Jansje van Delft, 67 jaar, wed. van C. Hondsmerk. Getrouwd: P. v. d. Zalm, 59 jaar, wedn. van M.a A. Kouwenhoven en G. M. van Leeuwen, 45 jaar. Overleden: Teunis Breed veld, 42 jaar, geh. met G. A. Breedveld; Cornells Johan nes de Graaf, 5 jaar, zv. J. de Graaf en C. H. Sigtenhorst; Jaapje v. d. Niet, 78 jaar, geh. met W. G. de Bruin; levenloos aangegeven kind van het mann. geslacht van J. G. Hassing en M. v. d. Beig. SASSENHEIM. Burg. Stand. Gehuwd: Nicolaas van der Meij, 39 jaar err Petronella Felicia van der Aart, 32 jaar; Frans Swagers, 29 j. en Cornelia Johanna Staring. Gevestigd: A. van Vliet, Hoofdstraat 30a van Alphen aan den Rijn; M. Uithoven, Zandslootkade 27 van Voorhout; C. G. M. School, geb. van Gulik, Menneweg 55 van Amsterdam; Mej. E. Verhoef, Rijksstraat weg 153 van Meerkerk. Vertrokken: Mej. G. G. van Berkel, van Klinkenberg 13 naar Voorhout. De inlevering van Rijksgoederen door de dienstplichtigen, lichting 1913, zal voor deze gemeente plaats hebben op Vrijdag 7 December a.s. des voormiddags 10 uur ten Gemeentehuize alhier. VOORSCHOTEN. Burg. Stand. Overleden: D. Varkev's- eer, weduwn. van G. M. Kraan, 72 j. WARMOND. Geboren: Anna Maria, dv. A. Bree- dijk en A. M. Jansen; Cornelia Antonia, dv. C. J. Witsenburg en S. M. v. d. Meer; Engelina Jeanetta Anna Eliza, dv. O. R. Lampo en J. E. Spierings; Reinier Theo- dorus, zv. Th. J. de Vroomen en S. T. Zandbergen; Dirk, zv. L. de Man en H. C. Hakkenberg; Leonardus Theodorus, zv. A. L. H. Richard van Gelder en E. G. Helven- etein; Johanna Geertruida, dv. H. van Schie en C. Brugman. Geihuwd: W. J. Niekerk 27 j. en J. A. F. de Haas, 24 j.; P. Koning 24 j. en J. P. Koeleman 22 j.; M. H. Jansen 27 j. en A. H. van der Gevel 22 j. Ingekomen: D. de Jong en gezin van Katwijk; M. Kniewasser uit Oostenrijk; A. J. van Lier en gezin van Ned. Oost-Indië; Jannetje de Koekkoek van Amsterdam; Maria Cornelia Heemskerk van Oegst- geest; T. D. Goosen van Bloemendaal; Maria M. Schavenmaker van Haarlem; E. Vosman van Haarlem; M. Stroomber- gen van Lisse; J. J. Noordermeer van Noordwijkerhout; M. P. Daalmaen, van Zoeterwoude; M. C. Schaart van Bussum; R. Roodhe van Zeist; M. den Hollander van Leiderdorp; M. G. van Stijn van Lei den. Vertrokken: T. A. Brouwer naar Wa teringen; C. J. Schleeper naar Almelo; J. Duijnhoven naar Lisse; A. G. Veldhoven naar Lissej J. Veerman naar Ooltgens- plaat; J. A. M. Bakker naar Eindhoven; H. A. van Wijk naar Den Haag; J. J. Woldendorp en gezin naar Stedum; M. Wilbrink naar Stedum. WASSENAAR. A.R. Propaganda. Voor de A.R. Kiesvereniging alhier trad op de heer J. Schouten van Rotterdam die een overzicht gaf over den politieken toe stand, zooals deze zich thans voor ons oog ontwikkelt. Nadat op gebruikelijke wijze door den waarnemend voorzitter deze ver gadering was geopend, ging de geachte spreker tot de behandeling vaa zijn onder werp over. Ons parlementaire stelsel is ziek, hoort men allerwegen beweren en aanstonds worden middelen en wegen opgesomd welke tot herstel van den zieke zouden moeten worden aangewend. Dit is volgens spr. echter niet zoo gemakkelijk als som mige volksleiders het wel voorstellen, om dat deze middelen nogal wat uiteenloopen. De eene groep zou een sterke man willen hebben, die al® een Mussolini het ro^r van staat in handen nemen moet, een tweede groep beweert dat er veel te veel partijen zijn en dat deze een gezonde po litieke toestand in den weg staan. Hier over is men het wel eens, dat het tegen woordige extra-parlementaire kabinet niet langer bestendigd mag worden. Welke weg moet nu bewandeld worden om tot een goede oplossing te komen? Dat is op 't oogénblik de groote vraag. De S.D.A.P. die het al zooveel jaren geweten heeft, weet het ook thans weder en beweert dat er van een samenwerking van rechts geen sprake meer kan zijn. Zou links dan in staat zijn om te regeeren? Maar dan moet er overeenstemming gevonden worden tusschen de partij van Braat tot aan die van Lou de Visser toe, met al wat zich daar tusschen in bevindt en dat is volgens spr. iets onmogelijks. Dat er echter ver band bestaat tusschen geloof en staatkun de wordt door velen niet erkend of geheel ontkend. Inzonderheid door hen, die ons volk eigenlijk in 2 groepen zouden willen verdeelen, een conservatieve en een demo cratische of vooruitstrevende groep. Spr. toonde echter aan, dat niet ons volk in zijn geheel maar ieder mensch op zichzelf op politiek gebied een tweemensch is, aan de eene zijde is de mensch conservatief en aan de andere zijde vooruitstrevend. De alles beheerschende vraag voor het poli tieke leven is en blijft volgens spreker: hoe denkt men over God, over de zonde, over de genade in Christus Jezus. Geloof en staatkunde staan met genoem de gedachten ten nauwste in verband. Wanneer men hier rekening mede houdt, en wie zich buigt voor Gods Woord, zal dat niet doen, kan zich ook niet vereeni gen met de gedachtengang van den heer Marchant e.a., die beweert dat er voort durend rijpe vruchten gezien «worden aan den boom van de volksgedachtenvorming. Hier moet volgens hem rekening mede gehouden worden en deze gedachtenvor- ming moet rechtvorming worden; dit is de taak der regeering en wanneer zij deze taak verstaat, dan heeft zij eerst recht van bestaan. Dat deze redeneering niet opgaat, toonde spr. met een enkel voor beeld aan, wijzende op de huwelijkswetge ving. Hoe verschillend zijn de gedachten daaromtrent, de cén acht het een van God ingestelde verordening, een ander is voor z.g. vrije liefde en daar tusschen in zwe ven nog verschillende andere gedachten omtrent de huwelijksverhoudingen. Spr. wees vervolgens op de taak en roeping die wij als A.R. moeten weten als bur gers van den staat.'We maken allen deel uit van de gemeenschap en daarom moe ten we levende lidmaten ons betoonen. De banier van ons beginsel moet hoog door ons worden opgeheven. Maar daarom moe ten we die beginselen ook kennen. Ze zijn gegrond op het onfeilbare ^Voord onzes Gods en neergelegd in ons Program" van beginselen. En hoe meer we deze begin selen bestudeeren, hoe meer wij ze gaan lief krijgen en hoe m'eer wij ook tot de overtuiging zullen komen, gelet op de his torie van het menschdom, dat het altijd verkeerd is en schadelijk voor de eere Gods en den godsdienst zelve, wanneer een overheid aan een volk een geloof op dringt, een stelling die door de H.G.S. en S.G.P. nogal gepropageerd wordt. Enkele voorbeelden hiervan worden door spreker naar voren gebracht. Sprekers overtuiging is dat vooral in het geestelijke geen dwang mag worden uitgeoefend doch de vrijheid moet worden gepredikt, een vrijheid echter gebonden aan Gods Woord. Na nogmaals opgewekt te hebben het A.R. beginsel uit te dragen in onze maat schappij, wordt de vergadering op gebrui kelijke wijze door den geachten spreker gesloten. Uit het Sociale Leven. STAD EN PLATTELAND. Over bovenstaand onderwerp, dat in onze dagen van trek naar de groote steden een steeds moeilijker op te los sen vraagstuk is geworden, schrijft de heer W. J. B(ossenbroek) in „Patri monium" het volgende artikel: Er valt van het groote stadsleven veel kwaad, maar ook veel goeds te vertellen. Eveneens valt er van het leven in kleine stadjes, dórpen en gehuchten, veel goeds en ook wel kwaad te mel den. Dat kan ook eigenlijk niet anders, want, zoowel op het vlakke land als in de steden, wonen menschen van ge lijke beweging; menschen die „zonda ren" zijn en die daardoor het leven bezoedelen. Er wordt soms wel eens beweerd, dat het leven op het vlakke land zoo veel „zedelijker" is, zooveel hooger staat dan in de groote stad; dat in de groote stad de „onzedelijkheid" veel grooter is. dan in kleinere plaatsen. We weten niet of het juist is; het komt ons voor dat het peil van het ze delijk leven zoowel in de groote stad, als op het vlakke land, zoowat even verdorven is, al is de onzedelijkheid wel anders van karakter. We scheppen ons dikwerf een ideaal van het leven buiten de groote stad en zien dan eigenlijk geen feilen. In „Witte Velden" bespreekt ds. D. v. Dijk de vraag of het platte land evangelisatie noodig heeft. De schrij ver wijst er op dat er geheele streken zijn, die geheel van de religie zijn ver vreemd en vervolgt dan: „En wie nu zou meenen, dat dan toch, meer dan in de stad, op het land, ondanks irreligieuziteit, het leven rein zou blijven, die vergist zich. Ik zal niet ontkennen, dat de zonde in 'de groote steden een meer verfijnden vorm aanneemt dan op het land. Maar voor mij is het toch de vraag of, als het er op aan komt, het land reiner is, dan de stad. De eenzaam heid der wijde velden, die tot God moest leiden is voor velen een prikkel tct zonde; zoo ook de geheimzinnige stilte der wouden. Wie eens een tijd met het landvolk, als hunner één, om moet gaan, wordt ontroerd door den geweldigen om vang. die de sexueele zonde heeft onder hen, die wij ons zoo gaarne zoo onschuldig denken. Zelfs in streken, waar nog een zeer sterk belijdend element onder de lands- menschen is overgebleven, zijn er maar er.kelen, die zich boven die onreine at mosfeer weten te verheffen en door hun invloed het onreine element uit de gesprekken, die men onder het werk met elkander heeft, weten uit te bannen. Het lijkt mij toe, dat juist de om gang met de natuur, bij den niet waar achtig bekeerden mensch, die driften, waarin hij zich met de natuur ver want gevoelt, opwekt en prikkelt. Het uiterlijk gelaat van het leven mag dan op het land reiner zijn, dan in de stad de onreinheid knaagt verschrikkelijk aan den wortel van het leven en bedreigt de Godsvrucht, het levensgeluk, den vrede van de menschen van het land". Voor menigeen zal dit citaat wel een ontnuchtering zijn; we denken ons de toestanden buiten de groote steden vaak zoo heel veel beter, dan ze in werkelijkheid zijn. De zonde wroet en werkt in het le ven der menschen, zoowel in de groote steden als op het vlakke land. Daar om is het zoo juist gezien, dat alle vernieuwing van binnen uit moet be ginnen. Eerst als we allen te zamen oprecht bukken voor de wet Gods; als ons hart, dat van nature geneigd is om kwaad te doen, door de werking des Geestes is omgezet, dan is er hoop; maar de natuurlijke mensch, dat is hij, die de dingen Gods niet verstaat, en zich niet wil bukken voor de ma jesteit Gods, hij kent geen zonde; om dat hij de wet Gods niet kent. En die menschen wonen zoowel in de steden al- in de dorpen en kleine gehuchten; de zonde werkt en wroet overal. Toch kan niet weersproken worden nat het, leven in de groote stad, door de heele inrichting, veel meer gelegen heden heeft, om levensvreugde buiten God te hebben, en om te genieten van de wereld en haar begeerlijkheden, dan het platte land. Daaruit moet ook verklaard worden het sterke verlangen dat leeft in me nig hart, orn in een groote stad te ko men. Een verlangen dat door veel ouders, zelfs door veel geloovige ouders niet wordt weerstaan. Men kent, of wil niet kennen, de groote gevaren van de gmoi.n stad. Het is ver bazingwekkend als men er op let, dat ouders hun dochters naar Amsterdam zenden om in betrekking te gaan, en zij zelfs nalaten eerst te onderzoeken in welk gezin hun dochter komt. En dat komt niet een enkele maal, maar dat komt veelvuldig voor. Men zendt zijn kindéren maar weg, naar de groote stad en let er niet op in welke verzoekingen jeugdige perso nen worden gebracht. Voor iemand van buiten, lijkt het stadsleven vaak zoo schoon. Als ze er enkele dagen vertoeven, dan worden ze getroffen door de geweldige drukte, des avonds komen ze onder de beko ring van hel verlichte straten en plei nen, bioscopen met schreeuwerige re clame's, schitterende cafe's; en me nigeen zucht dat men op de plaats waar hij woont, dat alles moet missen. Men vergaapt zich in de steden aan mooie toiletten, en denkt dat er geen armoede is; men waant ieder in zoo'n stad een gelukkig mensch, en men wil mede genieten van dat zoogenaamde schoone en goede en heerlijke. De begeerte naar dat leven heeft hen aangeraakt, en rust niet voor dat het stille buitenleven is verwis seld voor het onrustige stadsleven, om, als men eenmaal in de stad is ge komen, te ontdekken, dat „schijn bedriegt", en dat het lang niet alles „goud is wat er blinkt". Men denkt veel te licht over den overgang van land naar stad; daaraan zijn groote geestelijke gevaren ver bonden. Menschen die buiten in hun dorp trouwe kerkgangers zijn geweest, drijven in de groote'Stad zoo licht van de Kerk af. De ervaring heeft het geleerd, dat niet een enkeling, maar dat velen, zelfs zeer velen, als zij in de stad ko men wonen, van de kerk vervreemden, en, waren zij voorheen trouwe kerk gangers, nu ontrouw zijn geworden, en soms in weken het Huis des Hee- ren niet meer bezoeken. Men kan natuurlijk voor dezen geestelijken „ommezwaai" misschien v/el verklaringen vinden, maar dat doet aan het feit op zichzelf niets af. Toch is het goed, dat we over die dingen eens handelen, wellicht wordt een enkeling nog bijtijds ge waarschuwd. DE PROPAGANDA VOOR DE CHRISTELIJKE VAKBEWEGING. Door het Christel ;k Nationaal Vak verbond wordt van 1022 December over het geheele land een speciale pro pagandacampagne georganisee .cl Na geru:men tijd van deugdelijke voorbereiding door de Christelijke Be sturenbonden, die adressen van on georganiseerde Christelijke werkne mers hebben verzameld, en deze wiiks- gewijze hebben ingedeeld. begint Maandag 10 December a.s. het over het geheele land georganiseerde huis bezoek. Ook de schriftelijke propaganda wordt benut. Een speciaal voor die gelegenheid geschreven propaganda- blaadje zal in tienduizend-tal!e?i wor den verspreid, terwijl de vakbladen der bij het C.N.V. aangesloten organi saties, alsmede „De Gids", het orgaan van het C.N.V., zullen uitkomen met een speciaal propaganda-nummer. Heel de Christelijke vakbeweging staat in deze weken in het teeken der propaganda. Zoodra de kwartaal staten betreffen de het ledental op 1 T .nuari 1929 door het C.N.V. zijn ontvangen, zal worden gepubliceerd met hoeveel leden elke plaats is vooruitgegaan. GEZEGEND RESULTAAT. In Ons Beginsel, het orgaan van de Ned. vereen, van Chr. Kantoor- en Handelsbedienden, wordt medege deeld, dat het ledental van deze ver- eeniging in de maand October is ver meerderd met 66 nieuwe leden, waar door de toeneming van het ledental sinds 1-Januari van dit jaar een stuk over de 300 is gebracht. Geen wonder, dat men gewaagt van een gezegend resultaat. Trots alle be strijding doar tegenstanders van aller lei kleur en richting, wint men in be- teekenis. De velden zijn wit om te oogsten. Zegene de Heere bij den voortduur deze vereeniging, welke zoo'n moei lijke taak heeft te vervullen, gezien de vaak treurige positie, waarin de kan toor- en handelsbedienden verkeeren. Land- en Tuinbouw. VEEVOEDER EN STEVIGE BOTER. De stevigheid van de boter is een be langrijke factor, ook in verband met de handelswaarde. Dr. van Dam b.v., van het rijksproefstation te Hoorn heeft in dat verband belangrijke proefnemingen ge daan (afkoeling van de room). Naar aan leiding nu van een tweetal artikelen van den heer F. Keestra, die o.a. wéés op in vloed van het veevoeder op de botercon- sistentie, schrijft de heer R. Bouwmeester te Terwispel nog in het officieel orgaan van den F. N. Z. een en ander, waaraan wij het volgende ontleenen. „Reeds toen de boterbereiding nog op de boerderij plaats vond, was men zich deze weienschap (n.I. invloed van het voer op de botervastheid) bewust en wist men eenige njn af regelen te treffen. Klaagde de boerin over zachte boter, dan nam de boer den zeis en ging op hét land depollen afmaaien. Deze ver droogden spoedig tot hooi, de koeien nut tigden ze zelfs met graagte en het gebrek zachte boter werd daardoor belangrijk verbeterd. Tot op heden missen wij nog die innige samenwerking; een propaganda in die richting zal veel tot de consistentie van onze boter kunnen bijdragen." Ook de bekende Groninger Zuiveldes- kundige J. J. Huisman, schrijft daarover o.a. het volgende: (de heer H. maakt n.I. de Deensche excursie van het Kon. Ned. Landbouw Comité mede) „In Ililleröd was mij reeds geantwoord dat men voor het verkrijgen van vaste boter een dankbaar gebruik maakte van de aanwijzingen van dr. van Dam. Ik heb daaruit een onjuiste conclusie getrokken betreffende het afkoelen na het pasteu- riseeren; bij de fabriek welke wij in be drijf zagen, Trifoleum te Haslev, teekende ik aan dat gekoeld werd van 10 tot 14 gr. C. Het is dus geheel in overeenstemming met de bevindingen van den heer Kee stra dat men ook daar het bevorderen der vastheid niet zocht in diep koelen na het parteuriseeren. De heer Keestra kent ook een grooten invloed toe aan het voeder van het vee op de vastheid der boter. Op de bezochte fabrieken en boerderijen trachtte ik tel kens, echter zonder succes, uit te vor- schen, door welke krachtvoermiddelen men de vastheid der boter bevorderde. Ik dacht dit wel te zullen vernemen in Hille- röd, gaf in mijn verslag aan, hoe ik daar weder met een kluitje in het riet werd ge stuurd. Gaarne zou ik nu de aandacht ves tigen op iets, dat ook de mij gegeven ont wijkende antwoorden verklaart. Het is een nader onderzoek waard, of de vastheid van de zomerboter in Dene marken niet voor een groot deel moet worden toegeschreven aan de soort van grassen o_p de weide en aan de lucerne. Per H.A., land voor groenvoeder en weide heeft men daar veel koeien, het is dus van beteekenis dat er veel voedsel groeit. Op de weiden trof ons het grof zijn van het korte gras; zoekende naar wat hooger gegroeide planten met bloeiwijzen, vonden wij veel kropaar en nog een ander hoog- opgaand, ruwe steengels gevend gras. Ook de lucerne geeft houterige stengels, bij de gebruikelijke stalvoedering zal eerst ge maaid worden als de stengels' hoog zijn opgeschoten, zoodat de samenstelling van die voedermiddelen die van ons winter voeder vrij wat nadert en dan komt ook de meerdere vastheid van nature van de Deensche zomerboter als vanzelf. Daarop de aandacht te vestigen is het doel van dit schrijven, al wil ik daarmede geenszins aanbevélen dat- wij ook de zode van onze graslanden moeten wijzigen." LEESTAFEL. Aan Zijne tafel, door M. Henry, Kampen, J. H. Kok, i 3.75, geb. f 4.90. Wie de bijbelverklaring van Matthew Henry heeft weet welk een schat van practische levenslessen deze Engel- sche geleerde uitdeelt. Dit boek reeds in 1738 in onze taal overgezet is nu opnieuw vertaald door ds. J. D. Wieleniga van Franeker. Diens broer dr. B. Wielenga van Am sterdam schreef een inleidend woord. Daarin zegt deze dat in dit boek Hen ry zich eigenlijk nog meer gaf dan in zijn bijbelverklaring. Het boek is vroom om zijn mystieke boedanighe den. nl het algemeen misschien een woord dat afschrikt, maar wan neer het gaat over het Avondmaal des 1-Ieeren toch op zijn plaats. Voor menige bedrukte ziel zal dit boek een rijken troost brengen. De practische toepassing van den zegen aan des Heeren disch ontvangen wordt met vele voorbeelden duidelijk ge maakt. Een boek dat stuk gelezen moet worden. H. Paedagogische beginselen, door dr. H. Bavinck, 3e druk Kampen, J. H. Kok. Zoo langzamerhand worden de wer ken van Kuyper en Bavinck gemeen goed. Moge bet met de standaardwer ken nog niet zoo vlot gaan (wij mee nen b.v. dat de Gemeene gratie tiental len malen tevergeefs gevraagd wordt) met de kleinere werken gaat het prachtig. Dat ook deze paedagogische begin selen onveranderd worden uitgegeven is verblijdend, omdat Bavinck zoo komt niet alleen in de handen van de vaders maar ook van de» zonen. Ba vinck zooals hij was en schreef toen hij onder ons leefde. Met „Nieuwe opvoeding" van den zelfden schrijver, dat ook bij Kok het licht zag (2e druk) krijgt men een hel der beeld over opvoedkundige vraag stukken naar gereformeerde leer. Wij bevelen ze zeer ter lezing aan. H. LIJST VAN VESTIG :NG EN VERTREK. Gevestigd. Wed. T. van AmstelVerhage, Rijns- burgerweg 171 J. H. Barends, P. Steynstraat 36 J. BLeeker, Hooi gracht 110a J. T. Bloemers, kok, Breestraat 16 J. H. A. Boeckhorst, v. d. Duynstraat 40 -C. A. J. Borchar- ding, Oude Vest 57 L. H. J. Bran- tjes, Hoogewoerd 65a L. Brouwer, opzichter, P.W.S., Bilderdijkstraat 5 J. A. Buytendijk, Hooge Rijndijk 19a H. J. Cohen, Stationsweg 6a P. J. Conradi en fam., waterbouwkun dige, Leeuwerikstraat 41 A. Deiner, slager, Hansenstraat 9 M. L. Erke- lens, Rijnsburgerweg 30 A. Fray- Brinkman en fam., Heerenstraat 87b O. W. Friedrich, teekenaar, Zonne veldstraat 18 A. de Graaf, Lammer markt 13 P. van dei Grijp, Rijns burgerweg 191 G. M. Haag, kmiide- nier, Maresjixgel 29a M. Haasbreek- Kikkert en fam., Langestraat 29 A. M. Hendriks, winkeljuffrouw, Rom- brandtstraat 22a A..H. A. Jahsen, slager, Timorstraat 2 J. H. Kar stens, kellner, Langebrug 28 W. F. Keij en fam., slager, Kaiserstraat 16 F. A. de Koek, Witte Rozenstraat 60 M. Kooyman, dienstbode, Bilder dijkstraat 9 J. Kooreman, winkel bediende. Jan van Houtkade 20a J. van Kuyeren, Koolhof 9 B. J. Kuy- pers, kok, Langebrug 47a J. M. C. Lau, Korte Mare 23a C. Lopez, Hoo ge Rijndijk 94 H. van der Meer en fam., koonman, Bronckhorststraat 2 T. Oosterom, dienstbode, Haarlem merstraat 155 G. W. Overdijkink, Witte Rozenstraat 58a E. P. M. v. Praag, Meerburgstraat 5 K. Roth, Witte Rozenstraat 60 J. Schellin gerhout, dienstbode, Looierstraat 63 W. Smid, dienstbode, Oranjestraat 38 B. Th. Smit, instrumentmaker, Breestraat 159a W. J. M. J. Snij ders, winkelbediende, Rijn- en Schie- kade 64 I. Taverne, chauffeur, v. d. Helmstraat 7 J. W. de Vink, han delsagent, Beestenmarkt 34 B. Vos- Buschenlange, Hansenstraat 12c W. Waardenburg en fam., kruidenier, Pieterskerkkoorsteeg 14 D. Wiersma Rijnsburgerweg 43a. Vertrokken. H. C. v. d. Krogt, Haarlem, Ged. Oudegracht 62 Fr. A. Zebregs, Den Haag, Gabriël Metsustraat 112 J. L. Koeman, Den Haag, Drebbelstraat 16 H. Thate. Birmingham, Corlyle 19 Rd. Edgbaston J. H. Dijkstra, Am sterdam, Weteringschans 101 P. A. M. Roovers, Hilversum, Schouten straat 18 Fr. Clausen, Hilversum, Hertog Hendriklaan 6 S. van Wezel Cornelissen, Noord wijk, St. Jeroen- gesticht A. Graafland, Overveen Oranje Nassaulaan 136 M. Slokt, Hoogeveen, Gr. Kerkstraat 45a P. A. Beijk, Alphen a. d. Rijn, Burg Vis serstraat 14 H. W. Crama. Amster dam, Hasebroekstraat 17 III L. G. de Jong. Boekarest W. Chr. Ott en fam., Amsterdam, Gelderschekade 7 A. Groothuis, Haarlem, Spaarne, St. Veronicagest B. C. J. Klaui, Leeuwarden, Houtstraat 108 M. C. Juffermans, Oegstgeest, Duinzicht straat 25 J. C. Huender, Terborg No. 297 S. P. J. van Dijk, Haarlem, Tet terodestraat 98 H. Nap en gezin, Zoeterwoude. Reine Gommerstraat 101 f.n. E. Kruithof, Sassenheim, Kastanjelaan 1 J. van Hecke en ge zin, Amsterdam, Baffinstraat 81 W. P. Meijers en fam., Voorschoten, Vernèdepark 39 J. W. Mekkmg. Apeldoorn, Gr.ftstraat 27 G. Th. Ka- gie en fam., Den Haag, Zwetstraat 45 J. Gompels, Rotterdam. Heemraad singel 161 A. Hogewoning en fam., Rijnsburg, Koestraat 15 P. H. Ver- laan, Noordwijkerhout, Goeweg bij C. Verlaan H. A. v. Haaster, Voorscho ten, Leidsche weg 200 P. C. de Does en gezin, Katwijk, Voorstraat 2lb H. J. van Klaveren, Rotterdam, Hoek van Holland Station P. van der Meij, Groote Gast, Opende D 279, „Wil- helmina Hoeve" C. J. Neuteboom en fam., Zoeterwoude. Vrouwen weg E 37 P A. C. Evers, idem, idem W. Pera, Sassenheim, Charbonlaan, 8 M. G. v. Stijn, Warmond, Dorp straat B 93 G. Slob, Hillegersberg, Ommoordsche weg 5 W. Mulder, Ned. Oost-Indië L. Waasdorp Stoeken, Ned. Oost-Indië A. Ter- we ij, Duits chland. Scheepstij dingen. HOLLAND—AMERIKA-LIJM. VOLENdaM, Rott. n. N. YORK, 20 n. Havana. WESTERDIJK, 28 v. Rott. te N. York. LEERDAM, 28 v. Rott te N. Orleans, BURGERDIJK, 29 v. Rott te Balti more. BEEMSTERDIJK, 29 v. Antw. te Rott GROOTENDIJK, Vancr. n. Rott, 28 v. Lizard. MOERDIJK. San Francisco n. Rott, 28 te Los Angeles. HOLLAND—AFRIKA-LIJM. NIAS, 29 v. Amst te Rott HEEMSKERK, thuisr., 28 v. Tanga, MELISKERK, 29 v. Hamburg te Amst NIEUWKERK, uitr., 28 v. Mozambique HOLLAND—WEST-AFRIKA-LUN. VLIELAND, thuisr., 26 v. Seccondee. CERES, uitr., 27 v. Lagos. GROTIUS, uitr., 30 te Pt Harcourt verwacht. TEXEL, uitr., 28 te Bordeaux. KON. HOLLANDSCHE LLOYD. DELFLAND, uitr., 29 te Bahia. ZEELANDIA, uitr., 29 v. Southampton ROTTERDAMSCHE LLOYD. KEDOE, uitr., p. 20 Finisterre. MEDAN, uitr., p. 29 Ouessant. KOTA INTEN, thuisr., p. 29 Suez. INSULINDE, uitr., p. 29 Suez. SLAMAT, thuisr., 29 v. Colombo. DJAMBI, thuisr., p. 29 Kaap del Anpi SIBAJAK, uitr., 29 te Southampton. PALEMBANG, 29 v. Hamburg naar Bremen. GORONTALO, thuisr., p. 29 Ouessant INDRAPOERA, uitr., 29 te Belawan. STOOMVAART MIJ. .NEDERLAND". J. P. COEN, uitr., 28 v. Algiers. JOH AN DE WITT, thuisr., p. 28 Perim KARIMATA, uitr., 27 v. Medan. MADOERA, 29 v. Aalborg n. Amst. ROEPAT, uitr., 29 te Batavia.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 7