wesi
TWEEDE BLAD.
TWEEDE KAMER
BINNENLAND.
Radio Nieuws.
Uit Oost-Indië
EEN ALLEENSTAANDE FIGUUR
ZATERDAG 2 MAART 1929 TWEEDE BLAD PAG. 5
ZOMERTIJD.
KELLOG3-PACT.
STEMPLICHT-AFCCHAFFING.
OVERZICHT.
ging tegen een aanval, wordtt bi] dit ver
drag veroordeeld.
De neer Vliegen (S.D.) herinnerde
de wijze, waarop het Kelloggpacl ontstond,
maar noemde het een leeinie, dat daarin
niet gepreciseerd is wat een „aanvalsoorlog"
is. Van groote beteekenis is bet trachten, dat
de Vereen. Staten en Rusland, die buiten
den Volkenbond staan, zich mat anderen
liehben laten vinden om dit verdrag te
derteekenen. Practischer ware het misschien
indien ze eenvoudig lid van den Volken
bond werden.
liet ontbreken van sancties aan dit in for-
gro0teK'™"h"« KcMog™i«"tTolS'.!uTl,an' müfeerinï gelukkig eenvoudig* wta» Is
SEr" - beter ware wellicht te spreken van Mk srhaduwrnda.
beteugeling" van den oorlog, behanded.
Een enkel lid zinspeelde wel op de be
zijn meer verklaringen dan
meer preciseeringen dan voorbe
kende „bijzondere omstandigheden", maar
meer is cr niet van gezegd. En de strekking
van die opmerkingen was dan nog steeds
zoo, dat er op geweren werd, dat de gedacli-
van het Kelloggpacl moet doordringen
schaduwzijde.
Een cn ond«r neemt intusschen niet weg,
dat de soc.-dem. voor dezen aanloop tot den
vrede zullen stemmen, al ontbreekt de or
ganisatie van den vrede zelf er nog in.
Dr N lens (R.K.) nam san, dat de
Regcering bedoelt toe te treden tot het pact,
zoodra hel door Amerika en Frankrijk, die
het sloten, zal zijn geratificeerd. Die ratili-
catie had tot dusver nog niet plaats.
De term „uitbanning van den oorlog"
onder de zeiken niet' alleen, maar ook inde
regeeringgi.areaux enin die der gein
raErSbleek*van eenig verschil In apprecia-achtte Dr. Nolens niet gelukkig; zij wekt
tie van de doorwerking van internationaalmaar overdreven verwachtingen en dat leidt
rechtelijke beginselen,, die beoogen het oor 'zoo licht tot teleurstellingen.
togsmonster te beteugelen Humanisme en Het doorwerken van dit verdrag, dat reeds
Christelijke levensbeschouwing botsen ten
opzichte der toekomstverwachtingen. l)e
heer Kersten alleen bleek zoo somher ge
itemd. dat hij zelfs geen poging wil steu
nen, die de bedoe'ing heeft iets bij te dra-
Sen. dat de oorlog als politiek machtsmid
el wordt vaarwel gezegd. Hij en zijn vriend
Zandt wilden geacht worden tegen hei
voorbehoud tot toetreding tot be^ pact te
zijn. Overigens aanvaardde de Kamer stil
awijgend het wetsontwerp.
Het twéede onderwerp, waarmede de Ka
mer zich bezighield, was de afschaffing van
den stemplicht, zulks naar aanleiding van
een motie van de heeren Zandt en Kersten.
Deze zaak staat zoo, (lat dank aij een anti-
rev. amendement (van Dr. Beurner) in 1016
de stemplicht 'buiten de Gronriiwgt bleef. Hij
Ie, met strafrechtelijke sanctie, nog alleen
opgenomen in de Kieswet. Van antf-rev. z j
de is reeds meer dan eens gepoogd ork ^aar-
uit den stemplicht weg te nemen. F.—s
staakten zelfs de stemmen over een desbe
treffend voors'el van Dr. Emmer. Over de
streen kwam het dus neg niet
Het tegenwoordig Kabinet vl aan deze
kwos'ie riet raken. Herha"' *~i ook nog
niet zoo lang geleden, verkarde h?', da!
het geen voorstel tot afschaf' ng vaa den
stemplicht zal indienen. Desondanks rijn de
heeren van de S. G. P. met een niet al tc
juist geredigeerde motie tot afschaffing ge
komen.
Na het pleidooi van den heer Zandt voor
afschaffing verklaarde Minister de Geer op
nieuw, dat een voorstel daartoe van het
Kabinet n'et is te wachten.
Practlsehe vrucht zal de mnt;p. die op
niet zeer fraaie wijze in den strijd tegen den
atemnlicht is verschenen. dus met hebben.
Staatsrechtel':k werd zij in het debat, <*P
aanwij-zing van Dr. Beurner, aanmerkelijk
verbeterd.
Voor de gevoerde discussie meenen we
naar het verslag te mogen vertviimn
Ton slo'te zij nog vermeld. dM h.| den
-„rrvanp rior vergadering het rut-at ïef-voor
stel van den heer Braat. om na dit 'aar den
^martijd af te schaffen, zonA»-
op één na a'gemeene s'enrne'
item was van den voorsteller
worpen.
genoemd is „un baiser international", zal van
ie grooter waarde worden, naar mate de
zedelijke beteekenis er van doorwerkt in de
bureaux der regeeringen ender gene
rale staven.
Mr. Heemskerk (A.R.) meende, dat
de behandeling van dit verdrug moeilijk
wachten kon tot er een „algemeene sfeer
van vertrouwen" zou zijn ontslaan. Men
ziet nog zoo weinig van wederzijdsche ont
wapening; soms zelfs verschijnselen van
meer bewapening. Ook zijn er nog altijd
haarden voor conflicten in ons werelddeel.
Kon men die maar eens wegnemenl Maar
uovendien is er altijd zooveel gisting tus-
schén de volken, dat het gevaar voor oor
log wel altijd zal blijven bestaan. Maar Ne
derland heeft geen reden om zijn bedoelen
niet te toonen, dat net op geonerlei wijze
oorlog wil.
Een bezwaar is wel, dat dit tractaat blijft
buiten liet kader van den oikenbond, waar
men sommige punten reeds nader heeft uit
gewerkt Toch mag het toegejuicht, dat
Amerika ziclüaan net hoofd van deze bewe
ging heeft gesteld.
De moree.e ueieekenis van dit tractaat is,
dat het eert beginsel van internationaal
recht vestigt Dat er geen santjes in staan,
is niet juist £r staat .n, dat wie het trac
taat overtreedt de voordeelen er niet van
genieten zal.
De sancties bij den Volkenbond loopen al
spoedig uit op boycotten en oorlog. Ook bij
/erlreding van dit Kellogpaet zaï het spoe
dig daartoe komen.
De reserves: recht op cel .'verdediging en
in stand blijven van de verplichtingen
krachtens het pact van den Volkenbond, zijn
terecht opgenomen.
Het is rationeel het beginsel, dat in dit
tractaat is uitgesproken, tot een beginsel
van volkenrecht te maken. Internationale
geschillen moeten op andere wijze dan door
oorlog tot een oplossing worden gebracht
De lieer Knottenbelt (Lib.) was b
met de voorgaande sprekers eens en zag
het tractaat verhoogde veiligheid voor oi
land.
De lieer Kersten (S.G.P.) zou het liefst
in isolement kracht zoeken Er is aanstel
lerij ook weer in dit verdrag; men verwacht
liet te veel van den mensch.
De beteekenis van dit verdrag is niet
groot, maar er worden enkele beginselen
uitgesproken, waarmee ook de lieer Kersten
zich kan vereenigen. Toch twijfelt hij eenigs
zins aan de oprechtheid der onderhandelen
de regeeringen, die zich militair sterker
maken. Er is thans een sfeer aanwezig, die
liet gewcnscht maakt dit verdrag niet aan
te nemen.
Dr. Schokking (CH.) wil niet zuiver
theoretisch, los van de feiten net tractaat
bekijken. En dan is er voor groote geest
drift geen plaats. Die geestdrift is nog ver
minderd door de bekende omstandigheden,
zoodat sommigen zelfs zich afvragen of zij
hun stom wel aan dit tractaat zullen geven.
De volken hebben er recht op, dat ernst
gemaakt wordt met wat in 't tractaat wordt
uitgesproken. Het Kelloggpact is voor ons
land niets nieuws. De grondgedachte ervan
beheerscht reeds lang onze opvatting.
Het verdrag is in hoofdzaak naar zijn be
doelen een uitspraak van morecl-cn aard.
Een eigenlijke sanctie ziet de heer Schok-
king in liet tractaat niet.
De volken en regeeringen «zullen moeten
tonnen, dat he* ernst is m«U de beginselen
van dit verdrag. Fransche legerplannen pn
Fransche en Engelsche vlootplannen. pp
heime accoorden en nrcoorden van generale
staven passen in de lijn van overeenkom
als deze niet
i a n t (V.D.) vond, dat alle
rhting van dit verdrag vermindering
van bewapening tegenhoudt Mij zag in dit
verdrag niet «vmhntische. maar rpöele. groo
te en diepe beteekenis. Hij meende, dat in
dit pacl dp reserve van den gcnnrloofden
rlog, als politiek 1 oorlog uit het Volkenhondspact wordt ver
door verboden.
Redenen te over voor den heer Marchant
om md geestdrift voor het wetsontwerp te
stemmen.
De Minister van BoltenL Zaken
had weinig te zeggen.
De oorspronkelijke beteekenis van het
verdrag, dut vrucht is van Amerika s uit-
oreiding van Fransch initiatief, is dat alle
geschillen door vreedzame middelen zou
worden opge'ost. Of die beteekenis geheel
uezelfde is gebleven, nadat de steun van
andere mogendheden is gevraagd, is mis
schien voor betwijfeling vatbaar. Intusschen
iet verdrag zooals het nu is, beantwoordt
oij de bestaande verhoudingen cn tegenstel
lingen aan de oorspronkelijke bedoelingen:
net oorlogsgevaar verminderen.
excenties.
nouden.
Rechtmatige zelfverdediging is een on
vervreemdbaar recht van souvereïniteit. Dat
is steeds erkend en wordt ook nu erkend.
Toetreding tot verdragen als deze kan er
toe bijdragen om het internationaal wan
trouwen, dat de grootste belemmering
voor vermindering van bewapening, te
k:einen en de zoo noodige sfeer van
trouwen i* bevorderen.
D,T anti-o kiesverdrag is slechts een stap
m de goede r eiding, die nog door vele ge
volgd zal moeten worden, zal het schrik
beeld van den oorlog verdwijnen. Het is
een stuk moreele, geestelijke ontwapening.
Zoolang uit het menschelijk hart booze be
denkingen voortkomen, zoolang zal het ge
vaar voor oorlog blijven.
Dit verdrag, dat geen juridisch instrument
is, moet als een uiting van ernstigen vredes
wil door de volken worden gedragen. Dan
een krachtige moreele invloed van
uitgaan.
Z h. s. werd het wetsontwerp g o e d g e-
eurd. De heeren Kersten en Zandt tegen.
De Kamer vervolgde daarna de behande
ling van de
VERSLAG.
Zomertijd.
De Kamer begon gister met hot initiatief
voorstel van den heer Braat om na 192!)
len zomertijd af tc schaffen.
Niemand vroeg het woord.
Met 63 tegen 1 stem van den voorstel
Ier werd liet wetsontwerp verworpen.
De Kamer is den heer Braat moe.
Aan de orde werd daarna gesteld de mo-
41e-Z and t-K eesten tot
afschaffing van den stemplicht,
waarvoor de anti-rev. partij reeds jaren ge
■treden heeft
De heer Zandt (S. G. P.) lichtte de mo
,1e 'oe met de oude bekende cijfers, om dui
delijk te maken, dat de stemplicht in zeer
ruime mate overtreden wórdt. De overtre
ders worden niet overal op dezelfde wijze
behandeld en terecht.
Deze principieel Veroordeelde dwang leidt
tot groote onrechtvaardigheid, vooral omdat
herhaaldelijk allerlei redenen als excuii-
worden aanvaard, waar de z.g consciëntie
|>ezwaren vaak geen erkenning vinden.
Deze hateF'ke dwang moet zoo snel mo
gelijk verdwijnen.
We mogen niet rusten, zegt Spr., voor de
«templicht uit onze wet is verdwenen. T iVp hoor Vf
",'a deze rede werd do behandeling der
motie onderbroken om over te gaan tot de
behandeling van het z.g.
Kelloag pact.
afschaffing van den stemplicht.
De heer Lingbeek (H. G. S.) was voor
stemdwang. Er is toch ook belastingplicht
en dienstplicht. De gemoedsbezwaren der
vrouwen deelde de heer Lingbeek niet; hij
wil er echter wel aan tegemoet komen.
De lieer Lingbeek vond in zijn betoog ge
legenheid om nog eens weer de onwaarheid
te debiteeren dat stemplicht en oplossing der
schoolkwestie tegen elkaar uitgeruild zijn.
Dr. Beurner (A. R.) wilde nogmaals
toonen, dat de stemplicht hem niet sympa
thiek is.
Eerst weerspraak bij het misplaatste,
houdlooze praatje van den hber
die ook vergat, dat de stemplicht
in de Grondwet meer staat, dank zij een
amendement van Dr Beurner Daarna, sedert
1916, vecht hij reeds voor opruiming van den
stemplicht in de wet Bij een van zijn voor
stellen daartoe staakten zelfs de stemmen.
Het rcgceringsvoorstel van 1925 bracht een
denkbeeld van Dr. Beurner van 1923 om
den slemplicht beteekenis te ontnemen.
De voorstellers der motie zijn thans te
laat. Ze hadden met een wetsyoorstelletje
moeten komen en bij de begrooting de zaak
moeten behandelen. Zij zijn op dit punt in
verzuim. Toen was cr de tijd voor om de
zaak te behandelen, die nu ontbreekt.
Op principieel en practische gronden is
Dr. Beurner voor opruiming van den stem
plicht. Maar de mctie-Zandt is revolutionair,
want zij wil „de Regeering" de wet laten
hei-zien. Het is zeer ongepast daarbij de
Kamer uit te schakelen. De motie moet dus
gewijzigd, wil zij een stem kunnen krijgen.
Noodig zal zijn ook aan te geven wat men
precies wil Misschien is het ook goed de
motie zoo te rcdigccron, dat alleen de straf
bepalingen vervallen. Dan wint men mis
schien leden, die niet alles wat op den stem
plicht betrekking heeft uit de wet willen
verwijderen Willen de heeren in dezen zin
de motie verbeteren, dan zal ze wellicht ook
de stem van den heer Bcunvr krijgen.
Minister De Geer verklaarde, dat van
d:t Kabinet geen wetswijziging om den stem
plicht op te ruimen, te verwachten is.
Wat er na de verkiezingen gebeuren kan,
als de motie wordt aangenomen, kon de
minister uit den aard der zaak niet zeggen.
Aanneming der mötie is dus thans buiten
gewoon onbelangrijk.
De heer Za n d t (S. G. P.) repliceerde en
wijzigde ten deele, naar de door Dr. Beurner
gegeven wenken, zijn motie.. Revolutionair
vond de heer Zandt zijn staatsrechtelijken
blunder ulo: het was maar een formeele on-
mvkeurigheid
OFFICIEELE BERICHTEN.
AUDIËNTIES.
De audiëntie van de min. van Waterstaat
zal Maandag 4 Maart a.s. niet plaats heb
ben.
LANDMACHT.
Bij K. B. zijn ben., bij het res.-pers. der
landm., bij het wapen der art, bij den staf
van dat wapen:
8. tot res.-majoor voor spec, diensten de
res.-majoor .1 F. Quanjer, van het 2de reg.
onbereden art.;
b. tot res.-kap dr. A. M. J. F. Michels. van
de schoolcomp. van den motordienst, en F.
Schiff, van het 2de rcg. veld-art.;
c. tol res.-eerste-luit. voor spec, diensten
de res.-eerste-luit. W. den Boer, van het 15de
re. inf.; F. F Stutterhelm. van het reg on
bereden art.; L. Kloek, van liet korps lucht
doel-art.; C. H. Zcevenhoovcn, van het 12de
rcg. inf.; L. P. F. van der Grinten, van het
reg. jagers; P. Versteeg, van het 1ste reg.
onbereden art.; A. J. Ingcn IIousz, van het
4de reg. veld-art.; H. J. C Tendcloo, van het
reg. grenadiers en I K«»lff, van het 5de reg.
inf.;
inf.;
een eerv. ontsl. verl. uit d«n mil.
dienst aan den res.-majior Jlir. O. G. Bloys
van Treslong, van het 8ste reg. veld-art.;
ben. bij het res.-pers. der landm bij hot
het wapen der arL, tot res.-majoor bij het
veld-art., de eerv. ontsl. res.-majoor jhr.
O. G. Bloys van Treslong.
Bij K. B. is ben. bij het res.-pers. der
landm., bij het wapen der genie, tnt res.-
tweede-luit. hij het reg. genietroepen, de
res.-tweede-luit. ir. F. C Mays, van het 2de
reg. inf.;
Bij K. B. is den eerste-luiL A. J. de Lad-
houder, van het 19de rcg. inf., eer/, ontsl.
erl. uit den mil. dienst.
J. SCHAAP HZN.
Gistermiddag heeft de heer J. Schaaj Hzn.
afscheid yenn.nen van de Christelijke Kweek
schoul te Leiden, aan welke inrichting hij
2f jaar als directeur verbonden is geweest.
Tal van goede woorden zijn bij dit afscheid
gesproken. De heer Schaap werd dour velen
geacht om zijn uitstekende kwaliteiten uls
docent en paedagoog. Moge de avond van
zijn leven hem nog de rust schenken, die hij
zoo wel verdiend heeft.
RAAD VOOR DE SCHEEPVAART.
DE KAMERVERKIEZINGEN.
Nu de
DE KIEZERSLIJST.
kiezerslijst 1929/30, met behulp
_j a.s. verkiezing van leden van
ile Tweede Kamer zal plaats hebben, op 22
Februari jl. is vastgesteld, kan het zijn nut
hebben nadrukkelijk onder de aandacht te
brengen, dat *ot en met 9 Maart a.s. gelegen-
Bij It. B. is, aan mr. G. Kirberger, raads- beid bestaat erhetering van deze lijst te
heer in den Hoogcn Raad der Nederlanden,,.ragen, op grond dat men niet of niet be-
ccrv. ontsl'. verl. als plaatsverv. voorz. van hoorlijk op deze lijst voorkomt. Na 9 Maart
den Raad voor de Scheepvaart, met dank iSt ingevolge de Kieswet, deze verbetering
i ,Q -et meer mogelijk.
die functie bew. diensten, en is,
ben. Mr. Dr. F. C van Geer, raadslL in het
gerechtsh. te Amsterdam.
BURGEMEESTERS.
micmnpinp in B'J* KB- is hcn- tot burgem. der gem. steeds zorgen
E linLiUif Schiedam II. Stulemeijer, onder toekenning verandering
hber LinghoeK, yan geJjjkt eerv üntsl aU burgem. der vai.
gem. Bergen op Zoom.
GEVANGENISWEZEN.
Bij K. B. is ben. tot lid van het coll. van
regenten over de gevangenissen te Alkmaar
de heer G. A. Conijn, wonende te Alkmaar.
VRAGEN VAN KAMERLEDEN.
De heer Suring heeft den Minister van Fi
nanciën gevraagd of liet niet gewenscht is
de Pensioenwet zoodanig te wijzigen, dat
niet alleen inspecteurs bij het openhaar on
derwijs. maar ook hun collega's voor bizon-
dere scholen pensioengerechtigd worden
verklaard.
UITGESLOTEN POSTSTUKKEN.
Het Tweede-Kamerlid, dp heer v. Braam
beek. heeft in verband met het feit, dat de
directeur-generaal der P. T. T. heeft heslist.
dat van de bestelling van bladen huis aan
huis door (Ip posterijen zijn uitgesloten stuk
ken van godsdienstigen of politieken aard.
den Minister van Waterstaat gevraagd oj
deze bereid is te bevorderen, dat de maat
regel zoodanig worde herzien, dat deze stuk
ken slechts dan geweigerd worden, indien
de inhoud daarvan strijdt met de orde of
goede zeden.
Tevens wordt, in verband met het ontvan
gen van oproepingskaartcn voor bovenge
noemde verkiezing, er nogmaals op gewezen
dat het helantr der kiezers vordert, dat zij
iddellijk van elke adres-
i f t e 1 ij k kennis te ge-
Oproepingskaarten. voorzien van een oud
adres, komen van de post terug, met
gevolg, dat belanghebbenden kort vóór ol
op den dag der stemming, zich naar het bu
reau Verkiezingen moeten begeven om hun
kaart af te halen, hetgeen bij den toch
al grooten 4oeloop in de verkiezingsdagen
aanleiding geeft tot ongewcnschte ver
•aring van den dienst; terwijl belangheh
benden geruimen tijd in de rij moeten staan
alvorens geholpen te kunnen worden.
Een en ander is echter meestal te voor
komen door van eventueele adresvernnde-
ring onmiddellijk s c h r i f t e I ij k kennis te
geven. Formulieren met vrachtvrij couvert
zijn gratis voor die aangifte te bekomen.
PRINS HENDRIK TE LONDEN.
OP BEZOEK BIJ DEN PRINS VAN WALES
Prins Hendrik heeft een bezoek gebi
aan den Prins van Wales, hij wien hij ge-
ruimen tijd vertoefde. Z.K.H. heeft in den
'merkte op. dot du, al, do I ft,"**,0011
„revolutionair spreekt, dit n0.^rnidda,,A,m
Dr. Be
heer Zandt van „revo.uuona.r spreesi uuDesmiddags'bracht de Prins een bezoek
niet zooveel beteekent Dat woord ligt hem aan (je Nederlandschc vcreeniging in d
tn den mond nestorven. Saekvillcstreet, waar hij werd ontvangei
D lieer Zandt ^repliceerde,bijgestaan (joor den v ice-voonzi Iter, den heer La verg...
-• den secretaris, den heer Neuerbuig. U'
door den heer Kersten. Het geschiedde vrij
onbeholpen cn de rcstcerenue Kamerleden
hadden groote pret.
De Voorzitter had er ook schik in en
rekte liet debat nog wat tusschcn de hee
ren Zandt en Beurner.
D r. Beurner liet het er ten slotte bij,
vermoedelijk zeer 'ot blijdschap van den
heer Zandt.
Dinsdag zal over de motie worden ge
stemd.
voorzitter, de heer Sloop, was door ziekte
verhinderd.
Een groot aantal vooraanstaande personen
uit de Ncderlaudsche kolonie was in hei ge
bouw aanwezig, ow. bestuursleden ian di
verschillende Ncderlaudsche verecnigiiigcu.
Gisteravond heeft de Nederlandsche ge
zant den Prins een diner in het gezantschap
aangeboden, waaraan verscheiden vooraan
staande personen aanzaten.
enhulï v d P.U-t. 5.30—6.3U «Jrt
."306.(0 Spr. 11 K UvMsch. H-l
i.lu6.5ü Griunofoonmuziek.
HILVBaSLM. (1071 M.) 1»—10.15 Mo.
n§. «..1 Con.erl door hel AVIlO-T
Uitzending volgen» opgave «LjvVl
léd. Bond van I er-, In Ov«
ïgenhetd van het af-ch-M
v. Hint». 10 Per*ber. II
e. 6 20 Muziek. 6 35 NI wsber.
ianomuzl k. 7.20 Omroepprnnt
edtrlld. 7 50 Liederen. 8.20 Far
ctueele causerie. 9.&0 Nleowsb.
-12.20 V iziek.
TABIJS ..Radio-Parts"
[uzirk. 4 05—5.05 Muüie
35 Muziek. 9 20
LANGENBEUG
162 M). 9.M Grï
1.60 Oik
7.20 VrooltJko
ZEESEN (1619 Ml 11.20—S.60 Le:
-4 50 Orkest. 4.307.05 Lezlncen.
sndes. $.20 Orkest. T
HAMBURG (395 M
3 l. Orkest. 4.50 Conci
,20—11.20 Grtmofoo*
HPT ZEN. (310 9
Da. J.
lek. 7.05 riono-r*.
J. C. d» Ko.
DAVENTRY (1562 M> 5.35 Missionaire «u*£
_le. 5.50 Vertelling uit bet Oude Testament s.j»
9.05 Kerkdienst.
PARUS. „Radlo-Parls" (1750 M.) 12.20
genwüdlng.
LANGEN BERG (469 M.) 1.20—9.20 Murge»
wudiue-
ZEESEN (1649 M) 1.20 MorgenwtJdln*
1852 M. (Uitat.
aflei-s. 7-30—8 Spr..
ts over de vUf UUbc)b<
Rudio-orke^t o A. v J.
Een tempelfeest is Nieuwjaar niet In het
algemeen kan worden gezegd, dat oude nu
dities in de viering meer en meer verdwil»
of zin en beleekeins verliezen.
DE WEGENAANLEG IN ATJEH.
Naar men weet, wordt de wegenaanleg ln
P. T, T.
Radiotclcfoonverlceer met ArgentlnIB via
Parijs.
Binnenkort zullen van Nederland uit
proefgesprekken worden gevoerd rnet Bue
nos Aires door tusschenkom->t van de Fran
sche zend- en ontvangmiddelen.
Indien deze proef slaagt kan de opening
van het telefoonverkeer langs dezen weg
eerlang worden verwacht Zooals bekend is
het thans reeds mogelijk een gesprek mei
Buenos Aires te voeren via de Duitsche
zend- en ontvangmiddelen.
Radlotelsfoondlenst Nederland—
Nederlandscb Indië.
Gedurende het tijdvak van 4 t.m. 9 Maart
a.s. blijven de diensturen van den radio
telefoondienst Nederland—N'ed.-Indië be
paald op 13.30 tot ongeveer 16.30 (Amsterd.
lijd).
INGEZONDEN MEDEDEELING.
VRAAGT SPOOR/HOSTERD
CHINEESCH NIEUWJAAR.
De „Deli Courant" van 0 Febr. schrijft:
De Chineesche Gemeente te Medan staat
weer voor de viering van huur Nieuwjuurs-
iccst, dat duurt van 10 tot en met lo Fe
bruari, met Uien verstande echter, dat de
drie eerste dagen liet belangrijkste zijn. Dan
geven ook de Chineesche zaken liuu perso
neel vrijaf.
Aan oen vooravond van den tiendon
wordt het leest ingezet met net afsteken
vuurwerk, dat ook op de feestdagen zelf
belangrijk punt op liet prugruniiuu is.
Veel karakteristieks heelt het Chineesche
Nieuwjaarsfeest niet meer. In den fuinihe
kring wordt het gevierd, zooals ieder huise
lijk feest wordt gevierd; slechts enkelen
groepen wijden de Nieuwjaarsperiode nog
aan de eerbiedige herdenking van hun voor
vaderen.
Atjeli,
i 1923
i Lu'
gebeurd is, algemeen besclmuwa
uoodzukelijke lacior oin deze si reek
uit huur isolement op te heffen cu duaidoor
ouk beter te pacificeercn.
Juist in den cngeii kring, waarin deza be
volking lecide, met buvcnuien zeer gering»
conumische vooruitzichten en een luüg le-
cnspeil moet men een belangrijke ouizuuk
zien lot bendevorming en Verzet, wuoneef
eenmaal, ten rechte ol ten onrechte, oiita-
iTcdetihefd bij enkelen beslaat
Er bestonden reeds lang verschillend»
tukjes weg op de Westkust, maar die had
den geen beteekenis voor opheffing van
l isolement en geen economische belecke-
i, zoodat ze ook telkens weer in den steek
werden gelaten, waarin de bevolking soina
van verzetsleiders te hooren kreeg, dut fwt
tocli met de Koinpenie afliep en dat die »r
over dacht weg te trekken.
Welnu, sedert het gebeurde in 1920 is men
druk bezig geweest op Atjchs Westkust Do
genie is er in geslaagd de moeilijkheden,
uie de Gle Itrotee boden, op een schitier.-n-
de manier uit den weg te ruimen, zoodal de
weg daar door het gebergte gebaand ia.
Men hoopt nu in Mei van dit jaar met 'n
lichte auto van Koeta Radja tot Meuiuboh
te kunnen kouten, een afstand vau J iO K,.vl.
De weg zal dan natuurlijk nog met een
eerste Klasse verbinding zijn, er zal nog
heel wal aan moeien gebeuren, maar do
lang gewenschte verbinding is dan Ua h tot
stand gebracht, waardoor Meuiuboh en het
geheele tusschongelegeii gebied elk ougen-
hlik over land met Koeta Radja verbonden
is. Wanneer uien bovendien ziet hoe elke
weg dadelijk aanleiding geeft tot autover
voer, dan ligt het ook voor de hand, dut het
tusschengelcgvu gebied vrij spoedig gebruik
zal maken voor autovervoer voor de pro
ducten. d e de mensehen eventueel voor de
centra beschikbaar hebben.
Gouverneur Goedhart, met wien de «Dell
Crt." een onderhoud had over dit onderwerp,
toen hij te Medan vei loeide op zijn doorreis
•laar de Bestuursconfcreiiiic, hoopt in Met
voor zijn heengaan met buitenlandse!» ver
lof in Juni a.s. dezen weg nog te kunnen
openen.
Het ligt In de bedoeling om verder too
snel mogelijk niet !e doorhekking van den
weg in Zuidelijke richting door te gaan nuur
Blang Fidië, Tnpa Toean en Bakongnn.
FEUILLETON.
door
MARK ASIITON.
(31
Dat is mijn geheim, priesteres." zei Elba-
ram, „ik zou niet alleen van den triomf wil
len genieten en er is niemand op aarde, die
ik zoo goed vertrouw als u; als ik u dan
mijn verhaal gedaan heb, vertel gij dan mij
uw geschiedenis."
Euphrosyne antwoordde niet. Vol ontzet
ting hield zij de oogen op de mummie geves
tigd.
„Kom wat dichter bij en vestig uw oogen
«ens op deze vrouw", zei Elharam, „zij was
ook evenals gij in haar tijd de schoonste
vrouw, die er bestond."
Onder het uitsnreken dezer woorden nam
hij bet windsel van he^ gelaat der mummie
Met tegenzin naderde zij en boog zich over
de kist heen. maar vol ontzetting deinsde
zü weer terne. On het gelaat van dit lijk lag
zulk een uitdrukking van lijden en wan
hoop, als men nooit mogelijk zou geacht
hohhen op een menschelijk gelaat te aan
schouwen.
„Trek er het windsel maar weer over
heen," riep Euphrosyne, „het is bij de Egvp-
fo^rboden ora de rust der dooden te
Verstoren."
fcZij gelooven, dat de tiel dan vernietigd
wordt, maar gij en ik slaan aan zulke fabe-
len geen geloof."
„Toch zijn v\>ij gehouden hun geloof te
eerbiedigen, vooral ik, die hier als prieste
res van Isis fungeer."
„Ik ken uw verleden niet, priesteres, maar
ik zou wel willen vragen, of gij ooit onrecht
van iemand hebt te verduren gehad en naar
wraak hebt gedorst?"
„Dat is beide rnet mij het geval geweest,
wijsgeer."
„Dan begrijpt gij, hoe zoet de wraak is."
„Dat begreep ik eerst, maar nu niet meer.
het lijkt mij nu zaliger om te vergeven."
Elharam keek haar vragend aan. Hij leg
de het windsel weer om het gelaat, gaf een
j van de krukjes aan Euphrosyne en ging
zelf op het andere zitten.
„Ik heb u al verteld, priesteres," begon
Ihij, „dat ik van Joodsehe afkomst ben. Een
van mijn voorvaderen werd slaaf bij een der
voornaamste beambten van Egypte. Die be-
Inmbte had een zeer schoone vrouw die ech-
I ter zeer lichtzinnig was. Zij werd aangetrok
ken door het schoone uiterlijk van den He-
I breeuwschen slaaf en wilde hem verleiden
Iniaar hij weerstond haar. In haar woede
klaagde de vrouw den slaaf hij zijn mees
ter Potiphar aan van hetzelfde misdrijf, dat
zij had willen begaan. Hij werd in een don
keren kerker geworpen, maar haar straf
volgde spoedig. Zij vond al gauw een ande
ren minnaar en haar bedrog werd ontdekt
Den slechten slaaf liet Potiphar tot asch
verbranden, die daar in die bus staat en zijn
vrouw op afschuwelijke wijze pijnigen. Hij
zette haar in een ijzeren kamer, die door
een mechanisme langzaam ineenslnot, zoo
dat de vrouw tusschen de ijzeren platen ver
pletterd werd en rij onder de grootste pijni
gingen stierfl"
„Is dut die vrouw?" vroeg Euphrosyne.
„Ja, dat is zij."
„Maar hue kondt gij daardoor belecdigd
wezen?" •-
„Ik heb mij die beleediging door al die
geslachten heen diep aangetrokken en daar
om is liet mijn plan om nu ook huar ziel te
vernietigen."
„Wat gebeurde er verder met den lie
breeuwschen slaaf?"
„Hij rees tot hooge eer en kwam in gunst
bij den I'harao. Jehova, de God van Israël,
verlaat Zijn dienaren nooit geheel. Dat ver
kondigen tenminste de heilige Boeken en
de trouwe slaaf klom hoog in de gunst van
den Pharao, zooals ik reeds zcide".
„En wat gebeurde er met dien Potiphar?"
„Ik zie op deze kist, dat hij zich een ande
re vrouw nam en later een gelukkig leven
leidde. Ik ben nu van plan dit lijk in zulk
een sterk vocht te zetten, dat het geheel ver
nietigd wordt."
„Gij moest uw wraak liever koelen aan de
zen Potiphar, die te hard strafte."
Elharam gaf g/bn antwoord en Euphrosy
ne ging voort:
„Ik was eigenlijk hier gekomen met de
bedoeling om u mijn levensgeschiedenis te
vertellen, maar nu ik dit vreeselijk verhaal
gehoord heb en ik omringd hen door al die
mummies, ontzinkt mij alle moed daartoe
Eén ding staat echter vast Ik hen besloten
om het priesterschap en den tempel van Isis
vaarwel te zeggen en ik men nu uw hulp tn
om mij daarbij van dienst te zijn".
„Maar "ij weet toch, dat de doodstraf
staat op het verlaten van den dienst van
fsls en het ls een dwaasheid om een poging
daarto» t» wagen."
„Dat weet ik, maar mijn plan blijft toch
vaststaan! Morgen zal ik u zeggen, wat mij
daartoe beweegt Voor wij echter deze plaats
verlaten, zou ik wenschen, mijn vader, dat
gij mij een verzoek toestond, het eerste, dm
ik u ooit gedaan heb."
„Ik zal het u toestaan, mijn dochter. Ik
wist niet dat gij mjj zoo lief waart, voordat
ik u nu hoorde zeggen, dat gij mij wilt ver-
verlaten".
„Terwille van uw genegenheid voor mij
verzoek ik u dan om het gelaat van deze on
gelukkige vrouw weer te uedckke.i cn hnnj
te laten rusten. Mogen de goden, die zij tij
dtns haar leven gediend heeft, haar nu rust
schenken."
Elbaram zei geen woord, maar hij bedeK
te terstond het gelaat weer, smolt eenige
specerijen samen die geschikt waren om de
mummie te preserveeren, goot er die over
heen, maakte alles weer vast en nam toen
do r I ki onl weer op on. den terugtocht door
dit vreemde Egyptische kerkhof aan te ne
men.
„Wat is dat?" zeide Euphrosyne, „Ik hoor
de voetstappen."
„Dat is onmogelijk," zeide de sterrenwi
chelaar. „er is hier niemand dan wij cn de
geesten der afgestorvenen. Er kan hier nie
mand in komen".
„Maar wie heeft dan al dit licht en die
fakkels aangestoken?"
„Dat wordt gedaan door doofstomme sla
ven en alleen In mijn 'egenwoordlgheid,
neen, er kan hier niemand zijn".
Toen zij in het laboratorium terugkwa
men. scheidden tij en Euphrosyne begaf
zich met Sappho weer naar den ienmel.
Euphrosyne had zich ten opzichte van dl»
voetstappen niet vergist Elbaram ea ait wa
ren gevolgd en bespied door Zerorah, die
langs een anderen toegang in de unileniurd-
sclie gewelven komen kon. Zeroah was een
dwerg met een bochel. Ilij had een monster
achtig groot hoofd en leek wel wat op een
pad, vooral omdat hij zulke blinkende oogen
had evenals die dieren. Ilij was met een
groot verstand begaafd, dat aan velen bo
vennatuurlijk scheen. Zijn verstand en door
zicht waren hem misschien verleend door
de machten der duisternis, waarmede hij
voortdurend in \crhintenis stond
Zijn ouders en voorouders waren steeds
toovenaars en wonderdoeners geweest en hij
stamde af van menschen die de zworte
kunst uitoefenden.
Hij was in die nndernnrdsche gewelven
geboren en had er zijn geheele leven in
doorgebracht. Op zijn korte tochten naar de
bovenwereld had hij slechts kennis gemaakt
met zeer inferieure vrouwentypen. Door de
ze vrouwen was hij bespot en uitgelachen
om zijn ongewoon uiterlijk, zoodut hij een
diepen haat tegen dit vrouwelijk geslacht
opgevat had en eigenlijk tegen het geheele
menschdom. Het beviel hem eerst in het ge
heel niet, dat de opperpriesteres in de nn-
derannlsche gewelven de proeven van het
onderzoek in de laboratoria zou hijwonen
en zij In de sterrenwichelarij zou onderwe
zen worden. Toen hij haar groote schoon
heid echter zag en merkte hoe vlug zij van
begrip was, veranderde zijn afkeer vnn'hnar
in bewondering. Toch durfde hij nooit wa
gen om haar aan te spreken, daarvoor had
hij te veel ontzag voor haar Hij aanhnd
haar In het geheim en achtte haar even ver
hoven zich verheven, als de hemel boven de
aarde was.
Hit yit eoma uren ln 'n hoek naar haar te
staren, terwijl zij in vele gcheimciiiascn
werd ingewijd door Elbaram en als zij rijn
hulp kwam inroepen bij de studie der ma
gie, dan diendo hij huar als ucn trouwe
hond.
Euphrosyne lette daar nauwelijks op. Zij
was gewend de" hulde van alle mannen to
ontvangen en dacht, dat dit niet anders kon.
Zij had medelijden met den loovenanr om
zijn mismaaktheid cu daarom wu> zij alli; 1
zoo vriendelijk mogelijk tegen hem. wei.i
vermoedend, dat ^ij op deze wijze een n-
vaarliike vlam aanwukkerde, die ie»! r
oogenblik kon uitslaan en hen beiden ver
nietigen.
„Waarom zijn sommige menschen zoo lo»-
lijk en anderen weer zoo buitengewoon
schoon?" \n>eg zij eens aan Elltarum, dia
op deze vraug ook geen antwoord wisL
Elharam was zeil knap van uiterlijk. Icing
en statig van gestalte en had donkere
oogen en een langen, witten Itaard
„Het is een mysterie, dat de sterren mj^
niet onthuld liebhen," antwoordde luj alleen.
NEGENTIENDE HOOFDSTUK
De ijzeren kamer.
Toen de toovennar Zerorah Euphrosyne
hoorde zeggen, dat zij het priesterschap
vaarwel wou zeggen en den tempel van Isit
voor goed verlaten, overviel hem een gevoel
van radeloosheid, want hij wilde haar het
voorwerp van diepe bewondering niet nJA.
sen en niet van haar scheiden.
Hij snelde naar zijn eigen vertrekken er
begon dadelijk met zijn tooverkunsten, dt
de hoop hulp te krijgen de treemen crr>
zijn onzinnige passie voi P.unhmeyne
kuoaea bedwingen, ,v A'ordt vazkulgO.^