Kalk op grasland d Landbouw-statistiek ilakken in onze tuinen P. VANDER KOOIJ&ZONEN Geuzenstraat, Telefoon 31418 ROTTERDAM Handel in FOURAGE en RUIGE PAARDENMEST LAND- EN 1U1NBOUW, Bijblad No. 38 WOENSDAG 28 MEI 1930 Een zeer belangrijke lezing. Kalkgcbrck niet allêcn voor grasgroei, ook voor gezondheid van hel vee schadelijk. oor het Utrechts Landbouw Genootschap jó pc bekende graslandexpert Ir. C. K. Daalcn, Rijkslandbouwconsulent, een 5 over het onderwem: „De nieuwste enten over de bemesting met kalk, in bijzonder van grasland.*' m het groote belang voor onze gras- ren geven we het verslag van deze lezing als dat ons verstrekt werd. AT Is van veel beteekenis dat, nu het in- n I ieve gebruik van grasland sterk (ook ons) gepropageerd wordt, ook op den itoestand onzer graslanden gelet wordt, e eerste vraag, die zich opdringt, aldus van Daalen, wanneer wij willen weten |e kalktocstand van den grond ook voor iland beteekenis heeft, is deze: wordt ;rootte van den oogst door den kalktoe- id beïnvloed? Alleen goed genomen en f voortgezette proeven kunnen hierop voord geven. Rothamsted (Engeland) liggen op klei- id graslandproefvelden, waaraop naast edige minerale bemesting met elkander ■den vergeleken zwavelzuur ammoniak chili salpeter. In de eerste jaren gaven e de zelfde opbrengstverhooging, maar iet tweede tiental jaren was de mecr- rena-st voor zwavelzure ammoniak reeds op de helft van die van chili-salpeter aald. Zestig jaar later veroorzaakte de seizure ammoniak slechts een vierde van opbrengstverhooging door chilisal peter, oorzaak daarvan moet gezocht worden in verregaande verzuring van den grond, t bleek de nadoelen daarvan weder op leffen. chtereenvolgens werden de resultaten verschillende proefvelden in binnen- en enland besproken, in het bijzonder der [proefvelden te Overlangbroek, Hoog- 1 en Oudenrijn, waaruit blijkt, dat op k-zure gronden bekalking bij gebruik slakkenmeel en chilisalpeter de op- ligst niet verhoogt. Op zuurdere gronden dt de opbrengst door bekalking wel ver- pi, tot zelfs aanmerkelijke hoogte. Ver- pjf men slakkenmeel en chili door zwa mt ammoniak en superfosfaat,-dan blijkt kalk ook op minder sterk ontkalkte ntlen de opbrengst te verbeteren. Ver kering van den oogst door zware bekal- ziet men vooral optreden als groote Meilieden bijtende kalk in eens worden Bediend. Tieze feiten brengen de landbouwers cr jet lot om behalve op zeer dure gronden flhouskit tc worden voor het geven van ilk op grasland. Er zijn echter nog meer Horen welke voor de beoordeeling van vraagstuk van beteekenis zijn en die rooulijk over het hoofd worden gezien, eds meer komt men tot de overtuiging, de waarde van het grar. voor een be- grijk deel afhangt van het gehalte aan ibestanddeclen. Het gehalte eiwit, vet en lhydratcn bleek een onvoldoende maat- J te zijn. lat het gehalte van kalk van de grootste eekenis is, wordt gestaafd door onder kingen in alle deelen van de wereld. Bij voldoende kalkvoeding treden allerlei be ren op, als moeilijk drachtig worden het rundvee, onvoldoende ontwikkeling dieren, slechte groei, sterfte bij schapen, pijpnzwakte enz. Nederland toonde Prof. Sjollema o.a. verband aan tusschen het kalkgehalte het bloed en het optreden van melk- kopziekten. In het bijzonder moet ge- _ht worden nan de sterke kalk-onttrek- n.' welke gevolg is van -Groote melkgiften, welke richting de fokkerij zich gedurig e r beweegt. Het krachtvoeder dat in K eds grooterc hoeveelheden aan het melk- 1 e wordt verstrekt, bevat een groot tekort sc" i kalk a' looi- den spr. werd aangetoond, dat het La^Jiruik van veel stikstof op het hooiland kalkgehalte van het hooi gevoelig doet Icif Een vermindering van 0.3 procent k wordt herhaaldelijk geconstateerd, lit bezwaar kan verholpen worden door iIAE opij maaien. In de practijk geschiedt n» in vele gevallen niet omdat het weder p e noonlijk vroeg hooien niet toelaat. t)s kun aar met stikstof gemeste velden mocs- atut i nu reeds gemaaid worden, maar wie rit daartoe overgaan? Inkuilen is in -dat geval de aangewe- i weg, maar onze Utrechtsche landbou- rs passen deze werkwijze slechts bi] zondering toe. hoeverre de kalk in ingekuild voe- gelijkwaardig is aan die in hooi, is dcrslorzoover spr. bekend, nog niet voldoen- nagegaan. Op liet weide-proefveld van i heer van der Lee te Vreeland bleek 8 en 1929 het kalkgehalte door stikstof- mesting te zijn gedaald, boor kalkbemesting wordt het kalkgc- ilte van het gras verbeterd. Naast slak- nmecl, dat reeds een verhooging van middelde 0.08 pet. van het hooi veroor* Vlakte op de Utrechtsche proefvelden, 15? ird idoor bekalking een stijging van on- 1 J vecr 0.1 pet. geconstateerd. 23! mui Onze Utrechtsche gronden zijn kalkarm Het hooi is dientengevolge in het alge meen niet rijk aan kalk. In enkele geval len werden zeer lage kalkgehalten aange troffen. Een monster hooi uit Groot Mij drecht van een ongunstig bekend staande boerderij bevatte slechts 0.22 pet. CaO. Dat liet vee met kalk gemest grasland beter afweidt, is op de proefvelden van Prof. Hudig cn den spr. geconstateerd. Verder blijken sommige goedkoope stik- stofraeststoffen beter te werken op kalk- rijke dan kalkarme gronden. Uit* tal van onderzoekingen is gebleken dat de zode op kalkarme gronden door kalkbemesting veel verbetert. Slechte gras sen als gemeen en hondsstruisgras, reuk- gras, witbol of meeldraai e.a. verdwijnen en maken plaats voor betere als Engelsen Ilay-gras, (beemd-grassen, vossestaart, enz.. Op enkele gronden eijn de landbou- wers bang voor kalk omdat de zode in de eerste jaren na de bekalking te bros wordt Vooral bij gebruik van groote hoe veelheden bijtende kalk ineens kunnen enkele onkruiden ervan profiteeren. Hoewel nog tal van vragen op dit ge bied opgelost moeten worden, wordt ge concludeerd dat een gunstige kalktoestand ook voor onze graslanden, van groot be lang is cn men afwijzend moet staan te genover het streven, dat van meerdere zijdeti bestaat bij de landbouwers, liet go- •bruik \an kalkonttrekkende meststoffen Hedenochtend om 8.47 vertrokken de deelnemers aan onze „Keulenreis" vanaf het Maasstation te Rotterdam. Hierboven een groep gereed om de tocht te aan vaarden naar dc grootste Duitsche Landbouwtentoonstelling te Keulen. op kalkarm gras land ingang te doen Met den wensch, dat in het kalkarme Utrechtsch-Hollandsche weidegebied spoe dig een proefboerderij worde opgericht, om op de vele vragen, welke nog bestaan een antwoord te vinden, besloot de spre ker zijn voordracht Alhoewel het gebruik van Statistiek in de laatste jaren op velerlei gebied zeer is toe genomen, valt haar in sommige kringen toch niet de waardeering ton deel, waarop zij recht heeft. Is dit grootendeels te verklaren uit on kunde, ook teleurstelling door overschatting blijkt hieraan niet vreemd te zijn. Het is echter wel opmerkelijk, dat reeds eeuwen aaneen dc behoefte is gevoeld aan Statistiek cn dat men b.v. in ons land, om trent tarwe en rogge, al prijsstatistieken kan vinden uit de 13e' eeuw. Reeds dit feit rechtvaardigt den wensch om iets naders omtrent deze hulpweten schap te vernemen. De literatuur is op dit terrein vrij beperkt cn bepaalt zich in hoofdzaak tot studie boeken over staathuishoud-kunde en han delswetenschappen, èn wat de Landbouw- statistiek betreft, tot datgene, wat door de Directie v. d. Landbouw nationaal en door het Instituut te Rome internationaal is ge publiceerd. Een loffelijk streven tot verbetering der Statistiek komt in die boeken en publica tion tot uiting, al wordt daarbij veelal de methode van het nccentueercn der gebreken gevolgd. Bedenkt men echter, dat de Landbouw- statistiek in haar cijfermateriaal grooten deels afhankelijk is \an de nauwgezetheid, waarmede de Landbouwers de opgaven verstrekken, dan is, dunkt mij, dc beste dienst, welke men haar kan bewijzen: ,.po- pulairitcit" dus verbreiding der kennis om trent wezen cn doel onder hen, die de stee- nen lc\eren, waaruit het statistisch gebouw wordt opgetrokken, dus onder onze land bouwers. Een bescheiden poging in deze richtin? is het doel van dit artikel, waarin ik U in het kort wil aangeven, wat dc Statistiek is, wat zij geeft cn wat zij vordert. Wanneer men de cultuur-geschiedenis, (dit is de geschiedenis van het maatschap pelijk leven der menschen, in zijn sociale cn intellectucele ontwikkeling) nagaat, be merkt men, dat de voortschrijdende be schaving zich o.m. ook kenmerkte door een steeds grooter wordende behoefte aan liet registiveren van het gebeuren, voor admi- nistratief-slaatkundige doeleinden. Reeds in oude tijden, bij Grieken en Ro meinen, wist men van volks- cn andere be schrijvingen en ook Socrates leerde beschrij ving van de massaverschijnselen dienstbaar te maken aan het Staatsbestuur. Naarmate een samenstel van gezinnen, dorpen, vlekken en steden zich tot staat vormde, bleek dc noodzakelijkheid van een stelsel om door voorstelling van een reeks feiten, in ejjfers bestaande toestanden zoo juist mogelijk weer te geven en regelmatig heden vast te stellen. Hoe zou ook een Staat, wiens onmiddel lijk doel is: de tijdelijke welvaart der perso- De Boonenleg is in vollen gangll Hebt U zich reeds voorzien van prima noort solvere legboonenT T zuiver tr ht W°rdt aat,seboden en geleverd la van eigen tloilnndache «ee per S Kil* per Siokan|jbonnen, vroege verb. Veensche O.ilO t De Zeeuw» Ons Ver.choor (Iets extra's) Een onverbeterlijke tuinderssoort (Jok bijzonder geschikt voor teelt lo de kas I ronklinonen. Wltbloelendo lansrseheeden 12..V) Mokala of prinrraaenboonen, Reotegevere met draad 10T.0 - zonder draad 12.50 do Zeeuw's fijne enk. z. draad il._ Non plus Ultra II de Zeeuw's Grove enk. s. draad 14 wicht, betaling Juli i inder draad af zonder draad 10.50 franco per post. tram of s i. MUn beschrijvende, met foto'a W. DIE ZEEUW's Zaadteell en Zaadhandel v h nugteren a. Co. BARENDRECHT - Tele». 42 door P. Luitsc, Makelaar tc Rotterdam non en gezinnen, die welvaart kunnen be vorderen, wanneer niet, door groepeering van cijfers, de toe- of afname dier welvaart in oorzaak cn gevolg kon worden opge spoord en aangeduid. Deze methode nu, die eenerzijds, uit een aantal kwantitatieve gegevens, tot de ge middelde uitkomsten besluit (en deze in cijfers uitdrukt) cn anderzijds, door massale waarneming, bepaalde regelmatigheden en typen wil vaststellen, noemen wij Statistiek. Dit woord is afgeleid van het Latijnsche woord Status, hetwelk staat, stand, situatie, beteékeijt. Zooals ik reeds opmerkte, is dc statistische methode, meer speciaal de beschrijvende 01 aantoonende statistiek, zoo oud als de be schaving. Kwam zij daarbij het eerst tot uiting in de demographic, of statistische volksbe schrijving, het spreekt wel vanzelf, dat de uitbreiding der grenzen van de Staats-taak, de noodzakelijkheid van statistische gege vens, over allerlei onderwerpen, meebracht En het behoeft dan ook geen verwonde ring te wekken, dat zij, zoowel op sociaal economisch terrein, als op dat van het be drijfsleven, in de moderne maatschappij, in onze gecompliceerde samenleving, in betee kenis zeer is toegenomen en allerwege rui me toepassing vindt De statistieken van liet sociaal-economisch leven, van de algemeene volkswelvaart, het zij deze haar toepassing vinden in de voor ziening der massa-behoeften der bevolking, of wel betrekking hebben op dc vcrdeeling der vruchten van den menschelijken arbeid, vormen de onmisbare gegevens, zonder wel ke de Staat, als dienaar der samenleving, zijn arbeid niet kan verrichten. Een belangrijk onderdeel van deze gege vens, op het gebied der Staats-zorg, vormen de Landbouw-statistieken. Landbouw-statistiek wil (volgens Prof. Holwerda) geven een in cijfers uitgedrukte foto van het bestaande of het gebeurde op Landbouwgebied. Voor lien, die geroepen zijn door studie en wetenschap landbouw-economische vraag stukken op te lossen, alsmede voor hen, die voorlichting hebben te geven op liet terrein der landbouw en veeteelt, is deze foto, die ten opzichte van bcteelde oppervlakten en oogstopbrengsten een blik doet werpen in verleden cn heden, een onmisbare basis. Zij is noodig om den aanvang van zich vóórdoemle verschijnselen te meten, waar door voorkomen wordt, dat de beteekenis dier verschijnselen, welke belanghebbenden zoo dikwijls onjuist voorstellen, noch wordt veronachtzaamd, noch overdreven tot schade der gemeenschap. In samenwerking met de in- cn uitvoer- statistiek geeft zij inlichtingen, over wijzi gingen in de verhouding van vraag cn aan bod en waakt er voor, dat enkele personen, die van die wijzigingen eerder kennis zou den dragen dan de groote massa, ten koste dier massa, cn ten koste van den producent, in casu den landbouwer, kunnen profitee ren. Zij heeft tot taak het aantooncn van den invloed door liet gebruik van werktuigen van bedrijfsverbeteringen draineering van groot en kleinbedrijf en van waarne mingen op proefvelden, kortom zij is de ad ministratieve thermometer der cultuur De gunstige resultaten der Overheids-be- moeiing ter bescherming en voorlichting van land-, bosch- en tuinbouw, of van vee teelt, zijn mede te danken aan de Statistiek, die van bestaande toestanden een zuiver beeld wil geven. Het spreekt wel vanzelf, dat de aange voerde motieven voor het nut van Statistiek (welke allerminst op volledigheid aan spraak kunnen maken) óók gelden voor het particuliere bedrijf, inzonderheid voor den handel, met zijn internationaal goederen verkeer. Ook hier wordt de statistische methode gevoeld als een onontbeerlijk instrument. Zal dit instrument echter praktisch nut effect ueeren (speciaal ook voor den land bouwer, sooals ik straks tal aantoonen), dan moet het met bekwame liand worden gebruikt. De Statistische methode is te vergelijken met een buitengewoon fijn werktuig, dat men moet leeren hanteeren. Prof. Hohverda wijst in een rede op een verkeerd gebruik van statistische berich ten omtrent rijst en komt dan tot deze slot som: Een beschrijvende statistiek omtrent rijst, kan alleen juist geinterpreteerd wor den door iemand, die van lijst verstand heeft, iemand die weet, dat er tusschen ruwe en gepelde rijst een aanzienlijk verschil is. Wanneer men niet heel precies kan beoor- deelon, óf er verschil kan ontstaan in wat geteld is, hoe er geteld is, wanneer en waar er geteld is, onthoude men zich van het gebruik van zulk een Statistiek, zonder deskundige voorlichting. Met nadruk zij er dan ook op gewezen, dat de Statistiek van voortbrenging en ver bruik alleen voor den deskundige (hij zij landbouwer of koopman) het hulpmiddel is om door getallen zijn zaken-kennis aan te vullen. Nog niet zoo lang geleden, kon men in do bladen de volgende rekensom vinden ten op zichte van Karwijzaad: „Geschatte opbrengst 200.000 halen, uitvoer 150.000 balen, derhalve aanwezige voorraad 50.000 balen". Ieder vakman zal echter inzien, dat de praktijk met deze wiskunde spot. Immers: tusschen dorschen en exportee ren ligt het schoonen, de bewerking, met een noodwendig verliespercentage. En dit verliespercentage is een factor, die aan ambtelijke controle ontsnapt. De klachten over onbetrouwbaarheid van Lnadbouwstatistieken in binnen- en buiten land zijn dan ook dikwijls te herleiden tot onkunde, omtrent haar samenstelling cn toe passing. Ook de samenstelling zelve dient door des kundigen te worden bewerkt. Hel adresi:00'deJ"" bestrijdings middelen, voor bespuiting, rook en gas is H. D. F LACH MAASSLUIS. NIEUWE VINDING Tomaien- sorfeermachine Ontworpen volgens een nieuw beginsel, met een voorsortee ring en twee afzonderlijke definitieve sorteeringen, waar door met nog enkele andere nieuwe gedachten een vlugge en toch zuivere sorteering wordt verkregen. PRIJS F 250.— c. A.TREURNIET Noordeinde, Berkel, bij Rotterdam. BROEIRAAMLIJSTEN GOED en GOEDKOOP Vraagi prijs bij H. DE JONG H.4.-AMBACHT. Oosttnda* 52 L DE JONG RIDDERKERK, Lagendijk 43. ■DHHBBSnHHHHHBKSTZflHai GLAS voor KIPPENHOKKEN Glasdlkle 26 ra.M. sten B 21 ruiten 141 x 73 cMris.— hocc station Deirt, ktaien grutls. Onbekenden ren N.V. Algemeene Glashandel, Korte Geer 3-9, Delrz. Voor het GIEIEN onder het platte glas lever ik uit voorraad DEERING MOTORPOMPEN met Slangen, Koppelingen en Straalpijpen. Groot kwantum water Geen plantbeschadiging Toerental zuiver regelbaar. Vraagt demonstratie aan D. W. A. FONTYNE Dirk v. Wassenaarstr. 17, SCHIEDAM, Tel. 68796 stipte Is voor hei stookbedf Onze NIEUWE KE EIS v R.g.lt zich teil. Vr.sgl bijna gaan bediening A.J. ZEGVELD, Rijswijk [z.-hj Dat daarbij ook niet altijd met de praktijk wordt gerekend, moge blijken uit dc in- cn uitvoer-statistiek van de o\er de gchecle we reld, (behalve door Hqlland) gewaardeerde Hollandsche Groene erwten. Onder deze benaming toch ressortecren niet alleen Groene Erwten, maar ook Kroon-, Schokker-, ja zelfs Split-erwten. Ieder ter zake kundige weet echter, dat tusschen deze soorten, niet alleen in de varie teiten cn bewerking, maar ook iti de export naar dc verschillende landen een groot on derscheid bestaat. Denk slechts aan handgelezen Schokkers, speciaal door Engeland geïmporteerd. Een uitvoer-statistiek van Groene Erwten bestaat feitelijk niet, terwijl de ïnvoer-sta- tistick een mengeling is van veevoeder consumptie-erwten Is aan den wensch tot verbetering reeds eetigermate tegemoet gekomen, (o. m. ook door de percents-gewijzc vermelding der be- teeldc oppervlakten), hot is te hopen, dat de in- en uitvoer statistiek, in dc naaste toe komst, ook meer naar het gegevene uit de praktijk zal worden samengesteld. De moeilijkheden om tot juiste statistieken te komen, zijn inderdaad zeer groot en het volmaakte zal ook op dit gebied wel onbe reikbaar blijven. Dit is echter zeker, dat de landbouwer, de handelaar, de spoorweg- of de scheepvaart mij-, kortom het bedrijfsleven, ontzaglijk veel meer nut heeft van cijfers, die (zij het bij be nadering) de toestand van het heden weerge ven, dan nauwkeurige cijfers, in de toekomst eerst verkregen, en die dus voor te nemen maatregelen tc laat komen. (Wordt vervolgd.) 't Is wel goed slakkenweer tegenwoordig, nu er nog al eens een regentje valt. Overdag ziet men ze niet veel. Alleen als het erg nattig weer is. Of wanneer er regen op komst is. Deze slakken zijn zeer vraatzuchtige die ren, die aan onze gewassen in moestuin zoowel als bloementuin leelijkc schade kun nen berokkenen. 'k Heb wel kweekerijen gezien waar ge- heelc pl«kken van bepaalde gewassen letter lijk kaal gevreten waren. Zoo herinner ik mij voor jaren eens een perceel verscheidene vierkante meters Del phinium (riddersporen) gezien te hebben dat totaal kaal was. Alles was opgepeuzeld door slakken. Er naast staande andere varie teiten Delphinium hadden niet zooveel gele den, sommige heclcmaal niet. Op een andere vaste plantenkweckerij op een geheel andere plaats zag ik, dat ze do Irissen als operatieterrein gekozen hadden. Een bepaalde groep, welke herinner ik mij niet meer, lieten ze staan. Ze zochten andere soorten netjes op en brachten groote ver nieling teweeg. Daar elke slak ongeveer 400 500 eieren in hoopjes van 20 a 30 stuks bijeen, legt, kan dc slakke-nplaag een grooten omvang aannemen. Jonge slakken, die uit overwinterde eieren komen zijn reeds na zes weken volwassen en gaan dan op hun beurt ook eieren leggen, wat den geheclen zomer doorgaat En spoedig dood gaan ze ook niet. 'tZijn geen eendagsvliegen. Ze kunnen wel een jaar of wat oud worden. Men begrijpt dus, dat men niet zoo gemakkelijk van deze plaag afkomt. Erg veel zich verplaatsen doen ze ook niet. Dat gaat met een slakkengangetje. Dc strijd tegen deze plaag is dus wel gemotiveerd en moet krachtig gevoerd worden. In den regel laat men de sloot- en grep pelkanten vaak veel te veel met gras be groeien. Dat moet veel gemaaid worden. Steeds kort gehouden ontneemt het den slak ken hun schuilplaats overdag. En deze dieren moeten oen vochtige schaduwrijke verblijfplaats hebben. Anders gaan ze er aan. Ook het andere gras moet in tuinen waar slakken voorkomen steeds heel kort gehou den worden. Let vooral ook op de heggen. Wat groeit daar niet vaak veel en lang on kruid, dat lang vochtig blijft en dus een schitterende plek voor de dieren Ks. 'k Zag in bovenbedoelde morgen heel iroeg Iemand aan het slakken vangen. Dat kan in het voorjaar goed zijn. Maar moet heel vroeg feitelijk \óór zonsopgang ge schieden, anders zijn de meesten al weer in hun schuilplaats teruggekeerd, Ook plaatst men wel eens schoteltjes mei bier tot don rand in den grond gedrukt, waarin dc slakken dan moeten verdrinken. Veel succes hoorde ik daarvan niet. 'tKan misschien in kleine, particuliere tuintjes, toegepast worden. Overigens kan men de plekken waar ze zich verschuilen bestrooien met zout of versch gebluschte kalk. Ook het uitstrooien van tarwezemelen dat droog met 4 pet. (een vijfentw intigste deel) Parijsch groen vermengd en daarna vochtig gemaakt en uitgestrooid wordt, blijkt een heel best middel te zijn. Dat Parijsch groen is een zéér zwaar vergif, welk gevaar nog verergerd wordt door het feit dat het erg stuift Een zeer goed middel, dat we zeer aan bevelen kunnen is het uitstrooien van een mengsel van 1 deel kopersulfaat poeder op 20 deelen kainiet. Men heeft hiervan pl.m. 350 K.G. per H.A. noodig: een pond per R.R. Maar dit mengsel moet men in den nacht uitstrooien. Dal moet men er voor over hebben. Maar afdoende is liet dan ook. In Engeland nam men proeven met een 3 pet kopersulfaatoplossing in water, dat 's avonds tusschen 9 cn 11 uur over het land gesproeid werd, in totaal 570 L. per H.A. Zoowel in haver-, tarwg: als booncnland werden de slakken afdoende verdelgd door één keer sproeien. Van deze gewassen leden alleen dc booncn iets. Omdat dit sproeien lastig is werd gezocht naar een droog strooipoeder. Verschillende proeven werden genomen cn het slot was, dat kainiet met kopersulfaat in bovenver melde verhouding afdoende werkte. Maar het moet de slakken raken, 't Is niet voldoende dat ze over bestrooiden grond krui pen. De voet van den slak ia daartegen be stand zoo het schijnt, want pn«m <t:EMU nam door 'n aantal slakken op zoo n bestrooi den bodem te plaatsen wezen uit, dat alle slakken in leven b'even. Doch werden ze er mee bestrooid cn de zij of bovenzijde dun geraakt dan was het beslist doodend. Zelfs één fijn deeltje kopersulfaat op het slakken- lichaam heeft ren heftige beweging ten ge volge waardoor de slok vanzelf met meer strooipoeder in aanraking komt en dc dood zeker intreedt Om het zekerst te rijn dat alle slakken op het veld zijn moet men 's nachts strooien, naar het ons voorkomt is van 12 tot 1 uur daan-oor de beste tijd. Fijngemalen kainiet is aan te bevelen. 't Kost niet veel daar kainiet een goede meststof is en met de waarde daarna gere kend moet worden. WEET GE, dat van uit Honselersdijk per K LM -vlieg tuig perziken naar Londen worden ver voerd, die daar een goeden prijs maken, dat het plan bestaat om dagelijks grooto hoeveelheden van dit fruit tc exportec- ron op deze wijze, dat zc in Moskou blijkbaar terugkomen op oorspronkelijke drastische maatregelen cn nu niet meer tot coöperatie willen dwingen, zooals gebruikelijk was, do li deze coöperatie geleidelijk willen laten groeien, e Eierhandel loopt gevaar ocrrechten 50 .Ni. Duitschland wil eieren verhoogen en per 190 kg. Dit zaï ingaan 1 Dec. a.s. Dat wordt een leelijke geschiedenis. Vooral voor onze oostelijke provincies cn voor de witte eieren uit geheel ons land. 30 Mark per 100 kg. dat is IS gld. op 1G0O eieren of ruim 1 cent per stuk. Bij een gemiddelde eierprya an 5 li 0 et. wordt dit een invoerrecht van ltj tot 20 pcL Vanzelfsprekend dat de vooraanstaande mannen op pluimvee-gebied hun mccningeu ten beste geven, hoe deze klip weer tc ont zeilen, zoodat de in de laatste jaren ster:* op den voorgrond tredende pluimveeteelt uiet op deze tariefklip zal va&tloopen. Dc heer B. H. Vos, directeur van de Oos telij ko pluimvee Coöperatie is van oordeel dat, noch op dc winstmarge (tenminste niet als de voederprijzen wat omhoog loopen), noch op den Duttschen consument deze er- hoogde rechten te verhalen zijn. Hij meende, dat de eenigsto weg zou zijn: verhooging der productie per kip. dus meer eieren en verlaging tan de prouucuekostcn. Nu dat kan misschien, doch men moet met vergeten, dat we van alle landen al aan do spits staan wat productie per kip rnngaat. En dit hoogc poducticcijfer nog op te voo ren ig waarschijnlijk door docltrcfiende se lectie cn kruising (misschien) wel op to voeren, doch het komt ons voor, dat het al te veel eischcn van een kip ook groote ri sico's meebrengt. Hel altijd cn altijd maar weer fokken m dc legrichting, steeds hoogor leglijsten vcrlan gen, zal zich wreken doordat een zwak, teer ras gevormd wordt, dot weinig weerstand heeft en hooge eischcn van voeding cu ver zorging stelt. En 't is dc vraag of deze scha duwzijden wel opwegen tegen de enkele eieren, die meer gelggd worden. Ik stem toe, dat de juiste grens van de leglijst niet door mij is aan te geven, doch meen te moeten waarschuwen tegen e n al maar door. al maar door fokken in de leg richting. Al kan het waar zijn wat de heer Vos beweert, dat de uiterste grens nog niet bereikt is. Toch zal Duitschland als afnemer van ons ci op den duur van minder beteekenis blij ken. Ze willen zich bij onze Oosterburen zelf redden. Neem hun dut eens kwalijk. Maar als we Duitschland verliezen, w.tt dan Meer op dc Engelsche markt toeleggen zegt de lieer Vos. Ook daar is nog groot t afzetgebied voor ons ci te verkrijgen. Maar ook de biunenlandschc consumptie kan nog vergroot. De Nederlanders zelf eten nog weinig eieren. Dat kon verbeteren. In Belgifi wordt per hoofd der bevolking ongeveer dc helft meer eieren gegeten dan in ons land. Als wij het zoover zouden bren gen als in Belgie met de binnenlandse!-® afzet, zou dit al van veel beteekenis zijn. De heer Westrik, ImtMMBIiV val dl eierstad Barn*veld. oordeelt, dat Duitschland ong el nog wel noodig heeft. Dc toenememio export naar dit land. bewijst dat r i. wol- In 1927 gingen naar Duitschland 19 mifljóru kg. eieren, in 1928 ruim 52 milliocn kr en in 1929 ruim 57 milhoen kg. Naai Enge land was het in die jaren respectievelijk: 19 milliorn, 21 milliocn en 22 milltoen k„\ Naar Argentinië gingen iu den loop der- zelfde jaren 70. 75 en 81 milliocn kg Dit is ook een land van groote beteekenis \cor onze eierexpori. En deze export is \oor ons land van zeer veel belang. Dat blijkt wel uit bovenstaand* cijfers. Als de uitioer naar Duitschland stop ge zet zou moeten worden door de hooge in voerrechten, zou dat echter een strop zijn. Doch de heer Westrik is vol goeden moed, dat er nog wel een regeling niet Duitsch land te treffen is. Dat hopen wij. want liet hoekje waariu de klappen vallen en waarin wij *..ttcn. b4» gint ons eng genoeg te worvlco.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 13