VOOR DE VROUW §1# i H; «Mp HUISHOUDING EN KEUKEN é-_ No. 31. JAARGANG 1929 VACANTIEGENOEGENS (II) Het is anders aardig om zoo eens na te gaan, hoe sommige huisvrouwen reageeren op de geheel ongewende sfeer van „het •nderc huis". 't Gewone geval schijnt wel te eijn, dat men den eersten dag alles, wat vreemd en andera is, met een bijna vijandelijk wantrou wen beschouwt, om er daarna van liever- leede, héél langzaam en geleidelijk, een wei nig kalmer over te gaan oordeelen, soms zatfs op een heel enkel punt, er aan te gaan wennen. Maar dat laatste blijft men dan meestal telf voelen als een heelo concessie aan de bewoonster van „het andere huis". Ik herinner mij nog goed, hoe ik jaren geleden eens logeerde in een jong huishou den van een echtpaar, dat dweepte met ^antiek". Dc heele huiskamer was zoon' beetje oud- Bollandsch. „Echte" oude stoelen, die zulke krakende wrakstukken waren, dat ik me •r nooit zonder vrees en beven op neerzette en dan nóg was mij eiken keer van te voren *>p gewezen op wélke stoel ik „onmogelijk" kon gaan zitten, en welke nog wel eenigs- eina vertrouwd was. Bankjes, die aller minst uitlokten tot voetenrust, een effen, jgrauw, grijsbruin pluchette lap bij wijze van „kleed" over tafel en over o anachronisme in deze antieke kamerl divan, een „echte" tndc (dat wil zeggen: met leelijke sleetgalen) vierkante doek, waar jaren terug het een of endere oude vrouwtje in moest hebben rand- geloopen, en waar deze menschen nu een dikke veertig gulden (vóór den oorlog) voor betaald hadden, hing boven den schoor steen gedrapeerd, voor welke draperie een goede kennis, die tevens kunstenaar was, •pecia&l overkwam bij de huisinrichting. Want zóó antiek was het echtpaar nog niet, •in zooiets zelf te kunnen uitvoeren. Op dien doek hing een oud spiegeltje in tnahonielijst gevat, en zóó verweerd, dat je kwaad werd op je eigen gezicht, wanneer Je er in keek, ook echt „antiek" dus! Ver der was er nog wat onfrisch tin op schoor steen en theetafel, dewelke zelve alsmede een wrak, ten slotte (het laatste niet het minst erge) een oud klein ladenkaetje, dat altijd onmogelijk vol rommel zat, omdat het nu eenmaal te weinig borging gaf voor een huiskamer. De vloerbedekking bestond uit naast elkaar gelegde banen van effen gele matten, die el gauw vies kleurden door het verschieten en waar alle morsvlekken dadelijk ten erg ste op zlohtbaar werden en zichtbaar bleven. Nu, ik voelde me vreeselijk onwennig in •1 die vieze, oude, stofnesterij, ook een bouwvallig, wormstekig spinnewiel met een bosje half vergane vlokkige viezigheid stond er bijvoorbeeld nog in een hoek, en ik moest onwillekeurig telkens denken aan het interieur van een eveneens pas-gehuwde vriendin van me, die daar dicht in de buurt woonde, en die ik eens gauw opzoeken wilde, omdat ik daar ook wel eens logeerde/ Onwillekeurig maakte ik soms in gedach ten vergelijkingen tusschen het „antieke" gedoe, waar geen enkel vaasje bloemen, laat staan een potje met fleurig groen, de sfeer wat mocht ophalen, en het andere, knus-ge zellige interieur, waar een volle frissche bloemenbak voor de openslaande warand< deuren 6tond te juichen, door zomer en win ter heen, een buffet met spiegels en wat aardige opvulling van kristal en irisglas, een vaasje met bloemen, dat er wat kleur aan gaf. Heerlijke, echt luie stoelen, waar je als vanzelf in, maar heusch 'n beetje moeilijk weer uit kwam, o, als ik dddr mijn goedbedoelende, gastvrouwtje met haar bij; ziekelijke antiek-liefhebberij eens in kon brengenEn dan niets zeggen, voorél niets zeggen, dacht ik, dan zou zij het ver- ichil immers zelf wel moeten zien. In aanmerking genomen het feit, dat zij leefde van een inkomen, ruim anderhalf Huisvuil maaj 200 gr0ot als dat van het frissche ge zin, zou er toch niets schrijnends in kun nen zijn ook, want haar middelen zouden haar zéker veroorloven hetzelfde en des noods nog méér, #1 eenzelfde richting te doen. Dus vroeg ik op een keer, dat we samen in de stad wat boodschappen hadden ge daan, of zij niet eens even meeging naar een iendin van me, waar we zoo dadelijk langs zouden komen, en waar ik dan eens een avondbezoek afspreken zou. O, dat vond zij best. We gingen er dus binnen. Het huiselijk interieur waar op dat oogen- blik juist de zon wat late namiddagstralen heenzond, was op zijn voordeeligst. Het gouden licht in glas en spiegels van het buffet, de zacht-roode lathyrus in een wijde kom daarvóór, het fijne groene plantje op tafel, dat óók nog nét wat zon opving, divan en lage stoelen met kussens in alle gewilde dikte of formaat, waaruit je naar believen te grijpen had, alles was hier van een noodigendc, streelende vriendelijkheid. Er werd thee geschonken in aardige fijne theekopjes die alle mogelijke kleuren ver toonden, o dat vervelend gedoe met de „echt ouderwctsche" stijve effen witte kop jes bij mijn gastvrouw, die uit het oude tinnen theepotje slechts onsmakelijke thee wist tc serveeren. Ik keek eens naar de plantenbak -in do open deuren, naar het aardige werktafeltje een knus hoekje van de kamer stond, het lager boekenkastje, alles van dof eiken en toen: vergeef me de dwaasheid toen keek ik óók eens even naar het ge- izicht van mijn andere gastvrouw (de an tieke), om te zien hoe zij dit alles opnam. Maar 't gezicht scheen ondoorgrondelijk. Met haar gewone gemakkelijke vriendelijk heid praatte zij mee met het theeschenkcnde vrouwtje we waren allen van ongeveer denzelfden leeftijd merkte, zonder vóór- of tegenzin te laten blijken, als terloops op, dat je, izoo dicht bij elkaar in dezelfde buurt, toch nog zooveel verschil in bouwsysteem vinden kon, zij woonde bóven, wel ruim, maar een bezwaar bleven trappen altijd wel.., Een kwartiertje later stapten we weer over straat en toen we even daarna in het grauwe, grijze interieur kwamen, dat als een motregen tegen je aansloeg, op je neerviel, en in al de vezels van je gemoed scheen te dringen, had ik nog niets gezegd, maar wachtte vol spanning op het orlgineele oor deel van mijn gastvrouw, dat nu zeker wel gauw loskomen zou. „Hè," viel ze op 't zelfde oogenblik uit, „wat vond ik het daar afschuwelijk, zoo druk en zoo vól. De dingen schitterden je tegen! En dan zoovéél bóómen! Bóómen in een kamer vind ik gewoon afschuwelijk! Je bent toch niet in een bosch!" „Bóómen?" vroeg ik, werkelijk wel wat onnoozel. „Ja zeker, bóómen! Op de tafel 'n bóóm, (lezeres, dat was -een heel klein en fijn Venushaartje in een Gouda-potje geweest) voor de ramen een heele standaard met hoo rnen, en zoowaar nog een bloemperk op het buffet Ik stond even beduusd, maar protes teerde dan: „De zon stond er anders maar leuk in, wat een vróólijk geschitter gaf dat." „De zon is nog mooier hier in dat wanne rood-bruin en op het doffe tin" zei ze koel beslist. Ze had eensdeels gelijk. Zelf had ik dikwijls die wonderlijke, diepzinnige kleu renmengeling genoten van late zonnestralen in zulk oud, van roode-was-doortrokken ma honie of eiken. En ook hier was het soms een stukje poëzie geweest de enkele oogen- blikken, dat dit licht te genieten viel. Maar doorlóópend, in de gewone dagen EENVOUDIG HAAKPATROON Op de vraag naar een eenvoudig randpa- troon, dat men naar eigen verkiezing bree der of smaller kan uit voeren en waarbij te vens een hoek gegeven wordt, laten we het hierbij opgenomen filet patroon zien, dat zich al zeer eenvoudig laat nawerken. Voor 't gemak onzer lezeressen teekende ik er boven links een zwarte lijn, die laat zien, hoe mon van de eene richting der toe ren opeens overgaat in de andere. Zooals het patroon hier voor ons geteekend staat, wer ken we dus van onder naar boven in toeren van ongelijke lengte. Wanneer ten slotte de twee bovenste schulpen, die afzonderlijk ge werkt worden, klaar zijn, keert men het werk een halven slag .«Ai mm? HBHIPIl W 25UV m' •1T »a, s«A« 9 4M» A..'.**#.' 1» '.fe R* «2522* j;*" .SïSttï. .Siïtt -ï4*I ^^.:S55-^V.S'5ÏÏ-V. - i*«l O» gaat de volgende toeren werken langs den zijkant van de eerste reep zat je in een sombere, grauwe sfeer. „Waarom" waagde ik, „als je er niet van houdt, koopen jullie dan wel schilderijen van bloemen, waar je honderden guldens voor over hebt." „O schilderijenI" herhaalde ze op een toon van verklaring, alsof het een uitgemaakte zaak was, dat echte bloemen niet konden hilen bij een schilderij er van. „dat is ook wat anders, deze zijn echt kunst." Toen heb ik natuurlijk maar erkend, dat die schilderijen ook werkelijk mdoi waren, en over 't interieur verder maar ge zwegen. Doch mijn volgende logies was weer in het frissche huisje met de échte bloemen. IN DEN NACHT In den nacht, in den nacht, komt stil de smart! En zijt gij ontwaakt, o gebrookne van hart Zoo vindt, u de komende morgen In tranen en in zorgen! In den nacht, in den nacht verwacht stil uw heil! En zijt gij ontwaakt o zaligheid! wijl De duistere droom is verdreven En vreugde U hergeven. In den nacht, in den nacht komen blijd schap en leed Zij gaan weer, vóórdat gij het weet, Om Heen die hen zond, tc verkonden Hoe zij u bevonden! (Uit het Duitsch van Julius Sturm). SCHOOLVACANTIE Vacantie-foto's? vraagt ge. Ja, dat kén, want hier zien we midden op den dag, in de felle hooge zon, de bengels, die anders op deze uren altijd haast heb ben, hard loopen vin of naar school, aan worden, zal toch niemand gelooven. Neer., een vroolijk spel is het. Maar echte vacantie-tafereeltjes? Nee, dót zijn het toch ook weer niet Want een echte vacant ie voor zulke jongens kan ik me haast alleen denkeu bij het vrijbuiteren alsof er geen schooluren be stonden. Tasschen met boeken hebben ze ook a. niet bij zich. Ja, we kunnen er wel zeker van zijn, dat hot vacantie-vicren is, wat de rak kers doen, en wat de groot* imeasche.n oog luikend toelaten in het wijze besef, dat „kin deren toch wat moeten uitvoeren". Want g«t er hier in ernst dorstige kelen gelaafn BEHANDELING VAN KAMER PLANTEN Iedereen weet dat het gieten een der eer ste factoren is voor het welslagen van den groei en voor de goede gezondheid onzer natuurkinderen. echter nog een tweede, niet minder belangrijke bewerking voor een goeden plan tengroei noodig, n.l. het op tijd verplanten, het zorgen dat de planten die in een tries tige kamer als 't- ware zoneschijn brengen, bijtijds in een iets ruimere woning geplaatst worden, hetwelk natuurlijk gepaard gaat met het toedienen van nieuwe, versche, voedzame aarde. Als de pot te klein wordt, kan men de potkluit niet meer voldoende ochtig houden, waardoor de plant gebrek krijgt aan water en dus aan voedsel, (want nen vergete niet dat water noodig erschillende bodemzouten op te lossen in oor de planten opneembaar voedsel) waar door zij een meer of minder kwijnend be staan zal lijden. Het te klein zijn van den pot kan men het beste controleeren door de plant even uit den pot te tikken om te zien of de potkluit geheel doorworteld is; in dat geval is verplanten beslist noodzakelijk. In andere gevallen, daar waar de pot ruim ge noeg is, doch de aarde door onoordeelkundig gieten duf of min of meer zuur riekt, kan men meestal volstaan door met een stomp stokje zoo voorzichtig mogelijk, om zoomin mogelijk wortels te beschadigen de bov laag van den grond los te maken en te ver wijderen om deze daarna door nieuwe aa tc doen vervangen, z.g.n. „topdressen." „Wanneer moeten we verplanten? Welk jaargetijde is hiervoor het best geschikt?" hoor' ik reeds velen vragen. We weten dat dc meeste planten een soort rustperiode mee maken en dat dezo gewoonlijk in den win ter valt. Zouden we dus in den winter gaan erplanten dan storen we de planten on- noodig in deze rust, wat tengevolge zou hebben, dat wc ze dan noodzaken te gaan groeien in een periode waarin groot gebrek aan licht en natuurlijke warmte is, en wc zullen teleurgesteld worden door een zwak ken ziekelijken groei. In het algemeen kun nen we dus aannemen dat het voorjaar de beste tijd voor het verplanten is. Dan kun nen en mogen wij verwachten dat de na tuur onze allerbeste medewerkster is. Maar ook het vroege najaar is een goede tijd wanneer men het in het voorjaar verzuim de. Hoe groot moeten de potten zijn? vraagt U! Nimmer te groot. Allereerst houde men rekening an et dc verhouding van den plant tot den pot, want een kleine plant in een •groote pot, staat als een vlag op een mod derschuit Tweedens zal een te groote pol weder nadeelig zijn door het te nat blijven en dus verzuren van den grond, derdenszal e? door versch.llende natuur-elementen veel voedsel uit de aarde onttrokken worden al- wijder ruimten en grooter vlakten, in het vorens de potkluit weder doorworteld zal volle zonlicht, waar alleen van hooge zware zijn. boomen wat schaduw komt, maar waar geen Als regel neemt men aan dat de pot waar- muren of schoorsteenen, geen kolossale mas- in de plant staat juist in de nieuwe moet sieve huizenrijen te vinden zijnpassen. Doch hier zijn uizondermgen op Och, waarom kan heel Hollands stads- den regel, het spreekt vanzelf dat snel jeugd dat niet voor die paar weken in het groeiende planten een iets ruimeren po» jaar gaan genieten, het land is zoo wijd en kunnen verdragen dan langzaam groeiende, zoo tui'in, hot hoeft nog zooveel plaa'sJzoo b.v. groeien Talmen heslist beter in een kleine, dan ln een groote pot, bij Aspedistra, Varens en Asparagus kunnen de potten we der iets ruimer genomen worden. Alvorens we de nieuwe potten gaan gebrui m moeten deze terdege in- en uitwendig goed gereinigd worden. Men mag ze niet nat gebruiken, daar de aarde zich dan aan de potporieën vastzuigt en bij een latere verplanting nadeelig voor de plant kan tvorden. Nieuwe, nog nooit gebruikte pot ten moeten eerst goed doorwaterd worden, daar anders in dit geval door de zeer droge pot alle waterdeelen aan den grond zullen worden onttrokken en in den potwand wor den opgezogen. Alvorens we tot verpotten overgaan moet elke pot goed gedraineerd worden. We we ten dat iedere goede bloempot van een gaat- jo voorzien is, grootere zelfs van vijf gaat jes. Welnu, op ieder gaatje legt men een stukje scherf van een gebroken pot, met de holle zijde naar beneden. Deze stukjes moe ten dienen om de openingen in den bodem van den pot open te houden, om het over tollige water des te beter te kunnen afvoe ren, waardoor verzuring van de aarde voor komen wordt. Is dit geschied, dan bedekke men den geheelen bodem met stukjes scher ven, voor sommige plantensoorten zelf tot op een derde van den bodem af, en brenge hierop een laag nieuwen grond, juist zoo veel als de oude potkluit dit toelaat. De oude potkluit moet altijd ongeveer een c.M. on der den potrand blijven. Bij het verplanten moeten de wortels zoo min mogelijk beschadigd worden, bescha digde wortels moeten met een scherp mes vlak worden bijgesneden. Om de plant uit den pot te krijgen houdt men haar onderste boven. Terwijl men met de linkerhand den potkluit tegenhoudt klopt men met den rand van den pot op een of ander stevig voorwerp, waarna in de meeste gevallen de potkluit van den potwand zal loslaten. Verwijder daarna voorzichtig met de hand of een stomp stokje wat van de oude aarde tusschen en onder de wortelmassa, alsmede van het bovengedeelte der kluit, waar men gewoonlijk maar weinig wortels zal aan treffen. Na deze voorbereiding brengt men de plant in haar nieuwe woning over, waarbij men zal opmerken dat er tusschen den pot wand en den potkluit een ruimte is ont staan die we zorgvuldig met nieuwe aarde moeten aanvullen. Deze afwerking geschiedt ook weder met een langwerpig plat houtje, waarbij men steeds zorgen moet de aarde goed gelijkmatig over den geheelen omtrek te verdeden, en met het houtje steeds langs den potwand, (dus niet lans den potkluit) te schuiven om het beschadigen der wortels te voorkomen. Er is zeer voel verschil ln het verplanten, de eene plant moet zeer stevig worden op gepot, anderen daarentegen wenschen slechts matig te worden aangedrukt. Ook in de grondsoorten die we ter beschikking hebben, bestaat zeer veel verschil, alhoewel de meeste kamerplanten wel gedijen in een voedzaam mengsel van boschprond. loam (kleizodengrond) en scherp- of rivierzand. (Overgenomen.) J- MATER. INSCHRIJVING VAN LEERLINGEN aan de Vakscholen voor Dames en Jonge Meisjes, voor het Costuum- en Lingerienaaien, Handwerken, enz. Afdeelingen van de in 1911 Koninkl. Goedg. Vereenlging van Modevakscholen in Nederland. OPLEIDINGSSCHOLEN VOOE EXAMEN. Lessen voor eigen gebruik in het geheel zelfstandig leeren vervaardigen van alle voorkomende Kleeding. Spreekuren aan de Scholen: IN HET WESTEN: Schietfcaanlaan 99, Donderdags van 24 en van 7—9 uur; te KRALINC4EN: Annastraat 5 (bij Av. Concordia) Dinsdags van 78 uur; te FEIJENOORD (Hillesluis): Beyerlandschelaan 40, Dinsdags van 4—5 en Vrijdags van 6—7 uur. Correspondentieadres: Prospecti verstrekt de Directrice: Rotterdam, Schictbaanl aan 114, Telef. 33739. Mevr. S. A. VAN AMIJDE—PORS. HET HUWELIJK IN ASSYRIE Assyrische vrouwen worden door hare mannen rechtstreeks gekocht en hebben he den ten dage niet meer vrijheid dan ten tijde van Cadmus, den stichter en eersten koning van Thebe. Geen Assyriseh meisje mag zich met een ongesluierd gelaat op straat vertooncn. Wordt zij ooit zij het dan ook al toevallig, door den een of anderen man ongesluierd gezien, dan begeert geen andere man haar meer tot vrouw. Wee de vrouw, die het in haar hoofd mocht krijgen, om zonder toe stemming van haar man een bezoek te bren gen. Het aanzoek om een vrouw wordt tus schen de twee vaders ongeveer op de volgen de wijze afgespeeld: Ik wenscJi een van uwe dochters tot vrouw voor mijn zoon Elim, spreekt een der vaders tot den ander. Uw wensch is een eer voor mij en mijn huis, luidt het antwoord. Hoeveel dochters hebt gij? Drie. Hoe oud zijn zij? Een is er vijftien, een twintig en eert vijf en twintig jaar. Van de twintigjarige en de vijf en twin tigjarige kan natuurlijk geen sprake zijn, zij deugen niet meer om te trouwen. Hoeveel verlangt ge voor de kleine? Vijf kameelen, vier paarden, drie schar pen en vijf dollars. Bah, voor zulk een prijs kan ik hon derd andere meisjes krijgen. Maar niet een, die zoo jong is. Zooveel als ik er maar hebben wil. 't Kan best wezen, maar voor minde# geef ik haar toch niet. Zeggen wij vier kameelen. Het blijft zooals ik gezegd heb. Welnu, het zij dan zoo, ik zal betalen. De koop is gesloten. Is de bedongen prijs betaald, dan gaat hot me.isje van dit oogen blik af in de hand des koopers over. Voor dien tijd echter kan zij nog door een ieder* die een hoogeren prijs betaalt, gekocht wor den. NOG EEN PAAR SCHORTJES Nog een paar eenvoudige mededeelingen voor kleine schorten volgen hier. Het eerste heeft een glad bovenstuk en een klokkend rokgedeelte, dat men dus rond AVONDVERLANGEN Wie den zwoelen zomeravond Draagit ter heeling zijn gehavend En gekneusde hart, Voelt, zwaar als benauwde droomon. D' avondgeuren op hem komen Als zijn eigen smart. En hij ziet zijn vreemd begeeren Telkens vreemder wederkceren, En zijn traag verdriet Moede als moederhanden streelen 'i Haar van 't kind weemoedig spelen Met een wordend lied. Met, dof-ruischend aan zijn slapen. Enkel hunk'ring om te slapen, Ziet hij eensklaps aan Lagen hemel 't zinbeeld hangen Van zijn mateloos verlangen: De befloerste maan. En dan zou hij èlles geven Ach, niets dan zijn schamel leven, Moe en bleek en welk Mocht het hoofd, het nooit-gekuste, Tusschen zachte handen rusten Als een bloemekelk. Uit: Verzen. BERNARD VERHOEVEN. Zegent dsn uw zonne en uwen dag Ik, die dit schreef, ging met een hart wonden. Handen vol euvel, ooren vol geklag, En heb de wereld toch zóó schóóu gevonden!" Fr. VAN EEDEN. knipt. Het wordt langs alle randen «n na- dn versierd met effen biezen in afstekond# kleur. Het tweede schortje is geheel glad en dut nog eenvoudiger te knippen. 1 Is een ruit, zoo goed als vierkant, de bovenpunt wordt dubbelgeslagen. Op de. hoeken daarvan hecht men het smalle hals- en schouder band je. Verder wordt het schortje versierd met appliquéwerk van driehoeken en cirkels ia verschillende kleuren. De teekening spreekt verder duidelijk genoeg voor zichzelf. PRACTISCHE WENKEN Japansche Matten ïeche matten I ïspükerd 'op de; z(jn. Men dient er te vochtige doeket RECEPTEN Bruine gepelde gortsoep ,-ordt bijgevoegd: 60 gr. gepelde rijst 2 L. boi kookt 1b. Dezo bouillon wordt langzaam bU het botermengsel gevoegd, de soep nog een poosje wordt afgemaukt. Croutons met merg >rplge stukjes oud mergpijpen. 1.5 dL. (liefst) kalfsjus, eenlge truffels, takjes terselie. Van oudbakken brood 12 of 16 lang- srplgo of ronde «tukjes snijden a deze ln d< i draad bln- uitkookt 6 minuten ln kokend rater mot zout koken, daarna het merg it nemen en In plakjes snüden. De kalfsjus met de aangemengde sago bint n over de pinkjes inerg gieten. Het merg daur- a op de gebakken stukjes brood leggen t gebakte truffel Do uton: 'Appelschoteltje appelmoes niet te eitje. De sneedjes Eenvoudige hors d.' oeuvri 're dat al zeer vlug klaar tm op het onverwachts gasten mmetjes. Prak me» hardgekookte t Jes brood met daarna een laag geel op. i gele helft naa«t elkander en leg daar schula appetlt-sllt (uit blikje). Zout naar Vanille-eake gram maïzena. ]S« een theelepel bak sen vanillestokje, I i zeef het verschel- poeder. het binnenste van laong alles door elkaar er dene malen. Besmeer een c bak 14 1% uur. Cake zonder eieren. Roer H pond boter of vet en 3 ons suiker goed dooreen. Voeg daarbö 4 kop melk. 1% kop ro- |Un«n of krenten, of belde gemengd, reef floor- .en 8 ons meel. 3 theelepels bakpoeder. thee lepel kaneel. Voeg dit bu het vorige mengsel ">aK in een diepe cako-pan gedurende een ln een zeer matigen oven (200 4 250 gr.) Gestoofde aardappelen Laat overgeble' worden In wat melk. __JRH bU. wat zout en misschien wat met elkaar even doorstoven, over in een dekschaal en strooi peterselie of wat geraspte nootmuskaat' nieuwe aardappelen warm ion klontje boter peper. Laat allee breng *t gerecht wat gehakt» desnoods i ,vvu. wat gebonden worden met aangemengde bloem of maïzena; echter «teeds zoo weinig, dat van een „gebonden saus" nog geen sprake U). Benoodlgheden: L. of 7% (gewoon the»- kopje) melk. 10 grnm. 7 afgestreken eetlepel» Maïzena. 100 gram. schraal 7 afgestr. .njebloMemwater, Begin met de Honlngs Maïzena aan te mengen met zooveel van do koude melk, dat oen ge makkelijk vloelbanr papje wordt gevormd: te» de rost van de melk op en breng die langzaam san de kook: klop terwijl het eiwit Roer nu vlug de aangemengde Malsena »n do suiker door d» kokende melk. blijf flink roeren tot het mengsel even heeft doorgekookt en gnnr Is; neem de pan van 't vuur, roer er vlug het oranjebloezem- water bij on giet dan de puddingmassa bö het eiwit, flink de garde gebruikende om alles door elkaar te kloppen. Giet de In een met koud water omgespo-lden vorm en laat ze koud worden. Stort de pudding op een platten schotel •d presenteer er jiM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 3