15 en 16 November is in de nieuwe eierhal te Nijkerk de eerste groote Nat. tentoonstelling van hoenders, konijnen, duiven, enz. gehouden, welke georga niseerd is door de Pluimveeverg Nijkerk en Omstreken. Sussex Licht (haan) le prijs, eigenaar de heer FA.Koops uit Hilversum. niets hebben moest, liet niet na zijn afkeu ring daarover uit te spreken en vooral heftig werd zijn tegenstand, toen Oranje in 1578 met zijn ontwerp-godsdienstvrede kwam. Vanaf dat oogenblik werd zijn ver zet tegen den Prins fel en bitter en ont zag hij zich zelfs niet Oranje vanaf den kansel als een vijand der ware religie voor te stellen. Uitvoerig staat spr. bij dit punt stil, beschrijft het optreden van Datheen te Gent in samenwerking met Jan van Hembyze, 'n geslepen bedrieger, die op onbegrijpelijke wijze sterken invloed op Datheen oefende en toont aan, hoe het mede aan dit optreden moet worden toe geschreven, dat Gent en tenslotte heel Zuid-Nederland voor den Prins verloren ging. Toch acht spr. het onjuist, het ver lies der Zuidelijke Nederlanden vrijwel uitsluitend aan Datheen's optreden te wijten, gelijk meer dan eens geschiedt. Hoe sterk dit opreden ook afgekeurd dient, vergeten mag toch niet, dat daartoe nog meerdere factoren hebben meege werkt. Ook in onze critiek hebben we bil lijk te zijn. Vervolgens tracht spr. aan te toonen, dat Datheen's standpunt in deze samenhing met zijn opvatting van art. 36 der Ned. Geloofsbelijdenis, zooals dit luidde in den ongewijzigden vorm. Ook de S.G.P. stelt zich op dit standpunt; vandaar, dat voor haar Datheen de man is, waarop zij zich gaarne beroept. Dit standpunt is echter, Volgens spr., onjuist* De vraag, of er godsdienstvrijheid moet zijn of niet, wordt door hem bevestigend beantwoord. De Overheid kan niet uitmaken, welke gods diens de ware en welke valsch is. Daar om gaat de A.R. Partij op dit punt niet met Datheen mede. Ten slotte wijst spr. er nog op, dat we Datheen willen we hem billijk beoor- deelen beschouwen moeten bij het licht der 16e eeuw. Dan zal ons oordeel over hem zachter luiden, dan nu menigmaal het geval is, maar zullen we er ook voor gevrijwaard blijven, dat we hem als ex empel stellen voor de 20e eeuw. Wie dat doet, houdt geen rekening met de ont wikkeling en de lessen der historie. De pogingen om verzoening tusschen Datheen en Oranje tot stand te brengen zijn helaas alle mislukt, mede door den ontijdigen dood van den Prins. Later is Datheen nog gevangen geno men, toen hij openlijk waarschuwde te gen een verbond met Frankrijk en zich openbaarde al9 tegenstander van de door de Staten gevolgde politiek. Tenslotte weer uit zijn gevangenschap ontslagen is hij naar Noord-Duitschland gegaan en heeft in Husum zijn verderen levensavond gesleten. Hier is hij helaas nog een tijdlang verstrikt geweest in de dwalin gen van het David-Jorisme, doch heeft ge lukkig aan de kerkelijke deputatie, die vanuit Hollandvnaar hem gezonden was, om daarover te spreken, mondeling en schriftelijk kunnen verklaren, dat hij door Gods genade weer tot het ware geloof was teruggekeerd. In 1588 is hij in vrede gestorven. Het heeft sj>r. zoo merkt hij tenslotte op wol eens verwonderd, dat er zoo weinig melding wordt gemaakt van Da- theens getuigenis aan het einde zijns le vens, dat hij bij nader inzien het zelf moest erkennen, dat zijn strijdwijze tegen den Prins niet de juiste was geweest: en hij stelt de vraag, of dit aan de S.G.P. niets heeft te zeggen. Spr. betreurt het, dat zooveel gezocht wordt naar wat ons van elkander scheidt, terwijl toch juist in den persoon van Da theen ook zooveel aanknoopingspunten liggen tusschen de A.R. Partij en de S. G. P. Als er van Datheen meer diepgaande studie werd gemaakt en men trachtte hem meer bij het licht der 16e eeuw te bezien, dan zou hij ongetwijfeld beter be grepen worden. Nu wordt hij echter vaak in een hoek geduwd, waarin hij niet hoort. Met het_ggvolg, dat daardoor steeds meer verwijdering ontstaat tusschen hen, die feitelijk bij elkaar behooren. Met de op wekking om meer te zoeken, wat samen bindt, en minder, wat scheidt, besluit spr. zijn voordracht. Aan de hierop volgende gedachtenwisse- ling wordt door verschillende aanwezigen deelgenomen. Tal van punten worden daarbij nog nader belicht. De geanimeerde vergadering wordt ten slotte, op verzoek van den voorzitter, door Dr. Ruys met dankzegging gesloten. Gemeenteraad Leiden. (Vervolg van gisteren). 5. Voorstel tot wijziging der begroo ting 1928, ten behoeve van d© verhoo- ging van de subsidie aan het Burger lijk Armbestuur. De heer G os 1 in ga (Weth.) komt terug op een beslissing van Augustus j.l. toen een begrootingswijziging van 1927 aan de orde was. De Voorzitter vraagt geen be zwaar te maken tegen dit van de agen da afwijken. De heer Goslinga die met den heer Vallentgoed toen niet aanwezig kon zijn, releveert de opmerking dooi den accountant Knol over het niet toekennen van kwitanties. Deze zaak is breedvoerig besproken maar het B. A. moet het niet doen teekenen handhaven. Het B. A. heeft nu een medestander in het Bureau Kreukniet en Dijker, die ook meenen, dat teeke- ning door ieder der bedeelden onmo gelijk is. De heer Knol is slechts een maal op het B. A. geweest en kent den gang van zaken niet. Zijn opmerkin gen zijn slechts klakkeloos overgeno men uit vorige rapporten. Het uitbeta len met onderteekening zou driemaal zooveel tijd vorderen. Allen proviso rische uitkeeringen eischen ondertee kening. Alle andere betalingen ge schieden ten overstaan van drie amb tenaren, die elk een taak daarbij heb ben. De heer Bosman (V.B.) meent dat het niet aangaat te spreken van klak keloos neergeworpen aanmerkingen. Eet controlesysteem 'door den heer Knol genoemd is juist. Hier mogen bezwaren zijn dan kan men daar voor op zij gaan. De heer Baart (S.D.) merkt op dat degenen die teekenen kunnen, ook eigenlijk teekenen moeten. Spr. sluit zich aan bij de opmerking van den heer Bosman. Ook bij do gemeentelij ke steunverleening wordt geteekend. De heer S c h u 11 e r (S.D.) neemt akte van de bestrijding door den weth. van een persoon die zich hier niet ver dedigen kan, hetgeen spr. wel eens verweten is. De heer Heemskerk (R.-K.) merkt op, dat vele van de ondersteun den analphabeten zijn. Ook de werk wijze van het B.A. is zoo dat bijna al len tegelijk komen. Spr. geeft toelich ting hoe de betaling geschied. De heer Parmentier (A.-R.) vindt de zaak zelf onbelangrijk. Tegen de behandeling den heer Knol aange daan komt spr. op. Hier wordt een aanval op de positie van den heer Knol gedaan. Dat moest niet plaats hebben. De heer De R e e d e (C.H.) meent dat in Augustus ook het rapport van Kreukniet had gesteld kunnen worden tegenover den heer Knol. De zaak is daarmede echter niet uitgemaakt. Weth. Goslinga meent dat het B. A. onbillijk wordt behandeld. Na uitvoerige overweging kan het B. A. onmogelijk van ieder kwitantie eischen. Spr. moet zich beklagen over de be handeling van den heer Knol, die zon der vooraf te bespreken, deze opmer king heeft gemaakt. Wie kaatst moet den bal verwachten. Het heeft spr. gegriefd, dat men sprak van de mogelijkheid van fraude. Spr. komt op voor de integriteit der ambtenaren. De heer Bosman (V.B.) wil alleen opmerken, dat de Weth. zegt zich te moeten verdedigen. De weth. doet echter iets anders, hij valt aan. Daar door komt hij er toe om een opzich- zelf verkeerd systeem beter te achten dan een opzichzelf juist systeem. De heer De R e e d e (C.H.) zegt nog maals, dat het rapport Kreukniet er in Augustus een ander licht op had kunnen werpen. De heer Parmentier (A.R.) zou met het standpunt van het B. A. mede kunnen gaan. Maar het gaat niet aan om een opmerking van een accoun tant op deze wijze aan te vallen. Weth. Goslinga geeft toe dat het gaat om het beste systeem. Maar de heer Knol geeft zonder nader onder zoek zijn opmerking. Het voorstel wordt aangenomen. 6. Voorstel inzake het verleenen van een extra-ondersteuning in de Kerst week aan gehuwden, kostwinners en alleenstaande personen, die door het Burgerlijk Armbestuur of door den Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zaken worden ondersteund. Hierbij wordt tevens behandeld het voorstel van den heer Baart om ook 25 pCt. te geven aan de tewerkgestel- den in den Leidschen Hout. De heer Baart (S.D.) constateert, dat B. en W. met dit voorstel komen zender aandrang van de arbeidersbe weging. Voorts bepleit spr. aanneming van zijn voorstel. Men verdient daar f 20, maar nog deze week moest we gens regenval het werk gestopt worden. De heer Bosman (V.B.) meent dat deze menschen als werkloos blijven ingeschreven en dus automatisch blij ven trekken, ook deze kerstgave. Weth. Goslinga deelt mede, dat elke uitkeering in geld de rijkssubsi die in gevaar brengt. Spr. noemt de loonen wel niet hoog maar toch dra gelijk. De heer Huurman (A.-R.) meent dat deze menschen feitelijk blijven behooren tot de werkloozen. Is het niet mogelijk met het oog op de sub sidie in geld uit te keeren, dan zou spr. gaarne 't bedrag in natura geven. De heer Parmentier (A.R.) meent dat de bemoeienis van de ge meente hier te ver gaat. Dan kan de gemeente aan alle werkgevers wel een dergelijk verzoek doen. Spr. verklaard zich voor uitkeering; hij meent dat dit de subsidie niet in ge vaar brengt. Spr. vindt het onaangenaam, dat de weth. de vorige keer zeide. dat verhoo ging van het uurloon onmogelijk was, twee dagen later kon het wel. Zit het nu soms ook weer zoo? De heer W i 1 m e r (R.K.) heeft te gen het voorstel als zoodanig geen be zwaar gehoord. Spr. meent dat het Rijk tegen uitkeering in geld geen be zwaar zal maken, maar zoo ja dan gaf de heer Huurman reeds uitkomst. Spr. stelt voor zonder stemming het vcorstel-Baart aan te nemen. De Voorzitter geeft in over weging B. en W. op te dragen met de Leidsche Hout overleg te plegen over de beste wijze van regeling. De heer Baart trekt zijn motie in en het voorstel van B. en W. wordt aangenomen met de toevoeging door den voorzitter gegeven. 7. Voorstel tot het voeren van ver weer tegen den eisch door J. van der Veen Vonk tegen de gemeente inge steld, ter zake van schade door hem geleden bij den brand in perceel Oegst- ge ester laan 22a. De heer Sc hul Ier (S.D.) vraagt tegelegenrtijd een opgave van de kos ten van dit geding om zoodoende beter te kunnen oordeelen over het al of niet wenschelijke van een procedure. De Voorzitter zegt die opgave toe. Daarna wordt het voorstel aange nomen. 8. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 27 Augustus 1923 (Gem.blad no. 30), regelende de heffing van een belasting onder den naam van „Havengeld" in de gemeen te Leiden. De heer Wilbrink (C.H.) wil gaarne deze zaak alsnog in de Com missie brengen. De Voorzitter stelt voor het voorstel van de agenda af te voeren. Aldus wordt góedgevonden. 9. Voorstel tot het verleenen van een jaarlijksche subsidie aan de afd. Leiden van de Vereeniging tot Verbe tering van het lot der Blinden in Ne derland. De heer Baart (S.D.) vraagt de volle aandacht van B. en W. om steeds zoo goed mogelijk rendement van de subsidie te verkrijgen. De Voorzitter heeft het beste vertrouwen in de Commissie. Voorts zullen B. en W. gaarne in de richting van den heer Baart werkzaam zijn. De heer Baart vraagt om van ge meentewege ook blindenwerk te koo- pen. De Voorzitter deelt mede. 'dat dit reeds is geschied. Hij noemt ver schillende diensten die dit reeds de den. 10. Voorstel: a. inzake het toekennen van een subsidie van ten hoogste f 2000 's jaars, aan de Vereeniging „Leidsche Belas ting-ophaaldienst te Leiden" en het waarborgen van de overstorting ten kantore van de Rijksadministratie van de door die vereeniging bij haar leden opgehaalde belastinggelden; b. tot vaststelling van den desbetref- fenden begrootingsstaat. De heer Wilbrink (C.H.) heeft bezwaar omdat èn het Riik èn de ge meente zullen subsidieeren maar de meente het rijksrisico zal moeten dek ken. Waar komt de gemeente aan die dekking? Wat zullen de kosten zijn? Waarom worden daaromtrent geen voorstellen gedaan? Weth. Goslinga noemt het niet geheel juist dat het Rijk het ri9ico afschuift. Het Rijk staat afkeerig van particulier© ophaaldiensten, maar wil wel gemeentelijke diensten subsidiee- ren. In hoofdzaak omdat het voor kwam, dat men belastingschuldigen voor de tweede maal moest aan spreken. B. en W. staan nu voor de moeilijkheid, dat zonder deze risico overdracht de ophaaldienst zou ver dwijnen. Spr. geeft toelichting waar om nooit meer dan een dag ontvangst kan verloren gaan. De verzekering kost slechts f OU per jaar. Toen de zaak aldus geregeld was, was rijks subsidie gewaarborgd. De heer Wilbrink laat zijn- be zwaar varen. De heer S c h u 11 e r (S.D.) merkt nog op, dat bij fraude de borgstelling van een bode tot f 200 dekking geeft. Daarna wordt het voorstel aangeno men. 11. Voorstel: a. tot beschikbaarstelling van gel den ten behoeve van de verbreeding van den Stationsweg Oostzijde, van den Stationsweg Westzijde en van de Lijnsburgerbrug, alsmede van alge- heele vernieuwing van de bestrating; b. om B. en W. te machtigen tot overneming in eigendom van de voor tuinen of gedeelten van voortuinen, c.q. met bijbehoorenden bestraten grond van een 11-tal perceelen aan den Stationsweg en van het perceel Morschsingel 1; c. om B. en W. te machtigen tot overneming in eigendom van de stoe pen of gedeelten van stoepen van een 9«-tal perceelen aan den Stationsweg, zoomede van een stukje grond nabij de Rijnsburgerbrug, behoorende tot het terrein van het oude Academisch Ziekenhuis. Weth. Splinter stelt voor dit voorstel terug te nemen omdat de Tram nu bereid is ook over de Bree- straat te onderhandelen. De heer Wilmer (R.-K.) wil gaarne vernemen wat de eigenlijke reden van het uitstel is. De heer H u u r m an (A.R.) vraagt enkele vragen te mogen te stellen in besloten vergadering. Alvorens de deuren te sluiten wordt eerst de rondvraag aan de orde ge steld. De heer Vallentgoed (S.D.) vraagt wanneer het verzoek van den Centralen Nederl. Ambtenaarsbond betreffende een scheidsgerecht aan de orde komt. Weth. Goslinga antwoordt dat de weth. van onderwijs een ontwerp ambtenaren-verordening bijna gereed heeft, zoodat spoedig dit te verwachten is. Hierin is ook 't punt van genoemd verzoekschrift behandeld. Daarna worden de deuren gesloten. RECHTZAKEN. KANTONGERECHT TE LEIDEN. (Zitting van hedenmorgen). J. J. v. M. te Leiden had loopende aangevoerd aan het Openbaar Slacht huis een viertal schapen, die leden aan rotkreupel. De verbalisant, een ambtenaar van het openbaar slachthuis, bevestigde 't proces-verbaal. Verdachte erkende het feit, maar verklaarde, dat hij de schapen, voor dat ze naar het slachthuis waren ver voerd, niet had nagekeken. De ambtenaar vroeg 10 subs, 5 dagen. De Kantonrechter veroordeelde tot 5 subs. 3 dagen. In behandeling kwam weer de zaak tegen W. v. V. te Alphen aan den Rijn, die met zijn auto op het kruis punt Noordeinde-Kort Rapenburg het verkeer in gevaar zou hebben gebracht Verdachte had evenwel verklaard, dat hij op dat moment niet in het Noordeinde was geweest. Zijn broer kon het echter wel zijn geweest. Deze broer werd thuis als getuige gehoord, maar verklaarde op den bewusten dag niet in de stad te zijn geweest. Verdachte bleef bij zijn ontkenning. De ambtenaar was er voor zichzelf van overtuigd, dat verdachte stond te liegen en wel degelijk schuldig was, maar bij gebrek aan bewijs vroeg hij vrijspraak. De kantonrechter bepaalde het schrif telijk vonnis op heden over 8 dagen. Th. G. v. A. te N o o r d w ij k was al daar met zijn auto op 20 October rij dende in de Tramsteeg tegen een tram wagen van de N. Z. H. T. M. opgereden De getuige Kouwenhoven, de tram voerder, verklaarde voortdurend sig nalen te hebben gegeven, terwijl hij van verdachte geen signalen had ge hoord. Een andere getuige bevestigde even eens het proces-verbaal. Een getuige decharge had geen signalen van de tram gehoord, evenmin als verdachte, die ook beweerde niets gehoord te heb ben. De ambtenaar vroeg 5 subs. 5 dar gen. Veroordeeling conform den eisch. J. A. de K, te Voorhout had al daar rijdende met zijn rijwiel, een eenigzins vreemde manoeuvre ge maakt, waardoor een wielrijd9ter was aangereden. Deze wielrijdster, die als getuige ge hoord werd, verklaarde, dat verdachte plotseling voor haar en een vriendin, waarmee ze fietste, was heengereden zonder een signaal te geven, waarbij hij haar fiets had gegrepen. Ook de overige getuigen verklaarden, dat verdachte plosteling voor de meis jes was heengereden, zonder een waar schuwing. Verdachte ontkende het meisje aan gereden te hebben. De ambtenaar vroeg 10 of 5 dagen. De Kantonrechter bepaalde |het schriftelijk vonnis op heden Over aoht dagen. .J. C. K. te Voorburg had te Voor schoten op de Veursche weg een zij straat naderende met zijn auto signa- 1 len gegeven, maar was met groots snelheid daar voorbij gereden, waar door een wielrijdster wa9 aangereden, wier fiets geheel was vernield. De wielrijdster werd als getuige ge hoord. Zij verklaarde, dat de auto moest uitwijken voor de tram en daardoor moest hij naar links, met dit gevolg, dat zij, die geheel rechts reed, werd aangereden. Een deskundige verklaarde, dat de snelheid van verdachte te groot was. Hij had beter de tram eerst kunnen laten passeeren. Nu moest hij zijn snelheid nog opvoeren. Verdachte ontkende te snel te heb ben gereden. Hij was al langzamer gaan rijden, omdat het meisje, dat hij tegenreed, zeer zenuwachtig deed. Het meisje was bovendien vlak V"or de auto van haar fiets afgesprongen. Dat hij niet snel gereden heeft blijkt wel uit het feit, dat hij op ongeveer 5 M. heeft gestopt. De ambtenaar vroeg 15, subs. 10 dagen. De kantonrechter bepaalde 't schrift telijk vonnis op heden over 8 dagen. N. Driebergen te R ij n s b u r g had varende in de Vliet met zijn motor boot bij het passeeren van een ander vaartuig, dat een tweetal kano's sleep te, geen signalen gegeven. Hierdoor had dat laatste vaartuig niet genoeg kunnen uitwijken en waren de kano'9 omgeslagen, waardoor een drietal in* zittenden in het water waren terecht gekomen. i Bij het hooren van een viertal ge tuigen bleek, dat de gedagvaarde niet de schipper was van de motorboot, waardoor de aanvaring had plaats ge had. Verdachte werd daarom vrijge sproken. Het is echter waarschijnlijk dat zijn zoon de boot heeft gevaren. Aan deze zal een nieuwe dagvaar ding worden gestuurd. Scheepstij dingen. HOLLAND—AMERDLA-UJN. LOCHGOIL, Vancr. n. Rott., 17 v. Li verpool. NIEUW AMSTERDAM, 18 v. Rott. te New York. RIJNDAM, New York n. Rott., 18 338 mijl van Scilly. MAASDAM, N. Orleans n. Rott., 17 van Havanna. VOLENDAM, Rott. n. Havana, pass. 18 St. Michaels. GLAMORGANSHIRE, Rott. n. Vancr., 18 te Londen. NOORDERDIJK, Rott. n. Vancr., 17 te Curacao. BURGERDIJK, 19 v. N. Orleans te Rotterdam. BILDERDIJK, Philadelphia n. Rott., 19 te Baltimore. HOLLANDWEST-APRIKA-LIJN. FAUNA, 19 v. West Afrika te Amst. ALKAID, 19 v. Hamb. n. Amst. TEXEL, 18 v. Amst. n. W. Afrika. VLIELAND, thtRsr., vertr. 22 v. Lagos. EEMSTROOM, uitr., 18 te Grand Bas- sam. ALBIREO, uitr., 17 v. Calabor. HELDER, thuisr., 19 v. Lagos.. KILSTROOM, iutr., 17 te Bord'eaur. RIJNLAND, 17 v. Amst. n. Hamburg. SCHELDBSTROOM, thuisr., 19 te Bil bao. HOLLAND—APRIKA-LIJlf. JAGERSFONTEIN, uitr., p. 17 Dun- geness. NIAS, Hamburg n. Amst., 18 v. Gux- GRIJPSRERK, thuisr.. 17 v. Pt. Said. NIEUWKERK, iutr., 17 te Mombassa. RANDFONTEIN, thuisr., 18 v. Las Palmas. RIJPERKERK, uitr., 17 v Lor. Marques KON. HOLLANDSCHE LLOTD. SALLAND, iutr., 19 te Rio Grande do Sul. GAASTERLAND, thuisr., p. 16 Madei ra. i EEMLAND, uitr., 18 te Antwerpen, f GELRIA, uitr., 18 v. Lissabon, ZEELANDIA, thuisr., 18 te Amet. KENNEMERLAND, thuisr., 17 v. Vic toria (Br.). FLANDRIA, uitr., 16 v. Bahia. KON. PAKETVAART MIJ. GENERAAL MICHIELS, Rott. n. Ba tavia, p. 18 Kaap Guardaiin. NIEUW ZEELAND, 17 v. Melbourne n. Singapore. NIEUW HOLLAND, 17 v. Singapore n. Australië. ROTTERDAMSCHE LLOTD. TJER1MAI, thuisr., p. 19 Peniche. TAMBORA, 18 v. Rott. te Batavia. KERTOSONO, 17 v. Batavia n. Rott. TOSARI, 19 v. Hamb. te Rott. TERNATE, uitr., pass. 18 Sues. INSULINDE, uitr., p. 18 Finlsterre. KOTA INTEN, thuisr., p. 18 Galle. MADIOEN, thuisr., 18 v. Gibraltar. KOTA GEDE, 18 v. Bat. te Soerabala. TAPANOELI, uitr., p. 10 Galle. DELI, uitr., 19 v. Suez. MODJOKERTO, uitr., p. 18 Pantellarta INDRAPOERA, uitr., p. 18 Perim. STOOMVAART MIJ. .NEDERLAND". RONDO, thuisr., p. 19 Perim. SOEMBA. uitr., 18 te Batavia, ENGGANO, thuisr., 17 v. Batavia. SALAWATI, uitr., 17 te Singapore. RIOUW, 19 v. Hamburg n. Amst. BALI, thuisr., p. 19 Suez. MAPIA, thiusr., 19 te Sues. MADOERA, uitr. 18 v. IJmuiden, MOENA, uitr., 19 te Londen. KAMBANGAN, uitr., 19 te Genau. ROTTI, 19 v. Bremen te Amst. SINGKEP, iutr., 17 v. Southampton.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1928 | | pagina 6