De kleine dingen HANDWERKEN Gezond fietsen j L 'NO L A Ouders en Kinderen VOOR DE VROUW, No. tl DAMES! laat Uw wascti vakkundig behandelen in Stoomwasscherij „DE ZWAAN'" Lieve Verschuierstr. 53a~b Tel. 36429 Rotterdam STOOMWASSCHERIJ „DE BIJ" Ommoordschestr. 13, ROTTERDAM, Telef. 10938 t Vele huisvrouwen, vooral in groote druk ke gezinnen, of waar vaak veel extra werk te doen is, vergen veel te veel van haar ge heugen, door maar alles wat zij te onthou- iden hebben in het hoofd te willen bewaren. Op die manier maakt men zich niet al leen o n n o o d i g veel te moe, maar loopt ook aldoor kans, noodzakelijke dingen te verschuiven, telkens zich wéér te moeten herinneren, soms pas als het al te laat is, dan zich met zelfverwijt te kwellen, al die rompslomp zou kunnen worden voor komen door een weinig zakelijkheid. Waar om immers zou de drukke huisvrouw met pven goed als de zakenman, de buitenshuis Werkende vrouw, van al de dingen die men zoo licht kan vergeten en toch liefst niet •ou w i 111 e n vergeten, aanteekening hou- Jen? Hang bijvoorbeeld in uw keuken een leitje, leg in de huiskamer een notaboekje In tafella of kast, doe zoo ook op uw slaap kamer. Schrijf geregeld op, de boodschappen die u in de gedachte komen, herstellingen die noodig blijken, huishoudelijk werk dat die week een extra-beurt moet hebben enz. Schrijf zooiets even op in hetzelfde oogen- blik dat ge het plan maakt en ge spaart uzelf een massa zorg en ongenoegen. Vaak, wanneer ik sommige bedrijvig» jonge huisvrouwjes bezig zag, die telken* op een oogenblik met het een of ander „zon der" zitten: nu naar „hiernaast" moeten om wat suiker te vragen, dan naar moeder om wat brood of melk, die zelfs op een oogenblik dat ze het petroleumstel willen vullen, pas merken dat de kan leeg is, dan heb ik vaak gedacht aan dit opschrijf- systeem. Men kan heel goed 1 e e r e n, Ik weet dit uit ervaring want toen ik zelf pas aan het huishouderen was, wist ik dit mijn grootste moeilijkheid, steeds te zorgen Van alles voldoende voorraad te hebben. Als ge bijvoorbeeld ziet, dat de suiker nog niet, maar wel binnen een paar dagen op ïs, dan schrijft ge het alvast in uw kruide niersboekje, of, als ge dit er niet op na houdt, op uw eigen boodschappenlijstje. Zoo kunt ge ook doen met het niet-dagelijks voorkomende werk. Als ik bijv. in huis of aan de buitenkant ongerechtigheden zie, waarvan ik denk: dat moet noodig eens gauw onderhanden genomen worden. (Als het kleine dingen zijn die niet erg ophouden doe ik ze meestal dadelijk, maar is het iets dat nogal ophoudt of apart gereedschap vergt, dat weer eerst 'er voor gehaald zou moeten worden, of als er dien dag juist veel ander werk is), dan schrijf ik even op het werklijstje wat ik me heb voorgenomen. Komt dan na één of twee dagen de werk ster, dat ligt er gewoonlijk een lijstje klaar Van de bijzondere dingen die ik dien dag buiten de gewone (wc houden bijvoorbeeld Voor elk ongeveer de helft van den dag) moeten worden gedaan. En dan, ik geef toe: het pleit voor m'n werkster evenzeer of nog meer dan voor mijzelf, maar dan komt als regel ook het hecle lijstje dien dag klaar. Ook voor mezelf maak ik van die aan- ONDERHOUD VAN ZILVER ■opje en droog het ver dat geregeld go< hoeft slechts een pai te worden. Wnsch zl of houten tobbetje Poe geen soda in 't Ook a 't lat -steltje). Dit geldt voor k .tasschen, beursjes, enz. rpen heel vuil dun doet 1 en houdt In zeep- !Cl zacht ■ellof (zooals bü do Jes enz.) Men wrllft het ge Is goed op met een >f een ander poetsr De beste methode Is krijt en sla-olle. I paar 't zilver word' :o worden. Zoodoend f. oud-Hollai 31-kto zilver Een nieuw toiletje voor een kwartje. Onderdompelen in Llnoln, een kwartiertje loten slaan cn binnen een hall uur kunt U Uw blouse, japon krijRbaar bij droRlet VERMETTEN Co SCHIEDAM, LANGE HAVEN 99 Verg niet onnoodig veel van uw hoofd teekeningen voor het huishoudelijk werk, bepaal zooveel mogelijk steeds over een paar dagen vooruit wat voor groente ge kocht en gekookt zullen worden, welke ja ponnen moeten worden gewasschen of ge streken, enz., dan zit je nooit op een oogen blik zonder iets en ook niet met alles tege lijk vuil. Met het verstelwerk kan men nel eender doen, dan houdt men steeds over zicht over het verschillende eerst-noodigc werk. Iedere drukke huismoeder, die wel eens last heeft van vergeetachtigheid (en welke gelukkige heeft dit heelemaal nooit) moet heusch eens probcercn op deze eenvoudige manier het zichzelf wat gemakkelijker te maken. Daar is meer. Ge kunt bijv. ook noteeren waar sommige dingen die ge maar zelden noodig hebt, zijn opgeborgen. Ge kunt de maten van kou sen, camisoles enz., die ge gewoon zïjt zelf te breien, ook in een schrift aanteekenen. Bijvoorbeeld: Wims kousen: 100 steken op zetten, minderen tot 78 enz. Vaders sokken, opzetten: hiel, enz. Weer iets geheel anders: ge hebt een lapje of een kluwtje van het een of ander over en denkt: dat zou goed zijn vooi of dat. Wel, schrijf die praktische gedachte dan gelijk op. Het zou anders zoo heel licli kunnen gebeuren, dat ge het goede idee ver liest en tenslotte heelemaal niet meer weet, wat met het „prul" te doen. Zoo is het dus ten slotte niet alleen tijd- maar ook geld, dat ge spaart door het op- schrijfsysteem. En wat te doen met de noteeringen die reeds zijn uitgevoerd, moeten die maar blij ven staan, vraagt iemand me. Natuurlijk niet. Wat afgedaan is schrapt ge steeds eenvoudig door. Hebt ge op een lijstje wat veel doorgeschrapte dingen, maar nog een paar die niet afgehandeld zijn, dan is er toch niets tegen, die paar even over te schrijven op een nieuw en het oude weg te doen. Steek maar van wal en succes ermee! RAFFIA-WERK Tasch met bloemgameering. Hoewel we reeds vroeger meer dan eens raffiawerk bespraken, en het niet meer zoo algemeen in den smaak is, tenminste bij sommigen die het een onnatuurlijke ver werking van de taaie vezel noemen, zoo zwichten we maar weer voor de meerdere verzoeken in den laatsten tijd ons gedaan. Dm juist dit soort werk nog eens te behan delen, het borduren met raffia. De voorbeelden die we heden geven zijn dan ook wel praktisch en de toepassing van het materiaal op tasschen die er bijna als gevlochten werk uitzien komt ook wel veel tegemoet aan het bezwaar van onna- tuur, dat men eerder kan doen gelden wan neer het raffiaborduunverk wordt toegepast bij boekbanden, enz. n nu van wal. om een aardige fleurige toch tegelijkertijd ijzersterke tasch te maken zooals ge hier ziet afgebeeld. Men heeft noodig: grof handwerkgaas. één- of tweedraads. evenveel voeringstof en bosjes gekleurde raffia. Zijn de raffiadra- den 1c breed, wat wel meestal het geval is, dan worden ze voor het werk telkens ge splitst in twee of drie draden, dit maakt hot werk gelijk wat voordeeliger ook. Er zijn echter ook wel smalle bijfdie men niet split- son moet cn ook kan men maar een korter eind van den draad gebruiken op die ma nier omdat het lange uiteinde wel erg smal wordt. Een beetje routine wijst hier op den duur de weg vanzelf wel. Verder gebruikt men een gewone stra- miennanld niet al te fijn natuurlijk, hot werkt gemakkeluker als de raffiadraden een ietsje vochtiJP zijn vóór het gebruik. Gewoonlijk wordt bij raffiawerk niet alleen het patroonmotief geborduurd, maur ook de heele achtergrond gevuld, de aard van bet verwerkte materiaal oischt dit wel. Men doet dit invullen meestal met versprin gende steken om de leelijke rechte naden te voorkomen (zie nfb. 3 waarop het gewone invullen - van achtergrond of van groote patroonvakken wordt getoond) en neemt er meestal naturel kleur voor. Op de eerste afbeelding zien We een zeer aardige tasch zooals we zoo graag meene men 's zomers in ons pension of op gewone dagtochtjes van huis naar strand, bosch of buiten. liet patroon bestaat uit drie groote rozen in licht cn donker rood, groene blade ren en een achtergrond van naturelraffm die door staande en dwarse zwarte strepen In ruiten verdeeld Is. Men begint met de bloemfiguren en blade ren te borduren, dan de zwarte ruiten en op het laatst pas de overblijvende achtergrond met uitsluitend steken in ééne richting (hier staand) met den draad van het gaas mee. Langs de bloemen en bladeren steekt men dan in precies dezelfde gaten waar de gekleurde draden eindigen. Overigens wor den om groote vlakken te vullen de steken in rijen naast elkaar gewerkt ,men steekt 6teeds recht van boven naar onder (van den rechtschen naar den averechtschen kant) en dan terug van achter naar voor. Het aanhechten van nieuwe draden ge beurt ongeveer als bij mazen, door een paar steken één op één neer te werken, op het nog onbedekte gedeelte (natuurlijk kleur op kleur). Heeft men nu op die manier twee half ronden afgewerkt, dan legt men ze tegen elkaar en stikt ze langs den ronden rand (ongeveer V/2 c.M. van den rand af) aan één. Zie goed toe dat de ruitstrepen mopi te gen elkaar aansluiten. Daarna wordtzouder keeren nog eens gestikt, nu een halven c.M. dicfhter bij den buitenrand. Dan naait men de rafelkanten een weinig om en keert hier na de tasch rechts. Stik nu de twee voering helften aan elkaar op dezelfde manier: tweemaal stikken zonder keeren, en leg ze in de tasch, waarna de bovenrrand wordt tegengezoomd. Vooraf wordt daartoe de gaasrand ingeslagen en nog eens omgesla gen, 'n volle zoom dus, om het rafelen on mogelijk te maken. Die zoom wordt met raffiastejeen zoo onzichtbaar mogelijk vast gelegd, |n dan pas naait men tegen den binnenkant de voeringzak. Nu zijn we aan de liandsvatten toe. Dez® maakt men van strengen raffiadraad, die met stevige festonsteken dicht op elkaar worden bijeengehouden. Als ze klaar zijn worden ze heel secuur bovenop (de bui tenkant dus) de tasch genaaid, namelijk eerst de onderzijde met staande festonste ken cn vorder jdwarse overelkaar gekruiste steken. De derde afdeeling toont een tasch. die precies eender wordt gewerkt, maar alleen een ander borduurpatroon heeft Hier werkt men kleurige O. I. kers in helder geel, licht cn donker oranje, op rood af, met ronde groene bladeren, op een donkerblauw fond dat als een breede band langs den' boven rand der tasch loopt Van hieruit gaan staande blauwe strepen naar den onder rand, op een fond, dat ook hier van natu rel raffia wordt gewerkt Dit patroon geeft door de klcurschakee- ring meer moeilijkheden, maar wordt ook ongemeoner. Het is dus iets voor de knap- sten onder ons. 1). Met deze uitvoerige beschrijving meenen we nu ook degenen, die met het ra ff ia-werk van verleden week (tafelmat jes) moeite, hadden te hebben voortgeholpen genuttigd. 2. Gebruik <uw maalttJden op vaBto uren don dag. 3. Breng eenlge regelmaat In 1 heel veel en dan heel >ch brc ebriiik de beste grondstoffen, doch tracht overigens de eenvoud b(j uw voe< 6. Gebruik als 't kan dagelijks Iets voedsel (sla, tomaat, vruchten, ko minnes enz.) zooveel mogelijk voor afw 7 7.0» S. Beschoi mogelUk ichten n' >r klndere isellng. erbodige Voor vele onzer huisvrouwen schijnt het zoo'n gomakenjke dooddoener om bij alles waar zij niet veel zin in hebben, maar te zegen: „ik heb geen tijd". Geen tijd om zich te ontwikkelen, geen tijd om eens een mooi bock te lezen. Geen tijd om 'n ver standig gesprek te voeren, geen tijd voor visite, geen tijd ten slotte soms voor haar kinderen. O ja, wel voor hun kleeren en hun huid, voor hun maag ook wel. Die zorg zal nooit verwaarloosd worden, maar hoevele moe ders, die o zooveel te doen hebben met haar huis en meubelen, met de uiterlijke verzor ging van haar kinderen, hebben nog tijd over om zoo maar 's weg te geven, 't Zij aan haar kinderen, 't zij aan vreemden, om zoo eens een beetje zichzelf te onttrekken aan de sleur, de sfeer van het altijd-drukke-alle- daagsche gedoe, dat hen ten slotte zoo ge vangen houdt, zoo gansch en al tot slavin maakt, dat zij onverschillig worden voor alles wat buiten die sfeer ligt Jaren geleden logeerde ik eens bij zoo'n dame, die aan haar gezin er waren drie kleuters, de oudste was bijna 6 haar handen vol had, zooals ze 't uitdrukte. Netjes! Geen sterveling, die iets op 't huis of de kinderen aan te merken had in dat opzicht. Als de kinderen hun boterham metjes aten, werd de bezoekster meestal maar in de 6alon ontvangen voor 't gemak, en dan als de kinderen klaar waren zelfs al was er maar 'n kaakje of stukje peper koek gegeten éérst altijd even de krui meltjes van 't karpet laten vegen, die vaak totaal onzichtbaar waren. „E-e, tan-tante Con luister-luister 's even ik zal-ik weet iets"... begon het oudste kleu tertje tegen me op een morgen. „Wacht nu 's even", zei ik rustig. „Kom eens bij mij staan en praat nu eens gewoon, zóó kan niemand je immers verstaan. Wat is het dan?" „Wel-c-gisteren, gistren te-toen, toen heeft Broertje, toen heeft Broertje nóg zoo iets- nóg zoo". En ze viel al weer over de woorden, die, niet hakkelend als bij'n stotteraar, maar vlug en rad, toch telkens herhaald, er uit kwamen. „Vertel het nu eens heel bedaard", zei ik weer, ,,ik weet al 'n klein beetje. Heeft Broertje wat gedaan?" „Ja gisteren". „O gisteren. Was het stout?" „O ja tante, het was héél erg stout Maar Broertje is nog zoo klein he Tante?" „Zeker. Broertje is nog klein. Mamma was zeker niet boos op licm wel?" „Ja, een klein beetje wel hij, hij heeft hot in zijn broekje gedaan. Vies he?" Heb er den tijd voor „Ja hoor, maar nu weet ik het ga nv. maar weer verder spelen, als je wéér wat weet, zal je weer zoo netjes praten, niet?" „Jc mag wel voorzichtig zijn met Wiesje. Ze zou wel eens kunnen gaan stotteren", zei ik haar moeder dien middag toen we aan het kopjeswasschen waren. „Ja, he, ze stottert compleet 'k Snap er niets van, 't komt nergens in de heele fa milie voor. Wat moeten we 'r tegen doen, denk je?" „Rustig houden. Kalmeeren, terwijl ze praat" „Jij kan goed praten, alsof ik daar maar altijd tijd voor heb. Er komt héél wat kij ken in zoo'n huishouden hoor, om alles net jes te houden." Toen zag 'k ineens wéér de oorzaak lag „Ik zou nog veel liever 'n enkel ding een beetje minder netjes houden, als 't kind daardoor goed praten leeren kon", zei ik. „Geloof je niet, dat jij met jouw opvatting het eer erger dan beter maken zal?" „Och 'k weet niet 't Zit er in naturlijk. Maar waar ze 't vandaan heeft Kunnen ze dat overnemen van andere kinderen? Ze spelen in den tuin wel eens met elkaar." „Welnee, ze zou 't nog veel eer van jc zelf kunnen krijgen, omdat je zoo druk bent en ze ;.enuwachtig maakt" „k Geloof er niets van". We praten verder over een ander onder werp. Even later komt Wiesje binnen, trekt Moeder aan den arm. „Mamma" Moeder trekt de arm terug: „ja, kind wacht nu 's even hoor, ik ben aan 't kopjes wasschen... dan ziet ze mij aan en zegt opeens n- wat is er dan? „Wel, wel, mam-mamma, ze heeft, zusje heeft" de woordjes rollen Wiesje weer uit het mondje, alsof ze gauw gauw, heel vlug in 't kleine oogenblikje, dat Moeder maar voor haar heeft het heele verhaal samenpersen wil. Én dat kan ze niet Geen kind kan beknopt, een verhaal doen en op die manier is Wiesje gewoon ge raakt, zóó vlug te praten, dat ze de woor den niet gauw genoeg bij de hand heeft en dan dezelfde maar telkens weer herhaalt „Ik zal er toch eens aan denken en er op letten", zegt 's avonds de moeder, die het toch zoo goed bedoelt, tegen me. Want we zijn er soms echt ongerust over, al meer dan een half jaar doet ze zoo en toen ze pas praten ging, deed ze 't juist al zoo keu rig". Eenige maanden later hoorde ik, dat Wiesje die zoo „stotterde", het heelemaal had afgeleerd. 1 we het hoe langer hoe meer gewoon gaan vinden, dat jongens en bij velen ook de meisjes op hun zevende jaar al een fiets krijgen om dagelijks mee naar school te „karren", kan het zijn nut hebben, hjer eens over te nemen wat J. L. A Iv. in hat prak tische weekblad „Voeding en Hygiene" over deze sport ten beste geeft. Hij schrijft: Toen het rijwiel nog een zeldzajam ver schijnsel was op onze wegen, is er heel wat te doen geweest over den al dan niet heil- zamen invloed van het „fietsen" op de ge zondheid. Het toen inslaande liedje „Alle maal op de fiets!" is vergeten, omdat de'... leus sedert lang verwezenlijkt werd, terwijl de technische volmaking van het „meest democratische voertuig" er het zijne toe bijdroeg, om de practische bruikbaarheid op te voeren tot het tegenwoordige hoogc peil. Al hebben verschillende landen kleine verschillen in den bouw behouden, over het algemeen zijn we gekomen tot een standaardmodel, waaraan weinig onder scheid valt op te merken voor den opper- vlakkigen beschouwer. Het rijwiel is sedert lang voor velen een niet meer te ontberen bezit geworden; of het in de practijk hun gezctidheid schade 01 voordcel doet, wordt niet gevraagd. Over het algemeen kost het wielrijden minder kracht voor het afleggen van een bepaalurn afstand, dan loöpen: het spaart tijd en kracht Maar aan inspanning vergt de fiets meer, dat blijkt uit de controle van den polsslag. Bij een snelheid van 15 k.m per uur blijft 't gewoonlijk bij 120 polsslagen per minuut, bij 21 km. en meer kan het aantal stijgen tot 155 per minuut, een toestand, welke op den duur gevaar kan opleveren. Het gevaarlijkste is, dat tijdens het rijden VOOR HET JONGEMEISJES- KAMERTJE Goedkoope meubeltjes Een hoekje ergens in huis, desnoods maar op zolder, dat kan er soms nog wel af, ooral als er eens oen groote broer of zus ter trouwen gaat, maarom daar nu verkeeren en men van de meest verschillen de kanten tegelijk aan het bedenken en verzinnen gaat, daar is het resultaat, dat er bijna geen dag voorbijgaat of er wordt weer hier of daar iets aparts gevonden. Nevensgaande afbeelding vertoont bijv. een aardige en handige manier om van een oud geverfd of ongeverfd tafeltje (van keuken of zolder bijv.) en een krukje zonder leu ning, een paar fleurige meubeltjes voor de meisjeskamer te maken. De teekening spreekt duidelijk genoeg. Zoek maar wat mooie, frissche cretonne uit en laat de strook langs de tafel vooral zóó „laag bij den grond" komen, dat gc en zoo noodig, overdag een heel waschstel met toiletemmer, onzichtbaar onder ver bergen kunt. Het bovenblad kan dan, zoo ge wilt, als schrijftafeltje en werktafeltje dienen. Pas 's avonds worden die dingen afgenomen, het waschstel komt bovenop om voor het naar bedgaan en den volgenden de toenemende afmatting niet wordt bemzi en het gevoel van oververmoeienis pas treedt, wanneer men tot rust komt. De ademhalingsorganen worden indir tot meer werk geprikkeld; in de voortt rend gebruikte spiergroepen van beent romp en armen heeft een verhoogde sti wisseling plaats, waardoor meer bloed mi worden toegevoerd. Bij eiken hartsfag wm meer bloed uitgestooten, zoodat tijdens I, rijden een zekere mate van hartvergrooti ontstaat, welke echter in den daarop genden toestand van rust spoedig weer dwijnt. Dezen weldadigen invloed van rijden in matige vaart, ondervindt zdfs n het hart, dat eenigszins aan vervetting lij Maar het voorkomen van hartklopping zij voor hen, die op lateren leeftijd het 1 den blijven beoefenen, een waarschuwt om den geneesheer te raadplegen. Het zuurstofverbruik van het lichai neemt bij het rijden toe, zoodat ook do lg gen meer werk te doen krijgen en de h< dng van den romp dus van veel belang Het rusten op de armen beklemt de adei haling. Een eenigszins voorover zitten echter in verband met liet stoot en gewensc Men plaatse dus de handen ongeveer ev hoog als het zadel, zeker niet lager. In verband met de inspanning, welke rijden eischt, is het gewenscht, zich er v te overtuigen, dat men de juiste versnelli gebruikt. De meeste fietsen zijn ingestt op een versnelling van om en bij 70, b geen daar op neer komt, dat bij elke ledige trapperomwenteling een afstand plm. 5 m. wordt afgelegd. Het spreekt vt zelf, dat voor kinderen, zwakken en oud van dagen deze inspanning te groot m worden geacht: het normale rijwiel is I rekend op gezonde, volwassen persons Ook wie in heuvelachtig terrein gaat rijdr zal goed doen een „kleinere versnelling" nemen. De „drieversnellingsnaaf', we! alle gemakken en voordeelen in eens maar die in de practijk niet veel togepast, geeft bij normaal groot-tandw resp. plm. 14, 19J/2 en 24 omwentelingen v de trapas op de 100 m. Voor kinderrijwielen vooral is het van lang geen normale, doch een kleine v snelling te laten monteeren: het jakket en racen, dat onze jongens en meisjes gra doen, wordt er door verminderd en bij maken van tochten in heuvelachtig terrt ondervinden zij niet de afmatting, welke e te groote versnelling oplevert. In het al meen is het niet gewenscht .kinderen vc hun twaalfde jaar een rijwiel te geven vc dagelijksch gebruik: laat hen liever eet leeren loopen. Bij het maken van lange tochten is van belang elk uur ongeveer vijf of ti minuten te rusten, zoodat oververmoeid zich niet voordoet. Is het noodzakelijk i vlug mogelijk een langen afstand af te 1 gen, dan kan men om het uur een r vervangen door loopen naast de fiets. I verlies van enkele minuten weegt niet tegen de winst aan accomodatie van hart longen, zooals het ook gewenscht is. st? hellingen op te loopen: ook hier weegt winst aan krachtbesparing wel op t»-g den meer besteden tijd. En dan is er nog een belangnjk onrt deel, waarop dient te worden gelet, zadel. Noodig is een zoodanig rustp mt, de zitbeenderen werkelijk het lichaam 1I1 gen: de smalle riemen, waartoe slecli zadels vervormd worden onder het gebri leveren een gevaar op. zg. gczondheidszadels, breed en z der neus al zijn ze hard en stug na eenig tijd, zullen geen schade doen aan organ welke bij een vervormd goedkoop zad dreigen in de beklemming te komen. D bij het maken van lange tochten een fli- eetlust wordt opgedaan, zij aanleiding, na den rit een stevig maal te gebruikt Het „genot" van allerlei prikkels, als 1 cohol, sterke koffie, e.d. zal men, in vi band met wat we boven opmerkten over ermeerderende werking van het hart. v •ermijden: bovendien zijn deze dingen 1 den tijd! Overdrijving blijft nog 'n gevaar, waar e moeten wijzen. Bij vacantie-reisj welke een genoegen zullen moeten blijvr make men zijn tochten niet langer dan K.M. per dag en berekenc men deze toer aan de hand van goede kaarten. Wie zi bij het opstappen bij den aanvang van c dagtoer moe voelt, loopt gevaar zich overwerken en een ernstige hartaandoenii op te doen. Voorbereidende oefeningen zj voor hen, die een zittend leven leidt zeker noodig. HUISHOUDING EN KEUKEN CORRESPONDENTIE morgen te dienen. Bij het opruimen van de slaapkamer verandert ge ze dan meteen voor den middag weer in een zitkamertje, door de tafelboel te verwisselen. ook maar gelijk meubeltjes voor te gaan koopen Verzin er zelf maar 's wat op zegt moeder dan wel eens. Wel nu zoovelen in eenzelfde geval het lekker „sr weinig zout er bb bijvoorbeeld. Da! het recept al, zoonis ik het zelf maak. Neen u hoeft nooit bang t< we de namon der vraagsters voluit ten in deze rubriek, en vragen nna beantwoorden we meestal niet eens geven de recepten gelUk onder de andere en paar weken ziek gew renrubrlek weer stil blbve iakt Het ls het meest t e.v. nummer komt er we wordt al aan gewerkt. n en acht e werk. 1 lange 11 het deeg bokoelei en vorm er dan •t midder Haal d. geklopte eiwit.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 12