Jlirtuur £Viï>srljr Courant Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD. BINNENLAND. STERTABAK iBONNEMENTx Pér kwartaal ƒ3.25 (Beschikklngskosten 0.15) per week0.25. Voor het Buitenland bij Weke- lijksche rending „6.— Bij dagelijkache zending n7<— Alles bi] vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7/2 cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar No 2861 Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 Aangesloten op het streeknet Lisse. Postbox 20 Postgiro 53936. DINSDAG 1 OCTOBER 1929 ADVERTENTIE»» Van 1 tot 5 regels ft 17% Elke regel meer „0.22% Ingez. Mededetlingcn van 1—5 regels 2.30 Elke regel meer „0.45 Bij contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan bet bureau wordt berekendƒ0.10 1Qe Jaargang Dit nummer bestaat uit DRIE bladen DE WERKING DER ARBEiDSGESCHiLLENWET (ii*) Merkwaardige ervaringen doet zoo'n Rijksbemiddelaar vaak op; zoo eindigden we het eerste artikel over de brochure van mr. Josephus Jitta: „De practijk der Arbeidsgeschillenwet". Het was aan Mr. Aalberse in 1928 gelukt een bemiddelingsvoorstel te doei: by de staking in Berkel, waarover bei de partijen in de handen klapten en toch meenden de patroons na eenige maanden, dat ze bekocht waren (zie elders in dit nummer). De heer Van IJsselsteyn wist in 1924 het geschil bij de veenderijen in Vinke- veen naar ieders genoegen tot oplos sing te brengen, en toch hadden de ar beiders later gereede aanleiding tot klacht. (Zie boven). Te IJmuiden gaf de Rijksbemidde laar op grond van een accountants-on derhoek de visschers in overweging om hun eischen in te trekken, want de be dreven werkten met verlies. Doch 14 dagen later gaven de werkgevers de helft van de gevraagde loonsverhoo- ging, omdat, naar hun meening. de fonjunctuur zich in gunstige richting ging ontwikkelen. Te Bagger-Oosterveen weigerden de TCMt verveners eerst een loonsverhoogin/ 60.000 in de vijf jaar. van 4.% als door den heer Westerdijk, rijksbemiddelaar,was voorgesteld. Korten tijd later, na een groote veen brand, gaven ze 41/2 verhooging. De loodgieters in de groote steden wilden in 1928 geen drie dagen va- cantie geven; doch na vijf maanden staking gaven ze er vier. Een patroon bood eens een accoun tantsonderzoek aan. dat hij zelf zou betalen. De Rijksbemiddelaar bracht dit voorstel over en vroeg de arbeiders organisatie om den acountant aan te wijzen. Doch zij weigerden en kwa men nog denzelfden dag met den werk gever tot overeenstemming. Van dwang mag bij de Arbeidsge schillenwet, welke immers beoogt con flicten te voorkomen of in der minne bij te leggen, eigenlijk niet gesproken worden. En toch is het element divang aan wezig. Doch dan op gelijke wijze als bij de stemplicht. Gelijk de kiezer verplicht is om zich te presenteeren, maar hij niet behoeft te stemmen; zoo zijn partijen in een arbeidsgeschil, na oproeping door de Rijksbemiddelaar, verplicht om te ver schijnen. De wet verwacht wel, dat nu de ver schijnende partijen althans inlichtingen zullen verstrekken, doch het wordt niet geëischt. De opgeroepenen zijn zelfs niet verplicht om op vragen van den voorzitter te antwoorden. Voor de arbeiders treden in den regel de vakvereenigingsbesturen op; en ook de directie van een bedrijf komt meest al niet persoonlijk. Een enkele maal is het voorgekomen, dat de patroon op aandrang van zijn organisatie weiger de persoonlijk te verschijnen, hoewel hij in dat geval bij wijze van uitzonde ring persoonlijk was opgeroepen. Het geval doet zich wel eens voor, aldus vertelt mr. Jitta, dat de patroon weigert met vertegenwoordigers van de arbeidersorganisaties overleg te ple gen, omdat hij deze niet wil erkennen. Een enkele maal heeft een Rijksbemid delaar getracht een conferentie van beide partijen te forceeren door ze, waarvoor hij stellig bevoegd is, op het zelfde tijdstip in dezelfde kamer op te roepen. Een ander maal heeft een Rijksbe middelaar het niet verder kunnen bren gen, dan dat beide partijen in hetzelf de vertrek aanwezig waren en, dat zij, terwijl zij elkanders tegenwoordigheid negeerden, elk afzonde dijk met den &ijksbemiddelaar in overleg traden Een dergelijke dwang heeft echter nimmer eenig gunstig resultaat opge leverd. Aan den anderen kant werden herhaaldelijk goede resultaten bereikt, zonder dat beide partijen tezamen con fereerden, terwijl de Rijksbemiddelaar achtereenvolgens met beide partijen af zonderlijk overleg pleegde en telkenma le de eene partij met de nadere wen- schen van de andere partij in kennis stelde. Zeer goede resultaten heb ik gezien menlijk of afzonderlijk onder zijn lei ding hadden vergaderd, met een be paald voorstel naar huis zond, met het verzoek hem binnen een bepaalden ter mijn zonder met elkander te overleggen hun antwoord te doen toekomen". Dat de Rijksbemiddelaar ook wel te vlug kan ingrijpen, blijkt uit het vol gende In 1925 brak plotseling een groote staking uit in de haven van Rotterdam. Het conflict dreigde zich nog verder uit te breiden. De Rijksbemiddel.aar greep onmiddellijk in. Van patroonszijde werd hem dit euvel geduid. De werk gevers verzochten hem dringend zich van iedere tusschenkomst te onthouden, omdat het aannemelijk werd geacht, dat de staking binnen korten tijd zou verloopen. Besprekingen onder leiding van den Rijksbemiddelaar zouden huns inziens het geschil aanzienlijk vergroo- ten. De Rijksbemidd'elaar heeft daarop aanstonds aan de arbeidersvertegen- woordigers medegedeeld, dat hij zich op grond van de van patroonszijde ont vangen inlichtingen voorloopig van verdere tusschenkomst zou onthouden. Binnen 24 uur was deze staking ver loopen. Deze laatste gevallen zijn wel zeer eigenaardig, doch de schrijver, alles overziende en objectief beoordéelend, mag o.i. volkomen terecht concludee- ren, dat in 30 van de 100 gevallen de bemiddeling gunstig; in 15 van de 100 twijfelachtig resultaat had. En om de zwartkijkers tot helder inzicht te brengen, dat de sociale wet geving niet immer schatten geld ver slindt, deelt hij mee, dat het instituut niet, zooals de aanvankelijke raming was, 40.000 per jaar kost, doch tot het einde van het eerste lustrum slechts Maar, zoó luidt de ironische mede deel ing: „De Rijksbemiddelaars plegen de si garen, de thee en de koffie voor de conferenties uit eigen zak te verschaf fen". Want tegen het gratis verstrek ken van sigaren bestonden onoverko melijke bezwaren van comptabelen aard. De activiteit <11 toewijding der rijks-, bemiddelaars schijnt hieronder echter niet te hebben geleden. Het overzicht, dat de heer Josephus Jitta gaf is een stille hulde aan hun arbeid. MEN ZIJ DILIGENT Ten bewijze van de stelling, dat de finan cieels gelijkstelling op het gebied van het lager onderwijs nog altijd geen volkomeno is, draagt de onderwijspractijk nog steeds materiaal aan. Niet zoo gering in aantal zijn de gevallen, waarin de gemeentebesturen ten bate van het openbaar onderwijs vrij kunnen „schal- ten und walton", terwijl de bijzondere scho len van gelijksoortigen steun verstoken zijn. Zoo is het volgende voorbeeld veelzeggend. Op 1 Januari 1936 zal aan de lagere scho len het vak lichamelijke oefening moeten worden onderwezen, van welk voorschrift tot heden in verband met den minder gunstigen financieelen toestand dispensatie kan wor den verleend en als regel ook werd verleend. Nu echter den laatsten tijd voor verschil lende doeleinden op onderwijsgebied uitga ven werden gevoteerd, die de wet niet gebie dend voorschreef, is moeilijk aan te nemen, dat de werking der bepaling inzake licha melijke oefening tot na den fatalen datum zal worden opgeschort. Men zal dan evenwel komen te staan voor het feit, dat zoo goed als het geheole onder wijzende personeel formeel tot het geven van dit onderwijs bevoegd is op grond der akte j, maar practisch aan de eischen van het nieuwe onderwijs niet beant woordt. In verband hiermee kwam het in verschil lende provinciën tot de voorbereiding van zoogenaamde applicatie-cursussen, waar de ontbrekende kennis zal kunnen worden aan gevuld. Aan de gemeentebesturen wordt verzocht de les- en reiskosten voor de deelnemers bij het openbaar onderwijs uit hun gemeente te willen vergoeden, daar de leerkrachten reeds vrijwillig hun vrijen tijd beschikbaar stellen. Maar hoe met het bijzonder onderwijs? zal men vragen. Ziehier nu een punt, waarop weieens de aandacht mag worden gevestigd. In de eerste plaats schijnt men lang niet overal eraan te denken, dat deze zaak ook belangstelling zou kunnen vinden bij de schoolbesturen en de Christelijke onderwij zers en komt het zelfs voor, dat men deze categorie kalm voorbijgaat. Wat voorts de kostenregeling aangaat handelt men in vele gevallen vrij zonder ling. Dat de vraag aan de orde wordt gesteld hoe het Christelijk onderwijs in deze materie is te betrekken, is meer uitzondering dan wijs hetzelfde bedrag beschikbaar stellen als voor de openbare onderwijzers werd toegestaan. Wij willen niet zeggen dat deze methode, die zeker de eenvoudigste is formeel- wettelijk in den haalc is, maar hier komt de gedachte van gelijkstelling althans tot haar recht Doch, er is een wettelijke weg, die overtuigende aanspraken geeft en dien men veilig bewandelen kan om gemeentebesturen, die met de Lageronderwijswet 1920 nog altijd moeite hebben, de behulpzame hand te bieden. Zonder eenigen twijfel behooren deze les- en reiskosten tot die uitgaven, welken den goeden gang van het onderwijs bevorderen. Waar dus de gemeenteraad zich dergelijke kosten voor het openbaar onderwijs getroost, zullen onze schoolbesturen deze moeten te rugvinden in het bedrag per leerling daargelaten of onze Christelijke onderwijzers van de applicatiecursussen gebruik maken of niet. -i*-" En waar dit wel het geval is, ztjS'deze uitgaven ook op te nemen onder de kosten, die voot vergoeding in aanmerking komen. Ten slotte blijft nog de categorie van ge meenten, waar de Raad voor deze zaak niet voelt of geen deelnemers bij het openbaar onderwijs zich aanbieden en hier is het bijzonder onderwijs automatisch van ver goeding verstoken. Op dit punt wringt de bekende oneven redigheid onzer wet wel heel sterk. In ieder geval: men zij diligent! De ervaring leert, dat diligeutie op dit stuk nuttig kan werken. OFFICIEELE BERICHTEN van de methode, dat de Rftksbemidde- regel, laar aan het slot van langdurige be-1 Toch heeft de bijzondere school hier haar sprekingen beide partijen, die geza- onbetwistbaar rech.t. Daar zijn enkele gemeenten die, van de idee v*) Het vorig artikel etpnd in ons blad der gelijkstelling doordrongen, regelrecht Van Zaterdag"):T," -- - *VopY elk dêe' icmêr bij het bijzonder onder- LANDMACHT. Bij Kon. besluit zijn benoemd bij den Ge- neralen Staf, tot majoor, kapitein B. W. T. van Slobbe, van dien staf, leeraar aan de Hoogere Krijgsschool; bij het wapen der infanterie, tot majotr, commandant van de Schoolcompagnie van den Motordienst, kapitein K. A. Röverkamp, van het 15e regiment infanterie, comman dant van genoemde Schoolcompagnie; tot majoor bij den Staf van het wapert., kapitein H. A. Kloos van dien staf, toege voegd aan den inspecteur van het wapen; tot majoor bij de Normaal Schietschool, kapitein J. C. van Mourik, van het wapen, werkzaam bij de Normaal Schietschool; tot majoor bij hun tegenwoordig korps, kapitein N. Gerlach, van 4de; J. H. W. Bruins, van 14de; P. Keg, adjudant van 3e; H. J. Ruempol Hamer, van Ede; D. Buijs, van ?de; R. Lagaaij, van 13de; H. J. Vis- scher, van 18de; J. A. Brederode, van 25ste; H. P. van Vuuren, van 9de; H. C. Honig, van regiment grenadiers; L. P. Sormam, van 1ste; A. P. Uni, van 13de; en P. L. R. van der Drift, van het 1ste regiment; bij het dienstvak der Militaire Admini stratie, tot majoor, kapitein K. Bouwens, van dat dienstvak; bij het reserve-personeel der landmacht, bij het wapen infanterie, tot reserve-ma joor, rèsp. bij het 11de, 21ste en 6de regiment infanterie, de reserve-kapiteins G. J. Vis, IJ. Baars, en J. C. Roelofsen, onderschei denlijk van het 11de en 21ste regiment in fanterie en van den generalcn staf; tot reserve-kapitein bij de schoolcom pagnie van motordienst, reserve-eerste-lui- tenant W. L. Tiel, van de schoolcompagnie; tot reserve-kapitein voor speciale dien sten bij het vrijwillig landstormkorps mo tordienst reserve-eerste-luitenant voor spe ciale diensten L. J. de Vos, van dat korps; bij het wapen der artillerie, tot reserve- eerste-luitenant voor speciale diensten, bij den staf van het wapen de reserve-tweede luitenant voor speciale diensten W. Joos- ten, van dien staf; tot reserve-eerste-luitenant waarnemer bij de luchtvaartafdeeling, reserve-tweede luitenants waarnemer J. C. van der Vloedt en J. L. den Boesterd, beiden van de Lucht vaartafdeeling; bij het dienstvak der Militaire Admini stratie, tot reserve-majoor de reserve-kapi tein L. S. Snoek, van dienstvak; is eervol ontslag de reserve-kolonel II. J. Doorman, van het wapen artillerie; zijn eervol ontslagen de reserve-kapitein Ten Bruggen Ca te van 8e reg. infanterie en reserve-tweede-luitenant T. J. RL Auscms van het le reg. veld-artillerie; ziin eervol ontslagen de res.-eerste-luit W. M. Roodenburg en J. F. Stahle, onderschei denlijk van het 3e reg. veld-artillerie en het 22e regiment infanterie. ONDERSCHEIDINGEN. Bij Kon. besluit is benoemd tot ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw de gepensionneerde kolonel-titulair der infan terie van het Ned.-Ind. leger, R. B. M. de Wijs, lid van het Hoog Militair Gerechts hof van Ned.-Indië; is bevorderd tot commandeur in de Orde van Oranje-Nassau V. Noest, lid en voor zitter van het bestuur der Rijksverzeke ringsbank te Amsterdam. a Bij K. B. Is aan H. Kuypers, directeur van de N.V. de courant De Maasbode, te Rot terdam, verlof verleend tot het aannemen van zijn benoeming tot commandeur in de Kroonorde van Italië. RIJKSVERZEKERINGSBANK. Bij Kon. besluit is aangewezen als voor zitter van het bestuur der Rijksverzeke ringsbank mr. dr. H. L. van Duyl, lid van het bestuur, en is benoemd tot lid van dat bestuur mr. H. Bijleveld, te 's-Gravenhage SURNUMERAIRS BELASTINGEN. Bij mlnisterieele beschikking zijn be noemd tot surnumerair der «'ir Ié b?lns tingen, invoerrechten en accij 11. .1. II van der Borght te Tilburg; J. C. Hofman te 's Gravenhage, RECLAME MAKEN DISTRICTSCONGRES TE NIJKERK REFERAAT MP.. JOH. H. SCHEURER Op het Districtscongres der Kamer van Koophandel voor de Geld.-Vallci, dpt morgen te Nijkerk gehouden wordt, zal de secreta ris, Mr. .Toh. H. Scheurer het onderwerp in leiden: Hoe moet het middenstandsbedrijf reclame maken. Zooals men ziet gaat de Inleider onmiddel lijk van de stelling uit, dat de middenstan der reclame maakt. Want „daarzonder" (zo«. zeker taalzuiveraar schrijven), kan men het nu eenmaal niet stellen. Reclame-maken is echter een kunst op i$<*h- zelf en daarover maakt Mr. Scheurer rake opmerkingen. Hij beschouwt de recla me in drie deel en: 1. als de aankondiging van het bestaan en de kwaliteiten van zaak of artikel; 2. in het laten zien ervan; 3. bij den verkoop en de aflevering van het artikel. Bij het eerste vinden we al dadelijk de advertentie en het plakkaat Hoezeerj men hier ook zijn waar moge aanprijzen, een besliste fout is het, als er overdreven voor stellingen worden gewekt. Een teleurgestel de kooper komt bijna nooit meer terug, af gedacht nog het nadeel, dat zoo iemand u berokkent door zijn rondvertellen van de desillusie, die hij bij u gehad heeft Ik denk bijv. aan fantastische mededeelingen, die vaak gedaan worden over het uithoudings vermogen, de duurzaamheid van 'n artikel. Waarheid in alles, geldt ook hier. Praktische opmerkingen maakt Mr. Scheu rer over het kleureffect op plakkaten. Deze moeten veelal op grooten afstand zichtbaar en leesbaar zijn; op pleinen, stellages, mu ren, enz. Daarbij is het van belang te ten, als men met kleuren werkt, wat gebeurt hoe men die combineert, om vol doende leesbaarheid te houden. Na veelvoudig onderzoek schijnt de lees baarheid op een afstand te zijn in deze volg orde, waarbij dus begonnen wordt met wat t verst nog leesbaar is: 1. zwarte letter op geel papier 2. groene wit 3. roode wit 4, blauwe wit 5. witte blauw 6. zwarte wit 7. gele zwart 8. witte rood 9. witte groen 10. witte zwart 11. roode geel 12, groene rood 13. roode groen Deze raadgeving is de opvolging waard. Zij kan nog aangevuld worden met de op merking, dat men vooral moet zorgen, dat men de woorden der reclame niet laat aan vangen met hoofdletters van lichter kleur dan de andere letters. Als de hoofdletters dan verbleeken ziet men dwaasheden als deze: (?)et (?)eer (?)rood! In de tweede plaats: mooi en doelmatig étaleeren is een kunst; doch wie er zich op toelegt, zal ook zonder kunstzin wel wat goeds in elkaar zetten. Als hij maar in geen enkel opzicht overdrijft Het is nog steeds een open vraag, of de artikelen al dan niet geprijsd moeten wor den. De inleider komt tot de 0, i. juiste con clusie, dat het publiek gaarne in de ótalage ziet, wat het ariikel kost In de derde plaats wordt gesproken over reclame bij 'de verkoop en de aflevering van het artikel. Ook de keurige verpakking van het verkochte is reclame. En vooral ook het op tijd leveren. Want dat laat nog wel eens wat te wen- schen over. De lezing van Mr. Soheurer is leerzaam! EINDE ZOMERTIJD IN DEN NACHT VAN 5 OP 6 OCTOBER A.S. De Zomertijd eindigt in den nacht van 5 op 6 October a.s. Om Zondagmorgen geen uur te vroeg in de kerk te komen, dient men Zaterdagavond" de klok een uur ach teruit te zetten. NEDERLANDSCHE JAARBEURS VOORJAARSBEURS 1930. Na gehouden enquête onder de deelnemers aan de Voorjaarsbeurs heeft de Raad van Beheer der Nederlandsche Jaarbeurs be sloten de Voorjaarsbeurs 1930 te houden van 11 tot en met 20 Maart RADIOTELEFCONDIENST NED.-INDIE OPENING NIEUWE SPREEKCELLEN. Met ingang van 7 October a.s. wordt de gelegenheid tot het voeren van een radio- telefoongesprek met Ned.-Indic uitgebreid. Nieuwe spreekcellen worden dan in gebruik genomen te Leeuwarden, Maastricht 's-Her- togenbosch en Middelburg. In totaal ne men thans 14 spreekcellen aan dit verkeer deeL WIJZIGING DIENSTUREN. Met ingang van 7 October a.s. wordt tot nader bericht de spreektijd in het radio- telefoonverkeer met Indië vastgesteld als volgt: op Maandagen en Dinsdagen van 13 16.30 uur en op de overige werkdagen van 1114.30 (Amstei'damsche tijd). DE ALASTRIM Uit Heerlen wordt gemeld: Het is thans positief zeker, dat de drie j patiënten uit Brunssum, die in hot zieken huis alhier zijn opgenomen, lijden aan alastrim. Ook in het ziekenhuis te Siitard zijn twee kinderen opgenomen, afkomstig uit Lutterade, bij wie verschijnselen .van de J ziekte zijn geconstateerd," INGEZONDEN MEDEDEELING. Voor kenners DE STAKING TE BERKEL IN 1928 HOE DE OPLOSSING TOT STAND KWAM In aansluiting aan het hoofdartikel over de werking der Arbeidsgeschillenwet nemen we hier over wat gezegd wordt over het ver loop van de staking in het tuinbouwbedrijf te Berkel in 1928. In een onder leiding van den Rijksbemid delaar Aalberse gehouden bespreking met beide partijen bleek geen sprake van eenige toenadering. De werkgevers wenschten geen hooger loon te betalen dan f23.—; de arbei ders verlangden een loon van ten minste f25.Een voorstel om een loon van f 24. te aanvaarden zou door beide partijen met hoongelach ontvangen zijn. De conferentie werd derhalve na langdurige besprekingen zonder eenig resultaat gesloten. Kort daarop zond de Rijksbemiddelaar aan beide partijen een gelijkluidenden brief, die merkwaardig genoeg is om hem hier nage noeg geheel op te nemen. Die brief luidde: Zorgvuldige nadere overweging van alle gegevens waarover ik beschik, in verband met mijn stellige overtuiging, dat beide par tijen verre aan een vredelievende oplossing van het conflict de voorkeur geven, brengen mij er toe, nog een laatste poging te doen om een conflict te voorkomen. Het heeft mij getroffen, dat er voor de argumenten door elk van beide partijen aan gevoerd, heel wat valt te zeggen. De patroons constateeren, dat het bedrijf in 1926 in zeer sterke mate is achteruitge gaan. De opbrengst van de veilingen te Ber kel daalde in één jaar met f600.000. Dat valt niet te betwisten. De arbeiders mei-ken op, dat men niet, om dat één jaar slecht was, na verschillende goede jaren, aanstonds een loonsverlaging van niet minder dan f:3.— mag doorvoeren en dat zulks in naburige gemeenten dan ook niet geschiedt. Op grond van dit alles geef ik beide par tijen in overweging voorloopig het loon te bepalen op f23.—. Mocht de opbrengst van de veilingen te Berkel in 1927 de opbrengst van die veilingen in 1926 overtreffen met ten minste f200.000, dan zal* het loon met terugwerkende kracht vanaf 1 Maart 1927 worden verhoogd tot f24.—. Mocht die op brengst stijgen met meer dan f 400.000, dan zal het loon met terugwerkende kracht van af 1 Maart 1927 worden verhoogd tot f25.—. De billijkheid van dat voorstel kan dunkt mij door geen van beide partijen op goede gronden worden betwist. Gaan de pessimistische verwachtingen van de patroons in vervulling, dan zullen zij niet meer hebben te betalen, dan zij heb ben aangeboden. Blijken daarentegen de meer optimistische getinte verwachtingen van de arbeiders ge grond wat c.oor niemand met meer vreug de zal worden begroet, dan door de pa troons— dan wordt het loon gebracht op een peil, dat daarmede in overeenstemming is. Ik noodig uw beide besturen uit elk voor zich dat voorstel in een vergadering met hun leden te willen bespreken. Ik behoef er nauwelijks op aan te dringen, dat daarbij tevens worde gewezen op hej. groote belang niet alleen voor werkgevers en werknemers, doch voor uwe geheele gemeente, dat een conflict worde voorkomen en op de zware verantwoordelijkheid, die de partij op zich zou laden, die door de afwijzing van dat voor stel een conflict zou uitlokken. Geen van beide partijen heeft bovendien wanneer dat voorstel wordt aangenomen de nederlaag geleden of de overwinning behaald. Het voorstel is op de betrekkelijke juistheid van de argumenten van elk van beide partijen gebaseerd. Het in dezen brief geopperde voorstel werd binnen 48 uur door beide partijen aange nomen, terwijl elk van bc'den verklaarde, dat daarmede geheel aan haar verlangens voldaan. Een inmiddels uitgebroken staking werd na drie dagen opgeheven. Heeft de heer Aalberse in dit geval inder daad den steen der wijzen gevonden? Dat is helaas gebleken niet het geval te zijn. Wat was toch het geval geweest? De tuin bouwers in Berkel hadden zich aanzienlijke offers moeten getroosten, om de verhoogde opbrengst van de veiling te bereiken. Zij hadden hun kassen aanmerkelijk vergroot en daarvoor groote sommen uitgegeven. En zij meenden, tengevolge van de loonsverhoo- ging, niet het hun toekomende evenredige deel van die verhooging tc hebben genoten. Of dat inderdaad het geval is geweest, laat ik in het midden. Uitgesloten is het xeker niet. De ervaring, die ik in dat bijzondere geval heb opgedaan, is voor mij in ieder ge- een bevestiging geweest van de stelling die mij reeds uit de theorie bekend was, dat het niet mogelijk is, een billijk loon objectief vast te stellen uitsluitend als een fractie van den prijs van het product. DE POSTVLUCHTEN NAAR INDIE De post Is doorgezonden. Bij de K. L. M. is bericht ontvangen uit Sotul (Siam) aan de Westkust van Malak- ka, dat het tweede postvliegtuig naar fn- dic wegens slecht weer een noodlanding heeft moeten maken ongeveer 20 K.M. ten Z.W. van Sengora. De bemanning kreeg geen letsel, maar de machine is beschadigd. De post is onmid dellijk doorgezonden. HOEKJESKOUT DE MECHANISCHE MENSCH. loopt het wel eens stroef en moeten wriohten gesmeerd worden; een nieuwe prik kel is vaak noodig om een vonk (of wat daarvoor doorgaat!) te doen uitslaan. „De „hoekjes" zullen binnenkort toch ook jvel weer verschijnen", zei dezer iemand zoo langs zijn neus weg. Dat was wreed, bijna als van dien oud liberalen werkgever (kerkelijk goed ortho dox) die op Hemelvaartsdag 's middags om 6 uur zei: nou jongens, neem er maar eens een vrije middag van! Want de man, die het zei, had moeten be denken, dat ik (gij ook, naar ik hoop) een warme vacantie achter den rug had (enfin, daarover spreek ik nog wel eens) en dat ik danig vermoeid van 't vacantie-houden weer tot mijn arbeid inging. Het valt niet mee om zoo maar (de meeste dingen gebeuren „zoo-maar") weggestuurd te worden uit het frissche vertrek de warme natuur in. En dat nog wed met behoud van loon, zoodat protesteeren ook niet veel helpt. O wee, de scharnieren van halswervel en iets lager dan waar de rug ophoudt een fat soenlijke naam tc dragen; ze worden ge smeerd met zweet (dat van sommige cate- goriën van arbeiders moet erg duur zijn, naar 't oordeel van de spraakmakende en be lastingbetalende gemeente, doch al is dat duur, het is geen olie voor de gewrichten: de stroefheid wordt er juist pijnlijk door. Ja, de zomer, welke (om een frïsch beeld te gebruiken), maar niet van ons scheiden kan, was warm; heusch. ouderweLsch warm. We hebben dit jaar eigenlijk twee porties ge had: of het voorschot op volgende „zomers" was of nabetaling van vorige jaren, ik weet het niet Maar het was warm. Warm en droog, behalve waar het zweet vloeidel Zoo n zonnige zomer is om 't duidelijk te zeggen eigenlijk de schaduwzijde ian de vacantie. Want overal waar je komt, pra ten ze over de warmte. En de rest wordt ver geten. Ik denk er dan ook sterk over, om da Kerstweek vacantie te vragen als vergoe ding voor de wanne vacantie, welke ik be ter niet had kunnen nemen. Want van de- rust, welke ik mij na de vacantie had voor gesteld, zie ik niet veel komen. Het is overigens merkwaardig hoe gauw een mensch kan wennen of ontwennen aan zeker werk. Vooral ook het laatste. En dan moet er weer een ander komen om het me chaniek op gang te maken. En dan draait het weer. Al knerst en knerpt het nog. Doch dat past wel in onzen tijd met zijn zucht naar ontevredenheid. Gelijk hierboven blijkt! DE STAKING TE VINKEVEEN IN 1924 EEN OPLOSSING, WELKE BEVREDIGDE EN TOCH TEGENVIEL Ook over de staking in de veenderijen van Vinkeveen in het jaar 1924 doet Mr. Josephus Jitta een merkwaardige mededeeling. De Rijksbemiddelaar van Ysselsteyn heeft in 1924 een bindend advies uitgebracht, dat de oplossing verschafte voor een geschil be treffende de arbeidsloonen in de veenderijen te Vinkeveen. Hij bracht het geschil tot op lossing dooreen teckening. De tepkening, waarom 't gaat, ziet er bui tengewoon eenvoudig uit. Zij bevat niet veel meer dan twee lijnen. Eén lijn, die de kos ten van levensonderhoud in de buurt van Vinkeveen aangeeft in het jaar, waarin het geschil ontstond en in de jaren, die daaraan waren voorafgegaan. Een andere lijn, die de loonen aangeeft, die de veenarbeiders in die zelfde jaren hebben pennton. Uit het verloop van deze beide lijnen blijkt met een oogop slag, dat de kosten van levensonderhoud aanmerkelijk waren gedaald en dat de loo nen ook waren verminderd, doch geenszins dezelfde verhouding. De Rjjksbemiddelanr sprak daarom uit, dat de loonen in dezelfde verhouding als de kosten van levensonder houd verminderd zouden worden. Helaas kom ik wederom tot de conclusie, dat ook de heer Van IJsselsteyn er niet in geslaagd is, den steen der wijzen te vinden. Stilzwijgend ging hij er in zijn teekening van uit, dat de marktprijs van de turflaag was en ook laag zou blijven, zoodat vast stond, dat de rrnjunctuur van het bedrijf dringend bezuinigingen vergde. Dat is in dit bijzondere geval ook Juist ge bleken. Doch zeker ervan kan niemand te voren zijn. Twee jaar later steeg plotseling dc prijs van de turf aanzienlijk, tengevolge van de staking in de Engclsche steenkolen mijnen. De arbeiders zullen zich, wanneer ook in dat jaar de loonen naar deze objec tieve methode zijn vastgesteld, achteraf be nadeeld gevoeld hebben. HET BIOSCOOPCONFLICT OVERLEG MET DEN MINISTER. De heer D. Monninckcndam, kapelmeestei in het Chicago-Theater te Eindhoven, had gister een onderhoud met d Minister van Binnenlanrtsche Zaken, ten de met dezen te beraadslagei oplossing van 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 1