JHettwr Géuriutl
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken
EERSTE BLAD.
TWEEDE KAfVIER
t>er kwartaal ƒ3.25
(Beschikklngskosten 0.15)
per week 0.25.
Voor het Buitenland bij Weke-
lijksche zending6.
Bij dagelijksche zending „7.—
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 cent
met Zondagsblad 7 k cent
Zondagshlad niet afzonderlijk verkrijgbaar
No 2880
Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Aangesloten op het streeknet Lisse. Postbox 20 Postgiro 5893S.
DONDERDAG 24 OCTOBER 1929
ADVEBTENTJEN.
Van 1 tot 5 regels 1.17%
Elke regel meer 0.22%
Ingez. Mededetlinger.
van 1—5 regels „2.30
Elke regel meer ..0.45
Bij contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan bet bureau
wordt berekend ƒ0.10
10e Jaargang
DE STRIJD IN DE LUCHT.
Soms krijgen wij den indruk, dat in onzen
kring nog niet ten volle verstaan wordt, hoe
wij de strijd hebben te voeren tegen de zonde
op elk terrein. Ook dus tegen d i e geeste
lijke boosheden in de lucht, welke de Apostel
nog niet kende: de God-onteerendc, of althans
God-niet-eerende radiogolven. -
We kunnen ons met een boekske ir
hoekske verschuilen en dan meencn daar
door veilig te zijn; maar dan verzaken we
onze roeping om alles op te eischen voor den
Schepper, door Wiens inspiratie de kunste
naar onbegrijpelijke uitvindingen deed.
Het is daarom onze dure roeping ook op
het nieuw-ontgonnen terrein der ethertrillin
gen mee te strijden den goeden strijd des
geloofs.
En dit te meer, omdat deze grootsehe
ding niet alleen leidt tot miskenning
Gods Naam en Woord, doch ook bizonder
geëigend is om Evangelisaticmiddel te zijn.
Het groote vraagstuk hoe de bediening des
Woords in 't midden der gemeente meege
leefd kan worden door zieken in hun huis en
bewoners van de eenzaamheid, is door de
radio met één slag opgelost.
Daarom heeft de Ghr. Radio-Vereeniging,
welke in deze aangelegenheid aanstonds en
krachtig de banier der Christelijke beginse
len ophief, zoo ten volle recht op aller Chris
tenen steun en medewerking.
Indien het noodig mocht zijn (doch ver
kregen zegen werpt ook hier vrucht af!) dan
zullen we voor ons recht in de luoht even
energiek moeter strijden als voor de vrij
heid der Christelijke School. En dat niet het
minst, opdat het Woord zijn vrijen loop kan
hebben door dén ether.
Het mag daarom niet voorkomen, dat men
wel een radio-toestel kan koopen of zich bij
een radio-centrale gaat abonneeren, doch
dat men zijn geld te lief heeft, om bij te
dragen in de kosten, welke de Ned. Chr.
Radiovereeniging voor de protestantsche
Christenen in Nederland maakt.
Wie Huizen inschakelt en dat behoort
ieder gezin van Christelijke levensopvatting
te doen dient de N.C.R.V. ook eenigcr-
mate te vergoeden, wat zij verkrijgbaar stelt.
Ja, wij gaan nog vebder.
Gelijk wij offeren voor de Zending, zoo
vraagt de N.C.R.V. ook een offer van u, zelfs
al bezit ge zelf geen radio om in staat te
zyn het Evangelie te brengen aan hen voor
wie kerkbezoek onmogelijk is.
Onze wederpartijders en vooral de i
nen der zoogenaamde neutraliteit, eischen
indien het lukte alles voor zich op; dit
spore ieder man en vrouw van Christelijken
huize aan om do N.C.R.V. te steunen, gelijk
dat behoort.
PROF. MR. ANftiE ANEMA
BIJ ZIJN ZILVEREN
HOOGLEERAARSJUBILEUM
DE MAN VAN DE GROOTE LIJNEN
Zijn christelijk-optimistische
levenshouding
Prof. Mr. A. Anema, hoogleeraar aan de
Vrije Universiteit hoopt a<s. Maandag zijn
zilveren ambtsfeest te vieren. Ken Coninus
sie heeft zich gevormd, om hem op dien
dag, des middags tusschcn 3 en 5 uur in
Brack's' poelenhotel te Amsterdam, te hul
digen.
Up 18 Augustus 190-4 werd Mr. Anema, te
gelijk met Mr. P. A. Diepenhorst en Dr. It.
H. Woltjer, benoemd tot hoogleeraar aan de
Calvinistische Hoogeschool, die met deze
benoeming een zeer belangrijke uitbreiding
verkreeg.
Prof. Woltjer aanvaardde 23 September
.an dat jaar het professoraat in de Grieksche
Taal en Letterkunde en verwante vakken,
zijn jubileum is reeds gevierd. Prof. Anema.
die benoemd werd voor het onderwijs in het
Burgerlijk Recht, het Handelsrecht en de
Burgerlijke Rechtsvordering, hield op 28 Oc
tober 1904 zijn inaugureele oratie. En Prof.
Diepenhorst, aangewezen voor het hoog-
leeraarschap in de Economie en de Statis
tiek ven wat daarmede verband houdt, deed
18 November van dat jaar zijn intrede.
WIE LIEGT?
Bij de behandeling der Ambtenarenwet
heeft Mr. Marchant dezer dagen aan
communisten voorgehouden, dat de rechts
positie der ambtenaren in ons land altijd
nog beter is dan in Rusland: voor doodschie
ten als strafmaatregel loopen ze hier geen
gevaar, doch daar wel.
G ij liegt ,gij liegt; heeft daarop de af
gevaardigde van Moskou geroepen, ge
roepen, geschreeuwd, gebulkt.
Nu, misschien zijn de ambtenaren in
Rusland zoo gewiekst, dat ze immer strop
en kogel ontloopen; maar anderen zijn niet
zoo gelukkig.
Nog gisteren konden we lezen van eenige
generaals die verdacht werden de grondsla
gen van den Sovjetstaat te ondermijnen: de
helft krijgt de kogel, de andere helft wordt
verbannen.
Gelijk lot is, blijkens het officieele Sovjet-
telcgraaf-agentschnp beschoren aan een aan
tal particuliere vischhandclaars. Een proces
van zes weken heeft het bewijs geleverd, dat
dc beklaagden zich hadden toegelegd op een
onrechtmatige ondersteuning der particu
liere vischindustrie, waardoor dé staat voor
12 millioen is benadeeld.
Het O.M. eischte tegen 21 beklaagden de
dopdstraf, tegen de overige 108 beklaagden
gevangenisstraffen en confiscatie van hun
bezittingen.
Wie liegt er nu; Mr. Marchant en met
hem bijna geheel Nederland of de commu
nist?
Als Nederland dezelfde methode als de
Sovjet toepaste, dan zag bet er treurig uit
voor de revolutie-predikers in ons land!
OFFICIEELE BERICHTEN
rechterlijke macht.
Door de Arrondissemen's-Rechtbank te
Amsterdam is, ter vervulling der vacature
van kantonrechter te Amsterdam, de navol
gende alphahetische lijst van aanbeveling
opgemaakt: Mr. H. Ferguson, griffier bij het
kantongerecht 'e Apeldoorn; Mr. H. W. Mas
sink, substituut-officier van Justitie bij de
Arrondissements-rechtbank te Amsterdam-
Mr. J. Oppenoorth, advocaat-procureur en
kantonrechter-plaatsvervanger te Amster
dam.
Anne Anema werd 10 Februari 1872 geLo
•en. Hij bezocht het Gymnasium te Leeuwar
den, studeerde korten tijd in de Klassieke
Letteren aan de Gemeentelijke Universiteit
te Amsterdam en de Vrije Universiteit te
Amsterdam en daarna in de Rechtsweten
schap aan de Rijksuniversiteit te Leiden,
waar hij in 1904 promoveerde.
Na eerst als advocaat en procureur ge
praktiseerd te hebben, gewerd hem de hoog-
leeraarsbenoeming te Amsterdam.
Prof. Anema heeft zijn ambt aanvaard met
een inaugureele rede over: „De positie van
het privaatrecht i nonzen tijd."
Anema als schrijver.
Van hem zagen onderscheiden publicaties
het licht. Zoo bewerkte hij Deel V van As
ser's „Handleiding tot de beoefening van het
Nederlandsch Burgerlijk Recht" en gaf een
studiewerk over „De Grondslagen der So
ciologie". Voorts schreef hij o.m.: „De gron
den voor echtscheiding", „De bronhen van
het privaatrecht", oreerde, refereerde en
schreef: „De Vrije Universiteit en de Efrec
tus Civilis", „Tweeërlei Democratie", „Pai
tijgroepeering", „Staatkundige rondLlik",
„Relativistische Rechtsleer". In don laatstcn
tijd gaf hij een zeer actueel geschrift „Onze
tijd en onze roeping", waarin nij handelt
over den nieuwen tijdgeest, onze houding
tegenover andersdenkenden, inwendige ver
houdingen, de Vrije Universiteit en de kunst
Deze publicatie ondervond een groote be
langstelling. In de serie „Christendom en
Opvoeding' van l)r. Bavinck e.a. si:'ir«ef hij
ovei „Dc. Overheid en de (V-- ,ed;nj".
Zijn wetenschappelijke bekwaamheden
vonden er kenning o.m. in zijn benoeming als
lid van verschillende Staatscommissiën. Ook
y:jri lotend zijn v kzaa iu, \l\.r v-i u <;-:n
Volkenbond te Genève. Zijn beschouwingen
over het Volkenrecht zijn voor velen gezag
hebbend.
Vele jaren is Prof. Anema lid van het
Centras 1-Comi té van Antirevolutionaire
Kiesvereenigingcn geweest Van 1910 lot vóór
paar jaar maakte de hoogleeraar deel
van de hoofdredactie van „De Rotter
dammer".
In de Gereformeerde Studentenbeweging
heeft Prof. Anema steeds zijn daadwerkelij
ke belangstelling getoond en als hij op het
Geref. Studentencongres verschijnt is hij
daar een gezaghebbend spreker en gast.
Prof. Anema is ridder in de Orde van den
Ned. Leeuw en commandeur in de Orde van
Oranje-Nassau.
Anema als Senator.
worden.
Sommigen onzer zijn geroepen om bijkans
il hun kracht, geheel hun kennen en kun
nen in de politieke actie te verteren.
Van anderen wordt dat niet gevraagd: hen
roept het werk van eiken dag, het bedrijf,
het kantoor, de school of de katheder, de
studie.
Maar ook tot hen komt de roeping om in
de politieke actie niet terzijde van den weg
te staan, doch mee op te trekken: hetzij als
aanvoerder, hetzij als gewoon soldaat.
Prof. Anema is een typissch en zeer ge
lukkig voorbeeld van hen, die niet tot. de
politici van professie behooren en die mén
toch professor in de politiek zou kunnen
ion. Indien men wil: hij is geen be
roeps-, maar een reserve-officier in het anti
volutionaire leger.
Ieder monsch heeft zoo zijn bijzondere
laardbeid on wij kunnen ons Prof. Anenifl
oeiliik voorstellen als lid der vechtlustige
.veede Kamer.
Hoe temperamentvol hij somwijlen ook
moge optreden, hij schijnt lid van den Se
naat geboren te zijn, doch zou lid der
*£>vcü.T
Anema gaat niet op in de politiek. Hij
maakt er zijn levenswerk niet van, duch
levensroeping is het wel.
Daarom past hij ook zoo goed in de Eer
ste Kamer en houdt hij haar beste tradities
in eere.
Die goede usance is, dat de Eerste Kamer
zich niet inlaat met allerlei kleingoed, DE AMBTENARENWET
maar wel, dat groote lijnen getrokken en
groote vraagstukken met breeden blik be
keken worden.
Prof. Anema's optreden is een demonstra
tie van het goede parlementaire voorschrift:
de Eerste Kamer mag geen doublure, geen
gelijke van de Tweede, zijn. Zij mag
Tweede-Kamertje spelen.
Wel verre van zich mot elk onderwerp te
bemoeien, blijft Prof. Anema veeltijd:
den achtergrond; doch zoodra de interna
tionale politiek aan de orde komt, is hij
er bij.
Nu werden de voormannen in de Anti
rev. Partij vele jaren zoo zeer door de vraag
stukken van binnenlandsche politiek in be
slag genomen, dat slechts een veelzijdig ge
nie dis Dr. Kuyper wezenlijke belangstelling
kon toonen in buitenlandsche kwesties.
Daarom valt het zoo dubbel te waardce
ren, dat Prof. Anema, eenmaal geroepen tot
het lidmaatschap van onzen Senaat, het nog
veelszins onontgonnen terrein der interna
tionale politiek ging bewerken; vooral sedert
Volkenbonds-vraagstukken in alle landen
aan de orde kwamen.
Anema als mensch.
Hoe Prof. Anema de ontwikkeling dezer
dingen zag, zou misschien het duidelijkst te
omschrijven zijn met deze woorden: ziju
toon was immer C h r i s t e 1 ij k-o p t i m s-
t i s c h.
Dat is een woord-combinatie, welke dooi
de ongeloovige wereld en soms ook door de
eenzijdige Christen afgewezen wordt en wel
ke zich toch mutatis mutandis aansluit
bij het woord van Paulus: „Ik jaag er naar,
óf ik het ook grijpen mocht
Neen, wij grijpen den wereldvrede in deze
bedeeling niet en nooiL Dat is de Christe
lijke waarheid. Maar nochtans streven we
met Chistelijk optimisme naar afschaffing
van den oorlog en vrede door recht en dat
wel met zooveel energie, alsof we hei
ideaal zouden kunnen grijpen.
Prof. Anema heeft in dit opzicht geen on
zeker geluid doen hooren en heel zijn optrc-
was er het bewijs van, dat het Christen
dom, ook in de internationale politiek, zim
eigen woord Leeft en kan spreken. Daarmee
verdiende hij den dank van Christelijk Ne
derland.
Sedert 20 Sept 1921 is Prof. Anema lid der
Eerste Kamer; hij zij haar nog lang tot sie
raad en tot eer.
GEORGANISEERD DOVERLEG.
Bij Ministeriecle beschikking is benoemd
at voorzitter van de bijzondere CommisSie
oor georganiseerd overleg in zaken, raken
de het werklieden-personeel van de Alge-
meene Landsdrukkerij, de heer Prof. Mr. P.
J. M. Aalberse, oud-Minister van Arbeid, Lid
van de Tweede Kamer der Statcn-Generaal.
ZEEMACHT.
Bij beschikking van den Minister van De
fensie is de kapitein ter zee J. de Graaf eer
vol ontheven van de betrekking van Chef
van den Staf der Zeemacht in de stelling
van den Helder en is met deze betrekking
belast de kapitein-luitenant ter zee F. W.
Coster; is de luitenant ter zee der 2e klasse
C. Moolenburgh geplaatst in de rol van Hr.
Ms. wachtschip te Willemsoord; is de offi
cier van administratie der 2e klasse C. J.
Grijseels geplaa'st bij de marinekazerne te
Willemsoord en is de officier van admini
stratie der 2c klasse F. C. H. Schlahonilch,
dienende bij de marine-kazerne te Willems
oord geplaatst a/b. Hr. Ms. Wachtschip te
Willemsoord.
Bij beschikking van den Minister van De
fensie zijn de officieren van den Marine-
Stoomvaartdienst der 2e klasse M. A. W
Bos, W. P. J. Brunei de Rochebrune en j. R.
P. Ilaanappél tijdelijk geplaa'st bij den ra
diodienst der marine te Amsterdam, E. van
der Woude geplaatst bij het vliegkamp ue
Kooy, C van der Linden geplaatst bij de
onderzeedienst-kazeme te Willemsoord, H.
Koster geplaatst a/b. Hr. Ms. Brinio, A. A
Lovijer geplaatst bij de kazerne voor dch
onderzeedienst te Willemsoord, W. J. Daling-
haus aan boord van Hr. Ms. van Meerlant
en de officier van den Marine-Stoomvaart
dienst der te klasse K. J. Metz toegevoegd
aan den directeur van het marine-etablisse
ment te Amsterdam.
NED. STAATSCOURANT.
Bij Kon. besluit is benoemd tot adjunct
commies bij den Dienst der Nederlandsche
Staatscourant, de Handelingen der Staten-
Gcneraal en het Staatsblad, W. van Spronsen,
thans klerk.
Bij beschikking van den minister van Finan-
cn is de Controleur van den waarborg en de
belasting der gouden en zilveren werken W.
M. Mieras, verplaatst van het kantoor Leeu
warden naar het kantoor 's-Gravenhage.
audiëntie.
De gewone audiëntie van den minister van
Financiën zal op Maandag 28 October a.s.
iet plaats hebben.
AANGENOMEN
EET MATERIEELE AMBTENAREN
RECHT
Vergadering van 23 October 1929.
De Ambtenarenwet is ten einde gebracht.
Den geheelen middag heeft de Kamer zich
gister nog met het materieele recht bezig
gehouden. Allerlei gevaarlijke en destruc
tieve amendementen der soc.-dem. zijn ver
worpen en de Minister mocht, na z'n uiterst
bekwame verdediging, het genoegen sma
ken, dat de wet zonder hoofdelijke stem
ming werd aangenomen. Een mooi succes.
De soc.-dem. waren de eersten om den Mi
nister te gaan gelukwenschen.
Zooals men weet, moest over het amende
ment-Te r Laan inzake het beslag op de
inkomsten van ambtenaren, gister opnieuw
worden gestemd. Het voor de ambtenaren
schadelijke amendement werd door de Ka
mer verworpen met 62 tegen 17 stem
men.
Daarna was Titel IV van het wetsontwerp
aan de orde:
bepalingen van materieel recht
Art 125 somde op hetgeen waaromtrent
voor de Rijksambtenaren bij of krachtens
algemcencn maatregel van bestuur voor
schriften moeten worden vastgesteld: aan-
telling, schorsing, ontslag, bezoldiging,
wachtgeld, diensttijden, verlof, ziekteuitkee-
ring, straffen en nog enkele dingen meer.
Ook andere publiekrechtelijke lichamen had
den voor overeenkomstige voorschriften te
zorgen.
De grossiers in amendementen. Ter Laan
1 v. d. Bergh, waren ook bij dit artikel
weer aan de markt
De heer J. ter Laan (s.d.) verdedigde
deze amendementen.
Hij vond dat niet alleen over „aanstelling'
aar ook over „bevordering", moest worden
gesproken, over „vergoeding voor overwerk'
en arbeidstijden, terwijl hij voorts den va
cantietoeslag even wenschte in te voeren er
nog enkele bepalingen wilde opgenomen
zien ten aanzien van overleg, minimum va-
cantie (12 werkdagen) en ziektegelduitkee-
ring (minstens een jaar vol salaris). Ten
slotte was er een amendement, dat bedoelde
'e verkrijgen, dat het Rijksambtenarenrecht
'nimumrecht voor alle andere ambte
naren zou gelden.
De heer T i 1 a n u s (c.h.) vroeg enkele in
lichtingen. De vraag of de bijzondere onder
wijzers en leeraren onder de wet vallen, be
antwoordde hij ontkennend. Wel zullen de
bepalingen omtrent de rechtspositie van on
derwijzend personeel in bestaande wetten,
nader moeten worden bezien in het licht
van art. 125 der Ambtenarenwet.
De heer Schouten (a.r.) beschouwde
art 125 niet als limitatief: d. w. z. ook over
andere dan de in ak gestelde punten zul
len voorschriften mogen worden vastgesteld
Is deze opvatting juist, dan was de heschou
wing van den heer Ter Laan onjuist. Ge
vraagd werd hoe de Minister het artikel
opvatte.
Zouden de amendementen-Ter Laan wor
den aanvaard, dan zal het nog lang duren
eer het materieel ambtenarenrecht geregeld
is. Er is op allerlei gebied zooveel differen
tiatie, dat bespreking zou vereischcn, dat
uitstel onvermijdelijk zou zijn.
Er zijn ook allerlei lagere bestuursorga
nen, waarvan de vraag zou opkomen of het
redelijk zou zijn voorschriften in den oip-
vang als de heer Ter Laan wenschte, vast
te stellen.
Moeten we nu in eens beslissen over va-
cantiebijslag? De heer Ter Laan wil dat,
maar voor enkele weken stelde hij zich in
Rotterdam op een geheel ander standpunt
en wilde de verantwoordelijkheid voor het
opnemen er van in het Ambtcnarenregle-
ent niet aanvaarden.
Zouden we thans zonder meer vacantie-
bijslag decreteeren, dan zou de heer v. d.
Bergh dat kunnen noemen ,,-antasten van
de autonomie der gemeente".
We kunnen het goede overspannen en
loopen dan gevaar het doel voorbij te schie
ten.
Wanneer men een minimumrecht voor
alle personeel wil, moet dat een uiterst soe
pele regeling zijn, wil men de verantwoor
delijkheid kunnen aanvaarden voor het ver
bindend verklaren voor alle organen.
Het gevaar is er bovendien, dat de mini
mumregeling voor velen de normale rege
ling zal worden.
Er moet plaats blijven voor groei en ont-
vikkeling en dat doet men als men niet
■ooruitloopt op wat prnctisch uitvoerbaar is.
De heer Ter Laan sprak in zijn amende
ment van hooren van de Centrale Commis-
G. O. Maar dan vallen er heel wat
regelingen buiten. Er is ook niet aan de
dienstcommissies gedacht, waarvan het hoo
rn soms de beste wijze van handelen is.
Het amendement-Ter Laan is dus zeer on
volledig en mag overbodig gearht worden,
indien de Minister verklaart, dat het in de
bedoeling ligt geen regelingen vast te stel
len. zonder vooraf het personeel gehoord te
hebben.
De heer Boon (lib.) kwam, uit vrees
>or te ver doorgevoerde nivelleering, ook
teeen de amendementen-Ter Laan op. ter
wijl hij den vacantietoeslag principieel on
juist achtte.
De kosten er van zouden 4 a 5 millioen
bedragen.
De heer v. d. Tempel (s.d.) sprong zijn
.riend ter Laan bij. Om te redden wat *e
van de internationale tentoonstelling van in-redden viel. werden enkele wijzigingen der
dusorie, wetenschappen en hare toepassingen amendementen aanhevolen. Een verdediging
te Luik 1930 is by Koninklijk Besluit een by- Van den vacantiehiislav was be' slot wanr-
zc-noere commissie ingesteld onder voorzitter- hii de z.g. democratische katholi ken genrik-
schap van Dr. Joh. Wagenaar te 's-Gravcn- fcojd werden de soc.-dem. te hulp te snel] n.
■PT vj i i De heer v. Wijnbergen (r.k.) zcide,
Tot lid en gedelegeerde is benoemd de heer f?at het gedifferentieerde ambtenarenrecht is
S. Bottenheim te Amsterdam, terwijl de minis- aanvaard en dat men de ronsekwentie danr-
t'-r van Onderwijs verder tot leden heeft aan- van moet aandurven en niet allerlei stukjes
gewezen de heeren Ant. Averkamp te Bussum, -r van afknabbelen
J R. de Bussy te Amsterdam, J. D. C. van Voor den heer v. Wijnbergen had art. 125
Dokkum te Wagenmgen, J. Dudok van Heel o-pen limitatief karakter. Hii sloot zich aan
te Amsterdam, Ir. L. de Kruyff, lid en gede- hij de z. i,
legeerde van het uitvoerend comité te Utrecht, Schouten.
Dr. R. Mengelberg te Amsterdam en Dr. A. Hoe kan de heer ter Laan willen, dat
Sam&js ts AjQs'.ördsai l.aii* bgvordj-r' '"g
MUZIEKTENTOONSTELLING
LUIK
Een bijzondere commissie benoemd.
wordt gemaakt? Dat kan niet; men denke
b.v. aan burgemeesters, hoogleeraren en der
gelijke
Wanneer men bepaalde punten uit de be
zoldig: ngsregelir.g gaat noemen loverwerk,
vacantiebijsiag), zouden andere punten op
den achtergrond kunnen komen, b.v. kin
derbijslag.
Don heer ter Laan werd geadviseerd zijn
amendementen in te trekken. Verwerping
er van zal hier en daar tot valsche conclu
sies kunnen leiden.
Togen een deel der amendementen ver
klaarde zich ook de heer Kuiper (r.k.).
Hij vreesde, dat gaan in de richting der
amendementen het gevaar zou doen ont
staan. dat de opsomming van art. 125 niet
als minimum, maar als maximum zou wor
den beschouwd.
Vacantietoelage en kindertoelage worden
geen van beide algemeen toegepast. En daar
om kunnen we noch het een noch het an
der dr.vingènd voorschrijven. -
Ook de Centrale Commissie voor G. O.
wilde de heer Kuiper niet uitsluitend in de
wet genoemd zien.
De Regeering zal vanzelfsprekend overleg
plegen.
Bij de bestrijders der amendementen sloot
ook Dr. Schokking (c.h.) zich aan. Hij
betoogde, dat men. letten moet niet alleen
op de groote steden, maar op de uitwerking
de geheele linie.
Min. van Justitie kop zich in
veel aansluiten bij de heeren Schouten en
Wijnbergen.
Hij was het met den heer Tilanus
dat onderwijzend personeel 'bij het bijz
derwijs niet onder de wet valt. Voor het la
ger onderwijs zou misschien de administra
tieve procedure zoo kunnen worden, dat
van Ged. S'aton beroep op den Centrale»
Raad van Beroep wordt gegeven.
Wat art. 125 betreft, dat is allerminst limi
tatief en bedoelt geenszins regeling uit te
sluiten van wat niet genoemd wordt
Het overwerk zal moeilijk algemeen te
regel on zijn. Art. 125 spreek' van diensttijden
het meerdere en sluit dus arbeidstij
den in.
Den vacantietoeslag regelen levert gevaar
op voor algemeene doorvoering. Practisoh
zal er niet van komen. En daarom is
beter er niet over te spreken. Voor vele orga
nen zouden de kos'en onoverkomelijk zijn.
Het buiten de deur zotten met één penne-
streek van dienstcommissies en categora'
organisaties, gelijk de heer ter Laan met zijn
amendementen zou bereiken, leek den Mini:
ter geenszins aanbevelenswaardig.
In het artikel ligt principieel en in het al
gemeen het plegen van overleg vast (art. 125.
lid 1 sub k.). In dien geest zijn van de uit
werking van het artikel reeds opdrachten ge
geven. De bestaande instanties tzul'en niet
worden voorbijgegaan. Daarom is het tecn-
nisch onjuiste amendement-ter Laan op dit
punt niet aan te bevelen.
In zijn korte rede had de Minister afdoen
de de slecht overwogen amendementen be
streden
De heer t e r L a a n gaf het echter nog niet
op. bracht wijzigingen in zijn amendementen
en pruttelde nog wat tegen. Hij kon maa>
niet begrijpen, dat er waren die zijn beschou
wingen als oniuist en voor de ambtenaren
in het algemeen schadelijk, durfden verwer
pen.
Alleen op het punt van de diensttijden
zwichtte de heer ter Laan.
De Voorzitter stelde den heer ter Laan
in de gelegpnheid om alsnog van den vacan
tietoeslag een apart amendement te maken.
De heer Marchant (v.d.) beantwoordde
ontkennend d> vraag of bij deze wet aap
alle lagere organen het verleenen van vacan
tietoeslag kan worden opgelegd.
Daarna volgde de stemming.
Voor het eerste amendement-ter Laan (be
vordering en overwerk) stemden de soc.-dem.
met de heeren Guit, Kuiper en Wijnkoop.
Het werd verworpen met 58 tegen 22
stemmen.
Het tweede amendement (vacantietoeslag)
werd eveneens verw orpen met 58 tegen
21 stemmen. Alleen de soc.-dem. en vriend
Wijnkoop stemden voor. Bij hen voegde zich
de heer Floris Vos.
Met dezelfde stemmenverhouding werden
ook de overige amendementen van don heer
ter Laan afgestemd. Alleen bij bet Centrale
Commissie-amendement stemden de vrijz.-
dem. met hun roode vrienden mee.
Bij art 126 ontdekte Mr. v. d. Bergh
(s.d.) aantasting der au'onomie, indien de
Kroon bevoegdheid ontvangt om aan lagere
organen in uitvoeringsvoorschriften veran
dering voor te schrijven.
Bij art. 125 was van die autonomie gezwe
gen; nu kwam ze in eens weer op de prop-
INGEZONDEN MEDEDEELING.
NIKKELEN MUNT
pen.
De Minister merkte op, dat de autono-
mie-bcschouwing van den heer v. d. Bergh
niet de normale is. Het is noodig, dat waar
borg aanwezig zij, dat de opgelegde verplich
ting ook nagekomen wordt. Het bestannde,
mits goed, blijft onaangetast. Dc regeling,
die nu gekozen is, sluit aan bij wat we in dc
Woningwet reeds hebben. En daarin is nooit
aan'asting van autonomie gezien.
Het door den heer v. d. Bergh ingedien
de amendement, om zijn bezwaar op te hef
fen, werd verworpen bij zitten en op
staan. Voor soc.- en vrijz.-dem.
De heer Boon (lib.) wilde vastleggen, dat
de gehuwde ambtenares of gewezen ambte
nares gerechtigd is om over hetgeen zij ont-
angen of ie vorderan heeft, ten bate van
het gezin te beschikken.
De heer v. W ij n b e r g e n (r.k.) achtte
het artikel voldoende en zou de materie lie
er geregeld zien door een wijziging van het
Burgerlijk Wetboek.
Mevr. B a k k e r—N o r t (v.d.) betuigde
•mpathie met het amendemon!. Mej. Suze
roe no weg (s.d.) had behoefte tot een
dito verklaring. En toen kon Dr. Beuraer
(a.r.) moeilijk op zijn plaats blijven zitten.
liet amendement-Boon ach te hij voor pu
bliekrechtelijke vrouwen niet op zijn plaats.
zoo n bepaling, dan behoort zij in
hel Burgerlijk Wetboek.
i< Minister van Justitie zette uit
dat het voorgestelde ar'.ikcl een publiek
rechtelijk art. 1637f uit het B. W. is. Meer i
HET OORDEEL
VAN DE ROTTERDAMSCHE
KAMER VAN KOOPHANDEL
Vragen der commissie beantwoord
De commissie inzake de zilveren munt
heeft, als antwoord op gestelde vragen, van
de Kamer van Koophandel 'e Rotterdam een
uitvoerig advies ontvangen.
Het voornaamste daaruit moge hiér vol
gen.
Rijksdaalders cn guldens.
De Kamer gevoelt het als een bezwaar, dat
ons muntstelsel op het oogenblik tweeërlei
soort rijksdaalders en guldens kent, n.l. die
met een gehalte van 0 945 en die met een ge
halte van 0.720. Dit is een toestand, die op
zichzelf reeds ongewenscht is; naar liet
schijnt ondervindt men vooral in Neder-
landsch-Oost-Indië het bezwaar, dat de in
landers meermalen dë munten met het la
gere gehalte weigeren.
Halve galii-ns.
Deze komen blijkbaar ui' Indië, waar aan
deze murtsoort groote behoefte bestaat.
Daarom dienen ze behouden te blijven.
Kwartjes en dubbeltjes.
liet is gewenscht om oude, versleten stuk
ken wa! spoediger in te trekken. Ook is cr te
weinig pasmunt.
Omvang en gewicht.
Naar de meening van de Kamer zijn de
rijksdaalders te groot en te zwaar. In het bij
zonder komt dit tot uiting bij uitbetalingen
van loon. Bij de lagere loonen van voor den
oorlog pas'e de rijksdaalder goed, maar nu
de loonen hooper geworden zijn en er dus
voor de uitbetalingen daarvan meer munt
specie noodig is, doet het gewicht van do
rijksdaalders zich als een bezwaar gevoelen.
Men moest nikkelen rijksdaalders maken
Een biljet van f 5 zou gewenscht zijn.
De guldens zijn niet te groot en te zwaar.
Men zou ze ook van nikkel kunnen maken.
De dubbel'jes zijn iets te klein.
Een wijziging van de metaalsoort van
rijksdaalders en guldens is intussehen al
leen dan toelaatbaar, wanneer zij tot elk
veelvoud van tien gulden tegen goud inwis
selbaar worden gesteld.
Voor de kwartjes en dubbeltjes zou het ge
bruik van een andere me'aalsoort wellicht
in zooverre gewenscht zijn, dat deze, wan
neer zij van brons of nikkel werden ver-
aardigd, in mindere mate dan thans het
geval is, zouden afslijten.
POSTERIJEN.
WIJZIGING FRANKEERZEGELS IN VER
BAND MET EVENTUEELE VERLAGING
DER POSTTARIEVEN.
Indien dc wijziging der posttarieven haar
beslag krijgt, zal behoefte ontstaan aan een
frankeerzegel van 21 cent, zijnde dit bedrag
erschuldigd voor een binnenlandschen aan-
geleekenden brief tot 20 gram. Het zegel van
',n% cent zal kunnen worden gemist.
De zegels van 22% cent zullen daarom
worden opgebruikt met een opdruk „21
cent". Eerst wanneer de aauweflge voorraad
daartoe aanleiding .geeft, zal tot aanmaak
van een nieuw zegel van 21 cent worden
overgegaan.
De zegelafdrukken op de postbladen zullen
door een opdruk tot 6 cent worden terugge
bracht.
De briefomslagen, waarvan geen groote
voorraad aanwezig is, zullen worden opge
bruikt voor het buitenlandsch \erkeer door
een zegel van 5 cent bij te plakken.
Een portzegel van 9 cent zal worden aan
gemaakt, te gebruiken voor stukken, welke
ten onrechte als drukwerk gefrankeerd zijn
plaats van als brief.
irtreffelijkc red<* van den heer
F.en volgend amendement was van den
heer t e r La a n om den tijd voor uitvoering
van art. 125 van twee jaar te brengen op een
jaar.
De Minister achtte den termijn van
een jaar rijkelijk kort, maar wilde dien wel
opnemen, mits hij eenige speling mag ne
men voor het in w erking s'ellen van art. 125.
B.v. tot 1 Juli 1930.
De heer ter Laan had geen bezwaar en
de minister nam het amendement daarom
over. Het had practische beteekenis vrijwel
verloren.
Er waren toen nog twee soc.-dem. amende
menten.
De heer v. d. Bergh trok het eene in.
Het andere gold de ingevoegde bepaling voor
de arbeidscontracters, Die regeling moest
ook binnen een jaar komen.
Dc Minister nam het amendement over
onder dezelfde conditie als het vorige.
Een hoeratje in de Kamer zqlfe het
j„„ijJ! op dit succes. De behandeling van he' wets-
i U rv I later gesproken worden ontwerp was daarmede ton rinde
S W^UnWe KO e aan de °rde i Niemand vroeg hoofdelijke stemmi.
zal komen. dat het
Hei amendement-Boon werd verworpen stemming
met 38 togen 33 stemmen. yan „n
Met de linKerzijde stemden alleen de R.-K to,-
juffrouw Meyer en de president mee; een
m£t S.--2T frt&aia -rs-sta.
roeg hoofdelijke stemming, zoo-
vetsontwerp zor.'er hoofdelijke
verd goedgekeurd.
zijden w. hte men den Minis-
id de vergadering