HANDWERKEN H VOOR DE VROUW, No. 36 VRIJDAG 19 SEPTEMBER 1930 DAMES! Sloomwasscherij „DE ZWAAN" Lieve Verschuierstr. 53a b Tel. 36429 Rotterdam m MEVROUW. STOOMWASSCHERIJ „DE BIJ" Ommoordschastr. 13, IOTTEIOAII, Ulai 1C933 Kr STOUTERD! De kleine jongen hee-ft zijn melk opge dronken, loopt, naar het buffet, en zet zijn zilveren bekertje daar voorzichtig neer, on derwijl naar mij opkijkend vol gespannen verwachting, Ik wil hem het pluimpje, waar het om te doen is, niet onthouden en ik zeg dus: knap pe vent hen jij, hoor, zoo'n groote jongen, om al zelf je bekertje" weg te zetten. Dan rondt móeders hand zich om zijn kin netje en. terwijl ze hem tegen zich aandrukt, zegt ze trotsch: „ja, hè, hij is moeders groote jongen, hij kan al zóóveel, tante, en met een vroolijk huppelpasje loopt de groote jongen <yan „al" drie jaar weer naar zijn speelhoékje toe, waar hij met een innig ge noeglijk; gezicht met zijn blokken verder gaat. Het is enkele dagen later. Ik ben er weer eens. Het gaat tegen theetijd en de twee kleuters loopen door de huiskamer, wor den af en toe een beetje gemaand ^na him melk toch op te drinken. Met een gezicht van: „hè, dat vervelende melkdrinken toch", loopt de drie-jarige op eens resoluut naar de tafel, en drinkt zijn bekertje leeg tenminste dat denkt hij, maar, als we op hem gelet hadden, zouden we wel hebben gezien, dat er nog een heel klein slokje in bleef. Dan, zooals hij nu.reeds gewoon vindt, loopt hij naar het buffet eh zet het kroesje daar neer, 'n beet je kordaat komt het terecht, zoodat het restje melk waar nog wat koekkruim door gemengd ligt omhoog spat en de' drup peltjes op servies en buffetlooper terecht komen. Die looper is een extra mooie voor dezen dag, en pas schoon of nieuw er op gelegd, maar dat weet de kleuter natuurlijk niet!. Ook is hij nog maar een-kleine jongen, die naar zijn leeftijd onmogelijk reeds zijn spier bewegingen zóó beheersohen kan, dat hij vooruit precies weet, hoe hard of snel iets neerkomt. En hij kijkt dan óók heel erg be teuterd, als moedertje opeens opspringt, hem boos bij den schouder vat en zegt: Stouterd! kijk nou toch 's! Het schoone kleed! Alles ondergespat! Hij is een gevoelig ventje, dat o zoo gauw verslagen is. Heel even, tersluiks, gaan zijn donkere oogen vol verlegenheid nu naar mij toe, of tante het ook gezien heeft, en dan loopt hij stil naar zijn hoekjezoo heel anders dan de triomphantelijke tocht van de vorige maal. Och zeg ik zachtjes tegen het moeder tje het is tooh een ongelukje, als het nu echt stout wasJa maar, hij moet er afblijven zegt moeder dan hardop, terwijl we het servies even afzetten en de looper wat schoonwrijven hij weet héél goed: kinderen mogen nooit aan het buffet en dan zoo wild! Ik zeg. maar niets meer, voor het oogen- blik is er niet tegen te praten. Als dit eene nu een bijzonder geval was, maar we weten allen wel, en kunnen het dagelijks in onze omgeving zien: het gaat haast altijd en overal zoo. In negen van de tien gevallen worden kinderen gestraft om dingen die zij niet moedwillig, maar per on geluk dóen, die dus eigenlijk geen kwaad zijn. Natuurlijk moet een' kind lééren zijn bewegingen te beheerschen en slordigheden te voorkomen, maar ik geloof, dat dit ook wel zonder die onrechtvaardige bestraffin gen kan. Die doen meer kwaad dan goed. Want hoe gaat het verder? Het jongetje kijkt bedroefd en is versla gen. Hij beseft volstrekt niet ten volle, waar om vandaag stout is wat verleden week zoo flink gevonden werd. Wel kwam het dit maal wat anders uit, maar hoe dat nu pre cies gegaan is, daar snapt hij niéts van. Hij weet immers zelf niet, dat hij het anders deed dan vorige malen, toen er toch óók wel 's een druppeltje spatte, maar de looper niet juist zoo mooi en zoo schoon was. Moeder voelt dit natuurlijk ook wel. „Hij is nog maar zoo klein" denkt ze het vol gende oogenblik verteederd. En als dan de pommel" opgeruimd is, trekt zij hem dan ook weer naar zich toe, streelt hem wat met een „je zal 't wel nooit meer doen ,hè, je zal wel 'zoet zijn". Dan huppelt het jongetje weer vroolijk weg, dan is hij wel weer zoet. En minder dan ooit begrijpt hij, wat er nu eigenlijk daarnet aan hem gemankeerd heeft. SCHROEIVLEKKEN Hiertegen vinden we verschillende midde len aangegeven in het praktische boekje „Wat gij moet weten" nl.: lo. Wie onder 't strijken schroeivlekken maakt in linnengoed, moet het plekje on middellijk vochtig maken met een schoon doekje, uitwrijven en weer opstrijken. Ook kan men het geschroeide stuk, vochtig ge maakt, even in de zon leggen. Gaat de schroeivlek er op die manier niet uit. dan maakt men een papje van pijpaarde, azijn en witte zeep, dat men even laat doorkoken om het, weer koud geworden, op de vlek te smeren. Nadat het papje is ingedroogd, wascht men de plek uit. 2o. Schroeivlekken kan men verwijderen door ze te .bevochtigen met een sponsje of doekje met waterstofsuperoxydc, in 3 pCt. oplossing. Men. veegt ermee over de vlek. Vooral in de zon ~ecft de bewerking een goed resultaat. 3o. Men spoele de geschroeide stuks in een OE KON IK DAT WETEN? DOOR UIT UW OOGEN TE KIJKEN Natuurlijk antwoordde de jonge vrouw, toen haar gevraagd werd, of zij soms ook had geteekend op de lijst van het pe titionnement tegen de vlootwet, natuur lijk want we' zijn toch tegen oorlog en tegen geldverspilling? En daarom doet U mee aan een hetze van de S.D.A.P.? Maar daar ging'het. niet van uit. Ja zeker, daar ging het van uit- Dat maakte mij juist voorzichtig, want onder den schijn van pleiten voor vrede, brengen ze weer nieuwe politieke verschilpunten naar voren. Maar hoe kon ik dat weten? Ik vroeg nog, waar gaat het van uit, en toen zei ze: van geen politieke partij speciaal, alle par tijen doen er aan mee. Hoe kan ik; Hoe U dat weten kunt? door uit te kij ken op het papier, dat ze U in handen ge ven ja, ik weet wel: pas in handen geven, als je eenmaal toegestemd hebt, te zullen teekenen. Bij mij wilde ze 't ook probeeren. „U-bent toch tegen oorlog", zei de keurige, innemende dame, de „salonsocialiste", te gen me, met groote vriendelijkheid, dus kunt U immers teekenen! Maar zei ik, want ik kende haar wel, gaat het niet uit van de S.D.A.P.? Mag ik dat papier eens zien? Ik weet te weinig van de zaak waar het "om gaat, dan dat ik zoo maar iets zou teekenen, en ik kan ook zoo maar niet direct gelooven, wat ik gis teravond in die twee strooibiljetjes las. Dus kan ik eigenlijk niet nagaan wat voor beteè- kenis die onderteekenmg heeft, daar kan wel een heel andere beteekenis aan gege ven worden dan we zelf bedoelen. Het kan bijv. wel weer een hetze zijn, om het Chr. kabinet te hinderen, en daar doe ik in geen geval aan mee, ik doe trouwens heelemaal nooit aan politiek. Maar 't is volstrekt geen politiek, het gaat niet van een enkele partij uit, maar van alle groepen streed ze iedereen teekent er op, ik heb er meer van uw rich ting en ik heb er zelfs ook katholieken op, ik kan het U laten zien. Dat hoef ik niet te zien, daar zal ik het heusch niet om nadoen zei ik want ik voelde opeens zoo: dit was de beteekenis van het verzoek, op d i e manier zou straks mijn naam gelden: kijk, die heeft zelfs wel geteekend. En daarom, toen zij met een lieven glim lach, het papier me overreikte en zei: Nu juffrouw X, ik zou tóch I)cusch maar tee kenen -als ik U was heb ik geantwoord: ik zou u heusch graag een plezier doen, maar dit stuk zal ik toch maar niet teeke- En U du"ft te zeggen, dat. U uit principe tegen oorlog is? 1 Ik-ben uit principe tégen de S.D.A.P., dé rest komt op 't oogenblik niet ter sprake, tegen Oorlog zijn we allemaal, .alleen: hij is een mogelijkheid tot nog toe, niet absoluut weg te cijferen, hij is niet maar een fictie, een denkbeeld, dat men slechts te wen- schen of te verwerpen heeft/ zoóals de S.D. A.P. ons wil doen gelooven.. Maar heusch,- waf dat betreft, kunt U gerust teekenen, want werkelijk, het is nu niet speciaal van de S.D.A.P., 't is een alge- meene actie en gaat bujten alle politiek-Om, heusch!" Waarom staat dan op dit papier de kop van de S.D.A.P. vroeg ik, is er geen blank papier? Toen was er niet: veel te zeggen Want wij begrepen elkaar." En straks lezeres, als de namen opgeteld Worden van dé lijsten waarop U en Uw ■vriendin, misschien uw zustér, ook staan... omdat U „niet wist dat het van de S.D.A.P. uitging" en misschien later bij de stem bus nóg eehs, dan zal, het heeten dat deed de S.D.A.P. D i e hield den oorlog, te gen, zóóveel ngmèn op haar lijsten. D an zijn de lijsten wel van de S.D.A.P.! Maar hoe kon ik dat allemaal ijéten? vraagt ge nog? .1 Door uit uw oogen te kijken. Door gedach tig aan het: in twijfel onthouding, nooit te teekenen op een lijst, als gt niet weet de strekking van de onderteekende verklaring. Door te bedenken, dat, wat liegt, nooit kan deugeif.G' Want al zijn-we nu „maar" vrouwen, en al doen we-Uit principe niet aan politiek, daarom ho^yéh-we toch geen onnoozele scha pen te zijn. Is 't' wel? Dit stukje was al verzonden vóór de inlichtende artikelen in ons blad begonnen te verschijnen. zal dat nog beter uitkomen (voor de vleesch- schaal). Zijn de vormen uit grof handwerkgaas na geknipt, dan begint men er een middellijn te trekken met een dunne gekleurde rijg draad, een andere daar rechthoekig op, zoo dat het kruispunt het midden is en de cirkel in vieren verdeeld wórdt. Op die manier ko- ajen de motieven gemakkelijk op Jiun plaat3 té staan. Begin nu met de appeltjes. Aardig is, al.-s dat goed bij de rest komt: om de appeltjes in oranje uit te voeren, de bladen groen na tuurlijk en de buitenranden bruin. Als gé zegd: de achtergrond wordt ingevuld met naturel, er komen daarvan ook nog een paar rijen buitenlangs de motieven. Het is altijd bij kruissteek, maar vooral bij raffia zaak om te zorgen dat al de ^kruisjes naar één richting lcopen. In de bui tenste rand, zal men met halve kruisjes moeten werken om.een goede ronding te krij gen; Tenslotte komen langs den buitenrand breide festonsteken-, in groen' bruin of paars Daarna slaat men de rafelkant om naar achteren, hecht deze vast met stekeri die op den goeden kant onzichtbaar blijven, pers' het stuk dan goed «uit met een heet ijzer or den averrechtschen kant, en zoom er eer satinet voering tegen. De andere kleinere modellen werkt men op dezelfde manier, alleen komen hier geen i e r motieven op maar twee of drie. GEBORDUURDE GARNEERING Een ander, eveneens zeer nier om een jumper of schooljurk op te fleuren, toont ons het volgend plaatje. Daar is het jonge meisje gekleed in een jumperpakje het kan evengoed van wol len stof zijn, als gebreid, dat op hot voorpand niet al te fijn, daar het patroon berekend Is op een eenigszins grove steek.' We geven de teekening van den rand nog afzonderlijk liier- maar kleuren nioet merp 'ievor zelf kiezen in verband met de kleuren i-an de kleedingstof langs het split en verder op manchetten en zakjes, geborduurde raden vertoont. Deze worden ditmaal niet met de kruissteek ge werkt, maar met wollen draden in verschil lende kleuren. Men neemt vanzelf de draad zeer slappe oplossing van waterstofperoxyde (liefst nog slapper dan 3 pCt.) 1-Iet wasch- goed geweldig goed naspoelen, nog meer dan men dat doet als men gebruik heeft ge maakt van hleekwatcr. Doet men dit niet, dan wordt de vezel te sterk aangetast en zou het goed dus overdadig .veel te lijden hebben! 4o. Uit wollen stoffen kan men schroei' vlekken verwijderen door ze vochtig te was- schen met lauw zeepsop met ammonia. Is de vezel echter tc veel aangetast, dan is"er geen middel voor. TAFELMATJES MET RAFFIA Op de vraag naar eenvoudige tafelmatje; met raffiaborduurwerk, we gaven er reeds' vroeger enkele, nemen we nu ook nog een ander patroontje. Het wordt met raffia op grof gaas gewerkt in kruissteek. Van de teekening-is het natroontje duide-' lijk genoeg afrie zich, zoodat wc het niet nog afzonderlijk afbeelden. Men borduurt ze-in frissche kleuren waarbij men zoo mogelijk rekone tnet het eetservies eri neemt natürel jor den achtergrond, die ook geheel gevuld En nu de werkmanier. Wat de vorm betreft: de ronde maakt mer gemakkelijk door een cirkel te trekken langs groot bord, dat men omgekeerd plat legt, een ovaal langs een langwerpig schaal tje. Natuurlijk kan men het grootste lang werpig nemen in plaats van rond, bij velen HET NUT VAN DE BABY-BOX Als de kleine benjamin van het al-rechtop zitten overgaat naar het kruipen, en van daar geleidelijk naar het loopen, dan komt altijd weer de box ter sprake. Ze zijn zoo lastig in de kleine huizen, een vast hoekje kun je er haast niet voor vrij houden, 't is telkens weer: dichtklep- pen en wegzetten, later: uitzetten en plaat sen met alles wat er noodzakelijk bij hoort. En broertje heeft er al zoo'n hekel aan om zoo gevangen te zitten, „is het eigen lijk wel noodig?" pleit jong-moedertje dat plenty tijd voor haar kleuter heeft. Laten we daarom hier nog eens herhalen wat de Amsterdam: he kinderarts dr. Enklaar over dit onderwerp schrijft in zijn boek „Het gezonde en het zieke kind". „Een van de beste hulpmiddelen om de opvoeding op een aangename wijze te lei den", aldus de medicus, ,is de box". In het tweede jaar behoort het kind bijvoor beeld van 9 tot 12 uur in de box. „Na het ontbijt en het gewone dagelijk- sche bad wordt het kind in de box gezet. Indien omstandigheden en het weer het toe laten, zullen wij de box óf huiten, óf op een veranda óf op een balconkamer plaat sen ,in ieder geval daar, waar licht en lucht ruim kunnen toetreden. „In die box wordt het kind allen gelaten met een enkel stuk speelgoed. Voor de moeder zelf is deze regeling gemakkelijk, omdat zij daardoor de handen vrij krijgt voor haar bezigheden, en voor het kind zelf is het goed, dat het aan zichzelf is overgelaten. Het moet leeren. zichzelf bezig te houden. Het is noodig, dat het daarbij niet overstelpt wordt met een reeks van in drukken en een massa speelgoed, maar dat het geheel zoo eenvoudig mogelijk wordt gehouden. Al naar den leeftijd een wollen of gummi- pop of nagemaakt beest, een beer, een paard of. als het iets ouder wordt, iets dat rollen kan, een eenvoudig wagentje of iets dergelijks). Het kind zal zich geleidelijk wennen aan deze omgeving en zoeken te bereiken, wat het kan. Het zal verder staan, kruipen of loopen en als het vermoeid is, eenvoudig in slaap vallen. Ik acht het een groote fout. de kinderen zoet te houden door er iemand bij te zetten, die zijn vernuft uit put met alles aan te sleepen en het kind ten slotte verveelt en ongeduldig maakt Laat men daarom gerust bovengenoemde proef nemen. Ik weet zeker, dat zij bij goede toepassing zal bevredigen. „In verband met de box ookeen enkel woord over het speelgoed. Dit mag geen schadelijke stoffen bevatten, geen kleur stoffen, die afgeven, als erop gezogen wordt Het mag niet zwaar zijn en geen scherpe energie. Hoe verkeerd is het om vaak te •erbieden! „Doch dat verbieden voorkomt de box. Hier mag het kind onderzoeken en aan raken, wat er in is, terwijl het tegen het einde van het eerste levensjaar, in de ka mers rondloopuid, anders overal met zijn vingertjes aan zit". Over de inrichting van de box vertelt dr. Enklaar: „Men kan een box, dat nuttige instru ment,. waarvan velen de opvoedkundige waarde nog niet voldoende inzien, in vele rinkels koopen, of door den timmerman op maat laten m: ken. Ik stel den eisch, it ze een meter hoog zijn. Op den grond legt men een flinke mol ton déken en daar overheen een groot laken. De box wordt hier nu midden op geplaatst het laken opreslagcn en met banden aan de box bevestigd, waardoor het kind bevei ligd is tegen koude luchtstroomingen over den vloer. Bovendien kan men de box (sa- menvouwbaar) op deze wijze buiten ook gebruiken", het kind is dan beveiligd tegen inheden van den bodem", t zoover iet oordeel van den kinder arts. Wij veronderstellen, dat onze lezeres- die inlichtingen vroegen omtrent de baby-box, hier wel haar voordeel mee kun nen doen HUISHOUDKASBOEKJE Gedachtig aan het: /van het goede krijgt men niet te veel", willen we, op gevaar af van to komen met oud nieuws hier nog eens herhalen de raad tot het inrichten en bijhouden van een kasboekje voor de huis houding. Immers, in iedere zaak behoort een kas boek tot de onmisbare hulpmiddelen, om ten allen tijde te kunnen controleeren of de financieele aangelegenheden voldoende in evenwicht zijn. In zeker opzicht is een huishouden te ver gelijken met een zaak: ook daar dienen de uitgaven en inkomsten in evenwicht te zijn, en zoo mogelijk de schaal naar den laatstgenoemden factor de inkomsten doen overslaan. Er zijn huisvrouwen, die deze kunst, ook zonder nauwkeurige „boekhouding" wonder wel verstaan; doch men vergeve ons de misschien wat onvriendelijke uitdrukking haar aantal wordt hoe lan~«r hoe kleiner: en dat kan ook bijna niet anders gezien de eischen, die het moderne leven stelt, en die hoe langer hoe hooger worden. Het onmiddellijk gevolg hiervan is, dat het „evenwicht" nog al eens hopeloos zoek is en niet zeldeil geruimen tijd vóór de maandelijksche en wekelijkscho aanvulling van de „huishoudkas". de bodem cr van droevig zichtbaar is In gevallen waarin de inkomsten van den heer des huizes dit gedoogen, heeft dit min der voeten in de aarde; een min of meer ernstig verwijt, een korte onaangename woordenwisseling mag er door gevolgd wor den, doch- met de noodige extra-aanvulling is de kwaal dan al heel spoedig genezen. Erger is het, als Let beperkt i..komen, zulk een extra-aanvulling niet toelaat, of ook als de heer des huizes onwillig is, om het tekort aan te zuiveren; dan vervalt de in huiselijke geldzorgen verzeilde huisvrouw soms tot minder aanbevelenswaardige prak tijken ,die bet kleine kwaad niet zelden onrustbarend verveelvoudigen En dat alles is toch op zulk een simpele "wijze te voorkomen voor haar. die het gaar ne anders zouden wenschcn. Het eenvoudige bijhouden van een kas boekje, waarin iedere uitgave ook de kleinste! nauwkeurig opgeteekend wordt, stelt iedere huisvrouw iederén dag, ja ieder uur in dc gelegenheid, om den „stand" van haar kas te weten. In de eerste plaats Maat zij dan niet plot seling, en dooreaans op do meest ongelegen tijdstippen, voor de minder aangename ont- kanten hebben, waaraan men zich pijn kan doen. Verder moet het eenvoudig zijn en niet overvloedig. Hoe vaak toch zien wij een kind zich vervelen met een kast vol speelgoed, terwijl een ander zich met het eenvoudigste amuseert. De eenvoud van het speelgoed heeft nog dit voor, dat de phan- tasie gelegenheid heeft om te werken. Het gevolg is, dat het kind zich met eenvoudig speelgoed amuseert, terwijl het tot in de bijzonderheden afgewerkte speelgoed hem verveelt, omdat dit de verbeelding niet prik kelt. „Het is een ervaringsfeit, dat de mooist© en duurste cadeaux vernield worden of ver geten in een hoek staan, terwijl vaak de goedkoopste prullen de zoo geiVenschte af leiding geven. Dit is toch wel de groote op voedkundige kracht van het speelgoed. „Er moet een uitlaatklep zijn voor de dekking, dat haar „kasmiddelen" te vroeg zijn uitgeput, of het dreigen te worden! Maar er is meer! Zij kan aan het «inde van een week of maand zien, waaraan het teveel der uitgaven besteed is, en wat ze ibor de volgende weken of maanden ge makkelijk kan voorkomen, door diverse niet direct-noodige aankoopen te vermijden en dus het te veel uitgegeven bedrag te be- Tegelijliertijd kan ze als ze hulp van vreemden in huis heeft constateeren welke artikelen te vlug opgebruikt zijn, waar van niet zelden minder eerlijke gestes van personeel de ooi-zaak zijn. Deze factoren, en nog tal van andere, pleiten er in alle opzichten voor, om in een kasboekje allo uitgaven nauwkeurig te noteeren; maar hoofdzaak blijft dan 'och het feit, dat indien noodig op veel ge makkelijker wijze bezuinigd kan worden, door een volledig overzicht der noodig..' en overbodige uitgaven. Het lijkt oppervlakkig beschouwd een heei werk, dat kasboek-bijhouden; dD.h eenmaal er mee begonnen, valt het bijzonder mee, zóó zelfs, dat de meeste huisvrouwen er zelf pleizier in krijgen, en het tot een gewoonte maken, die niet licht meer wordt losgelaten! Vooral voor de huisvrouw, die haar huis houdgeld uit „een zaak" trekt en waarbij, Jammer gepoeg, niet altijd het practische systeem gevolgd wordt om een geregeld weekgeld voor het huishouden af t© zon deren, daar is een dagelijks boeken der uit gaven zoo noodig, omdat men er juist daar zoo licht toe komt te gaan lever) zonder dat men weet waarvan (dat wil dan zeggen van hoeveel), BN DEN ROUW Hij zat in een héél oud buisje Met 'n stevig gat in de mouw. Hij keek naar den and'ren arm, Die ook gauw scheuren zou! Hij droeg om den linker arm Een breed zwart lakensche band. Hij had aan dat vreemde dingske Heel stiekumpjes het land. De jongens zeiden allen: „Kijk, hij is in den rouw!" Dan zat er in z'n keeltje "n Traan die komen wou. Dan dacht ie aan z'n Vader, Die naaide het op z'n mouw, Om Moedertje die z'n buisje Nu nooit meer lappen zou! ANNA SUTORIUS. Zure ©Iersa us. Roer 1 lepel bloem met ruim Vfe ons boter door elkander, bevochtig het al roe rend met ruim y2 liter kokend water, doe er azijn in naar smaak en laat hot koken. Doe in een kom 3 eierdooiers, druppel do wanne saus al roerend er bij en doe het weder in de pan, dooh laat de saus niet meer koken, anders schift ze; doe er wat fijne witte peper en een weinig nootmua- caat in. Ananas-rijst. 1. L. melk, 100 gr. rijst, 100 gr. suiker, I stokje vanille, 20 gr. witte gelatine, 2 d.L, slagroom, 1 klein blikje ananas, eenige ge- confijle kersen of rozijnen, stukjes angell- que, Vz potje abrikozengelei. Trek de melk met de vanille, breng zei aan de kook en voeg er de gewasschen rijst bij. Laat alles zoolang zachtjes koken tot de rijst gaar is en de melk gebonden. Voeg er dan de suiker bij en de in koud water geweekte en goe»a uitgeknepen gelatine. Laat daarna de rijsfmassa bekoelen onder af cn toe roeren, om te voorkomen, dat do gelatine zakt. Do room stijf kloppen, en luchtig door de rijstebrei roeren. Als de massa stijf begint te worden, alles in een met koud water omgespoelden pudding vorm doen. Men moet hiervoor een hoogeix Vorm. gebruiken, zoodat de pudding later, eenigszins den voum van ananas krijgt. Wanneer de pudding geheel afgekoeld en stijf geworden is, wordt hij op een schotel gestort en geheel bestreken met de abri kozengelei. Bovenop steekt men bladeren gesnedien kers. Het onderste gedeelt© van den pudding wordt gegarneerd met schij- Gebakken aardappolcn. De koude, gekookte aardappelen in schijf jes, ter dikte van een gulden snijden; in een koekepan een flinke hoeveelheid bolee of reuzel goed warm laten worden, de aard- appelschijfjes er in leggen, een eerst aan de eene en vervolgens aan do andere zijde bruin bakken. Telkens wanneer er schijf jes reeds bruin geworden zijn, neemt men ze uit de pan, houdt ze op een open schaal (b.v. in den oven) warm en vervangt ze door andere. Biefstuk. 500 gram biefstuk in eciyj f|uk; 5 gram zout; 100 gram boter; 1 lepel melk. Hel vleesch schrappen, kloppen met den achterkant van een platten houten lepel en inwrijven met zout. Een koekepan op een flink vuur of open gasvlam good warm laten worden, een gedeelte van de boter or in uitsmelten en lichtbruin laten worden en de biefstuk met don ruitjeskant naar boven erin letrgen. Zonder er in te prikken het vleesch nu en dan oplichten om er on boter onder te laten loopen. Vreest men dat de jus zal gaan branden, dan deze afkoelen door kleine stukjes koude boter toe te voe gen. Na eenige minuten den biefstuk om- keeren en den tweeden kant op dezelfde wijr^e bruin bakken. Is deze eveneens klaar dan het vleesch met de laatst gebakken zijde naar boven op eon verwarmden scho tel leggen, de jus nabraden met molk en oen weinig water en voor een ecdeclte over het vleesch uitschcnken, de rest erbij pre senteeren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 13