ZATERDAG 29 MAART 1930 TWEEDE BLAD PAG. G STADSNIEUWS DS. H. J. KOUWENHOVEN D*N VAN HET STADHUIS. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden: Gezien het verzoek van Zijne Excellentie den Minister van Staat, Voorzitter van het College van Gedeputeerde Staten der Pro vincie Zuid-Holland, om toepassing te geven aan de artikelen 6 en 7 der Hinderwet ten aanzien van een door het Gemeentebestuur van Leiden ingezonden aanvraag om ver gunning tot het uitbreiden van den Hoofd post van de (Brandweer gevestigd in het per ceel Garenmarkt No. 6, kadastraal bekend Gemeente Leiden, Sectie E. Nos. 1673 en 1674 (gcd.);, Geven kennis aan het publiek, dat go noemd verzoek met de bijlagen op de Secre tarie dezer gemeente ter visie gelegd is; alsmede dat op Zaterdag, 12 April des voormiddags te half elf uren in het per ceel Brecstraat 123 (Bureau van Gemeente werken) gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen dit verzoek in te bren gen, terwijl zij er de aandacht op vestigen, dat niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die nie! overeenkomstig art. 7 der Hinderwet vooi het gemeentebestuur of een zijner leden zijn verschenen, ten einde hun bezwaren monde ling toe te lichten. Leiden, 29 Maart 1930. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden* Gezien het verzoek van de firma Johan Parmentier om vergunning tot het uitbrei den van de sajetfabriek op het perceel Schel penkade No. 6, kadastraal bekend Gemeente Leiden, Sectie M. No. 4395 (oud No. 3359) Gelet op de artikelen 6 en 7 der Hinderwet; Geven kennis aan het publiek, dat ge noemd verzoek met de bijlagen op de Secre tarie dezer gemeente ter visie gelegd is; alsmede dat op Zaterdag, 12 April e.k., des voormiddags te half elf uren in het per ceel Breestraat 125 (Bureau van Gemeente werken) gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen dit verzoek in te bren gen, terwijl zij er de aandacht op vestigen, dat niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die niel overeenkomstig art. 7 der Hinderwet vooi het gemeentebestuur of een zijner leden zijn verschenen, ten einde hun bezwaren monde ling toe te lichten. Leiden, 29 Maart 1930. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK „REUVENS". Jaarverslag over 1929. Onder voorzitterschap van de presidente, mevr. Kuenen, is gistermiddag in een dei zalen van de leeszaal aan de Breestraat do halfjaarlijksohe ledenvergadering gehouden Nadat de secretaris de notulen der vorig" vergadering, welke onveranderd werden goedgekeurd, had voorgelezen, werd hei jaarverslag uitgebracht. De «*an dit jaarverslag) toegevoegde reke ning zahrvoop -het eeret sedert de oprichting der Vereeniging de onderteekening missen van den man, die gedurende twintig jaren met groote toewijding en beleid, de gelden der O. L. en B. beheerd heeft: den 11 Octo ber 1929 overleed de heer J. Schaap Hiz.,die vanaf de oprichting als penningmeester deel uitmaakte van het bestuur. Behalve om zijn bekwaamheden als zuinig financier, werd hij gewaardeerd om zijn adviezen op onder wijsgebied en kerkelijk-godsdienstig terrein en zoo zal de herinnering aan zijn persoon lang bij het bestuur in dankbare herinne ring blijven. HOLLAND IN AMERIKA. De bloembollen-firma Zandbergen te Val kenburg heeft het initiatief genomen den Amerikanen een „ras-eohten"Hollandschen molen te toonen. welke binnenkort haar Hollandsehen tuin in Oyster Bay LI. zal verfraaien. Gister waren wij in de gelegenheid den voor ihet vertrek ge reeds taanden molen te bezien en te fotografeeren. (Zie pag. 1 van dit blad). Onder leiding van den bekenden molen bouwer Dekker is een origineele achtkante bovenkruier gebouwd, zooals die zoo fier in ons polderland worden aangetroffen. Op den getailleerden romp bevindt zich het op rollen draaiende bovengedeelte, dat de wieken en de staart draagt; inwendig vindt men de assen en tandraderen met het klepperende schoepenrad. De wieken zijn met hagelwitte zeilen bespannen. Geschil derd in de werkelijke kleuren biedt het ge heel een verrukkenden aanblik, terwijl de „Vletter"-rietbedekkiog niet weinig tot het aestihetische bijdraagt. Behalve dat de molen als tuinversierder zal fungeeren, kan hij voorts tot bemalings- en bevloeiïngsdoeleinden worden aangewend eventueel dok als voedend orgaan eener electrisohe verlichtings-instaMatie, van alle zijden bezien dus een fraai en nuttig werk tuig. In een paar kisten van enorme afmeting zal de ovenzeesche reis worden gemaakt, ter wijl de betonfundeering ter plaatse reeds volgens teskeningen werd uitgevoerd. Bravo den Hollandsahen ondernemings geest. HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL Nieuwe inschrijving. 27 Maart. Firma W. Kaptein Co. (B. P.) Noordwijkerhout, Zee straat 51. Bloembollenkweekerij en handel. Venn.: W. Kaptein, Noordwijkerhout en Th. Vergeer, Noordwijkerhout 28 Maart. G. P. Scholtes. Sassenheim, Hoofdstraat 187. Vleesehhouwerij en Spek slagerij. E.: G. P. Scholtes, Sassenheim. Wijziging. 27 Maart P. A. Damen en Zoon. Voorhout, Jacoba van Beierenweg 31. Kwee- kerij en buitenlandschen handel. Door uit treding van den eigenaar: P. A. Damen en de intreding van: J. P. en H. C. Damen is de handelszaak omgezet in een vennoot schap onder firma, onder den naam: P. A. Damen en Zonen. 28 Maart. L. van Esch Wzn. Oegstgeest. Nassaulaan 13. Handel in leder en schoenen. Vest. Fil.: 's-Gravenliage, v. Ravensteynstr. 1, onder den naam: „Elveska". dd. 25 Maart 1930. 2S Maart. Th. J. van der Mey. Sassen heim, Hoofdstraf 187. Vleeschhouwerij-Spek- slagcrij. Uittr. E.: Th. J. v. d. Mey, Sassen heim, dd. 15 October 1929. Wiiz. handelsn. thans: G. P. Scholtes. 28 Maart. L. Ammerlaan. Sassenheim, Hoofdstraat 123. Sigarenwinkelier en Tim mermansknecht. Bijv. uitgeoef. bedr.: tevens galanterieën, ledenvaren, luxe artikelen en religieuse artikelen. Opheffing. 28 Maart. De Leidsche Kantoor-, leek- en Papierhandel, Leiden, Nieuwe Rijn 3 1885--1930 Met iugang van 1 April a.s. is aan den oudsten predikant der Geref. Kerk te Lei den, Ds. II. J. Kouwenhoven eervol emeritaat verleend. En a.s. Maandagavond zal D.V. de afscheidspredikatie worden ge houden, natuurlijk in dezelfde kerk aan de Hooigiacht, waar Z.Eerw., ruim 30 jaar ge leden, zijn intrede deed. Bijna 46 jaar geleden werd Ds. Kouwen hoven reeds candidaat tot den H. Dienst, uog slechts 21 jaren oud. Dat de Kei*ken eerst wat huiverig waren om een candidaat, die nog zóó jong was, to beroepen, laat zich verstaan. Maar nadat deze nog zoo jonge candidaat een roeping hd opgevolgd en den dienst aanvaard tè Sohoonebeek op 1 Febr. 1885, bleek het al spoedig, dat deze jonge man door den Heere met voortreffelijke gaven van hoofd en hart was toegerust en met grooten ijver en war me liefdq zich aan zijn heilige roeping gaf. Daarbij iwas hij sterk van gestel en beschik te over zoo heldere en krachtige stem had zoo groote gemakkelijkheid in het spre ken, dat hij er niet tegen behoefde op te zien in onze grootste kerkgebouwen op te treden. En zoo vestigde spoedig de eene Kerk na de andere op dezen begaafden Dienaar het oog. De Kerken, welke Ds. Kouwenhoven achtereenvolgens diende, zijn Schoonebeek ('85"87), Zaamslag ('87'92, Voorschoten ('92'94), Groningen ('94'99) en sinds Nov. '99 dc Kerk van Leiden, die dus reweg het langst van de toewijding zij ner gaven heeft geprofiteerd. In de Kerk aan de Hooigracht (destijds Kerk A) waren voorafgegaan mannen van naam en beteekenis, zooals D o n n e r en Van der Linde en Van der Sluis, Beuker en Van Proostdij. In de Kerk aan de Heerengracht (toen Kerk B) stond reeds 35 jaren Ds. Holster, die spoedig den herdersstaf neerlei ('02). En in de Keilt' aan de Oude Vest (toen Kerk C) stond Ds. Rudolph nog in zijn volle kracht. Nadat Ds. Holster in 1903 door Ds. i s s e was vervangen, kwam in 1905 de samensmelting tot stand tusschen de Ker ken A, B. en C, waarin helaas een groot deel van Kerk B oordeelde niet te moeten meegaan en een Chr. Geref. Kerk oprichtte. Sinds 1905 stond Ds. Kouwenhoven dus met twee andere Dienaren als predikant in de eene Geref. Kerk van Leiden en hij heeft een belangrijk stuk van hare geschiedenis mee doorleefd. Ds. Rudolph verkreeg in Ï912 eer-vol- emeritaat om de directie waar te nemen van de nog te openen stichting te Achter veld, maar vóórdat het zóóver kwam, werd hij na een langdurig, smartelijk lijden, waar in hij echter velen in den lande verkwikte en troostte döor de tonen „van strak ge spannen snaren", opgenomen in de heer lijkheid, terwijl in 1913 zijn plaats te Leiden werd ingenomen door Ds. H. Thomas. Ds. Wisse vertrok in 1906 en werd ver vangen door Ds. Douraa, en diens plaats werd in 1912 ingenomen door Ds. Roorda, die echter reeds in 1915 na 'n vrij langdurige krankheid1 door den Heere werd afgeroepen van zijn post. In 1916 werd de vacature ver vuld door Ds. Bouwman. Zoo heeft Ds. Kouwenhoven te Leiden vanaf 1899 tot heden menigen Dienaar zien komen en gaan en met onderscheiden col lega's samengewerkt En het is een voorrecht met dezen predi kant te mogen samenwerken. Hoe groot ook het onderscheid in karak ter, aanleg en gaven mocht zijn en welk verschil van inzicht omtrent allerlei ook soms aan 't licht imocht treden, dat schaad de allerminst aan de broederlijke harmonie en goede verstandhouding tusschen de drie collega's. En dit is voor hen en hun arbeid, maar ook voor de Gemeente van zoo on schatbare waarde. Wanneer er gestreden moest worden te gen degenen, die Sion gram zijn, of ook hei Fleit gevoerd tegen allerlei, waarbij de hei ige belangen van Gods Kerk en de eere Zijns Naams dreigden schade te lijden, stond Ds. Kouwenhoven steeds als een geharnast Btrijder op de bres en hij streed steeds als een ridder zonder vrees of blaam. En was ook somtijds binnen de eigen veste de strijd niet te ontwijken om te pleiten voor wat naar zijn heilige overtuiging in 't belang van de zaak des Heeren was, dan was het steeds zijn toeleg om nimmer het hroederhart te krenken, maar de broeder lijke gemeenschap ongeschonden te bewaren Hij wenschte dan ook niet anders bestre' den te worden en streed zelf niet anders dan met open vizier. 't Blazoen bleef, dank zij Gods genade, onbevlekt In den dertigjarigien dienst te Leiden heeft deze ijverige en trouwe dienstknecht zich door zijn persoon en zijn arbeid zeer vele vrienden verworven, dae hem ihun leveo lang niet meer zullen vergeten en zijn werk dankbaar blijven gedenken. Rijk zijn de vruchten van dien arbeid, welke reeds in het heidien zijn aan te wijzen, maar eerst de eeuwigheid zal het openbaren voor hoevelen die tot een blijvenden zegen is geweest. 't Heeft Ds. Kouwenhoven en zijn gezin te Leiden ook aan smartelijke beproe vingen niet ontbroken. De Heere leidde soms door diepe wegen. Maar Hij staalde en sterkte in dien weg ook het geloof en gaf heerlijken troost. En daarbij waren d'e zegeningen niet min der veelvuldig. Nu Ds. Kouwenhavèn afscheidneeml van de Kerk van Leiden, om zich als eme ritus met zijn gezin te Oegstgeest metter woon te vestigen, weten we ons de tolk van honderden en duizenden in en buiten Lei den, wanneer we hem toebidden, dat G«-(l hem een zonnigen en gezegenden levens avond anoge schenken; dat Hii ook Mevrouw in haar wankele gezondheid moge onder steunen en oprichten en hen nog lang mol en voor elkander moge sparen; en dat Hii Zijn Vaderhand in milde zegeningen voor hun gezin moge ontsluiten. Emeritus heteekent voor dezen Dienaar nog allerminst dat hij aan 't einde van zijn krachten is. We verwachten dat hij, als God hem ir 't leven en de gezondheid spaart, nog wel menige Kerk voor en na zal dienen. Maar kon het teeken van de ridderorde voor een vijftal jaren moeilijk gespeld wor den op een borst, waarin warnier hart klopte voor Oranje; zoover er onder menschen. ook op het gebied van de Kerk, van ve«* dienste sprake kan zijn, mogen we van hei meest eervolle emeritaat van Ds. Kouwen hoven getuigen: ten volle verdiend! Doe de God aller genade ham dan van het emeritaat nog vele jaren genieten met een blijmoedig en dankbaar hart! BOUWMAN. GOUDEN JUBILEUM P. MAZUREL 31 Maart a.s. hoopt onze stadge noot de heer P. M a z u r e 1 den dag te her denken, dat hij voor 50 jaar in dienst trad by de fa. A. Jongmans en Zonen, Rapenburg 6. Is dit jubileum op zich zelf reeds waardig een gouden staat van dienst komt immers sporadisch voor er is een f tor, die ons aanleiding geeft er meer o' uit te weiden, dan wy by jubilea gew zy'n. De heer Mazurel toch is in onze stad 't byzonder in Christelijke kringen zulk t bekende figuur, dat de belangstelling by het heugelijk feit, dat hy gedenken mag, onge twijfeld het normale te boven zal gaan, elk geval, dat het velen een groot genoegen zal doen, dat er gelegenheid zal bestaan, hem op ondubbelzinnige wijze de waardeering vooi zyn persoon te doen blijken. Het gaat na tuurlijk buiten den aard van dit jubileum om om de verdiensten van dezen grijzen jubila ris te schetsen voor wat betreft het kerkely'x politiek en maatschappelijk leven. Maar toch meenden we het aan onze lezers verschuldigd te zijn, ook dit even te moeten aanstippen, nu deze trouwe stoere Christen, deze ker/de, sympathieke figuur het gouden jubi leum herdenkt van zyn dagelykschen arbeid. Ook hierin is hy trouw geweest en heeft hy zich de hooge waardeering van zyn superi euren veroverd. Reeds als jongen van 10 jaar hielp de ju bilaris zijn vader aan het werk, dat deze oor de firma Jongmans vervaardigde, dat hy byna zyn geheele leven met de byna ini eeuw oude firma in nauw contact staat. Op 24-jarigen leeftijd trad hy als zelfstan dig kleermaker by de firma in dienst, waar hy door zyn grondige vakkennis spoedig, werd bevorderd tot coupeur, welke functie hij; tot op heden met de meeste nauwgezetheid' bekleedt. Ais bijzonderheid zy vermeld, dat; de heer Mazurel by de firma Jongmans vier geslachten heeft meegemaakt. Maandag a.s. zal dus de huldiging plaats hebben. Ongetwijfeld zal het hem aan blij ken' van belangstelling, piet ontbxeken. ZILVEREN JUBILEUM F. P. KIEVIJT Op 1 April a.s. zal de heer F. P. K i e v ij t chef van den Buitendienst bij den Raad van Arbeid alhier, zijn zilveren jubileum her denken in dienst van de uitvoering der so ciale wetten. De heer K i e v ij t werd voor 25 jaar aangesteld als agent van de Rijksver zekeringsbank. In verband met de decentra lisatie van de uitvoering van de Ongevallen wet werd hij op 1 Jan. 1923 aangesteld als chef van den buitendienst bij den Baad van Arbeid. Hij is in Leiden en omgeving een bekende persoonlijkheid en wordt door zijn collega's zeer hooggeacht om de uitstekende wijze waarop hij met hen samenwerkt, zoo dat het hem Dinsdag aan belangstelling ze ker niet zal ontbreken. ..HOE LEERT MEN KUNST ZIEN" Lezing van den heer H. Martin. Voor de Vereeniging tot bevordering der Bouwkunst alhier heeft Donderdagavond in de groote Nutszaal de heer H. Martin, oud-directeur van het Friesch Museum, een lezing gehouden met lichtbeelden over het onderwerp: „Hoe leert men kunst zien". De bijeenkomst stond onder leiding van den 'oorzitter, den heer J. A. Verhoog, die een kort openingswoord sprak, waarin hij allen hartelijk welkom heette, speciaal den spreker voor dezen avond. De heer Martin begon met er zijn vol doening over uit te spreken, dat hij voor deze Leidsche vereeniging zou optreden, waar hij zelf ook geboren Leidenaar is en daardoor Leiden in het hart een gevoelige plek heeft bewaard. Komende tot zijn onderwerp merkt spr. op dat hij in hoofdzaak er over zal spreken nen de jeugd kunst leert zien. Evenwel is de te vol jen weg voor ouderen geen. an dere. Spr. gaat na hoe het gevoel voor kunst tijdens de wereldoorlog zeer geknakt is* ge worden. Gelukkig echter is er in den laat- sten tijd hierin weer een gunstige verande ring te bespeuren. Het gevaar bestond dat in dezen tijd, waarin de techniek hoogtij viert, het verstandelijke, het materieele. de gevoelszaken zou overvlcüseWn. Vooral bij de ouderen is dit movsu*.- bestrijden, maar de jeugd, die no?« *«•*-- «^rsche indruk ken openstaat, kan ongarwijreid in anderen geest worden opgevoed. De jeugd moet bou wen aan onze nieuwe samenleving. De jeugd vereenigingen en de scholen hebben hier een groote taak. De groote moeilijkheid hiervoor is even wel hoe men een bepaald systeem moet aan wijzen. Men kan dc jeugd geen kunst leoren. In het gunstigste kan men slechts de voor waarden scheppen om het kunstgevoel op te wekken. Dc beste methode is volgens spr. te beginnen met de zintuigen op te scherpen. De jeugd moet het tikken der regen hoo- ren, het fluiten der vogels. Zij moet kleu ren leeren zien. En daarna moet ze leeren zien onder deskundige leiding de schoon heid der kunst, zooals deze zich in verschil lende vormen openbaart en aan verschillen de eischen moet voldoen. Dit behoeft niet te geschieden door het zoo (vooral met hcele klassen) vermoeiende museumbezoek, maar b.v. door lichtbeelden in de school. Niemand kan een kunststuk ineens beoor deelen. Dit moet geleerd worden, daar n dero factoren bij de samenstelling ervat menwerken. Daar is in de eerste plaats de techniek en vooral deze is moeilijk door leek te beoordeelen. De techniek van marmer beeld stelt andere eischen dan de techniek van een bronzen beeld. Na de technische beoordeeling rijst de vraag: Wat stelt het kunstwerk voor? Wat heeft de kunstenaar willen uitbeelden? Een zelfde onderwerp kan zeer verschillend weergegeven worden. Rembrandt schildert Jezus bij de Emmaüsgangers tweemaal, de eene keer machtig en vorstelijk, de tweede maal liefelijk en zacht. Ook de vorm speelt een belangrijke rol bij de beoordeeling. De kunstvorm bepaalt het effect. Met verschillende voorbeelden toonde spr. dit aan. Hetzelfde geldt van de compositie, terwijl ook het licht een mach tige factor is, waarmede dc kunstenaar schoone effecten kan bereiken. In groote lijnen hebben we hiermede den spreker gevolgd. Het feit dat de lezing door fraaie lichtbeelden werd toegelicht is d. ooi-zaak dat we slechts het geraamte van de interessante causerie kunnen weergeven. De aanwezigen dankten den spreker met een hartelijk applaus, terwijl de voorzitter dezen dank in woorden omzette. Na de pauze werden nog eenige huishou delijke zaken afgedaan. RECHTMATIGE OVERHEIDSDAAD Op uitnoodiging van de Vereeniging Staatkunde heeft gisteravond mr. R. H. ba ron de Vos van Steenwijk, griffier Tweede Kamer der Staten-Generaal, gespro ken over: Rechtmatigo Overheidsdaad. Spr, gaf allereerst een uiteenzetting van bet begrip van onrechtmatige overheidsdaad en besprak vervolgens de ontwikkeling van dit begrip in de jurisprudentie, waarbij hij deed uitkomen, dat deze ontwikkeling een stuk administratieve rechtspraak venvezen- lijkt Bij de bespreking hiervan betuigde hij. dat het niet wenschelyk is, dat de wetgev in dit ontwikkelingsproces ingrijpt en zet. vervolgens tiitecn, dat door de ontwikkeling van de jurisprudentie met betrekking tot de o n rechtmatige overheidsdaad van het be grip „rechtmatige overheidsdaad" een wijzi ging ondergaat Ook, als overheidsdaden niet onder on rechtmatige overheidsdaden vallen, z^elfs niet hij een ruime definitie daarvan, kuhnen zij aan derden schade toebrengen. In de eerste plaats kan dit geschieden door daden ter uitoefening van de functie als overheid, waarbij geen opzettelijke bedoeling tot het toebrengen van schade voorzit In dit geval bestaat een plicht tot schadevergoeding niet en het zou bedenkelijk zijn deze te vestigen. Wanneer bij de uitvoering van openbare werken door de overheid buiten haar schuld schade wordt toegebracht, behoort derhalve geen schadevergoeding te worden toegekend. Een enkele maal geschiedt dit wel, zooals bij de Zuiderzeewet, maar ten onrechte wordt hieruit soms afgeleid, dat de overheid bij uit voering van dergelijke werken de daardoor ontstane flfchade moet vergoeden. Deze laat ste opvatting ontvangt steun door de juris prudentie van den I-Ioogen Raad over schade vergoeding bij onteigening. Spr. vestigde hierna de aandacht op heidsdaden, waarbij de overheid opzettelijk schade toebrengt. In hoever geeft nu het geldende recht aanspraak op schadevergoe ding en in hoever moet dan die aanspraak uitgebreid worden. Spr. onderscheidde hier 3. soorten van overheidsdaden: le. Ingrijpen van de over heid, omdat zij den eigendom van een aan een ander toebehoorend goed behoeft (ont eigening); 2e. Ingrijpen van de overheid ter opheffing van een met een wet of verorde ning strijdigen toestand (politiedwang) 3e. Ingrijpen van de overheid ter opheffing van een toestand, welke strijdig is met het algemeen belang (bijv. gevaar voor smetting). Wat het ingrijpen sub. 1 betreft, wijst spr. er op. dat de overheid soms behoefte heeft aan het gebruik van den particulieren eigen dam. welke materie geregeld is in de pri vaatrechterlijke Belemmeringen wet, waarbij schadeloosstelling is voorgeschreven. Soms echter beperkt de overheid den eigendom, waarvan wij voorbeelden aantref fen in de Wet. betreffende het bouwverbod op gronden langs Rijkswegen. Ten onrechte is hier. naar spr. uiteenzet, daarbij schade loosstelling voorgeschreven. Als verdere beperkingen van den eigendom noemde spreker o.m. de Woningwet, meer speciaal de daarin vervatte bepalingen, be treffende den voorlijn, het bouwverbod en 't uitbrcedingsplan. Deze beperkingen, die eigenlijk surrogaten van onteigening zijn, behooren volgens spr. slechts tegen schade loosstelling te gescliieden. Overigens is, aldus spr., voor deze maat regelen ter beperking van den eigendom schadeloosstelling geen essentieel vereischte, mits voor het treffen daarvan een deugde lijke administratieve procedure is voorge schreven. De jurisprudentie van den Iloogen Raad over schadevergoeding bij onteigening van bouwterrein leidt echter tot ongewc-nsch- te gevolgen, waarom dan ook, volgens spr., wijziging van de Onteigeningswet gewenscht Na erop gewezen te hebben, dat ook som mige provinciale verordeningen bouwverbo- den zonder schadeloosstelling opleggen, be toogde spr., dat maatregelen die genomen worden in het belang van de daarbij be trokkenen, in beginsel aanspraak behooren te geven op schadevergoeding. Daarbij is spr. van oordeel, dat wetten of 'erordeningen, die maatregelen voorschrijven welke schade toebrengen, niet alleen een aan spraak op vergoeding daarvan rechtvaardi gen, doch ook dat de beslissing hierover aan de rechterlijke macht behoort te worden gegeven. Slechts in enkele gevallen, wanneer de schadevergoeding bij wijze van gunst wordt verleend kan, aldus besloot sprer genoegen worden genomen, dat de eindbeslissing blijft bij het administratief gezag, dat de vergoe ding toekent. Op deze rede volgde eenig gedachtemvisse- ling, waarna enkele vraagpunten in stem ming werden gebracht. CODIFICATIE-CONFERENTIE BEZOEK AAN ONZE STAD Rede x i Rcctor-Magnilicus Hedenmiddag hebben de leden van de Conferentie ter Codificatie van het Intern. Recht met hunne dames, op uitnoodiging van het Gemeentebestuur en den Senaat der Universiteit een bezoek gebracht aan onze stad. Het gezelschap werd te ongeveer drie uur ontvangen in het Groot-Audito rium der Universiteit. Te hunner verwol koming sprak de rector-magnificus, prof. dr. N. v. Wijk, een rede uit, waarvan we hieronder een resumé geven: Toen onze Universiteit, aldus ving spr. aan. te zanten met het Gemeentebestuur dezer stad U een uitnoodiging zond voor een bezoek aan Leiden heeft zij daarmee een blijk willen geven van haar groote sympa thie voor den arbeid, die ondernomen wordt door de Conferentie voor de Codifica tie van het Volkenrecht en het is mij een bijzonder genoegen, een zoo groot aantal zoo eminente juristen hier welkom te hee- ten. In het doel dat uwe conferentie zich gesteld heeft vallen de behoeften van den tegenwoordigen tijd samen met de beste tradities dezer Universiteit. In Leiden heeft eenmaal Hugo de Groot gestudeerd, en zich zijn grootheid waardig to toonen is dc ge meenschappelijke plicht van deze Univer siteit en van de specialisten van alle lan den op het gebied van liet Volkenrecht Het staat niet aan mij te beoordeelen in welke mate wij ons opgewassen toonen te gen deze taak, die ons opgelegd wordt door ons verleden. Intusschen zult gij mij wel willen toestaan de hulde van den Leidschcn Senaat te betuigen aan dien oud-leerling dezer Leidsche Universiteit, die als presi dent van Uwe conferentie, op een zoo no bele wijze, de traditie van de Groots werk voortzet Dames en heeren gij zijt naar Nederland gekomen teneinde onder de auspiciën van den Volkenbond den arbeid voort te zetten, die aangevangen was door de 2 Vredescon ferenties. Gij streeft er naar, den hoogsten graad van unificatie van het Volkenrecht te bereiken, welke mogelijk is zonder op de wetten en gewoonten der afzonderlijke sta ten inbreuk te maken. Aanvaardt de verzekering dat in universi taire kringen men uitnemend de noodzake lijkheid begrijpt van algemeene normen, die het internationale leven onzer dagen rege len, maar tevens begrijpt men er de nood zakelijkheid van het compromis en ook de moeilijkheden die te overwinnen zijn alvo rens men een voor allen bevredigend i promis bereikt.Als wij U nu ontvangen in dit „Groot Auditorium", dat niet tegenstaan de zijn naam te klein is voor vele academi sche plechtigheden, als wij trouw blijven aan dit gebouw dat wij onze „Acadenvo" noemen, hoewel het nauwelijks voor de coj leges van één der vijj faculteiten rumita biedt, dan komt dit doordat onze gehecht heid aan de tradities onzer geschiedenis en onze bewondering voor de oude Nederland- sche kunst sterker bij ons zijn dan de be hoefte aan geriefelijkheid en de in onzen tijd zoo gewone neiging tot nivelleeren. Wij weten zeer goed dat de 20e eeuw zijn groote bouwmeesters heeft en dat de moderne kunst, in samenwerking met een techniek volmaakter dan ooit te voren ia staat is om wonderen te verrichten, en toch verlaten wij ïiiet dit voor godsdienstige doeleinden ge bouwde, daarna voor Universiteit gebruik to huis en wy waaxdeereu hoógelijk de met succes bekroonde stappen, door onze Cura toren gedaan om aan onze Senaatskamer het uiterlijk te hergeven dat zij in de 18o eeuw heeft gehad. Toch geloof ik niet dat wij onze oogen sluiten voor den eisch van dezen tijd; integendeel, wij stellen er prijs op al wat noodig is om op het peil der in ternationale wetenschap te blijven, uit te voeren; dat gaat echter niet zonder conces- cies te doen aan zekere tradities, welker schending een heiligschennis zou beteeke- aen. Hier evenals op alle gebieden van het moderne leven is een compromis veelal noodzakelijk maar menig compromis is moeilijk en meenig compromis is slechts een zoeken en tasten, dat ons den plicht oplegt om naar een afdoender oplossing te zoeken. Intusschen is er geen reden om te wanho pen want in het academisch leven is er. evenals elders, vooruitgang waar te nemen m menig opzicht In het bijzonder wil ik stil staan bij het geen er gedaan wordt voor de internationale betrekkingen van professoren en studenten want er bestaat een zekere correlatie tus schen deze betrekkingen en de Codificatie van het Volkenrecht; de arbeid zeifs van een Conferentie van Uwe competentie zou slechts in theorie kunnen slagen indien de menschen en in de eerste plaats de intelec- tueelen weinig waarde hechten aan persoon lijke banden met hun collega's van andere nationaliteiten. En die persoonlijke banden ziin ook onmisbaar voor den wetensehap- pelijken arbeid. Sedert de Middeleeuwen hebben de geleerden voortdurend met bu>- tenlandsche vrienden in wederzijdsche uit wisseling van gedachten gestaan maar nog nooit heeft men de noodzakelijkheid van in- telectueele samenwerking in die mate er kend als thans. Spr. maakt voorts met bijzondere voldoe ning melding van het nieuw artikel der Nederlandsche wet op het Hooger-ondenrijs dat op een zeer liberale wijze het principe der equivalenties regelt en daardoor verre perspectieven opent voor het initiatief van regeering en universiteiten. Wanneer wij een zekeren graad van uniiicatte gewenscht achten, zoo wil dat echter geenszins zeggen dat wij zouden streven naar een nivellee ring der karakteristieke eigenschappen der afzonderlijke landen. In geloof, dat in opzicht onze kleine Hollandscho natie rijk is aan ervaring. Door haar geografische ligging heeft zij gedurende vele eeuwen ge en nooit onderbroken betrekkingen i ten onderhouden met drie veel grootere Ken dan zij zelf was, die elk zijn eigen aard en overleveringen bezaten Het zou onmo gelijk zijn te zeggen met welk dezer volken de banden het sterkst en het nauwst zijn geweest, de invloeden, die op ons inwerkten schijnen elkaar in evenwicht te houden. Zoo waren de omstandigheden waaronder ons volkskarakter zioh gevormd heeft, zeer gun stig voor de ontwikkeling van een geest van Objectiviteit. Het staat niet aan ons om uit te ma ken of inderdaad die geest een nationale eigenschap van ons is, maar hoe dat zij, wij voelen zeer sterk dat de objectiviteit de bes te waarborg is voor vooruitgang. Zij is dat od alle gebieden van leven en denken, maar op dat der internationale vraagstuk ken lijkt zij ons nog noodzakelijker dan el ders. En een der gewichtigste plichten der Universiteiten is deze, dat zij den geest van objectiviteit inprent aan de geslachten, die na ons zullen arbeiden aan den bouw van een betere werejd dan de onze. Dit is de overtuiging dames en heeren zoowel van u als van ons. Vele uwer zijn ortze ambtge- nooten aan verschillende universiteiten en ik weet dat gij het met mij eens zijt dat de taak, welke een Conferentie als deze te ver vullen heeft zeer véle raakpunten heeft met de taak van de hedendaagsche universitel- Wilt derhalve aan den Rector dezer Leidsche Universiteit toestaan dat hij uit naam van den Academischen Senaat do Voornaamste Nieuws. BINNENLAND (blz. 1.) De Vereen, voor Alcoholbest/ijding hij snelverkeer heeft de eerste jaarvergadering to Utrecht gehouden. (bldz. 2) Finantieel overzicht van de weck van 22 tot 28 Maart (Blz. 5.) De organisatie van de hulpverleening bij massale ongevallen cn rampen wordt gere organiseerd. Dc overdracht van de grafsteen van wij len den neer I-I. de Wilcte is bepaald op J April. Persoverzicht over het geval-Fruyticr. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. Voor allen die Sukkelen met Verstopping ol moeilijken, tragen en onregelmatigen Stoelgang zijn Mijnhardt's Laxeertabletten C&HH53LES 87U e (1,25 11,50 jt Olympia Anita Kantschouder 824 en 11,50 Maid.E&arian1 '•'511 50 Flatlok vervangt Wol. f 1,95 BREESTRAAT 128 UW ADRES VOOR KERKBOEKEN is (J. Pontier) Boekhandel DU PON HAABLEMMÏÏF.STKAAT Si - LEIDEN hoop uitspreekt dat uw arbpid met een waar achtig succes bekroond zal worden. Een hartelijk applaus volgde op i(eze met aandacht aangehoorde redevoering. We komen op het bezoek Maandag nog nader terug. EVANGELISATIE RADIO-SAMENKOMST De Ned. Chr. Radio Vereeniging zal a.s. Woensdag 2 April in de Pieterskerk een Evangelisatie-samenkomst per Radio uit zenden. Als sprekers hopen op te treden Ds. D. Kuilman, Ds. H. Thomas en Ds. M. J. Pun- selie alhier, terwijl de Chr. Oratoriumverce- niging „Con Amore", Dir. de heer D. Smink en de orgelist der Pieterskerk, de heer Leo Mens, hunne gewaardeerde medewerking zullen verleènen. Wij wekken onze lezers gaarne op, deea samenkomst bij te wonen. Laat de Pieterskerk a.s. Woensdagavond tot in alle hoeken gevuld zijn met een aan dachtig luisterende schare. Hieronder geven wij een beknopt overzicht van het programma, waaruit blijkt, welk een mooie avond georganiseerd is. Verder ver wijzen we naar de desbetreffende adverten tie In dit blad. 1. Opening door Ds. Kuilman. Gem. zingen Gez. 44 1 en 2. 2. Gobed. 3. Chr. Oratoriumver. „Con Amore". la Rust een weinig. E. M. O lb. Gloria in Excelsis Deo. Vieux Noël. 4. Rede Ds. D. Kuilman: „Jezus Christus •heeft een boodschap voor onzen tijd".. 5. Chr. Oratoriumver. „Con Amore", 2a Jezus' dood. Duitschlied n. e. 17e eeuw. 2b. Salve, cordis gaudium. Harmonium. J. S. Baoli. G. Orgelsolo Leo Mens. Ghoralvorspiel. (Wachet auf ruft uns die Stimnie). J. S. Bach. 7. Rede Ds. H. Thomas: „Wat behelst die boodschap"?" 8. Gom. gezang- Gez. 19S 1 en 2. 9. Orgelsolo Leo Mens. Concert F. dur. G. F. Hündcl. Allegro, Andante» Adagio, Allegro. 10. Rede Ds. M. J. Punselie: „Hoe staat ge tégenover die boodschap?" 11. Chr. Oratorium ver. „Con Amore". 3a. Komm, Gnadentau. J. V/. Franck. 3b. Adoremus te Giov. P. Palestrina. 12. Sluiting door Ds. M. J. Punselie. Gcm. zingen Gez. 96. N.B. Bijdragen tot dekking der onkosten worden gaarne ingewacht bij W. Stoelman, Pasteurstraat 7, Leiden. Giro 113012. DE DIENST DER APOTHEKEN. De avond-, nacht- en Zondagdienst der apotheken wordt van Maandag 31 Maart tot en met Zondag G April a.s. waargenomen door de apotheek: C. B. Duyster, N. Rijn 18, telcf. 523. ZONDAGSDIENST DER HUISARTSEN. De dienst zal morgen worden waargeno men door de doctoren Bruining Niemer. Kist. en Starck. De geneeskundige Zondagsdienst te Oegst geest wordt waargenomen door Dr. Timmer mans. telef. 390. EXAMENS. -r bef examen apothekersassistente door' de l.e •U'-he commissie afgenomen, zijn ge- g.l de dames G. M. Brcesterhuizen, Delft, A. J. Timmcrs, Leimuidcn en II. D. W. y. d. Vange, Delft.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 6