D!NSDAG 10 SEPTEMBER 1929 EEN ZOMER DIE NIET EINDIGEN WIL V/AAR MOET MEN Z!CH VOOR DE HITTE BERGEN? IN FRANKKIJK WEER FBAÏV.CH (Van onzen Parijsclien correspondent..) Parijs, 7 September 192S, 't Is of er aan den zbrner geen eind komt, zoo zucht men hier, terwijl men zich liet voorhoofd afwisci.it, of op oen andere wijze zich eonge verlichting tracht te bezorgen. Want we zijn ondankbare schepsels, die steeds begeeren wat er op het oogen- blik niet is, en ons niet langer dan een en kel oogenblik met het voorban ion zijnde kunnen tevreden stellen. Terw.ji wij in April verlangend uitzagen naar de eerste zonnewarmte, zijn we thans blo nat de K weer in de maand is, omdat de .1 manden de oesters brengen, (welke hier s Pel meer geconsumeerd worden, dan in lioli ml), en tevens het koelere seizoen inluiden van vallend gebladerte, verademing en lange avonden. De eerste R-maand is er nu, en ook de lboonicn krijgen langzamerhand ijlere krui nen, waardoor men de straten kan zien in ruimer perspectief, doch de zon zit nog I éteeds als een onbarmhartige vuurmassa hoog in de lucht, en maakt de atmosfeer drukkend-heet als in een oven. Zelfs de meest stoïcijnsche menschcnkinderon krij gen het er benauwd onder en trachten door velerlei concessies aan de temperatuur het I zich wat dragelijker te maken. Ernstige mannen, die anders met een gevoel van 1 superioriteit de dames bezien, welke zich j met een waaier wat koelte toewuiven, hrb- I hen zich thans zelf van zulk een nuttig in- strument voorzien, en toonen er zich mee in trarn en café. Wat de dames aangaat, deze hebben voor een niet onbelangrijk deel het gebruik van kousen laten varen, j Eerst wekte dit verschijnsel bij het overig deel der menschheid eenige bevreemding, doch zeer spoedig was men deze te boven, temeer daar het onderscheid tusschcn de vleeschkleurige kous en liet door de zon gebruinde been maar heel gering is, men be driegt er zich gemakkelijk in. Wat hier het leven op het oogenblik zwaar maakt is speciaal het gemis aan wind, de lucht is onbewogen en verzamelt zorg vuldig in zich alle stof en benziuo-geur, welke het auto-verkeer achter zich l int. Begeeft men zich in den avond wat buiten de deur, om een frisschen neus te halen, dan is men spoedig geneigd, maar weder terug te keeren, het is of de lucht, tot aan de geveltoppen, dik en grijs is, en hel ade men belemmert Bij speciaal prefectsdecreet zijn de squa res, de kleine omheinde stadsperken, v/elke anders met het vallen van de schemering gesloten worden, ten einde ongewetischte ditigcn te voorkomen, thans, tot laat in den avond open, en alle zitmateriaal dat tr beschikbaar is, is bezet met menschen, die zich zoo veel mogelijk roerloos houden, en zelfs maar een zeer zwakke aandacht voor hun dagblad hebben, hetgeon voor den Tpransehman, die een groot krantonl»zer is, heel wat zeggen wil. Ook onder deze Ijooge boomgroepen, rond een fonteintje cf «in standb'eeld, is niet veel verfrisschng <e vinden, beter voelt men zich nog in den Jarciin du Luxembourg, op het ruime plein rond den wijden, achtkantigen vijver, dicht bij het statige oude paleis. De massaie etecnen banken, die er rondom geplaatst zijn, onder de giganteske palmen, hebben tenminste het voordeel, dat zij koelte afge venMaar het Luxembourg vormt bij de andere parken een uitzondering en wordt reeds tegen acht uur gesloten. Die sluiting gaat typisch in zijn werlc, en doet aan den ouden tijd denken. Een deta chement van de Garde Républicaino mar cheert binnen onder trommelslag en ko permuziek, maakt een rondgang, en pos teert zich aan de verschillende uitgangen. Anderen blijven in het centrum, loopen langs de banken en stoelen en waarschu wen „on ferme". „Men sluit!" Heele troepen kinderen vinden dit prachtig en begeleiden dezen functionaris, die zich overigens de moeite van het roepen wel kan besparen, het jonge goed vindt het heerlijk om met helle stem men bet voort te planten. Zoo staan dan de menschen lijdzaam op en wandelen langzaam naar de hekken, door de garde begeleid, die telkens anderen opschrikt uit hun zoete rust. 't Is of een kudde door Eet allerbeste plekje gedurende deze wanne avonden zijn nog de hoog gelegen trappen van de Savró-Coeur, HOOR EN WEDERHOOR OVER Br. SM IT'S „DE DICHTER REVIUS" hagepreeken. de geëxalteerde geloofsmoed, de spanning van het altijd-aanwezige ge vaar, waren geweken. Een nieuw geslacht was opgekomen: sterk zelfbewust en strijd baar. Gomarus had de harde consequen ties durven aanvaarden, waartoe dogma tische strijd het Calvinisme gedreven had". TI Hier is een passage, die wij voor ons dn- ders geformuleerd zouden hebben. Maar De zondeval werd voor ons een vloek u'clke mcn nict noodzakelijk ten ongunste «vasr.an alten Cnr.stus on, verlossen kan! ï**2 'S. JSKf .tiï" Van die ycrlcssing geeft de storm op het an Ga'.ilca o.is een beeld. Rcvius' lied begint in de diepten van wanhoop. We staan hijgènd en doodmoe. Och ligdy lieer en s'aept In desc s.wêtre stonde? Terwijl ghy ruste racpt So sincken wy te gronde. De wanhoop klimt tot voor de mast, is ut'ül slepen, tvy lip oh last! j s i gogn'pon. At anders kun JL p ..Maar lan I «ni.t i groote ru t. C.iritdus alles stil gemankt! moeheid brci-it z:>..i onze handen vouw»1 nen dan zachtjes s. r O wat zijt ghy c- n Godt Die stormen mriu haten Bovreest -oor l gebot Soo mac.nii» weet te clarenl" Onze opponent heeft dus (zie zijn Ingczon- den) ongelijk als hij zegt, dat de woorden ..heerlijke, loome moeheid" omschrijven onze reflcxie op Revius' aanbidding van de maje-1 steit Gods: „O, wat zijt giiv een Godt". Smit J parafraseert Revius' gedicht en in die para- j frase lascht hij nu cn dan een gedicht-frag- I ment in. Zoo ook hier: eerit de storm in zijn 1 j kracht en de angst der discipelen (omdat j deze historie voor Revius beeld is, ge-J {waagt hij van wij!) in haar verschrik- j kelijkhcid, daarna het opwaken van Jezus, de stilling van de storm. En als de discipc- len („wij") daar staan, plots bevrijd van I angst en doodsgevaar, zóó bevrijd, dat zij („wij") niets meer hebben te doen, geen I roer te dwingen, geen riem te slaan, werk- j loos in de ingevallen stilte, dan komt er over hen („ons") de „heerlijke, loome moeheid" der rust, de moeheid van hun („ons) afge- zwocgd iijf doet zich gevoelen. Maar hun („onze") handen vouwen zich onwillekeurig en zachtjes aanbidden ze („wij") stamelend: „O, wat zijt ghy een Godt". vloek, lueilol>ll l(J 11Iiei-p,cietlull „c na het uitbreken van de 80-jarige oorlo; waren onrustig, te onrustig om gelegenheid ie bieden voor wetenschappelijke Bijbelver taling vloeiende, poëtische Psalmberij ming. E: „gejaagde nervositeit der ha- gepreck r was „geëxalteerde geloofs moed" (niet alle geloofsmoed was overspan» |ncn, tè veel wagend, maar hij kwam voor {denk aan Datheen, er wds de spanning van het altijd-aanwezige gevaar, schreeuw. En Later nd 1G00 waren deze geweken, Toen waren er geen hagepreeken meer, teen be hoefde de geloofsmoed zich niet meer in roekeloosheid te openbaren, toen was hel gevaar verdwenen. Toen was ook het Cal vinisme dogmatisch uitgegroeid en gecon solideerd. Toen had Gomarus de harde (dat wil zeggen: strenge; bezit „hard", alleen on gunstige bctcckenis?) consequenties durven en 'aanvaarden, w aartoe dogmatische strijd het ijke, loome e,,no had Bedreven. KAASDAG EN KAASTENTOONSTELLING GISTER EN VANDAAG TE BODEGRAVEN Ds ontvangt ten Stadhuize BRAND AAN BOORD! Y0EG0-SLAV1SCH SCHIP IN VOLLE ZEE IN NOOD HOE SLECHT EEN GEWONDE ONTVANGEN WEED Radio Nieuws. HILVERSUM KUO-UIto.) 11.30—13 ,15—1.15 Concf 5—6 7 Grumo/oon. 7—7.15 Praatje Esperanto. 7,157.25 Gramofoon over: Het Katholiek standpunt ir cultuur II. 8.018-30 Lezing- over: positieve actie. S.CO—10.45 Con Nieuwsber. 10.4511.30 Grarcotoc HUIZEN (1875 M.) 10—10.15 10.30—12 1 Maak het self. 5 Micro- van Kub. ■t. 8—8.30 boven in Montmartre. De fantastische grij ze massa van deze byzantijnsche kerk met haar koepeldaken, uit heel de stad zicht baar, staat zoo steil in den hemel, dat er daar althans wel eenige luchtstrooming is. Diep beneden is de lichtdoortintelde donker te der geweldige huizenzee, waarin men hier en daar het lantarenlicht-perspectief van straten ontwaart, klein en smal als uil een speelgoeddoos, cn met een verkeer, dat lilliputterig aandoet. Ook op dit hoogste punt van Parijs merkt men, zoo niet aan de temperatuur, dan toch aan andere dingen, dat de zomer zoo ongeveer voorbij is. Wat thans zich hier op de steenen stoepen neerzet, stil voor zich uitziet en af on toe een woordje wisselt, is in hoofdzaak Fransch. Een dag of tien geleden hadden andere talen er den boventoon, en werd men er zelfs door onvervalscht Hollandsch verrast, een verrassing die overigens het meest aan den kant der touristcn was. Het is voor menschen die ver uit het lieve vaderland trokken voor een vacantietoer, en die zich hier boven de stad beraden over straatna men, métro-halten en richtingen, dan ook een vreemd ding, indien zij eensklaps, ge heel onvermoed, zelfs ongevraagd, een raad of een inleiding in eigen taal beko men! Maar liet seizoen voor deze aange name kortstondige kennismakingen is thans weder voorbij Weet U, wat typisch is? Terwijl de fruit- wagenljes langs de straat weer volgehoopt liggen met massa's druiven, de winkels hun versche blauwe vijgen uitstallen of geweldige, bontkleurige „potirons", dat zijn eetbare pompoenen, begint hier in de boomon een nieuw voorjaar uit te botton. Het is of de natuur bezig is, een vergissing te begaan! De zware kastanjelaren ter weerszijden van de Avenue de l'Observatoire, ion dee- le reeds verzoord of kaal, toonen op andere plekken gansche massa's ijl lentegroen, nieuwe bladeren die midden tusschen de herfstverschijnselon liet hoofd opsteken Zelfs zijn er boomen, die bezig zijn hun witte bloesems te vormen, die als kaarsen zijn. Zij trekken nauwelijks de aandacht, deze ontijdig geborenen; ons deel zomer is ons ruim toegemeten, thans verlangen wij nog slechts naar den herfst cn de nieuwe verandering van het tooneel. gedre' niet genoeg een paar uitdrukkingen als „bewijsplaatsen" te citeeren, gelijk Drs. Buisman hier doet, maar men moet deze ook interpreteeren, om te doen zien, waarin de auteur nu eigenlijk iets miszegt. Onze opponent schrijft voorts: „Maar ook op Dr. Smit's waardccring van de reformatie zou ik een aantecke- ning wensen te maken. Dr. K. Dijk ver oordeelt in ziin bock: Om 't eeuwig wel behagen blz. 93 de beschouwing der refor matie, welke haar ziet als een „nieuw Chr.stondom", dat een Christelik geloof predikte „waarin de waarde der persoon-1 financii iijkheid op den voorgrond staat". Dr. Smit nu karakteriseert de Hervorming met de woorden: „De hervorming (eisclit) de per soonlijke keuze en een persoonlijk geloof". Heden is te Bodegraven de in de heele wereld bekende markt van volle Boeren Gou- öalcaas geopend. Tevens is de algemeens ver gadering gehouden van de Hollandsche Maat- schappij van Landbouw. Gisterm'ddag had de ontvangst plaats van hoofdbestuur en afgevaardigden dezer maat schappij door het bestuur der afdeeling Bo degraven en Omstreken. De voorz. Brunt ï-lep daarbij alle aanwezigen een hartelijk wel kom toe. Om 4 uur had de offlciecle ontvangst plaats ten stadhuize. Daar spak de burge meester de heer Mr C. S- van Dobben de Bruijn er zijn vreugde over uit dat thans riet in een der hoofdplaatsen van het land werd vergaderd,, maar in een k'.emere plaats Spr. gaf de verzekering dat dit door de be volking op hoog on prijs vfrerd gesteld. Spr. vertrouwde dat deze dagen zouden slagen. De rede werd beantwoord door Dr H. J. L o v i n k, den voorz. van dc Holl. Mij. voor Landbouw, die do bes'.e wenschen uitsprak voor don bloei en de ontwikkeling van Bode graven. Het hoofdbestuur der maatschappij :s zeer erkentelijk voor het organiseeren van de kaastentoonstelling. Een groote a'.geroeene tentoonstelling moge hrar goede zijden heb ben, maar zij vraagt doorgaans belangrijke offers, die in do tegenwoordige In den nacht van Zondag op Maandag is rp de Noordzee op circa acht mijl van Duin- kerken brand oitgehnta» «tt l-oord «a I" DAVE:;TEÏ ,1S1M.) 10.35 Mw».„ud%r. sch p, dat van Hamburg naar Yoego S.av.e n bezing. h.lo Gramofoon. ïz.ru o.trvKou- op reis was. De bemanning heeft het schip in grooten haast mouten veriaten en is op gepikt door het Zweedsche stoomschip „Ve suvius" dat op weg was van Bilbao naar Poortershaven. Zoodra dit bericht bekend was hebben wy ons naar Poortershaven begeven rioch de geredde schipbreukelingen zaten juist den trein. Ve hebben daarna den gezagvoerder van het Zweedsche stoomschip, kapitein W. Wet- tin opgezocht, die ons het volgende heeft erteld: Hoe nu? Sluit dit elkander uit? Of wil Drs. Buisman, op grond van de uit haar verband gerukte uitspraak van Dr. Dijk be weren, dat de hervorming niet eisclit per soonlijke keuze en persoonlijk geloof? De be wustwording van het individu was het groo te, dat de overgangstijd van Middeleeuwen naar Nieuwe Geschiedenis bracht. Zooals Dr. Smit zegt: „Het Humanisme eisclit persoon lijke studie cn zelfstandig nadenken de Hervorming de persoonlijke keuze en een persoonlijk geloof". In de M. E. viel de na druk op dc kerk als organisme, de Hervor ming minacht niet de kerk. maar eischt, dat ieder individueel de goede keuze doet cn per soonlijk ook het gemeenschappelijk geloof beleeft. Over de titel loopt Drs. B. thans maar vluchtig heen. De bewering, „dat de schrijver de nadruk op dichter (legt), zoals uit het gehele hoek blijkt, om te zeggen dat Revius eigenlik uitsluitend dichter was" gaan wc stilzwijgend voorbij. Ze mist alle grond. Woordelijk schreef Smit o.a.: „In zijn vers is (Revius) in den edelsten zin van het woord predikant". Drs. B. brengt niet één argument naar voren. Dat zegt genoeg. Het gedeelte van het „ingezonden" betref fende de verhouding dichter-predikant over wegende, heeft met kracht de gedachte bij ons doen opkomen: hoe is het mogelijk dat iemand zulke duidelijke, heldere zaken door verkeerde exegese zoo kan vertroebelen? De kwestie is toch doodeenvoudig? en voor elk te begrijpen. Daar is een man. Die man is een dichter. D.w.z. een dichterlijke geest. Dat wil niet zeggen, dat die man altijd dichterlijke bezieling, inspiratie deelachtig is. Soms bezit hij deze, soms mist hij deze. Komt de dichterlijke stroom over hem, dan kan hij poëz-c schrijven. Blijft die weg, dan kan hij geen poëzie schrijven. Schrijft hij dan tóch, <ian is dat geen poëzie, maar (misschien technisch knap) gerijmel. Nu is die man dominee. T.o.z. van de poëzie maakt dit hoegenaamd gcea verschi' Waakt de inspiratie op in z jn zi 1, dan j kan hij poëzie schrijven. B'ijft de ii spira tie uit, dan kan hij g'én poëzie schrijven. Nu bestaat de mogelijkheid, dat hij toch om een of andere reden, poëzie maken wil Hij wil een nieuwe psalmberijming maken, omdat hij die nood"ig acht voor de kerk, hij I wil een bruiloftsvers maken, onr'a dit va hem verwacht wordt. Dank zij zijn tech nische vaardigheid maakt hij deze ook. Maar omdat de inspiratie hem niet dreef, is hot geen zuivere poëzie, maar (baneal of subtiel) aangenaam of stootend gerijm Is dit nu duidelijk of niet? Zoo Revius. Revius achtte een nieuwe lie rijming dor psalmen noodig. Maar de inspi ratie bleef uit of was niet s'crk genoeg om het werk Ie volbrengen en zijn berijming op een hoog aesthetisch peil te brergen. Revius dichtte tóch, ondanks te zwakke poëtische stimulans. Hij volbracht dus ni t een dichterplicht, maar een pre dik an tenplicht. Zijn lvrijming was niet werk van de dichterlijke geest maar van het Hot eerste artikel stond in ons blad van Zaterdag j.l. omstandigheden niet gewettigd zyn. Opening der tentoonstelling Om 5 uur had de open'ng plaats kaasdvg en de tentomstel ling op de terrei nen bij de Nieuwe Markt. De opening ge schiedde door den Voorzitter der Maatschappij voor Landbouw, Dr. H. J. L o v i n k Vaudeville. 9.20 Concert. 10 Nieuwsber. 10.20 Lezing. 10.35 Concert. 10.55 Muziek. 11.-01—0 Muziek. MÜEUJS ..ïladlo-Parls" (1725 M.) 1.05 Gra mofoon. 4.05 Concert. 6,55 Gramoloon. 8.55 10.3511.30 Gramofoon. 12.30 ïramofoon. 1.2-5—2.50 Orkest. 5.556.50 Orkest t.5u9.15 Orkest. 9,20 Concert. ZEESEN (16.35 M.) 6.10—12.20 Lezingen. 10.3012 Gramofooi rmatl Gramofoon. Dr. H. J. LOVINE Spr. zei, dat evenals de landbouw thans moeilijke tijden doormaakt, dit vroeger ook het geval is geweest. Jdaar steeds zijn de moeilijkheden overwon nen, gedachtig aan de oude spreuk „eendracht maakt macht'*. Op den duur zullen ook de bezwaren van dezen tijd door den landbouw worden overwonnen. Met een hulde aan het kranige stuk werk door de nog jonge afdee ling Bodegraven, opent Spr. deze tentoonstel ling. Door verschillende plaatselijke vereenlgin- gen zijn gister nog kinder- en volksfeesten met muziekuitvoeringen georganiseerd. Openluchtspel. Hedenavond is een groot landbouw-open- luchtspel opgevoerd op het terrein nabij de Kaasmarkt, in een nieuw gebouwd stadion, dat ruimte geeft aan 4000 toeschouwers, op amphitheatersgewys gebouwde zitplaatsen. Vanavond wordt een openlucht-bioscoop ver toond, opgeluisterd door muziek van de mu- ziekvere iging „Crescendo". 3.60 Gr» Wy waren op reis van BTbao naar hier 6.208.15 Lezin lading erts. Omstreeks half twee o nacihts zagen wij een he'.len vuurgloed. aren toen juist in de nabijheid van het Sandette-vuursch'p dus nog een goede hon derd myl van Hoek van Holland en vrijwel dwars van Duinkerken. Wij voeren zoo sne! mogelijk naar het brandende schip. Toen 1 vlak bij waren hoorden we roepen. Wij hebben toen twea redd'ngsbooten gepraaid, {Gramofoon. waarin de volledige bemanning en een dame r~ die voor «haar pleizier de reis meemaakte zaten. De schipbreukelingen hebben we aan boord genomen, wat dank rij de rustige zee huizen <1875 heel gemakkelijk ging. De kapitein van het 1-randende schip en 9 man rijn daarop met een sloep weer weggegaan om in de nabij heid van de boot te blijven tene'nde te zien wat er van het schq) zou worden. Wij hielden 19 personen onder wie de dame en een zwaar gewonde aan boord. Met daze geredden en een van de reddingbooten hebben wy spoe dig de reis naar hier voortgezet. Het bran dende sch'p waaruit de vlammen hoog in het nachtelijk duister opsloegen leverde een onvergetelijk schoon schouwspel op. De ge redden deelden mee, dat hun schip de ,.Zmay'* was, een depot schip, dat voor rekening van de Yoego-Slavische marine bij da „Deut'che Werfft" te Hamburg was gebouwd. Men was op reis van Hamburg naar de Middel- landsche Zee, waar men nadere orders zou ontvanger. Vermoedelijk zou men naar Boke Kataro bij Dowbravni gaan om het sch p eert uit h: aan het Yoego-Slavische gouvernement af conceit. Koor,' te leveren. Het voer nog onder Duitsche vlag De hrand was uitgebroken in de machine kamer, welke midscheeps ligt. Terstond was de geheele midscheeps een laaiende vlammen zee. Eehalve zij die de wacht hadden lagen allen ter kooi. Men had geen tijd iets te redden maar moest hals over kop in de booten vluchten. Bijna allen waren dan ook in pyama gekleed. De tweede machinist had nog kans gezien in de machinekamer af te dalen om de machine te doen stoppen. Op den terugweg moest hip dwars door de vlammen loopen. Daarbij* heeft hij ernstige brand wonden opgedaan.. Wy hebben hem zoo goed mogelijk verpleegd. Van hier is hy raar Rotterdam vervoerd waar hy in een ziekenhuis zou worden opgenomen. De ove rige geredden zijn zoo als zij waren dus de meesten maar zeer onvoldoende gekleed per trein naar Rotterdam afgereisd. 1.15—1.50 Lezingen. 2.20— 5.20 Lezingen. 5.206.20 :0 ..Mensch und Ueber- ''.53 M.) 12.202.20 Orkest. S.20 Concert. 8.50 Vocaal ic jncert. 10.2011.20 De«n=cne meert. 4.30—5 Gramofoon. —7.50 Gramofoon. 7.308 8 Lezitlg over: Op ex- 15 MorseDWddIng. 2 Concert. 2—2-30 .a Houten. 3.304 30 Stuciemuziek voor piano. Egb. Veen. 4.30—5.30 Concert •7.45 Concert. S—S-15 Gramofoon. 8.15 Kur- ha(|S Schevenlngcn. Orkest. Daarna Grauiofooa. DAVENTRY (1554 M.). 10.35 Morgenwijding. 11.05 Lezing. 11.20 Gramofoon. 12.2U ConcerL 12.j>0 Gramofoon. 1.20—2.20 Orkest. 3.10—3.35 :0 Muziek. 5.05 Org 6.50 Lczinf 8.05 J Ó.35 Kinderuurtje. 6.35 Niex Concert. 7.20 Lezing. 7.so- vauaeiie. o.u Cuetten. 8.20 Concert. 10 Nieuwsber. 10.20 Le zing. 10.35 Muzic-k. 11.05—12.20 Muziek. PA-RIJ^ „Radio-Paris^ (1725 M.) 12.50 Gra- ZEESEN (1635 M.) 6.10—11.05 Lezinger —1.15 Gramofoon. 1.151.50 Lezingen. 2 2 Gramofoon. 3.055.20 Lezingen. 5.206 2 ICALUNDBORG (1153 M.) 3.50—5.50 Concert. S.35 Tooneel. 9.35 ,Coi gf Orkest. theologisch vernuft. Is dat nu schelden van dichter en predikant? Dat in d i t geval de predikant gebruikt moet worden om geringe dichterlijke waar de to verklaren, wat zou dat? Mag de waar heid dan niet meer gezegd worden? Verliest, wie dat doet, de naam van „Christelijk ge leerde"? VeeHuidig komen soortgelijke gevallen \<x>r. Denk aan Gorter. Mei schreef hij tij ïnspnciie: de dichter Gorter is aan 't woord; Pan schreef bij goeddeels zon der inspiratiede socialist Gorter is aan 't woord. Scheid ik nu dichter èn socialist in do tëm* per-ooiilijkbud? Tot zoover het verhaal van kapitein Wettin In Rotterdam was het een heele zoek om uit te vinden waar de geredden waren ge bleven. De meeste waren per trein alweer naar Hamburg doorgereisd. Het bleek ons dat de officieren in een hotel alhier zouden over nachten en toen waren zy spoed'? „ontdekt'' In dit hotel troffen wij enke'.e officieren van de Zmay, die het schip naar Yoego-Slavië hadden zullen brengen in opdracht van de Deutsche Werfft, de heer Lorentz en zijn vrouw. Laatstgenoemde was d? passagier e wier pleizierreis naar de Middellandsche Zee zoo onfortu'nlyk was verloopen. De heer Lorentz b'eek de vertegenwoordiger van de scheepswerf te zyn. Zy vertelden ons het volgende: Wij waren twee dagen reeds onderweg. Het schip had tot zoover voortreffelijk ge- icopen en met het mooie weer was het echt een plezierreis. Maar in deze illusie zyn wy wreed gestoord. Toen wij in den nacht van Zondag op Maandag rust:g lagen te slapen werden wij opeens opgeschrikt door de kreet Brand aan boord". Wy renden aan dek en zagen dat de midscheeps een vlammenzee gelijk was. Omdat er vele flesschen met zuurstof aan boord waren en er groote kans bestond dat deze zouden ontploffen moesten wij hals over kop het schip verlaten. Men was toen dan ook al bezig de sloepen te strijken. Zoo als wy waren zyn we in de booten gesprongen. De tweede machinist, die nog in de machinekamer is afgedaald om de motor te doen stoppen heeft zijn dappere 10.20—11.20 Populajr daad met ernstige brandwonden moeten be- koopen. Al spoedig werden wij gepraaid door de „Vesuvius". De kapitein is met negen man in een sloep by het brandende sclrp achter gebleven. Wy zijn met de „Vesuvius" mee gevaren naar Poortershaven. Over de be handeling aan boord van dit schip waren onze zegslieden vol lof. Veel minder waren zijte spreken over de behandeling van de zijde van den havenarts, die den gewonde heeft behandeld. Bij Hoek van Holland heb ben wij geseind, zoo zeiden zij ons, dat wij een zwaar gewonde aan boord hadden en dat wy te Poortershaven zouden landen. Wy wa ren dan ook zeer verbaasd, dat er daar al leen maar een dokter was, die n:et eens verplegïng3materiaal by zich had. Hy wist niet anders te zeggen, dan dat de man naar een ziekenhuis moest- Met het vervoer heeft hij z'ch zoo goed a's niet bemoeid en hij l et «len men zoo maar in de brandende zon lig gen. Wij, die z co vele malen in de Rotter- damsche haven zijn geweest waren het hier zoo heel anders gewend. Over dc. oorzaak van den brand kon men ons geen inlichtingen geven. Naar wy ver nemen is de brand van het 2900 ton metende motorschip Zmay gebluscht. De Duitsche zee sleepboot Hermes heeft het on sleeptouw genomen naar Hamburg. De kapitein en zyn negen man zyn weer aan boord. Wetenschap. DE KARAKORUM-EXPEDITIE. Volgens berichten uit Leh Cacheraire is de Nederlandsche ontdekkingsreiziger Visser er in geslaagd de geheele Oostelyke vallei der Nubra te doorvcrschen en de voornaamste da^ len in de Oostelyke vallei van de Chyck. Meer dan vijftig nog onbekende gletcchers werden in. kaart gebracht. De expeditie ondervond groota moeilijkheden doordat de rivieren sterk gewas sen waren. Thans begeeft zich het gezelschap in N.- Oostelyke richting naar het ondoorvorscht» woeste bergland. NA DEN SLAG XI. ZEELAND, Sept, 19'29. Aan: Heb ik je in mijn vorigen brief iets mede gedeeld over den toestand voor den slag in het algemeen, zooals ik die als leek zag, nu wil ik je iets schrijven over den strijd op 3 Juli zelve, welke indrukken ik opge daan heb. En dan moet ik je tot mijn smart mode- deelen, dat er onder ons Zeemvsche A.R volk voorzoover ik het heb gezien, niet met ie heilige geestdrift is gestreden als in et verleden. Als ik dan in de Rotterdammer zag, hoe onzerzijds in de Kieskringen Den Haag, Dordt en Rotterdam een actie ontwikkeld werd, en hier alles nog stil was, dacht ik bij mij zelve, wat moet er van Zeeland te recht komen, want op de dorpen in Beve land zoowel Noord als Zuid was van onze actie niets te bespeuren. Een Friesche vriend, die hier pas in be trekking is, stond verslagen over zon "el lauwheid en onverschilligheid in "nze Zeeuwsche Anti-Rev. gelederen. Natuurlijk was er wel een kern getrou wen, laat ik zeggen 30?o, maar de ander" 70% geloofden het wel. Onze heer Zuidema van „De Zeeuw" leidde op keurige wijze den strijd, voor zoo ver die schriftelijk werd gestreden. Aanvallen op onze partij werden flink, maar ridderlijk afgewezen. Nergens kon men in „De Zeeuw" (.-ok maar een passag<- aanwijzen, waarin verwante p-n-tijen, S G P en O.H., werden „afgemaakt of gelasterd' Ons A.R. dagblad had geen gemakkelijke taak, om in het bolwerk der S.G.P. den strijd te voeren. Alles wat „De Zeeuw" schreef, was door een zekere groep reeds veroordeeld, voordat liet soms nog het licht zag. Niet wat wordt gezegd, maar wie zegt het, was 'de toetssteen, waaraan alles ge toetst werd. Nadat ik op 3 Juli, zoo spoedig mogelijk mijn stemplicht vervuld had, trok ik de plaats mijner inwoning uit, omdat mijn zaken, mij noodzaakten elders te vertoeven. Daardoor kwam ik op vier dorpen te recht, waarvan er twee golden als bolwer ken der S.G.P. Van een actie onzer A.R. was totaal niets te bemerken. Zelfs geen f n k e 1 e reclameplaat voor de candidatuui Van Dijk, was te ontdekken. Op mijn vraag aan een onzer A.R., dio ik in do dorpsstraat tegenkwam of er dan toch niets door de A.R. partij gedaan was, kreeg ik ten antwoord: „Och kerel, wij maken ons niet zoo druk als jullie! Ieder stemt toch zijn eigen par tij! 't Is toch al een uitgemaakte zaak, wie er in komt!" Dat antwoord viel mij niet mee, om dat aan te hooren cn dat vervulde mij met zorg, vooral toen hij zeide: kjk, daar gaan een paar Kersten-vrouwen!" Al heel gauw constateerde ik, dat deze goed optrokken. Persoonlijk ken ik er ve len van. Allereerst kwam ik in een vol bloed S.G.P.-gezin terecht. De drie vrouwen uit dit gezin waren reeds ter stembus geweest, reeds een half uur na de opening. Ik sprak mijn verwondering hierover uit. temeer daar ik wist, dat zij in 1925 niet geweest waren. Zij antwoordden mij zeer wijs, „want", zei de oudste „als wij thuisblijven stem men wij de tegemnrtij en dan stem' vrij -il ve ook. Dus dan maai liever l Korai-n". In mi v .-n te woning, ging ook S lei 1 's "i i y (dat is Ds. K.) eit toch maar gezorgd, dat de pokkenwet weg is". Dat onze heer Bijle- veld, het amendement heeft ingediend wist ze heelemaal niet en wilde dit ook niet gelooven, toen ik dit zeide. Op een volgend adres was het evenzoo. 't Was l)s. K. voor cn na. Van A.R. propa ganda vernam ik niets. Wel zag ik ver schillende personen, die ik tot de A.R. par tij rekende het dorpshuis binnen gaan, maar dat was alles. In het volgende dorp, dat ik bezocht, was het evenzoo. Ook daar geen enkel spoor te bespeuren, dat er nog A.R. in de wereld zijn. Op dit kleine dorpje haalde Ds. K. een eind over de 150 stemmen, waarin een groot aantal vrouwenstemmen zaten. Verschillende hunner, die ik sprak, gin gen uit verschillende motieven. Eén sprak de verwachting^uit, dat „als Kersten aan de Regeering komt dan zal de Leerplichtwet wel verdwijnen, want as je noe je guus eens een dag thuis oudt om op 't land te helpen, krieg je een verbaai". Deze mecning constateerde ik ook op andere plaatsen. Een ander gaf een geestelijke verkla ring. Zij was bepaald geworden bij Lucas 2 en wel bij deze woorden: „Dat er een gebod uitging van den Keizer Augustus, on dal Jozef en Maria beider, opgingen". En zoo was haar conclusie, als de moede- van den Heere het gebod van een lleidensch keizer opvolgt, dan mag ik toch ook wel aan de wei gehoorzamen. En zij ging Ik trof echter ook een S. G. P. vrouwtje aar., die zeide dat zij thuis blpef, omdat df Heere haar des morgens bij den tekst had bepaald „Zalig zijn zij oie mijne geboden doen". En het gebod des Ileeron was haar uierh ardcr clan de wet. En zij schreef dit -> 'on Burgemeester cn ging niet stem - Vunr cn v' tje heli insvl* K. Me Gij vraagt mij cijfers, waarde vriend. Ik kan je die niet zoo gemakkelijk geven Wel zijn niet alle vrouwen geweest en zijn er in Oostelijk Z.-Bev. b.v. velen thuisgeble ven, inaar ik kan je de verzekering geven, dat zij over het algemeen best gestemd hebben. Ik zal je direct daar nog iets vau zeggen. Ware dit niet hot geval geweest, het cijfer der S.G.P. zou veel lager zijn, en de derde S.G.P.-zetel zou er n i e t zijn. Vooral de jongere vrouwen trokken goed op, de thuisgeblevenen behooron meer tot de oudere garde, ofschoon ik S.G.P.-vrou wen van bij de S0 jaar zag gaan. „Hoe komt het nu toch, dat de S.G.P. in kracht vooruit gaat en onze partij afbrok kelt?" vraagt gij mij in uw schrijven. Waarin dit zit, waarde vriend? In niets anders dan in het persoonlijk con tact van Ds. K. met het Zeeuw s£he volk. Hierin ligt het geheim der S.G.P.- kracht. Niet de kennis der beginselen in de eerste plaats. Ds. Kersten is ongetwijfeld een berekend man. Elk jaar komt hij preekzondagen buiten beschouwing gelaten een paar maal naar Zeeland, waar een groot deel zij ner familie woont Maar dan is de S.G.P.-leider niet in rust Dan treedt liij tegelijk op, zoonis het vorige jaar in de F.ngelsche Kerk te Middelburg voor 2000 personen en te Krabbendijko. met 't onderwerp Petrus Dathenus. Van de be schouwing van onzen pas overleden beer H. de Wilde deugt natuurlijk niets. Debat is er niet, dus tegenweer onmogelijk. En als hij dan zoo vol vuur redeneert, dan glinsteren de oogen de- S.G.P.-ers en genieten zeer van hun Leert ir „die het zoo goed durft te zeggen". Ook vervult Ds. Kersten op zijn Zeeuw sche reizen wel eens avond preekbeurten en nis hij dan in de bediening des Woord* voorgaat, dan komt de politiek ook om den hoek gluren. Dezen zomer heb ik dit zelve geconsta teerd. Met een A.R. kennis, verlieten wij ons dorp, om Ds. Kersten eens te beluisteren, want mijn vriend had nu zooveel over de zen gehoord en gelezen, maar hem nooit gezien, zoodat nieuwsgierigheid de drijf veer was. Tot tekst koos hij de woorden „Zoekt de dingen die boven zijn, niet die op de aar de zijn!" Voorwaar Amice, een ernstig woord, dat wij naarstelyk behooron na te streven. Ik kon mij dan ook van gnnscher harte ver eenigen met het begin van de preek, waar in hij de geheel gevulde kerk aanspoorde de Hemelsche Zaken te zoeken, en niet de wereldsche zaken, zooals de sport en de Olympiade. En nu waren wij ineens in de politiek „O volk" zoo sprak Ds. K., „wat heb ik daarvan staan zien, dat een Christel ij k minister, een milliocn wil geven voor die Heidensche spelen! Waar gaan wy heen als God het nie.t verhoedt? Gelukkig gaf de Heere ons getrouwheid, oro voor zijn Naam en Eer op te komen, en het werd verworpen!" Dat echter onze A.R. Kamerleden even eens schouder aan schouder stonden om dit ongeluksvoorstel van Minister de Vis ser te verwerpen, daarover werd niet ge rept. en allen gingen heen, onder den in druk, alsof Ds. K. dat alleen bewerkt liad. Zie vriend, dat is nu alles wel waar, maar gij zult mij toch toestemmen dat dit een zeer eenzijdige belichting is, wel ker strekking onze partij veel nadeel doet. Op zulke wijze werkt Ds. K. De intieme verhouding van Kamerlid tot de kie zers, die er vroeger bestond, heeft Ds. K. Nog zien wij Prof. Dr. H. Bouwman van Kampen het woord vragen op de Deputatenverga-tering om zijn ernstige klacht te uiten over het Oljmplade-vor ,8tv.. Red. volkomen kunnen bewaren. En dan is er nog een andere factor. De Oud-Gereformeerden (als ik die verzamel naam nu maar eens gebruiken mag) hangen onderling sterk aan elkaar en steunen elkaar op alle gebied. En als er iets gebeurt in hun kring, dat opzien verwekt, geloof maar niet, dat zij er met eon vreemde over zullen spreken. Zij staan voor elkaar. Ge moet daarom niet denken, dat dit al les liefde is, maar een feit is het. Ik zal je dat weer even bewijzen. Zooals je, evenals ik, in ons blad vau eenige maanden geleden heb kunnen lezen, hebben wij hier twee oud-Gercf. richtingen, n.l. de richting Boone cn de richting Ker sten. Op kerkelijk gebied staan zij t e g e ih over elkaar. Nu meenden sommigen van onze partij, dat Ds. Kersten van do richting Boone gecu steun zou ontvangen. Maar daarin vergis ten zij zich deerlijk, want in den diepsten grond voelen zij iets voor elkaar. Dat is nu bij deze verkiezing duidelijk aan het licht getreden. Althans Zondags voor den slag. kondigde Ds. Boone van den kansel nf: „Menschen van St. Philipsland! Stemt allen Ds. Ker« sten!" Dit advies werd trouw gevolgd, ja naar mij uit zeer betrouwbare bron werd ver zekerd, ging de vrouw van Us. Boone de vrouwen nis een voorbeeld voor. Vandaar dan ook dat Ds Kersten op dit kleine dorp je bij de 500 - unen haalde. En daarteg" :r stond van A.R. zijde niets. Maar vriend, mijn papier rankt vol. Mor gen hoop ik je een slotbrief te schrijven, want ik hen nog niet geheel uitverteld. Inmiddels hatielijk gegroet, t t SCALDUS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 3