DE OPLEIDING DER MILICIENS
Radio Nieuws.
INGELEID
DONDERDAG 28 NOVEMBER 1929
DERDE BLAD PAG. 9
DE IMS. rtUCTEUnS LEEREN HUN
MANSCHAPPEN NIET KENNEN
OMDAT HET AANTAL
DETACHEERINGEN LEGIO IS
Het komt den laatsten tijd herhaaldelijk
/oor, dot er stukken verschijnen in dagbla-
len, krijgskundige werken enz., over de vor-
ning van kaderleden, zoowel van officieren
als onderofficieren. Zooals wij dan ook zien
wordt daar zeer veel aandacht aan geschon
ken. Er zijn opleidingen in alle richtingen,
cursus voor den rang van sergt.-majoor in
structeur, verdere vorming der onderofficie
ren, wetenschappelijke bijeenkomsten voor
officieren, samenkomsten res.-officieren enz.
Ik zou door kunnen gaan want zoo zijn er
zeer vele.
Dit alles nu is zeer te prijzen, want alles
komt ten goede aan do. weermacht.
Maar nu do soldaat. I-Iet valt. een ieder
op, die zijn oogen do kost geeft in verschil
lende kazerne's dat er o zoo woinig aandacht
geschonken wordt aan do opleiding van den
soldaat, om van hem te maken een goed
bruikbaar vechtsoldaat Wel is waar be
staat ér een boekwerkje „grondslag opleiding
infanterie" maar daar wordt in het geheel
niet aan gedacht.
Er is een tijd geweest dat men vocht om
de 51/3 maand diensttijd infanterie te ver
lengen met eenige weken, want zei de men
„het is veel te kort, we kunnen zoo geen
goede soldaten krijgen, enz"l Nu beweer ik
„stuur ze naar huis met een paar maanden,
want zoo dc. toestand nu is, kunnen ze in
3 maanden wel klaar gestoomd worden".
Hoe ik daaraan kom? Ik zal u eens ver
tellen hoe onze infanteristen te Amersfoort
worden afgericht. Nu zullen er uitzonderin
gen zijn maar naar wat ik heb gezien en ge
hoord is het overal hetzelfde. De onderof
ficieren
doen niets dan kankeren
het-Is een zoodje, het is een bende, enz,
anders hoor je niet van 's morgens tot 's
avonds.
Kan er dan geen verandering komen? Het
zal u blijken dat zelfs de officieren machte
loos daartegenover staan. Meermalen is
door mij aangedrongen op 'verbeteringen, en
'ook door meerderen met mij, maar zonder
resultaat.
Nu ter zake: Zooals ik reeds zeide, bestaat
er een grondslag opleiding, waarin precies
staat aangegeven wat dc man moet kennen
om na 5y> maand met groot verlof te kuu-
nen gaan'als geoefepd, weerbaar soldaat.
Als daarjiu precies de hand aan werd ge
houden dan waren wij klaar. Slechts en
kele instructeurs zullen u precies kunnen
zeggen wat in de „grondslag enz." staat aan
gegeven.
Hoe komt dat? Men mag toch verwachten
dat een instructeur, onderwijzer geheel met
z'n vak op de hoogte is? En nu zijn er tij
den geweest dat dit wel zoo was, toen een
ieder zich verantwoordelijk voelde voor z'n
leerling. Dat kan schijnbaar nu niet meer.
Er is geen enkele instructeur (kadcroplei-
ding misschien uitgezonderd) die een vaste
klas heeft. Zelf ben ik instructeur, maar als
men mij vraagt bij het einde van de 5V2
maand „hoe is die man dan moet ilc het
antwoord schuldig blijven.
Zoodra een jongen op school komt heeft
hij een vaste onderwijzer, die bij hem blijft
een geheel jaar en alleen in bijzondere om
standigheden, ziekte, verlof, ziet hij een ver
vanger. Men voelt het, dat kan ook niet
anders. Wat zou er van het onderwijs te
recht komen als de leerling telkens een an
dere onderwijzer heeft. Wat kwam er van
zijn vonning terecht? Immers niets. Het
telkens weer opnieuw bcstudeeren van den
leerling, het niet op de hoogte zijn van z'n
vorderingen, enz. het zijn allemaal dingen
die Voor zich zelf spieken.
En die fout zit nu bij ons. Wat is hoofd
zaak. Maak van een recruut een goed sol
daat. Leer hem kennen. En nu is daarvoor
noodig een dagelijksche omgang. Ik zou daar
over veel kunnen zeggen, maar een ieder
begrijpt waar ik heen wil.
Er zijn hij een compagnie ingedeeld 3 4 4
officieren en heel wat onderofficieren. Men
vindt or sergeanten, sergt. ninj. en adj. ond.
off. Nu hebben dc sergeanten juist een
rang die hen zeer veel wegroept van dc rc-
cruten-opleiding. Wacht, planton, zickcnge-
leideu enz. Zoo komt het voor dat een ser
geant slechts 14 2 dagen van een week bij
de recruten is en waarvoor hij verantwoor
delijk gesteld is. Dit laatste hoofdzakelijk wat
de inwendige dienst betreft, want bij de
oefeningen zien we weer wat anders.
Zelf heb ik het commando over twee ka
mers, recruten en zie mij, tot mijn spijt, tel
kens vervangen. Meermalen komt het voor
dat ik er een sergeant hij krijg, die door
andere baantjes, sporadisch bij den dienst
is. Hij komt dus
vreemd te staan
tegenover de recruten.
Nu zult zeggen dat is immers niet erg
dj is sergeant en weet wat hij wil", maur
dat is het toch niet.
i is dit m.i. het voornaamste nog niet,
Het zijn maar aangelegenheden betreffende
inwendige dienst, het behoorlijk opbergen
van kleeding en uitrustingstukken, opmaken
ran bedden, reinheid der kamers, enz. En
toch zou het daar ook goed zijn vaste in
structeurs te hebben, die bij elke dienst aan
wezig waren.
Ik noem u o.a. oen voorbeeld. Bij een in
spectie had ee.n sergeant een recruut een
standje gemaakt en dit aan mij medegedeeld
met de woorden „ik heb hem dit eens goed
gezegd, hij had de tranen in dc oogen"!
had ik de fout begaan hem niet mede te
deelen hoe de recruten waren, hun eigen
schappen enz. en dat deze man in het bij
zonder kalm aangepakt moest worden.
Het speet mij erg dat dit was voorgeval
len, alhoewel ik mij kon verontschuldigen
door te wijzen op het telkens aanwezige
nieuwe kader. Er gaat bijna geen dag voor
bij 'of de recruut ziet een ander kaderlid. Dat
dit een groote fout is, blij kt voldoende uit
het bovenstaande. Nu wil ik u op de prac-
tijk, de oefeningen wijzen.
Het is een typisch verschijnsel dat hij de
opkomst van dc recruten do commandant
van een schoolcompagnic steeds beschikt
over
zeer veel bader.
Je kunt het de commandanten
zij daarover glunderen. Maar pas is de op
leiding aan dc gang, of zij verminderen snel.
Het is dan een detacheering hier en dan
weer daar. Zij verdwijnen bij hoopjes. Neem
daar nog bij verlof, ziekte enz. dan blijft er
niet veel over en is het spol volmaakt. Men
ziet dan bij de oefeningen, zooveel kader,
zooveel klassen.
Zoo komt het voor dat een instructeur
een dubbele klas heeft en dat zelfs in dienst
vakken waar het aantal zeer gering moet
zijn. Men begint mot een prachtindeeling,
ziet.de orderboeken maar na, maar na ecni-
gen tijd is het meer dan treurig. Zeker, de
soldaat wordt wel afgericht! Gemakkelijk
genoeg. De compagnie verdeel je. maar, ieder
kaderlid krijgt een partij en doet daar dan
wat mee!
Wil ik u dat schetsen. Geen kader meer!
„sergt neem deze aèht er ook nog bij"! De
DE ONTPLOFFING TE ESSEN
compagnie 50 man, 5 kaderleden, verdeel de
compagnie maar in 5 afdeelingen. Wat is nu
het gevolg. Men krijgt, willekeurige recruten,
kent ze niet, niemand zegt wat, alleen hoor
je o.a. handgranaat werpen, hindernisbaan,
exccrceeren enz., maar wat je precies moet
doen hoor jc niet! Kan ook niet. De leider
weet het ook niet, is er ook niet altijd bij.
Wanneer ik dus met een klas wat moet.
gaan doen „doe ik maar wat"! zoo zie je de
een dit, de ander dat doen. Een lijn zit er
niet in. Een instructeur zou dus aan een
recruut moeten vragen, wat hebben jullie
gehad. Voor de goede gang van zaken doe
ik dat ook, terwijl ik hoor dat andero in
structeurs dat niet doen.
Ik ben bij een lichting geweest die meer
dan
treurig is afgericht
Daar deden de recruten hij het einde
van hun 5% maand nog hetzelfde als
begin van hun diensttijd. Het is de zuivere
waarheid dat enkele recruten mij vertelden
hij hun vertrek „wij hobben niet veel ge
leerd, altijd was het hetzelfde".
Nu ook nog is het zoo gesteld. Bij
theorie geweer en mitrailleur enz hooren ze
steeds hetzelfde, wat ook niet and
want er is telkens een nieuwe instructeur.
Nu zult u zeggen dat is toch alleen maar
wat dc sergeant instructeur betreft! Zeker!
De sergeant majoor instructeur en de adj.
0. o. instr. zijn er ook nog.
Maar ook deze categorie heeft te kampen
met dotachoeringcn enz. Ondergeteckcnde
zelf is sergt. maj. instr. maar moest 10 dagen
bij zijn recruten weg voor een detacheering
aan een stormschool. Over enkele weken is
het zelfs 2 maanden om dan de laatste 6
weken van de opleiding weer binnen
vallen.
Hoe wil ik nu mijn menschen beoordeo-
len. De overige s. m. i. en adj. o. o.
sergt. deelen in hetzelfde lot.- Ik zeg
maats verantwoordelijk kan ik niet gesteld
worden. Een vaste klas heb ik nimmer, en
met mij honderden, nooit gehad. En dit nu
is oen groote fout, een fout die nooit goed
te praten is. Waarom toch niet bij de re
cruten vast kader in te deelen. Het kon
vroeger toch wel. Toen was het vaste kader
ingedeeld en ook de sergeanten waren vrij
gesteld van alle mogelijke andere diensten.
Ik spreek dan natuurlijk van de sectie com
mandanten, dio toen sergeant waren. Stol
u eens voor dat een onderwijzer telkens
nieuwe leerlingen had en toch moest zorgen
dat na een bepaalden tijd aan de eischen
was voldaan.
Een zucht om eons uit te blinken met je
1 !°.s, bestaat bij ons dan ink niet meer. Het
kan trouwens ook niet Wat zou ik u kun
nen vertellen over klassen van vroeger toen
dit nog ging. Wat was er een ijver onder
ling. En toch het moot weer daarheen.
Het moet! E11 het kan. Deel genoeg kader
in en laat het daar de 5y2 maand. Geef de
officieren de leiding in bepaalde vakken en
geef het verdere kader een klas. Zijn er be-
aren om de sergeanten, die ingedeeld zijn
als groepscommandant, vrij te stellen van
acht en planton? M.i. geen. Waar een wil
is een weg. De verdere vonning van on
derofficieren is heel mooi, maar kan plaats
hebben bij het niet noodig zijn van dat ka
der. Op 8 December eindigt een cursus ver
dere vonning en worden deze weer
losgelaten op de recruten.
Maar op dit tijdstip vangt er ook weer.een
aan en worden dus bij de recruten wegge
haald. Dus ruilen. Laat toch bij do recruten
wat er bij; hoort.
Wilt u nog een sterk staaltje? Er moesten
bij een compagnie 4 kaderleden naar de
stormschool voor 10 dagen. De commandant
d. compie vroeg of deze aangewezen moch-
a worden uit de klasse „verdere vorming
onderofficieren" dan behield hij zijn kader
bij de recruten. Niet toegestaan .Zoodat dc
compagnie weer 4 instructeurs moest mis-
n. Gevolg: klassen van dubbele sterkte.
E11 ten slotte dit. Wij hebben een weer
macht en nu deze er is, moet hij goed zijn.
Dat is ons recht. De ö1/^ maand diensttijd
heeft de recruut recht op een goede oplei
ding. Hij moet soldaat zijn. Dat kan maar
geef ons dan een vaste klas en stel ons
daarvoor verantwoordelijk. Zoo kan en mag
het niet langer. De onderofficieren zullen
daar dankbaar voor zijn.
G. WOLTERS
Sergt. maj. instr. 16 R. I.
Amersfoort
RIJKSBEGROOTING 1930.
HOOFDSTUK FINANCIEN.
MEMORIE VAN ANTWOORD.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
Een ziekelijk meisje komt
in 3 weken 3% pond aan.
jaar kwam In S
too luidt het opmei
sinds haar geboorte
ewecet; altijd beneden
kou-
atgei
takte t
hielp haar, totdat men Mac Coy's Lei
Itxract Tabletten probeerde. Deze sms
iet suiker bedekte tabletjes deden
Reeda de eerste week kwam zU™
m. De tweede week 3 ons.
1 pond 1% ons en nog steeds g;
goede richting voort. Nu is zij 1
ik opzicht dank zü Mnc
het in
einig we
i Extract Tablettei
U alle apothekers
o', Eischt Mac Coy
en eenige echte. We
t 124, Amsterdam C.
Blijkens de memorie van antwoord is de
minister ten aanzien van de dividend- en tan
tlèmebelasting bij nadere overweging tot de
conclusie gekomen dat er termen zijn en het
ook in den geest der wet is, de veilingsveree-
nigingen voor de toekomst tegemoet te ko
men.
De bedragen die bij de veilingen worden
geheven of ingehouden van hen die de goe
deren door tusschenkomst der vereeniging
doen veilen en die later na aftrek van kosten
aan de bedoelde leden worden terugbetaald
mogen als winstuitkeeringen te construeeren
zijn, de omstandigheid, dat zij feitelijk een
restitutie vormen van aanvankelijk te veel
betaalde gelden, pleit er voor dat zij dit prac-
tisch niet zijn en derhalve niej door dividend
belasting hehooren te worden getroffen.
Bovendien kan het belasten van deze be
dragen tengevolge hebben, dat do geheven of
ingehouden percenten door do vereenigingen
lager worden gesteld dan met een goed com
mercieel beleid vereenighaar is, wat er
zijds de belasting toch doet verloren gaan en
anderzijds niet in het algemeen belang is te
achten.
De minister is dan ook voornemens voor
schriften to geven volgens welke voortaan de
veilingsvereenigingen terzake van de hier
boven bedoelde restitution niet in de divi
dend- cn tantièmebelasting zullen worden
aangeslagen.
Gedistilleerd-accijns.
Uit verschilende gegevens, die den minis
ter hebben bereikt, blijkt, dat dc invoer-frau-
do van gedistilleerd na de accijnsverlaging
belangrijk is afgenomen.. Ook de clandesti
ne fabricage vermindert, naar valt af te lei
don uit daaromtrent verstrekte gegevens.
Het drankmisbruik is na de verlaging van
den accijns niet toegenomen.
De gevolgen van de verlaging, voor zoover
die thans kunnen worden overzien, zijn^ge-
weest, dat het gebruik van veraccijnsd ge
distilleerd (wel te onderscheiden van het
wezenlijke gebruik) is toegenomen met circa
33 pet. en dat de smokkelarij een zeer be
langrijke vermindering heeft ondergaan, die
zich echter niet in cijfers laat uitdrukken.
Door de verhooging van den gedistilleerd
accijns had indertijd oen verplaatsing van
het gebruik plaats: dat van gedistilleerd
nam af, dat van bier en van zuidelijke wij-
nam toe. Deze beweging is na de verla
ging van gedistilleerd accijns vrijwel tot
staan gekomen, doch een verplaatsing
het gebruik in omgekeerde richting is uitge
bleven. Dit is mede een oorzaak van de ster
ke daling van de opbrengst; een daling ver
beneden wat de accijns vroeger opbracht,
toen hij nog tot f 150 werd geheven. De
hoofdoorzaak schijnt echter te moeten wor
den gezocht in veranderde drinkgewoonten
van ons volk.
De Tabaksbelasting.
De moeilijkheden die zich nog voordoen
bij do uitvoering van de tabaksbelasting, ne
men geleidelijk af naarmate het publiek en
de ambtenaren met de uitvoeripg vertrouwd
raken.
Een wijziging der Tabakswet is in over
weging, waardoor binnen-het yigeerende stel
sel enkele knellende bepalingen dier wet
zouden kunnen worden verzacht
De Tarlefwet.
Dat de groentenconservenindustrie in ons
land langzaam maar zeker achteruit gaat,
wordt door de laatst bekende cijfers van de
Ned. in- en uitvoerstatistiek niet bevestigd.
Doch al ware het anders, dan zou het weder
omzetten van de tegenwoordige heffing ad
20 pet. van de waarde in het vroeger gehe
ven specifieke recht van f 25 per 100 K.G.
dagteckenende uit den tijd, toen groenten
in blik nog een kostbaar luxe artikel vorm-
•ellc recht thans in doorsnede meer
dan 50 pet van de waarde zou bedragen een
daad zijn welke kwalijk vereenighaar ware
met dc Nederlandsche tarief- cn handels
politiek.
Wegenbelasting.
De vraag, of er reden bestaat, de bewoners
der eilanden geheel of gedeeltelijk van de
heffing der wegenbelasting vrij te stellen,
reeds bij de gedachtenwisseling over het
ontwerp wegenbelastingwet onder do oogen
gezien. Ook thans is de minister nog van
oordeel, dat die vraag ontkennend moet
•orden beantwoord.
Ernstige klachten over de wijze waarop
het toezicht op de naleving der wogenbelas-
tingwet wordt uitgeoefend hebben den mi
nister niet bereikt
Centralisatie van belastingkantoren.
Door de centralisatie van belastingkanto-
n te Amsterdam wordt, naar de meening
van de regeering een jaarlijkscho bezuini
ging verkregen van ongeveer f 90.000.
Sinds het verschijnen van de memorie van
antwoord inzake dit hoofdstuk der begroo
ting van 1929 is komen vast te staan dat
de concentratie van de kantoren te Amster-
VREESELIJKE SPOORWEGRAMP
Bij de spoorwegramp in den Amerikaanschen slaat Tennessee kwamen 2 menschen om.
het leven en werden 60 personen zwaar of licht gewond. Bovenstaande foto iverd kort
na de ramp genomen.
dam en de gedeeltelijke concentratie te
's-Gravenhagc uitnemend geslaagd
Toen dan ook' het 4e ontvangkantoor der
directe belastingen te Rotterdam, omvatten
de het stadsgedeelte bezuiden de Maas, op
1 Mei j.l. vacant kwam, is onderzocht of op
heffing van dit kantoor mogelijk was.
Dit bleek het geval, zoodat tot opheffing
met ingang van 1 Januari 1930 werd besla
ten. Het ligt in het voornemen op verschil
lende plaatsen in bedoeld stadsgedeelte zit
dagen in te stellen, tenzij binnenkort op nog
betere wijze in de behoefte wordt voorzien.
De Pensioenwet 1922.
Een generale herziening van de Pensioen
wet 1922 kan de minister niet in uitzicht
stellen.
Nieuwe bankbiljetten van I 25.
De Ned. Bank is met haar studie over een
wijziging van het uiterlijk der bankbiljetten
f 25 thans zoover gevorderd, dat zij de
uitgifte van een eenigszins gewijzigd model
uitzicht kan stellen waarbij het verschil
met het biljet van f 10 door een roodc kleur
sprekender zal zijn.
Hoogere Ambtenaren.
Naar 's ministers oordeel bestaat er geen
aanleiding om thans een nieuw onderzoek
te openen ten aanzien van de bezoldiging
der hoogere ambtenaren.
VISCHHANDELAREN.
BESPREKING VAN HET WERKTIJDEN
BESLUIT VOOR WINKELPERSONEEL.
Onder leiding van.den heer Th- J-. von El-
linkhuizen, van 's-Gravenhage, vergaderde te
Utrecht in Terminus do Ned. Vereeniging
an Vischhandelaren ter bespreking van het
werktijdenbesluit voor winkelpersoneel en
het transporlbesluit.
De voorzitter gaf in zijn inleidend woord
■n overzicht der bedrjjfsmoeilijkhedcn en
deed verschillende mededeelingen over aan
de regeering verzocht wijzigingen in het
'erktijdenbcsluit, speciaal voor het visch-
winkelbedrijf. Vermoedelijk zullen deze als
nog worden geregeld-
De heer J. N. J. de. Boov, adjunct-secretaris
Haagschen Middenstandsbesturenbond, zette
daarna het verband tusschen winkelslui
tingswet en arbeidswet uiteen en wees op
de als het ware automatische inschakelirg
van elk der bestuursmaatregelen, ook in het
winkeliersbcdrijf. De directe en indirecte in
vloed van het mede, per 1 Januari 1930, ko
mende transporlbesluit, raakt in bijzondere
mate het vischhandelaarsbedrijf.
Na deze rede werd besloten aan de regee-
ring te verzoeken: uitstel der invoering van
beide bestuursmaatregelen, totdat de defini
tieve winkelsluitingswet door het parlement
zal zijn aangenomen.
De vergadering achtte dit uitstel noodig.
daar heel het land door, zoowel de arbeids-
indeeling, als dc kwestie van den vrijen hal
ven dag, cn den Zondag, tot allerlei ongelijk
drukkende toestanden leiden zal. De Mid
denstand heeft o.a. op het congres in Den
Haag 1927 hczclfde standpunt ingenomen.
Ook achtte men het noodig, gelet op de in
zichten van den opgei reden minister van ar
beid. over art. 135 G.W.
Voor Amsterdam namen o.a. de heeren Eij-
genraam, Gijs, Rïemstra en Saur de toekom
stige regeling der plaatselijke organisatie op
zich. Voor Leiden de heer Roos. De heeren
Janse, Utrecht en Gijs„\msterdam, werden
in het HJB. gekozen. Voor onderscheiden
plaatsen verklaarden zich aanwezige leden
bereid om de actie plaatselijk te regelen.
'D. Bfterkoc
red ik ar
leider
Tod-sein. 10.30
Kho. 11.30—12 Godsdienstig halfuurtje. 12 Tijd
sein van de KKO-Klolt. 12.15—1.15 Lunchmuzlek
door het KRÜ-Trio. bë= taande uit I'.et Lus-
tenhouwer. plano; Heinr. Scholl. viool en Bram
Oberstein, cello. 1.15—2.30 Gramofoomnuziek.
2.30—3 Schooluitzending voor de RK. Scholen
voor Lager Onderwijs. Spreker; de heer W. C.
van Erp, leeraar aan het Bonifacius Lyceum te
Utrecht Onderwerp: Een reis door Italië. NCRV.
4 Tijdsein. '4—5 Gramofoonplatenconcert. 5
Tüdseln. 5—6-30 Concert. Mej. Lies Thoen. So
praan; MeJ. Jo Thoen viool; de heer M. Coe.
fluit; de heer D F Oildemeester. piano en orgel.
KRO. 7—7.30 Cursus in Schriftverbetering door
Mevrouw M Reiber—Nan. Leerares M.O. uit
VPRO. Weekuitzendlng. 7.35 Sprekers:
(Bilt-
Haarlci
Jac.
ale mede
Els
3fking van Curel
(Rotterdai
Muzi
(Haurlem). 8.15 Cone
■rtSPCyclus:
otizo bcscha-
ordracht. 0
s ldcall-me.
HILVERSUM f1071 M.. (van 12—6
10—10.15 Morgenwijding. 12.15—2 C.
het AVRO-Ensemble. 2.052.45 Uitz<
Scholen. Johan Koning spreekt over
■nderwljsfonds
oder: 1^ smering (II). 8.01—0 30 Concert door
t Omroeporkest Os-Ke-Non-Ton (The Mohawk
Singer). 9.30—10 Declamatie door Kommer KloUn
treberichten. -10.10—11 Concert door het Om-
NED. CHR. RADIOVEREErilGING.
Een provinciale organisatie.
Sistermiddag were
Concerthuis
orzitter der Ned. Chr. Radloven
Dcure te Bennekom, sprak e
irin hij de kwesties van den
n wees op de noodzakelijkh.
ling van een prov. nfdeellng
reeniging. die bedoelt de Pri
iepen onder haar vanen te
ze rede werd tot oprichting
te Stadskanaal' Ds. G. Kerssies te Wil
link en de heer T. Krol. burgemeester vnn
Jizermeeden. Tot leden van den vereeni-
srnad werden daarna verkozen dc heeren
Jen cn Weenink voornoemd. Ds. J Vis-
te Spijk. Ds. N. D. Gljsman te Nieuwe
rekela L. Stellingwerf te Veendnm, r. Bloema
oppersum. J. J. Drent te Groningen. J.
Meijer te Warffum en D. J. Leve rm tin te Gro-
INGEZONDEN MEDEDEELING.
DEN HAAG ROTTERDAM
Alléén HOFWEG 6, Hoogstraat hoek Spul
FEUILLETON
BONNA WIEGERS—GROENEVELT.
(4
„Alsof ze 't daar niét wordt plaagde
Moeder
Wat 'n donkere lucht vanmorgen niet?
Bart keek naar buiten, waar de regen al
in fijne druppols op 't grasperk viel. In de
rood-bruine kroon van den forschen beuk
f;ingen vogeltjes schuil en kwetterden wijs-
es Grauwe wolken schoven voorbij. Hij
tuurde er naar, en vaag nog tot zioh hoo-
rend komen de stemmen van-om-hein-hecn,
dacht hij aan Mies Dat had hij den
laatsten tijd zooveel gedaan. Bij z'n studie
was zij het dikwijls, die z'n blik óver z'n
boeken heen liet dwalen naar een kiek
aan den wand, waarop 'n groep jolige jon
gens en meisjes lagen of zaten in 'n stuk
rijk-bloeiend heideveld
't Was in 'n zomervacantie genomen
twee jaar g. straks, llij was de part
ner van Mm eest, zooals op meerdere
tochtjes, v. spontane natuur de op
en-neer g o beur voor indrukken
vattk' e !üen hom sterk bekoord
Mil i r nu in een tijd niet ge-
ndgespied in de Kerlc, maar
ontmoeten dèèrvoor alleen was z'n ver
trek uit Duitschland naar hier vervroegd.
Zijn vacantie duurde lang, maar hij wist,
dat de hare kort was
„Zou Mies de Waard nog solliciteeren?"
mengde' hij zich weer in 't gesprek.
,,'k Denk het niet meende Moeder
ze heelt me indertijd es verteld, dat ze 't
liefst op een dorp woont zc houdt van
natuur".
„Is ze deze vacantie al hier geweest?"
,,^;eo zei Marie 't laatst in de
Paaschweek, toen jij vergadering had. 'k
Weet niet waar 't aan ligt, maar 't is, of
ze mij on wij kt. 'k Moet toch es met ze pra-
ten. Ze heeft toen nog „de Veroveraar",
ien „Alies huwelijk" uit jouw boekenkast
gevraagdvoor 'n vriendinnetje, die
hoofdakte-examen moet doen".
„En jij licht zc gegevenjouw broer
vindt alles goed".
I „Natuurlijk".
I „Dan ga ik na 't eten er even naar vra
gen. Koos won ze ook nog voor dat doel...
't Is nu kwart voor één"
„Doe je de groeten?" vroeg Moeder.
„Als ik 't niet vergeet ja daag".
Mevrouw Verhaar zag hem met trotsch de
straat overgaan.
■„'n Lenig figuur toch hè?" zei ze tot Ma
rie, die ook even aan de deur kwam kijken.
,,'n Juweel Moeder, een schat van een
vent", dolde die en na een ronddraai op
hour rechterhak liep zo weer even vlug
weg als zo was gekomen
Juffrouw de Waard deed Bart open.
„Wel, wel, Bart ook es weer Jo komt
zeker om Piet?"
„Om Piet en Mies allebei".
„Dan kom je tenminste niet vergeefs
Mies is thuis niet m'n man, cn Piet is
wandelen Ga binnen".
De Waard zat achter z'n dagblad ver
soholen, Mies las een boek. Bart groette
vriendelijk en terwijl hij Mies do hand
drukte, kwam er iets zonnigs in z'n oogen
lichten, dat haar deed blozen.
Hij informeerde naar de Waard z'n werk,
naar Mies d'r school en vroeg toen naai
de boeken, om 't doel van z'n komst te ver-
tellen.
j „O ja," schrok Mies, en na een verlegen
niet hier, ze zijn in Walten in
haar niet ontdekt.
hij h"
Bart keek op z'n horloge, bleef spelen
met 't fijne gouden kettinkje.
"„Eén uur eten Moeder?Kan 'k mooi I kuchje
een kopje thee daar drinken'k Moet j ,,'k Heb
Piet ook nog bedanken voor 't overtypen jm:n kosthuis'
i van enkele verzen „Jammer Koos won zc tegen 't examen,
„Eigenaardige jongen, die Piet vond maar hij kan ze misschien van de Wit wel
Verhaar. .krijgen. Breng je ze dan in de groote va-
„Een beste kerel VaderHij moest zich j cautie terug?"
alleen wat meer kannen B«von". „Jawel", deeil cenieszins kort. Zo hart
Na t eten maakto Bart zich klaar, ornj't „|et zoo bortoeld, manr ze voelde zich
heen te gaan. wat beklemd hij z'n ornstjgen oogopslag, cn
t oor lokt nu wol tot wandelen zot plotseling opstaand, zei zo naar buiten kij-
Vailer, die even met zn vrouw naar de ro- kend-
oogden was wezen kijken. *'t Is lekker frisch". j >)Wat zou 'k graag even willen wandelen".
Toen enthousiast:
„O, kijk de zon er eens weer doorkomen
en zie die regendruppels daar nou es
schitteren op de blaadjes in dien tuin
Juist als domino De Jong vanmorgen zei
van de dauw, vin je niet?"
„Ja, aardig". Hij ging naast haar staan.
„Je mist hier de natuur van ginds zeker
erg?"
„Nou!'k Zou toch in de stM niet
meer willen wonen".
„Jo solliciteert dus niet?"
„Nee hoor, ik denk d'r niet an".
„Je zuster zal 't. hier ook wel worden",
zei de Waard, knipoogend met een lachje,
om aan z'n zeggen de scherpte te ont
houden.
„Hoe dacht U dat zoo?"
„Als jc toch dc dochter van den voor
zitter bent
„Ze solliciteert niet meer, m'n ouders
hebben 't niet graagMaar wat anders.
Daar staan we nu allebei. Je wou wande
len Mies?Zal 'k meegaan?"
„Jatoe!" zei ze verrast
„Moeder, kan 'k wel zonder mantel?"
Bart lachte.
,,'k Moet eerst nog vragen, of 't wel mag".
Toen met oen 'n grappige buiging:
„Staat U me toe de dartele Mies tot een
wandeling mee te nemen?"
„Natuurlijk", zei Juffrouw de Waard.
„Breng je zo ook weer thuis?"
„Vóór kerktijd...... daar kunt U op aan".
Toen ze samen de lange straat doorgin
gen, en als vanzelf de zandvlakte oversta
ken tot aan 't kanaal, begon Bart al gauw
over de boeken.
„Heb je ze ook gelezen?" vroeg hij.
„JaDeze kant blijven", wees ze hem.
,,'k Loop hier liever, dan daar over de met iets van triumf in de oogen keek ze
brugHier is meer gras en 'n enkele j nu naar hem op.
veldbloem". „Dat vind ik wel 44rdig, maar 't is niet
Hij keek naar heur aardig gezichtje. noodig. Zooals Wim is trouw, met in-
„Zoo je wiltHoe vin je Alie?" nerlijke zorg dat is noodig. 'k Heb 't
„Een eenige meid, zoo echt in alles. Toch'altijd akelige jongens gevonden, die niets
was ik even nijdig op,ze.omdat ze Wim liet kunnen dan schelden en complimentjes
loopen". makenEn dan Fré met z'n genieone-
„Had die Wim dan zoo je sympathie?" doenNee hoor èrnst trèkt me wel".
„Ja!Zoo mooi was ie, zoó trouw„Maar op z'n tijd met 'n dolle bui
en stérk ookZoo hij z'n verdriet draagt, w'thrvwi m
trots alles, niets verlangt dan Alie's
Maar dat zien wij nu achteraf.
Alie zag hot natuurlijk vóór haar huwe
lijk niet".
„Maar ze had Frè lief, en blèèf hem lief
hebben ook".
„Daarom mócht zo ook niet A)ij Wim blij
venMaar 'k begrijp me haar toch niet".
„Dus Wim is jouw ideaal", zei hij lachend,
toch met een kleine spanning om wat zij
zeggen zou
„Dat weet ik niet hoor", weerde ze af.
„Jo vindt hom toch een ideëelc vent en
ró een mispunt".
„Dat heb ik niet gezegdKijk ze
aarzelde even ik vond nu, dat Wim wel
at warmer kon zijn, wat meer enthou
siast moest wezenZoo attent als Fré
asdatja"
Ze wachtte, omdat zc voelde, hoe zc blo
zen ging.
„Toe maar, moedigde hij aan, spreek je
lit".
„Nu- ja, dat vindt een meisje toch eigen
lijk wel aardig", zei ze verlegen.
••Dan ben |e al precies als Alio, on had
je I're ook genomen deed hij overmoedig ze daar erg op gesteld is. 't Is hier ook
ondeugend opeens. jzoo slir
„Vast niet, dat weet ik heèl zeker", en (Wordt vervolgd.)
wittebrood met 'n enkele krentje -
Hoe kan t nu ook: Mies altijd op de
zelfde stemmingshoogte
Levendig toen:
„Weet je nog van 't vorig jaar dat slootje
springen? Jij was er 't eerst van dc meis
jes over, en ik
„Gleed er heerlijk in. Wat zag j'er uit,
toen je weer op je beenen stond. Fijn toch,
zulke tochtjes".
..'n Aardige combinatie", vond hij en
ze lachten alle twee.
F.r volgde een stilteAan d'overkant
floot een jongen die Lorelei.
't Zonlicht bracht nog een goudgloed op
't water niettegenstaande de vele wolken.
„Kijk es wees ze hem rechts-vooruit
zie je dat prieeltje daar hij dat huis?" Daar
ligt een meisje in met t. b. c."
„Och", zei hij meelijdend.
„Ze hoort aan onzo Kerk, je Vader zal
't wel weten. Ze klaagt nooit, is altijd opge
wekt, terwijl ze toch weet dat zc sterven
moot".
„Sterk door 't geloof?"
Ze knikte bevestigend.
„Straks even groeten. Moeder vertelde r