Kerknieuws.
Schoolnieuws.
KOFFIE-SOOi™
EEN GELE NAPOLEON
WOENSDAG 20 AUGUSTUS 1930 DERDE BLAD PAG, ft
DE RIJKSMIDDELLEN
OVER DE MAAND JULI
De Rijksmiddelen bedroegen in de afge-
loopen maand 4J.77S.892 of ruim lV&Nnil-
liocn minder dan Juli 1929. Van de 21 pos
ten op den staat der Rijksmiddelen zijn er
12, die minder opgebracht hebben dan ver
leden jaar. Het zijn vooral de posten „Divi
dend- en tantième-belasting" en „Successie
rechtenT, welke den doorslag gegeven
hebben tot de minder gunstige uitkomst
over Juli. Aan dividend- en lantièmehelas-
ting werd in Juli 1929 ontvangen f 5 135.87:'
till an s bracht deze post slechts f 4.051.217
in de Sèhatkist of f 1,084.025 minder
De Successie-rechten heliepen f 2.968.830
of f 1.295.147 minder dan het vorige jaar.
Aan grondbelasting werd ontvangen
2.908.807 of 147.689 minder dan in
Juli 1929.
Ook de vermogensbelasting met haar
opbrengst van f 596.758 bleef beneden het
vorig jaar. Ze geeft een nadeelig verschil
te zien van i 48.604.
Evenzoo bleven ook de invoerrechten in
opbrengst bij verleden jaar ten achter. Zij
bedroegen 5.227.003 en gingen daardoor
in vergelijking met 1929 378.994 achteruit
Het Statistiekrecht bedroeg 347.0S8 of
68.777 minder dan het vorig jaar.
De accijnzen op zout, geslacht, wijn en
bier beliepen resp. 144.133. 960.327,
54806 en 1.287.216, waarvoor in vergelij
king met verleden jaar een vermindering
van opbrengst valt waar te nemen, resp.
van 29.929, 139665, 6524 en 115788.
Ook de registratie rechten, die in de alge
loopen maand 1.522.651 bedroegen gaven
een lagere opbrengst dan in 1929. Deze
post toont' in vergelijking met verleden
jaar een nadeelig verschil van 412.349.
En eindelijk waren het de loodsgelden,
die evenmin de opbrengst van het vorig
jaar konden bereiken. Ze bedroegen f 383.445
en bleven alzoo f 93.256 bij 1929 ten
achter. Al de 12 posten van den Staat der
Rijksmiddelen, welke minder opbrachteu
dan verleden jaar, geven tezamen een na
deelig verschil van 3.821.347. Gelukkig
word hiervan weer ruim 2 millioen opge
heven door de 9 posten, die in opbrengst
boven het vorig jaar uitkwamen.
Dc Personeelo belasting met haar op
brengst van f 4.013.202 overtrof de uit
komst van Juli 1929 met 20.541.
Aan inkomstenbelasting werd ontvangen
3.761.783 of 414.983 meer dan het vorig
jaar. Accijns op gedistilleerd bracht an de
schatkist 2.993.085 of 352.606 meer dan
verleden jaar. De accijnzen op suiker en
tabak bedroegen resp. 5.242.767 "n
2.309. 820 en gaven alzoo in vergelijking
met het vorig jaar een -vnonleelig verschil
resp. van f 932111 en 169297.
Aan belasting op gouden en zilveren wer
ken werd' f 94021 ontvangen of 11142
meer dan in 1929.
De zegelrechten beliepen 2.637.554 en
overtroffen alzoo de opbrengst van, Juli
1929 met. 199100.
De opbrengst der domeinen bedroeg in
de afgeloopen maand 264.333 of 91.04
meer dan in dezelfde maand van bet vorig
jam'. En eindelijk was liet de Staatsloterij
die rnet haar opbrengst van 9415 nog moe-
werkte om het nadeelig verschil iu verge
lijking mot het vorig jaar, met 360 te
.verminderen.
Over zeven maanden gerekend, hébben
de Rijksmiddelen in totaal opgebracht
f301.521.354 of 19 millioen meer dan 7/12 der
jaarraming. En vergelijkt men dc ontvangst
over 7 maanden in dit jaar met die in het
zelfde tijdvak van 1929, dan merkt men, dat
in 1930 ruim 8 millioen méér ontvangen is
dan in 1929.
Te meer treft ons dit laatste gunstig re
sultaat, omdat de registratierechten ruim 4Vj>
millioen minder opbrachten dan in 1929.
Maar dit nadeelig verschil wordt vrijwel ge
heel opgeheven door de post „Inkomstenbe
lasting", welke in zeven maanden juist on-
gever 4y2 milloen méér opbracht dan het
vorig jaar.
Ondanks de minder gunstige resultaten
van de laatste twee maanden kan toch nog
altijd met vrij groote. zekerheid verwacht
worden, dat aan het eind des jaa-rs het to
taal der Rijksmiddelen eer enkele procenten
hoven de raming uitkomt, dan dat het be
neden de raming zal blijven
AUTOBUS-CONCESSIES
Bij Kon. besluit zijn ongegrond verklaard
do beroepen, ingesteld door de Directie van
de Nederl. Spoorwegen te Utrecht, de N.V.
Algemeene Transport Onderneming te
Utrecht, de N.V. Stoomtram 's-Hertogen-
bosch—Helmond—Oss te Veghel, den Auto-
dienst „De Maaskant" te Lith en den Raad
der gemeente Oven c.a. tegen de beschikking
van Gedcp. Staten van Noord-Brabant
waarbij aan J. van den Oord te 's-Herto-
gcnbosch vergunning is verleend tot het in
werking brengen van een autobusdienst van
's-IIcrtogcnbosch over Rosmalen, Nuland,
Gefffen, Hcesch en Oss en over den provin
cialen weg naar Oyen.
'Bij Ged. Staten van Zc'eland Is een
aanvrage ingekomen van J. F. Ogier te Rll-
land-Bath voor een wijziging van de hem
verleende vergunning voor een dagelijkschen
autobusdienst van Rilland-Bath over Krab-
bendijke, Kruiningen, Schorc, Kapclle cil
Kloetinge naar Goes. Do bedoeling is ont
heffing van de verplichting tot uitoefening
van den dienst op Zondag.
WERELDBOND DER KERKEN
JEUGDCONFERENTIE
TE HADERSLEV
Vertegenwoordigers uit
REFERATEN OVER EELANGRIJKE
ONDERWERPEN
ParticuMere correspondentie
De wereldbond voor internationalen
vrien-clschapsarbeid der kerken, heeft even
als zoovele andere vereonigingen ingezien,
van hoe-veel belang het voor haar streven is
om de jeugd daarvoor te winnen.
Hierom is zij verleden jaar begonnen met
het beleggen van een conferentie in Vaumar-
Zwitserland) en een bij Keulen op den
Westerburg, waar vertegenwoordigers van
de Ghristelijke jeugd uit verschillende Euro-
peescbe landen elkaar ontmoetten. Hieruit
zijn weer de wandeltochten in Duitsehland
Engeland voortgekomen, waarbij de jon
geren uit heide landen cenigen tijd samen le
en, elkaar noodig hebben en elkaar kunnen
leeren waardecren.
Ook dit jaar heeft ze weer een conferentie
belegd en, wel in Haderslev in Denemarken.
Daarheen kwamen we samen uit Duitseh
land, Denemarken, Nederland, Noorwegen
Zweden en Danzig.
Haderslev
ligt op een schitterend punt aan een van
de vele fjorden in Denemarkep, en is geheel
omgeven met heuvels, waarvan men vaak
ie panorama's heeft op den omtrek. Het
is reeds een oud stadje. De grondslagen van
de Domkerk daar, dateeren reeds uit de
twaalfde eeuw. De stad ligt in het hertog
dom Slees wijk en werd na 1S64, toen Slees-
wijk Holsteijn bij Pruisen ingelijfd werd,
Duitsch.
Na den wereldoorlog, toen 'er in Sleeswijlc
Holsteijn volksstemmingen gehouden werden
over de vraag of het bij Duitsehland wilde
blijven of Deensch worden, was Haderslev
een van dc meest besliste districten1 van de
Noordelijke zone die voor Denemarken koos.
Zoo werd -het dan Deensch, en dc Deen-
sclve regeering heeft al het mogelijke gedaan,
de elkaar bestrijdende Duitsche- en
Deenschgezinde partijen bij elkaar te bren
gen. En hierin heeft ze het een heel eind
gebracht, vooral obk door de hulp van de
kerk, en haar algemeen geziene bisschop Dr.
V. Amundsen.
Toch is de toestand er nog niet rooskleurig
is er van beide zijden
nog veel bittere haat
waarbij de scheiding soms dwars door de ge
en heen loopt, en het gebeurt, dat ouders
-hun kinderen totaal verstoeten, ornd-at ze
Deenschgezin-d zijn geworden en omgekeerd.
Iu deze plaats nu, waar dus zooveel spring
stof lag, die aanleiding kon geven tot natio
nale gevoeligheden tussöhen Duitschers en
Denen, heeft de Wereldbond der kerken het
gewaagd de jeugd uit versclullendc Germaan
sclie landen bijeen te brengen, om samen te
spreken over hun moeilijkheden en elkaar
te leeren w-aardeeren. En het vertrouwen
is niet beschaamd. Ze hebben elkaar gevon
den, en reeds yoor dat.de conferentie half
was, kon het gezegd worden: De-zé con
ferentie is gelukt en kan niet meer mis
lukken.
De wereldbond der kerken is geen pacifis
tische vereeniging, maar tracht de goede ver-;
standhouding tusschen de volkeren te be-
orderen. Zoo ook deze conferentie: we wa-
en er niet gekomen om klinkende resoluties 1
aan tc nemen, en de wereld in te sturen,
maar om elkaar te leeren kennen, met el
kaar te bidden en te spreken, en te komen
tot een zoo goed mogelijke orienteering in
zake de moeilijke internationale problemen
in den geest van het Christendom.
De bisschop i
Haderslev
Dr. V. Amundsen, opende de conferentie, en
wees er hierbij op, dat deze conferentie
worden zou wat God er van maken wilde,
maar dat het onze taak is Gods organen te
zijn. Hij wees op de twee geboden, God lief
hebben en den naaste, welke onafscheidelijk
bijeen behooren, en eindigde zijn woorden
met den wensch, dat deze dagen zouden mee
werken tot de eer Gods en de verlossing der
mcnschen in den naam van Jezus Christus.
Daarna sprak een Zweed, Magister Sund-
guist uit Stockholm over 1 Cor. 3 23 „Gij
zijt van Christus". De geschiedenis van liet
Christen-dom is geschiedenis daarvan, hoe
Christus' geest werkte in de harten van
menschcu, zoodat ze beleden: wij zijn van
Christus. Hij is onze Heere, wij zijn Zijn
dienaren. Maar waar vandaan komt de
kracht tot deze belijdenis? Lut-her geeft het
antwoord, als hij zegt: Ik ben van Christus,
Jezus Christus is mijn Heer, die mij van de
heerschappij des duivels gèred heeft Ieder
mensch heeft iets noodig dat hij dient waar
voor hij strijdt, dat hij liefheeft Velen zeggen
ik dien mezelf, anderenen ik de maat
schappij, en weer anderen: en ik de weten
schapmaar voor den christen is niets hooger
dan Christus te dienen, dat is: door Christus
overwonnen te zijn. En waren alle menschen
bezield geweest door Gods geest, dan zou er
geen oorlog uitgebroken zijn. Voor ons is
geen vredesarbeid van belang, die niet door
Christus' geest gedragen is, dat is, die Geest
die het leven van Jezus droeg, moet ook ons
dragen.
Dan geschiedt het^wonder, dat het grond
karakter van den mcnsch veranderd wordt.
Noodig daartoe is slechts: door Christus over
wonnen te zijn.
Ben tweeden dag
sprak 's ochtends Dr. J. C. .Wisting, pred.
te Tiel over: 1st der Krieg gottgewollt? (Is
de oorlog van God gewild?) We geloovcn
aldus spreker, aan de voorzienigheid, hier
bij moet echter scherp onderscheiden wor
den tusschen Gods wil, die ecuwig en onver
anderlijk is, en Gods oordeel dat door be
keering afwendbaar is.
De oorlogen zijn hier altij-d om de wereld
tot erkenning van God te brengen. He-t heilig
doel heiligt de middelen. Toch worden hier
ook andere stemmen vernomen; Davi-d mag
geen tempel houwen omdat hij te veel bloed
vergoten heeft.
Met keizer Constantijn wordt langzamer
hand de oorlog verdedigd, Toch is er veran
dering. Nu wordt niet iedere oorlog meer
goedgekeurd. Oorlog is goed als het doel goed
is, wanneer een volk roeping voelt, grijpt
het licht naar de wapenen.
Vaak is de oorlog verdedigd om zijn ver
nieuwende kracht, na deze oorlog is dat
niet meer mogelijk. Men ziet nu hoe in don
oorlog niet de besten maar de slechtsten be
houden blijven. Zooals een soldaat schroef:
Voor Verdun hebben we nog gebeden, hier
aan de Somme wordt slechts gevloekt.
Het Keil egg-pact veroordeelt eiken oorlog
en "toch gaat men voort met oorlogstoerus-
tingen. Wat lean nog helpen? Slechts het
Christendom. En wat zegt Christus, wat zegt
het Nieuwe Testament? Een ding is noodig
maak u gereed voor het rijk Gods. De eer
ste christenen stonden in heilige onverschil
ligheid tégenover de wereld. Mén kende
slechts een Heer: Christus.
Als Christenen mogen we.het vaderland
liefhebben, maar wje moeten het" opgeven,
als het. eisohen stelt, die ingaan tegen Gdclfe
wil. We moeten niet te veel vertrouwen op
den Volkenbond, een heilstaat op aarde zal
nooit komen, maar we moeten er voor wer
ken, dat het zij èèn kudde en' èèn Herder.
Dienzelfden avond sprak Ds. P. Broderscn
uit Sandvea over
DE ROEMEENSCHE SPOORWEGRAMP
DE OVERVLOEDIGE REGEN!
Enkele Berlij-nsche voorstadjes zijn tengevolge van den ononderbroken regenval onder
water gezet. De bewoners trachten hun draagbare have voor bet natte element in
veiligheid te brengen.
In het leven is veel leed, hiertegen heeft
God ons echter ook veel middelen gegeven.
Als Jezus van God spreekt, spreekt. 1-Iij
van een Levende, God werkt. Maar Zijn wil
is niet een mechanische natuurwet, maar
eischt een overtuigd meewerken. Wij moe
ten in Gods kracht aan hot werk gaan. Men
zegt. wel eens: Bid alsof je niet werken kimt
en werk alsof je niet bidden kunt maar dit
is niet juist, als we bidden moeten we ons
bewust zijn, dat we een taak hebben) en we
mogen niet werken, zonder te bidden.
De laatste ochtend werd gesproken over de
taak der C-hr. jeugd in dft vredesarbeid.
Deze Christelijke vredesarbeid moet ge
richt zijn niet op iets negatiefs, een nooit-
meer-oprlog-actie. Maar we moeten iets po
sitiefs hebben. Vredesluiting garandeert de
vrede niet. Maar we moeten werken voor
vriendschap, voor liefde onder de volken.
I-Iet Christendom moet meer worden het
zout der aarde. Want slechts door de Christe
lijke liefde kunnen de problemen van deze
tijd opgelost worden.
Niet alleen referaten
We hebben echter niet alleen naar refera
ten geluisterd, maar de middagen gebruikt
om tc genieteu van de mooie natuur. En
dikwijls was zop'n tochtje uitermate geschikt
om elkaar nader te leeren kennen. We heb
ben er gezien hoe ons aller behoeften dezelfde
waren. En we hebben er ons één- gevoeld, één
in het geloof, één in het allen dienaar zijn
van dien éénen Hoer der aarde, die de vrede
wil onder de menschen, niet- de vrede die
komt na een oorlog, maar. de vrede die er
hcerscht, tusschen broeders, die samen écn
Heer dienen.
HET GESCHENK AAN DEN DOMINEE
De lezer uit Z., die over bovenstaand on
derwerp een schrijven bij onze redactie in
zond, vraagt ons nog het volgende te pu-
bliceeren:
„Ö'm een mogelijk verkeerden indruk,
dien mijn schrijven aan „Syvius" mocht
gewekt hebben, weg te nemen, zij nog ver
meld, dat de zin: „mevrouw van den domi
néé had gezegd, dat dominee graag dit of
dat had", zinspeelde op een vertrouwelijke
niededeeling uit een andere plaats dan die
mijner inwoning. Met bet plaatselijke heeft
noch het een noch het ander uit mijn schrij
ven iets te maken.
„Voorts nog een aanvulling. Onze predi
kanten als dienaren des Woords en dienst
knechten van Jezus Christus, acht ik hoog.
Ik gun hun gaarne een flink tractement,
waar ze behoorlijk en goed van kuiirieii
leven. Ook vind ik het zeer gelukkig, dat
in de laatste jaren te hunnen gunste heel
wat veranderd is, al is het ook nog overal
niet zooals het wezen moet. Maar in het
jubileeren moge matigheid betracht worden.
Die overvloedige jubilea schaden meer dan
dat ze goed doen. Ze zijn onnoodig voor dc
predikanten, ook niet. noodig voor de Ge
meenten. Zoo evenmin al die geschenken bij
het doen van belijdenis, waarop dan nog
eons een samenkomst in de pastorie volgt.
Wil een herder werkelijk den toestand dei-
zielen van de jeugdige lidmaten gadeslaan,
hij bezoeke hen eens persoonlijk; dat geeft
en heeft meer waarde dan het gemeenschap
pelijk samenzijn in de pastorie.
„En eindelijk onze pers diene in deze tóch
ook niet voort te gaan met dat breed uit
meten bij berichten over die z,g. tusschen-
tijdsche (om de vijf jaar) jubilea. Zij moge
onze predikanten bij een 25- of 40-jarig ju
bileum eens goed naar voren brengen, zoo
als dat bij „andere standen" ook geschiedt:
zij zijn het waard en het is wel eens goed
voor hen. Maar met al die nieuwe jubilea
per vijf jaar diene eindelijk eens gebroken
te worden. Daar krijgen de Gemeenteleden j
en ook de dagbladlezers meer dan genoeg
Tot zoover het schrijven uit Z.
Wat het verzoek aan de pers betreft,
niecnen we, dat onze redactie den regel volgt
die hierboven als wensch is naar voren ge-
KALENDERHERVORMING
De „Reformatie" geeft een ander denk
beeld voor dc hervorming van den kalender,
teneinde te voorkomen „dat het goddelijk
rythme" der zeven dagen zou worden ver
broken.
„Men kan bijv. de zoogenaamde blanco-
dagen opsparen, tot men er zeven bij el
kander heeft. Dat zou nu eens om de vijf,
week verlengen.
Misschien zou de Jnli-maand, de vacantie-
maand bij uitnemendheid, er zich het best
toe leenen om zulk een vermeerdering te
ondergaan.
Daarbij zou men met de invoering van de
kalenderhervorming kunnen wachten, tot
het jaar juist op een Zondag aanvangt.
De praktische voordeelen zouden slechts
weinig geringer zijn dan in den vorm, waar
in die thans wordt voorgesteld. En het
Christelijk beginsel zou er zich niet tegen
verzetten.
PORTRET VAN Dr. A. COMRIE.
Dé heer O. C. van Eeniessen, van Wou-
krugge, schrijft ons:
Vergun mij onderstaand antwoord te mogen
geven op een vraag, door de redactie van de
„Banier" mij gedaan, tevens ook voor anderen
bestemd:
„Weleerw. heer Ds- Kersten, Op uw vraag
,,of de foto fin uw bezit) inderdaad een foto
van Comrie is'', liet volgende:
In 1912 ontdekte Prof. Dr. A. G. Honig het
portret van Dr- A. Comrie te Bussum, bij de
laatste nazaat van genoemden leeraar.
In 1919 bij de groote Comrietentoonstelling
alhier, was dat portret met de andere nalaten
schap van Dr. Comrie mede aanwezig; zie rle
foto van deze tentoonstelling in de „Spiegel"
vaft 21 Juni 1919, alsmede Cdmrie's portret.
Den' 2Gen Maart j.l. ontving ondergeteekende
het geschilderd portret, bul enz. van Comrie
van de laatste erfgenamen, de heer en mevr-
Marsè-Zandstra te Bussum voor het museum
silver (zie de „Standaard" en de „Rotterdam
mer'" van 27 en 29 Maart j.l. en het
„Schouwvenster" van 27 Juni j.l. (Comrie-
hoekje).
Flet proefschrift van Prof. Dr- A. G. Honig
geeft een volledige beschrijving var, dezen
leeraar' van "Woubrugge 1904, en het boekje
uitgegeven door J. van Oei te Delft in 1908, is
een volledige beschrijving uit de „Heraut" van
1863 (no. 271-273)".
ZENDING.
Opnieuw ontstellende i n z i n-
k i n g! I-Iet Zendingsbureau te Oegstgeesl
meldt ons:
De inkomsten van de eerste maanden van
het jaar bleven, zooals bekend, verre bene
den het benoodigde. Juni en vooral de
maand Juli brachten veel verbetering. De
achterstand bij verleden jaar werd inge
haald.
Maar nu Augustus! Per maand is volgens
de raming noodig f. S0.000—De ontvang
sten bedroegen op heden nog slechts f. 8000!
Dat is één tiende deel van wat het werk
vraagt.
Publicatie van het vorenstaande wordt
voldoende geacht. De vrienden der Zending
weten wel hoe buitengewoon moeilijk het is
voor de Zcndingsbesturen om voort te gaan
zonder middelen. Spoedige, afdoende hulp
is zeer gewcnscht!
Prop- H. Joh. Jaanus, gekomen
van Bussum, werd Zondag jl. bevestigd als
predikant der Evang. Luth. Gemeente van
Monnikendam door Prof. Mr. J. Loosjes, van
Bussum, die een predikatie hield over Rom.
10 17- Aan de handoplegging werd mede
deelgenomen door Ds. J. J. L. Duyvendak,
em.-pred. van Schiedam, wonende te Bussum.
Des avonds te zes uur deed Ds- Jaanus zijn
intrede met Matth. 27 :22. Na afloop zijner
predikatie richtte hij toespraken in het bij
zonder tot Prof. Loosjes; tot den eersten
consulent, Ds. L. Schutte, van Amsterdam; en
tot den tweeden consulent, Ds. O. D- Bleeker,
van Edam. Voorts waren nog aanwezig Ds,
G. J. Duyvendak, van Bussum, en Ds. W>
Kooiman, van Deventer. Den nieuwen predi
kant werd tenslotte toegezongen; „U zeegne
God'*.
•CALV. STUDENTENCONGRES
„PRINCIPIA" EN „AMICITIA".
De heer J. W. Brains to Breukelen, h. t
praeses van de Calvinistische Studenten-
Beweging, zendt ons het volgende schrijven:
Zooals reeds eerder vermeld, zal het Cal
vinistisch Studentencongres dit jaar gehouden
worden D. V. van 8 tot 13 September op de
terreinen van den Zendingsstudieraad te Lun-
In zooverre zal liet een bijzondere betee
kenis dragen, dat men speciaal dit jaar is
ingesteld op een druk bezoek van hen. vier
eerste studiecursus in October aanvangt- Niet
alleen, dat dus alle „gevestigde" stuaenten
worden uitgenoodigd, doch ook novieten, die
straks aan het begin staan van hun acade-
mischen loopbaan. En omdat zij, ieder per
soonlijk, voor ons onbereikbaar zijn, willen wij
gaarne de gelegenheid, die de pers ons biedt
om met hen in aanraking te komen, met
beide handen aangrijpen.
De twee hoofdbeginselen, die ieder Gere
formeerd Studentencongres in meer of min
dere mate typeeren en die wij zoo gaarne
betitelen met de weidsche woorden „prin-
cipia" en „amicitia", sullen ook op het ko
mend congres duidelijk uitkomen- De hoofd
gedachten zullen zijn religtieuze verd'epdng
en aanknoopen of versterken van vriendschaps
banden.
Ziedaar in enkele woorden de beteekenis
geschetst van ons congres, een beteekenis,
die aan waarde wint, naarmate de congres
sisten hier meer van doordrongen worden.
Gelukkig komt de eenheidsidee van de
Christen-studenten in de laatste jaren sterker
dan ooit uil, speciaal ock aan de openbare
inrichtingen van Hooger Onderwijs. Daar
Wórden kleine geschillen spoedig uit den weg
geruimd om sterker te staan tegenover paga
nisme en ongeloof, die aan genoemde inrich
tingen hoogtij vieren.
In Calvinistischen en in nationalen zin wordt
zij echter manifest ip de congressen, die tel
ken jare op de Luniersche hei worden
georganiseerd. Daar wordt veel gesproken en
van gedachten gewisseld over vraagstukken,
die in het centrum van de belangstelling staan
en voorlichting noodzakelijk maken. Men leze
daarvoor slechts het gevarieerd programma.
Niet zoozeer als keerzijde van de medaille,
doch als gewenschte aanvulling, wordt ook
voldoende aandacht geschonken aan het be
reiken van het tweede hoofddoel. We herin
neren o.a- aan de vele takken va.n sport, die
gedurende de kammveek beoefend worden,
ann de interacademiale voetbalwedstrijden, aan
de wedloopen met. „hindernissen", waaraan
door oud en jong wordt deelgenomen!
Ken geheel aparte beteekenis zal bet con
gres cliter hebben voor hen, die straks wen-
schen opgenomen te worden als leden van
een van de Gereformeerde studentencorpora.
Voor deze novieten, bestaat n.1- geen betere
introductie dan een bezoek aan Lunteren- Tn
een congresweek worden niet alleen vriend
schapsbanden aangeknoopt, doch wordt, men
ook ingelicht bmtreDt allerlei, dat betrekking
-heeft, op de gekozen vakstudie. Vooi al van
het laatste'kan men, met het oog op de toe
komst niet anders dan voordeed hebben.
Wij bedoelden 'niet door dit' schrijven alles
op te sommen wat er in de Lunterensche week
voorvalt liet zou te veel -plaatsruimte in
beslag nemen.
M°n doet beter zich zelf te overtuigen en
wij zijn ervan verzekerd, dat. ieder voldaan 13
Seotember naar huis gaat.
Voor nadere inlichtingen wende men zich
tot den kampcommandant Ij. J. Bernard,
„Erica" te Balkbrug (O-).
LANDBOUWONDERWIJS.
Te B o r c u 1 o zal begin October een Neu
trale Lagere Landbouwschool worden geopend
Te W i n s u m (Gron.) zal een Chr. La
gere Landbouwschool worden gesticht- Da
Raad van Winsum lieeft financieelen steun
toegezegd.
INGEZONDEN MEDEDEELING
53SE MEEST
bij Uw kruidenier zijn:
V. ROSSEM's
STEK zacht, geurig, krachtig 65 ct.
?Jo. 1 geurig, zwaar 55 cL
No. 3 geurig, zuiver 45 ct.
No. 4 goed, zuiver'40 ct.
per half pond
door ARTHUR E. SOUTHON
(55
„Daarop ben ik bedacht" was zijn antwoord. „Juist in een land
als dit moet men afbreken om weer op te bouwen, en daarin zit
al''id iéts gevaarlijks, tenminste als men zou willen ophouden bij
het eerste bedrijf. Ik combineer het constructieve met het cles-
structieve, on laat hij elk punt zien, hoe het Christendom be
houdend werkt, omdat het alles wat maatschappelijk gezond is
in het fetischisrne wil handhaven."
„Dat is een interessant experiment, en u hebt hier een mooie
operatiebasis, maar ik ben het met ITarley eens: u zult er niet
in slagen", zei Mary.
„De tijd zal 't leeren", antwoordde hij.
liet experiment nioet intusschen beproefd worden; niet alleen
b:j Makindi. maar in alle streken, waar do beschaving haar ver
heffen le invloed brengen wil onder onbeschaafde volken.
„Verklaar u nadert" vroeg Maty.
„Goed laat ik do kwestie «zoo stellen. U hebt vaak bemerkt, hoe
de inboorlingen bij de Kust in mindere conditie geraken; ze zijn
lui en geneigd tot diefstal cn leugen. U zei dc onbeschaafde
KarumLana te prefcreercn boven de z.g, „beschaafde" inboorlin
gen, die u zag in Forcados en Lokoja. Ik heb toegegeven, dat
de feiten u in het gelijk stellen; we versohillen echter in onze
verklaring van die feiten. U beiden huldigt de gewone theorie,
die gangbaar is aan de kust onder de Europeanen, dat de zen-
.üclingen daarvoor .verantwoordelijk gesteld moeten worden. Ik
ben van oordeel, dat u zich dan slechts een oppervlakkig oordeel
gevormd hebt."
„Ik zie zelf niet in, dat er nog over te praten valt," viel Fane
heftig uit. „De feiten spreken vdCr zich. In Karumbana, waar
geen enkele „Christen" gevonden wordt, is het volk trouw aan
liet gezag, heeft men ontzag voor den Europeaan, en is men
uiterst beleefd. Slechts tweemaal gedurende den tijd dat ik hier
ben. is een onbeduidende diefstal ontdekt. Maar waar de invloed
van de zending sterker was dan hier, zijn de menschen oneerlijk
ongezeggehjk, ontrouw, onbeschaamd. Dat is maar niet een
theorie; dat zijn feiten, m'n waarde Rilston, en feiten zijn nog
steeds welsprekender geweest dan theorieën."
„Hoe wilt u die feiten omver redeneeren, meneer Rilston'"
vroeg Mary benieuwd.
„Gemakkelijker dan u denkt", was zijn antwoord. „Laten we
maar beginnen mot de leelijkste eigenschap: hun onoprechtheid.
Ik zal dat feit niet betwisten. Hier in de binnenlanden behoeft
men niets in dc gaten te houden; ginds aan de kust wordt alles
gekaapt, wat niel spijkervast is. Maar laten we nu wat dieper
gaan dan de oppervlakte. Welk motief schuilt er, overal, achter
de eerlijkheid?"
,,'n Geweten" antwoordde zij prompt.
„Vrees" meende Fane.
„Beide", hernam Riston." Voor een verlicht mensch met een
goed ontwikkelde consciëntie goed ontwikkeld, zei ik is
dat geweten alleen voldoende. Maar bij de meeste menschen is
het motief voor eerlijkheid vrees voor ontdekking en de gevolgen
van dien. Dat is de waarheid in elk beschaafd land. Het aantal
wetten legt daarvan getuigenis af evenals de uitgebreide staf van
menschen, die die wetten moeten handhaven. Maar we denken
nu alleen aan Afrika en inderdaad kunt u van meening zijn, dat
ei' een zekere vrees steekt achter de eerlijkheid van ongeciviliseer
de inboorlingen, zelfs daar, waar geen enkele gevangenis is."
„Vrees voor de goden, bedoelt u izeker", zei Fane. „Dat heeft
er tenminste heel veel meer mee te maken."
„Dat heeft er alles moe te maken!" zei Rilston op warmen
toon. „U hebt vaak gezien die kraampjes met bananen of cocos-
noten, nietwaar, maar nergens was er een mannetje bij, als een
een klein hoopje steenen de prijs van elke bananentak aanduidde
„Ja, daarover heb ik me dikwijls verbaasd", zei Mary. „Ik kan-
me in Engeland niet voorstellen, dat een koopman die risiko
zou willen loopen." v
„Juist, daar zou bet dwaasheid zijn. Hier is het echter moge
lijk, en wel omdat een kleine fefcisch van gras of zoo boven in
■het kraampje hangt. Elke inboorling gelooft, dat de god van den
koopman in die fetisoh huist, en al ziet'geen mensch zijn diefstal
dan, de god ziet het en diens wraak zal den dief overal achter
volgen. Ze zijn eerlijk uit vrees; geen vrees voor de samenleving,
maar vrees voor de goden- of de geestenwereld."
„Precies. Daarom beweerde ik ook, dat u een gevaarlijk spelle
tje speelde, door die grondslagen te ondermijnen, waarop de maat
schappij hier gebaseerd is", zei Fane met volle overtuiging.
„En om diazelfde reden zei ik, dat wat ik met Makindi pro
beerde, overal geprobeerd moet worden," zei Rilston. „Wat ge
beurde er aan de kust? Wat zal eerlang in Karumbana gebeuren?
Vreemdelingen van een ander ras zijn gekomen; ieder van hen
is rijker dan een koning van deze volkeren. Waarom is de eenvou
dige stulp van een zendeling voor hun besef van de grootste
weelde. Een feit is het! Welnu, volgens de opvatting der inboor
lingen is iemand rijk of arm, aï naar gelang de gotl, dien bij
dient, sterk is of minder sterk. Omdat alle blanken rijk zijn, in
hun oogen, moet hun god ook wel een bijzonder sterke god zijn.
Maar toen ze den blanken man bespiedden, zagen ze dat hij geen
god had; in elk geval dienden jij er geen. Het gebrek aan religie
bij de Europeanen is de schuld van twee dingen in West-Afrika:
het wegkwijnen van het fetischisme en de ondergang van de
primitieve moraal."
„Het fetischisme is nog langen a niet dood!" riep Fane uit.
„Het is even sterk, op plaatsen waar kerken en scholen staan,
-als het hier is."
„Ik zei ook niet dat het dood was. Ik beweerde alleen, dat het
wegkwijnt. Nog geslachten lang zal het voortduren, denk ik,
maar het fetischisme van het verlichte Afrika is ongetwijfeld van
een ander gehalte dan wat u hier vindt. Het feit, dat schijnbare
multimillionaire geen god dienen, heeft dé oude gedachte ver-
lamd, dat het de goden ziju, die een mensch rijk maken. Het on
godsdienstige van de Europeanen heeft de inboorlingen onbewust
sceptisch gestemd omtrent wat ze zelf gelooven. En omdat hun
eerlijkheid een product was van hun geloof bijgeloof, als
ge wilt daar ondermijnde hun scepticisme bun eerlijkheidsbesef,
waar liet de blanken betrof."
„Waarom juist de blanken?" vroeg Mary.
„Vanwege de oude ingeroeste vrees voor de goden van Afrika,
die nog immer hun doen en laten beheerscht. Bij de blanken is
het een ander geval. Daar is blijkbaar geen onzichtbare, te duch
ten god, wiens toorn men vreezen moet, en dus nu wordt liet
de kwestie van een handigen inbooring tegenover een waakzamen
blanke".
„Ja, in wat u elaar zegt, zit wel een kern van waarheid", dacht
Fane hardop.
„Ik weet het heel zeker en ik zal u het bewijs leveren. Waar
ongodsdienstige blanken het langst vertoefden, is de diefstal
het ergst: aan de kust. Hoe verder u naar het binnenland komt,
hoe minder het wordt. Neem dit district bijvoorbeeld. Ik ben
nog niets kwijt geraakt. U wel?
(Wordt vervolgd^