BUITENLAND.
Schooinieuws.
DE CHRISTELIJK-HISTORISCHE LANDDAG.
DONDERDAG 4 APRIL 1929 EERSTE BLAD PAi».
MR. MYRON T. HERRICK. t
EEN GEZANT, DIE DE SCHABEL
TUSSCHEN TWEE REPUBLIEKEN V/AS.
Een Amerikaan, die zich „Parlslen" voelde.
(Van onzen Parijschcn Correspondent.)
De Amerikaansche gezant te Parijs, Mr.
Myron T. Herrick, die dezer dagen o\erleed,
behoorde tot dat gelukkige soort van men
selven, die zich bemind weten te maken,
zoowel door hun rechtschapenheid en fijn
heid van karakter, als ook door de tactvolle
wijze waarop zij zioh van dikwijls moeilijke
opgaven weten te kwijten.
Bij het uitbreken van den Wereldoorlog
bevond Mr. Herrick zich als diplomatiek
vertegenwoordiger der Vcrecnigde Staten in
de Fransche hoofdstad en deze zoon van dc
uitgesirektste republiek' der Nieuwe Wereld
gevoelde een warme sympathie voor die
froote republiek in het oude Europa, voor
'rankrijk, dat de Amerikanen in hun Vrij
heidsoorlog eerst met vrijwilligers en later
met het zenden van troepen had gesteund
Hij wilde, dat thans Amerika zijn schub
van erkentelijkheid zou voldoen.
Was het ruiterstandbeeld van Generaal
Lafayette, dat de Amerikaansche school
kinderen in het jaar 1900 schonken en dat
in de nabijheid van het monument van
Gambet.'a op do Place du Carrousel een
plaats kreeg, niet als een erkenning van
deze onvoldane rekening en zouden, wio
toen nog schooljoongens waren, intusschcn
niet mannen geworden zijn?
Het had er allen schijn van, dat thans de
oude zuster republiek zou worden onder den
voet geloopen en Herrick beschouwde het
als de eerelaak der Staten, die mede door
haar tusschenkomst hun onafhankelijk
volksbestaan wonnen, om thans eem grootc
daad van dankbaarheid te doen.
Het was voorzeker ook dit gevoel, dat hem
er toe noopte in de metropool te blijven ver
toeven, ondaoks de aanmaning om heen te
gaan, daar de luchtaanvallen der Duitschers
net langer toeven gevaarlijk maakten. Hij
gaf echter de voorkeur aan te blijven, om
zooveel in zijn vermogen lag dc© nood te
helpen lenigen.
Toen er destijds in de nabijheid van het
Amerikaansche gezantschapsgebouw een
bom ontplofte, en men er nogmaa s op aan
drong dat hy zich in veiligheid zou stellen,
iprak hij een merkwaardig woord, dat zoo-
Wel van persoonlijken moed getuigde, alsook
Yan de gevoelens welke hij koesterde ten
©pzichte van het land waarin hij verblijf
fttield.
„Er zijn gevallen", zoo zeide hij, „waarin
•en rioode gezant meer diensten bewijst dan
een levende".
In dit gezegde schemerde niet onduidelijk
de gedachte dcor, dat de Vereenigde Staten
er ten slotte toch bereid toe zouden zijn aan
de zijde der Geallieerden aan den oorlog
doel te nemen.
Meerma cn wist hij op dezelfdo fijne ma
nier van zijn persoonlijke sympathieën blijk
te geven, waarbij hij echter nimmer vergat,
dat bij de officieele vertegenwoordiger van
•en, neutrale mogendheid was en dus als
zoodanig de verplichting had ook in zijn
persoonlijke uitingen zooveel mogelijk on
partijdig te blijven.
Dikwijls kwamen er jonge Amerikanen
bij hem. die hem vroegen op we ke wijze zij
daadwerkelijk van hun medeleven met den
aiood en de ellende van het Fransche volk
blijk konden geven.
Mr. Herrick had daarop een karakteristiek
antwoord, dat den man en zijn positie wel
typeerde: „Ik kan U niet den raad geven
dienst të riemen tn het Fransche leger, maar
too ik van Uw leeftijd was zou ik wel weten
wat te doen!"
Was het wonder, dat zoo het „Escadrille
Lafayette" moest ontstaan, dat heldhaftig
keurkorps van jonge Amerikaansche vlie
geniers, hetwelk den historischen generaals-
naam als devies en doel had, dat met het
geheel vrijwillig offer van eigen leven wilde
vergelden wat deze Lafayette destijds voor
het jonge Amerika had gedaan?
Wie te Garches bij St. Cloud het forsche
Srauwe iponument uit natuursteen bezoekt,
at hun gevallenen herdenkt, wie door de
crypt wande't langs de zoo lange rij hunner
sarcophagen, die voelt een stillen eerbied In
zich ri'zcn. want hier was inderdaad der.
heldenmoed der overgave. Deze jonge Ame
rikanen werden niet gedreven in den
dood, als zoovele millioenen soldaten, doch
tij hebben, uit bezieling voor wat 1 -v ideaal
was, hem recht in de oogen durven zien
Was het derhave voor een gering deel aan
de pcrsoon'ijke gevoeens van Myron T, Her
rick te danken, dat Frankrijk den steun
kroeg van dit jonge enthousiasme, het leg
de op zijn beurt voor dezen gezant een hij
zonde re genegenheid aan den dag „het zag
hem geern".
Toen hij dan ook na een ongeveer zesju-
rlge onderbreking den gezantschapspost te
Parijs weder kon aanvaarden, heeft hij on
dank zijn leeftijd, niet geaarzeld dit te doen.
Bij zijn aankomst regende het gelukwen
•chen. Hii was ook zoo zeer doordrongen
van den Franschen geest, welke hij in net
bijzonder in de literatuur wist te waardee-
ren, dat hij gaarne zichzelven schertsend
•en „Parlslen" noemde.
Tijdens zijn laatste bezoek aan de Veree
nlgde Staten werd hij daar aangestast door
do rrien en deze ziekte 11*' zich eenigen tijd
vrij"bedenkelijk aanzien. Men verlangde van
hem. dat hij een noosie zou rust nemen.doch
zoo spoedig hij daartoe ccnigezlns in staat
was. wilde hij de terugreis aanvaarden.
„Ik heb, om beter te werden, behoefte aan
Parljsche lucht!" zeide hij.
Hij was een groot vriend en vereerder
van wijlen maarschalk Foch en stond erop
diens begrafenis mede te maken. Te voet
ging hij jn den stoet, heel den langen weg
van Notrc-Dame tot ann de Invalides, on
danks zijn reeds hoogen leeftijd (hij was 71
jaar) cn de ziekte, waarvan hij nauwelijks
heel en al hersteld was. Het schijnt dat'dlt
te veel van hem heeft gevergd, althans en
kele dawn 'ator werd hij opnieuw ongesteld
en ditmaal klopte de dood hij hem aan, eer
der dan men zulks verwachtte.
Hij was voor een niet onbelangrijk deel
de bemiddelaar tusschen de republiek der
Oude cm die der Nieuwe Wereld go-A eest.
Zijn naam zal in de geschiedenis vnn dit
land zeker in aandenken en eere blijven
KABINET-SEIPEL AFGETREDEN.
Uit Weenen wordt gemeld, dat Bondskan-
relier Seipel het ontslag van z(jn Kabinet
by den Bondspresident heeft ingediend.
Aan de verklaring door dr. Seipel in den
aftre/ienden ministerraad afgelegd iB het
volgende ontleend:
De laatste jaren heeft zich in den Oos-
tenryksehen staat een be'anrriike verande
ring voltro'-ken. De onversch'lljgfoeld van
een groot deel der bevolk'ng Is verdwenen.
Voor een een didr«re rpdicab'sme staan de
kansen slecht. Er kon th-ns een beten—ijk»
rtan vooru't v:o-d?n gedaan, waarbty hij oa
dacht aan de bevordering vnn den woning
bouw. «aan een regeling van kwesties on het
gebied van den wonlnghuur, de hervorm'ng
der justitie en de bevoegdheden der politie.
Aan de toenemende binnenlandsche gespan-
Mnheid waz achter dit gevaat gebonden.
dat vele problemen van legislatieven aard
niet tot oplossing konden worden gebracht,
hoewel dit objectief gesproken wel moge
lijk was.
Dank zij een betreurenswaardige progen-
da is er veel ontevredenheid gezaaid, welke
zich niet slechts togen zijn persoon, doch
ook tegen de geestelijkheid en de kerk heeft
gericht. Na een ambtsperiode van 5 jaren
vindt dn. Seipel bet weuschrsly)^ dat de
partijen in staat worden gesteld, opnieuw
te beslissen hoe de toekomst van Oostenrijk
zal worden naderbij gebracht.
OVERVAL DER WAHABl.
Volgens berichten uit zeer betrouwbare bron
te Jeruzalem zijn bij den eenige dagen gele
den gemelden overval der Wahabi nabij Jeb
el Bei 500 Bedouïnen gedood.
SNEEUWSTORM IN RUSLAND.
Uit Moskou wordt gemeld, dat hevige
sneeuwstormen in de omgeving van Toela
groote verwoestingen hebben aangericht.
Het spoorwegverkeer en ook het gewone ver
keer zijn bijna geheel stilgelegd tengevolge
an de grooto massa's gevallen sneeuw.
Buitenzorg, 3 April (Aneta.) Eervol ont
slag is verleend aan den Regent van Brcbe,
die wegens ongeschiktheid geschorst was.
Luchtvaart.
Piloot en passagiers ongedeerd.
Het vliegtuig van den Amerikaan Van
Lear Black, dat, bestuurd door den piloot
Scholte, gistermorgen van Rome naar Parijs
vertrok, is by een noodlanding by Genua
vernield. Van Loar Black, Scholte cn de
overige Inzittenden bleven ongoieertd.
I>3 Aviolanda-vliegtu'genfabriek te Pa-
pondrecht deelt mede, dat de drie Dornier
Wall-vLiegbooten, die Woensdagmorgen van
Den Helder naar Indië.zyn vertrokken, des
middags om half drie (Fransche tyd) te
Bordeaux zyn gearriveerd. Alles was wel
aan boord.
LAGER ONDERWIJS.
ONDERWIJZERSBENOEMINGEN.
G. A. VAN DEN BERG.
De heer G. A. van den Berg. te Voorthui
zen. rustend hoofd van de door wijlen Mr. Dr
W. van den Bergh gestichte Chr. School ai-
daar, die moeilijke tyden heeft doorgemaakt,
maar ook van rijken zegen getuigen mag,
hoopt Zaterdag 6 April a,s. zijn SOsten ver
jaardag te beleven. Hij heeft nog niet lar.g
geleden tot het verleenen van hulpd:enst te
Lansdorp, waar zijn schoonzoon, de heer G.
van Zcggéloar, hoofd der Chr. School is, in de
schoolklasse gewerkt.
H. LANKAMP. f
Te Bloemendaal is, in den ouderdom van
ruim 80 jaar, overleden het bekende rustend
Geref. Schoolhoofd H. Lankamp, die jaren
lang aan de Geref. School in de Kerkstraat to
Amsterdam verbonden was en w ens metho-
dologisch-poedagogische werken, bepaaldelijk
zfln Leerplannen voor onderscheiden ondet-
wijsvakken in de Garef. Schoolwereld bijzon
der in achting waren. Dit principieel® weik
zal nog lang z|jn naam in goede nagedach
tenis doen leven.
De overledene was ridder in de Orde van
Oranje -Nassau.
SCHOOLGEBOUWEN.
Te Dinteloord zal voor de He.-v.
Chr, School een nieuwe school gebouwd wor
den.
ONDER WIJS.BINNENVAART.
Onder voorzitterschap van den directeur,
den heer G. de Jong, werd te Arnrterdam
de jaarvergadering gehouden van het bestuur
van het Onderwijsfonds voor de Binnen
vaart Als nieuwe bestuursleden werden ge
ïnstalleerd de heeren C. G. van Krieken,
secr. Centr. Bond van Transportarb-fders,
en J. Zwaga, secr. R.-K. Bond van Trans
portarbeiders.
Aan het verslag van den heer G. de Jong
is ontleend, dat in 192S de Binnen vaart-
scholen van het Onderwijsfonds bezocht
werden door 1633 leerlingen. Op 81 Dsc.
j.l. waren aan deze scholen 91 leerkrachten
verbonden. Wat de examens brtreft, werden
'n 1928 geëxamineerd voor schipper bij de
idnnenvaart 107 candidaten, van wie 93
slaagden en voor machinist bij de binnen
vaart 52 cand'daten. van wié dertig het di
ploma behaalden. De onleiding aan boord
van het Instructievaartuig „Prins Hendrik"
rn de oefentochten hadden een gunstig ver
loop. De radiodienst heeft toenemende, het
zwemonderricht groote belangstelling. Begin
des jaars werden 225 soh'proersklnderen
voor het ontvangen van onderwijs gesteund.
Het register voor leerdichtjge schippers
kinderen nadert zijn voltooiing.
Het verslag werd goedgekeurd evenals het
financieel verslag over 1928, en de begroo
ting voor 1929 sluitende met een bedrag
van f 173.846,75.
Tot comm'ssarissen werden benoemd d°
heer G C. Nuy. directeur van de N.V. Ne-
deri. Stoom s'eepdienst v.h. van P. Smit Jr.
Ie Rotterdam en de heer J. van 't Hoff.
voorz'tter der Commissie van Toezicht te
Dordrecht.
EXAMENS.
EXAMENS-NIJVERHEIDSONDERWIJS.
De Commissie voor dezo examone (akten N 6.
N 15. N 15. en N 16a). te Den Haas te houden,
heeft *1a voorzitter M. 3. van Alphen de Vet
Inep. N. O. te Den ale eecretarln J. vj
Roon te Sohevenlr.gen; on als ledon: C. D. J
dam. Ir. H. N. Prln:
m. E. F. HRf-
e Rotterdam. P. L. de Vrie
te Ama»erdam. T- Dr. N Koomnna te De
Huur. n. Tneonla te Den Haas. O. de .Pnr t
Amaterdnm. M. Br-m te Rotterdam P. H. Cal
'A te Hilversum, W. Turfboer te Rlswltk. Ti
\V. A. J. Ltebert l" Hilversum. H. Horkstra f
Den Haatr, J. O, Verton te K-twtjk en A. de
Vos to Rotterdam.
EXAMENS-STUURMAN.
Den Haar. I April. Geel. voor *den sl
man rr. atoomv., da heeren P. ten Klooete
Jooaten en O. Reumer,
BEDE VAN M». J. SCHOKKING.
HET VERKIEZINGSMANIFEST.
„De Nederlander"
en de documenten-kwestie.
(Van onzen eigen redacteur).
De Christelijk-Historische Unie kwam
listeren in „Bellevue" te Amsterdam bij
een.
Uit de groote opkomst tot dezen landdag
bleek, dat mot het oog op de naderende
verkiezingen belangrijke zaken aan de or
de waren.
Het voornaamste, dat de vergadering zou
bezighouden was wel het verkiezings
manifest dat in concept door het hoofd
bestuur was voorgesteld en waarop tal van
amendementen door de verschillende af-
deelingen in hot land waren ingediendi.
Tevens was van groote beteekenis een
motie in de afdeeling Leiden in verband
met het bekende conflict tusschen eenigc
leden van het hoofdbestuur in verband met
de houding van „De Nederlander" inzake
de publicatie van het zg. geheim verdrag.
Te ruim 11 uur opende Mr. J. Schok
king, voorzitter van het hoofdbestuur, dc
vergadering. Hij liet zingen Psalm 138 1
('k Zal met mijn gansche hart Uw eer),
ging voor in gebed en las Psalm 99 voor.
Openingsrede Mr. Schokking.
De heer Schokking hield dan de openings
rede.
Hij ging uit van de vergelijking met het
„samen optrekken" van do stammen Israels,
waarbij het schijnt of al hot kleine, het hin
derlijke van de moeite bij het dagelijksche
verkeer in den afzonderlijken stam onder
vonden of misschien wel aangedaan, weg
glijdt en iets gevoe'd wordt van een zich
samen uitstrekken naar een hoog gesteld
doel.
Voor ons ligt dit doel op het terrein van
ons volksleven, waarbij wij uitgaan van
onze overtuiging aangaande een roeping
Gods, die ons aangrijpt en verheft
Na een dankbare herinnering aan dege
nen, die sinds de vorige jaarvergadering
zijn weggenomen begon spr. den nadruk ei
op te leggen, dat de eenig juiste politiek,
die tevens de grootste waarborg biedt voor
den welstand van het volksgeheel, die is
welke zich richt
naar beginselen en niet naer belangen.
Het vasthouden daaraan, niet maar in
theorie, doch in practljk, is te noodzake
lijker naarmate de verzoeking om daarvan
af te wijken, o.' daarmee althans de hand
te lichten, grooter is.
Het verkiezingsmanifest, aldus spr., wordt
in opzet en inhoud door die gedachte be-
heerscht
Immers, Indien wij van de juistheid van
onze beginselen overtuigd zijn, moeten wij
de
toepassing daarvan in alle opzichten
aandurven en ons niet door bijoverwegin
gen laten afleiden.
De wijze, waarop de verkiezingen zelve
worden opgeval, het licht waarin zü worden
gezien, de propaganda, welke dienovereen
komstig wordt gemaakt, en zooveel meer,
dat in dit verband zou kunnen worden ge
noemd, bes issen voor een deel over den
verderen gang van ons politieke leven.
Op de bijkomende dingen moet vooral niet
minder gelet dan op de omstreden vragen
zelf, die wij op het politieke erf tegenkomen.
Veel meer dan het schijnt hangt daarvan
het verkrijgen van een gewonschte oplossing
af; ik kan het misschien nog sterker zeggen
hangt dn rmee samen het antwoord op
de vraag, of de binnenlandsche vrede door
de politiek zal worden gediend of geschaad.
De binnenlandsche vrede is trouwens
hoofdvoorwaarde voor den vrede naar bui
ten, op welke men zich gemakkelijk te een
zijdig oriënteert.
Spr. herinnert aan het vorig jaar genomen
besluit om vast te houden niet alleen aan
pa riemen)'ai re stelsel, maar de erken-
te vernietigen of te ondermijnen.
Tegen wijziging in ocderdeelen staan wij
niet afwijzend. De bezwaren tegen de even
redige vertegenwoordiging doen zich steeds
eras iger gevoelen, doch van een gevestigde
opinie over bepaalde veranderingen is nog
geen sprake.
Ieder streven om in de hoofdgedachte van
het overleg tusschen Regeering en volk zelf
verandering te brengen is, «egt Spr., ons
vreemd. Integendeel willen wij daaraan met
beslistheid, gelijk aan onze staatsinstellin
gen in het algemeen vae-houden.
Ik acht het ons belang, dat dit nadrukke
lijk uitgesproken wordt.
Ware het anders, dan zoude© wij niet ge
recht terenover de verkiezingen staan; dan
c.ou er in elk geval iets onlhreken aan de
vrijmoedigheid om daaraan deel te nemen.
Wij willen niet een omkeer van onze
staatsinstellingen bewerken, maar er toe
meewerken, dat deze ten goedp va© ons volk
als geheel en in zijn deelen wordl gebruikt.
Wij rijn afkcprig van gewelddadige revo
luties, maar hebben evenzeer op onze hoede
te zij© tegen een dusgenaamde vreedzame
revolutie, die in zeker opzicht nog gev
lijker is.
Het blijft
do onvergankelijke verdienste van
Groen van Prinsterer
voor het verderfelijke van de revolutie voor
al in dezen laatste» zin de oogen geopend te
hebben.
Of de oogen van hen, die zich gaarne op
hem beroepen, daarvoor nu, na meer dan een
halve eeuw, voldoende open zijnl
Ik laat het bij die vraag en ga er niet op
in, evenmin als op een andere vraag, maar
dlo er nauw mee samenhangt, en wel: of zijn
klassiek geworden „Ongeloof en Revolutie"
en talrijke andere geschriften soms niet meer
worden gebruikt om aan eigen opvattingen
een voornaam aanzien te geven dan om dt
grondgedachte te verstaan en daarvoor bij
nndcrcn ingang te geven. Dit is zeker, dat
Groen van Prinsterer. die ln zijn staatkun
dig-kundig leven meermalen wat de toepas
sing betreft een zwenking maakte, verwon
derd zou opzien, dat zijn advies om p nen
gegeven oogenblik ln een bepaalde richting
te thans soms wordt gebruikt nis een
r.dvl'~ voor alle tijden ln plaats van aller
eer0* 'd te geven op
zijn hoofdgedachte: steeds verre' te
bieden tegen de revelatie.
I -Mgedachte, waarom het Groen don
c."p i n duur zijns leven te doen was en
drijfveer was, wanneer hij met betrekking
lot eenigc aangelegenheid ik denk hier
inzonderheid aan het onderwijs meende
van koers te moeten veranderen, heeft voor
onzen tijd nog veile geldigheid; misschien
wel meer dan ooit te voren.
Naar 't beginsel des Evangelies, dat Groen
tegenover de revolutie stelde, gaat het om do
wijze waarop de staatsinstellingen worden
gebruikt en den inhoud waarmee ze worden
gevuld.
Er is, naast een openlijk verzet ook een
pogen om het gezag der Overheid langzaam
onschadelijk te maken, een tot den bodem
uithollen, zoodat er niets meer overblijft dan
het staatsiegewaad, dat dan gemakkelijk tot
een belaching wordt Maar evenzoo is er
naast de openlijke aanranding van de verte
genwoordiging des volks en hare rechten en
clen duidelijk uitgesproken wil om haar van
hare plaats te drijven de langzame maar
steeds verder gaande ondergraving en ver
zwakking door liet gewichtig maken van
kleine dingen en het opwerpen van neven-
vragen, dat het eigenlijke werk al moeilijker
zoo niet onmogelijk maakt
In dit verband wordt door spr. op het be
denkelijk verschijnsel gewezen, dat door een
organisatie van machten de volksvertegen
woordiging aan den wil van enkelen wordt
gebonden en zoo van de vrije, ongebonden
beoordeeling beroofd, dikwijls nog wel in
n van de democratie, en
(Applaus.)
Dit opkomen voor de handhaving van het
gezag en tegelijkertijd voor het behoud van
de rechten en vrijheiden onzes volks, is, zegt
spr., in die mate een punt van de eerste orde
en dat in onzen tijd zoo zeer naar voren
treedt, dat daarvoor alle andere vragen op
de tweede plaats komen.
Spr. weet wel, dat dit afwijkt van de gang
bare opvatting en dat andere partijen naar
aanleiding hiervan spr. kunnen toevoegen:
gij lijdt aan beginseloverschatting en hebt
geen oog voor de reëele belangen waarom
het in de politiek toch maar te doen is.
Wanneer wij ons echter door dergelijke
overwegingen lieten leiden, zouden wij het
recht verbeuren om als politieke partij zelf
standig op te treden, en ons volk leiding te
geven. (Applaus).
Ons Christelijk beginsel eischt om de deel
neming des volks aan het politieke leven in
dat licht te bezien.
Enkel negatief optreden faalt altijd. Al
leen een positief beginsel kan baat brengen
en tegenweer bieden tegen revolutionair
streven.
Ons Chr. historisch beginsel is geen vrucht
van geestelijke speculatie, is ook niet afban
kelijk van een afzonderlijke groep des volks
en staat of valt evenmin met een sterken
man, daar het zich Integendeel met het
denkbeeld van zulk een geweldige al heel
slecht verdraagt.
Verre van het oog te sluiten voor de reëele
belangen, dringt het juist tot een erkenning
daarvan, maar dan ook in hun onderlinge
verhouding en samenhang.
Het Chr.-historisch beginsel beroept rich
niet ronder meer op hetgeen vroeger ge
weest Is, maar het kenmerkt zich ten allen
tijde hierdoor, dat het in den voortduren-eten
strijd om deN macht roept (om het recht),
ook waar het in de politiek immer een strijd
is om de macht.
Naarmate dat beginsel een eigen inhoud
heeft, dat veel verder grijpt dan gewoonlijk
nog wordt verstaan en van zijn toepassing
-zoo ontzagluk veel afhangt, Is het gevaar
-van het verlagen van dat beginsel tot een
leuze te grooter. Om het heel duidelijk te
zeggen, wanneer het ln stede van zijn wer
king te doen in den polltlcken strijd zelf to?
een machtsmiddel werd gemaakt, zou het
niet alleen zijn kracht maar ook zijn eer in
boeten.
Indien het waar was, wat de vertegen
woordiger der Hervormd (Gereformeerde)
Staatspartij bij de laatst gehouden alge-
meene -beschouwingen over de Staatsbegroo
tlng den Christelijk-Historischen toedichtte,
dat het hun,in de Dolitieke samenwerking
met de Roomsch-Katholleken slechte tc doen
is geweest om in de machtspositie te komen
zouden wij onzen naam Riet meer kujinen
dragen. (Krachtig app'aus).
Maar het is niet waar.
Ik zal zegt Spr., over dien vertegenwoor
diger en de wifze waarop hij meent voor de
Christeliike beginselen te moeten opkomen,
niet verder snreken. Doch het getuigt niet
van onverschilligheid ten onalchte van dien
afgevaardigde en de partij, wier vertegen
woordiger hij is; wel het tegendeel, wan
neer wij behoefte gevoelen het eens openlijk
uit te snreken. dat hil ons daarmee meer
pijn heeft gedaan dan de hoon. welke bij die
gelegenheid uit de dicht om hem heen ge
dromde leden ve© de linkerzijde allen
hebben er zeker niet aan meegedaan op
steeg. (Applaus).
Spr. wijst er intusschen op, dat dit de
plaats is waarop zegt hU, wij ook het meest
kwetebaar zijn. Wij wille© dat niet vergeten
en vinden hierin aanleiding elkaar te waar
schuwen en niet. af te wijken van den v§i
ligen weg van ons beginsel. Zoo alleen zui
len wij in staat zijn daarvoor anderen te
winnen.
Het kan voorkomon en dit schijnt n
dan het geval te zijn, dat toetreding tot dc
Chr. Hist. Unie of zich voorstander te ver
klaren van haar politieke opvatting gebruikt
wordt om particuliere belangen te dienen.
Op behoud van dezulken stellen wij geen
prijs e© zli doen schade aan de doorwerking
van onze beginselen en den eerbied, waarop
wij daarvoor aanspraak meenen te kunnen
maken. (Forsch applaus).
Bijzondere belangen moeten altijd blijven
beschouwd binnen liet kader van de ge
meenschappelijke belangen. Dit fs geen na
deel dat men zich hiervan wèl doordringt,
maar het Is bovendien elsch van ons begin
sel, dat in politieken zin geen scheiding tus-
sche© verschillende volksgroepen toestaat
Als dit wordt doorvoeld, zal het be'ang
van het gemeenschappelijke, van de eenheid
van ons politiek optreden klaar worden
beseft
Is ons uitgangspunt Juist, dat hoofddoel
van den strijd moet zijn verweer tegen een
revolutionair ombuigen van onze staatsin
stellingen. waaronder Ik ook begrijp het
vermnafschappelljken daarvan, in dezen
zin, dat
hoorende, er aan te herinneren, dat de Chr.-
Historische partij van jongeren datum is en
haar ontstaan dankt aan een verschil tus
schen de twee voornaamste leidende man
nen destijds in de anti-revolutionaire partij.
Voor een deel zou dat juist zijn, in zooverre
onze Unie mede is opgebouwd uit de Vrij-
anti-revolutionairen. Wat dat verschil aan
gaat, trof mij intusschen, dat juist kort ge
leden de tegenwoordige leider der anti-revo
lutionaire partij in zijn belangrijke rede in
de Eerste Kamer bij de 'behandeling vain do
vraag van parlementaire samenwerking met
andere partijen om. ook dit zeide:
„Ik behoud mij de vrijheid voor om onder
bepaalde omstandigheden aan mijn partij
ook 'n ander advies te geven". Bedoeld werd
een ander advies dan samenwerking met
de rechtsche partijen en dan gaat de heer
Colijn aldus voort: Maar thans zijn er zul
ke omstandigheden niet, die tot dit advies
zouden nopen; of die er waren in 189-i, toen
Dr. Kuyper het advies gaf om bij de stem
bus samen te gaan met de toenmalige radi
calen, met de voorstanders der wet-Tak, is
niet zoo heel gemakkelijk uit te maken". Ik
meen twijfel aan de juistheid van dit advies,
hetwelk de onmiddellijke aanleiding was
van scheiding, die tot de vorming van de
vrij-anti-revolutionaire groep, leidde wel eens
eerder en zelfs in sterker bewoordingen ver
nomen te hebben.
Toch wil ik hierop niet te veel nadruk
leggen, omdat, zooals ik zeide, de andere
groepen, de Christelijk-Historische Kiezers-
bond en Friesch Christelijk-Historischen,
waaruit onze Unie gegroeid is, vreemd zijn
aan dit verschil, en de historie sedert ge
leerd heeft, dat er andere verschillen zijn,
waarbij als ik het zoo noemen mag, een on
derscheiden aanvoelen van de beteekenis
van de Christelijke beginselen voor de poli
tiek, waardoor het bestaan van beide par
tijen naast elkander wordt verklaard.
Maar al botst het op sommige punten ten
gevolge daarvan wel eens tusschen haar en
ons .toch kan met betrekking tot meerdere
en daaronder de voornaamste gesproken
worden van een afzonderlijk mar-
cheer en, doch „vereint schlage n".
Naar ik meen, kan dan ook in oprecht
heid in onze algemeene vergadering
een woord van gelnkwensch aan
het adres van de Antirevolutio
nairs partij
met de herdenking van haar 50-jarig be
staan worden uitgesproken, met den wenscli,
dat de komende jaren meer toenadering dan
verwijdering brengen, zooals wij met behoud
van datgene, waarin wij een eigen weg mee
nen te moeten bewandelen, daardoor onze
houding tegenover de zusterpartij willen la
ten bepalen. (langdurig en hevig applaus.)
Weerbericht.
Barometerstand.
Zwakke tot matige Noordelijke tot Weste
lijke wind, half tot zwaar bewolkt, weinig
of geen neerslag, iets zaahter.
METSERS. LICHT OP:
Van 56 April van 7.08 nam. tot 4.53 voorin.
hoe langer hoe meer wordt weggenomen, «in
dat ln het Christe'iik beginsel inzonderheid
raar zijn posi'lef Prntestardsrhe opvatting,
de beste kracht tot verweer ligt dar behoor
den allen, die dit tevens nis algemeen lel
den>1 beginsel voor het politieke leren opne
ra«n ëën tc rijn.
Ik wee4. -Int «Vit historisch voor het oogen
hllk a?t*>ons wat
de antirevolutionaire partij
aangaat, moeilijk zou gaan.
Zij herdenkt op heden haar 50-jarig be
staan en sou aanleiding kunnen vinden, mij
dt verdere verdeeling van
Chr. protestantsche partijen
betreft .treedt Spr. om des tijds wille niet
in beschouwingen.
Daarmee wil ik zegt Spr. niet zeggen.
it het onnoodig zou zijn; want indien het
politieke terrein van misvattingen en onjuis
te voorstellingen vol is; dit geldt wel inzon-
dsrheid van het terrein, waarop door de be
doelde partijen, de Staatkundig-Gereformeer
de Staatspartij om van anderen die een
eigen vertegenwoordiger hopen te krijgen
niet spreken, dc scheiding is getrokken.
Het zal goed zijn, om waar het pas geeft,
op die onjuiste voorstellingen eft misvat
tingen de aandacht te vestigen en te voor
komen. dat de verwarring, die daardoor ge
sticht wordt, niet grooter worde.
Meer ook niet. want anders zouden wij
ons zelf schuldig maken van een uit het
oog verliezen van de verhoudingen in den
politieken tijd. die vragen, dat de krachten
worden gebruikt, op het hoofdpunt, dat ik
gemeend heb te moeten aanwijzen en niet
worden verspild aan hen. die ten slotte. pi3
zij voor de verdere toepassing en uitwer
king komen van de hoofdbeginselen,
waarmee zij ontreden, ontdekken zulten, dat
zij hun kracht en kunde beter hadden kun-
tien gebruiken aan een anderen kant. dan
zij nu, hoewel belde niet in gelijke mate,
gewoonlijk doen. (Applaus).
Het zou. zegt spr., dwaas zijn de schadu
wen niet op te merken maar het komt er 4
slechts op aan. dat wij daar niet om heen °y®f lü
gaan staan op een wijze, dat de schaduwen
breeder en donkerder worden, maar wel,
dai alles gedaan wordt om hetgeen in den
weg gekomen is. waar dan ook, weg te rui
men. (Applaus).
Spr. spilt daar verder geen woord aan
maar wijst in krachtige woorden op de
noodzakelijkheid van eendrachtig optrek
ken voor de duurzame volkswelvaart, die
allereerst afhankelijk is van de handhaving
de- Chr ^rondslagen van ons volksleven.
Deze blijven voor ons, zegt Spr., de inzet
van den strijd en daarvan wordt tegenover
de kiezers aanstonds getuigenis gegeven.
Hij geeft dagrtoe in korte trekken den
inhoud van
Bet Verkiezingsmanifest
weer. Daarin treedt sterk naar voren: de
handhaving van het overheidsgezag en even
zoo van den daadwerkelijken invloed des
volks door zijn vertegenwoordiging.
Maar voorts ook de onaantasteaarheid
van het huwelijk en veiligstelling van het
gezin.
Bewaring van de eenheid des volks en
handhaving zooveel mogelijk van z'n Pro
testen tsch karakter, als waarborg voor de
vrijheid, inzonderheid van geweten en
godsdienst.
Steviging van de geestelijke e© zedelijke
kv -hten des volke.
Daarnevens een voortdurend Btelsolmntig,
naar allen kant acht geven op het onder
houden, vernieuwen en verruimen van de
bronnen van welvaart; zonder tc kort te
doen aan anderen zal daarbij in den eer
sten tijd bijzondere aandacht aan den land
bouw geschonken moeten worden.
Een ruim opgevatte sociale voorzorg,
maar aldus opgevat, en uitgewerkt, dat de
voorziening ln het levensonderhoud der bur
gers niet wordt overgebracht op don fitaai
en het persoonlijk venomvoordelljklieidsbe-
sef niet wordt geschaad.
Érnstige en krachtige ondersteuning van
het streven om do internationale verhoudiu-
gen op het recht te bouwen en de oplossing
van geschillen evenzoo in den weg van het
recht te zoeken.
En ten s'oite. maar niet in de laatste
plaats hel aannemen van e?u zondanige
houding tegenover het koloniale vraagstuk,
dat met handhaving van het Nederlandse!)*
gezag dit dienstbaar wordt gemaakt aan
een onbaatzuchtige behartiging van de ver
schillende belangen der volksgroepen en
daarbij aan don drang naar meerdere staat-
zelfstandigueid zoodanige leiding
wordt gegeven, dat hef leven dier volks
groepen daardoor niet geschaad, maar ge-
bant wordt.
In het slot van zijn rode spoorde Spr. aan
tot een geheilisde spanning, waarin g--
voeld word-t, dat het onder beding van Gods
wvren gnM om 'te 'oekomst vnn ons land ei
volk en hij eindigde met de Psalmwoorden
„Vrede zij in uwe vesting, welvaart ir
uwe paleizen.
..Om piliner broederen en mijner vrienden
wil zal ik nu spreken: vrede ri| in IT?"
Ge*n hetere, geen hoogore toon weet ik
zegt Snr.. aan te slaan, dan om het kort en
duidelijk te zeggen, waarom hot ons In den
grond der zaak bij ons politiek streven gaan
moet
Dat wij ar ntet benaden blijven an zij God
Telegram aan de Koningin.
Thans werd een telegram van hulde,
trouwbetuiging en zegenbede aan H. M. de
Koningin gezonden, waarbij de vergadering
staande zong de beide eerste coulp'*ekten vau
het Wilhelmus.
Verhinderd
bleken o.m. de heeren Dr. de Visser, Van der
Hoeven, Frowein, De Gijselaar en Rutgers
van Rozenburg.
Verslag.
Uit het verslag van den penningmeester,
door den heer Tilanus namens den heer
Rutgers van Rozenburg uitgebracht, bleek
o.m. aan contributlën 6.225.30 ontvangen te
zijn» en aan het eind 'van het verslagjaar
bleek in kas te zijn I 3.871.22.
AMENDEMENTEN OP EET VERKIEZINGS
MANIFEST.
Dadelijk werd begonnen met de behande-
ling der amendementen op het verklezirgs-
manifest Ingediend, nadat de Voorzitter
had toegezegd, dat de motie-Leiden inzake
,De Nederlander" en de documentenkives'.ie
dadelijk na de pauze aan de orde zou komen.
De behandeling van de amendementen
nam zeer veel tijd hi beslag
Verreweg de meeste werden na bespre
king ingetrokken. Het hoofdbestuur had
over het algemeen bezwaar tegen een te
groote preclseering van wenschen tn het
manifest, omdat de partij gehouden zal wor
den en ook gehouden w i 1 worden aan den
inhoud van haar manifest!
Het verzet van Amersfoort tegen de
woorden „met de beginselen der Reforaiati*
als beheerschenden factor" werd door den
Voorzitter gebroken door te wijzen op het
kleurlooze van het woord „protestantisme'
terwijl ze Juist het kerkelijke met nadruk
op don achtergrond dringen.
Tamelijk breed werd gediscussieerd ov«r
voorstellen va© Hoorn en Dordrecht
om respectievelijk voor gelijkstelling voor
het bewaarschoolonderwijs en het buitenge
woon lager onderwijs op te komen
De heer Tilanus bestreed namen» het
hoofdbestuur deze amendemente©. De finan-
cieele ongelijkheid moet niet op het voor
beeld van de lager-onderwijswet ongedaan
gemaakt maar in de gemeeniten opgelost
worden op grond van de rechtsgedachlo
van de grondwet. De gewonschte gelijkstel
ling, ook in de toepassing van de lager on
derwijswet zal geleidelijk komen, maar het
is niet noodig daarop ln het verkiezings
manifest aan te dringen
Oppenhuizen drong aan de afschaf
fing der classificatie voor de onderwijzers-
salarissen in het manifest op te neme©.
De Voorzitter wees erop, dat deze zaak
niet zoo eenvoudig is en met name niet voor
de onderwijzers alleen zou door te voeren
zijn, afgezien van de vraag of heit wel ge-
wenscht is in verband met de reeds nu
meestal veel lager inkomsten van de-inge
zetenen ten plattelands.
Stad Vollenhove drong erop aan in
het bijzonder te wijzen op de geschade
rechtspositie van de benadeelden der Zuider-
zee-droogmaking.
Na een eenigszins warm debat, waarbij
ook de Marker Visscher sprak, werd in het
manifest een wijziging aangebracht die deze
gedachte tot uitdrukking brengt
Eveneens werd breedvoerig gesproken
kartels in verband met
uitbuiten en prijsopdrijving.
De Voorzitter wees erop, da t hier een
..ereldverschijnsel geldt, dat zeker de aan
dacht ook in de partij verdient maar mot»
voor een verkiezingsmanifest
Een amendement-Den Haag I, dat de woor
den „in den weg der Chr. democratie in het
manifest wilde brengen, in verband met de
samenwerking twschen arbeiders en pa
troons, werd geweerd omdat er geen behoef
te is aan woorden die verwarring stichten.
Zeer breed werd door den heer Dwarshuis
uit Loosdrecht aangedrongen op de aanvaar
ding van het beginsel der actieve handels
politiek door de Unie.
De Voorzitter bestreed dit ook breed
voerig, omdat het optrekken van tariefmu
ren tegen den draad van de geheele heden*
daagsche ontwikkeling ingaat en wij daar
i zeer buiten moeten blijven als buiten
wereldoorlog, wat ten slotte ook in het
belang van den landbouw zelf zou blijken
te zijn, die leeft van de export.
Slechte twee der aanwezigen bleken bij de
stemming iets voor het idee van Loosdrecht
te voélen
Ook werd nog vrij breed gesproken over
de koloniale paragraaf.
Op voorstel van het hoofdbestuur trok de
afdeeling Oosterbeck haar voorstel in om
aan het manifest nog een tiende paragraaf
„Justitie" toe te voegen, als gevolg waarvan
o.ik uitrekking volgde van het voorstel Oos
terend (Friesland) om aan deze paragraaf
loc tc voegen: „Bevorderd worde wederin
voering van de doodstraf, als eisch van
Gods Woord".
Het verkiezingsmanifest werd ten slotte
vastgesteld.
Hoofdbestuursverklozlng.
I)e vergadering herkoos tot hoofdbestuurs
leden Ds H. van Eijck van Hesllnga en Ds.
J. Vonrsteegh en koos in de vacature Mr. R.
van Vepn, die zich om gezondheidsredenen
terugtrekt, Mr. Dr. A. A. van Rhijn.
DE DOCUMENTENKWESTIE EN DE
HEER SNOECK HENKENANS.
Gelijk gemeld, is na de pauze de kwestie
vun de houding van Dr. J. Th. de Visser en
baron Dr. Vos van Steenwijk tegen den heer
Snoock Henkcnians als huofdredasteur van
de Nederlander' inzake de bekende documen-
tenpublicatie behandeld.
Een motie-Leiden sprak leedwezen over
de houding van eerstgenoemden uit en
sprak vol vertrouwen uit in den lieer
Snoeck Henkemans.
Na verdediging van de motie door den
heer Wilbrink uit Leiden, kwam de heer
Henkemans aan het woordT die zeide,
dat zijn bedoelingen steeds zoo geweest zijn,
dat hij die voor God en zijn geweten kon
verantwoorden. In het belang der Unie
dring hij dus aan op intrekking der motie,
waaraan door Leiden gevolg werd gegeven
onder toejuiching der vergadering.
I<e Voorzitter sprak zijn vreugde uit
over dezen afloop, bracht onder algemeen
applaus hulde aan Dr. de Visser cn den
heer Dc Vos van Steenwijk en drong er op
aan, dat men steeds zal toonen door het
beginsel te worden beheersclit.