Philip», Kolster Brand es, Farrand, Loewe. Voor de eleptro-dynamische luidsprekers kunnen we naar bovengenoemde fabrikaten wijzen, alle deze leveren ook systemen voor e. d.-luidsprekers; bovendien zouden we daarbij nog de Magnavox en Airofoon wil len noemen. Men lette er wel op dat bovengenoemde merken gelden voor inbouwsystemen, van zelf leveren zij en vele andere ook complete luidsprekers. We zijn thans gekomen aan het laatste gedeelte van een radio-ontvanginstallatie, n.l. de antenne, bewerking en aardverbin- dïng. De antenne en aardleiding Wanneer men in een groote stad op cle' daken ziet, dan vraagt men zich af, hoeveel systemen voor antenne-aanleg bestaan er toch wel. Laten we U direct uit den droom helpen, het zijn er feitelijk slechts twee, ter-i wijl de tweede nl. een 'dakraamantenne, slechts in uiterste nood moet worden toe-, gepast; alle andere systemen, welke men ziet, is, we zouden het willen noemen, onzin* Vraagt men de bezitter van zoo'n buitenmo del-antenne naar de resultaten, dan krijgt men veelal ten antwoord dat er geen beter, is. Gaat men de ontvangstresultaten eens serieus onderzoeken dan komt men meestal tot de ervaring dat deze altijd achter staat bij een eenvoudige enkeldraads antenne. Ter voorlichting willen we ons hier bepalen bij twee soorten antennes. De eerste is de gewo ne enkeledraad-antenne. De lengte van een antenne moet c.a. 15 h 20 M. bedragen, maakt men doze langer, dan zal weliswaar misschien de ontvangst sterkte iets grooter worden, doch de selec tiviteit van het toestel wordt kleiner. In 't algemeen gelden voor de antenne-aanlegde volgende regels: Antenne ééndraads pl.m. 15 M. lang, goed vrij en zoo hoog mogelijk gespannen. Aan de isolatie tnoet groote zong worden .besteed, aan bedde einden van den draad minstens drie flinke ed-isolatoren. De invoer naar binnen wordt op de eigen lijke antenne steeds direct bij één der ein den afgetakt, dus nimmer b.v. in het mid den van de horizontaal gespannen draad. De antenne behoort flink strak te zijn ge spannen. De binnenleiding van een antenne be hoort zoo kort mogelijk te zijn en liefst ooit geheel vrij gespannen. De bevestigingspunten van een antenne" regelen zich naar plaatsclijken toestand. Heeft men de beschikking over twee be hoorlijk hooge schoorsteenen, dan kan de antenpe hier tusschen worden gesoannen, anders plaatst men houten masten. Zijn twee bevestigingspunten ver van elkander gelegen, dan kan men deze toch benutten. In dat geval maakt men de ontvangdraad korter door aan een kant de isolatoren niet geheel aan het einde te plaatsen, doch op zoo'n afstand dat de antennedraad toch niet langer wordt dan pl.m. 15 M.. bet ove rige deed doet dan dienst als spandraad. Wel is het gewenscht ook die spandraad te isoleeren. We krijgen dan dus drie stel isolatoren. Op deze manier kan men ook twee antennes maken in één afspanning. Beschikt men over slechts weinig ruimte, of (zijn geen goede bevesjigingsfwnten te krijgen, dan kan een dakraamanténne wor den toegepast Dit dakraam bestaat uit een houten kruis, waarop, goed geïsoleerd, een hoeveelheid draad is gespannen. Deze ramen rijn com pleet gemonteerd in den handel en kosten tien gulden. De ontvangstresultaten hier mede zijn heel goed te noemen. Het raam wordt op een mast van c.a. 4 h 5 M. hoogte geplaatst de invoer naar het huis wordt aangesloten op do daarvoor aan wezige schroef. Zeer gewenscht is het een antenne, en daarmede het toestel, te bevei ligen tegen blikseminslag ©f gevaarlijk# ont ladingen uit de atmosfeer. De eenvoudigst® en meest afdoende is beveiliging met ©en edelgasvciligheid, deze werkt geheel auto matisch. Deze beveiliging heeft twee aan sluitingen, waarbij de écne de antenne, d« andere een aardleiding wordt verbonden. We zijn hiermede vanzelf gekomen aan - Zie voor vervolg ommeslaande pagina*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 11