I DAMRUBRIEK. ifrcoreïi; NIEUWE LEIDSCHE COURANT BEDE rtifgSi f Redacteur W HOEKSTRA. Tulpeboomstraat 6, Den Haag. iBBBoniiiiiiiiniifliiiiiaiiiiinniiiniiaiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii'iiiiiiiiiiiiiiiiiiüiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiininiiiiiiiniHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiRt iiimiirs Alle nzendingen ba'refiendo deze rubriek te zenden aan bovenstaand adres. Voor alle vraags'uklon geldt: ..WIT BEGINT EN WINT". Oplossingen worden binn3n 3 dagan ingswacb. en o/er 14 dagen met de naman der oplossers gepubliceeid l OPLOSSINGEN: No. 280 (VAN DE REDACTIE) Wit: Zwart: 1. 28-23 19X28 2. 2119 13X24 3. 31—20 22X31 4. 33X4! duin No. 287 (VAN DE REDACTIE) Wit: Zwart: 23-29 17-22 19; 20 11X44 44X33 1. 87 31 2. 34X23 3. 28X17 4- 33-28 r.. 48 89 6. 38X7! int Auteur: A. VAN DOMMELEN Wit: 1. 29-24 2. 34-30 3. 36—31 4. 31-27 5. 40 34 f,. 50-44 7. 48-43 8- 42X13 9. 47X29 wint Zwart: 14—20 25X32 20X29 22X31 29X40 40X49 49X38 31X42 No. 289. Auteur: C. Th. IIUIZER Wit: Zwart: 1. 38-32 27X40 •2. 42 - 88 34X32 !3. 45X23 18X158 4. 9X27 32X21 r». 31X11 10X7 0- 20X8 en wint Goede oplossingen ontvangen van de heeren: L. Mol. losduinen: G. van der Meulen, Joli. Beere booin H Zijlstra. D. den Hertog. P. Spuv, allen Den Haag; A. van Dommelen. O. van der Burg, B. KIijn, I. tterdum; Jacob de Vries, Amersfoort. PARTIJ. In de „Telegraaf" vonden wij onderstaunde partij gespeeld tu.-.sellon W. C. J. Polman en den Iledac teur. De analyse is van onzen nationalen kampioen A. K. W'. .Damnie. De volgende partij werd gespeeld in de hoofdklass Competitie, district Den Haag- W HOEKSTRA Zwart: 17—21 21-20 W. C. J. POLMAN i Wit: 1. 33-28 t 2. 39-33 Deze oude variant is nog steeds goed. Wit onder vindt nit hinderlijke wijze, dut hij te spoedig een prin- cipicelen zet moet doen. In de vorming van een kla verblad is zwart hem steeds voor, zoodat do twee volgende varianten in aunnierking komen. Ie. wit 44—39 zwart 11—17 wit 34—29 zwart 19 wit 28X10 zwart 14 <34 wit 40X29 zwart 17-22 nut ongeveer gelijk spel. 2c. wit 31-27 zwart 19 23 wit 28X19 zwart 14X21 Svit 33 2* zonder voordeel. 3 44- 39 4. 50- 44 De uitruil met 28 23 geeft 'dan wit. 11-17 irt meer vrije zetten 4. 17—21 In verhand met de mogelijkheid van 711 voor zwart sterker geweest. 5. 34- 29 20 24 6. 20X20 15X24 Op dezen zot heeft wit gewacht. Nu zwart niet moer Ï9—23 kan spelen wordt 28 22 sterk. 7 40 34 10-15 De voorkeur verdient 18- 23. waarna wit op dere manier uit de klaverbladstelling mort zien te komen. De tekstzet speelt den tegenstaudu kaart. 8. 28-22 18X27 9' 31X22 12—is 10. 32- 28 18X27 1 11. 37-31 I Ook 28-23 33 X 31 gevolgd door 31-27 ei jgaf goed ontwikkeld spel 1120X37 12. 42X22 21—20 13. 47—42 7-11 t 1*4. 34—30 10- 21 Deze prsitie kan zwart op bchand' >n. Zoo is 1.5—20 5 ter 24—29. Analystisch kan Wat het hoste la. 30-31 nanioren verschillende -10 -15 mogelijk liet worden aangegeven 15. 41 11-10 10. 37 17- 44—40 7-11 Het vormen van de stolling op den rechtervleugel Ir zwak, danr deze stukken zeer moeilijk in het spel kunnen worden gebracht. Zwart hnd zich boter tut afwachtende zetten kunnen bepalen. Ook schijf 2i is in deze stelling teveel. 18. 36—31 20X37 19. 32X41 21—20 Do zwarte stelling op den linkervleugel sluit het behalen van voordeel uit. Er deed zich nu een mo ment voor om van spclgenre te veranderen. Zwnrt had 13IS moeten spelen om het spelen te herleiden tot standen van de Hollandsche partij, hetgee meer kans van slagen hooft daar wit in dit geval veld 32 niet open kan houden. 20. 41-37 8—12 21. 38-32 12-18 Na 11—17 en 10X7 zou de stelling gelijk zijn. 22. 22—17 11X22 23- 28X17 2-8 Zwart kon niet 1021 spelen wegens wit 17—11 37—31 en 33X11. Om dezelfde reden faalt 3—8 2 7. Toch viel te overwegen eerst 3—8 te spelen daarna 24— 29 2—7 24. 43-38 8—12 25. 17X8 13X2 20. 49—43 Wit mocht 32—27 geen zet uitstellen 206—11 De goede zet in deze stelling is 10—21 om wit te beletten 32—27 te spelen. Daarna kan zwart altijd nog wachten met 21—27 27. 32-27 11—17 liet ecnige voordeel voor wit is dat deze zijn stuk ken boter in hot spel kan brengen dan zwart. Schijf 5 staat te veel aan zwart's linkervleugel W I t "1 'i I TT; tl 11 13 m s jo -g 1 ij Zwart: 2-5, 9, 14-19. 24 en 26 Wit: 27. 30. 33, 35. 37-40, 42. 43, 45, 40 c 28. 33 23 18—23 29 37—32 17—21 30. 40—41 9— i:; 31. 41-37 4—9 32. 39—.33 14—20 33. 30—25 2—8 XI4 9X20 35. -10 Indien de zwarte schijf 10 op 11 stond, zou wit een aardig zetje kunnen nemen door: Wit: 37-31 .32X41 38X27 22-18 33-29 43-38 enz. Zwart: 26x37 23X32 21X32 13X22 24X33 30. 40-34 24—29 37. 33X24 20X40 38. 45X34 15-20 •Zwart kon niet 8—12 spelen wegens wit 22IS .39. 34—30 20-24 40. 22—18 1.3X33 41 .38X20 10—14 42. 20X9 3X14 43 30-24 En na cenigc zetten eindigde de partij met remise. Eerste publicatie Vraagstuk no. 291 Auteur: A. JACOBS, Den Ilnag LOKZET Zwart: 2. 3. 9. 11—15, 18. 23 Wit: 20, 29, 33, 35. 38- 40, 42. 43, 47, 48 Eerste publicatie HAAGSCH TCURNOOI. In Don Ilaag is door liet „Residentie Dam Genoot» schap' een tuurnooi georganiseerd, waarin zal wor den gespeeld volgens de nieuwe speelwijze. Deelnemers zijn: A. K. W. Damme, kampioen van Nederland; J. Kleer. kampioen van Leiden; L. de liaan, kampioen van Delft. J H. de Hoogh, kampioen van Den Hang en landelijk kampioen van den 11.-K. Dam bond; I*. Kleute Jr., A. Jacobs, J. Verliocvc, uilen oud-kampioen van Den Ilaag cn J. Winkelman. Tot nu toe zijn slechts weinig partijen beslist. Een bijzonder fraaie partij tusschcn de hoeren A. Jacobs cn A. K. W- Damnie werd gewonnen door eerstgenoemde. Onze nationale kaïnpioen zal dus zijn sterkste spel moeten ontplooien om een kans op de eerste plaats te behouden. Het tournooi Is bedoeld om de nieuwe speelwijze aan ccn practischc beproe ving tc onderwerpen. II. PARTIJEN UIT HET HAAGSCHE TOURNOOI Gespeeld door de heeren J. Vc h o e v e (Wit) de H oog 1 (Zwart). 1- 31-20 19—23 20. 30—25 17-22 37-.31 20—24 27. 42—37 19—23 3. 4. 34—30 23—20 28. 38-33 4—10 14X23 29. 37-31 24—29 23-28 .30. 10—14 G. 7. 59-33 iö—iï 31. 35—30 1120 8. 44—39 5—10 33. 47—42 ai—:ïi 9- 41—37 14— IÖ .34. 30 -25 34—40 10. 37-32 12-18 35. 23—29 11. 41—37 7-12 .36. 22-27 12. 41—37 10-14 .37. 13. 50—44 1-7 38. 397-34 47-24 14. 40-34 20-24 39. 49—44 24—19 15. 34—30 18-23 40- 4.3-38 10- 5 10. 31-21 1318 41. 48—43 12—18 17. 27-21 42. 44-40 18—22 18. 8—13 43. 30—'31 7-11 19. 21—iö 14—20 44. 15-20 20. 37—32 20-25 45- 21. 32-27 4(1. 34—30 *8—12 *2—8 47. 20-21 2-10 23. 37—31 23-28 Wit 24. 17X28 geeft 25. 44—39 11-17 op. Partij gespeeld tusschcn de lieercn A Jacobs (Wit) n J. d c II oog h (Zwart). 1. 33 - 28 10 21 20. 32-28 2. 31—20 18—23 27. 18—23 3. 34—30 12-18 28. 38—32 23 29 4. 39-33 29. 43-38 20-25 5- 40-34 15-20 30. 40—34 0. 34-29 25X34 31. 45X34 "2-8* 7. 29X40 20—24 32. 47—42 24-27 8. 37-31 10-15 33. 34X23 9. .31-27 11-10 34. 27—21 10. *1-57 17 22 35. 31X22 12—18 11. 20X17 22X11 30. 12- 44-59 37. 32-27 14—20 13. 40—34 11-17 38. 30-31 3-8 14. 37 51 0—11 30. 22-18 15. 34- 30 1—0 40. 8—13 10. 30-25 14-20 41. 38-32 17. 42. 42-38 9—13 18. 50—4 4 "4-9" 43. 32-27 13—18 19 44-40 5-10 44. 47-42 11—10 20. .39—34 10—14 45. 40—41 34-39 21. 43 39 17-22 40. 22. ,12X21 47. 19 23 23. Vo-Vri 8-12 48. 29-24 24. 34-29 49. 44—59 15—20 25. 39X30 21—20 50. 43- 38 20-25 Wit geeft op WAT NIET IEDEREEN WEET. De Koreann Li Sun Sin is de uitvinder van de pa niserschepen. Reeds in 1509 werd zijn uitvinding tegen de Japanners met goed gevolg'aangewend. Het zijn niet alleen Insecten en visschen, die de eigenschap bezitten in liet donker licht te kunnen geven, doch ook kreeften. De Cyprindkln hijgen- dorffii, een slechts eonige milimeters groote mossel kreeft, die zelfs een soort lichten van de zee kan veroorzaken. Prof. Mol lach, die de dieren heeft on derzocht. verklaarde, dat dit lichten wordt veroor zaakt, door oppervlakkige prikkelingen van rle huid en ook hij «Vm of twee dagen doode dieren kam mep hetzelfde schijnsel waarnemen. De kreeft komt voor namelijk voor in de Saguuibocht in Japan, ATERDAG 15 MAART. JAARGANG 1930. GELIJK HIJ GEWOON WAS En uitgaande vertrok hij gelijk hij gewoon was naar den Olijfberg; cn liem volgden ook zijne discipelen. Lucas 22 39. Het bange lijden van onzen Hcerc Jezus Christus begint in den hof. Jezus wist, dat het hier beginnen zou. Hij wist na bet heengaan van den verrader uit de Paaschzaal al diens gangen. Hij, die eens Nathanaël zag onder den vijgeboom eer hem Philippus riep, zag ook vanuit de Paaschzaal elke bcwoging van Judas. Jezus weet ook zijn tijd te gebruiken. Dit Is noodig, want eer do verrader met de bende bij hem is, moet hij gereed zijn, gereed niet het: „Uw wil geschiede", dat hij niet dan in zijn zwaren striji. cn ten koste van zijn bloedzweet kan bereiken. Zoo heeft Jezus met de elven gesproken de uren die hem nog restten na liet heengaan van den zoon des verderfs. En toen is hij met hen uitgegaan naar den Olijfberg. Daar zal Judas komen met de bende. Daar gaat ook Jezus met zijn discipelen heen, wetende wat daar geschieden zal. Zoo. gaat Jezus volkomen gewillig zijn lijden tege moet Niet eerst nu, want op zijn laatste reis naar Jeruzalem leefde hij in do gewisheid, waarvan hij ook zijn discipelen dcelgenootcn zocht te maken maar zij hebben het niet begrepen dat hij moest lijden cn sterven en ten derden dage weder opstaan. Maar nu komt de ure zelf waarin 't alles vervuld zal worden wat van hém geschreven is. Nu zal htt ont zaglijk kapitaal van onze schuld door onzen Borg worden opgebracht. Van de aanvaarding dep schuld moet het nu komen tot het boeten ervan cn het dra gen van de straf. De strafl Dat is de toorn van God tegen onze zon den. De toorn van God, die heilig is, maar ook zoo ontzettend. De toom van r «d maar zooals die toorn werkt met de inzichzclf onheilige instrumenten zijner gramschap: met Judas en Kujafas en Pilntus en Hc- rodus, en wie niet al. Al de ongerechtigheden der mcnschcnkindcrcn zullen tegen hem ontketend worden, terwijl hij voor de zonden sterft En zij om wie het hem tc doen is verstaan er niets van. Zt zullen er zich alleen aan ergeren. En die hem het vurigst liefheeft zal hem het diepst grieven. Hier valt elke vergelijking weg met wat onder ons genoemd wordt: eenswillcndhcid met den Ileero. Want wat Jezus tegemoet ging in Gethsomanc was zoo vreeslijk dat het alle beschrijving te boven gaat cn\allc verbeelding tart Ons is nooit ten volle bekend wat wij tegemoet gaan. Ook niet als wij moeten lijden, als ons leven in gevaar komt,zelfs niet als wij weten dat wij gaan sterven. God alleen weet alles ervan. En zijn barmhartig heden zijn vele. I'ij kan het voor ons verzachten, ons liefelijk verrassen, uitredding geven. Maar voor J :zus stond de ontzaglijke volle werke lijkheid van wat zou gebeuren in al haar hijzonder- heden vast. Hij wist het dat geen troost zijn lijden •zou verzachten. Dat alleen het strenge recht Gods tegen hem zou gelden, zonder barmhartigheid, zon der verschooning. Dat alles gaat Jezus welbewust en gewillig tege moet, nu hij de l aaschzaal verlaat cn de zijnen uit leidt naar den hof aan do overzijde van den Kidron tegen de glooiing van den Olijfberg. Het is nu do ure van den Vader bepaald, cn daar om ook Jezus' ure. En daarmee vervalt nu voor Jezus het motief waarmee hij zoo dikwijls de handen zijner vijanden ontweken is. Zóó volkomen is hij den Vader gehoorzaam, dat hij niet wil sterven als zijn ure nog niet is gekomen. Tot zoolang weert hij den dood af, al belaagt deze hem ook uit tientallen van zondige mcnschcnharten, al beloert hij hem uit evenveel oogenparen. Want Jezus gaat zijn loven brengen als een offer. Volkomen vrijwillig, zonder dwang van buiten, zon der overijling van binnen. Geen overhaasting drijft hem. Al zijn doen is in de zuiverste harmonie met don wil van God. En als nu de ure is aangebroken dan draalt Jezus oo'.c niet. Dan blijft hij doen van oogenblik tot oogen- blik wat hem Je Vader tc doen heeft gegeven. En als liet aan hcLbegin van dut vreeslijk lijden toe is, dan gaat Jezus met zijn discipelen naar den hof van üethscmane, waar hij weet dat zijn ijandon met den verrader hem zullen zoeken. Maar ook dan is hij Jezus' volmaakte gewilligheid toch alle moedwil buitengesloten. Er zijn monschcn, ook wel christenen, die een mar telaarschap zoeken, die noodeloos de vijandschap van den tegenstander prikkelen en die zicli zonder nood zaak daaraan blootstellen. Helaas wordt zoo ook de goede zaak meer dan eens vertroebeld. Maar dat was het met Jezus' lijden niet. Zoomin liet een als het ander. Als het conflict tusschcn Jezus en do wereld losbreekt, dan breekt het uit op de hoofdzaak. Daar zorgt Jezus zelf voor. Elke poging om liet af to leiden op ondergeschikte punten wordt verijdeld. En daardoor heeft het conflict ook zijn natuurlijk verloop. Het breekt uit als het rijp is, niet eerder. Jezus ontwijkt do vijandschnp niet. Maar hij zoekt die vijandschap evenmin. Hij gaat uit naar den Olijf berg, gelijk hij gewoon was. En in dien gewonen weg komt hij tot het doel. Gelijk hij gewoon was. In het Evangelie van Johannes lezen we dat Judas die plaats ook wist, dewijl Jezus aldaar dikwijls was vergaderd geweest met zijn discipelen (Joh. IS: 2). Niet in deze laatste week alleen, maar bij vorige be zoeken nan Jeruzalem. Van die gewoonte wijkt Jezus ook nu niet af. En liet is Jezus' grootheid in zijn lijden, die ook in zulke bijzonderheden uitkomt. Jezus doet niets buitenge woons om tot zijn lijden te komen. Hij gaat zijn weg. En zoo geeft hij zich in den dood. Ilct is geheel naar het beeld door den profeet Jesaja getcckcnd in dat zoo ecnige 53c hoofdstuk zijner pro fetieën. Toen liet eraan toekwam, dat onze onge rechtigheid geëisc.lit zou worden, toen werd hij ver drukt in onze plaats, want de llecro hoeft ons aller ongerechtigheid op hem doen aanloopon. En toen werd hij als een lam ter slachting geleid, als een schaap dat stom is voor het aangezicht zijner scheerders alzoo deed hij zijnen mond niet open. Jezus gaat hiermede zijn gehoorzaamheid aan den Vader voleindigen. Ilij kan zeggen in dat laatste gebed, dat hij in dc tegenwoordigheid zijner discipe len gebeden heeft: Ik heb voleindigd het werk dat Gij mij gegeven hebt om tc doen. (Joh. 174). Zijn sterven is 'le voleindiging van zijn werk. Zie, liet Lam Gods dat dc zonde der wereld wegneemt. Zoo heeft Johannes dc Dooper in den beginne van hom gezegd (Job. 129). Dat was zijn werk op de narde. En als ge het Evangelieverhaal leest met dit woord als verklaring, dan ziet ge dat werk van stap tot stap vorderen. Ilct gaat met Jezus naar den dood. En alles moet daartoe medewerken. De Vader leidt het daarheen. En de Zoon wil het zoo. En al het doen der men- schon is aan dit doel ondergeschikt moet medewer ken om tot dit einde te komen. Zoo is alles buitengewoon in Jezus' loven op aarde. Omdat hij kwam in onze plaats. Zoo heeft nooit eenig mensch op aarde geleefd. En dit buitengewone is voor Jezus liet gewone. Dat is het waar ge hem ziet uitgaan met zijn jon geren naar die plaats, waar hij zijn bange ziclestrijd gaat doorworstelen, waar hij gobonden wordt, opdat bij ons zoude ontbinden. Zoo gaan ook wij in deze weken, gelijk wij gewoon zijn, het lijden cn sterven des Ilecrcn overdenken. Moge deze gewoonheid geen sleurwcrk zijn. Voor Jezus was het dat allerminst. Neen, zijn uitgaan go- lij k hij gewoon was is de groote daad van zijn zclfoffo- rande voor onze zonden. Laat zoo cok bij u liet over denken van zijn lijden, naar de eeuwenoude ge woonte van Christus' Kerk, toch zijn ccn werk des gcloofs. Dan zult gij met uw zonden komen tot dit offer der verzoening. Dan zal uw geloof worden verhelderd, verdiept, bevestigd. Dan zult g'j u gewennen aan Hom. Dan wordt dc weg der gehoorzaamheid ook uw weg. Achter Jezus aan. Dan komt er in uw geloofsleven cn in uw geloof»- wandel vastheid. Jezus die trouw is aan den Vader cn aan uw heil, maakt ook u getrouw. Als het moet: tot den dood. lieer Jezus, neem mijn handen En leid mij voort Langs steile afgrondsranJen Naar 't homclsch oord. 'k Kan zonder U niet lc\en, Niet gaan of staan; Als Gij mij zoudt begeven, Zou 'k ras vergaan.. Al wat U eertijds griefde. Verzoend door 't bloed; Verborgen in Uw liefde, Is 't mij thans goed. Ik zit nu aan Uw voeten Zoo kalm cn stil, Daar leer ik U ontmoeten, Verstaan Uw wil. Behoed mij voor verkoelen Door Satans macht; Doe mij Uw hand gevoelen In clonk'rcn nacht, lieer Jezus' neem mijn handen In Uwe hand, Om veilig aan to landen In 't Vaderland. -< -W.O--v - .j.->'4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1930 | | pagina 13