van de perceelen teelland. water en
schuur, gelegen in den Stadspolder,
Sectie K no. 593 en Sectie N, nis. 206,
207, en 2CS en de vaststelling de des
betreffende begrootingsstaten.
Aangenomen.
11. Verordening op het maken van
mechanische muziek.
De Commissie van Strafverordening
stelt voor te lezen: liet maken van
muziek en geluid.
De heer Manders (R. li.) betreurt
het, dat een genot moet worden be
lemmerd. Spr. meent, dat het publiek
moet worden opgevoed.
Voorts heeft spr. bezwaar tegen het
woord „hinderlijk"; wie moet dat uit
maken?
Hoe moet gehandeld worden, wan
neer er een geheel open ruimte is of
een raam, met een horretje is afge
sloten?
De Voorzitter merkt op, dat
voor het beluisteren op straat ver
gunning verleend kan worden. De
rechter moet maar uitmaken, wat
„hinderlijk" is.
Artikelsgewijze en in het geheel
wordt de verordening daarna aange
nomen
12. Vérordening, tot wijziging van
de verordening op wegen, lanen, stra
ten, enz. en wateringen en slooten
van 6 Juli 1899 (Gem. Blad No. 15).
Het advies van de Gezondheidscom
missie komt mede in bespreking.
De heer Manders (R. K.) heeft
bezwaar tegen de redactie, omdat de
ze tot misverstand aanleiding geeft.
De Voorzitter geeft nadere toe
lichting van de bedoeling.
De heer Manders merkt op, dat
plassen en poelen er niet onder val
len.
De Voorzitter erkent dat, maar
meent, dat in het kader van deze ver
ordening niet anders past.
Aangenomen.
13. Verordening, houdende wijziging
van de verordening van den 27sten
Maart 1922 (Gem. Blad No. 13), op den
Keuringsdienst van Vee en Vleesch.
Aangenomen.
14. Voorstel tot beschikbaarstelling
van gelden, ten behoeve van de stich
ting van een gymnastieklokaal bij de
scholen voor bijzonder lager onder
wijs aan de Pasteurstraat.
Aangenomen.
15. Voorstel:
n. tot beschikbaarstelling van gel
den ten behoeve van de verbouwing
van de huisjes Prinsenstraat, Nis. 3,
3a en 5;
b. tot wijziging van het raadsbesluit
van 31 October 1921. inzake de verhu
ring van de huisjes Prinsenstraat 3 en
3a. aan de afd. Leiden van den Neder-
landschen Protestantenbond.
Aangenomen.
16. Voorstel tot beschikbaarstelling
van gelden ten behoeve van den bouw
van een nieuwe raadzaal en de daar
mede verband houdende werken.
De heer S ij t s m a (V. D.) geeft in
overweging, dit punt van de agenda
af te voeren en deze zaak maar aan
het nageslacht over te laten. De men-
schen oordeelen, dat 33 raadsleden
nog voldoende ruimte van beweging
hebben in deze mooie raadzaal. Spr.
vindt 91.000 te veel.
De heer Groeneveld (S. D.) is
niet bevredigd door de wijze van de
aan de orde-stelling. In Maart is door
den Weth. gezegd, dat de voorberei
ding langzou zijn. Nu reeds is het
plan gereed. Dat maakt een vreem
den indruk. Aan het in Maart aange
nomen werk tot verbouwing is nog
niets gedaan. Het verworpen voorstel-
van Es blijkt dus toch aangenomen.
Ook is het bevreemdend, dat deze
twee werken door twee verschillende
personen zijn voorbereid. Het stad
huis is vermolmd en vergaan en het
hangt aan elkaar. De restauratie is
lapwerk. In Maart is gevoteerd 40.000
gulden, nu 90.000. Moet die splitsing
dienen om den raad wat zacht te
stemmen?
Spr. weet niet, of de nieuwe zaal
voldoen zal. De betimmering zal alles
somber maken.
De heer Spendel (R. K.) bevreemd
het, dat de heer Groeneveld zoo op
treedt, terwijl zijn partijgenoot met
het voorstel accoord gaat.
De heer Manders (R. K.) stemt
het tot dank, dat de oorspronkelijke
architectuur weer wordt hersteld. Een
nieuw raadhuis zou 1 millioen kos
ten. De rente van dat kapitaal is on
geveer gelijk aan het nu gevraagde
bedrag.
De heer S c h u 11 e r (S. D.) wijst er
op, dat het hier niet alleen betreft de
raadszaal, maar er moeten ook ande
re vertrekken verbeterd worden. De
raad maakt nu serieus werk van zijn
plicht, heel anders dan vroeger. Daar
voor moet ook ruimte zijn. De nieuwe
zaal is voldoende voor de grootste
Raad. Deze zaal is absoluut onvol
doende.
Voor de 91.000 nu gevraagd, wordt
meer gegeven dan een raadszaal.
De opmerkingen van den heer Groe
neveld beteekenen niet, dat er onee-
nigheid in de fractie zou zijn.
Spr. wijst er op, dat de verlichting
in de nieuwe zaai veel beter is. Het
komt daar van twee kanten en door
meer ramen, terwijl ook de invals
hoek beter is.
De heer Wilbrink (C. H.( juicht
de verbouwing toe en dankt voor den
spoed die is betracht. Het 'spijt spr.
alleen dat in de stukken niet gerept
is van de kosten van dc inrichting.
De heer Wil m er (R. K.f is voor
de verbouwing, al zijn er ook urgenter
werken. Ook spr. had gaarne een be
grooting van de inrichting gezien en
vraagt deze zoo bescheiden mogelijk
te maken.
De heer Huurman (A. R.) is het
ook opgevallen, dat men gelukking
nog niet aan den bouw, waartoe in
Maart besloten werd, is begonnen.
Spr. vestigt er de aandacht op, dat
de ventilatie alle zorg zal vereischen.
Verder geeft hij in overweging het
werk in één hand te laten.
Wat de kosten aangaat, vraagt Spr.
om, wanneer het bedrag ontoereikend
mocht zijn, intijds opnieuw aan te
vragen.
Weth. Splinter erkent, dat de
besprekingen van Maart hebben ge
leid tot dit voorstel. Nadere bespre
kingen leiden er toe, om te constatee-
ren, dat de nu te restaureeren zaal
vroeger in tweeën gedeeld is.
De plannen zijn beide door den heer
Nijssing ontworpen.
De restauratie van het dak en de
groote pers en de verplaatsing van
de secretarie is in het bedrag van
91.000 begrepen.
Nu krijgen wij een waardig stad
huis. Men vreest voor een dure in
richting, maar spr. verwacht, dat het
gevraagde bedrag toereikend zal zijn
voor bouw en inrichting beide.
Wat de ventilatie aangaat, deze zal
naar spr. meening in orde zijn. Het
werk zal in een hand worden gehou
den.
Spr. hoopt, dat de raad het voorstel
zal aannemen.
Weth. G o s 1 i n g a wil als wethou
der van fananciën opmerken, dat bij
de intreden van spr. in het College
reeds sprake was van verbouw. Bouw
aan de Vischmarkt zal minstens het
dubbele en meer kosten. Spr. was blij
toen de wethouder van openbare wer
ken met deze oplossing kwam. De jaar
lijksche last van plm. 6000 acht spr.
hiet zwaar.
De heer Huurman (A. R.) dankt
dat het College met de meening der
minderheid van Maart heeft rekening
gehouden.
De heer'1 Groeneveld (S. D.ï
constateert, dat het niets bijzonders
is, dat spr. met den heer Schuller van
meening verschilt. Spr. wijst er nog
op, dat het gemeentehuis op sommige
punten zeer bouwvallig is; balken zijn
vermolmd, vloeren 30 c.M. uit het wa
terpas, enz.
De aandrang op het College, die
van uit den Raad zou gekomen zijn, is
dan een verworpen voorstel-Van Es.
Spr. vestigt de aandacht er nog
maals op, dat de zaal lager is dan de
ze en de zaal grooter is, dus lager lijkt
Het aspect zal verminderen, maar het
is noodig en daarom kan spr. mee
gaan.
Aangenomen.
De heer S ij t s m a wenscht geacht
te worden te hebben tegen gestemd.
17. Praeadvies op het verzoek van
de afd. Leiden van den R. K. Bond
voor Groote Gezinnen, om bij den
bouw van gemeentewoningen in den
vervolge een zeker percentage wonin
gen in het bouwplan op te nemen, die
geschikt zijn voor groote gezinnen.
De heer Wil m er (R. K.) vindt de
toezegging van B. en W. een beetje
mager, Dat is een gevolg van beperkt
inzicht. Ook spr. had dat beperkte in
zicht. Er zijn te Leiden geen goedkoo-
pe woningen. Die er zijn, zijn voor de
groote gezinnen ongeschikt. Spr. zou
sterker uitdrukking willen. Al heeft
ook Leiden veel gedaan, meer dan an
dere steden, toch is dat nog onvol
doende. Spr. méént, er moet gebouwd
worden, dus men spreke niet van
eventueel e bouw.
Leiden een raadhuis waard, accoord,
maar ook voor de volkshuisvesting
moet nog veel gedaan worden.
De heer K o o i s t r a (S. D.) herin
nert aan den strijd, door spr. fractie
voor verbetering der volkshuisvesting
gevoerd. Goede voorstellen werden
door de overzijde niet gesteund.
Daarom is het bevreemdend, dat nu,
nu de regeering slechts weinig geld
geeft, van R. K. zijde dit verzoek komt
Maar spr. fractie zal toch steunen.
Het College komt nu met een toe
zegging, het maken van twee wonin
gen tot één, die reeds vroeger gedaan
werd. Moge het er nu van komen.
De heer Kiers vraagt om een wo-
ningbeurs, misschien komt dat nu
ook. Spr. hoopt, dat een en ander tot
vlugger werken zal leiden.
De heer E 1 k e r b o u t (A. R.) zegt,
dat B. en W. wel op de hoogte zijn.
Spr. vraagt de nadere gegevens van
1927 aan den Raad over te leggen.
De heer Heemskerk (R. K.)
merkt op, dat van de R. K. fractie
steeds is aangedrongen op bouw van
woningen voor groote gezinnen. Spr.
ziet in dit prae-advies een andere
geest van het College. De vorige
voorzitter wilde steeds kleine wonin
gen en dan opschuif-systeem. Dat
heeft ons een tekort aan groote wo
ningen gebracht.
Spr. hoopt, dat dit voorstel zal in-
lei.len een andere tijd.
Weth. Splinter wijst er op, dat
is gebouwd voor groote gezinnen. Het
vorige College treft dan ook geen
blaam. Het verbouwen van twee wo
ningen tot één gaat slechts in enkele
gevallen. De woningbeurs, daarvan is
spr. geen voorstander, maar boven
dien is er nog zooveel te doen. Te ge
legener tijd komt ook dat aan de orde.
Bouw voor groote gezinnen heeft de
aandacht. Een vraag is gedaan om
gelden voor nog 120 woningen.
Aangenomen.
18. Praeadvies op de motie van den
heer Vallentgoed, inzake de toeken
ning van een vacantietoeslag aan het
personeel in dienst der gemeente.
In overleg met den fractie-voorzit
ter en om de tijd wordt dit punt afge
voerd of verschoven naar het eind
der agenda.
19. Motie van de heeren van Es,
Wilbrink, en Wilmer, inzake het niet
plegen van overleg met den Raad be
treffende de benoeming van een Com
missaris van Politie.
De heer Van Es (A. R.) zegt, dat
deze motie niet iets persoonlijks tegen
den burgemeester is In den regel is
een burgemeester liefst niet bereid
om met den Raad over politiezaken te
spreken.
Een interpellatie kon niet, omdat
de burgemeester niet interpellabel is.
Bij de rondvraag kan slechts door één
persoon het woord gevoerd worden,
daarom is de vorm van motie geko
zen.
De benoeming heeft een lange voor
bereiding gehad; velen zullen geraad
pleegd zijn. Velen betreuren, dat ook
niet met raadsleden is gesproken. De
motie spreekt uit, dat zij het be
treurt, dat de burgemeester geen
behoefte had aan overleg. Het zou te
betreuren zijn, als de verhouding tus-
schen den burgemeester en raad min
der goed zou worden.
De heer Wilbrink (C. H.) onder
streept het betoog van den heer Van
Ës, dat het geen actie tegen den bur
gemeester is. Spr. zou het betreuren,
indien een burgemeester het stand
punt zou innemen, dat hij in politie-
aangelegenheden den raad niet noo
dig heeft.
Ook spr. meent, dat het gewenscht
was geweest, de raadsleden te ken
nen.
Het systeem van bevordering ver
dient in het algemeen aanbeveling,
omdat het de intense belangstelling
en ambitie prikkelt. De Raad is in-
tusschen hierin, d.w.z. in deze politie-
benoeming, niet zoo op de hoog
te als de anderen die er buiten staan.
De heer Wilmer (R. K.) zegt, dat
de motie een aangename zijde heeft,
omdat de zaak in kwestie in breeden
kring bevreemding heeft gewekt en
het nu mogelijk is daarover in het
openbaar te spreken.
De opschuiving is hier niet toege
past. Men vraagt nu,t waarom is de
heer Eskes niet benoemd? Heeft hier
alleen het gemeentebelang gediend?
Spr. heeft eenmaal gezegd, dat een
ambtenaar, die men elders volkomen
geschikt zou achten, ook niet in de
eigen gemeente mag worden geweerd.
Teleurstelling wekte het, dat de
Burgemeesteer niet met de vertrou
wensmannen van de burgerij heeft ge
raadpleegd.
Dat de volheid van politiemacht bij
den Burgemeester berust en berusten
moet, mag niet leiden tot de opvat
ting, dat de Burgemeester niet inter
pellabel zou zijn. Spr. beroept zich
daartoe op Oppenheim en Prof. Kra
nenburg.
Spr. wijst er nog op hoe in vorige
instantie hier een interpellatie over de
politie-organisatiè is afgewezen. Ook
hier bestrijdt spr. op grond van Op
penheim, het afwijzen van den Burge
meester. Spr. meent met Oppenheim
dat de Raad zelfs een aan
beveling had kunnen doen zooveel te
meer reden was er voor overleg. Ook
het gezond verstand zegt. dat de Raad
gehoord moet worden. De Minister
raadpleegt ook den Burgeheester of
schoon die zelfs niet als orgaan ge
noemd wordt. De Burgemeester wist
dat hier op advies van den Burge
meester iemand buiten het corps zou
benoemd worden. Onomwonden be
treurt spr. dat de Burgemeester geen
overleg pleegde.
Deze afkeuring houdt niet in een
afkeurend oordeel ook niet dat de
Burgemeester opzettelijk partijdig
zou optreden en in de derde plaats
geen enkele aanwijzing inhoudt over
de bekwaamheid van den benoemde.
De heer Van Eek (S.D.) hoewel
erkennende de mógelijkheid van niet
apellabel zijn, is nochtans op de hand
van Oppenheim. Spr. hoopt, dat de
Raad voortaan zich aan de zijde van
Spr. zal stellen, ofschoon de rechter
zijde steeds daartegenover stond.
Spr. maakt onderscheid tusschen
het advies van den Raad en het ad
vies van den Burgemeester aan den
Minister. Dat laatste moet een zelf
standig oordeel zijn.
Spr. is als Burgemeester steeds ge
weest voor een ruim overleg met den
Raad. Voor den Raad is he., van even
groot belang de moeilijkheden te ken
nen.
Spr. is voor democratische opvat
ting inzake het politiebeleid, maar
meent dat de strekking der motie te
ver gaat. Rekening houden met den
Raad daar is spr. voor, maar in dit
speciale geval gaat het te ver. De geest
der motie is goed maar de strekking
if- te ver gaand.
De heeren Meijnen en Huurman
deelen mede, dat de motie niet is uit
gegaan van hun geheele fracties.
De heer R o m ij n (V.B.) gaat niet
mede met de motie die onderstelt, dat
de Raad als College er mee te maken
heeft. Dat is onjuist. Waarom heeft
men tegelegenertijd niet werk ge
maakt van de candidatuur, die men
nu voorstaat.
De Burgemeester in het algemeen
goed handelende kan hier geen afwij
king worden verweten. Spr. zou liever
een ander standpunt van den Burge
meester gezien hébben.
De Voorzitter kan niet veel
zeggen. De motie hoort naar Spr.
meent hier niet thuis. In de gemeente
worden meer benoemingen gedaan,
o.a. van een Kantonrechter die buiten
den Raad omgaan. Spr. acht het Col-
loge ongeschikt om een advies uit te
brengen. Spr. meent dat het program
van de drie rechtsche partijen staat
arn Spr.'s zijde
Gaat het buiten het College dan kan
spr. ook niet de raadsleden raadple
gen. Spr. bewondert de raadsleden,
dat zij met volle verantwoordelijkheid
een keuze kunnen doen. Spr. gelooft
niet partijdig te zijn geweest.
Spr. is niets gebleken van een alge-
in eene verwondering.
Wel is gebleken, dat men in veler
kring verwonderd is over de indiening
van de motie.
Heeft de motie een staatsrechtelij
ke strekking dan is ze ter onjuister
plaats en te onjuister tijd.
Spr. kon en mocht niets zeggen van
het advies aan den Minister, omdat
hij dan het advies moest openbaren.
Het is niet mooi van de voorstellers
om dit van Spr. te vergen.
Zooals de heer Van Eek zeide zijn
de punten van het algemeen politie
beleid en deze kwestie geheel ver
schillend.
De heer W i 1 m e (R.-K.i protes
teert tegen het brengen van de- politiek
in het debat. Spr. heeft steeds ge
zegd, dat het beleid van den Burge
meester ging buiten deze zaak. De
Burgemeester had kunnen zeggen
waarom hij een bepaalde richting koos
De Voorzitter interrumpeert,
dat hij dat niet kon zonder zijn ad
vies bloot te leggen eii dat mocht hij
niet.
Dë heer.Wilmer voortgaande be
treurt nogmaals dat de Burgemeester
deze houding aanneemt.
Voorts wijst hij er nog op, dat nu
ook verborgen blijft waarom in het al-
gt meen van den regel een candidaat
uit het corps te benoemen is afgewe
ken.
De heer W i lb r i n k (C.-H.) meent
dat de kringen waar de Burgemeester
informeerde niet zoo ruim zijn ge
weest als waar de onderteekenaren
informeerden. De voorbeelden door
den voorz. aangehaald gaan niet op.
De heer V a n E s trekt daarop mede
namens zijn mede-onderteekenaren de
motie in.
20. Interpellatie van den heer Sijts-
ma, inzake het plaatsen van stoelen
Op het overdekte terras van koffiehui
zen.
De heer S ij t s m a (V.D.) herhaalt
de vragen, maar is door het onderlin
ge spreken van de andere raadsleden
onverstaanbaar.
De Voorzitter deelt mede, dat
geen wijziging is gebracht in de alge-
meene regeling. Voorts geeft hij een
toelichting over het plaatsen van stoe
len, dat werd toegestaan maar dat
niet inhield het verstrekken van con
sumptie.
De heer Sijtsma meent dat ande
re zaken meer storend werken op de
Zondagsrust en de Zondagsheiliging
dan dit rustige cafébezoek. Spr. meent
dat deze opvatting van de beteekenis
der Zondagswet te ver gaat.
De heer Wilmer (R.-K.) merkt op,
dat op andere wijze de Zondagswet
ook overtreden wordt, de deuren zijn
steeds open.
Ook de heer Van Eek (S.D.) wijst
er op, dat toepassing van de Zondags
wet volgens het denkbeeld van den
heer Sijtsma zeker in het belang zal
zijn van het algemeen. Een dergelijke
toepassing van de Zondagswet wordt
zeker door de bevolking'begeerd.
De heer S ij t s m a dient een motie
in om Zondags het plaatsen van stoe
len toe te staan.
De heer Wilmer (R.-K.) geeft in
overweging deze motie weer in te
trekken. De wet verbiedt het, dus de
motie is onuitvoerbaar.
De hr. S ij t s m t trekt zijn motie in.
De heer Wilbrink (C.-H.) wil nog-
even opmerken, dat men niet moet
denken dat de geheele raad het met
den heer Sijtsma eens is. Spr. is voor
de beste Wijze van Zondagsheiliging.
Men meene niet dat dit slechts een
vierde van .dé bevolking is.
De discussie wordt gesloten.
Rondvraag.
De heer Bergers (R.-K.) dringt
aan op het toelaten van het verkeer
in den doorgang door het Gangetje.
Weth. Splinter zal zoo spoedig
mogelijk het verkeer toelaten.
De heer Wilbrink (C.-H.) vraagt
antwoord op de vraag betreffende de
verklaring betreffende lossen dienst.
Weth. Goslinga deelt mede, dat
B. en W. nog niet beslisten maar dat
afgifte van een verklaring niet gewei
gerd zal worden. B. en W. blijven op
het standpunt staan dat lossen dienst
niet inkoopbaar is.
De heer Wilbrink (C.-H.) krijgt
den indruk dat men nu transigeert.
De gegeven belofte moet ingelost, dat
is het eenige wat Spr. vraagt. Spr.
komt er tegen op dat nu bij B. en W.
be waar gemaakt wordt tegèn de
strekking, terwijl zij toezegden een
verklaring te zullen afgeven.
Weth. Goslinga Geelt nog mede.
dat een geval is voorgebracht en dat
dit op oplossing wacht. Daarmede
wordt dan een regel geschapen, waar
aan beide partijen zich houden kun
nen. Het is dus intrappen van een
open deur wat de heer Wilbrink doet.
De heer Koole (S.D.) vraagt spoe
dige behandeling van de aanvraag om
de weder indienststelling van een
autobusdienst „Stadsverkeer.
De heer Baart (S.D.) vraagt een
betere regeling van de steunverlee-
ning voornamelijk de wachtdagen.
Waarom de verordening niet soepeler
toegepast tot de nieuwe steunregeling
in werking treedt.
Weth. Goslinga deelt mede, dat
deze zaak in het College is besproken.
Deze mensch enzouden bij de nieuwe
regeling hetzelfde' gekregen hebben
De heer Van Eek (S.D.), waar-
deerend de uitnoodiging van de raads
leden, heeft bezwaar dat geëischt
werd bij de ontvangst van het Astro
nomisch Congres avondtoilet.
De Voorzitter deelt mede, dat
gemakshalve dat op de kaart is ge
meld, het was geen eisch.
De heer Kooistra (S.D.) infor
meert naar het gereedkomen van de
rieuwe gemeentewonineen cn of de
bewoners van de afgekeurde wonin
gen daar het eerst inkomen.
)e heer Eikerbout (A.-R.)
vraagt of de regeling met den moder
nen bond over de verklarins- betref
fende lossen dienst ook voor den Chr.
Bond geldt.
Weth. Goslinga. deelt mede, dat
gelijke monniken gelijke kappen zul
len dragen.
Daarna wordt de vergadering te zes
uur gesloten.
Land- en Tuinbouw.
CHR. LANDBOUWONDERWIJS.
In de gehouden vergadering van het be
stuur van de Gewestelijke Organisatie
Friesland, van den Ghr. Bond van Boe
ren en Tuinders, werd, gehoord het ra-
port van de desbetreffende commissie, in
beginsel besloten tot de stichting van een
Chr. Landbouwschool te Sneek.
VISSCHERIJBERICHTEN.
IJMUIDEN, 9 Juli. Heden aangek,
men aan den Rijksafslag 23 stoomtraw
lers, S loggers -en 1 kustyissoher. De
prijzen waren voor trawlvisch: tarbot
{1954, griet f2252, beide per50
K.G., gr. tong f3,103,30, dito middel
f2,303,20, dito kl. f1,701,90, al
les per K.Ö., gr. schol f4649, diti
middel f2737, dito zet f2336, kl.
dito f2,7021, schar f6ir, allesp.
k. van 50 K.G., rog f1427 p. 20
St., vleet f0,752,40 p. st.. kl. roode
poon f2737, pieterman poontjes
f 1214, gr. schelvisch f3236,
dito middel f18,5026, dito kleinmid*
del f15,5019, dito kl. f414,50, al
les p. k. van 50 K.G., kabeljauw f34
54 p. k. van 125 K.G., gr. gullen f 10—
16, dito kl. f614, beide per 50K.G.
leng 80 ct. p. stwijting £2,505,10
p. K. van 50 K.G., koolvisch £1,10
1,67, kreeft fo,6o2,55, beide p. st
makreel f814 p. k. van 50 K.G.,
zalm f2,803 p. at., horsmakreel f2,40
,250 p. it. van 50 st., 29 .kantjes
maatjesharing f 1414,30 p. kantje.
IJMUIDEN, 9 Juli. Van de treillor.
fers kwamen heden aan den afslag de
iW. 17S m. f479, KW. 38 m. f569,
KW. 57 m. f979, KW. 56 m. f780,
KW. 110 m. f819, KW. 102 m. f895
en KW. 112 m. f715 besomming.
Van de IJmuider stoomtreilers
kwamen er heden 23 aan de markt.
De be6cmmingen waren: IJM. 74 m.
f2.039, IJM- 93 ™- f 1.561, IJM. 323
m. f 1.414, IJM. 143 m. f4025, IJM.
6 m. f2.254, IJM. 481 in. f 1.718,
IJM. 385 m. f 1.665, UM. 418 m. f 2.766
IJM. 272 m. f2.319, IJM. 61 m. f 2.38a
IJM. 432 m. f2.225, IJM. 154 m. f 1.762
IJM. 203 m. £1.751, I-JM. 327 m. f2.377
IJM. 151 m. f 1.535, IJM. 29 m. f2.440
IJM. 326 m. f2.167, IJM. 122 m. f 1.606
IJM. 5 m. f 1.525, IJM. 135 m. f 1.764
IJM. 71 m. f 1.210, IJM. 491 m. f2.929
en VL. 10 m. fi-734-
Scheepstijdingen.
HOLLAND—AMEPIKA-LIJH.
KINDERDIJK Vanc. n. Rott. 7 van
Liverpool.
VEENDAM Rott. n. N.-York 6 4.5 n.m.
160 m. Z.W. v. Valentia.
MAASDAM Rott. n. N.-Orl. 8 6.14 v.m.
100 m. Z.O. v. Land's End.
ROTTERDAM 9 v. N.-York te Rott.
NIAS 9 v. Amst. n. Antwerpen.
HEEMSKERK uitr. 9 te Beira.
BOSCHDIJK Rott. n. Philadelphia p.
9 Lizard.
BINNENDIJK 8 v. Rott. te Norfolk.
LEERDAM N.-Orl. n. Rott. 8 te Sa»
tander.
DRECHTDIJK Vanc. n. Rott. 7. te San
Francisco.
DINTELDIJK 7 v. Rott. te SanFranj
BEBMSTERDIJK 9 v. Baltimore te Rott.
HOLLANDAFRIKA-LIJN.
GIEKERK uitr. p. S Dungeness.
BILLITON thr. 6 v. Mozambique.
RIETFONTEIN thr. 8 v. Durban.
RANDFONTEIN thr, 8 v. Dakar.
NIJKERK uitr. 7 v. Pt. Sudan.
KLIPFONTEIN 7 v. Rott. te Hamb.
HEEMSKERK uitr. 7 v. Lor Marques.
MELISKERK 6 v. Bremen te Hamb.
RIJPERKERK uitr. 8 v. Kaapstad.
HOLLAND—WEST-AFRIKA-LIJN.
EEMSTROOM uitr. 8 te Teneriffe.
HELDER uitr. 8 te Warri.
ORION thr. 5 v. Gr. Bassam.
KON. H0LLAND80EB LLOTD.
GELRIA thr. 8 v. Las Palmas.
MAASLAND uitr. 8 v. Pemambuoo.
SALLAND 8 v. Hamburg .te Amst
GAASTERLAND 9 v. Rott. n. Hamb.
KON. PAKETVAART MIJ.
NIEUW ZEELAND 6 v. Brisbane te
Sydney.
ROTTERDAMSOHE LLOTD.
KEDOE uitr. p. 9, 9 v.m. Ouessant.
.GAROET ilitr. p. 9 Perim.
PALEMBANG 8 v. Rott. te Hamb
SLAMAT uitr. p. 8 Kaap Del Armi.
SIBAJAK thr. 9 v. Sabang.
TABANAN uitr. 9 te Sabang.
MODJOKERTO uitr. 8 te Belawan.
MADIOEN thr. 7 mm. te Havre.
KOTA RADJA 8 v. Londen n. Hamb.
BUITENZORG uitr. p. 8 Gibraltar.
STOOMVAART MIJ. „NEDERLAND".
KANGEAN uitr. 8 te Batavia.
KARJMATA uitr. 8 te Sabang.
SALAWATI uitr. 9 te Pt. Said.
ENGGANO thr. 7 v. Batavia.
KAMBANGAN uitr. ,p. 6 Ouessant.
JOH DE WITT uitr. p. 7 Perim.
KON. DER NEDERLANDEN thr. 7 v.
Genua.
MAPIA thr. 8 v. Pt. Said.
PRINSES JULIANA uitr. p. 9, Gibraltar
SAPAROEA thr. 8 te Genua.
STMAT1OF1R nitr.. 7. y. Suez.