BUITENLAND. Schooinieuws. DE CHRISTELIJK-HISTORISCHE LANDDAG. DONDERDAG 4 APRIL 1929 EERSTE BLAD PAi». MR. MYRON T. HERRICK. t EEN GEZANT, DIE DE SCHABEL TUSSCHEN TWEE REPUBLIEKEN V/AS. Een Amerikaan, die zich „Parlslen" voelde. (Van onzen Parijschcn Correspondent.) De Amerikaansche gezant te Parijs, Mr. Myron T. Herrick, die dezer dagen o\erleed, behoorde tot dat gelukkige soort van men selven, die zich bemind weten te maken, zoowel door hun rechtschapenheid en fijn heid van karakter, als ook door de tactvolle wijze waarop zij zioh van dikwijls moeilijke opgaven weten te kwijten. Bij het uitbreken van den Wereldoorlog bevond Mr. Herrick zich als diplomatiek vertegenwoordiger der Vcrecnigde Staten in de Fransche hoofdstad en deze zoon van dc uitgesirektste republiek' der Nieuwe Wereld gevoelde een warme sympathie voor die froote republiek in het oude Europa, voor 'rankrijk, dat de Amerikanen in hun Vrij heidsoorlog eerst met vrijwilligers en later met het zenden van troepen had gesteund Hij wilde, dat thans Amerika zijn schub van erkentelijkheid zou voldoen. Was het ruiterstandbeeld van Generaal Lafayette, dat de Amerikaansche school kinderen in het jaar 1900 schonken en dat in de nabijheid van het monument van Gambet.'a op do Place du Carrousel een plaats kreeg, niet als een erkenning van deze onvoldane rekening en zouden, wio toen nog schooljoongens waren, intusschcn niet mannen geworden zijn? Het had er allen schijn van, dat thans de oude zuster republiek zou worden onder den voet geloopen en Herrick beschouwde het als de eerelaak der Staten, die mede door haar tusschenkomst hun onafhankelijk volksbestaan wonnen, om thans eem grootc daad van dankbaarheid te doen. Het was voorzeker ook dit gevoel, dat hem er toe noopte in de metropool te blijven ver toeven, ondaoks de aanmaning om heen te gaan, daar de luchtaanvallen der Duitschers net langer toeven gevaarlijk maakten. Hij gaf echter de voorkeur aan te blijven, om zooveel in zijn vermogen lag dc© nood te helpen lenigen. Toen er destijds in de nabijheid van het Amerikaansche gezantschapsgebouw een bom ontplofte, en men er nogmaa s op aan drong dat hy zich in veiligheid zou stellen, iprak hij een merkwaardig woord, dat zoo- Wel van persoonlijken moed getuigde, alsook Yan de gevoelens welke hij koesterde ten ©pzichte van het land waarin hij verblijf fttield. „Er zijn gevallen", zoo zeide hij, „waarin •en rioode gezant meer diensten bewijst dan een levende". In dit gezegde schemerde niet onduidelijk de gedachte dcor, dat de Vereenigde Staten er ten slotte toch bereid toe zouden zijn aan de zijde der Geallieerden aan den oorlog doel te nemen. Meerma cn wist hij op dezelfdo fijne ma nier van zijn persoonlijke sympathieën blijk te geven, waarbij hij echter nimmer vergat, dat bij de officieele vertegenwoordiger van •en, neutrale mogendheid was en dus als zoodanig de verplichting had ook in zijn persoonlijke uitingen zooveel mogelijk on partijdig te blijven. Dikwijls kwamen er jonge Amerikanen bij hem. die hem vroegen op we ke wijze zij daadwerkelijk van hun medeleven met den aiood en de ellende van het Fransche volk blijk konden geven. Mr. Herrick had daarop een karakteristiek antwoord, dat den man en zijn positie wel typeerde: „Ik kan U niet den raad geven dienst të riemen tn het Fransche leger, maar too ik van Uw leeftijd was zou ik wel weten wat te doen!" Was het wonder, dat zoo het „Escadrille Lafayette" moest ontstaan, dat heldhaftig keurkorps van jonge Amerikaansche vlie geniers, hetwelk den historischen generaals- naam als devies en doel had, dat met het geheel vrijwillig offer van eigen leven wilde vergelden wat deze Lafayette destijds voor het jonge Amerika had gedaan? Wie te Garches bij St. Cloud het forsche Srauwe iponument uit natuursteen bezoekt, at hun gevallenen herdenkt, wie door de crypt wande't langs de zoo lange rij hunner sarcophagen, die voelt een stillen eerbied In zich ri'zcn. want hier was inderdaad der. heldenmoed der overgave. Deze jonge Ame rikanen werden niet gedreven in den dood, als zoovele millioenen soldaten, doch tij hebben, uit bezieling voor wat 1 -v ideaal was, hem recht in de oogen durven zien Was het derhave voor een gering deel aan de pcrsoon'ijke gevoeens van Myron T, Her rick te danken, dat Frankrijk den steun kroeg van dit jonge enthousiasme, het leg de op zijn beurt voor dezen gezant een hij zonde re genegenheid aan den dag „het zag hem geern". Toen hij dan ook na een ongeveer zesju- rlge onderbreking den gezantschapspost te Parijs weder kon aanvaarden, heeft hij on dank zijn leeftijd, niet geaarzeld dit te doen. Bij zijn aankomst regende het gelukwen •chen. Hii was ook zoo zeer doordrongen van den Franschen geest, welke hij in net bijzonder in de literatuur wist te waardee- ren, dat hij gaarne zichzelven schertsend •en „Parlslen" noemde. Tijdens zijn laatste bezoek aan de Veree nlgde Staten werd hij daar aangestast door do rrien en deze ziekte 11*' zich eenigen tijd vrij"bedenkelijk aanzien. Men verlangde van hem. dat hij een noosie zou rust nemen.doch zoo spoedig hij daartoe ccnigezlns in staat was. wilde hij de terugreis aanvaarden. „Ik heb, om beter te werden, behoefte aan Parljsche lucht!" zeide hij. Hij was een groot vriend en vereerder van wijlen maarschalk Foch en stond erop diens begrafenis mede te maken. Te voet ging hij jn den stoet, heel den langen weg van Notrc-Dame tot ann de Invalides, on danks zijn reeds hoogen leeftijd (hij was 71 jaar) cn de ziekte, waarvan hij nauwelijks heel en al hersteld was. Het schijnt dat'dlt te veel van hem heeft gevergd, althans en kele dawn 'ator werd hij opnieuw ongesteld en ditmaal klopte de dood hij hem aan, eer der dan men zulks verwachtte. Hij was voor een niet onbelangrijk deel de bemiddelaar tusschen de republiek der Oude cm die der Nieuwe Wereld go-A eest. Zijn naam zal in de geschiedenis vnn dit land zeker in aandenken en eere blijven KABINET-SEIPEL AFGETREDEN. Uit Weenen wordt gemeld, dat Bondskan- relier Seipel het ontslag van z(jn Kabinet by den Bondspresident heeft ingediend. Aan de verklaring door dr. Seipel in den aftre/ienden ministerraad afgelegd iB het volgende ontleend: De laatste jaren heeft zich in den Oos- tenryksehen staat een be'anrriike verande ring voltro'-ken. De onversch'lljgfoeld van een groot deel der bevolk'ng Is verdwenen. Voor een een didr«re rpdicab'sme staan de kansen slecht. Er kon th-ns een beten—ijk» rtan vooru't v:o-d?n gedaan, waarbty hij oa dacht aan de bevordering vnn den woning bouw. «aan een regeling van kwesties on het gebied van den wonlnghuur, de hervorm'ng der justitie en de bevoegdheden der politie. Aan de toenemende binnenlandsche gespan- Mnheid waz achter dit gevaat gebonden. dat vele problemen van legislatieven aard niet tot oplossing konden worden gebracht, hoewel dit objectief gesproken wel moge lijk was. Dank zij een betreurenswaardige progen- da is er veel ontevredenheid gezaaid, welke zich niet slechts togen zijn persoon, doch ook tegen de geestelijkheid en de kerk heeft gericht. Na een ambtsperiode van 5 jaren vindt dn. Seipel bet weuschrsly)^ dat de partijen in staat worden gesteld, opnieuw te beslissen hoe de toekomst van Oostenrijk zal worden naderbij gebracht. OVERVAL DER WAHABl. Volgens berichten uit zeer betrouwbare bron te Jeruzalem zijn bij den eenige dagen gele den gemelden overval der Wahabi nabij Jeb el Bei 500 Bedouïnen gedood. SNEEUWSTORM IN RUSLAND. Uit Moskou wordt gemeld, dat hevige sneeuwstormen in de omgeving van Toela groote verwoestingen hebben aangericht. Het spoorwegverkeer en ook het gewone ver keer zijn bijna geheel stilgelegd tengevolge an de grooto massa's gevallen sneeuw. Buitenzorg, 3 April (Aneta.) Eervol ont slag is verleend aan den Regent van Brcbe, die wegens ongeschiktheid geschorst was. Luchtvaart. Piloot en passagiers ongedeerd. Het vliegtuig van den Amerikaan Van Lear Black, dat, bestuurd door den piloot Scholte, gistermorgen van Rome naar Parijs vertrok, is by een noodlanding by Genua vernield. Van Loar Black, Scholte cn de overige Inzittenden bleven ongoieertd. I>3 Aviolanda-vliegtu'genfabriek te Pa- pondrecht deelt mede, dat de drie Dornier Wall-vLiegbooten, die Woensdagmorgen van Den Helder naar Indië.zyn vertrokken, des middags om half drie (Fransche tyd) te Bordeaux zyn gearriveerd. Alles was wel aan boord. LAGER ONDERWIJS. ONDERWIJZERSBENOEMINGEN. G. A. VAN DEN BERG. De heer G. A. van den Berg. te Voorthui zen. rustend hoofd van de door wijlen Mr. Dr W. van den Bergh gestichte Chr. School ai- daar, die moeilijke tyden heeft doorgemaakt, maar ook van rijken zegen getuigen mag, hoopt Zaterdag 6 April a,s. zijn SOsten ver jaardag te beleven. Hij heeft nog niet lar.g geleden tot het verleenen van hulpd:enst te Lansdorp, waar zijn schoonzoon, de heer G. van Zcggéloar, hoofd der Chr. School is, in de schoolklasse gewerkt. H. LANKAMP. f Te Bloemendaal is, in den ouderdom van ruim 80 jaar, overleden het bekende rustend Geref. Schoolhoofd H. Lankamp, die jaren lang aan de Geref. School in de Kerkstraat to Amsterdam verbonden was en w ens metho- dologisch-poedagogische werken, bepaaldelijk zfln Leerplannen voor onderscheiden ondet- wijsvakken in de Garef. Schoolwereld bijzon der in achting waren. Dit principieel® weik zal nog lang z|jn naam in goede nagedach tenis doen leven. De overledene was ridder in de Orde van Oranje -Nassau. SCHOOLGEBOUWEN. Te Dinteloord zal voor de He.-v. Chr, School een nieuwe school gebouwd wor den. ONDER WIJS.BINNENVAART. Onder voorzitterschap van den directeur, den heer G. de Jong, werd te Arnrterdam de jaarvergadering gehouden van het bestuur van het Onderwijsfonds voor de Binnen vaart Als nieuwe bestuursleden werden ge ïnstalleerd de heeren C. G. van Krieken, secr. Centr. Bond van Transportarb-fders, en J. Zwaga, secr. R.-K. Bond van Trans portarbeiders. Aan het verslag van den heer G. de Jong is ontleend, dat in 192S de Binnen vaart- scholen van het Onderwijsfonds bezocht werden door 1633 leerlingen. Op 81 Dsc. j.l. waren aan deze scholen 91 leerkrachten verbonden. Wat de examens brtreft, werden 'n 1928 geëxamineerd voor schipper bij de idnnenvaart 107 candidaten, van wie 93 slaagden en voor machinist bij de binnen vaart 52 cand'daten. van wié dertig het di ploma behaalden. De onleiding aan boord van het Instructievaartuig „Prins Hendrik" rn de oefentochten hadden een gunstig ver loop. De radiodienst heeft toenemende, het zwemonderricht groote belangstelling. Begin des jaars werden 225 soh'proersklnderen voor het ontvangen van onderwijs gesteund. Het register voor leerdichtjge schippers kinderen nadert zijn voltooiing. Het verslag werd goedgekeurd evenals het financieel verslag over 1928, en de begroo ting voor 1929 sluitende met een bedrag van f 173.846,75. Tot comm'ssarissen werden benoemd d° heer G C. Nuy. directeur van de N.V. Ne- deri. Stoom s'eepdienst v.h. van P. Smit Jr. Ie Rotterdam en de heer J. van 't Hoff. voorz'tter der Commissie van Toezicht te Dordrecht. EXAMENS. EXAMENS-NIJVERHEIDSONDERWIJS. De Commissie voor dezo examone (akten N 6. N 15. N 15. en N 16a). te Den Haas te houden, heeft *1a voorzitter M. 3. van Alphen de Vet Inep. N. O. te Den ale eecretarln J. vj Roon te Sohevenlr.gen; on als ledon: C. D. J dam. Ir. H. N. Prln: m. E. F. HRf- e Rotterdam. P. L. de Vrie te Ama»erdam. T- Dr. N Koomnna te De Huur. n. Tneonla te Den Haas. O. de .Pnr t Amaterdnm. M. Br-m te Rotterdam P. H. Cal 'A te Hilversum, W. Turfboer te Rlswltk. Ti \V. A. J. Ltebert l" Hilversum. H. Horkstra f Den Haatr, J. O, Verton te K-twtjk en A. de Vos to Rotterdam. EXAMENS-STUURMAN. Den Haar. I April. Geel. voor *den sl man rr. atoomv., da heeren P. ten Klooete Jooaten en O. Reumer, BEDE VAN M». J. SCHOKKING. HET VERKIEZINGSMANIFEST. „De Nederlander" en de documenten-kwestie. (Van onzen eigen redacteur). De Christelijk-Historische Unie kwam listeren in „Bellevue" te Amsterdam bij een. Uit de groote opkomst tot dezen landdag bleek, dat mot het oog op de naderende verkiezingen belangrijke zaken aan de or de waren. Het voornaamste, dat de vergadering zou bezighouden was wel het verkiezings manifest dat in concept door het hoofd bestuur was voorgesteld en waarop tal van amendementen door de verschillende af- deelingen in hot land waren ingediendi. Tevens was van groote beteekenis een motie in de afdeeling Leiden in verband met het bekende conflict tusschen eenigc leden van het hoofdbestuur in verband met de houding van „De Nederlander" inzake de publicatie van het zg. geheim verdrag. Te ruim 11 uur opende Mr. J. Schok king, voorzitter van het hoofdbestuur, dc vergadering. Hij liet zingen Psalm 138 1 ('k Zal met mijn gansche hart Uw eer), ging voor in gebed en las Psalm 99 voor. Openingsrede Mr. Schokking. De heer Schokking hield dan de openings rede. Hij ging uit van de vergelijking met het „samen optrekken" van do stammen Israels, waarbij het schijnt of al hot kleine, het hin derlijke van de moeite bij het dagelijksche verkeer in den afzonderlijken stam onder vonden of misschien wel aangedaan, weg glijdt en iets gevoe'd wordt van een zich samen uitstrekken naar een hoog gesteld doel. Voor ons ligt dit doel op het terrein van ons volksleven, waarbij wij uitgaan van onze overtuiging aangaande een roeping Gods, die ons aangrijpt en verheft Na een dankbare herinnering aan dege nen, die sinds de vorige jaarvergadering zijn weggenomen begon spr. den nadruk ei op te leggen, dat de eenig juiste politiek, die tevens de grootste waarborg biedt voor den welstand van het volksgeheel, die is welke zich richt naar beginselen en niet naer belangen. Het vasthouden daaraan, niet maar in theorie, doch in practljk, is te noodzake lijker naarmate de verzoeking om daarvan af te wijken, o.' daarmee althans de hand te lichten, grooter is. Het verkiezingsmanifest, aldus spr., wordt in opzet en inhoud door die gedachte be- heerscht Immers, Indien wij van de juistheid van onze beginselen overtuigd zijn, moeten wij de toepassing daarvan in alle opzichten aandurven en ons niet door bijoverwegin gen laten afleiden. De wijze, waarop de verkiezingen zelve worden opgeval, het licht waarin zü worden gezien, de propaganda, welke dienovereen komstig wordt gemaakt, en zooveel meer, dat in dit verband zou kunnen worden ge noemd, bes issen voor een deel over den verderen gang van ons politieke leven. Op de bijkomende dingen moet vooral niet minder gelet dan op de omstreden vragen zelf, die wij op het politieke erf tegenkomen. Veel meer dan het schijnt hangt daarvan het verkrijgen van een gewonschte oplossing af; ik kan het misschien nog sterker zeggen hangt dn rmee samen het antwoord op de vraag, of de binnenlandsche vrede door de politiek zal worden gediend of geschaad. De binnenlandsche vrede is trouwens hoofdvoorwaarde voor den vrede naar bui ten, op welke men zich gemakkelijk te een zijdig oriënteert. Spr. herinnert aan het vorig jaar genomen besluit om vast te houden niet alleen aan pa riemen)'ai re stelsel, maar de erken- te vernietigen of te ondermijnen. Tegen wijziging in ocderdeelen staan wij niet afwijzend. De bezwaren tegen de even redige vertegenwoordiging doen zich steeds eras iger gevoelen, doch van een gevestigde opinie over bepaalde veranderingen is nog geen sprake. Ieder streven om in de hoofdgedachte van het overleg tusschen Regeering en volk zelf verandering te brengen is, «egt Spr., ons vreemd. Integendeel willen wij daaraan met beslistheid, gelijk aan onze staatsinstellin gen in het algemeen vae-houden. Ik acht het ons belang, dat dit nadrukke lijk uitgesproken wordt. Ware het anders, dan zoude© wij niet ge recht terenover de verkiezingen staan; dan c.ou er in elk geval iets onlhreken aan de vrijmoedigheid om daaraan deel te nemen. Wij willen niet een omkeer van onze staatsinstellingen bewerken, maar er toe meewerken, dat deze ten goedp va© ons volk als geheel en in zijn deelen wordl gebruikt. Wij rijn afkcprig van gewelddadige revo luties, maar hebben evenzeer op onze hoede te zij© tegen een dusgenaamde vreedzame revolutie, die in zeker opzicht nog gev lijker is. Het blijft do onvergankelijke verdienste van Groen van Prinsterer voor het verderfelijke van de revolutie voor al in dezen laatste» zin de oogen geopend te hebben. Of de oogen van hen, die zich gaarne op hem beroepen, daarvoor nu, na meer dan een halve eeuw, voldoende open zijnl Ik laat het bij die vraag en ga er niet op in, evenmin als op een andere vraag, maar dlo er nauw mee samenhangt, en wel: of zijn klassiek geworden „Ongeloof en Revolutie" en talrijke andere geschriften soms niet meer worden gebruikt om aan eigen opvattingen een voornaam aanzien te geven dan om dt grondgedachte te verstaan en daarvoor bij nndcrcn ingang te geven. Dit is zeker, dat Groen van Prinsterer. die ln zijn staatkun dig-kundig leven meermalen wat de toepas sing betreft een zwenking maakte, verwon derd zou opzien, dat zijn advies om p nen gegeven oogenblik ln een bepaalde richting te thans soms wordt gebruikt nis een r.dvl'~ voor alle tijden ln plaats van aller eer0* 'd te geven op zijn hoofdgedachte: steeds verre' te bieden tegen de revelatie. I -Mgedachte, waarom het Groen don c."p i n duur zijns leven te doen was en drijfveer was, wanneer hij met betrekking lot eenigc aangelegenheid ik denk hier inzonderheid aan het onderwijs meende van koers te moeten veranderen, heeft voor onzen tijd nog veile geldigheid; misschien wel meer dan ooit te voren. Naar 't beginsel des Evangelies, dat Groen tegenover de revolutie stelde, gaat het om do wijze waarop de staatsinstellingen worden gebruikt en den inhoud waarmee ze worden gevuld. Er is, naast een openlijk verzet ook een pogen om het gezag der Overheid langzaam onschadelijk te maken, een tot den bodem uithollen, zoodat er niets meer overblijft dan het staatsiegewaad, dat dan gemakkelijk tot een belaching wordt Maar evenzoo is er naast de openlijke aanranding van de verte genwoordiging des volks en hare rechten en clen duidelijk uitgesproken wil om haar van hare plaats te drijven de langzame maar steeds verder gaande ondergraving en ver zwakking door liet gewichtig maken van kleine dingen en het opwerpen van neven- vragen, dat het eigenlijke werk al moeilijker zoo niet onmogelijk maakt In dit verband wordt door spr. op het be denkelijk verschijnsel gewezen, dat door een organisatie van machten de volksvertegen woordiging aan den wil van enkelen wordt gebonden en zoo van de vrije, ongebonden beoordeeling beroofd, dikwijls nog wel in n van de democratie, en (Applaus.) Dit opkomen voor de handhaving van het gezag en tegelijkertijd voor het behoud van de rechten en vrijheiden onzes volks, is, zegt spr., in die mate een punt van de eerste orde en dat in onzen tijd zoo zeer naar voren treedt, dat daarvoor alle andere vragen op de tweede plaats komen. Spr. weet wel, dat dit afwijkt van de gang bare opvatting en dat andere partijen naar aanleiding hiervan spr. kunnen toevoegen: gij lijdt aan beginseloverschatting en hebt geen oog voor de reëele belangen waarom het in de politiek toch maar te doen is. Wanneer wij ons echter door dergelijke overwegingen lieten leiden, zouden wij het recht verbeuren om als politieke partij zelf standig op te treden, en ons volk leiding te geven. (Applaus). Ons Christelijk beginsel eischt om de deel neming des volks aan het politieke leven in dat licht te bezien. Enkel negatief optreden faalt altijd. Al leen een positief beginsel kan baat brengen en tegenweer bieden tegen revolutionair streven. Ons Chr. historisch beginsel is geen vrucht van geestelijke speculatie, is ook niet afban kelijk van een afzonderlijke groep des volks en staat of valt evenmin met een sterken man, daar het zich Integendeel met het denkbeeld van zulk een geweldige al heel slecht verdraagt. Verre van het oog te sluiten voor de reëele belangen, dringt het juist tot een erkenning daarvan, maar dan ook in hun onderlinge verhouding en samenhang. Het Chr.-historisch beginsel beroept rich niet ronder meer op hetgeen vroeger ge weest Is, maar het kenmerkt zich ten allen tijde hierdoor, dat het in den voortduren-eten strijd om deN macht roept (om het recht), ook waar het in de politiek immer een strijd is om de macht. Naarmate dat beginsel een eigen inhoud heeft, dat veel verder grijpt dan gewoonlijk nog wordt verstaan en van zijn toepassing -zoo ontzagluk veel afhangt, Is het gevaar -van het verlagen van dat beginsel tot een leuze te grooter. Om het heel duidelijk te zeggen, wanneer het ln stede van zijn wer king te doen in den polltlcken strijd zelf to? een machtsmiddel werd gemaakt, zou het niet alleen zijn kracht maar ook zijn eer in boeten. Indien het waar was, wat de vertegen woordiger der Hervormd (Gereformeerde) Staatspartij bij de laatst gehouden alge- meene -beschouwingen over de Staatsbegroo tlng den Christelijk-Historischen toedichtte, dat het hun,in de Dolitieke samenwerking met de Roomsch-Katholleken slechte tc doen is geweest om in de machtspositie te komen zouden wij onzen naam Riet meer kujinen dragen. (Krachtig app'aus). Maar het is niet waar. Ik zal zegt Spr., over dien vertegenwoor diger en de wifze waarop hij meent voor de Christeliike beginselen te moeten opkomen, niet verder snreken. Doch het getuigt niet van onverschilligheid ten onalchte van dien afgevaardigde en de partij, wier vertegen woordiger hij is; wel het tegendeel, wan neer wij behoefte gevoelen het eens openlijk uit te snreken. dat hil ons daarmee meer pijn heeft gedaan dan de hoon. welke bij die gelegenheid uit de dicht om hem heen ge dromde leden ve© de linkerzijde allen hebben er zeker niet aan meegedaan op steeg. (Applaus). Spr. wijst er intusschen op, dat dit de plaats is waarop zegt hU, wij ook het meest kwetebaar zijn. Wij wille© dat niet vergeten en vinden hierin aanleiding elkaar te waar schuwen en niet. af te wijken van den v§i ligen weg van ons beginsel. Zoo alleen zui len wij in staat zijn daarvoor anderen te winnen. Het kan voorkomon en dit schijnt n dan het geval te zijn, dat toetreding tot dc Chr. Hist. Unie of zich voorstander te ver klaren van haar politieke opvatting gebruikt wordt om particuliere belangen te dienen. Op behoud van dezulken stellen wij geen prijs e© zli doen schade aan de doorwerking van onze beginselen en den eerbied, waarop wij daarvoor aanspraak meenen te kunnen maken. (Forsch applaus). Bijzondere belangen moeten altijd blijven beschouwd binnen liet kader van de ge meenschappelijke belangen. Dit fs geen na deel dat men zich hiervan wèl doordringt, maar het Is bovendien elsch van ons begin sel, dat in politieken zin geen scheiding tus- sche© verschillende volksgroepen toestaat Als dit wordt doorvoeld, zal het be'ang van het gemeenschappelijke, van de eenheid van ons politiek optreden klaar worden beseft Is ons uitgangspunt Juist, dat hoofddoel van den strijd moet zijn verweer tegen een revolutionair ombuigen van onze staatsin stellingen. waaronder Ik ook begrijp het vermnafschappelljken daarvan, in dezen zin, dat hoorende, er aan te herinneren, dat de Chr.- Historische partij van jongeren datum is en haar ontstaan dankt aan een verschil tus schen de twee voornaamste leidende man nen destijds in de anti-revolutionaire partij. Voor een deel zou dat juist zijn, in zooverre onze Unie mede is opgebouwd uit de Vrij- anti-revolutionairen. Wat dat verschil aan gaat, trof mij intusschen, dat juist kort ge leden de tegenwoordige leider der anti-revo lutionaire partij in zijn belangrijke rede in de Eerste Kamer bij de 'behandeling vain do vraag van parlementaire samenwerking met andere partijen om. ook dit zeide: „Ik behoud mij de vrijheid voor om onder bepaalde omstandigheden aan mijn partij ook 'n ander advies te geven". Bedoeld werd een ander advies dan samenwerking met de rechtsche partijen en dan gaat de heer Colijn aldus voort: Maar thans zijn er zul ke omstandigheden niet, die tot dit advies zouden nopen; of die er waren in 189-i, toen Dr. Kuyper het advies gaf om bij de stem bus samen te gaan met de toenmalige radi calen, met de voorstanders der wet-Tak, is niet zoo heel gemakkelijk uit te maken". Ik meen twijfel aan de juistheid van dit advies, hetwelk de onmiddellijke aanleiding was van scheiding, die tot de vorming van de vrij-anti-revolutionaire groep, leidde wel eens eerder en zelfs in sterker bewoordingen ver nomen te hebben. Toch wil ik hierop niet te veel nadruk leggen, omdat, zooals ik zeide, de andere groepen, de Christelijk-Historische Kiezers- bond en Friesch Christelijk-Historischen, waaruit onze Unie gegroeid is, vreemd zijn aan dit verschil, en de historie sedert ge leerd heeft, dat er andere verschillen zijn, waarbij als ik het zoo noemen mag, een on derscheiden aanvoelen van de beteekenis van de Christelijke beginselen voor de poli tiek, waardoor het bestaan van beide par tijen naast elkander wordt verklaard. Maar al botst het op sommige punten ten gevolge daarvan wel eens tusschen haar en ons .toch kan met betrekking tot meerdere en daaronder de voornaamste gesproken worden van een afzonderlijk mar- cheer en, doch „vereint schlage n". Naar ik meen, kan dan ook in oprecht heid in onze algemeene vergadering een woord van gelnkwensch aan het adres van de Antirevolutio nairs partij met de herdenking van haar 50-jarig be staan worden uitgesproken, met den wenscli, dat de komende jaren meer toenadering dan verwijdering brengen, zooals wij met behoud van datgene, waarin wij een eigen weg mee nen te moeten bewandelen, daardoor onze houding tegenover de zusterpartij willen la ten bepalen. (langdurig en hevig applaus.) Weerbericht. Barometerstand. Zwakke tot matige Noordelijke tot Weste lijke wind, half tot zwaar bewolkt, weinig of geen neerslag, iets zaahter. METSERS. LICHT OP: Van 56 April van 7.08 nam. tot 4.53 voorin. hoe langer hoe meer wordt weggenomen, «in dat ln het Christe'iik beginsel inzonderheid raar zijn posi'lef Prntestardsrhe opvatting, de beste kracht tot verweer ligt dar behoor den allen, die dit tevens nis algemeen lel den>1 beginsel voor het politieke leren opne ra«n ëën tc rijn. Ik wee4. -Int «Vit historisch voor het oogen hllk a?t*>ons wat de antirevolutionaire partij aangaat, moeilijk zou gaan. Zij herdenkt op heden haar 50-jarig be staan en sou aanleiding kunnen vinden, mij dt verdere verdeeling van Chr. protestantsche partijen betreft .treedt Spr. om des tijds wille niet in beschouwingen. Daarmee wil ik zegt Spr. niet zeggen. it het onnoodig zou zijn; want indien het politieke terrein van misvattingen en onjuis te voorstellingen vol is; dit geldt wel inzon- dsrheid van het terrein, waarop door de be doelde partijen, de Staatkundig-Gereformeer de Staatspartij om van anderen die een eigen vertegenwoordiger hopen te krijgen niet spreken, dc scheiding is getrokken. Het zal goed zijn, om waar het pas geeft, op die onjuiste voorstellingen eft misvat tingen de aandacht te vestigen en te voor komen. dat de verwarring, die daardoor ge sticht wordt, niet grooter worde. Meer ook niet. want anders zouden wij ons zelf schuldig maken van een uit het oog verliezen van de verhoudingen in den politieken tijd. die vragen, dat de krachten worden gebruikt, op het hoofdpunt, dat ik gemeend heb te moeten aanwijzen en niet worden verspild aan hen. die ten slotte. pi3 zij voor de verdere toepassing en uitwer king komen van de hoofdbeginselen, waarmee zij ontreden, ontdekken zulten, dat zij hun kracht en kunde beter hadden kun- tien gebruiken aan een anderen kant. dan zij nu, hoewel belde niet in gelijke mate, gewoonlijk doen. (Applaus). Het zou. zegt spr., dwaas zijn de schadu wen niet op te merken maar het komt er 4 slechts op aan. dat wij daar niet om heen °y®f lü gaan staan op een wijze, dat de schaduwen breeder en donkerder worden, maar wel, dai alles gedaan wordt om hetgeen in den weg gekomen is. waar dan ook, weg te rui men. (Applaus). Spr. spilt daar verder geen woord aan maar wijst in krachtige woorden op de noodzakelijkheid van eendrachtig optrek ken voor de duurzame volkswelvaart, die allereerst afhankelijk is van de handhaving de- Chr ^rondslagen van ons volksleven. Deze blijven voor ons, zegt Spr., de inzet van den strijd en daarvan wordt tegenover de kiezers aanstonds getuigenis gegeven. Hij geeft dagrtoe in korte trekken den inhoud van Bet Verkiezingsmanifest weer. Daarin treedt sterk naar voren: de handhaving van het overheidsgezag en even zoo van den daadwerkelijken invloed des volks door zijn vertegenwoordiging. Maar voorts ook de onaantasteaarheid van het huwelijk en veiligstelling van het gezin. Bewaring van de eenheid des volks en handhaving zooveel mogelijk van z'n Pro testen tsch karakter, als waarborg voor de vrijheid, inzonderheid van geweten en godsdienst. Steviging van de geestelijke e© zedelijke kv -hten des volke. Daarnevens een voortdurend Btelsolmntig, naar allen kant acht geven op het onder houden, vernieuwen en verruimen van de bronnen van welvaart; zonder tc kort te doen aan anderen zal daarbij in den eer sten tijd bijzondere aandacht aan den land bouw geschonken moeten worden. Een ruim opgevatte sociale voorzorg, maar aldus opgevat, en uitgewerkt, dat de voorziening ln het levensonderhoud der bur gers niet wordt overgebracht op don fitaai en het persoonlijk venomvoordelljklieidsbe- sef niet wordt geschaad. Érnstige en krachtige ondersteuning van het streven om do internationale verhoudiu- gen op het recht te bouwen en de oplossing van geschillen evenzoo in den weg van het recht te zoeken. En ten s'oite. maar niet in de laatste plaats hel aannemen van e?u zondanige houding tegenover het koloniale vraagstuk, dat met handhaving van het Nederlandse!)* gezag dit dienstbaar wordt gemaakt aan een onbaatzuchtige behartiging van de ver schillende belangen der volksgroepen en daarbij aan don drang naar meerdere staat- zelfstandigueid zoodanige leiding wordt gegeven, dat hef leven dier volks groepen daardoor niet geschaad, maar ge- bant wordt. In het slot van zijn rode spoorde Spr. aan tot een geheilisde spanning, waarin g-- voeld word-t, dat het onder beding van Gods wvren gnM om 'te 'oekomst vnn ons land ei volk en hij eindigde met de Psalmwoorden „Vrede zij in uwe vesting, welvaart ir uwe paleizen. ..Om piliner broederen en mijner vrienden wil zal ik nu spreken: vrede ri| in IT?" Ge*n hetere, geen hoogore toon weet ik zegt Snr.. aan te slaan, dan om het kort en duidelijk te zeggen, waarom hot ons In den grond der zaak bij ons politiek streven gaan moet Dat wij ar ntet benaden blijven an zij God Telegram aan de Koningin. Thans werd een telegram van hulde, trouwbetuiging en zegenbede aan H. M. de Koningin gezonden, waarbij de vergadering staande zong de beide eerste coulp'*ekten vau het Wilhelmus. Verhinderd bleken o.m. de heeren Dr. de Visser, Van der Hoeven, Frowein, De Gijselaar en Rutgers van Rozenburg. Verslag. Uit het verslag van den penningmeester, door den heer Tilanus namens den heer Rutgers van Rozenburg uitgebracht, bleek o.m. aan contributlën 6.225.30 ontvangen te zijn» en aan het eind 'van het verslagjaar bleek in kas te zijn I 3.871.22. AMENDEMENTEN OP EET VERKIEZINGS MANIFEST. Dadelijk werd begonnen met de behande- ling der amendementen op het verklezirgs- manifest Ingediend, nadat de Voorzitter had toegezegd, dat de motie-Leiden inzake ,De Nederlander" en de documentenkives'.ie dadelijk na de pauze aan de orde zou komen. De behandeling van de amendementen nam zeer veel tijd hi beslag Verreweg de meeste werden na bespre king ingetrokken. Het hoofdbestuur had over het algemeen bezwaar tegen een te groote preclseering van wenschen tn het manifest, omdat de partij gehouden zal wor den en ook gehouden w i 1 worden aan den inhoud van haar manifest! Het verzet van Amersfoort tegen de woorden „met de beginselen der Reforaiati* als beheerschenden factor" werd door den Voorzitter gebroken door te wijzen op het kleurlooze van het woord „protestantisme' terwijl ze Juist het kerkelijke met nadruk op don achtergrond dringen. Tamelijk breed werd gediscussieerd ov«r voorstellen va© Hoorn en Dordrecht om respectievelijk voor gelijkstelling voor het bewaarschoolonderwijs en het buitenge woon lager onderwijs op te komen De heer Tilanus bestreed namen» het hoofdbestuur deze amendemente©. De finan- cieele ongelijkheid moet niet op het voor beeld van de lager-onderwijswet ongedaan gemaakt maar in de gemeeniten opgelost worden op grond van de rechtsgedachlo van de grondwet. De gewonschte gelijkstel ling, ook in de toepassing van de lager on derwijswet zal geleidelijk komen, maar het is niet noodig daarop ln het verkiezings manifest aan te dringen Oppenhuizen drong aan de afschaf fing der classificatie voor de onderwijzers- salarissen in het manifest op te neme©. De Voorzitter wees erop, dat deze zaak niet zoo eenvoudig is en met name niet voor de onderwijzers alleen zou door te voeren zijn, afgezien van de vraag of heit wel ge- wenscht is in verband met de reeds nu meestal veel lager inkomsten van de-inge zetenen ten plattelands. Stad Vollenhove drong erop aan in het bijzonder te wijzen op de geschade rechtspositie van de benadeelden der Zuider- zee-droogmaking. Na een eenigszins warm debat, waarbij ook de Marker Visscher sprak, werd in het manifest een wijziging aangebracht die deze gedachte tot uitdrukking brengt Eveneens werd breedvoerig gesproken kartels in verband met uitbuiten en prijsopdrijving. De Voorzitter wees erop, da t hier een ..ereldverschijnsel geldt, dat zeker de aan dacht ook in de partij verdient maar mot» voor een verkiezingsmanifest Een amendement-Den Haag I, dat de woor den „in den weg der Chr. democratie in het manifest wilde brengen, in verband met de samenwerking twschen arbeiders en pa troons, werd geweerd omdat er geen behoef te is aan woorden die verwarring stichten. Zeer breed werd door den heer Dwarshuis uit Loosdrecht aangedrongen op de aanvaar ding van het beginsel der actieve handels politiek door de Unie. De Voorzitter bestreed dit ook breed voerig, omdat het optrekken van tariefmu ren tegen den draad van de geheele heden* daagsche ontwikkeling ingaat en wij daar i zeer buiten moeten blijven als buiten wereldoorlog, wat ten slotte ook in het belang van den landbouw zelf zou blijken te zijn, die leeft van de export. Slechte twee der aanwezigen bleken bij de stemming iets voor het idee van Loosdrecht te voélen Ook werd nog vrij breed gesproken over de koloniale paragraaf. Op voorstel van het hoofdbestuur trok de afdeeling Oosterbeck haar voorstel in om aan het manifest nog een tiende paragraaf „Justitie" toe te voegen, als gevolg waarvan o.ik uitrekking volgde van het voorstel Oos terend (Friesland) om aan deze paragraaf loc tc voegen: „Bevorderd worde wederin voering van de doodstraf, als eisch van Gods Woord". Het verkiezingsmanifest werd ten slotte vastgesteld. Hoofdbestuursverklozlng. I)e vergadering herkoos tot hoofdbestuurs leden Ds H. van Eijck van Hesllnga en Ds. J. Vonrsteegh en koos in de vacature Mr. R. van Vepn, die zich om gezondheidsredenen terugtrekt, Mr. Dr. A. A. van Rhijn. DE DOCUMENTENKWESTIE EN DE HEER SNOECK HENKENANS. Gelijk gemeld, is na de pauze de kwestie vun de houding van Dr. J. Th. de Visser en baron Dr. Vos van Steenwijk tegen den heer Snoock Henkcnians als huofdredasteur van de Nederlander' inzake de bekende documen- tenpublicatie behandeld. Een motie-Leiden sprak leedwezen over de houding van eerstgenoemden uit en sprak vol vertrouwen uit in den lieer Snoeck Henkemans. Na verdediging van de motie door den heer Wilbrink uit Leiden, kwam de heer Henkemans aan het woordT die zeide, dat zijn bedoelingen steeds zoo geweest zijn, dat hij die voor God en zijn geweten kon verantwoorden. In het belang der Unie dring hij dus aan op intrekking der motie, waaraan door Leiden gevolg werd gegeven onder toejuiching der vergadering. I<e Voorzitter sprak zijn vreugde uit over dezen afloop, bracht onder algemeen applaus hulde aan Dr. de Visser cn den heer Dc Vos van Steenwijk en drong er op aan, dat men steeds zal toonen door het beginsel te worden beheersclit.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1929 | | pagina 2