plW^H gr LANDBOUW EN INDUSTRIE P. v. i. BURGH, Glashandel, Telei, IB, Maasland (Z.-Holl.) ZAADTEEL1 barenorecht-tel.«2 ZAADHANDEL GRONDNOTENSCHILFERS FLORALIA.TENTOONSTELLING UIERZIEKTEN J2imtoe%etbScïje Courant LAND- EN TUINBOUW, Bijblad No. 3 Beschikbaar voor Publiciteit VRIJDAG 4 OCTOBER 1929 Beschikbaar voor Publiciteit In ons vorig artikeltje hebben we gezien, dat door meerdere omstandigheden er weinig voer voor dezen winter zal beschikbaar zijn en het dus zaak is, om alles wat er nog is, loo rendabel mogelij 1> te maken. Tot hetgeen er is, bchooren dan ook de bietenkoppen en blaren. In de gemengde be drijven zijn ex honderden bunders met sui kerbieten beteeld. Voor een belangrijk dcci gaan daarvan de blaren den grond in. Daar gaan ze niet verloren, omdat er hier een be mestende werking van uitgaat. Waar in zonderheid nu er voedsel- Bchaarschte is, moeten we zoo weinig moge lijk onderploegen. Natuurlijk zullen er veel van de koppen en blaren in den herfst, dus ln verschen toestand vervoerd kunnen wor den. Dat dient echter ook weer verstandig aangelegd te worden, opdat er geen belang rijke boeveelheden worden vermorst Immers andere jaren zag men vaak hoopen van bla- derresten op de weiden liggen, die door het vee niet werden gegeten, maar vertrapt Dus maar zooveel geven, dat ze ook wexkelij* door het vee worden gegeten. Dan is er nog iets, waar we dit najaar vooral rekening mee moet houden. De blaren bevatten namelijk veel exaalzuur. Dat Is een stof, die heel sterk op de spijsvertenngs organen inwerkt en heel gauw de dieren kan echaden. Vooral, wanneer de blaren in een drogen tijd gegroeid zijn, is het percent oxaalzuur veel grooter. Inzonderheid, waar we-zulk een uitermate drogen herfst hebben, mogen de boeren wel scherp letten op het gedrag hunner dieren, wanneer wat grooie hoeveelheden worden gegeven. Wanneer men de bladeren versch voert, schijnt dit nog ge vaarlijker, dan wanneer ze ingekuild zijn. Met dat inkuilen hebben de meeste boeren niet veel op en toch is het een best middel om het voeren der koppen en blaren over een langer tijdvak te verdeelen en er ook meer profijt van te trekken, daar men dan niet be hoeft onder te ploegen. Wanneer men enkel bladeren voert, moet men daarvan niet meer dan ongeveer 15 kg. per dag geven. Voor drachtige koeien is dit al wel te veel. Wanneer men koppen xnet blaren geeft kan men daar verder mee gaan, daar de koppen lang niet zoo waterhoudend Zijn als de blaren alleen. Dan gaat men wel tot 30, 40 KG. Sommigen nog wel meer. Dan wordt wel eens een bijgift van fosforzure voederkalk gegeven. Dat staat ook al weer ln verband met het hooge gehalte van oxaalzuur. Dit werkt sterk kalkonttrekkend, zoodat dit weer aangevoerd moet worden in het lichaam van het dier door kalkbijvoe- ging aian het rantsoen. Hoe bewaren we nu de blaren echter het best. Dit is nog altijd het inkuilen. Het ge schiedt op verscliillende manieren. Sommigen doen het in silo's. Dus torensgewijze gebouw de bewaarplaatsen. Dat is echter voor velen te duur. Daarom gaan we daarop hier niet in. Een andere manier is gewoon op een hoop te werpen, maar dan volgens een vaste regel en een secure werkwijze. Niet kwaad is het denkbeeld, dat eenigen tijd geleden geopperd is. Er werd namelijk voorgesteld, dat de een of andere boeren- organisatic hierbij leiding zou geven, door menschen beschikbaar te stellen, die ervaring hebben in dit werk Dit denkbeeld is niet kwaad gezien de moeilijkheid van het in kuilen. Enkele willen we er van bespreken. Allereerst spreken we van kuil. Dit is maar betrekkelijk. Immers het grootste deel komt boven den grond. De kuil mag niet te diep zijn. In geen geval beneden het grondwater; daar dan het voer onbruikbaar wordt Om mogelijk zakwater te voorkomen, worden van den hoop wel draineerbuizen gelegd, die het inzakkende water kunnen wegvoeren. Beter ia het echter, het zoo ver niet te laten komen. Men zoekt dus een hooge plaats. De bodem van den grond rondom de kuil moet horizon taal gemaakt, opdat er geen regenwater in loopt De bodem van de kuil laat men naar het midden toe wat afhellen. Een be tonnen vloer heeft men in Wageningen ook wel geprobeerd, maar dat voldeed niet. De kanten van den kuil moeten schuin toe loopen, naar het midden toe dus. Dat geeft meer zekerheid dat men een goed aanslui tend geheel krijgt Liefst geeft men aan den kuil een ronden vorm. Dat geeft minder hoeken, waar men de massa nooit zoo goed kan aantrappen. Verder moet men den kuil liefst goed hoog maken. Daardoor krijgt men meer druk en minder lucht, wat weer in •erband staat met het meer of minder zuur worden van de massa. Bij het afladen van den wagen moet men liefst niet telkens op dezelfde plaats lossen. Beter is dit geleidelijk langs den kuil te doen om gelijkmatig aan te drukken. Wat er nu in den kuil plaats heeft een volgenden keer. V. RESULTAAT KAASDAG Men meldt ons uit W addinxveen: De vorige week gaven wij een vrij uitvoe rig verslag betreffende den alhier gehou den Kaasdag. Ook het weekblad „De Pro ducent", officieel orgaan van den Bond van Kaasproducenten, geeft in zijn laatste num mer een meer technisch en waardeerend ar tikel over dien kaasdag. Geroemd wordt de organisatorische opzet, de leerzame strek king, en de kwaliteit van de ingezonden Van de 43 ingezonden kazen kon de jury «r niet minder dan 21 onderbrengen in de rubriek le soort; 16 in de 2e soort; 5 in de 3e soort en 1 afwijkend. De kwaliteit wordt dan ook over t ge heel genomen zeer goed genoemd en aan het slot van het artikel lezen we dan ook: „Wij van onzen kant meenen niet te mogen nalaten de afdeeling geluk te wen- schen met het bereikte resultaat, waarop zij met rechtmatige voldoening kan terug *ien". Niet alleen met haar industrie, maar ook op 't gebied der zuivel- of kaasbereiding moet bet devies zijn: Waddinxveen voor- DE GRAANVERPLANTMETHODE Schijnbaar valt de oogstop brengst niet mee. Inderdaad is ze beduidend. De gerst op hert. proefveld van den heer v. Woerden te Loosduinen is geoogst en ge- dorscht. Met zeer veel belangstelling hebben wij de cijfers afgewacht en onze eerste gedachten waren; dat valt tegen. Immers de proefnemer berichtte mij dat op 5.67 Are 3 H.L. geoogst was of omgere kend op 1 H.A. is dit 53 H.L. Het H.L.-gewicht bedroeg 61V» K.G. Neen, zoo oppervlakkig beschouwd is dit niets buitengewoons. Volgens 't Verslag over den Landbouw is de gemiddelde oogst van gerst in ons land 44 en in Zuid-IIolland maar 40 H.L. per H.A. ('t was zomergerst). Maar als men rekent dat de planten yeel te wijd stonden, zoodat nog geen Ijweederde deel van den grond ingenomen was, dan valt de opbrengst wel degelijk mee. Men plantte 30 bij 35 c.M. zoo het heette, 't was nog wijder stand zooals bij liet maaien bleek. En 25 bij 28 c.M. zal het moeten zijn of ongeveer de helft planten per H.A. meer, die dan nog even goed ruimte over houden om te groeien en zich te ontwikkelen als deze. Zoo kan men gerust op 70 h 75 HX. per H.A. rekenen. En bovendien, waar thans door'den wijden stand de grond veel meer uitdroogde, zal het korrelgewicht bij nau wer planten hooger zijn. 't Lijkt ons de moeite waard dat de land bouwers deze methode gaan toepassen op een gedeelte van hun graanland. EEN TEGENSLAG VOOR DE BOLLENSTREEK Do Araerikaansche Senaat heeft volgens ontvangen telegrammen het voorstel van de Financieele Commissie verworpen, zoodat \de voorgestelde verhooging van invoerrechten wellicht toch doorga&L Het schijnt dat iii de laatste dagen een geweldige tegenactie ingesteld is en dat ook het Ministerie van Landbouw zich tegen het voorstel van de Financieele Commissie gekeerd heeft LANDBOUW STAAT IN ECONOMISCHE BETEEKENIS NIET VEEL BIJ INDUSTRIE TEN ACHTER. ZUIVEL SPEELT EEN VOORNAME ROL Het is wel eens interessant, om aan de hand der statische cijfers de aandeelen te veigelijken, welke resp. landbouw en nijver heid gedurende de laatste negen jaren in onzen uitvoer hebben gehad. Goossens heeft daarover een aardige berekening opgezet in de „Ned. Mercuur". Hij heeft de uitvoer waarde van alle Nederlandsche landbouw producten en komt dan (afgerond) tot de volgende cijfers: 192 0542 millioen guldens. 192 1578 192 2- 4S4 192 3474 192 4672 192 5727 192 6632 1927... 741 BOOMKWEEKER1J WINTERSCHADE IN KWEEKERS- BEDRIJF. De schade, die de winter 1928'29 in kwee- Üerscentra heeft aangericht, heeft natuurlijk tot gevolg gehad, dat de moesten wat meer dan vroeger zijn gaan denken over het vraagstuk, hoe het best te handelen' voor, tijdens en na een strenge vorstperiode. Nu is het vooraf moeilijk te zeggen of er een strenge winter zal komen. Wij herinneren ons niet of het verleden jaar algemeen werd verwacht. Wel hoor ik nu en dan voorspellen, dat de komende winter ook weer streng zal zijn. doch dat dient afgewacht. i De opvatting dat we geen ouderwetsche winters meer zouden krijgen is wel gelogen-1 gtraft door den extra kouden winter 1928'29 Het beste lijkt ons maar te doen alsof we jveer zx>o'n Winter zullen krijgen. Dit lijkt ons de meest veilige weg. Op de vergadering van de „Vereeniging voor Boskoopsche culturen" werd ook over de vorstschade gesproken en om het oordeel der kweekers te vernemen heeft de voor zitter cenige stellingen besproken en in dis cussie gegeven Wij laten deze stellingen hier volgen: le. Tc laag dekken is uit den booze en <i?gen tocht moet gewaakt worden. 2c. Snijden, knippen tijdens en direct na de vorst, is verkeerd. 3e. Planten, die geleden hebben, niet ver poten. 4e. Beschadigde Rhod, niet insnijden. 5e Planten, die geleden hebben, niet te spoedig weggooien. 6e. Rozen, vooral «rootbloemige Polyantha dienen aangeaard. 7e. Niet-winterhardc planten nu inkuilen. Dat hier een interessante, leerzame be spreking op gevolgd is, valt te begrijpen. Wc hopen er nog wel eens iets van te kunnen mededeelen. Het afgeloopen jaar is dus hooger dan eenig voorgaand jaar na den oorlog. Wat betreft de uitvoercijfers Tan de pro ducten onzer nijverheid komt Goossens tot de volgende cijfers (in millioenen guldens millioen guldens. afgeroiid)i 1920899 1921 599 1922..... 530 192.1570 1924...» 646 1925 750 1926 756 1927 815 1928 912 Uit al deze cijfers blijkt dus, dat de Indu- strieele uitvoer sedert 1920 steeds gestegen is in waarde. Het verschil tusschen 1927 en 1928 is voor de landbouw-producten slechts 12 millioen, doch voor die der nijverheid 97 millioen. Alleen in 1924 was de agrarische export waarde grooter dan de industrieele. Ten slotte heeft Goossens berekend, dat de percentages van landbouw- en nijverheids producten, berekend naar de totale export waarde, resp. hebben bedragen: Industrie 192 541.5 pet. 192 643.2 pet. 192 742.9 pet. 192 845.9 pet Landbouw 40.2 pet 36.2 pet 38.4 pet 37.3 pet Voegen wij er nog aan toe, dat de voor naamste landbouwproducten, als volgt ge specificeerd kunnen worden (in millioenen guldens) aard- zuiveL tuinbouw, vleesch appelen. 121 215 149 huiden strooc. 110 97 levende dieren 21.9 peulvr. suiker aardappelen CONTR. OP DEN UIERUITVOER Vamvege de Flalckeesche Boerenbond is den Min. een verzoek gericht voor den uit voer van onrype uien welke den goeden i der Nederlandsche uien in het buitenland dreigen te benadeelen in den handel, te ver bieden en oontrole op den uitvoer in te stellen ONZE BESTE ZEEUWSCHE AARDAPPELEN -V - - U I' i Uv - i',--. •- 1 ->• - *- l' v-«/Ier»"-Z- I V'V; BLOEMENVEILINGEN 1 AALSMEER. .(Bloemenlust) dagelijks 7.15 en 10 uur. 2. AALSMEER. (Centrale) Snijbloemen: dage- Ma< J. AMERSFOORT. Bloei Dinsdag. Donderdag 4. BEVERWIJK. Bloeme dag en Vrijdag 3.30 uur n.m.; Fotpia.nten: Woensdag 2.30 uur n.m. 5. BOSKOOP. Bloemenveiling: dagelijks 8.30 8. HONSELERSDIJK. Bloemen: dagelijks 9.30 t. NIJMEGEN. Groenten en fruit: dagelijks 1 uur n.m.: Bloemen: Maandag en Woens dag 9 uur Mar Woensdag Dinsdag. Doi Woensdag en Vrijdag vm 10. UTRECHT. Bloei Vrijdag •olledig. Belanglicbben VOOR BELANGSTELLENDEN 4 Oct Fokveedag te De Wijk (DrJ. 8 Oct. Fokveedag te Wijhe. lfr Oct. Centrale Fokveedag M.R.IJ.-t leventer. 16 Oct. Fokveedag te Hoorn. -23 Nov. Je .ders, Waterv Nov.—2 Dec ONZE BOTER- EN KAAS PRODUCTIE In het jaarverslag over 1928 van den Rijkszuivelinspectiedienst vinden wij een overzicht der Nederlandsche boter- en kaas productie van de laatste zeven jaren. Boter 64.633.000 K.G. 69.417.000 KG. 73.293.000 KG. 75.000.000 K.G. 83.000.000 K.G. 85.111.000 KG. 85.286.000 KG. Kaas 97.621.000 K.G. 105.542.000 K.G. 110.514.000 K.G. 113.255.000 KG. =t 122.475.000 K.G. 125.949.000 KG. 132.157.000 K.G. LIJMBANDEN OM VRUCHT. BOOMEN Nu het tijdstip, waarop lijmbanden bij vruchtboomen moeten worden aangelegd, wederom daar is, wordt de aandacht op dit bestrijdingsmiddel gevestigd. Met nadruk waarschuwt de Planten- ziektenkundige Dienst noch voor het aan leggen van lijmbanden, noch voor het uit en van andere bestrijdingsmiddelen in boomgaarden en particuliere tuinen ge bruik te maken van de diensten van eenige rondreizende lieden, die zich daarvoor aan bieden. Deze lieden dienen zich aan als boomkweekers en voeren bestrijdingen waaraan echter niet de minste waar- kan worden toegekend. NEEMT HET ZEKERE rj C'S UW GLAS in de betere kwaliteit i 43 X 32 c.M. k ƒ10.40 p. kist 5HA X 38 c.M. k ƒ10.45 p. kisl sou. v ia c.M. k t 10.45 p. kist c.M. k 1 5.95 p. kist 51% X 29% c.M. k f 9.45 p. kist iuu runen ava X 32% c.M. k 9.45 p. kist 120 ruiten' 32% X 27 c.M. k l 9.45 p. kist 21 ruiten 141 X 73 c.M. k i 22.10 p. kist DUIIRELDIK GLAS. Tevens verkrijgbaar: 34 ruiten 42 X 38 c.M. k 5.— p. kist 54 ruiten 51% X 38 c M. k 1 8.50 p.kist ïiten 69% X 38 c.M. k 8/50 p.kist 1 5 kilo W. DE ZEEUW «J.Gzn. (NUGTEREN A CO.) ""!'.iTw°°wa 'a'" Tuinbouwzaden TEg-T levebt Tujnderskwaliteit. Heeft met BLOEMKOOL, WORTELEN, KOMKOMMERS en TOMATEN reeds eon z«er goeden naam gemaakt Meermalen op tentoonstellingen bekroond. Beschrijvende, met foto's versierde Kweekersprijscourant gratis op aanvraag. H H.H. VEEHOUDERS, Blijkens mededeeling t Landb. Proefstation we notenschilfers geleverd Wij Tèveren GRONDNOTENSCHILFERS, die aan ALLE ElSCHEN VOLDOEN, op A.H.V. Thans voorradige partij bevat, volgens analyse verslag V 991 R. Landb. Proefstation: 51.7 Eiwit 9.5 Vet slechts 7.-% Vocht en voldoende zuiverheid. Aanbieding wordt gaarne gemaakt door M. VERHEUL's KRACHTVOEDERHANPEL ELIZABETH STRAAT 26 PnTTPPHAM TELEFOON S6892 1 1 tKÜMITl Wilt gij Uio boerderij vcr- koopen, Uw land verpach ten, zoekt gij hypotheek op huizen, bomv- of tuin grond, plaatst dan Uw advertentie in ons eiken Maandag verschijnend Lij blad DE BOUWWERELD MARKTNOTEERING Visch, Vleesch- en Diermeel Medegedeeld door J. WOL- Origin. Liebig'a Vleesclim., st. en afl. gar. 90 eiwit- en vetachtige stoffen f 3282.60; prima Z.-Ara. Diermcolsoonen zonder reuk. bij gehalte ven 70 k 75% eiwit en 8 a 11% vetachtige eloffen f 22—23 50; Idem, bij gehalte van 63 k 65% eiwit- en 8 k 11% vet achtige stoffen f 1922; idem bij get-*" 8 k 12 L.-htlge Loffen f 18.50—19.50; blank ra.. bij jiwlt- en 8 A lj>%_ vetachtige f 17.50—19.50; idci eiwit, 8 A 11 0 Aznerik. analyse 62 A 65% eiwit, 5 4 8 pr achtige stoffen en 1 k 3 65% eiwit. 7 k 10% vetachti ge stoffen en 5 4 8% zout f 17.50—19.50; Idem bij geh. 75 k 80% eiwit- en ve.schtigo eiwit&chtige stoffel 3% zout f 19—21; vischmeel, bij gh Idem W11- 3 zout f 21.50— 3ch Witviseh- 65 75 Schl. Schelvi f 22 Ivisch 4 70 a 8 vetachtige i 1 4 3 zout f22— es per 100 K Bvenstaande prljze ich naar verhouding v e gehalt, fabrikaat eelheld. DE IEPENZIEKTE Door ziekte gedoode Iepen en dooi* ziek te aangetaste boomen moeten gerooid worden, om het besmettingsgevaar voor de overblijvende exemplaren te verminde ren. Op plaatsen waar de iepenziekie reeds voorkomt moet men zeer nauwkeu rig op de aanwezigheid van iepenspintke- vers acht slaan en boomen, die duidelijk teekenen van aantasting vertoonen, rooien. Men houde er rekening mee, dat gerooide iepen ontschorst moeten worden nf onder water bewaard, omdat ook in geveld hout de spintkevers nog tot volledige ontwik keling kunnen komen. ZE HEBBEN VOOR GROOT EN KLEIN EEN GROOTE OPVOEDKUNDIGE WAARDE Overal in Zeeland is men thans bezig met aardappelen rooien. Op vele uitgestrekte aard- a/n welden geschiedt dit machinaal, met „de aardappelrooier". Vlak achter deze komen de rapers aanj die de opgeworpen aardappelen verzamelen* Als men geregeld de land- en tuinbouw-' berichten in alle dag- en weekbladen van oné kleine landje (en dat zijn er heel wat) moet nazien, ofwel wil nalezen om zooveel mogelijk op de hoogte van den tijd te blij ven, dan valt het in den laatsten tijd wel eens op, hoeveel Floraliatentoonstellingen er worden gehouden. Voor hen, die nog niet weten, wat dit is deelen wij even mede, dat het hoe langer hoe meer de gewoonte geworden is dat aan leerlingen van scholen en vaak ook aan par- ticulieren in het voorjaar jonge planten of stekjes worden uitgereikt al of niet tegen een kleine vergoeding. Bedoeling is dat degenen die ze optvangen deze plantjes zelf verder opkweeken. Op meerdere plaatsen is het gewoonte om een korte handleiding bij te voegen opdat men ongeveer weet waarop men letten moet'. In het najaar worden deze planten dan tentoongesteld en heeft er een prijsuitdcc- ling plaats. De kweekers(sters) van de mooiste plan ten krijgen 'een prijs en het publiek wordt in de gelegenheid gesteld de kweekproduk- ten te bewonderen. Op ve'e plaatsen wordt daar een druk ge bruik van gemaakt. Deze tentoonstellingen hebben een groote opvoedkundige waarde. De verzorgers der planten leeren deze lief hebben, ze leeren ze bewonderen. Ze zien het eigenaardige, dat er aan op te merken is. Ze krijgen oog voor het schoone in de na tuur. Ze hebben oogenblikken van stille bew dering voor de majesteit van Hem, die dat alles zoo schoon schiep. Oogenblikken zijn het vaak maar, doch oogenblikken, die als relicfstcmpels onuït- wischbare indrukken maken op he) ziele- leven. Met hoeveel belangstelling wordt niet ge keken naar het nieuw te voorschijn komende knopje, dat al meer en meer zich vergroot, dat zich eindelijk gaat ontplooien en ont wikkelen tot bloem of blad. I Maar ook praktische beteekenis heeft dit werk der Flora!iavereenigingen voor dc kwcekers(sters) der planten. Ze leeren de planten verzorgen, hun be hoeften kennen. Weten al heel gauw van niet te veel wa ter of niet te weinig. Van de gevoeligheden voor tocht en scha duwt Van de dankbaarheid voor zonlicht en bladschoonmaak. Met hoeveel teederheid zag ik niet de bla deren afzeemen of afsponsen. Met hoeveel enthousiasme werd niet ge sproken over de goede resultaten van een groot ere pot Men zegt wel eens dat de Nederlanders zoo weinig geld over hebben voor hun ka merplanten en bloementuinen. De Floraliavereenigingen zullen zorgen, dat de liefhebberij er hoe langer hoe meer in komt. Als wij de tuinen van heden vergelijken met die van een twintig jaar terug is er al een reuzen vooruitgang te bespeuren. INVOER VAN LEVENDE PLANTEN IN DUITSCHLAND Blijkens een bekendmaking van den Rijks minister van Volksvoeding en Landbouw mogen alle niet tot do categorie van den wijnstok beboorende planten, boomen, strui ken en andere gewassen, afkomstig uit boomkw e ek e rij en, tuinen of broeikassen, voorlaan ook worden ingevoerd langs de douanekantoren van de vlieghavens Mann- heim-Hafen en Karlsruhe. WEGENBELASTING Voor landbouwbedrijven. Het Tweede Kamerlid de lieer Van den Heuvel beeft den minister van Financiën de volgende vragen gesteld: ls dc minister bereid mede te doelen of en in hoeverre juist is bet gerucht, volgens welk voortaan als houders van tractors in land- bouwbedrijven, vrijgesteld van de wegenbe lasting, aangemerkt zullen worden ook huur ders van dorschinstaUnties? Indien dit gerurht juist is, wil de minister dan deze veranderde en verbeterde interpre tatie op zoodanige wijze ter algemeene ken nis 1.ren gen, dat de betrokken belasting ambtenaren. landbouwers en verhuurders van dorsehinstallaties hiermede rekening kunnen houden? HOE MEER GESTREEFD WORDT NAAR PRODUCTI VITEIT HOE ZWAKKER DIEREN MEN KRIJGT Ter gelegenheid van de Tentoonstelling te Alkmaar heeft Dr, C. J. Stokzeef een praatmiddag gehouden over uierziekten We stippen daaruit het volgende aan: Het doelbewuste streven, om de melk producten op te voeren, heeft het vee zwak ker doen worden. Waar men die productie steeds tracht te verhoogen, moet men zich wapenen tegen de gevaren van verschillende ziekten, oa. van de uierziekte. UIERTUBERCULOSE. Uiertuberculose komt betrekkelijk weinig voor. Alleen in een vergevorderd stadium van tuberculose van het rund komt ze voor. Ze openbaart zich in het hard worden en zwellen der kwartieren van de uier. De besmetting bij de uiertuberculose komt via het bloed in de uier. De melk er van wordt besmet met tuber kelbacillen en is dan zeer gevaarlijk, vooral, omdat de melk niet altijd merkbaar ver schilt van de goede, zuivere melk. Over de voorkoming van de uiertubercu lose is weinig te zeggen. Als zoodanig is ze bijna niet te genezen. Men moet overgaan tot bestrijding van de geheele tuberculose. DE ETTERVERWEKKING. Deze ontsteking openbaart zich door hevig ziek zijn van de koe, door opzwelling van de uierkwartieren en de stijfheid en zwelling van de hakgewrichten. Deze z.g. stinkdrop treedt op ln den warm- sten, tijd van het jaar, in de wei. Deze ziekte komt van buiten af recht streeks in de uier. Bij het ontstaan van deze ziekte moet men de natuur in aanmerking nemen. De overbrenging geschiedt door in secten, mogelijk zelfs door een bepaald soort insect. Deze ziekte komt vooral voor bij vee, dat vet gevoerd wordt, verder, aldus spr., bij ossen, stieren en zelfs bij joDge kalveren. DE DROPZIEKTE. Bij deze ziekte vormen de aangetaste ba cillen kettingen. Weer zien we sterke op zwelling van een of meer kwartieren en plotseling ziek zijn van de koe. Alle problemen, die zich hierbij voordoen, zijn nog niet opgelost De bacillen komen in z.g. gezonde koeien ook voor. De bacte riën zijn er dus, maar zij bobben gelukkig niet altijd een ontsteking tot gevolg. Een gevaar voor Jeze ziekte is bet niet geheel uitmelken van een koe, onulat dan een gedeelte van de melk langen tijd in de kwartieren aanwezig blijft waardoor de ba cil gelegenheid krijgt, zich te verspreiden. Er zijn meer oorzaken, bijv. tochtigheid, snelle temperatuurswisseling en vocdings- zouten. BESTRIJDING. Hoe moet de veehouder die ziekte bestrij den? Bij de tb.c. moet de koe naar den sla ger. Dat is de eenigste weg. Bij de stinkdrop moet de dierenarts ge roepen worden, en moet men het rund niet aanhouden voor de fokkerij. Bij de dropziekte stond spr. eenige oogen blikken stil. Kijk goed uit bij den aankoop van een koe. Melk haar het laatste, om besmetting van andere koeien te voorkomen. Verder is het van belang, dat het personeel direct af wijkingen mededeelt. Melkt de koeien zoo goed mogelijk uit. Zorgt voor reinheid; dat is de eeiste eisehl Op deze lezing, die natuurlijk met applaus beloond werd, volgden cenige vragen van de aanwezigen, die door den inleid' r duide lijk werden beantwoord.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 11